The Happy Mess: “Portugal is meer dan Fado”
GRONINGEN – Portugal is dit jaar het land wat extra in de aandacht staat tijdens Eurosonic. Het land heeft muzikaal veel meer te bieden als de Fado, stelt The Happy Mess, één van de bands die vanuit het Siberisch schiereiland de weg naar Groningen heeft gevonden. Zelf is The Happy Mess hier een voorbeeld van. In de aanbeveling omschrijft Eurosonic de band als: “een eclectisch project van een veelzijdige indie band” en “een meer speelse en experimentele groep. Ze dienen emotionele songs op die van pop naar rock gaan en hun folky en elektronische momenten hebben.” Veel redenen dus om met het Portugeze gezelschap een woordje te wisselen. The Happy Mess speelt op 13 januari in Vrijdag.
The Happy Mess zijn zanger en gitarist Miguel Ribeiro, Joana Duarte die zingt en de Synths onder haar hoede heeft, João Pascoal die de Baixo en Synths speelt, Hugo Azevedo die drumt, Vitor Teixeira op gitaar en tenslotte Afonso Carvalho op Pianos en Synths. Een heel gezelschap dat een geheel eigen kijk heeft op muziek. “Het is altijd een goed idee om de wereld een plaats vol liefde te maken. Voor ons betekend muziek liefde en dat delen we graag. Muziek is voor ieder van ons een soort van 'ziekte' en tegelijkertijd onvoorwaardelijke liefde. Het gaat er om dat we liedjes willen schrijven die ons blij maken en dat we anderen van veel verschillende plaatsen en leeftijden met die blijheid kunnen besmetten.”
In hun muziek versmelt The Happy Mess verschillende stijlen en invloeden. “We hebben liedjes die mensen makkelijk meezingen en goed in het gehoor liggen, maar tegelijkertijd ondoorzichtig zijn en een zware atmosfeer oproepen. Onze liedjes zijn niet doorsnee. Zo doen we dat en we voelen niet de noodzaak om onze muziek in regels of een taal of een genre te proppen. Sommige mensen beschouwen ons meer Indie, anderen meer Rock. We componeren ook niet volgens een vast proces. Dat gaat op veel verschillende manieren zonder een vaststaand proces en we staan altijd open voor nieuwe manieren om liedjes te schrijven. Vaak komt Miquel met een idee of liedje waar we dan verder aan werken of is er iemand anders in de band met een ingeving. De laatste tijd gaan we ook vaak samen er voor zitten om te componeren. Soms zoeken we dan artistieke plekken op en dat blijkt een goede manier om nieuwe ideeën te ontwikkelen en zo verse liedjes te creëren. Onze thema's liggen dicht tegen de onderwerpen die je vaak in de pop aantreft. Liefde of juist de teleurstelling in liefde, frustratie enzovoort, maar daarnaast gaat een steeds belangrijkere rol spelen in ons werk liedjes over nonconformisme, verontwaardiging, sociaal bewustheid en politiek.”
Recent verscheen het album 'Half Fiction', het tweede album alweer van The Happy Mess en een in het oog lopend album. “Rui Maia bekend van Mirror People en X-Wife en een vriend van ons die een geweldige muzikant is en een uitstekende producer hebben we gevraagd om 'Half Fiction' onder zijn hoede te nemen. We wisten vanaf het begin dat we een mix wilden va akoestisch en electronisch. We wilden ook een stap bij pop vandaan doen en iets meer wat visceraal, diepgewortelder, klonk in de liedjes op die plaat. We waren erg blij met hoe het klonk en dat heeft de weggeëffend voor een nieuw album waar we aan werken.”
The Happy Mess staan bekend om hun live optredens. Het zijn evenementen vol met energie, show en er wordt een echt feest van gemaakt. “We gaan voor vreugde op het podium”, klinkt het beslist. “Voor liefde, voor muziek, voor emoties, voor het publiek, voor het leven, voor elk leven, voor vrijheid, voor gelijkheid en om dit allemaal met elkaar op het podium te vieren.” In dat kader ziet de band Eurosonic ook als een geweldige mogelijkheid. “Het is de eerste keer dat we in Nederland optreden. We zijn super gemotiveerd om onze energie op het podium te delen met iedereen. Het is een geweldige mogelijkheid om onze muziek te presenteren aan een veel groter publiek dan wat we tot nu toe hadden. Een geweldige kans”, benadrukt The Happy Mess.
In dat kader is The Happy Mess ook erg blij met de positie die Portugal dit jaar inneemt op Eurosonic. “Portugal is het land waar het vergrootglas op ligt voor Eurosonic 2017 en dat is absoluut terecht. In de laatste twee of drie jaar kent ons land een enorme opleving van creativiteit en vitaliteit. Er zijn letterlijk duizenden bands opgestaan die in verschillende talen optreden. Er zijn heel veel albums verschenen,vaak door de muzikant zelf uitgeven en er waren enorm veel geweldige live concerten. Portugal is veel meer dan Fado alleen deze dagen. Er is een frisse wind van pop, indie, hip-hop, electronische muziek en rock. Voor ons is het geweldig om deel uit te maken van deze scene. Het is het bewijs dat muziek, kunst en inspiratie geen grenzen kennen.”
Op Eurosonic staat The Happy Mess op 13 januari bij Vrijdag. bewerken.
GRONINGEN – Portugal is dit jaar het land wat extra in de aandacht staat tijdens Eurosonic. Het land heeft muzikaal veel meer te bieden als de Fado, stelt The Happy Mess, één van de bands die vanuit het Siberisch schiereiland de weg naar Groningen heeft gevonden. Zelf is The Happy Mess hier een voorbeeld van. In de aanbeveling omschrijft Eurosonic de band als: “een eclectisch project van een veelzijdige indie band” en “een meer speelse en experimentele groep. Ze dienen emotionele songs op die van pop naar rock gaan en hun folky en elektronische momenten hebben.” Veel redenen dus om met het Portugeze gezelschap een woordje te wisselen. The Happy Mess speelt op 13 januari in Vrijdag.
The Happy Mess zijn zanger en gitarist Miguel Ribeiro, Joana Duarte die zingt en de Synths onder haar hoede heeft, João Pascoal die de Baixo en Synths speelt, Hugo Azevedo die drumt, Vitor Teixeira op gitaar en tenslotte Afonso Carvalho op Pianos en Synths. Een heel gezelschap dat een geheel eigen kijk heeft op muziek. “Het is altijd een goed idee om de wereld een plaats vol liefde te maken. Voor ons betekend muziek liefde en dat delen we graag. Muziek is voor ieder van ons een soort van 'ziekte' en tegelijkertijd onvoorwaardelijke liefde. Het gaat er om dat we liedjes willen schrijven die ons blij maken en dat we anderen van veel verschillende plaatsen en leeftijden met die blijheid kunnen besmetten.”
In hun muziek versmelt The Happy Mess verschillende stijlen en invloeden. “We hebben liedjes die mensen makkelijk meezingen en goed in het gehoor liggen, maar tegelijkertijd ondoorzichtig zijn en een zware atmosfeer oproepen. Onze liedjes zijn niet doorsnee. Zo doen we dat en we voelen niet de noodzaak om onze muziek in regels of een taal of een genre te proppen. Sommige mensen beschouwen ons meer Indie, anderen meer Rock. We componeren ook niet volgens een vast proces. Dat gaat op veel verschillende manieren zonder een vaststaand proces en we staan altijd open voor nieuwe manieren om liedjes te schrijven. Vaak komt Miquel met een idee of liedje waar we dan verder aan werken of is er iemand anders in de band met een ingeving. De laatste tijd gaan we ook vaak samen er voor zitten om te componeren. Soms zoeken we dan artistieke plekken op en dat blijkt een goede manier om nieuwe ideeën te ontwikkelen en zo verse liedjes te creëren. Onze thema's liggen dicht tegen de onderwerpen die je vaak in de pop aantreft. Liefde of juist de teleurstelling in liefde, frustratie enzovoort, maar daarnaast gaat een steeds belangrijkere rol spelen in ons werk liedjes over nonconformisme, verontwaardiging, sociaal bewustheid en politiek.”
Recent verscheen het album 'Half Fiction', het tweede album alweer van The Happy Mess en een in het oog lopend album. “Rui Maia bekend van Mirror People en X-Wife en een vriend van ons die een geweldige muzikant is en een uitstekende producer hebben we gevraagd om 'Half Fiction' onder zijn hoede te nemen. We wisten vanaf het begin dat we een mix wilden va akoestisch en electronisch. We wilden ook een stap bij pop vandaan doen en iets meer wat visceraal, diepgewortelder, klonk in de liedjes op die plaat. We waren erg blij met hoe het klonk en dat heeft de weggeëffend voor een nieuw album waar we aan werken.”
The Happy Mess staan bekend om hun live optredens. Het zijn evenementen vol met energie, show en er wordt een echt feest van gemaakt. “We gaan voor vreugde op het podium”, klinkt het beslist. “Voor liefde, voor muziek, voor emoties, voor het publiek, voor het leven, voor elk leven, voor vrijheid, voor gelijkheid en om dit allemaal met elkaar op het podium te vieren.” In dat kader ziet de band Eurosonic ook als een geweldige mogelijkheid. “Het is de eerste keer dat we in Nederland optreden. We zijn super gemotiveerd om onze energie op het podium te delen met iedereen. Het is een geweldige mogelijkheid om onze muziek te presenteren aan een veel groter publiek dan wat we tot nu toe hadden. Een geweldige kans”, benadrukt The Happy Mess.
In dat kader is The Happy Mess ook erg blij met de positie die Portugal dit jaar inneemt op Eurosonic. “Portugal is het land waar het vergrootglas op ligt voor Eurosonic 2017 en dat is absoluut terecht. In de laatste twee of drie jaar kent ons land een enorme opleving van creativiteit en vitaliteit. Er zijn letterlijk duizenden bands opgestaan die in verschillende talen optreden. Er zijn heel veel albums verschenen,vaak door de muzikant zelf uitgeven en er waren enorm veel geweldige live concerten. Portugal is veel meer dan Fado alleen deze dagen. Er is een frisse wind van pop, indie, hip-hop, electronische muziek en rock. Voor ons is het geweldig om deel uit te maken van deze scene. Het is het bewijs dat muziek, kunst en inspiratie geen grenzen kennen.”
Op Eurosonic staat The Happy Mess op 13 januari bij Vrijdag. bewerken.
Ierse vocale kracht en pracht met Wyvern Lingo
GRONINGEN – “Simpelweg beeldschoon.” Het is de eerste zin van de aanbeveling van Eurosonic over het Ierse Wyvern Lingo om dan haastig te verduidelijken dat dit statement slaat op de muziek van Karen Cowley op keyboards,drumster Caoimhe Barry en gitariste Saoirse Duane, de drie leden van deze formatie die een “aanstekelijke mix van R&B, alternatieve rock, singer-songwriter en pop” op de buhne zetten om nogmaals uit de aanbeveling te putten waarbij de vocale kracht en pracht opvallen. Wyvern Lingo wordt gezien als één van de grote potenties van dit jaar Eurosonic. Wyvern Lingo staat in het kader van het festival op 11 januari in Vera en een dag later in Vrijdag. Drumster Caoimhe Barry doet het woord in Dublin namens het drietal.
Is het mogelijk in Ierland een niet muzikaal gezin te vinden. Nog niet. “We komen alle drie uit een familie met een passie voor muziek”, stelt Barry. “In alle drie de huizen struikelde je over cd's en cassettes met muziek van bands als Led Zeppelin, Joni Mitchell, Queen, Thin Lizzy, Rory Gallagher en nog veel meer artiesten. We werden alle drie gestimuleerd om een instrument te leren spelen. Saoirse heeft zelfs Oboe les gehad en ik viool les. Op elke manier werden we gestimuleerd om iets met muziek te doen thuis.” De stap om 'iets' met muziek te gaan doen was dan ook niet zo heel groot, helemaal toen het drietal al jong een vriendschap sloot. “Het was alsof de planeten op één lijn stonden en alles op zijn plaats viel. Wij zijn Wyvern Lingo vanaf de eerste dag dat we vriendinnen werden bij de start van ons voorgezet onderwijs. In die tijden deden we dat gewoon zonder daar nou enorme ambities bij te koesteren. Vrienden van ons als Hozier en Little Green Cars deden dat wel en slaagden er in zoveel succes te boeken dat het ons ook stimuleerde om het meer serieus aan te pakken. Karen had net haar studie Engels afgerond, Sirsh zou net beginnen met een nieuwe baan en ik was net van de kunstacademie af na een toer te hebben gedsaan met Hozier. We brachten onze eerste EP 'The Widow Knows' zelf op de markt en de reactie was zo goed dat we besloten hebben om als fulltime band door te gaan en dat doen we nog steeds.”
Het beluisteren van het werk van Wyvern Lingo voert je door tal van muziekstijlen die op papier minder verenigbaar zijn, maar al Wyvern Lingo zich er aan zet verrassend goed bij elkaar passen. “We groeiden op in de jaren '90 en vroege jaren '00. De muziek van onze jeugd was heel veel geweldige R'n'B, dat is ons brood en boter. Voeg daarbij al die invloeden van thuis met veel Zeppelin, Jeff Buckley en Steely Dan die op ons inwerkten toen we twaalf waren en we elkaar ontmoeten en muzikaal volwassen werden en je hebt een vreemde mix van invloeden. Het zijn muziekstijlen die je niet zomaar bij elkaar gooit. We werken hard aan onze composities en arrangementen, maar tegelijkertijd is het voor ons ook een heel natuurlijk proces. We zouden niet anders kunnen. We weten wat we mooi vinden in de muziek en proberen dat te verenigen in de liedjes die we schrijven. We houden van groove, we houden van gelikte melodieën, we houden van ear candy, we houden van wat donkerte, we houden van zoete akkoorden en van hartige akkoordenschema's. Dat zijn elementen die je in elk genre kan vinden. We beginnen onze liedjes allemaal apart van elkaar te schrijven. Onze liedjes zijn altijd oprecht en eerlijk. We houden er van om persoonlijke zaken in de tekst te verwerken, maar combineren dat met andere verhalen en fantasie. Ons lied 'Beast at the Door' is zo'n liedje over wat echt is gebeurd, maar ook over een cartoon die ik zag als kind, wat me zo heeft geschokt dat het in een liedje moest worden verwerkt. Als het lied goed in de steigers staat, en dat kan alleen nog maar een stuk tekst met een melodie zijn en nog geen akkoorden of refrein dan gaan we er als groep naar kijken en mee aan het werk. Ieder voegt weer verschillende elementen en ideeën toe, zodat we een niveau bereiken die we ieder afzonderlijk niet kunnen halen. Als ik zelf met een lied begin zorg ik er voor dat het nog niet te veel vaststaat, want ik weet dat Sirsh en Karen ook hele coole ideeën hebben. We werken prima samen, we hebben elkaar nodig. Ik weet niet hoe andere songwriters dat doen, maar wij zijn altijd met verschillende liedjes bezig. Leggen liedjes soms even weg en doen een stap terug en kijken er van een afstand naar voor we het weer oppakken.”
In het optreden had Wyvern Lingo een mooie opsteker. Door de vriendschap met Hozier, waar ook twee van de leden als achtergrondzangeres mee toerden werden al snel mooie podia betreden. “Het werken met Andrew van Hozier was een verbazngwekkende ervaring. Hij is een echte vriend van ons en hij vroeg Karen en mij om als achtergrondzangeressen mee te gaan op toer. Ik zal hem eeuwig dankbaar zijn voor de ervaringen die ik zo heb kunnen opdoen, terwijl ik met hem werkte. Later zijn we met hem op toernee geweest als zijn voorprogramma en dat was klasse”, benadrukt Caoimhe Barry. “Ik vind het belangrijk om mensen een ervaring te geven die ze niet gauw vergeten. Dat is vooral zo met optreden. Je probeert magie te scheppen op de buhne. Zo'n moment te maken waar je echt die connectie hebt met het publiek . Het is pretty fucking amazing als dat gebeurd. Voor onze laatste toernee heb ik de lichtshow ontworpen en geprojecteerde animaties welke ik kon aansturen vanaf het podium. Het was erg veel werk, maar het totaal waard. Je wilt toch mensen meenemen in jouw wereld.”
Een belangrijke bron van connecties komt uit de directe omgeving. “We brengen veel tijd door in de muziekscene van Dublin. Je komt daar constant de meest fantastische acts tegen en daar treken we veel mee op. Er zijn ook veel kleine festivals in Ierland en a deze festivals hebben als doel de Ierse muziek in al zijn vormen te ondersteunen e promoten. Dat is een geweldige stimulans.”
Recent verscheen de EP 'Letters to Willow' en dat is de opmaat naar het eerste complete album waarvoor de band binnenkort de studio in duikt. “Voor de EP wilden we iets donkers dat niet klonk als iets anders. Het moest een echt statement worden over onze sound en zo kreeg je het sprankelende van 'Letter to Willow' en het deigende van 'Beast at the Door'. Het is een coole colectie liedjes. We zijn er trots op. Ook kan ik nu officieel aankondigen dat we in februari ons eerste album gaan opnemen. 'Yes!' We kunnen haast niet wachten en zijn al een jaar aan het schrijven en de juiste liedjes aan het uitzoeken, wat nog een behoorlijke klus is. Maar we willen het zo graag aan iedereen laten horen.”
Een andere zaak waar de dames naar uitkijken is Eurosonic. “Voor Wyvern Lingo is het de eerste keer dat we in Nederland optreden. Karen en ik hebben met Hozier al eens opgetreden hier en hebben we zelfs al op Eurosonic gestaan. Ik kijk er erg naar uit om dat weer te doen, maar nu met .
Wyvern Lingo! Onze single 'Letter to Willow' wordt al gedraaid op de Nederlandse radio, zo we zijn blij dat we hier nu ook mogen spelen!” Wyvern Lingo zou zomaar the next big thing kunnen zijn uit Ierland. Om in de gaten te houden deze dames.
Wyvern Lingo staat in het kader van Eurosonic op 11 januari in Vera en een dag later in Vrijdag.
GRONINGEN – “Simpelweg beeldschoon.” Het is de eerste zin van de aanbeveling van Eurosonic over het Ierse Wyvern Lingo om dan haastig te verduidelijken dat dit statement slaat op de muziek van Karen Cowley op keyboards,drumster Caoimhe Barry en gitariste Saoirse Duane, de drie leden van deze formatie die een “aanstekelijke mix van R&B, alternatieve rock, singer-songwriter en pop” op de buhne zetten om nogmaals uit de aanbeveling te putten waarbij de vocale kracht en pracht opvallen. Wyvern Lingo wordt gezien als één van de grote potenties van dit jaar Eurosonic. Wyvern Lingo staat in het kader van het festival op 11 januari in Vera en een dag later in Vrijdag. Drumster Caoimhe Barry doet het woord in Dublin namens het drietal.
Is het mogelijk in Ierland een niet muzikaal gezin te vinden. Nog niet. “We komen alle drie uit een familie met een passie voor muziek”, stelt Barry. “In alle drie de huizen struikelde je over cd's en cassettes met muziek van bands als Led Zeppelin, Joni Mitchell, Queen, Thin Lizzy, Rory Gallagher en nog veel meer artiesten. We werden alle drie gestimuleerd om een instrument te leren spelen. Saoirse heeft zelfs Oboe les gehad en ik viool les. Op elke manier werden we gestimuleerd om iets met muziek te doen thuis.” De stap om 'iets' met muziek te gaan doen was dan ook niet zo heel groot, helemaal toen het drietal al jong een vriendschap sloot. “Het was alsof de planeten op één lijn stonden en alles op zijn plaats viel. Wij zijn Wyvern Lingo vanaf de eerste dag dat we vriendinnen werden bij de start van ons voorgezet onderwijs. In die tijden deden we dat gewoon zonder daar nou enorme ambities bij te koesteren. Vrienden van ons als Hozier en Little Green Cars deden dat wel en slaagden er in zoveel succes te boeken dat het ons ook stimuleerde om het meer serieus aan te pakken. Karen had net haar studie Engels afgerond, Sirsh zou net beginnen met een nieuwe baan en ik was net van de kunstacademie af na een toer te hebben gedsaan met Hozier. We brachten onze eerste EP 'The Widow Knows' zelf op de markt en de reactie was zo goed dat we besloten hebben om als fulltime band door te gaan en dat doen we nog steeds.”
Het beluisteren van het werk van Wyvern Lingo voert je door tal van muziekstijlen die op papier minder verenigbaar zijn, maar al Wyvern Lingo zich er aan zet verrassend goed bij elkaar passen. “We groeiden op in de jaren '90 en vroege jaren '00. De muziek van onze jeugd was heel veel geweldige R'n'B, dat is ons brood en boter. Voeg daarbij al die invloeden van thuis met veel Zeppelin, Jeff Buckley en Steely Dan die op ons inwerkten toen we twaalf waren en we elkaar ontmoeten en muzikaal volwassen werden en je hebt een vreemde mix van invloeden. Het zijn muziekstijlen die je niet zomaar bij elkaar gooit. We werken hard aan onze composities en arrangementen, maar tegelijkertijd is het voor ons ook een heel natuurlijk proces. We zouden niet anders kunnen. We weten wat we mooi vinden in de muziek en proberen dat te verenigen in de liedjes die we schrijven. We houden van groove, we houden van gelikte melodieën, we houden van ear candy, we houden van wat donkerte, we houden van zoete akkoorden en van hartige akkoordenschema's. Dat zijn elementen die je in elk genre kan vinden. We beginnen onze liedjes allemaal apart van elkaar te schrijven. Onze liedjes zijn altijd oprecht en eerlijk. We houden er van om persoonlijke zaken in de tekst te verwerken, maar combineren dat met andere verhalen en fantasie. Ons lied 'Beast at the Door' is zo'n liedje over wat echt is gebeurd, maar ook over een cartoon die ik zag als kind, wat me zo heeft geschokt dat het in een liedje moest worden verwerkt. Als het lied goed in de steigers staat, en dat kan alleen nog maar een stuk tekst met een melodie zijn en nog geen akkoorden of refrein dan gaan we er als groep naar kijken en mee aan het werk. Ieder voegt weer verschillende elementen en ideeën toe, zodat we een niveau bereiken die we ieder afzonderlijk niet kunnen halen. Als ik zelf met een lied begin zorg ik er voor dat het nog niet te veel vaststaat, want ik weet dat Sirsh en Karen ook hele coole ideeën hebben. We werken prima samen, we hebben elkaar nodig. Ik weet niet hoe andere songwriters dat doen, maar wij zijn altijd met verschillende liedjes bezig. Leggen liedjes soms even weg en doen een stap terug en kijken er van een afstand naar voor we het weer oppakken.”
In het optreden had Wyvern Lingo een mooie opsteker. Door de vriendschap met Hozier, waar ook twee van de leden als achtergrondzangeres mee toerden werden al snel mooie podia betreden. “Het werken met Andrew van Hozier was een verbazngwekkende ervaring. Hij is een echte vriend van ons en hij vroeg Karen en mij om als achtergrondzangeressen mee te gaan op toer. Ik zal hem eeuwig dankbaar zijn voor de ervaringen die ik zo heb kunnen opdoen, terwijl ik met hem werkte. Later zijn we met hem op toernee geweest als zijn voorprogramma en dat was klasse”, benadrukt Caoimhe Barry. “Ik vind het belangrijk om mensen een ervaring te geven die ze niet gauw vergeten. Dat is vooral zo met optreden. Je probeert magie te scheppen op de buhne. Zo'n moment te maken waar je echt die connectie hebt met het publiek . Het is pretty fucking amazing als dat gebeurd. Voor onze laatste toernee heb ik de lichtshow ontworpen en geprojecteerde animaties welke ik kon aansturen vanaf het podium. Het was erg veel werk, maar het totaal waard. Je wilt toch mensen meenemen in jouw wereld.”
Een belangrijke bron van connecties komt uit de directe omgeving. “We brengen veel tijd door in de muziekscene van Dublin. Je komt daar constant de meest fantastische acts tegen en daar treken we veel mee op. Er zijn ook veel kleine festivals in Ierland en a deze festivals hebben als doel de Ierse muziek in al zijn vormen te ondersteunen e promoten. Dat is een geweldige stimulans.”
Recent verscheen de EP 'Letters to Willow' en dat is de opmaat naar het eerste complete album waarvoor de band binnenkort de studio in duikt. “Voor de EP wilden we iets donkers dat niet klonk als iets anders. Het moest een echt statement worden over onze sound en zo kreeg je het sprankelende van 'Letter to Willow' en het deigende van 'Beast at the Door'. Het is een coole colectie liedjes. We zijn er trots op. Ook kan ik nu officieel aankondigen dat we in februari ons eerste album gaan opnemen. 'Yes!' We kunnen haast niet wachten en zijn al een jaar aan het schrijven en de juiste liedjes aan het uitzoeken, wat nog een behoorlijke klus is. Maar we willen het zo graag aan iedereen laten horen.”
Een andere zaak waar de dames naar uitkijken is Eurosonic. “Voor Wyvern Lingo is het de eerste keer dat we in Nederland optreden. Karen en ik hebben met Hozier al eens opgetreden hier en hebben we zelfs al op Eurosonic gestaan. Ik kijk er erg naar uit om dat weer te doen, maar nu met .
Wyvern Lingo! Onze single 'Letter to Willow' wordt al gedraaid op de Nederlandse radio, zo we zijn blij dat we hier nu ook mogen spelen!” Wyvern Lingo zou zomaar the next big thing kunnen zijn uit Ierland. Om in de gaten te houden deze dames.
Wyvern Lingo staat in het kader van Eurosonic op 11 januari in Vera en een dag later in Vrijdag.
The Courettes: Rock 'n Roll is the universele taal van onze tijd
GRONINGEN – Denemarken wordt deze editie van Eurosonic onder andere vertegenwoordigd door het vuige rock 'n roll duo The Courettes. Hedendaagse muziek die terug grijpt op al die heerlijke bandjes uit de jaren 50 en 60. The Courettes bestaan uit de Deen Martin Wild en de Braziliaanse Flávia Couri. Het stel zit in Aalborg midden in een verhuizing. Tussen de dozen en de meubels die allemaal hun plekje moeten hebben heeft vooral Flávia Couri het woord en vult Martin Wild aan. De conversatie vlot eenvoudig, ondanks de vele verschillende talen aan talen. Rock 'n Roll is the universele taal van onze tijd, stel het duo dat vooruit blikt op Eurosonic.
“We ontmoeten elkaar in Brazilië, werden verliefd en vormden een band”, geeft Martin Wild de ultra korte versie van het ontstaan van The Courettes. Flávia Couri fronst, kijkt eens opzij en vult aan “Die ontmoeting was in 2013. Martin met zijn oude band Columbian Neckties waren op toer als voorprogramma van mijn oude band Autoramas. De liefdesvonk sprong over en ik ben de liefde achterna gegaan en naar Denemarken verhuisd. We hebben onze platen, gitaren en drums op een hoop gegooid en zo zijn The Courettes geboren.” Met het gitaarspel van Couri en de sterke zang van de Braziliaanse en het drumspel van Wild is er een mooie combinatie ontstaan van jaren 50 trashy garagerock, gebracht met explosiviteit en humor. “We wilden beide graag door in de muziek. Ik heb er altijd van gedroomd om van mijn muziek te kunnen bestaan en die droom werd haalbaar op het moment dat we daadwerkelijk ook geld begonnen te verdienen. Om te kunnen bestaan van je passie is zo geweldig, zo'n privelege. Om elke keer weer dat podium op te mogen gaan om onze passie voor rock 'n' roll muziek te mogen delen. Het is een geweldige kick om op dat podium te staan. Het podium is de plek waar ik mezelf kan zijn, me kan uitdrukken en kan communiceren met anderen op een diepe, haast magische, manier. Een rock concert moet een katharsis zijn, een moment waarop mensen zich totaal vrij voelen, uit hun dak kunnen gaan, dansen en zich ongestoord kunnen vermaken”, vertelt Couri en nu vult Wild aan. “Op het moment dat Flavia en ik The Courettes vormden kwam het binnen handbereik om muziek full time te doen. De liefde en de liefde voor garage rock muziek doet me steeds weer dat podium opstappen.”
Voor beide zat de liefde voor de muziek er vroeg in. “Ik ben opgegroeid met mijn moeders verzameling singeltjes van The Beatles, Stones en The Doors. Mijn moeder vond het een geweldig idee dat ik ging drummen, zo kreeg ik mijn eerste drumset”, aldus Martin Wild en nu vult Flavia Couri aan. “Muziek is altijd een belangrijk deel van mijn leven geweest.Mijn eerste herinneringen gaan over muziek. Als kind was mijn favoriete speelgoed een kleine xylofoon. Mijn ouders zijn geen muzikanten, maar op een dag ontdekte ik mijn moeders verzameling platen van The Beatles. Die dag veranderde mijn leven. Ineens viel alles op zijn plaats. In het zomerhuis van de familie vond ik op mijn elfde een oude gitaar. Mijn vader had die ooit aan mijn moeder gegeven, maar zij had nooit leren spelen. Ik begon gitaar te leren spelen met die gitaar en na een jaar kon ik een basgitaar kopen door te sparen van het geld dat ik meekreeg om op school eten te kopen. Al snel zat ik ook in mijn eerste bandje en heb sindsdien altijd in bands gezeten. Het was zo van nature, net of ik niet de muziek ontdekte, maar dat de muziek mij omarmde.”
Flavia Coursi vervolgt: “Ik denk dat rock 'n roll de universele taal is van onze tijd. Neem Martin en miezelf als voorbeeld. We werden 10.000 kilometer bij elkaar vandaan geboren, maar ontdekten toen we elkaar ontmoeten dat we een platencollectie hadden die erg op elkaar leek en een zelfde culturele achtergrond. Je kan in Brazilië wonen of in Denemarken of Japan of IJsland, zodra je rock 'n roll speelt is er die connectie met anderen. Rock 'n Roll gaat over je verzetten tegen het systeem, jezelf ontwikkelen, over vrijheid, sex en over shakin’,rattlin’ and rollin’!” Wild gaat verder. “Ik had al jaren een heel grote behoefte om echte grarage rock te spelen. Nadat ik Flavia heb ontmoet ging het eigenlijk vanzelf. We hadden gelijk die klik over hoe het moest klinken en de liedjes.” De vrouwelijke helft van het duo neemt weer het woord als het gaat over het songwriting proces. “Meestal kom ik met een idee. Een riff of een melodie of wat akkoorden en dat laat ik aan Martin zien. Hij beoordeeld het dan en zegt soms “Dit is goed” of “Hier zie ik niks in”. De goede ideeén werken we in de studio dan samen uit. Meestal gaan onze liedjes over de liefde, maar soms ook over haat of onbezonnenheid of verbazen we ons over het leven”. Dan klinkt het diepzinnig van de Deense tak van het duo. “Liedjes ontstaan uit dromen en uit de oude Teisco.”
Het blijft toch een opmerkelijke combinatie het vurige Latijns Amerikaanse en het koele Scandinavië hoewel dat uiteraard stereotypen zijn. Toch werkt het. “Ik vertelde al dat Rock 'n Roll een universele taal is. Het maakt niet uit welk land of zelfs uit welk sterrenstelsel je komt. Ik hoop de dag nog mee te maken dat er op deze wereld geen grenzen meer zijn. Brazilië heeft een fantastische muzikale historie. Vooral in de jaren '60 met Jovem Guarda en Tropicália stromingen en veel bijzondere en obscure garage en beat bands die mij nu ook nog beïnvloeden.
Binnenkort is het plan dat er een nieuw album van The Courettes verschijnt. Met producent Kim Kix wordt er hard aan gewerkt. “We hebben ook met Kim Kix gewerkt aan ons eerste album 'Here are The Courettes', We waren erg blij met het resultaat, dus het was vanzelfsprekend om nu weer met hem te werken, Ons doel is om ook nu weer rauwe en urgente go-go tunes met veel fuzz en wat pop melodieën met sixties vibes op de plaat te zetten. Het werken met Kim is geweldig. Hij heeft prima ideeën, hij is creatief, wild en sluit geen compromissen.” Martin Wild onderstreept de lofzang “Kim is de enige producer waar ik ooit mee gewerkt heb die er in is geslaagd om een oprecht klinkende geweldige garage rock plaat te maken. Het besluit om weer met hem te werken, daar hoefden we niet over na te denken.”
Eurosonic is de eerste keer dat we met The Courettes in Nederland optreden”, kijkt Flavia Couri reikhalzend vooruit. We hebben veel zin om wat van onze garage madness naar Eurosonic te brengen!!! We hopen dat veel mensen onze muziek waarderen en dat we genieten van onze show.” Ook voor Martin Wild is het de eerste keer, alhoewel... “Ik denk het wel ja, maar helemaal zeker ben ik niet. Ik hoop natuurlijk op een good time.“
Tijdens Eurosonic treden The Courettes op 11 januari op in De Spieghel en op 12 januari in Etage.
GRONINGEN – Denemarken wordt deze editie van Eurosonic onder andere vertegenwoordigd door het vuige rock 'n roll duo The Courettes. Hedendaagse muziek die terug grijpt op al die heerlijke bandjes uit de jaren 50 en 60. The Courettes bestaan uit de Deen Martin Wild en de Braziliaanse Flávia Couri. Het stel zit in Aalborg midden in een verhuizing. Tussen de dozen en de meubels die allemaal hun plekje moeten hebben heeft vooral Flávia Couri het woord en vult Martin Wild aan. De conversatie vlot eenvoudig, ondanks de vele verschillende talen aan talen. Rock 'n Roll is the universele taal van onze tijd, stel het duo dat vooruit blikt op Eurosonic.
“We ontmoeten elkaar in Brazilië, werden verliefd en vormden een band”, geeft Martin Wild de ultra korte versie van het ontstaan van The Courettes. Flávia Couri fronst, kijkt eens opzij en vult aan “Die ontmoeting was in 2013. Martin met zijn oude band Columbian Neckties waren op toer als voorprogramma van mijn oude band Autoramas. De liefdesvonk sprong over en ik ben de liefde achterna gegaan en naar Denemarken verhuisd. We hebben onze platen, gitaren en drums op een hoop gegooid en zo zijn The Courettes geboren.” Met het gitaarspel van Couri en de sterke zang van de Braziliaanse en het drumspel van Wild is er een mooie combinatie ontstaan van jaren 50 trashy garagerock, gebracht met explosiviteit en humor. “We wilden beide graag door in de muziek. Ik heb er altijd van gedroomd om van mijn muziek te kunnen bestaan en die droom werd haalbaar op het moment dat we daadwerkelijk ook geld begonnen te verdienen. Om te kunnen bestaan van je passie is zo geweldig, zo'n privelege. Om elke keer weer dat podium op te mogen gaan om onze passie voor rock 'n' roll muziek te mogen delen. Het is een geweldige kick om op dat podium te staan. Het podium is de plek waar ik mezelf kan zijn, me kan uitdrukken en kan communiceren met anderen op een diepe, haast magische, manier. Een rock concert moet een katharsis zijn, een moment waarop mensen zich totaal vrij voelen, uit hun dak kunnen gaan, dansen en zich ongestoord kunnen vermaken”, vertelt Couri en nu vult Wild aan. “Op het moment dat Flavia en ik The Courettes vormden kwam het binnen handbereik om muziek full time te doen. De liefde en de liefde voor garage rock muziek doet me steeds weer dat podium opstappen.”
Voor beide zat de liefde voor de muziek er vroeg in. “Ik ben opgegroeid met mijn moeders verzameling singeltjes van The Beatles, Stones en The Doors. Mijn moeder vond het een geweldig idee dat ik ging drummen, zo kreeg ik mijn eerste drumset”, aldus Martin Wild en nu vult Flavia Couri aan. “Muziek is altijd een belangrijk deel van mijn leven geweest.Mijn eerste herinneringen gaan over muziek. Als kind was mijn favoriete speelgoed een kleine xylofoon. Mijn ouders zijn geen muzikanten, maar op een dag ontdekte ik mijn moeders verzameling platen van The Beatles. Die dag veranderde mijn leven. Ineens viel alles op zijn plaats. In het zomerhuis van de familie vond ik op mijn elfde een oude gitaar. Mijn vader had die ooit aan mijn moeder gegeven, maar zij had nooit leren spelen. Ik begon gitaar te leren spelen met die gitaar en na een jaar kon ik een basgitaar kopen door te sparen van het geld dat ik meekreeg om op school eten te kopen. Al snel zat ik ook in mijn eerste bandje en heb sindsdien altijd in bands gezeten. Het was zo van nature, net of ik niet de muziek ontdekte, maar dat de muziek mij omarmde.”
Flavia Coursi vervolgt: “Ik denk dat rock 'n roll de universele taal is van onze tijd. Neem Martin en miezelf als voorbeeld. We werden 10.000 kilometer bij elkaar vandaan geboren, maar ontdekten toen we elkaar ontmoeten dat we een platencollectie hadden die erg op elkaar leek en een zelfde culturele achtergrond. Je kan in Brazilië wonen of in Denemarken of Japan of IJsland, zodra je rock 'n roll speelt is er die connectie met anderen. Rock 'n Roll gaat over je verzetten tegen het systeem, jezelf ontwikkelen, over vrijheid, sex en over shakin’,rattlin’ and rollin’!” Wild gaat verder. “Ik had al jaren een heel grote behoefte om echte grarage rock te spelen. Nadat ik Flavia heb ontmoet ging het eigenlijk vanzelf. We hadden gelijk die klik over hoe het moest klinken en de liedjes.” De vrouwelijke helft van het duo neemt weer het woord als het gaat over het songwriting proces. “Meestal kom ik met een idee. Een riff of een melodie of wat akkoorden en dat laat ik aan Martin zien. Hij beoordeeld het dan en zegt soms “Dit is goed” of “Hier zie ik niks in”. De goede ideeén werken we in de studio dan samen uit. Meestal gaan onze liedjes over de liefde, maar soms ook over haat of onbezonnenheid of verbazen we ons over het leven”. Dan klinkt het diepzinnig van de Deense tak van het duo. “Liedjes ontstaan uit dromen en uit de oude Teisco.”
Het blijft toch een opmerkelijke combinatie het vurige Latijns Amerikaanse en het koele Scandinavië hoewel dat uiteraard stereotypen zijn. Toch werkt het. “Ik vertelde al dat Rock 'n Roll een universele taal is. Het maakt niet uit welk land of zelfs uit welk sterrenstelsel je komt. Ik hoop de dag nog mee te maken dat er op deze wereld geen grenzen meer zijn. Brazilië heeft een fantastische muzikale historie. Vooral in de jaren '60 met Jovem Guarda en Tropicália stromingen en veel bijzondere en obscure garage en beat bands die mij nu ook nog beïnvloeden.
Binnenkort is het plan dat er een nieuw album van The Courettes verschijnt. Met producent Kim Kix wordt er hard aan gewerkt. “We hebben ook met Kim Kix gewerkt aan ons eerste album 'Here are The Courettes', We waren erg blij met het resultaat, dus het was vanzelfsprekend om nu weer met hem te werken, Ons doel is om ook nu weer rauwe en urgente go-go tunes met veel fuzz en wat pop melodieën met sixties vibes op de plaat te zetten. Het werken met Kim is geweldig. Hij heeft prima ideeën, hij is creatief, wild en sluit geen compromissen.” Martin Wild onderstreept de lofzang “Kim is de enige producer waar ik ooit mee gewerkt heb die er in is geslaagd om een oprecht klinkende geweldige garage rock plaat te maken. Het besluit om weer met hem te werken, daar hoefden we niet over na te denken.”
Eurosonic is de eerste keer dat we met The Courettes in Nederland optreden”, kijkt Flavia Couri reikhalzend vooruit. We hebben veel zin om wat van onze garage madness naar Eurosonic te brengen!!! We hopen dat veel mensen onze muziek waarderen en dat we genieten van onze show.” Ook voor Martin Wild is het de eerste keer, alhoewel... “Ik denk het wel ja, maar helemaal zeker ben ik niet. Ik hoop natuurlijk op een good time.“
Tijdens Eurosonic treden The Courettes op 11 januari op in De Spieghel en op 12 januari in Etage.
Elle Exxe doet het voor the love of the beat
GRONINGEN – 'De nieuwe Britse popster', het is het loodzware label wat om de nek is gehangen van de Schotse Elle Exxe, maar de jonge artieste ziet het als een aanmoediging en niet als een rem. Welk podium is dan beter om je te presenteren als Eurosonic? De dame die al jong met haar muziek het publiek opzocht op de straten van Schotland staat voor een Europese doorbraak, te beginnen in Groningen. De Schotse pleit haar zaak op 11 januari in Huize Maas.
“Mijn eerste muzikale stapjes waren het slaan met mijn handen op een piano,” lacht Elle Exxe. “Ik hield er van om me te laten met alles waar ik mijn handen op kon leggen. Boterkuipjes, chop sticks en de deur van de koelkast, alles was een instrument voor me. Ik moet mijn ouders tot wanhoop hebben gedreven toen we onze eerste computer kregen.. De zeven gratis audiotracks die er op waren geinstalleerd – vreselijke gedigitaliseerde versies van klassieke stukken en een video van de opening van de serie 'Happy Days' – heb ik constant afgespeeld. We kregen de digitale encyclopedie Encarta en die heb ik helemaal doorgespit op zoek naar muziek. Op mijn achtste ontdekte ik de saxofoon. Ik heb mijn school gedwongen mij toe te staan dat instrument te leren, ondanks dat ze me vertelden dat ik te klein was. Voor muziek heb ik altijd een grote appetite gehad. Voor elk kerstfeest en elke verjaardag vroeg ik iets muzikaals, zodat ik nog meer muziek kon maken. Ik gebruik nog steeds aparatuur die ik heb gekregen voor mijn dertiende verjaardag om liedjes op te nemen.”
Met zo'n enorme behoefte om te spelen en muziek te maken was de stap naar het optreden klein. Al snel stond de kleine Elle Exxe op straat te spelen in Edinburgh. “Je leert snel een heleboel als je op straat speelt. Je ziet zo veel verschillende mensen en weet al snel hoe je het publiek moet bespelen. Het dwingt je uit je comfort-zone en maakt je dapper. Het dwingt je ook om te blijven oefenen, want als je niet goed bent voorbereid sta je op straat voor gek en dat laten ze je weten.”
De vraag of de stap om het dan professioneel te gaan doen dan ook logisch was levert een enorme schaterlach op. “Ik weet niet of dat ooit een goed idee is geweest om zo mijn centjes te verdienen.” Dan weer serieus. “Ik doe het ' for the love of the beat' en omdat ik graag mensen meeneem buiten hun eigen gedachtenwereld voor een moment en omdat ik graag meehelp een gemeenschap te bouwen waarin liefde en passie betekenis hebben. Muziek heeft mij ook door moeilijke tijden gesleept en ik wil die stem zijn die anderen helpt als zij het even niet meer zien zitten. Ik hou er van muziek te maken die mensen samenbrengt en waardoor ze in gesprek met elkaar raken. Ik wil dat de podia waar ik speel gevuld zijn en niet dat ik mensen van me vervreemd. Ik hou er dus van om muziek te maken waar mensen graag naar luisteren. Pop is fun en wordt niet beperkt door grenzen aan het genre. Je kunt het op zoveel manieren maken met invloeden van zoveel muzieksoorten. Het heeft alleen dat speciale element nodig van een catchy hook. Voor mij is popmuziek een vrolijke vrijheid.” Die vrolijke vrijheid komt niet altijd terug in de teksten van Elle Exxe. Serieuze en emotionele momenten in haar leven worden omgezet in liedjes. “Ik hou er van te schrijven over de ervaringen die ik in mijn leven meemaak. Dat kunnen ervaringen zijn van mezelf, maar ook wat vrienden meemaken. Ik tracht daarover eerlijk en ongekunsteld te schrijven. Hoe emotioneler iets is, hoe eenvoudiger, maar ook urgenter het voor mij is om er over te schrijven.
Op het podium is Elle Exxe een opvallende verschijning. Vooral haar outfits spelen een belangrijke rol in de show. “Naast de muziek is het ontwerpen van kleding altijd erg belangrijk geweest voor mij. Ik ontwierp al mijn jurken voor de schoolprom en mijn moeder maakte ze dan voor mij. Op het moment dat ik bezig was met mijn album en de shows om dat album te presenteren en alles wat daarbij komt kijken raakte ik geobsedeerd met contrast en tegenstellingen. De beste artiesten zijn diegene die ook wat controverse aandurven en mensen stimuleren een mening te vormen. Ik doe dat door één kant te tonen van een multi-dimensionale realiteit. Ik wilde een 2D beeld maken zodat mijn band op het podium eruit ziet alsof ze getekend zijn om mijn visie uit te dragen.”
Terug naar Schotland en wel naar Edinburgh de stad waar Elle Exxe opgroeide, haar eerste stappen zette in de muziek en die grote invloed op haar had. “Edinburgh is één van de leukste steden in de hele wereld”, klinkt het met passie en liefde voor de Schotse stad. “Het is een hele mooie plek gevuld met fun-loving people, verbazingwekkend lekkere maar vette gerechten en goedkope drank. De muziek is erg veranderd de laatste jaren. In de tijd dat ik er opgroeide werd er voornamelijk rock, metal en jazz gespeeld op de podia in de stad. Dit heeft me erg beïnvloed. Ik speel saxofoon en piano en hield er erg van om jazz te spelen in die dagen. De enige clubs waar je mocht komen voor je 18 jaar was programmeerden voornamelijk heavy-metal. Hier heb ik de agressie en passie vandaan die je terug vindt in mijn muziek. Edinburgh's heeft inmiddels een veel wijder aanbod aan muziek. Er is veel dance tegenwoordig en ook de rap krijgt een vaste voet aan de grond. Ik zou het geweldig als Edinburgh ook nog wat meer de pop-scene zou ondersteunen en er ook voor deze groep nog wat meer mogelijkheden komen om op te treden”, geeft Elle Exxe de Schotse stad mee.
Echt in het oog sprong de zangeres met haar album 'On Love Fuelled Hate' dat ze recent uitbracht. Een prima ontvangen album. De opvolger van haar debuut EP die in 2015 op de markt kwam. “Ik ben erg trots op mijn album”, kijkt Elle Exxe bijpassend “en alles wat ik heb bereikt met dat album tot nu toe. Dat was ook mijn doel. Een album maken waar ik zelf trots op was of het nu commercieel een succes was of niet. Ik wilde ook iets maken met synergie en een doorlopend verhaal over het hele album. Ik ben super blij dat dat echt gelukt is. De reden daarvoor is dat ik graag wil dat mensen het album met aandacht beluisteren. De tijd nemen om het album van begin tot eind te beluisteren. Ik hoor heel vaak van mensen dat ze dat echt doen en dat is geweldig om te vernemen. De EP was een soort vingeroefgening voor het album. Het grootste verschil is dat het album ook als LP is uitgekomen. Het album heeft 14 nummers en is opnieuw geproduceerd. De nummers zijn gemixt door Joe Kearns en gemastered door John Davis.”
Dan is het tijd om vooruit te kijken. Elle Exxe staat te popelen om naar Groningen te komen. Ze heeft grote verwachtingen van Eurosonic. “Het is de eerste keer dat ik naar Nederland kom. Ik kan niet wachten! Mijn verwachtingen zijn hoog gespannen. Ik heb van zoveel mensen geweldige dingen gehoord van Eurosonic. Ik heb via internet een kijkje genomen op het podium, Huize Maas, waar ik speel en dat ziet er fantastisch uit. Ik luister ook veel naar de playlist van Eurosonic en er treden zoveel fantastische artiesten op. It’s gonna be a blast”, besluit Elle Exxe voor wie het festival vandaag nog wel mag beginnen.
In het kader van Eurosonic staat Elle Exxe op 11 januari in Huize Maas in Groningen.
GRONINGEN – 'De nieuwe Britse popster', het is het loodzware label wat om de nek is gehangen van de Schotse Elle Exxe, maar de jonge artieste ziet het als een aanmoediging en niet als een rem. Welk podium is dan beter om je te presenteren als Eurosonic? De dame die al jong met haar muziek het publiek opzocht op de straten van Schotland staat voor een Europese doorbraak, te beginnen in Groningen. De Schotse pleit haar zaak op 11 januari in Huize Maas.
“Mijn eerste muzikale stapjes waren het slaan met mijn handen op een piano,” lacht Elle Exxe. “Ik hield er van om me te laten met alles waar ik mijn handen op kon leggen. Boterkuipjes, chop sticks en de deur van de koelkast, alles was een instrument voor me. Ik moet mijn ouders tot wanhoop hebben gedreven toen we onze eerste computer kregen.. De zeven gratis audiotracks die er op waren geinstalleerd – vreselijke gedigitaliseerde versies van klassieke stukken en een video van de opening van de serie 'Happy Days' – heb ik constant afgespeeld. We kregen de digitale encyclopedie Encarta en die heb ik helemaal doorgespit op zoek naar muziek. Op mijn achtste ontdekte ik de saxofoon. Ik heb mijn school gedwongen mij toe te staan dat instrument te leren, ondanks dat ze me vertelden dat ik te klein was. Voor muziek heb ik altijd een grote appetite gehad. Voor elk kerstfeest en elke verjaardag vroeg ik iets muzikaals, zodat ik nog meer muziek kon maken. Ik gebruik nog steeds aparatuur die ik heb gekregen voor mijn dertiende verjaardag om liedjes op te nemen.”
Met zo'n enorme behoefte om te spelen en muziek te maken was de stap naar het optreden klein. Al snel stond de kleine Elle Exxe op straat te spelen in Edinburgh. “Je leert snel een heleboel als je op straat speelt. Je ziet zo veel verschillende mensen en weet al snel hoe je het publiek moet bespelen. Het dwingt je uit je comfort-zone en maakt je dapper. Het dwingt je ook om te blijven oefenen, want als je niet goed bent voorbereid sta je op straat voor gek en dat laten ze je weten.”
De vraag of de stap om het dan professioneel te gaan doen dan ook logisch was levert een enorme schaterlach op. “Ik weet niet of dat ooit een goed idee is geweest om zo mijn centjes te verdienen.” Dan weer serieus. “Ik doe het ' for the love of the beat' en omdat ik graag mensen meeneem buiten hun eigen gedachtenwereld voor een moment en omdat ik graag meehelp een gemeenschap te bouwen waarin liefde en passie betekenis hebben. Muziek heeft mij ook door moeilijke tijden gesleept en ik wil die stem zijn die anderen helpt als zij het even niet meer zien zitten. Ik hou er van muziek te maken die mensen samenbrengt en waardoor ze in gesprek met elkaar raken. Ik wil dat de podia waar ik speel gevuld zijn en niet dat ik mensen van me vervreemd. Ik hou er dus van om muziek te maken waar mensen graag naar luisteren. Pop is fun en wordt niet beperkt door grenzen aan het genre. Je kunt het op zoveel manieren maken met invloeden van zoveel muzieksoorten. Het heeft alleen dat speciale element nodig van een catchy hook. Voor mij is popmuziek een vrolijke vrijheid.” Die vrolijke vrijheid komt niet altijd terug in de teksten van Elle Exxe. Serieuze en emotionele momenten in haar leven worden omgezet in liedjes. “Ik hou er van te schrijven over de ervaringen die ik in mijn leven meemaak. Dat kunnen ervaringen zijn van mezelf, maar ook wat vrienden meemaken. Ik tracht daarover eerlijk en ongekunsteld te schrijven. Hoe emotioneler iets is, hoe eenvoudiger, maar ook urgenter het voor mij is om er over te schrijven.
Op het podium is Elle Exxe een opvallende verschijning. Vooral haar outfits spelen een belangrijke rol in de show. “Naast de muziek is het ontwerpen van kleding altijd erg belangrijk geweest voor mij. Ik ontwierp al mijn jurken voor de schoolprom en mijn moeder maakte ze dan voor mij. Op het moment dat ik bezig was met mijn album en de shows om dat album te presenteren en alles wat daarbij komt kijken raakte ik geobsedeerd met contrast en tegenstellingen. De beste artiesten zijn diegene die ook wat controverse aandurven en mensen stimuleren een mening te vormen. Ik doe dat door één kant te tonen van een multi-dimensionale realiteit. Ik wilde een 2D beeld maken zodat mijn band op het podium eruit ziet alsof ze getekend zijn om mijn visie uit te dragen.”
Terug naar Schotland en wel naar Edinburgh de stad waar Elle Exxe opgroeide, haar eerste stappen zette in de muziek en die grote invloed op haar had. “Edinburgh is één van de leukste steden in de hele wereld”, klinkt het met passie en liefde voor de Schotse stad. “Het is een hele mooie plek gevuld met fun-loving people, verbazingwekkend lekkere maar vette gerechten en goedkope drank. De muziek is erg veranderd de laatste jaren. In de tijd dat ik er opgroeide werd er voornamelijk rock, metal en jazz gespeeld op de podia in de stad. Dit heeft me erg beïnvloed. Ik speel saxofoon en piano en hield er erg van om jazz te spelen in die dagen. De enige clubs waar je mocht komen voor je 18 jaar was programmeerden voornamelijk heavy-metal. Hier heb ik de agressie en passie vandaan die je terug vindt in mijn muziek. Edinburgh's heeft inmiddels een veel wijder aanbod aan muziek. Er is veel dance tegenwoordig en ook de rap krijgt een vaste voet aan de grond. Ik zou het geweldig als Edinburgh ook nog wat meer de pop-scene zou ondersteunen en er ook voor deze groep nog wat meer mogelijkheden komen om op te treden”, geeft Elle Exxe de Schotse stad mee.
Echt in het oog sprong de zangeres met haar album 'On Love Fuelled Hate' dat ze recent uitbracht. Een prima ontvangen album. De opvolger van haar debuut EP die in 2015 op de markt kwam. “Ik ben erg trots op mijn album”, kijkt Elle Exxe bijpassend “en alles wat ik heb bereikt met dat album tot nu toe. Dat was ook mijn doel. Een album maken waar ik zelf trots op was of het nu commercieel een succes was of niet. Ik wilde ook iets maken met synergie en een doorlopend verhaal over het hele album. Ik ben super blij dat dat echt gelukt is. De reden daarvoor is dat ik graag wil dat mensen het album met aandacht beluisteren. De tijd nemen om het album van begin tot eind te beluisteren. Ik hoor heel vaak van mensen dat ze dat echt doen en dat is geweldig om te vernemen. De EP was een soort vingeroefgening voor het album. Het grootste verschil is dat het album ook als LP is uitgekomen. Het album heeft 14 nummers en is opnieuw geproduceerd. De nummers zijn gemixt door Joe Kearns en gemastered door John Davis.”
Dan is het tijd om vooruit te kijken. Elle Exxe staat te popelen om naar Groningen te komen. Ze heeft grote verwachtingen van Eurosonic. “Het is de eerste keer dat ik naar Nederland kom. Ik kan niet wachten! Mijn verwachtingen zijn hoog gespannen. Ik heb van zoveel mensen geweldige dingen gehoord van Eurosonic. Ik heb via internet een kijkje genomen op het podium, Huize Maas, waar ik speel en dat ziet er fantastisch uit. Ik luister ook veel naar de playlist van Eurosonic en er treden zoveel fantastische artiesten op. It’s gonna be a blast”, besluit Elle Exxe voor wie het festival vandaag nog wel mag beginnen.
In het kader van Eurosonic staat Elle Exxe op 11 januari in Huize Maas in Groningen.
Áine Cahill: “I love Popmusic and smokey jazz”
Foto: Dani Fro
GRONINGEN – Ierland is per definitie leverancier van prachtige muzikanten. Schijnbaar probleemloos worden daar onderscheidende artiesten afgeleverd, generatie naar generatie. Áine Cahill is zo'n artieste van de komende generatie. De jonge Ierse mag zich dan ook presenteren op Eurosonic. Op 13 januari staat ze in de AA-Kerk in Groningen. Het is de eerste keer dat Cahill buiten de Britse eilanden optreedt met haar liedjes beïnvloed door popmuziek en smokey jazz.
“Ik kijk erg uit naar Eurosonic”, jubelt Cahill opgetogen bij het vooruitzicht. Het is een druilerige dag en de zangeres heeft een extreem drukke periode achter de rug, maar het drukt de stemming niet. “Het is mijn eerste optreden buiten Ierland en Groot Brittanië.” Bij onze overzeese buren is Cahill allang in the picture en stond ze op diverse grote festivals, waaronder Glastonbury. Eurosonic moet het begin worden van een vaste voet op het Europese vasteland. “Ik hoop dat mensen me begrijpen en van mijn muziek houden”, klinkt het toch even benauwd.
“Ik zie mezelf niet iets anders doen dan muziek”, gaat Áine Cahill op haar beroepskeuze of eigenlijk dus roeping in. “Ik was een jaar of zestien toen ik er mee in aanraking kwam. Ik besloot dat ik piano wilde leren. Via filmpjes op youtube ben ik gaan oefenen en heb mezelf zo piano leren spelen. Eerder was ik niet zo met muziek bezig. Ik was een Tom Boy Ik hield van sport”, glinsteren de ogen van Cahill bij de gedachte terug. “Ik deed elke sport die ik maar kon doen. Op een moment dat ik in mijn late tienerjaren was struikelde ik een beetje bij toeval over muziek. Dat heeft me door die jaren heen geholpen op momenten dat ik het moeilijk had. Op het moment dat ik mijn eerste liedje heb geschreven en gezongen voor mijn familie zijn mijn ouders volledig achter me gaan staan en hebben me in alles gesteund. Ik schreef liedjes in mijn slaapkamer en mijn familie was mijn publiek. Af en toe deed ik ook daarnaast wel eens lokaal een optreden. Ik had nooit verwacht dat het zo'n vlucht zou nemen. Ik was een jaar of 19 toen dat punt kwam en ik dacht; dit wil ik mijn hele leven gaan doen. Ik hou van zingen. Daarom wil ik dat podium op. Ik ben altijd een 'performer'geweest. Ik weet nog dat één van mijn leraren vertelde aan mijn ouders dat ik gevoel had voor dramatiek. Diezelfde leraar was ook de eerste die me vertelde dat ik een mooie stem had. Het heeft daarna nog wel jaren geduurd voor ik die ben gaan gebruiken.”
“I love Pop Music en I love Smokey Jazz”, vertelt Áine Cahill over haar invloeden. “Op het moment dat ik voor het eerst iets wilde opnemen wilde ik iets doen dat tegelijk modern was, maar ook het gevoel had van oude jazz. Ik keek in die periode dat ik begon met serieus liedjesschrijven veel naar films uit de jaren '50. Ik hield van de liedjes uit die films. Dat heeft een grote invloed gehad op de manier waarop ik zing, welke melodieën mij aanspreken en van welke films dat ik hou. Ik denk dat het mijn melodieën en de toon van mijn stem is die echt dat jazz gevoel aan mijn muziek geeft, terwijl de productie modern is. Ik ben ook erg geïnspireerd door moderne popmuziek. Mensen als Lady Gaga, Lana del Rey en dat soort artiesten. Die hebben ook een enorme invloed gehad op mij als artiest. Hoe moet ik dan mijn muziek noemen. Ik zou zeggen iets van pop/alt-pop” Na het etiketplakken komt het gesprek als vanzelf uit bij het schrijven van de liedjes. “Ik begin meestal met een idee of een titel. Dan bedenk ik wat akkoorden op mijn piano en dan ontstaan haast tegelijkertijd de melodie en de tekst. Ik gebruikte eerst bestaande verhalen om in de liedjes iets over mezelf te vertellen, zoals in 'Black Dahlia' of 'Bonnie en Clyde'. Mijn nieuwe materiaal is veel meer zonder omwegen om te vertellen wat er met mij aan de hand is en hoe ik me voel.”
Het eerste album van Áine Cahill is al van even terug. “Paper Crown' is uitgebracht in december 2014. Het is opgenomen liedje voor liedje. Ik werkte in een hotel en legde elk cent opzij om te sparen voor een opname. Zo kon ik zo eens in de twee maanden een liedje opnemen. Ik deed dat allemaal zelf. Ik had in die dagen nog geen manager of zo iets. Ik werkte wel met de briljante producer Martin Quinn van JAM Studios op de meeste van deze liedjes met uitzondering van 'White Piano'. Ik ben erg blij met hoe het album geworden is.”
Ter afsluiting gaan we voor Áine Cahill letterlijk nog even terug naar huis voor Groningen en wie weet Europa en de wereld op haar wachten. Het begon allemaal in een plaatsje nog net aan de Ierse kant van de grens met Noord-Ierland. “Country Cavan is een kleine gemeente in Ierland. We hebben een geweldige muziek en kunst gemeenschap daar”, klinkt het met weemoed. “The Strypes en Lisa O'Neil komen ook uit Cavan. Ik hou van Cavan. Het heeft me nog niet geïnspireerd tot een lied, maar ik weet zeker dat ik op een zeker moment een liedje ga schrijven over Cavan.”
Áine Cahill treedt tijdens Eurosonic op 13 januari op in de Der AA Kerk in Groningen.
Foto: Dani Fro
GRONINGEN – Ierland is per definitie leverancier van prachtige muzikanten. Schijnbaar probleemloos worden daar onderscheidende artiesten afgeleverd, generatie naar generatie. Áine Cahill is zo'n artieste van de komende generatie. De jonge Ierse mag zich dan ook presenteren op Eurosonic. Op 13 januari staat ze in de AA-Kerk in Groningen. Het is de eerste keer dat Cahill buiten de Britse eilanden optreedt met haar liedjes beïnvloed door popmuziek en smokey jazz.
“Ik kijk erg uit naar Eurosonic”, jubelt Cahill opgetogen bij het vooruitzicht. Het is een druilerige dag en de zangeres heeft een extreem drukke periode achter de rug, maar het drukt de stemming niet. “Het is mijn eerste optreden buiten Ierland en Groot Brittanië.” Bij onze overzeese buren is Cahill allang in the picture en stond ze op diverse grote festivals, waaronder Glastonbury. Eurosonic moet het begin worden van een vaste voet op het Europese vasteland. “Ik hoop dat mensen me begrijpen en van mijn muziek houden”, klinkt het toch even benauwd.
“Ik zie mezelf niet iets anders doen dan muziek”, gaat Áine Cahill op haar beroepskeuze of eigenlijk dus roeping in. “Ik was een jaar of zestien toen ik er mee in aanraking kwam. Ik besloot dat ik piano wilde leren. Via filmpjes op youtube ben ik gaan oefenen en heb mezelf zo piano leren spelen. Eerder was ik niet zo met muziek bezig. Ik was een Tom Boy Ik hield van sport”, glinsteren de ogen van Cahill bij de gedachte terug. “Ik deed elke sport die ik maar kon doen. Op een moment dat ik in mijn late tienerjaren was struikelde ik een beetje bij toeval over muziek. Dat heeft me door die jaren heen geholpen op momenten dat ik het moeilijk had. Op het moment dat ik mijn eerste liedje heb geschreven en gezongen voor mijn familie zijn mijn ouders volledig achter me gaan staan en hebben me in alles gesteund. Ik schreef liedjes in mijn slaapkamer en mijn familie was mijn publiek. Af en toe deed ik ook daarnaast wel eens lokaal een optreden. Ik had nooit verwacht dat het zo'n vlucht zou nemen. Ik was een jaar of 19 toen dat punt kwam en ik dacht; dit wil ik mijn hele leven gaan doen. Ik hou van zingen. Daarom wil ik dat podium op. Ik ben altijd een 'performer'geweest. Ik weet nog dat één van mijn leraren vertelde aan mijn ouders dat ik gevoel had voor dramatiek. Diezelfde leraar was ook de eerste die me vertelde dat ik een mooie stem had. Het heeft daarna nog wel jaren geduurd voor ik die ben gaan gebruiken.”
“I love Pop Music en I love Smokey Jazz”, vertelt Áine Cahill over haar invloeden. “Op het moment dat ik voor het eerst iets wilde opnemen wilde ik iets doen dat tegelijk modern was, maar ook het gevoel had van oude jazz. Ik keek in die periode dat ik begon met serieus liedjesschrijven veel naar films uit de jaren '50. Ik hield van de liedjes uit die films. Dat heeft een grote invloed gehad op de manier waarop ik zing, welke melodieën mij aanspreken en van welke films dat ik hou. Ik denk dat het mijn melodieën en de toon van mijn stem is die echt dat jazz gevoel aan mijn muziek geeft, terwijl de productie modern is. Ik ben ook erg geïnspireerd door moderne popmuziek. Mensen als Lady Gaga, Lana del Rey en dat soort artiesten. Die hebben ook een enorme invloed gehad op mij als artiest. Hoe moet ik dan mijn muziek noemen. Ik zou zeggen iets van pop/alt-pop” Na het etiketplakken komt het gesprek als vanzelf uit bij het schrijven van de liedjes. “Ik begin meestal met een idee of een titel. Dan bedenk ik wat akkoorden op mijn piano en dan ontstaan haast tegelijkertijd de melodie en de tekst. Ik gebruikte eerst bestaande verhalen om in de liedjes iets over mezelf te vertellen, zoals in 'Black Dahlia' of 'Bonnie en Clyde'. Mijn nieuwe materiaal is veel meer zonder omwegen om te vertellen wat er met mij aan de hand is en hoe ik me voel.”
Het eerste album van Áine Cahill is al van even terug. “Paper Crown' is uitgebracht in december 2014. Het is opgenomen liedje voor liedje. Ik werkte in een hotel en legde elk cent opzij om te sparen voor een opname. Zo kon ik zo eens in de twee maanden een liedje opnemen. Ik deed dat allemaal zelf. Ik had in die dagen nog geen manager of zo iets. Ik werkte wel met de briljante producer Martin Quinn van JAM Studios op de meeste van deze liedjes met uitzondering van 'White Piano'. Ik ben erg blij met hoe het album geworden is.”
Ter afsluiting gaan we voor Áine Cahill letterlijk nog even terug naar huis voor Groningen en wie weet Europa en de wereld op haar wachten. Het begon allemaal in een plaatsje nog net aan de Ierse kant van de grens met Noord-Ierland. “Country Cavan is een kleine gemeente in Ierland. We hebben een geweldige muziek en kunst gemeenschap daar”, klinkt het met weemoed. “The Strypes en Lisa O'Neil komen ook uit Cavan. Ik hou van Cavan. Het heeft me nog niet geïnspireerd tot een lied, maar ik weet zeker dat ik op een zeker moment een liedje ga schrijven over Cavan.”
Áine Cahill treedt tijdens Eurosonic op 13 januari op in de Der AA Kerk in Groningen.
Alice Bisi van Birthh: “Ik schrijf liedjes met mijn hele lichaam”
Foto: Margot Pandone
GRONINGEN – Wat goed is komt snel en dat telt zeker voor Alice Bisi. Pas 19 is de zangeres en ze staat in januari op Eurosonic/Noorderslag met haar Birthh. Birthh brengt electronische folk met getroubleerde teksten. Geen luchtige tiener verhaaltjes voor deze Italiaanse, maar doorwrochte verhalen. Een erg interressante act op het Eurosonic podium die ook nog eens een voorliefde voor Nederland heeft.
“Ik kan eigenlijk niet een moment in mijn leven herinneren dat ik niet volledig onder gedompeld was in de muziek”, kijkt Alice Bisi peinzende in Florence als de gelenheid er is om haar te spreken in deze prachtige aloude stad, die dus moderne muziek voortbrengt. “Mijn grootvader speelde al op de verschillende podia in deze stad en organiseert nog steeds karaoke avonden. Mijn moeder zong in een koor en mijn vader speelde liedjes met zijn gitaar en zong daarbij. Als kind wilde ik drummer worden, maar mijn vader heeft dat heel handig weten te draaien naar gitaarles. Op het moment dat ik dat een beetje onder de knie had ben ik mijn eigen liedjes gaan schrijven en spewelde ook muziek na school met mijn vrienden en klasgenoten.” Met dit begin stond Bisi ook al snel op het podium met haar eigen muziek en gloort een loopbaan. “als je iets te vertellen hebt”, klinkt het vastbesloten, 'en het medium waarmee je communiceert is muziek dan is het heel natuurlijk dat je het podium opstapt om die boodschap over te brengen. Het is een manier, een taal, die helpt om je gevoelens zo effectief mogelijk over te brengen naar andere mensen. De rest is bijzaak, hoewel ik het ook wel erg fijn zou vinden als ik mer de muziek in mijn levensonderhoud kon voorzien”, klinkt het na de verheven woorden ineens erg nuchter.
De term electronische folk behoeft wat uitleg. Birthh is niet het meisje met gitaar op het podium dat folkliedjes zingt. “In het begin schiep ik mijn liedjes met gitaar of piano en zo trad ik ook op, maar als de liedjes zich ontwikkelden werd ik steeds meer en meer getrokken door de rijkheid en variatie aan klanken di electronica kan toevoegen aan folk”, omschrijft de Florentijnse het proces. Naadloos vervolgt ze in het liedjesschrijf proces. “Ik schrijf liedjes met mijn hele lichaam. Het is een erg intiem, maar heel bevrijdend proces. Ik van alles wat mij raakt in mijn ziel op een manier die dieper gaat dan het gevoel een liedje schrijven. Als dat gebeurd kan het schrijfproces heel verschillend zijn, maar de kern is aanwezig en klaar om bevrijd te worden.”
Het gesprek komt op Florence. Een stad met een geschiedenis die terug gaat op stichter Julius Ceasar en waar jaarlijke miljoenen toeristen komen om te genieten van de pracht en praal van de Renaissance stad zoals die ontstaan onder de familie De Medici. In die jaren de broedplaats van de schone kunsten en zeer vooruitstrevend in de bouw- beeldhouw- en schilderkunst. “Florence is een eigenaardige stad”, beschrijft Bisi haar gevoelens. Ik heb heel veel shows gedaan overal in Italië en daarbuiten, maar pas een paar weken geleden heb ik voor het eerst hier in Florence opgetreden. Dat feit aleen getuigd al hoe merkwaardig deze stad is. De stad blinkt er in uit om miljoenen te trekken aan bezoekers met zijn schoonheid, maar moet nog erg veel werk verzetten om ook het nieuwe dat ontstaat binnen zijn muren te koesteren.”
Nog niet zo heel lang geleden verscheen 'Born in the Woods'. Het debuutalbum van Birthh en een tweede album is aangekondigd. “Bij het maken en opnemen van 'Born in the Woods' had ik vooraf er niet veel verwachtingen van. Alleen dat ik het ging uitbrengen en dan wel zou zien wat er ging gebeuren. Ik ben erg blij hoe het is geworden.” In de aankondiging van Eurosonic is er sprake van dat in februari alweer een nieuw album uitkomt. “Het is nog veel te vroeg op dit moment om toekomstige projecten te bespreken”, zaait Bisi over dat project twijfel. “Ik weet zeker dat het thematisch een heel ander werk gaat worden dan 'Born in the Woods'.
Birthh is nog maar net terug van een Europese toer die Alice Bisi en haar band door Frankrijk, België, Duitsland en Luxemburg voerde. De jonge Italiaanse zit nog vol met indrukken. “Toeren in het buitenland is op het zelfde moment geweldig spannen, maar ook erg vermoeiend met alle daarbij van toepassing zijnde voor en nadelen. Ik hou er van om voor het podium mensen te zien die hun leven misschien wel duizenden kilometers bij mij vandaa leven en toch voor het podium staan met hun ogen dicht te genieten van mijn muziek. Je voelt je zo verbonden met elkaar dan.”
Straks wachten nog meer verre vermoeiende reizen. Eerst naar Groningen voor Eurosonic en later naar Texas voor SXSW om maar twee mooie namen te noemen om je op te presenteren. “Wat ik er van moet verwachten? Verwachtingen zijn niet mijn sterkste punt. Ik kijk er naar uit om op deze pachtige festivals te spelen en ga genieten van de shows en alles er om heen. Ik hou van Nederland dus ook dat is een mooie bonus”, lacht Bisi.
Birthh staat in januari op Eurosonic
Foto: Margot Pandone
GRONINGEN – Wat goed is komt snel en dat telt zeker voor Alice Bisi. Pas 19 is de zangeres en ze staat in januari op Eurosonic/Noorderslag met haar Birthh. Birthh brengt electronische folk met getroubleerde teksten. Geen luchtige tiener verhaaltjes voor deze Italiaanse, maar doorwrochte verhalen. Een erg interressante act op het Eurosonic podium die ook nog eens een voorliefde voor Nederland heeft.
“Ik kan eigenlijk niet een moment in mijn leven herinneren dat ik niet volledig onder gedompeld was in de muziek”, kijkt Alice Bisi peinzende in Florence als de gelenheid er is om haar te spreken in deze prachtige aloude stad, die dus moderne muziek voortbrengt. “Mijn grootvader speelde al op de verschillende podia in deze stad en organiseert nog steeds karaoke avonden. Mijn moeder zong in een koor en mijn vader speelde liedjes met zijn gitaar en zong daarbij. Als kind wilde ik drummer worden, maar mijn vader heeft dat heel handig weten te draaien naar gitaarles. Op het moment dat ik dat een beetje onder de knie had ben ik mijn eigen liedjes gaan schrijven en spewelde ook muziek na school met mijn vrienden en klasgenoten.” Met dit begin stond Bisi ook al snel op het podium met haar eigen muziek en gloort een loopbaan. “als je iets te vertellen hebt”, klinkt het vastbesloten, 'en het medium waarmee je communiceert is muziek dan is het heel natuurlijk dat je het podium opstapt om die boodschap over te brengen. Het is een manier, een taal, die helpt om je gevoelens zo effectief mogelijk over te brengen naar andere mensen. De rest is bijzaak, hoewel ik het ook wel erg fijn zou vinden als ik mer de muziek in mijn levensonderhoud kon voorzien”, klinkt het na de verheven woorden ineens erg nuchter.
De term electronische folk behoeft wat uitleg. Birthh is niet het meisje met gitaar op het podium dat folkliedjes zingt. “In het begin schiep ik mijn liedjes met gitaar of piano en zo trad ik ook op, maar als de liedjes zich ontwikkelden werd ik steeds meer en meer getrokken door de rijkheid en variatie aan klanken di electronica kan toevoegen aan folk”, omschrijft de Florentijnse het proces. Naadloos vervolgt ze in het liedjesschrijf proces. “Ik schrijf liedjes met mijn hele lichaam. Het is een erg intiem, maar heel bevrijdend proces. Ik van alles wat mij raakt in mijn ziel op een manier die dieper gaat dan het gevoel een liedje schrijven. Als dat gebeurd kan het schrijfproces heel verschillend zijn, maar de kern is aanwezig en klaar om bevrijd te worden.”
Het gesprek komt op Florence. Een stad met een geschiedenis die terug gaat op stichter Julius Ceasar en waar jaarlijke miljoenen toeristen komen om te genieten van de pracht en praal van de Renaissance stad zoals die ontstaan onder de familie De Medici. In die jaren de broedplaats van de schone kunsten en zeer vooruitstrevend in de bouw- beeldhouw- en schilderkunst. “Florence is een eigenaardige stad”, beschrijft Bisi haar gevoelens. Ik heb heel veel shows gedaan overal in Italië en daarbuiten, maar pas een paar weken geleden heb ik voor het eerst hier in Florence opgetreden. Dat feit aleen getuigd al hoe merkwaardig deze stad is. De stad blinkt er in uit om miljoenen te trekken aan bezoekers met zijn schoonheid, maar moet nog erg veel werk verzetten om ook het nieuwe dat ontstaat binnen zijn muren te koesteren.”
Nog niet zo heel lang geleden verscheen 'Born in the Woods'. Het debuutalbum van Birthh en een tweede album is aangekondigd. “Bij het maken en opnemen van 'Born in the Woods' had ik vooraf er niet veel verwachtingen van. Alleen dat ik het ging uitbrengen en dan wel zou zien wat er ging gebeuren. Ik ben erg blij hoe het is geworden.” In de aankondiging van Eurosonic is er sprake van dat in februari alweer een nieuw album uitkomt. “Het is nog veel te vroeg op dit moment om toekomstige projecten te bespreken”, zaait Bisi over dat project twijfel. “Ik weet zeker dat het thematisch een heel ander werk gaat worden dan 'Born in the Woods'.
Birthh is nog maar net terug van een Europese toer die Alice Bisi en haar band door Frankrijk, België, Duitsland en Luxemburg voerde. De jonge Italiaanse zit nog vol met indrukken. “Toeren in het buitenland is op het zelfde moment geweldig spannen, maar ook erg vermoeiend met alle daarbij van toepassing zijnde voor en nadelen. Ik hou er van om voor het podium mensen te zien die hun leven misschien wel duizenden kilometers bij mij vandaa leven en toch voor het podium staan met hun ogen dicht te genieten van mijn muziek. Je voelt je zo verbonden met elkaar dan.”
Straks wachten nog meer verre vermoeiende reizen. Eerst naar Groningen voor Eurosonic en later naar Texas voor SXSW om maar twee mooie namen te noemen om je op te presenteren. “Wat ik er van moet verwachten? Verwachtingen zijn niet mijn sterkste punt. Ik kijk er naar uit om op deze pachtige festivals te spelen en ga genieten van de shows en alles er om heen. Ik hou van Nederland dus ook dat is een mooie bonus”, lacht Bisi.
Birthh staat in januari op Eurosonic
Amanda Rheaume: “Optreden in Afghanistan veranderde mijn leven”
STEENDAM – In 2009 stond Amanda Rheaume op het beton van het vliegveld in Kandahar toe te kijken hoe drie Canadeze soldaten in hun kisten in het licht van de maan in een Hercules transportkist werden gehezen om de lange reis terug naar huis te maken. Hun leven gegeven voor hun land. Veel kameraden in gelid om afscheid te nemen, terwijl de doedelzak speelt. Afghanistan was een ervaring die grote indruk maakte op de Canadeze zangeres en haar leven veranderde. Minder heftig is waarschijnlijk het bezoek aan Steendam dat Rheaume op 21 november brengt voor een optreden bij Podium Peter & Leni, maar wie Rheaume eerder heeft zien optreden weet dat het ook zeker een zeer memorabel optreden gaat worden van deze fantastische artieste.
“Ik ben drie keer naar Afghanistan gevlogen om voor de Canadeze troepen daar op te treden. Dat waren reizen die mijn leven veranderden, zowel als mens als ook als artiest”, vertelt Amanda Rheaume als we haar spreken in Duitsland waar ze met haar band The Great Unknown, waarin onder andere de hier ook bekende bassiste MJ Dandeneau, in onder andere in Berlijn optreedt. “Ik zag hoe Canadeze mannen en vrouwen zo hard aan het werk waren om onder moeilijke omstandigheden en met gevaar voor eigen leven, ver weg van hun familie, mensen te helpen en te beschermen. Dat was een openbaring voor me en heeft me alles wat ik zong in mijn liedjes doen heroverwegen.”
Al vroeg leerde de Canadeze de muziek kennen. “Op mijn negende heb ik piano leren spelen. Op mijn twaalfde kreeg ik mijn eerste gitaar. Ik ben begonnen met gitaar spelen. Vanaf dat moment heb ik nooit meer achterom gekeken. Ik werd geïnspireerd door mensen als Alanis Morissette en Ann Difranco. Zij waren enorme voorbeelden voor me toen ik begon als songwriter. Ik heb vanaf mijn vijftiende altijd mijn eigen muziek geschreven. ” Inmiddels is Rheaume een gevierd folkartieste die in haar liedjes vaak persoonlijk historie verwerkt en met invloeden van folk, rock, roots en pop een heel eigen sound heeft en voor het optreden leeft. “Ik hou er van het podium op te gaan en die band met het publiek op te bouwen. Ieder optreden is weer verschillend en ik mag liedjes zingen en verhalen vertellen voor nieuwe mensen. Ik denk dat ik mensen kan inspireren en aanmoedigen om ook over hun eigen leven na te denken en daarop te reflecteren door middel van mijn teksten.”
Reflecteren over haar leven en zich inzetten voor niet alleen haar eigen loopbaan doet Amanda Rheaume ook, Ze zet zich, naast haar optredens voor het Canadeze leger, op verschillende manieren in voor de maatschappij en tal van goede doelen. Het jaarlijke evenement Babes4Breasts bijvoorbeeld. Met concerten en compilatiealbums wordt geld ingezameld door artiesten voor de strijd tegen borstkanker. Ook hier bekende namen als Lynn Myles en Ann Vriend verlenen hier hun medewerking aan. Amanda is samen met oprichtster Ana Miura de drijvende kracht achter dit doel. In oktober werd het tien jarig bestaan gevierd. “Het gevoel dat je voor een enorm publiek met vrienden mag optreden en liedjes mag zingen en tegelijkertijd voor zo'n goed doel het verschil kunt maken is geweldig.”
Op haar laatste album 'Keep a Fire', een album waarop de zo betreurde gitarist Fraser Holmes nog meespeelt die haar ook in 2014 in Nederland begeleide, gaat het vaak over haar familiegeschiedenis. Deze rijke familiegeschiedenis met onder andere Métis bloedlijnen, maar ook haar Europese afkomst heeft bewogen en rijke verhalen opgeleverd. Niet allemaal vrolijk, wel vol hoop. “Het is allemaal zo persoonlijk”, verzucht Rheaume. Haar nieuwe album 'Holding Patterns' is al even persoonlijk en staat ook nu in het teken om met persoonlijke liedjes de wereld in een betere plek te veranderen. “Ik wilde met 'Holding Patterns' een album scheppen waar ik van kan houden. Ik vond het geweldig om met producent Jim Bryson te werken en elke muzikant die meewerkte aan het album was exceptioneel. Ik wilde een album uitbrengen dat erg eerlijk en oprecht was, Een persoonlijk album en dat is gelukt!” Met een brede lach sluit Rheaume het interview af. Via Nederland, Frankrijk en Duitsland zal Rheaume met haar band in Steendam terecht komen. Vertrouwde grond want in 2014 stond de zangeres onder andere in Wildervank en Westerwijtwerd. Een hernieuwde kennismaking om naar uit te kijken.
Amanda Rheaume treedt op maandagavond 21 november op bij Podium Peter & Leni in Steendam.
STEENDAM – In 2009 stond Amanda Rheaume op het beton van het vliegveld in Kandahar toe te kijken hoe drie Canadeze soldaten in hun kisten in het licht van de maan in een Hercules transportkist werden gehezen om de lange reis terug naar huis te maken. Hun leven gegeven voor hun land. Veel kameraden in gelid om afscheid te nemen, terwijl de doedelzak speelt. Afghanistan was een ervaring die grote indruk maakte op de Canadeze zangeres en haar leven veranderde. Minder heftig is waarschijnlijk het bezoek aan Steendam dat Rheaume op 21 november brengt voor een optreden bij Podium Peter & Leni, maar wie Rheaume eerder heeft zien optreden weet dat het ook zeker een zeer memorabel optreden gaat worden van deze fantastische artieste.
“Ik ben drie keer naar Afghanistan gevlogen om voor de Canadeze troepen daar op te treden. Dat waren reizen die mijn leven veranderden, zowel als mens als ook als artiest”, vertelt Amanda Rheaume als we haar spreken in Duitsland waar ze met haar band The Great Unknown, waarin onder andere de hier ook bekende bassiste MJ Dandeneau, in onder andere in Berlijn optreedt. “Ik zag hoe Canadeze mannen en vrouwen zo hard aan het werk waren om onder moeilijke omstandigheden en met gevaar voor eigen leven, ver weg van hun familie, mensen te helpen en te beschermen. Dat was een openbaring voor me en heeft me alles wat ik zong in mijn liedjes doen heroverwegen.”
Al vroeg leerde de Canadeze de muziek kennen. “Op mijn negende heb ik piano leren spelen. Op mijn twaalfde kreeg ik mijn eerste gitaar. Ik ben begonnen met gitaar spelen. Vanaf dat moment heb ik nooit meer achterom gekeken. Ik werd geïnspireerd door mensen als Alanis Morissette en Ann Difranco. Zij waren enorme voorbeelden voor me toen ik begon als songwriter. Ik heb vanaf mijn vijftiende altijd mijn eigen muziek geschreven. ” Inmiddels is Rheaume een gevierd folkartieste die in haar liedjes vaak persoonlijk historie verwerkt en met invloeden van folk, rock, roots en pop een heel eigen sound heeft en voor het optreden leeft. “Ik hou er van het podium op te gaan en die band met het publiek op te bouwen. Ieder optreden is weer verschillend en ik mag liedjes zingen en verhalen vertellen voor nieuwe mensen. Ik denk dat ik mensen kan inspireren en aanmoedigen om ook over hun eigen leven na te denken en daarop te reflecteren door middel van mijn teksten.”
Reflecteren over haar leven en zich inzetten voor niet alleen haar eigen loopbaan doet Amanda Rheaume ook, Ze zet zich, naast haar optredens voor het Canadeze leger, op verschillende manieren in voor de maatschappij en tal van goede doelen. Het jaarlijke evenement Babes4Breasts bijvoorbeeld. Met concerten en compilatiealbums wordt geld ingezameld door artiesten voor de strijd tegen borstkanker. Ook hier bekende namen als Lynn Myles en Ann Vriend verlenen hier hun medewerking aan. Amanda is samen met oprichtster Ana Miura de drijvende kracht achter dit doel. In oktober werd het tien jarig bestaan gevierd. “Het gevoel dat je voor een enorm publiek met vrienden mag optreden en liedjes mag zingen en tegelijkertijd voor zo'n goed doel het verschil kunt maken is geweldig.”
Op haar laatste album 'Keep a Fire', een album waarop de zo betreurde gitarist Fraser Holmes nog meespeelt die haar ook in 2014 in Nederland begeleide, gaat het vaak over haar familiegeschiedenis. Deze rijke familiegeschiedenis met onder andere Métis bloedlijnen, maar ook haar Europese afkomst heeft bewogen en rijke verhalen opgeleverd. Niet allemaal vrolijk, wel vol hoop. “Het is allemaal zo persoonlijk”, verzucht Rheaume. Haar nieuwe album 'Holding Patterns' is al even persoonlijk en staat ook nu in het teken om met persoonlijke liedjes de wereld in een betere plek te veranderen. “Ik wilde met 'Holding Patterns' een album scheppen waar ik van kan houden. Ik vond het geweldig om met producent Jim Bryson te werken en elke muzikant die meewerkte aan het album was exceptioneel. Ik wilde een album uitbrengen dat erg eerlijk en oprecht was, Een persoonlijk album en dat is gelukt!” Met een brede lach sluit Rheaume het interview af. Via Nederland, Frankrijk en Duitsland zal Rheaume met haar band in Steendam terecht komen. Vertrouwde grond want in 2014 stond de zangeres onder andere in Wildervank en Westerwijtwerd. Een hernieuwde kennismaking om naar uit te kijken.
Amanda Rheaume treedt op maandagavond 21 november op bij Podium Peter & Leni in Steendam.
Be Charlotte: “Ik wil dat iedereen zich kan identificeren met mijn liedjes”
GRONINGEN – Het zijn spannende tijden voor Be Charlotte. Niet alleen is de Schotse geselecteerd voor Eurosonic, maar voor het zover is gaat de artieste met haar band nog op toernee door Zuid-Oost Azie en doet ze landen als Singapore, Hong Kong Vietnam en Taiwan aan. Centraal in het trio staat Charlotte Brimner. Een tiener met toekomst, want haar muziek krijgt volop lof en ze weet wat ze wil. Volgens BBC Radio 1 is Be Charlotte "de meest spannende opkomende artiest in jaren".Voor de toer begint heeft Be Charlotte in Thailand opname tijd in de Karma Sound Studios en brengt ze haar nieuwe song 'Drawing Windows' uit. Tussen de opnames door vertelt de Schotse honderduit in enorm tempo en met dat mooie Schotse accent over haar muziek, deelname aan Eurosonic en de Europese toernee die daarop volgt.
“Ik schreef mijn eerste liedje toen ik 14 jaar oud was”, vertelt Brimner onder de Thaise zon. “Ik heb dat liedje geschreven op mijn gitaar, daarvoor had ik geprobeerd om viool te spelen. Ik heb not zoveel zelfvertrouwen gehad en ben nog steeds erg nerveus als ik mijn liedjes moet spelen voor anderen. Ik heb wel altijd geweten dat muziek me toch een goed gevoel gaf en wilde dat delen met het publiek. Op mijn zeventiende ben ik gestopt met school en diezelfde dag nog vertrokken naar New York om wat optredens te doen. Daarna ben ik verder gegaan naar Los Angeles en San Francisco. Dat heeft echt mijn ogen geopend voor de mogelijkheden die ik had. Ik heb in die tijd met een aantal artiesten samen gewerkt en ben tot de conclusie gekomen dat dit was wat ik wilde doen. Als ik nu op het podium sta, voelt dat alsof ik daar hoor te staan.”
Uiteindelijk bleek het niet de gitaar of de viool te zijn waarmee Charlotte Brimner componeerde en optrad, maar de toetsen. Een mix van electronische muziek met analoge en digitale invloeden. Catchy Indie popsongs met hit potentieel en die mooie stem van de zangeres met aardse tonen. “Ik ben begonnen wat te stoeien met Ableton software en dat was echt een game changer voor mij. Ik heb nooit gedacht dat ik uiteindelijk mijn eigen muziek zou gaan produceren, maar had al gauw een goed begrip hoe ik digitale composities kon schrijven bij mijn melodieën en het voelt heel vanzelfsprekend.”
Een ander aspect waar Be Charlotte mee speelt is rap, poëzie en spoken word. “Ik realiseerde me recent dat ik eigenlijk mijn hele leven al gedichtjes schreef of kleine stukjes Spoken Word. Het heeft me veel moeite gekost om het zelfvertrouwen te vinden om daarmee naar buiten te komen, om dit te delen met anderen. Dat doe ik nu via mijn muziek. Ik hou erg van de realiteit die een gesproken deel brengt in een liedje.” Het is een onderdeel van het songwriting proces van Charlotte Brimner, dat echter meer omvat. “Ik begin altijd met een onderwerp dat voor mij iets betekend en probeer alternatieve manieren te vinden om dat uit te drukken. Ik wil dat liedjes kleine onderdelen zijn van de ervaringen die ik in mijn leven heb. Delen die mijlpalen zijn in mijn groei en begrip van de wereld om me heen, maar nog belangrijker ik wil dat liedjes ook voor de luisteraars op de individuele basis een betekenis voor hen krijgen. Het is wonderbaarlijk hoeveel interpretaties sommige liedjes krijgen van verschillende mensen”, laat Brimner even een stilte vallen en vervolgt met; “en dat is precies wat ik wil bereiken. Ik wil dat iedereen zich kan identificeren met mijn liedjes.”
Opmerkelijk is de stem van Brimner. Prachtig aards. Schots vindt de zangeres zelf. “Ik kom uit Dundee in Schotland en ik vind dat mijn identiteit het beste te horen is in mijn stem. Ik hou er niet van als iemand zingt of rapt alsof hij uit Los Angeles of Manchester komt, terwijl ze eigenlijk in Schotland geboren en opgegroeid zijn. Als je authentieke liedjes wil hebben, moeten ze klinken als de echte mens die ze brengt. Dundee is daarnaast een prachtige stad met een rijke historie. Het is een relatief klein gemeenschap die bekend staat als City of Discovery.”
'Drawing Windows' is het laatste wat uit kwam in de uitbreidende songlist van Be Charlotte die begon met 'Machines that Breath'. “Dat was het eerste liedje dat we echt goed hebben uitgebracht. De intentie was om meer mensen te bereiken en kennis te laten maken met mijn muziek. Ik denk dat we daarin geslaagd zijn. Het nummer werd gedraaid in Groot Brittannië en Duitsland op de radio. Dat was voor het eerst voor mij. Het heeft daarna idioot veel Spotify en Apple music hits gehad en kreeg volop aandacht in landen als Brazilië, Argentinië, Maleisië, de Philipijnen en Japan. Het heeft dus aan al de gestelde doelen voldaan.”
Het is de eerste keer dat Be Charlotte op Eurosonic staat. Ze neemt even de tijd om de biografie op de site die claimt dat ze al meerdere malen op South by South West, de Amerikaanse evenknie van het Groningse festival, speelde te corrigeren. “Ik heb daar nog nooi opgetreden. Ik ben daar geweest om te werken aa een aantal technologische verbeteringen met Novalia, een firma uit Cambridge. Ik zat in een panel genaamd 'Making Music Physical Again'. Dat was een geweldige ervaring, maar in 2017 zal ik er mijn debuut maken als muzikant op SXSW.” In Schotland stond ze uiteraard al op de grootste festivals. Nederland ontbreekt nog in haar bespeelde landenlijstje. “Ik ben zelfs nog nooit in Nederland geweest. Eurosonic gaat geweldig worden. Ik kijk er reikhalzend naar uit, ook omdat het de aftrap is voor een reeks optredens in Europa.” Het zijn drukke tijden. Charlotte Brimner geniet nog even van de Thaise zon voor de toernee in Azié begint. Thuis voor kerst en dan op naar Groningen.
GRONINGEN – Het zijn spannende tijden voor Be Charlotte. Niet alleen is de Schotse geselecteerd voor Eurosonic, maar voor het zover is gaat de artieste met haar band nog op toernee door Zuid-Oost Azie en doet ze landen als Singapore, Hong Kong Vietnam en Taiwan aan. Centraal in het trio staat Charlotte Brimner. Een tiener met toekomst, want haar muziek krijgt volop lof en ze weet wat ze wil. Volgens BBC Radio 1 is Be Charlotte "de meest spannende opkomende artiest in jaren".Voor de toer begint heeft Be Charlotte in Thailand opname tijd in de Karma Sound Studios en brengt ze haar nieuwe song 'Drawing Windows' uit. Tussen de opnames door vertelt de Schotse honderduit in enorm tempo en met dat mooie Schotse accent over haar muziek, deelname aan Eurosonic en de Europese toernee die daarop volgt.
“Ik schreef mijn eerste liedje toen ik 14 jaar oud was”, vertelt Brimner onder de Thaise zon. “Ik heb dat liedje geschreven op mijn gitaar, daarvoor had ik geprobeerd om viool te spelen. Ik heb not zoveel zelfvertrouwen gehad en ben nog steeds erg nerveus als ik mijn liedjes moet spelen voor anderen. Ik heb wel altijd geweten dat muziek me toch een goed gevoel gaf en wilde dat delen met het publiek. Op mijn zeventiende ben ik gestopt met school en diezelfde dag nog vertrokken naar New York om wat optredens te doen. Daarna ben ik verder gegaan naar Los Angeles en San Francisco. Dat heeft echt mijn ogen geopend voor de mogelijkheden die ik had. Ik heb in die tijd met een aantal artiesten samen gewerkt en ben tot de conclusie gekomen dat dit was wat ik wilde doen. Als ik nu op het podium sta, voelt dat alsof ik daar hoor te staan.”
Uiteindelijk bleek het niet de gitaar of de viool te zijn waarmee Charlotte Brimner componeerde en optrad, maar de toetsen. Een mix van electronische muziek met analoge en digitale invloeden. Catchy Indie popsongs met hit potentieel en die mooie stem van de zangeres met aardse tonen. “Ik ben begonnen wat te stoeien met Ableton software en dat was echt een game changer voor mij. Ik heb nooit gedacht dat ik uiteindelijk mijn eigen muziek zou gaan produceren, maar had al gauw een goed begrip hoe ik digitale composities kon schrijven bij mijn melodieën en het voelt heel vanzelfsprekend.”
Een ander aspect waar Be Charlotte mee speelt is rap, poëzie en spoken word. “Ik realiseerde me recent dat ik eigenlijk mijn hele leven al gedichtjes schreef of kleine stukjes Spoken Word. Het heeft me veel moeite gekost om het zelfvertrouwen te vinden om daarmee naar buiten te komen, om dit te delen met anderen. Dat doe ik nu via mijn muziek. Ik hou erg van de realiteit die een gesproken deel brengt in een liedje.” Het is een onderdeel van het songwriting proces van Charlotte Brimner, dat echter meer omvat. “Ik begin altijd met een onderwerp dat voor mij iets betekend en probeer alternatieve manieren te vinden om dat uit te drukken. Ik wil dat liedjes kleine onderdelen zijn van de ervaringen die ik in mijn leven heb. Delen die mijlpalen zijn in mijn groei en begrip van de wereld om me heen, maar nog belangrijker ik wil dat liedjes ook voor de luisteraars op de individuele basis een betekenis voor hen krijgen. Het is wonderbaarlijk hoeveel interpretaties sommige liedjes krijgen van verschillende mensen”, laat Brimner even een stilte vallen en vervolgt met; “en dat is precies wat ik wil bereiken. Ik wil dat iedereen zich kan identificeren met mijn liedjes.”
Opmerkelijk is de stem van Brimner. Prachtig aards. Schots vindt de zangeres zelf. “Ik kom uit Dundee in Schotland en ik vind dat mijn identiteit het beste te horen is in mijn stem. Ik hou er niet van als iemand zingt of rapt alsof hij uit Los Angeles of Manchester komt, terwijl ze eigenlijk in Schotland geboren en opgegroeid zijn. Als je authentieke liedjes wil hebben, moeten ze klinken als de echte mens die ze brengt. Dundee is daarnaast een prachtige stad met een rijke historie. Het is een relatief klein gemeenschap die bekend staat als City of Discovery.”
'Drawing Windows' is het laatste wat uit kwam in de uitbreidende songlist van Be Charlotte die begon met 'Machines that Breath'. “Dat was het eerste liedje dat we echt goed hebben uitgebracht. De intentie was om meer mensen te bereiken en kennis te laten maken met mijn muziek. Ik denk dat we daarin geslaagd zijn. Het nummer werd gedraaid in Groot Brittannië en Duitsland op de radio. Dat was voor het eerst voor mij. Het heeft daarna idioot veel Spotify en Apple music hits gehad en kreeg volop aandacht in landen als Brazilië, Argentinië, Maleisië, de Philipijnen en Japan. Het heeft dus aan al de gestelde doelen voldaan.”
Het is de eerste keer dat Be Charlotte op Eurosonic staat. Ze neemt even de tijd om de biografie op de site die claimt dat ze al meerdere malen op South by South West, de Amerikaanse evenknie van het Groningse festival, speelde te corrigeren. “Ik heb daar nog nooi opgetreden. Ik ben daar geweest om te werken aa een aantal technologische verbeteringen met Novalia, een firma uit Cambridge. Ik zat in een panel genaamd 'Making Music Physical Again'. Dat was een geweldige ervaring, maar in 2017 zal ik er mijn debuut maken als muzikant op SXSW.” In Schotland stond ze uiteraard al op de grootste festivals. Nederland ontbreekt nog in haar bespeelde landenlijstje. “Ik ben zelfs nog nooit in Nederland geweest. Eurosonic gaat geweldig worden. Ik kijk er reikhalzend naar uit, ook omdat het de aftrap is voor een reeks optredens in Europa.” Het zijn drukke tijden. Charlotte Brimner geniet nog even van de Thaise zon voor de toernee in Azié begint. Thuis voor kerst en dan op naar Groningen.
Marle Thomson: “Ik hoop een groot publiek te bereiken”
Foto: IAMKAT
EMMEN – Achter nagenoeg elke deur in Emmen staat donderdag 3 november een band of artiest te spelen in het kader van de Popronde Nederland. Programmeur Evert Hoven heeft massaal weer 'podia' gevonden van kerk tot nachtclub. Eén van deze artiesten is de ambitieuse Marle Thomson. Liefst twee keer kan Emmen van een optreden van deze Amsterdamse genieten, Als eerste artiest opent ze de Popronde Emmen bij TRUD waarna kuiert naar Bij Maarten voor nog een optreden. “Ik hoop een groot publiek te bereiken”, vertelt de singersongwriter met haar warme sound als we haar spreken in Amsterdam
“Ik treed in Emmen twee keer solo op en je kan heerlijk achteroverleunen en je mee laten nemen door de liedjes”, vertelt Thomson als ze vooruit kijkt naar haar Popronde optreden. “Ik probeer echt een wereld ter creëeren waarin je even kan wegdromen. De liedjes zijn heel persoonlijk en ik hoop dat ik het publiek hiermee kan raken. Ik vind het te gek dat ik ben uitgezonden om mee te doen aan de Popronde. Ik hoop hiermee een groot publiek te bereiken, mensen die echt iets nieuws willen ontdekken en vervolgens fan worden. Dat zou super zijn!” De jonge artieste heeft haar doelen helder voor ogen.
Muziek was iets wat Marle Thomson al op een prille leeftijd in de ban had. Haar keuze om artiest te worden zal weinigen in haar directe omgeving verrassen. “Ik was al jong bezig met muziek, ik kan me niet anders herinneren dan dat ik altijd aan het zingen was en vroeger thuis veel achter de piano zat. Op mijn achtste begon ik met vioolles en toen ik net op de middelbare school zat werd ik lid van een gospelkoor. Daarnaast zong en speelde ik in bandjes, op school en in de kerk, waarbij ik het heel leuk vond om ook andere instrumenten te proberen. Muziek heeft altijd een grote rol in mijn leven gespeeld. Ik begon al jong mezelf op te nemen, koortjes te verzinnen en liedjes te schrijven. Er werd thuis altijd muziek gedraaid, veel jazz en klassiek, mijn vader speelde gitaar en mijn moeder zong veel. Mijn beide broers spelen piano, dus er was altijd wel ergens in huis muziek te horen”, vertelt ze met een grote lach over deze dierbare herinnering. “Ik merkte al jong dat ik het heerlijk vond om op een podium te staan en besloot na mijn middelbare school naar het Conservatorium te gaan in Amsterdam, waar ik auditie deed en werd aangenomen. Daar heb ik zang gestudeerd aan de jazz-afdeling en om mezelf verder te kunnen ontwikkelen.”
Liedjes schrijven zat er dus ook al vroeg in. Haar creatieve kant zorgt voor eigen werk. “Inspiratie voor een liedje kan overal in zitten, een film, een boek, een verhaal van iemand, iets dat ik zie of lees, een gedachte, of een bepaald gevoel. Het schrijven komt bij mij eigenlijk altijd vanuit de muziek. Ik begin bijvoorbeeld gitaar te spelen en hoor een bepaalde melodie, voel een klik. Denk bijvoorbeeld "hey, dit zou een tof refreintje kunnen zijn". Vervolgens denk ik na over de tekst. Soms komen de woorden heel gemakkelijk en soms moet ik heel diep graven. Dit kan echt een heel proces zijn, want met een ideetje heb je nog geen liedje. Dat vind ik altijd het meest spannende. Als het dan lukt, om alles zo in elkaar te laten vallen dat het klopt, dat is een fantastisch gevoel. Ik vind het schijven een heel bijzonder iets, omdat je echt iets schept wat er nog niet was. Dat proces is magisch en kan soms ook best emotioneel zijn, als er teksten komen die mezelf diep raken. Het is heel mooi om emoties om te kunnen zetten in muziek.”
In de muziek van Marle Thomson zijn veel verschillende stromingen hoorbaar. De Popronde karakteriseert het als volgt “.... valt op met een stijl die zich niet in één hokje laat plaatsen. Noem het warm, edgy en kleurrijk, of eigenzinnig; het is bovenal muzikaal.” Zelf zegt de jonge artieste er over: “Vroeger hoorde ik altijd veel jazz en pop muziek voorbijkomen thuis, terwijl ik ook luisterde naar klassieke muziek en in een orkest speelde. Later werd dat meer R&B, gospel en nu veel soul en ook allerlei andere stijlen, deels verwant aan jazz, waarmee ik ook door mijn studie op het conservatorium mee in aanraking kwam. Je laat je altijd beïnvloeden door de muziek waar je naar luistert, omdat je het ergens opslaat. Ik laat me inspireren door zóveel verschillende artiesten in verschillende genres en vind het heerlijk om niet vast te zitten in een bepaald hokje. Volgens mij hoeft dat ook helemaal niet, er is zoveel tofs om naar te luisteren! Waarom zou je jezelf beperken? Ik schrijf gewoon wat ik mooi vind, wat werkt voor mij en ben daar niet bewust mee bezig eigenlijk. Ik laat het over aan mijn publiek”, vertelt ze met een zo mogelijk nog grotere lach op haar gezicht. Marle Thomson geniet duidelijk van wat ze doet en hoe ze het doet. Ze vervolgt: “Ik denk wel dat ik een herkenbare sound heb, die altijd weer naar voren komt in alles wat ik doe. Of dat een eigen liedjes is of een cover, ik probeer er altijd iets eigens van te maken, dat vind ik leuk.”
Een opvallend project dat Marle Thomson onlangs deed was haar muzikale medewerking verlenen aan de presentatie van de modecollectie van ontwerpster Judith van Vliet. Een multidisiclinaire samenwerking. “Ik was bezig met "The Canopy", mijn EP die in het voorjaar 2016 uitkwam en toen heb ik nagedacht over het publiek dat ik zou willen bereiken. Ik zelf houd van design en mode en het leek me leuk om de muziek te versterken met deze elementen. Zo heb ik een concept store tour gedaan en ben ik gaan werken met GW Agency, die me heeft geholpen met het zoeken naar specifieke samenwerking binnen de mode. We kwamen uit bij de Amsterdam Fashion Week, waar heel enthousiast gereageerd werd op mijn muziek en de ideeën. Ik werd gekoppeld aan twee ontwerpsters, Anbasja Blanken en Judith van Vliet. Voor beide heb ik tijdens de show live gezongen en voor Anbasja zelfs speciaal de muziek voor de show geschreven. Het was heel leuk om te merken hoe de combi muziek / mode een magische totaalbeleving creëerde en elkaar versterkten. In oktober vond de Dutch Sustainable Fashion Week plaats, waarbij ik met Judith van Vliet, die duurzame mode maakt, de show opende. Dit was, net zoals de Amsterdam Fashion Week, weer een hele bijzondere ervaring! Het is erg leuk om de samenwerking aan te gaan met een andere discipline, die dezelfde creativiteit in zich heeft, maar zich anders uit. Er is veel onderlinge herkenning van een bepaald proces dat je beide doorgaat tijdens het maken. Het proces van het idee dat in je hoofd zit, dat je uitwerkt en tot leven komt, het creëren van een wereld.”
Hiermee is het album van Thomson 'The Canopy' genoemd. Het debuut van de artieste. Thomson gaat hier verder op in. “Eén van mijn grootste doelen met dit album was het ontdekken en ontwikkelen van mijn eigen sound. Ik heb daarom het grootste gedeelte van de plaat thuis opgenomen. Zelf een groot deel van de partijen ingespeeld, om bijvoorbeeld te ontdekken wat voor soort baslijn of drums ik zelf zou spelen, in plaats van andere muzikanten hiervoor te vragen. Dit was een leuk en super interessant proces, waarbij de muziek eigenlijk laag voor laag ontstond. Ik heb me nergens door laten beperken en ben gewoon gaan schrijven. Dat was heel bevrijdend en er kwamen een aantal liedjes uit waar ik echt heel blij mee ben. In het laatste gedeelde van het proces ben ik gaan werken met Paul Willemsen die bekend is van zijn werk met onder andere Beans & Fatback, Ruben Hein en Kris Berry en ook Marcel Tegelaar aka Skiggy Rapz die werkte met Eefje de Visser, Krystl, The Cool Quest en Diggy Dex. Deze mannen hebben er samen met mij een hele toffe eindproductie van hebben gemaakt. Ik heb in de afgelopen maanden de plaat heel veel gepromoot, veelal solo opgetreden, soms met band in verschillende bezettingen en heb een groot publiek kunnen bereiken. Doordat ik zelf veel gitaar heb gespeeld, ben ik onafhankelijk geworden, waardoor ik inmiddels naar Londen of LA kan vliegen en mijn liedjes kan laten horen. Vóór "The Canopy" begeleide ik mezelf eigenlijk nooit, ik vroeg altijd andere muziekanten hiervoor. Maar ik wilde mezelf uitdagen en dit echt kunnen, zodat ik altijd in staat ben om de liedjes te spelen. Dat is ook een doel dat ik bereikt heb waar ik heel blij mee ben. Begin 2017 komt er een nieuwe track uit met video, die vorige week is geschoten. Hiervoor heb ik samengewerkt met Alexandra Frida, een leuke en getalenteerde mode-ontwerpster die ik op de Amsterdam Fashion heb ontmoet en waarmee ik een klik voelde, dus mode blijft zeker een rol spelen. De video wordt gemaakt door Stof en Ruis van Eveline Vroonland, een getalenteerde jonge foto- en videografe, ook bekend als Phos, de naam waaronder zij zelf muziek maakt. Deze nieuwe video zal internationaal gepromoot gaan worden, door een PR bureau uit Londen, dat fan is geworden van mijn muziek, dat is wel spannend. Daarnaast komt er in februari 2017, precies een jaar na de release van de eerste plaat, een live / akoestische versie van "The Canopy" uit met dank aan het Sena Muziekproductiefonds. Deze release zal plaatsvinden in het Pulitzer Hotel in Amsterdam en wordt een live-streaming concert, dat opgenomen wordt door een 360 graden camera, waardoor het concert gevolgd kan worden via blogs en social media. Daarbij zal ik gaan werken aan nieuwe muziek en nieuwe shows en kan ik nog niet al teveel verklappen”, laat ze haar lach nu vergezellen met een vette knipoog. Volop plannen dus voor de toekomst.
Nog even terug naar het verleden. Marle Thomson is geboren in Nijmegen, maar woont in Amsterdam. Steden met een rijke muziekcultuur. “Ik ben in Nijmegen geboren en heb er ongeveer tot mijn zevende gewoond, daarna verhuisden we naar Delden, in Twente, waar ik twaalf jaar heb gewoond. Na een jaar in Amersfoort ben ik naar Amsterdam verhuisd. Ik denk dat ik van iedere plek wel iets meeneem, herinneringen, een bepaald gevoel. In het liedje "Time Fold", dat gaat over jeugdherinneringen, zie ik heel duidelijk tijdens het begin van het nummer het zonovergoten pleintje voor me, waar we in Nijmegen aan woonden. Amsterdam heeft een enorme invloed gehad op mijn loopbaan, omdat ik me hier voor het grootste gedeelte als muzikant heb ontwikkeld en ook heel veel mensen heb leren kennen. De stad biedt heel veel mogelijkheden, er gebeurt hier gewoon heel veel. Dat vind ik leuk en inspirerend, het bruisende. Ik houd echt van de stad. Tegelijkertijd kan het ook heerlijk zijn om soms de drukte even te ontvluchten en tot rust te komen ergens in de natuur. Maar de stad heeft toch mijn voorkeur, ook omdat ik op acht-hoog woon en uitzicht heb over de stad. Het is prachtig hoe de de lucht en de wolken door de dag heen veranderen en daarmee de sfeer en de kleuren van Amsterdam. Dat kan me inspireren voor een liedje”, besluit Marle Thomson die nu gaat kijken of ook Emmen haar in de armen sluit.
Marle Thomson treedt tijdens de Popronde Emmen twee keer op. Eerst staat ze in TRUD als opener van het spektakel en even later in Bij Maarten.
Foto: IAMKAT
EMMEN – Achter nagenoeg elke deur in Emmen staat donderdag 3 november een band of artiest te spelen in het kader van de Popronde Nederland. Programmeur Evert Hoven heeft massaal weer 'podia' gevonden van kerk tot nachtclub. Eén van deze artiesten is de ambitieuse Marle Thomson. Liefst twee keer kan Emmen van een optreden van deze Amsterdamse genieten, Als eerste artiest opent ze de Popronde Emmen bij TRUD waarna kuiert naar Bij Maarten voor nog een optreden. “Ik hoop een groot publiek te bereiken”, vertelt de singersongwriter met haar warme sound als we haar spreken in Amsterdam
“Ik treed in Emmen twee keer solo op en je kan heerlijk achteroverleunen en je mee laten nemen door de liedjes”, vertelt Thomson als ze vooruit kijkt naar haar Popronde optreden. “Ik probeer echt een wereld ter creëeren waarin je even kan wegdromen. De liedjes zijn heel persoonlijk en ik hoop dat ik het publiek hiermee kan raken. Ik vind het te gek dat ik ben uitgezonden om mee te doen aan de Popronde. Ik hoop hiermee een groot publiek te bereiken, mensen die echt iets nieuws willen ontdekken en vervolgens fan worden. Dat zou super zijn!” De jonge artieste heeft haar doelen helder voor ogen.
Muziek was iets wat Marle Thomson al op een prille leeftijd in de ban had. Haar keuze om artiest te worden zal weinigen in haar directe omgeving verrassen. “Ik was al jong bezig met muziek, ik kan me niet anders herinneren dan dat ik altijd aan het zingen was en vroeger thuis veel achter de piano zat. Op mijn achtste begon ik met vioolles en toen ik net op de middelbare school zat werd ik lid van een gospelkoor. Daarnaast zong en speelde ik in bandjes, op school en in de kerk, waarbij ik het heel leuk vond om ook andere instrumenten te proberen. Muziek heeft altijd een grote rol in mijn leven gespeeld. Ik begon al jong mezelf op te nemen, koortjes te verzinnen en liedjes te schrijven. Er werd thuis altijd muziek gedraaid, veel jazz en klassiek, mijn vader speelde gitaar en mijn moeder zong veel. Mijn beide broers spelen piano, dus er was altijd wel ergens in huis muziek te horen”, vertelt ze met een grote lach over deze dierbare herinnering. “Ik merkte al jong dat ik het heerlijk vond om op een podium te staan en besloot na mijn middelbare school naar het Conservatorium te gaan in Amsterdam, waar ik auditie deed en werd aangenomen. Daar heb ik zang gestudeerd aan de jazz-afdeling en om mezelf verder te kunnen ontwikkelen.”
Liedjes schrijven zat er dus ook al vroeg in. Haar creatieve kant zorgt voor eigen werk. “Inspiratie voor een liedje kan overal in zitten, een film, een boek, een verhaal van iemand, iets dat ik zie of lees, een gedachte, of een bepaald gevoel. Het schrijven komt bij mij eigenlijk altijd vanuit de muziek. Ik begin bijvoorbeeld gitaar te spelen en hoor een bepaalde melodie, voel een klik. Denk bijvoorbeeld "hey, dit zou een tof refreintje kunnen zijn". Vervolgens denk ik na over de tekst. Soms komen de woorden heel gemakkelijk en soms moet ik heel diep graven. Dit kan echt een heel proces zijn, want met een ideetje heb je nog geen liedje. Dat vind ik altijd het meest spannende. Als het dan lukt, om alles zo in elkaar te laten vallen dat het klopt, dat is een fantastisch gevoel. Ik vind het schijven een heel bijzonder iets, omdat je echt iets schept wat er nog niet was. Dat proces is magisch en kan soms ook best emotioneel zijn, als er teksten komen die mezelf diep raken. Het is heel mooi om emoties om te kunnen zetten in muziek.”
In de muziek van Marle Thomson zijn veel verschillende stromingen hoorbaar. De Popronde karakteriseert het als volgt “.... valt op met een stijl die zich niet in één hokje laat plaatsen. Noem het warm, edgy en kleurrijk, of eigenzinnig; het is bovenal muzikaal.” Zelf zegt de jonge artieste er over: “Vroeger hoorde ik altijd veel jazz en pop muziek voorbijkomen thuis, terwijl ik ook luisterde naar klassieke muziek en in een orkest speelde. Later werd dat meer R&B, gospel en nu veel soul en ook allerlei andere stijlen, deels verwant aan jazz, waarmee ik ook door mijn studie op het conservatorium mee in aanraking kwam. Je laat je altijd beïnvloeden door de muziek waar je naar luistert, omdat je het ergens opslaat. Ik laat me inspireren door zóveel verschillende artiesten in verschillende genres en vind het heerlijk om niet vast te zitten in een bepaald hokje. Volgens mij hoeft dat ook helemaal niet, er is zoveel tofs om naar te luisteren! Waarom zou je jezelf beperken? Ik schrijf gewoon wat ik mooi vind, wat werkt voor mij en ben daar niet bewust mee bezig eigenlijk. Ik laat het over aan mijn publiek”, vertelt ze met een zo mogelijk nog grotere lach op haar gezicht. Marle Thomson geniet duidelijk van wat ze doet en hoe ze het doet. Ze vervolgt: “Ik denk wel dat ik een herkenbare sound heb, die altijd weer naar voren komt in alles wat ik doe. Of dat een eigen liedjes is of een cover, ik probeer er altijd iets eigens van te maken, dat vind ik leuk.”
Een opvallend project dat Marle Thomson onlangs deed was haar muzikale medewerking verlenen aan de presentatie van de modecollectie van ontwerpster Judith van Vliet. Een multidisiclinaire samenwerking. “Ik was bezig met "The Canopy", mijn EP die in het voorjaar 2016 uitkwam en toen heb ik nagedacht over het publiek dat ik zou willen bereiken. Ik zelf houd van design en mode en het leek me leuk om de muziek te versterken met deze elementen. Zo heb ik een concept store tour gedaan en ben ik gaan werken met GW Agency, die me heeft geholpen met het zoeken naar specifieke samenwerking binnen de mode. We kwamen uit bij de Amsterdam Fashion Week, waar heel enthousiast gereageerd werd op mijn muziek en de ideeën. Ik werd gekoppeld aan twee ontwerpsters, Anbasja Blanken en Judith van Vliet. Voor beide heb ik tijdens de show live gezongen en voor Anbasja zelfs speciaal de muziek voor de show geschreven. Het was heel leuk om te merken hoe de combi muziek / mode een magische totaalbeleving creëerde en elkaar versterkten. In oktober vond de Dutch Sustainable Fashion Week plaats, waarbij ik met Judith van Vliet, die duurzame mode maakt, de show opende. Dit was, net zoals de Amsterdam Fashion Week, weer een hele bijzondere ervaring! Het is erg leuk om de samenwerking aan te gaan met een andere discipline, die dezelfde creativiteit in zich heeft, maar zich anders uit. Er is veel onderlinge herkenning van een bepaald proces dat je beide doorgaat tijdens het maken. Het proces van het idee dat in je hoofd zit, dat je uitwerkt en tot leven komt, het creëren van een wereld.”
Hiermee is het album van Thomson 'The Canopy' genoemd. Het debuut van de artieste. Thomson gaat hier verder op in. “Eén van mijn grootste doelen met dit album was het ontdekken en ontwikkelen van mijn eigen sound. Ik heb daarom het grootste gedeelte van de plaat thuis opgenomen. Zelf een groot deel van de partijen ingespeeld, om bijvoorbeeld te ontdekken wat voor soort baslijn of drums ik zelf zou spelen, in plaats van andere muzikanten hiervoor te vragen. Dit was een leuk en super interessant proces, waarbij de muziek eigenlijk laag voor laag ontstond. Ik heb me nergens door laten beperken en ben gewoon gaan schrijven. Dat was heel bevrijdend en er kwamen een aantal liedjes uit waar ik echt heel blij mee ben. In het laatste gedeelde van het proces ben ik gaan werken met Paul Willemsen die bekend is van zijn werk met onder andere Beans & Fatback, Ruben Hein en Kris Berry en ook Marcel Tegelaar aka Skiggy Rapz die werkte met Eefje de Visser, Krystl, The Cool Quest en Diggy Dex. Deze mannen hebben er samen met mij een hele toffe eindproductie van hebben gemaakt. Ik heb in de afgelopen maanden de plaat heel veel gepromoot, veelal solo opgetreden, soms met band in verschillende bezettingen en heb een groot publiek kunnen bereiken. Doordat ik zelf veel gitaar heb gespeeld, ben ik onafhankelijk geworden, waardoor ik inmiddels naar Londen of LA kan vliegen en mijn liedjes kan laten horen. Vóór "The Canopy" begeleide ik mezelf eigenlijk nooit, ik vroeg altijd andere muziekanten hiervoor. Maar ik wilde mezelf uitdagen en dit echt kunnen, zodat ik altijd in staat ben om de liedjes te spelen. Dat is ook een doel dat ik bereikt heb waar ik heel blij mee ben. Begin 2017 komt er een nieuwe track uit met video, die vorige week is geschoten. Hiervoor heb ik samengewerkt met Alexandra Frida, een leuke en getalenteerde mode-ontwerpster die ik op de Amsterdam Fashion heb ontmoet en waarmee ik een klik voelde, dus mode blijft zeker een rol spelen. De video wordt gemaakt door Stof en Ruis van Eveline Vroonland, een getalenteerde jonge foto- en videografe, ook bekend als Phos, de naam waaronder zij zelf muziek maakt. Deze nieuwe video zal internationaal gepromoot gaan worden, door een PR bureau uit Londen, dat fan is geworden van mijn muziek, dat is wel spannend. Daarnaast komt er in februari 2017, precies een jaar na de release van de eerste plaat, een live / akoestische versie van "The Canopy" uit met dank aan het Sena Muziekproductiefonds. Deze release zal plaatsvinden in het Pulitzer Hotel in Amsterdam en wordt een live-streaming concert, dat opgenomen wordt door een 360 graden camera, waardoor het concert gevolgd kan worden via blogs en social media. Daarbij zal ik gaan werken aan nieuwe muziek en nieuwe shows en kan ik nog niet al teveel verklappen”, laat ze haar lach nu vergezellen met een vette knipoog. Volop plannen dus voor de toekomst.
Nog even terug naar het verleden. Marle Thomson is geboren in Nijmegen, maar woont in Amsterdam. Steden met een rijke muziekcultuur. “Ik ben in Nijmegen geboren en heb er ongeveer tot mijn zevende gewoond, daarna verhuisden we naar Delden, in Twente, waar ik twaalf jaar heb gewoond. Na een jaar in Amersfoort ben ik naar Amsterdam verhuisd. Ik denk dat ik van iedere plek wel iets meeneem, herinneringen, een bepaald gevoel. In het liedje "Time Fold", dat gaat over jeugdherinneringen, zie ik heel duidelijk tijdens het begin van het nummer het zonovergoten pleintje voor me, waar we in Nijmegen aan woonden. Amsterdam heeft een enorme invloed gehad op mijn loopbaan, omdat ik me hier voor het grootste gedeelte als muzikant heb ontwikkeld en ook heel veel mensen heb leren kennen. De stad biedt heel veel mogelijkheden, er gebeurt hier gewoon heel veel. Dat vind ik leuk en inspirerend, het bruisende. Ik houd echt van de stad. Tegelijkertijd kan het ook heerlijk zijn om soms de drukte even te ontvluchten en tot rust te komen ergens in de natuur. Maar de stad heeft toch mijn voorkeur, ook omdat ik op acht-hoog woon en uitzicht heb over de stad. Het is prachtig hoe de de lucht en de wolken door de dag heen veranderen en daarmee de sfeer en de kleuren van Amsterdam. Dat kan me inspireren voor een liedje”, besluit Marle Thomson die nu gaat kijken of ook Emmen haar in de armen sluit.
Marle Thomson treedt tijdens de Popronde Emmen twee keer op. Eerst staat ze in TRUD als opener van het spektakel en even later in Bij Maarten.
Holly Golightly: Nederland is altijd “much fun”
GRONINGEN – Holly Golightly het is een naam die al tijden rondzingt. De Britse zangeres bouwt eigenzinnig aan haar loopbaan en repertoire sinds meer dan dertig jaar toen ze begon met een optreden met de Three Headcoatees. Sinds 1995 is ze solo en toert ze de wereld rond met een constante stroom van muziek. Op woensdag 26 oktober doet de Britse Vera in Groningen aan met haar optreden en heeft ze liefst twee recente albums uit.
“Nederland is altijd zo plezierig om op te treden. Ik hoop dat het nu net zo 'much fun' wordt”, kijkt Holly Golightly vooruit. “Ik heb al een hele tijd geen optreden gedaan in Europa na mijn verhuzing naar de Verenigde Staten. Het is zo'n privilege om na zo'n tijd weer een toer door Europa te kunnen boeken. En dan krijg je zo'n warm welkom”, klinkt het verbaasd als Golightly even vrij heeft van het toeren. Een mooie gelegenheid om met haar te spreken.
“Ik raakte geïnterresseerd in de muziek ten tijde van de punk rock. Ik begon singeltjes te kopen van mijn zakgeld en ging op zoek naar vrienden met dezelfde muzikale intresse. Op het moment dat ik daar oud genoeg voor was ben ik naar optredens gegaan. Dar hoorde ik vaak covers van oude jaren '60 beat nummers, maar dan in een punk stijl. Daardoor raakte ik weer geïnterresseerd in oude muziek en begon ik de covers terug te volgen naar hun oorsprong. Vaak bleek dat de beatgroep waarvan het gecoverd werd helemaal niet het origineel had, maar dat het nog verder weg lag. Vaak waren het Amerikaanse Rhythm & Blues groepen uit de jaren 50 waarbij ik terecht kwam of zelfs nog oudere gospels. Dat waren de liedjes waar ik echt voor viel. Ik heb vanaf dat moment nooit meer vooruit gekeken”, lacht Golightly, vernoemd naar het gelijknamige karakter uit 'Breakfast at Tiffany's' van Trumane Capote door haar moeder.
Zelf kwam Holly Golightly door een impromptu optreden op het podium terecht door een vriendje die speelde in de Three Headcoates. Het werd een blijverdje en de band ging verder onder de naam Three Headcoatees. Haar eerste ervaringen waren belangrijk. “Ik heb geleerd dat je moet reizen als een strak verbonden eenheid. Veel mensen kunnen dat niet voor langere tijd doen, maar wij hebben dat vele vele jaren gedaan. Een andere belangrijke les is dat je staat moet zijn compromissen te sluiten. Dat zijn waardevolle lessen waar ik nog steeds baat bij heb. Ik heb naast de muziek altijd ook nog andere banen gehad. Muziek is nooit mijn belangrijkste bron van inkomsten geweest. Het is ontzettend leuk om te doen. Af en toe verdien ik er wat extra's mee, maar dat is geen garantie dat het altijd lonend is. Ik doe het omdat het iets leuks is dat ik samen met een groep vrienden kan ondernemen. Het is fun.”
Desondanks heeft Holly Golightly inmiddels een indrukwekkende hoeveelheid muziek op de wereld gezet. “Ik schrijf mijn liedjes, zoals ze in mij opkomen. Ik heb geen schrijf strategie. Ik neurie een deuntje als ik aan het paardrijden ben of in de auto zit of zo iets. Als ik dan thuis kom en het me nog weet te herinneren dan bouw ik dat uit tot een liedje. Ik maak daarnaast mijn eigen versies van oude nummers. Ik vind dat deze best voor het voetlicht gebracht mogen worden. Het zijn vaak obscure nummers die dreigen vergeten te worden als ze niet weer in herinnering worden gebracht. Ik verzamel al jaren en jaren dergelijke liedjes. Aan de verborgen pracht zit geen einde, zoveel is er nog te ontdekken.”
“Ik ben tot in het merg van mijn botten een Londenaar”, vertelt Holly Golightly als haar geboortestad ter sprake komt. “Ik woon er nu niet, maar het is de grond waar ik uit ontstaan ben en wat altijd mijn basis zal zijn. Ik weet niet hoe de sta me heeft beïnvloed, anders dan dat het een plek is waar je zoveel verschillende culturen op één plek kunt ervaren. Dat is een geweldige kans. Ik ben opgegroeid met voedsel van elke cultuur op deze wereld. Om mij heen werd elke taal gesproken en ik kon in verschillende clubs luisteren naar alle soorten muziek die je maar bedenken kan. Ik denk dat het een fundament is voor alles wat ik heb gedaan en nog ga doen in de toekomst.”
In relatief korte tijd bracht Holly Golightly twee albums uit. Solo kwam 'Slowtown' uit. Haar eerste soloalbum in een decennium en met The Brokeoffs publiceerde de Britse 'Coulds Shoulda Woulda'. “Het was niet echt de bedoeling dat beide albums zo vlak naar elkaar werden uitgebracht. Dat was verre van ideaal. Wat ik doe met The Brokeoffs is één ding, wat ik als duo act do iets heel anders. Ik ben wel erg blij met beide platen, maar om heel verschillende redenen. Ik heb eigenlijk nog dezelfde aanpak als altijd. Ik doe de aanpak van een album in principe het zelfde, als jaren her. 'Ik heb een idee, ik schrijf de liedjes, neem ze op en ga er dan op uit om ze live te spelen”, besluit Holly Golightly en da live spelen doet ze op 26 oktober in Vera Groningen.
Holly Golightly speelt op 26 oktober in Vera in Groningen.
GRONINGEN – Holly Golightly het is een naam die al tijden rondzingt. De Britse zangeres bouwt eigenzinnig aan haar loopbaan en repertoire sinds meer dan dertig jaar toen ze begon met een optreden met de Three Headcoatees. Sinds 1995 is ze solo en toert ze de wereld rond met een constante stroom van muziek. Op woensdag 26 oktober doet de Britse Vera in Groningen aan met haar optreden en heeft ze liefst twee recente albums uit.
“Nederland is altijd zo plezierig om op te treden. Ik hoop dat het nu net zo 'much fun' wordt”, kijkt Holly Golightly vooruit. “Ik heb al een hele tijd geen optreden gedaan in Europa na mijn verhuzing naar de Verenigde Staten. Het is zo'n privilege om na zo'n tijd weer een toer door Europa te kunnen boeken. En dan krijg je zo'n warm welkom”, klinkt het verbaasd als Golightly even vrij heeft van het toeren. Een mooie gelegenheid om met haar te spreken.
“Ik raakte geïnterresseerd in de muziek ten tijde van de punk rock. Ik begon singeltjes te kopen van mijn zakgeld en ging op zoek naar vrienden met dezelfde muzikale intresse. Op het moment dat ik daar oud genoeg voor was ben ik naar optredens gegaan. Dar hoorde ik vaak covers van oude jaren '60 beat nummers, maar dan in een punk stijl. Daardoor raakte ik weer geïnterresseerd in oude muziek en begon ik de covers terug te volgen naar hun oorsprong. Vaak bleek dat de beatgroep waarvan het gecoverd werd helemaal niet het origineel had, maar dat het nog verder weg lag. Vaak waren het Amerikaanse Rhythm & Blues groepen uit de jaren 50 waarbij ik terecht kwam of zelfs nog oudere gospels. Dat waren de liedjes waar ik echt voor viel. Ik heb vanaf dat moment nooit meer vooruit gekeken”, lacht Golightly, vernoemd naar het gelijknamige karakter uit 'Breakfast at Tiffany's' van Trumane Capote door haar moeder.
Zelf kwam Holly Golightly door een impromptu optreden op het podium terecht door een vriendje die speelde in de Three Headcoates. Het werd een blijverdje en de band ging verder onder de naam Three Headcoatees. Haar eerste ervaringen waren belangrijk. “Ik heb geleerd dat je moet reizen als een strak verbonden eenheid. Veel mensen kunnen dat niet voor langere tijd doen, maar wij hebben dat vele vele jaren gedaan. Een andere belangrijke les is dat je staat moet zijn compromissen te sluiten. Dat zijn waardevolle lessen waar ik nog steeds baat bij heb. Ik heb naast de muziek altijd ook nog andere banen gehad. Muziek is nooit mijn belangrijkste bron van inkomsten geweest. Het is ontzettend leuk om te doen. Af en toe verdien ik er wat extra's mee, maar dat is geen garantie dat het altijd lonend is. Ik doe het omdat het iets leuks is dat ik samen met een groep vrienden kan ondernemen. Het is fun.”
Desondanks heeft Holly Golightly inmiddels een indrukwekkende hoeveelheid muziek op de wereld gezet. “Ik schrijf mijn liedjes, zoals ze in mij opkomen. Ik heb geen schrijf strategie. Ik neurie een deuntje als ik aan het paardrijden ben of in de auto zit of zo iets. Als ik dan thuis kom en het me nog weet te herinneren dan bouw ik dat uit tot een liedje. Ik maak daarnaast mijn eigen versies van oude nummers. Ik vind dat deze best voor het voetlicht gebracht mogen worden. Het zijn vaak obscure nummers die dreigen vergeten te worden als ze niet weer in herinnering worden gebracht. Ik verzamel al jaren en jaren dergelijke liedjes. Aan de verborgen pracht zit geen einde, zoveel is er nog te ontdekken.”
“Ik ben tot in het merg van mijn botten een Londenaar”, vertelt Holly Golightly als haar geboortestad ter sprake komt. “Ik woon er nu niet, maar het is de grond waar ik uit ontstaan ben en wat altijd mijn basis zal zijn. Ik weet niet hoe de sta me heeft beïnvloed, anders dan dat het een plek is waar je zoveel verschillende culturen op één plek kunt ervaren. Dat is een geweldige kans. Ik ben opgegroeid met voedsel van elke cultuur op deze wereld. Om mij heen werd elke taal gesproken en ik kon in verschillende clubs luisteren naar alle soorten muziek die je maar bedenken kan. Ik denk dat het een fundament is voor alles wat ik heb gedaan en nog ga doen in de toekomst.”
In relatief korte tijd bracht Holly Golightly twee albums uit. Solo kwam 'Slowtown' uit. Haar eerste soloalbum in een decennium en met The Brokeoffs publiceerde de Britse 'Coulds Shoulda Woulda'. “Het was niet echt de bedoeling dat beide albums zo vlak naar elkaar werden uitgebracht. Dat was verre van ideaal. Wat ik doe met The Brokeoffs is één ding, wat ik als duo act do iets heel anders. Ik ben wel erg blij met beide platen, maar om heel verschillende redenen. Ik heb eigenlijk nog dezelfde aanpak als altijd. Ik doe de aanpak van een album in principe het zelfde, als jaren her. 'Ik heb een idee, ik schrijf de liedjes, neem ze op en ga er dan op uit om ze live te spelen”, besluit Holly Golightly en da live spelen doet ze op 26 oktober in Vera Groningen.
Holly Golightly speelt op 26 oktober in Vera in Groningen.
Matt Harlan presenteert nieuwe album met concertreeks
STEENDAM – Rebecca Loebe stond bij het aankondigingen bord bij Peter & Leni in Steendam na haar eigen succesvolle optreden te kijken wie er na haar kwamen. Matt en Rachel, die moet je zeker gaan zien”, riep Loebe enthousiast uit. De Amerikaanse had het dan over haar stadsgenoten Matt Harlan en Rachel Jones. Goed advies moet je altijd ter harte nemen, maar eerst een gesprek in Matt Harlan in twee gedeelten. Te beginnen in Texas en eindigende in de trein van Schiphol naar het huis van zijn Nederlandse agent. “Het is druk geweest de afgelopen dagen”, verontschuldigd Matt Harlan zich, terwijl de trein vast staan in filevorming op het spoor. Hij zal vast op tijd zijn voor de optredens in Steendam op 16 oktober en in De Spieghel in Groningen op 17 oktober als het duo het podium deelt met Otis Gibbs.
Het geeft tijd om even rustig terug te gaan in de tijd. “Ik kom uit een zingende familie. In en om het huis werd altijd gezongen maar verder ging dat niet in de familie. Toen ik verder wilde in de muziek steunden ze dat van harte. Op het moment dat ik dus gitaar wilde leren spelen, stond ik er alleen voor. Ik heb een poos les gehad, maar we verhuisden in die tijd een aantal keer, dus dat werkte niet echt. Ik heb gitaar spelen eigenlijk geleerd uit gitaarbladen met tips en door te luisteren naar albums en die na te spelen.”
Het bleek het begin van een muzikale loopbaan die Matt Harlan inmiddels veel accolades heeft opgeleverd. Toch blijkt hij nog niet overtuigd. “Ik weet eigenlijk nog helemaal niet zeker of muzikant nou zo'n goede keus was. Ik heb toen ik jonger was in bandjes gespeeld en pas toen ik studeerde ben ik echt voor mezelf begonnen. Ik ben afgestudeerd en heb de muziek een poos aan de kant gezet voor een baan als consultant. Dat maakte me niet een gelukkiger mens. Ik liet een wat mensen als een geweldige baan zouden beschouwen lopen. Ik heb het geluk gehad dat ik mijn inkomsten uit optredens en CD verkoop kan aanvullen met een erg flexibele part-time baan. Dat zorgt er voor dat ik kan optreden en ook nog wat te eten heb. Uiteindelijk komt wel het moment dat ik voo een keuze kom te staan. Of me volledig richten op de muziek of toch voor een reguliere baan gaan en het optreden vaarwel zeggen,” overdenkt Harlan.
Matt Harlan staat te boek als één van de betere Americana artiesten. “Ik dacht in het begin dat ik vooral 'Texas Country' speelde. Americana was een begrip dat eigenlijk pas net in opkomst was en overal waar ik speelde of op de radiostations waar ze mijn muziek lieten horen hadden ze Texas Country, dus daar rekende ik mezelf ook toe. Ik kreeg eigenlijk op een gegeven moment als reactie op een paar demo's van DJ's dat dat toch niet klopte. “Het zijn niet alleen maar liedjes over rivieren, bier en Texas”was hun reactie en ze weigerden het te draaien. Eén van de leukste DJ's verwees me naar de Americana en dacht dat ik daar beter zou passen, omdat daar de liedjes meer draaiden om verhalen en niet alleen om catchy teksten. Het genre is sindsdien wel veel meer omvattend geworden. Misschien switch ik nog eens naar een ander genre op een goede dag. Ik bezie het nog steeds redelijk traditioneel als een paraplu waaronder jazz, folk, country en blues samenkomen. Ik probeer al die invloeden in mijn muziek te 'proppen'.
Een mooi onderwerp voor in een stilstaande trein. Het proces van liedjes schrijven. Harlann gaat er eens goed voor zitten. “Liedjesschrijven gebeurt voor mijnn gevoel op veel verschillende manieren”, legt hij uit. “Het begingt altijd met iets opmerkelijks dat het waard is om te worden onthouden. Of het nu een stukje tekst is wat in mijn gedachten blijft hangen, een gedicht dat me raakt, een gebeurtenis die indruk maakt of een melodie die zich elke keer weer opdringt zodar ik mijn gitaar pak. Er moet iets bij zijn dat er uitspringt voor mij om die impuls verder uit te werken. Het kan soms wel maanden duren voor dat eerste vonkje iets wordt. Soms kom ik er verschillende keren op terug en leg het weer weg. Ik probeer achter de betekenis te komen en hoe het bij mij past. Qua onderwerpen beperk ik me niet, die zijn open. Dat vind ik tenminste, maar het lijkt niet altijd zo, omdat ik vaak dezelfde beeldspraak gebruik voor verschillende onderwerpen. Soms is de snelweg meer dan de snelweg.” In het verleden werkte Matt Harlan onder andere met mensen als Guy Clark en James McMurtry. “Dat zijn ervaringen waar ik erg veel van heb geleerd. Alleen al het klijken naar die mannen is of je in de schoolbankjes zit. Als songwriters is dit toch wel het beste wat er is.”
Rachel Jones zit ondertussen de huizen te bekijken uit het treinraampje. Met succes heeft de vrouw van Matt Harlan een bestaan opgebouwd als makelaar in Texas. Het staat de samenwerking op het podium niet in de weg en ook deze toer komt ze mee. “Het is geweldig om met haar samen te werken. Als we thuis zijn werken we samen aan liedjes en andere zaken. Ik schrijf meestal een liedje en als ik denk dat het goed genoeg is, geef ik het aan haar en geeft zij haar mening erover. Als ik een liedje heb waar ik niet helemaal uitkom, dan vrsaag ik haar hulp bij de harmonieën en laat zij haar magie er op los.”
Matt Harlan heeft net zijn nieuwe album 'In The Dark' uit. Het duo promoot het album, dat geweldige recensies krijgt en hoge waarderingen, met een serie optreden in Nederland. Zondag 1 oktober geven ze een gratis toegankelijk concert bij Peter & Leni in Steendam en een dag later in De Spieghel in Groningen is er een Americana avond samen met Otis Gibbs.
STEENDAM – Rebecca Loebe stond bij het aankondigingen bord bij Peter & Leni in Steendam na haar eigen succesvolle optreden te kijken wie er na haar kwamen. Matt en Rachel, die moet je zeker gaan zien”, riep Loebe enthousiast uit. De Amerikaanse had het dan over haar stadsgenoten Matt Harlan en Rachel Jones. Goed advies moet je altijd ter harte nemen, maar eerst een gesprek in Matt Harlan in twee gedeelten. Te beginnen in Texas en eindigende in de trein van Schiphol naar het huis van zijn Nederlandse agent. “Het is druk geweest de afgelopen dagen”, verontschuldigd Matt Harlan zich, terwijl de trein vast staan in filevorming op het spoor. Hij zal vast op tijd zijn voor de optredens in Steendam op 16 oktober en in De Spieghel in Groningen op 17 oktober als het duo het podium deelt met Otis Gibbs.
Het geeft tijd om even rustig terug te gaan in de tijd. “Ik kom uit een zingende familie. In en om het huis werd altijd gezongen maar verder ging dat niet in de familie. Toen ik verder wilde in de muziek steunden ze dat van harte. Op het moment dat ik dus gitaar wilde leren spelen, stond ik er alleen voor. Ik heb een poos les gehad, maar we verhuisden in die tijd een aantal keer, dus dat werkte niet echt. Ik heb gitaar spelen eigenlijk geleerd uit gitaarbladen met tips en door te luisteren naar albums en die na te spelen.”
Het bleek het begin van een muzikale loopbaan die Matt Harlan inmiddels veel accolades heeft opgeleverd. Toch blijkt hij nog niet overtuigd. “Ik weet eigenlijk nog helemaal niet zeker of muzikant nou zo'n goede keus was. Ik heb toen ik jonger was in bandjes gespeeld en pas toen ik studeerde ben ik echt voor mezelf begonnen. Ik ben afgestudeerd en heb de muziek een poos aan de kant gezet voor een baan als consultant. Dat maakte me niet een gelukkiger mens. Ik liet een wat mensen als een geweldige baan zouden beschouwen lopen. Ik heb het geluk gehad dat ik mijn inkomsten uit optredens en CD verkoop kan aanvullen met een erg flexibele part-time baan. Dat zorgt er voor dat ik kan optreden en ook nog wat te eten heb. Uiteindelijk komt wel het moment dat ik voo een keuze kom te staan. Of me volledig richten op de muziek of toch voor een reguliere baan gaan en het optreden vaarwel zeggen,” overdenkt Harlan.
Matt Harlan staat te boek als één van de betere Americana artiesten. “Ik dacht in het begin dat ik vooral 'Texas Country' speelde. Americana was een begrip dat eigenlijk pas net in opkomst was en overal waar ik speelde of op de radiostations waar ze mijn muziek lieten horen hadden ze Texas Country, dus daar rekende ik mezelf ook toe. Ik kreeg eigenlijk op een gegeven moment als reactie op een paar demo's van DJ's dat dat toch niet klopte. “Het zijn niet alleen maar liedjes over rivieren, bier en Texas”was hun reactie en ze weigerden het te draaien. Eén van de leukste DJ's verwees me naar de Americana en dacht dat ik daar beter zou passen, omdat daar de liedjes meer draaiden om verhalen en niet alleen om catchy teksten. Het genre is sindsdien wel veel meer omvattend geworden. Misschien switch ik nog eens naar een ander genre op een goede dag. Ik bezie het nog steeds redelijk traditioneel als een paraplu waaronder jazz, folk, country en blues samenkomen. Ik probeer al die invloeden in mijn muziek te 'proppen'.
Een mooi onderwerp voor in een stilstaande trein. Het proces van liedjes schrijven. Harlann gaat er eens goed voor zitten. “Liedjesschrijven gebeurt voor mijnn gevoel op veel verschillende manieren”, legt hij uit. “Het begingt altijd met iets opmerkelijks dat het waard is om te worden onthouden. Of het nu een stukje tekst is wat in mijn gedachten blijft hangen, een gedicht dat me raakt, een gebeurtenis die indruk maakt of een melodie die zich elke keer weer opdringt zodar ik mijn gitaar pak. Er moet iets bij zijn dat er uitspringt voor mij om die impuls verder uit te werken. Het kan soms wel maanden duren voor dat eerste vonkje iets wordt. Soms kom ik er verschillende keren op terug en leg het weer weg. Ik probeer achter de betekenis te komen en hoe het bij mij past. Qua onderwerpen beperk ik me niet, die zijn open. Dat vind ik tenminste, maar het lijkt niet altijd zo, omdat ik vaak dezelfde beeldspraak gebruik voor verschillende onderwerpen. Soms is de snelweg meer dan de snelweg.” In het verleden werkte Matt Harlan onder andere met mensen als Guy Clark en James McMurtry. “Dat zijn ervaringen waar ik erg veel van heb geleerd. Alleen al het klijken naar die mannen is of je in de schoolbankjes zit. Als songwriters is dit toch wel het beste wat er is.”
Rachel Jones zit ondertussen de huizen te bekijken uit het treinraampje. Met succes heeft de vrouw van Matt Harlan een bestaan opgebouwd als makelaar in Texas. Het staat de samenwerking op het podium niet in de weg en ook deze toer komt ze mee. “Het is geweldig om met haar samen te werken. Als we thuis zijn werken we samen aan liedjes en andere zaken. Ik schrijf meestal een liedje en als ik denk dat het goed genoeg is, geef ik het aan haar en geeft zij haar mening erover. Als ik een liedje heb waar ik niet helemaal uitkom, dan vrsaag ik haar hulp bij de harmonieën en laat zij haar magie er op los.”
Matt Harlan heeft net zijn nieuwe album 'In The Dark' uit. Het duo promoot het album, dat geweldige recensies krijgt en hoge waarderingen, met een serie optreden in Nederland. Zondag 1 oktober geven ze een gratis toegankelijk concert bij Peter & Leni in Steendam en een dag later in De Spieghel in Groningen is er een Americana avond samen met Otis Gibbs.
VICTIM VICTIM geniet van fijne vibe tijdens Popronde
foto: Marc Haers
GRONINGEN – De Popronde is voor VICTIM VICTIM net begonnen met een optreden in Nijmegen. VICTIM VICTIM of te wel Aafke Kloppenburg blijft, ten onrechte, nog wat achter in de boekingen, maar in Groningen op 6 oktober staat de Rotterdamse op de planken van Men at Work met haar ravepop. Het eerste optreden ging, aldus VICTIM VICTIM erg fijn, dus wie weet heeft Kloppenburg ook de steden die nog niet hun programma bekend hebben gemaakt nu over de streep getrokken. In Rotterdam neemt de artieste uitgebreid de tijd om te vertellen, maar met bezorgdheid over de hoeveelheid. “Ik probeer me maar een beetje te beperken qua lengt”, klinkt het ongerust als de hoeveelheid op te schrijven materiaal groeit. Een goed verhaal mag echter best ruimte hebben.
“Het eerste optreden in de Merleyn in Nijmegen was afgelopen week en dat was een super fijne vibe!”, jubelt Kloppenburg. “Ik verwacht van de Popronde dat er mensen naar VICTIM VICTIM komen kijken die openstaan voor een nieuwe sound en dat ze zich laten verrassen. Wat mij over het algemeen aantrekt in mensen en muziek is attitude en persoonlijkheid. Alleen schoonheid verveeld snel na de eerste kennismaking dus ik hoop dat mensen zo ook naar VICTIM VICTIM kijken. Dat VICTIM VICTIM ze tijdens de Popronde op een vreemde manier aantrekt zonder dat ze precies kunnen ontleden waarom. Weet je, het is verder ook niet echt super moeilijk. Geef me gewoon een donkere ruimte, lasers, rook en een harde duistere beat en we gaan samen los. Ik wil gewoon dat de muziek krachtig is en dansbaar.”
Dat Aafke Kloppenburg is de muziek terecht zou komen is niet vanzelfsprekend. Thuis heerste een muzikale stilte. “Ik kan eigenlijk niet zeggen dat ik ben opgevoed met muziek. Er was bij ons thuis bijna nooit muziek te horen. Wel speelde ik verschillende instrumenten wat ik toen wel meer als een verplichting zag dan als iets leuks. Ik was veel meer buiten te vinden te spelen met vriendjes, we woonden dicht bij het bos. Ik ben verder opgevoed met veel doorzettingsvermogen en ouders die me altijd hebben gestimuleerd om hard te werken als je zelf iets wilt bereiken, dat je niet snel moet opgeven of je het slachtoffer moet voelen als dingen niet meteen gaan zoals jij dat wilt. Vandaar ook de naam VICTIM VICTIM. Ik wou dat het project, de muziek, iets bijzonders, een eufemisme werd voor iets lelijks, namelijk het slachtoffer spelen. Misschien door het feit dat ik zelf zo naar muziek moest zoeken heeft het mijn aandacht gekregen. Ik heb altijd naar manieren gezocht om me te uitten zowel muziekaal en visueel. Ik zie VICTIM VICTIM dan ook meer als ‘ongoing' kunst project dan alleen als muziek. Onder andere door de live optredens kan ik er ondertussen veel meer in kwijt.
“VICTIM VICTIM is twee jaar terug begonnen samen met Maurice Petitjean na elkaar te hebben ontmoet via gezamenlijke vrienden tijdens het uitgaan”, vertelt Kloppenburg. “Vorig jaar besloot Maurice dat hij toch liever andere dingen wou doen, waarna ik zo snel mogelijk verder probeerde te gaan met optreden en nieuwe muziek om niet de exposure verliezen die VICTIM VICTIM had gekregen door de eerste ep. Ik zit er af en toe toch aan te denken om de naam te gaan veranderen naar iets wat meer staat voor een nieuw project. Veel mensen denken nog steeds dat de band een duo is en dat Maurice daar de ene helft van is, wat soms tot vreemde situaties kan leiden, ook voor Felix Postma die bij live gigs drumt. Ik heb hem ontmoet bij de Red Bull studio’s in Amsterdam waar hij audio engeneer was, hij heeft ook de ep ‘Self Service’ gemixt en gemasterd.”
Daarmee is het onderwerp haast automatisch terecht gekomen bij de EP productie van VICTIM VICTIM. Recent kwam 'Self Service' uit de opvolger van 'Cathedral Floods'. “De laatste EP ‘Self Service’ is voor mij een speciale omdat ik qua produceren veel heb ontdekt in vergelijking tot het begin van alles toen ik pas net met produceren begon. Los van dat ik elke dag in mijn studio nieuwe dingen leer, heb ik echt het gevoel dat ik er nu kan laten horen wat ik wil. Ik hou van samenwerken omdat het nieuwe inzichten en inspiratie geeft maar ik vind het ook moeilijk om concessies te doen, ben erg eigenwijs en vind het lastig en ongemakkelijk om afhankelijk van andere mensen te zijn. Dat is waarschijnlijk ook de reden dat ik ben gaan produceren om in mijn eigen tempo te kunnen werken. Ik denk dat 'Cathedral Floods' zo goed werd ontvangen omdat er gewoonweg weinig melancholische darkhouse word gemaakt in NL. Ik was er zelf ook over verbaasd hoeveel reacties en boekingen we er door kregen. Elke keer als je begint aan een nieuw muzikaal project moet je daar denk ik een beetje naïef en manisch inspringen en de noodzaak voelen om nieuwe dingen te ontdekken, vooral vergeten wat je verwachtingen waren van te voren. We wilden gewoon iets maken waar we zelf graag op uit zouden willen gaan, that’s it. Na 2 Ep’s is een album misschien een logische volgende stap, maar niet de enige. Ik ben al veel in de studio bezig met nieuwe muziek misschien voor nog een EP, misschien een album, al moet er voor mijn gevoel wel eerst iets veranderen aan mijn proces om weer vers aan iets nieuws te kunnen beginnen. Ik wil het project wat stabieler maken. Ik zou verder wel willen dat een plantenmaatschappij mijn muziek uitbrengt maar alleen als die echt bij me past. Online releasen werkt voor mij nu nog heel goed. Ik zou wel graag minder willen leunen op alleen het Nederlandse publiek.”
Volop plannen, maar ook het creatieve proces achter de liedjes is volop bezig. “Ik merkte door vanaf het begin van VICTIM VICTIM veel op te treden dat het voor mij belangrijk is live veel energie te voelen. Ik wil dat de muziek dansbaar is. Dat kan natuurlijk zowel uptempo als in super meedeinende hypnotiserende nummers. Ik merk dat ik steeds meer neig naar house synths en rave beats. Ik noem het Ravepop omdat er voor mij niets beters is dan een rave te creëren met dansbare beats. Verder heeft Scandinavië me onwijs beïnvloed. en dan vooral IJsland. Mijn beste maatje designer Petra Valdimarsdottir die ik al 15 jaar ken komt uit Ijsland. Met haar werk ik ook vaak samen voor ons artwork. Door haar achtergrond groeide ik los van de R&B die ik toen veel luisterde ook op met elektronische popmuziek. Buiten Bjork om komt er uit Scandinavië muzikaal zoveel meer vandaan wat me intrigeert. Ik ben denk ik muzikaal door de jaren heen het meest beïnvloed door een mix van The Knife, Robyn, Cristal Castles en de laatste tijd DAF en Betonkust uit Nederland.”
Naast Scandinavië blijkt ook thuishaven Rotterdam belangrijk voor Aafke Kloppenburg. In veel opzichten. “Ik heb een haat/liefde verhouding met de stad. Ik hou ervan hoe het me heeft gevormd sinds ik hier woon, maar ik haat Rotterdam ook vaak. Hoe groot de stad ook is, het voelt soms als een dorp. Als je er af en toe afstand van neemt is het toch altijd echt fijn terug te komen. Rotterdam groeit mee met waar er vraag naar is en anders creëren mensen het zelf. Dat is wel uniek denk ik en bijzonder om mee te maken. De leegte in de winter en kille gebouwen en buurten zijn een inspiratie voor lyrics en sound. Het maakt mijn hoofd leeg om nieuwe dingen te maken.”
.
De winter moet nog maar even wachten. De zomer is nog net niet achter de rug en de herst en hopelijk veel optredens wachten. “De zomer was goed! Ik wist dat de EP ‘Self Service’ net te laat uit kwam om nog echt festivals te kunnen meepakken”, besluit Aafke Kloppenburg “Aan het einde van het proces wil je je muziek gewoon de wereld insturen. Dat is ook een leerproces. meer geduld hebben.” Hopelijk gaat dat leerproces in de Popronde ook nog even voort. In ieder geval in Groningen.
VICTIM VICTIM staat op 6 oktober in Men at Work in Groningen in het kader van de Popronde.
foto: Marc Haers
GRONINGEN – De Popronde is voor VICTIM VICTIM net begonnen met een optreden in Nijmegen. VICTIM VICTIM of te wel Aafke Kloppenburg blijft, ten onrechte, nog wat achter in de boekingen, maar in Groningen op 6 oktober staat de Rotterdamse op de planken van Men at Work met haar ravepop. Het eerste optreden ging, aldus VICTIM VICTIM erg fijn, dus wie weet heeft Kloppenburg ook de steden die nog niet hun programma bekend hebben gemaakt nu over de streep getrokken. In Rotterdam neemt de artieste uitgebreid de tijd om te vertellen, maar met bezorgdheid over de hoeveelheid. “Ik probeer me maar een beetje te beperken qua lengt”, klinkt het ongerust als de hoeveelheid op te schrijven materiaal groeit. Een goed verhaal mag echter best ruimte hebben.
“Het eerste optreden in de Merleyn in Nijmegen was afgelopen week en dat was een super fijne vibe!”, jubelt Kloppenburg. “Ik verwacht van de Popronde dat er mensen naar VICTIM VICTIM komen kijken die openstaan voor een nieuwe sound en dat ze zich laten verrassen. Wat mij over het algemeen aantrekt in mensen en muziek is attitude en persoonlijkheid. Alleen schoonheid verveeld snel na de eerste kennismaking dus ik hoop dat mensen zo ook naar VICTIM VICTIM kijken. Dat VICTIM VICTIM ze tijdens de Popronde op een vreemde manier aantrekt zonder dat ze precies kunnen ontleden waarom. Weet je, het is verder ook niet echt super moeilijk. Geef me gewoon een donkere ruimte, lasers, rook en een harde duistere beat en we gaan samen los. Ik wil gewoon dat de muziek krachtig is en dansbaar.”
Dat Aafke Kloppenburg is de muziek terecht zou komen is niet vanzelfsprekend. Thuis heerste een muzikale stilte. “Ik kan eigenlijk niet zeggen dat ik ben opgevoed met muziek. Er was bij ons thuis bijna nooit muziek te horen. Wel speelde ik verschillende instrumenten wat ik toen wel meer als een verplichting zag dan als iets leuks. Ik was veel meer buiten te vinden te spelen met vriendjes, we woonden dicht bij het bos. Ik ben verder opgevoed met veel doorzettingsvermogen en ouders die me altijd hebben gestimuleerd om hard te werken als je zelf iets wilt bereiken, dat je niet snel moet opgeven of je het slachtoffer moet voelen als dingen niet meteen gaan zoals jij dat wilt. Vandaar ook de naam VICTIM VICTIM. Ik wou dat het project, de muziek, iets bijzonders, een eufemisme werd voor iets lelijks, namelijk het slachtoffer spelen. Misschien door het feit dat ik zelf zo naar muziek moest zoeken heeft het mijn aandacht gekregen. Ik heb altijd naar manieren gezocht om me te uitten zowel muziekaal en visueel. Ik zie VICTIM VICTIM dan ook meer als ‘ongoing' kunst project dan alleen als muziek. Onder andere door de live optredens kan ik er ondertussen veel meer in kwijt.
“VICTIM VICTIM is twee jaar terug begonnen samen met Maurice Petitjean na elkaar te hebben ontmoet via gezamenlijke vrienden tijdens het uitgaan”, vertelt Kloppenburg. “Vorig jaar besloot Maurice dat hij toch liever andere dingen wou doen, waarna ik zo snel mogelijk verder probeerde te gaan met optreden en nieuwe muziek om niet de exposure verliezen die VICTIM VICTIM had gekregen door de eerste ep. Ik zit er af en toe toch aan te denken om de naam te gaan veranderen naar iets wat meer staat voor een nieuw project. Veel mensen denken nog steeds dat de band een duo is en dat Maurice daar de ene helft van is, wat soms tot vreemde situaties kan leiden, ook voor Felix Postma die bij live gigs drumt. Ik heb hem ontmoet bij de Red Bull studio’s in Amsterdam waar hij audio engeneer was, hij heeft ook de ep ‘Self Service’ gemixt en gemasterd.”
Daarmee is het onderwerp haast automatisch terecht gekomen bij de EP productie van VICTIM VICTIM. Recent kwam 'Self Service' uit de opvolger van 'Cathedral Floods'. “De laatste EP ‘Self Service’ is voor mij een speciale omdat ik qua produceren veel heb ontdekt in vergelijking tot het begin van alles toen ik pas net met produceren begon. Los van dat ik elke dag in mijn studio nieuwe dingen leer, heb ik echt het gevoel dat ik er nu kan laten horen wat ik wil. Ik hou van samenwerken omdat het nieuwe inzichten en inspiratie geeft maar ik vind het ook moeilijk om concessies te doen, ben erg eigenwijs en vind het lastig en ongemakkelijk om afhankelijk van andere mensen te zijn. Dat is waarschijnlijk ook de reden dat ik ben gaan produceren om in mijn eigen tempo te kunnen werken. Ik denk dat 'Cathedral Floods' zo goed werd ontvangen omdat er gewoonweg weinig melancholische darkhouse word gemaakt in NL. Ik was er zelf ook over verbaasd hoeveel reacties en boekingen we er door kregen. Elke keer als je begint aan een nieuw muzikaal project moet je daar denk ik een beetje naïef en manisch inspringen en de noodzaak voelen om nieuwe dingen te ontdekken, vooral vergeten wat je verwachtingen waren van te voren. We wilden gewoon iets maken waar we zelf graag op uit zouden willen gaan, that’s it. Na 2 Ep’s is een album misschien een logische volgende stap, maar niet de enige. Ik ben al veel in de studio bezig met nieuwe muziek misschien voor nog een EP, misschien een album, al moet er voor mijn gevoel wel eerst iets veranderen aan mijn proces om weer vers aan iets nieuws te kunnen beginnen. Ik wil het project wat stabieler maken. Ik zou verder wel willen dat een plantenmaatschappij mijn muziek uitbrengt maar alleen als die echt bij me past. Online releasen werkt voor mij nu nog heel goed. Ik zou wel graag minder willen leunen op alleen het Nederlandse publiek.”
Volop plannen, maar ook het creatieve proces achter de liedjes is volop bezig. “Ik merkte door vanaf het begin van VICTIM VICTIM veel op te treden dat het voor mij belangrijk is live veel energie te voelen. Ik wil dat de muziek dansbaar is. Dat kan natuurlijk zowel uptempo als in super meedeinende hypnotiserende nummers. Ik merk dat ik steeds meer neig naar house synths en rave beats. Ik noem het Ravepop omdat er voor mij niets beters is dan een rave te creëren met dansbare beats. Verder heeft Scandinavië me onwijs beïnvloed. en dan vooral IJsland. Mijn beste maatje designer Petra Valdimarsdottir die ik al 15 jaar ken komt uit Ijsland. Met haar werk ik ook vaak samen voor ons artwork. Door haar achtergrond groeide ik los van de R&B die ik toen veel luisterde ook op met elektronische popmuziek. Buiten Bjork om komt er uit Scandinavië muzikaal zoveel meer vandaan wat me intrigeert. Ik ben denk ik muzikaal door de jaren heen het meest beïnvloed door een mix van The Knife, Robyn, Cristal Castles en de laatste tijd DAF en Betonkust uit Nederland.”
Naast Scandinavië blijkt ook thuishaven Rotterdam belangrijk voor Aafke Kloppenburg. In veel opzichten. “Ik heb een haat/liefde verhouding met de stad. Ik hou ervan hoe het me heeft gevormd sinds ik hier woon, maar ik haat Rotterdam ook vaak. Hoe groot de stad ook is, het voelt soms als een dorp. Als je er af en toe afstand van neemt is het toch altijd echt fijn terug te komen. Rotterdam groeit mee met waar er vraag naar is en anders creëren mensen het zelf. Dat is wel uniek denk ik en bijzonder om mee te maken. De leegte in de winter en kille gebouwen en buurten zijn een inspiratie voor lyrics en sound. Het maakt mijn hoofd leeg om nieuwe dingen te maken.”
.
De winter moet nog maar even wachten. De zomer is nog net niet achter de rug en de herst en hopelijk veel optredens wachten. “De zomer was goed! Ik wist dat de EP ‘Self Service’ net te laat uit kwam om nog echt festivals te kunnen meepakken”, besluit Aafke Kloppenburg “Aan het einde van het proces wil je je muziek gewoon de wereld insturen. Dat is ook een leerproces. meer geduld hebben.” Hopelijk gaat dat leerproces in de Popronde ook nog even voort. In ieder geval in Groningen.
VICTIM VICTIM staat op 6 oktober in Men at Work in Groningen in het kader van de Popronde.
Veel geboekte Popronde kandidaat The Grand East komt met album
GRONINGEN – The Grand East gaat deze dagen met recht op 'The Grand Tour'. Het gezelschap uit Diepenheim in Twente, hoewel tegenwoordig Utrecht de thuisbasis is, is één van de meest geboekte acts uit de Popronde en presenteert tussendoor ook nog hun nieuwe album 'Movano Camerata' en een nieuwe clip voor 'Kiss The Devil'. Voor de Popronde staan ze in Groningen op 6 oktober en in Assen op 20 oktober. Tussendoor op 16 oktober treedt The Grand East ook nog op bij het TT Circuit in Assen. De band komt volgend jaar terug voor Eurosonic Noorderslag. De band met de combinatie Rock & Soul met een gospel sausje spreekt duidelijk een groot publiek aan. Namens de band is het bassist Teun Eijsink die het succes van de band probeert te duiden.
“Daar zijn wel een paar factoren voor te verzinnen”, begint Teun Eijsink. Samen met zanger Arthur Akkermans, hammondorganist Joris van den Berg, gitarist Niek Caval en Imanishi Kleinmeulman, de percusioniost van het stel vormt hij The Grand East. “De muzikale voorkeuren en muziekliefde van onze ouders was wel heel belangrijk. Het scheelt al een hoop als je ouders veel muziek luisteren, en dat gebeurde bij al ons 5 in huis wel. Bij mij thuis stond er eigenlijk al vanaf dat ik herinneringen heb wel muziek op. Een van mijn vroegste herinneringen was ‘Californication’ van de Red Hot Chili Peppers. Die liet mijn vader kneiterhard door de kamer schallen toen dat album net uit was. Ik weet nog dat ik het de eerste twee keer verschrikkelijk vond, maar daarna bloeide die liefde toch vrij snel op. Ik was een jaar of 6 indertijd. In 2002 kwam het volgende album ‘By the Way’ uit, en ik weet nog dat mijn moeder die voor mij kocht. Mijn vader was in die tijd directeur van de muziekschool en dan moest zoonlief natuurlijk ook op muziekles. Daar ben ik begonnen met gitaarles.”
De muzikale achtergrond en de gitaarlessen bij zijn vader op school voerden Teun Eijsink het muzikale leven in. Al snel zit hij, net als veel andere The Grand East leden in verschillende bandjs. “”Onze diepste wortels gaan terug tot verschillende muziekschoolbandjes in en rond Diepenheim. Een niet te onderschatten factor in het samenkomen van deze band is ongetwijfeld ook verveling. We komen allemaal uit Twente, waar in ieder geval Arthur, Niek en ik letterlijk tussen de weilanden woonden. Dan ga je je op een gegeven moment dus wel vervelen en een beetje met instrumenten aankloten. Als ik met niet vergis hadden Niek, Joris en ik al een band op dat moment. Op aangeven van mijn ouders hebben we daar Arthur bij gevraagd. Niek, Arthur en ik hebben toen een hele zomer lang voornamelijk geblowd en op gitaren getokkeld en zo kwam het geheel een beetje bij elkaar. Twee jaar later kwam ook Ima erbij, omdat onze toenmalige drummer Gijs het druk genoeg had met allerlei andere dingen. Inmiddels is Utrecht onze thuisbasis geworden, maar Diepenheim is wel een inspirerende plek voor mensen die enigszins kunstzinnig bezig willen zijn denk ik. Sowieso veel muziekliefhebbers. De stad speelt zeker ook een rol in onze muziek, maar meer in de zin dat het ons heeft gevormd tot de muzikanten die we zijn en ook heel erg onze smaak heeft bepaald. André Manuel en zijn verschillende bands hebben daar ook best wel een belangrijke factor in gespeeld.”
Als je een band hebt moeten er ook liedjes komen. Een groepsproces bij The Grand East. “We staan in de oefenruimte wat aan te kloten”, vertelt Teun Eijsink. “Op een gegeven moment zegt iemand: He, ik heb nog een riff of een melodie ofzo. Daar gaan we dan net zo lang mee liggen ouwehoeren tot het wat vets wordt. Het tijdsbestek waarin het dan een liedje wordt varieert dan van een week tot soms wel twee jaar. Je weet het nooit bij ons. De muziek wordt door ons dus samen geschreven en de teksten door Arthur. Het zijn ook echt observaties over dingen die hij ziet in het leven. Er zitten ook wel wat autobiografische dingen tussen. Sommige liedjes gaan over vrienden, sommige gaan over relaties en andere gewoon over belachelijke onzin. Mocht je je dus af en toe in ons gezelschap terugvinden dan kan het zomaar dat je binnenkort in een liedje zit.”
Rock & Soul zo betitelt de band het eigen werk, waarbij ze raakvlakken hebben met mensen als Rag & Bone Man, Rev Deadeye en The Gospel Sessions. Stevig werk, met veel soul. “Het is niet dat we ons perse laten beïnvloeden door de stijlen Rock en Soul, maar zo noemen we de combinatie die er bij ons uit komt. Invloeden komen bij ons uit mega veel dingen, en invloeden zijn per bandlid ook wel echt verschillend. Om maar even snel wat te noemen: Arthur heeft altijd veel aan Tom Waits gehad, Niek aan de Allman Brothers, Ima speelde altijd veel funk, ikzelf houd heel erg van oude soul en Joris luistert bijvoorbeeld gewoon weer heel veel hiphop. Het zou dus net zo goed ‘Funky Tom Allman Soul Hop’ kunnen heten.
Met een plaat op komst, een volgeboekte popronde agenda, een aansprekende sound en een aantal mooie festivals deze zomer mag er al voorzichtig van enig succes worden gesproken. Teun Eijsink stelt daar nog een vraag teken bij. “Zijn we al succesvol? De zomer was vrij rustig eigenlijk wel. Voorbereiden voor de Popronde zullen we maar zeggen. We verwachten veel gigs en volle zalen! Of dat hopen we, één van de twee. Een belangrijke reden om mee te doen is ook wel om de naam The Grand East het land in te slingeren. Die naam bestaat nog maar een jaar, dus nog lang niet iedereen weet ervan! Maar binnenkort wel hopelijk.Veel hangt dus er vanaf hoe de band zich zal presenteren op de diverse Popronde podia. “Het wordt een soort Tasmanian Devil achtige Tornado van vijf compleet losgeslagen Tukkers”, waarschuwt en promoot Eijsink tegelijk. Een ander hoogtepunt is de release van het album 'Movano Camerata'. Het album verschijnt eind september, maar de officiële release is op 12 oktober in de Sugarfactory in Amsterdam “We wilden gewoon een fucking goed album maken! Ja daar zijn we volgens ons wel in geslaagd!”, sluit Teun Eijsink af.
The Grand East speelt tijdens de Popronde op 6 oktober in het Pakhuis in Groningen en op 20 oktober in Assen in De Koppelpaarden. Buiten het Popronde circuit komt The Grand East op 16 oktober ook in Assen op het TT Circuit. Op 14 januari staat The Grand East op Eurosonic Noorderslag.
GRONINGEN – The Grand East gaat deze dagen met recht op 'The Grand Tour'. Het gezelschap uit Diepenheim in Twente, hoewel tegenwoordig Utrecht de thuisbasis is, is één van de meest geboekte acts uit de Popronde en presenteert tussendoor ook nog hun nieuwe album 'Movano Camerata' en een nieuwe clip voor 'Kiss The Devil'. Voor de Popronde staan ze in Groningen op 6 oktober en in Assen op 20 oktober. Tussendoor op 16 oktober treedt The Grand East ook nog op bij het TT Circuit in Assen. De band komt volgend jaar terug voor Eurosonic Noorderslag. De band met de combinatie Rock & Soul met een gospel sausje spreekt duidelijk een groot publiek aan. Namens de band is het bassist Teun Eijsink die het succes van de band probeert te duiden.
“Daar zijn wel een paar factoren voor te verzinnen”, begint Teun Eijsink. Samen met zanger Arthur Akkermans, hammondorganist Joris van den Berg, gitarist Niek Caval en Imanishi Kleinmeulman, de percusioniost van het stel vormt hij The Grand East. “De muzikale voorkeuren en muziekliefde van onze ouders was wel heel belangrijk. Het scheelt al een hoop als je ouders veel muziek luisteren, en dat gebeurde bij al ons 5 in huis wel. Bij mij thuis stond er eigenlijk al vanaf dat ik herinneringen heb wel muziek op. Een van mijn vroegste herinneringen was ‘Californication’ van de Red Hot Chili Peppers. Die liet mijn vader kneiterhard door de kamer schallen toen dat album net uit was. Ik weet nog dat ik het de eerste twee keer verschrikkelijk vond, maar daarna bloeide die liefde toch vrij snel op. Ik was een jaar of 6 indertijd. In 2002 kwam het volgende album ‘By the Way’ uit, en ik weet nog dat mijn moeder die voor mij kocht. Mijn vader was in die tijd directeur van de muziekschool en dan moest zoonlief natuurlijk ook op muziekles. Daar ben ik begonnen met gitaarles.”
De muzikale achtergrond en de gitaarlessen bij zijn vader op school voerden Teun Eijsink het muzikale leven in. Al snel zit hij, net als veel andere The Grand East leden in verschillende bandjs. “”Onze diepste wortels gaan terug tot verschillende muziekschoolbandjes in en rond Diepenheim. Een niet te onderschatten factor in het samenkomen van deze band is ongetwijfeld ook verveling. We komen allemaal uit Twente, waar in ieder geval Arthur, Niek en ik letterlijk tussen de weilanden woonden. Dan ga je je op een gegeven moment dus wel vervelen en een beetje met instrumenten aankloten. Als ik met niet vergis hadden Niek, Joris en ik al een band op dat moment. Op aangeven van mijn ouders hebben we daar Arthur bij gevraagd. Niek, Arthur en ik hebben toen een hele zomer lang voornamelijk geblowd en op gitaren getokkeld en zo kwam het geheel een beetje bij elkaar. Twee jaar later kwam ook Ima erbij, omdat onze toenmalige drummer Gijs het druk genoeg had met allerlei andere dingen. Inmiddels is Utrecht onze thuisbasis geworden, maar Diepenheim is wel een inspirerende plek voor mensen die enigszins kunstzinnig bezig willen zijn denk ik. Sowieso veel muziekliefhebbers. De stad speelt zeker ook een rol in onze muziek, maar meer in de zin dat het ons heeft gevormd tot de muzikanten die we zijn en ook heel erg onze smaak heeft bepaald. André Manuel en zijn verschillende bands hebben daar ook best wel een belangrijke factor in gespeeld.”
Als je een band hebt moeten er ook liedjes komen. Een groepsproces bij The Grand East. “We staan in de oefenruimte wat aan te kloten”, vertelt Teun Eijsink. “Op een gegeven moment zegt iemand: He, ik heb nog een riff of een melodie ofzo. Daar gaan we dan net zo lang mee liggen ouwehoeren tot het wat vets wordt. Het tijdsbestek waarin het dan een liedje wordt varieert dan van een week tot soms wel twee jaar. Je weet het nooit bij ons. De muziek wordt door ons dus samen geschreven en de teksten door Arthur. Het zijn ook echt observaties over dingen die hij ziet in het leven. Er zitten ook wel wat autobiografische dingen tussen. Sommige liedjes gaan over vrienden, sommige gaan over relaties en andere gewoon over belachelijke onzin. Mocht je je dus af en toe in ons gezelschap terugvinden dan kan het zomaar dat je binnenkort in een liedje zit.”
Rock & Soul zo betitelt de band het eigen werk, waarbij ze raakvlakken hebben met mensen als Rag & Bone Man, Rev Deadeye en The Gospel Sessions. Stevig werk, met veel soul. “Het is niet dat we ons perse laten beïnvloeden door de stijlen Rock en Soul, maar zo noemen we de combinatie die er bij ons uit komt. Invloeden komen bij ons uit mega veel dingen, en invloeden zijn per bandlid ook wel echt verschillend. Om maar even snel wat te noemen: Arthur heeft altijd veel aan Tom Waits gehad, Niek aan de Allman Brothers, Ima speelde altijd veel funk, ikzelf houd heel erg van oude soul en Joris luistert bijvoorbeeld gewoon weer heel veel hiphop. Het zou dus net zo goed ‘Funky Tom Allman Soul Hop’ kunnen heten.
Met een plaat op komst, een volgeboekte popronde agenda, een aansprekende sound en een aantal mooie festivals deze zomer mag er al voorzichtig van enig succes worden gesproken. Teun Eijsink stelt daar nog een vraag teken bij. “Zijn we al succesvol? De zomer was vrij rustig eigenlijk wel. Voorbereiden voor de Popronde zullen we maar zeggen. We verwachten veel gigs en volle zalen! Of dat hopen we, één van de twee. Een belangrijke reden om mee te doen is ook wel om de naam The Grand East het land in te slingeren. Die naam bestaat nog maar een jaar, dus nog lang niet iedereen weet ervan! Maar binnenkort wel hopelijk.Veel hangt dus er vanaf hoe de band zich zal presenteren op de diverse Popronde podia. “Het wordt een soort Tasmanian Devil achtige Tornado van vijf compleet losgeslagen Tukkers”, waarschuwt en promoot Eijsink tegelijk. Een ander hoogtepunt is de release van het album 'Movano Camerata'. Het album verschijnt eind september, maar de officiële release is op 12 oktober in de Sugarfactory in Amsterdam “We wilden gewoon een fucking goed album maken! Ja daar zijn we volgens ons wel in geslaagd!”, sluit Teun Eijsink af.
The Grand East speelt tijdens de Popronde op 6 oktober in het Pakhuis in Groningen en op 20 oktober in Assen in De Koppelpaarden. Buiten het Popronde circuit komt The Grand East op 16 oktober ook in Assen op het TT Circuit. Op 14 januari staat The Grand East op Eurosonic Noorderslag.
Jess Klein komt na 15 jaar terug naar Nederland
BORGER – Het is al heel wat jaartjes geleden dat Jess Klein in Nederland optrad. Hoogste tijd dus en haar komende toer begint dan ook vrijdag 16 september op het podium VanSlag Borger in het kader van Roots on the Road. Voor ze in het vliegtuig stapt, vertelt Klein nog hoe ze uitkijkt naar haar toer en hoe ze in de muziek staat en gaat in op DIY, Kingston Jamaica en haar albums. Een boeiende zangeres en songwriter.
“Ik ben al vijftien jaar niet in Nederland geweest”, begint Klein het gesprek thuis in Hillsborough North Carolina. “Ik weet helemaal niet wat ik kan of moet verwachten van het Nederlands publiek. Ik kijk er wel erg naar uit om de band te herstellen met al die mensen die me in al die jaren als fan zijn blijven steunen en natuurlijke nieuwe fans te maken. Toeren in Europa is altijd geweldig. Ik waardeer erg de enorme waardering voor traditie in de verschillende kunstvormen en het publiek in Europa brengt die waardering ook mee naar de show”, kijkt Jess Klein vooruit.
Na vooruit kijken komt terug kijken. Ver terug. “Ik ben opgegroeid terwijl ik luisterde naar klassieke rock. Motown en oude jazz platen. Als niemand thuis was zong ik zo hard als ik kon met deze platen mee. Nooit in mijn wildste fantasieen heb ik in die dagen gedacht dat ik artiest of zangeres zou worden als beroep. In de tijd dat ik studeerde hoorde één van mijn Resident Advisors in mijn studentenhuis me zingen onder de douche en adviseerde me om auditie te doen voor een a cappella koor. Het was de eerste keer dat ik voor een publiek zong en geweldig. Ik was er direct aan verslaafd. Ik heb een aantal jaar in Kingston Jamaica gewoond. Ik kwam terug naar de Verenigde Staten en ik wist zeker dat mijn leven in het teken van de muziek moest staan. Ik voelde een connectie met iets dat groter dan mezelf was. Het is dat gevoel wat me elke keer weer dat podium op doet gaan.”
Jess Klein staat niet alleen bekend om haar optredens, maar ook om haar songwriting die hoog wordt geprezen. De inwoonster van North Caroline ligt hierover een tipje van de sluier op. “In de tijd op college toen ik leerde om gitaar te spelen namen mijn vrienden me mee naar optredens van veel singersongwriters. Ik schreef al korte verhalen sinds ik een tiener was en waardeerde artiesten die in een liedje een verhaal kunnen vertellen, terwijl ze zichzelf op gitaar begeleiden. Het was dus duidelijk dat ik verhalen wilde vertelen en in die tijd werd je dan haast automatisch folkzanger. Aan de andere kant ben ik opgegroeid in de jaren 80 van de vorige eeuw en ook de geweldige popmelodiëen van die tijd zijn me bijgebleven. Ik heb een goede hook in een lied nodig om er naar te luisteren of om het te zingen. Ik ben daarnaast veel blues gaan luisteren. Ik wilde ook begrijpen wat er kwam voor Rock 'n' Roll. Ik wilde weten waar al dat grommen en gruizige vandaan kwam. De blues voelde me erg vertrouwd, ik hoef er niet veel over na te denken. Dat is belangrijk voor me, ik heb zo'n uitlaatklep nodig. Het schrijven van een liedjes is net als het pellen van een siepel. Je haalt één voor één de lagen weg. Ik heb regelmatig weken lang nodig om zaken te schrijven die waarschijnlijk niet gebruikt worden met als enige doel de kink uit de kabel te halen, mijn brein opruimen en er overbodig spul uit te halen. Ik kan pas bij het waardevolle diepere als ik dat spul uit de weg heb. Pas als ik echt kan uitdrukken wat ik werkelijk wil zeggen, ben ik in staat om mijn beste liedjes te schrijven. Een goed onderwerp voor een liedje is alles wat me bij blijft, tot ik er een liedje over heb geschreven. Het moet een gevoel geven dat intens persoonlijk is, maar toch ook universeel. Als ik er zelf geen gevoel bij heb of als het niet een grotere waarde bevat voel ik het alsof ik de tijd van de luisteraar verspeel. Ik ga vaak terug naar mijn ervaringen als kind of kijk naar liefde, angsten, het gevoel van bangheid in het land en in de wereld op het moment en me dan afvragen hoe ik met dergelijke zorgen en ervaringen toch iets positiefs kan neerzetten.”
Naast folk, pop en blues heeft de ook de topografische reis Jess Klein gevormd. Geboren in Rochester New York is ze in haar huidige woonplaats terechtgekomen via muzikale steden als Kingston in Jamaica en Austin in Texas. “Ik woonde in Kingston toen ik een jaar of 18 was. Ik was net begonnen met gitaarspelen en liedjesschrijven. Tot dan toe was ik een beschermde omgeving opgegroeid. Ik was een middenklasse blank meisje uit Rochester, uit een voornamelijk blanke wijk van deze stad in de staat New York. Dit buitenlandse studieprogramma waar ik me voor had ingeschreven werd gerund door een Jamaicaanse vrouw die haar leven al een politieke activist was geweest. Ze kon ons veel leren van de dagelijkse realiteit in Kingston. Het was heel iets anders dan de ervaring van veel toeristen in de stad die een joint komen roken op het strand. We hadden zeven uur per dag les en veel praktijkreisjes waar we spraken met ambtenaren, vrouwen die de leiding hadden over NGO's, artiesten, schoolkinderen, vissers of medisch personeel. We spraken met afstammelingen van de Maroons, Afrikanen die de slavernij ontvlucht waren en in de bergen een thuis hadden gevonden en hun vrijheid bevochten tegen de Britten, Fransen en Spanjaarden. Het was geweldig en een echte openbaring. Ik heb zoveel geleerd en zoveel generositeit ondervonden van de mensen. Als je een Jamaicaan hoort spreken is dat al muzikaal. Het leek ook of muziek deel uitmaakte van het dagelijks leven. Je hoeft niet beroemd te zijn om gitaar te spelen en liedjes te zingen ontdekte ik daar. Er was ook een fenomeen daar als er iets belangrijks gebeurde in Jamaica, hoorde je binnen een week er liedjes over op de radio. Ik begon daar de rol van muziek te begrijpen om maatschappelijke kritiek te uiten.”
De laatste jaren woonde Jess Klein in Austin Texas. “We zijn net verhuist, Mike en ik zijn verkast naar Hillsborough. Austin werd te druk en te duur en dat maakt het moeilijk om je als artiest te ontplooien. Artiesten hebben tijd en ruimte nodig om te scheppen en dat soort zaken wordt gecompliceerder als de huur omhoog schiet en je moet meer gaan verdienen of huisgenoten nemen of er een baantje nemen om de rekeningen te betalen. In de eerste jaren leek Austin een oase. Een plek met echt gemeenschapsgevoel. Het was er niet duur en overal waren geweldige artiesten waarmee je samen kon werken. Het was voor het eerst dat ik een plek had echt voor mezelf en dat ook kon betalen. Ik had ongelimiteerde schrijftijd”, verzucht Klein. “Ik kon zoveel absorberen en voelde me er begrepen en gesteund als ik thuis kwam van een toer”, klinkt het met enige heimwee.
Een lange lijst met samenwerkingen met andere artiesten heeft Jess Klein op haar naam. Mensen als Jimmy LaVave, Matt The Electrician, John Fulbright en zoveel andere grote namen. Erg belangrijk aldus Klein. “Ik denk dat het belangrijkste is dat ik heb meegenomen van het werken met dit soort getalenteerde artiesten het besef is dat ik ook die stap kan maken. Als ik op het podium sta of in de studio met iemand wiens werk ik bewonder, dan doe je je best om dat niveau te halen. Ik ben er in geslaagd om dat hoge niveau mee te nemen naar mijn eigen werk en shows.”
Een ander onderwerp dat ter sprake komt is DIY. Do It Yourself, een steeds vooraanstaandere stroming, waarbij artiesten zelf de regie houden. “Ik ben begonnen in de songwriter/folk scene van de late jaren '90 en iedereen was DIY. We schreven de data van onze optredens op flyers, onder de copieerder en op de post naar iedereen waar we maar een adres van hadden. In latere jaren ben ik bij platenmaatschappijen en bij managementbureau's geweest, maar het heb ook zelf gedaan. Je wint wat en je verliest wat. Als er een grote machine achter je staat kan dat enorm veel hulp betekenen of het kan betekenen dat mensen je met een kluitje in het riet sturen en niet echt leveren wat je verwacht. Ik vind het belangrijk dat iedereen die op dit moment betrokken is bij mijn muzikale loopbaan betrouwbaar is en op één lijn staat met mijn ideëen. Het nadeel is, dat als je aan het roer staat het ook wel eens er veel werk is.”
Recent verscheen het album 'Bootleg'. Soms heb je ook als artiest een 'ongelukje'. “We waren helemaal niet van plan een live album te gaan maken, maar de geluidsman bij Strange Brew had opnamen gemaakt en die klonken zo geweldig. Het was zo'n prachtige liveshow die dag en nog bijzonderder omdat we maar één keer in die bezetting hadden geoefend. Het was al lang een droom om een live album te maken en die energie die vrijkomt vast te leggen en per ongeluk was er nu die mogelijkheid. Ik werk nu wel aan een nieuw studioalbum dat we waarschijnlijk in januari 2017 gaan openen en dat later dat jaar moet verschijnen. Ik neem op de toer een EP in beperkte oplage mee met de titel 'My Own Beating Heart'. Het is zelf geproduceerd, niet gemasterd en in een hele kleine oplage.”
Jess Klein staat met Mike Juni in het voorprogramma op 16 september in VanSlag / Roots on the Road in Borger.
BORGER – Het is al heel wat jaartjes geleden dat Jess Klein in Nederland optrad. Hoogste tijd dus en haar komende toer begint dan ook vrijdag 16 september op het podium VanSlag Borger in het kader van Roots on the Road. Voor ze in het vliegtuig stapt, vertelt Klein nog hoe ze uitkijkt naar haar toer en hoe ze in de muziek staat en gaat in op DIY, Kingston Jamaica en haar albums. Een boeiende zangeres en songwriter.
“Ik ben al vijftien jaar niet in Nederland geweest”, begint Klein het gesprek thuis in Hillsborough North Carolina. “Ik weet helemaal niet wat ik kan of moet verwachten van het Nederlands publiek. Ik kijk er wel erg naar uit om de band te herstellen met al die mensen die me in al die jaren als fan zijn blijven steunen en natuurlijke nieuwe fans te maken. Toeren in Europa is altijd geweldig. Ik waardeer erg de enorme waardering voor traditie in de verschillende kunstvormen en het publiek in Europa brengt die waardering ook mee naar de show”, kijkt Jess Klein vooruit.
Na vooruit kijken komt terug kijken. Ver terug. “Ik ben opgegroeid terwijl ik luisterde naar klassieke rock. Motown en oude jazz platen. Als niemand thuis was zong ik zo hard als ik kon met deze platen mee. Nooit in mijn wildste fantasieen heb ik in die dagen gedacht dat ik artiest of zangeres zou worden als beroep. In de tijd dat ik studeerde hoorde één van mijn Resident Advisors in mijn studentenhuis me zingen onder de douche en adviseerde me om auditie te doen voor een a cappella koor. Het was de eerste keer dat ik voor een publiek zong en geweldig. Ik was er direct aan verslaafd. Ik heb een aantal jaar in Kingston Jamaica gewoond. Ik kwam terug naar de Verenigde Staten en ik wist zeker dat mijn leven in het teken van de muziek moest staan. Ik voelde een connectie met iets dat groter dan mezelf was. Het is dat gevoel wat me elke keer weer dat podium op doet gaan.”
Jess Klein staat niet alleen bekend om haar optredens, maar ook om haar songwriting die hoog wordt geprezen. De inwoonster van North Caroline ligt hierover een tipje van de sluier op. “In de tijd op college toen ik leerde om gitaar te spelen namen mijn vrienden me mee naar optredens van veel singersongwriters. Ik schreef al korte verhalen sinds ik een tiener was en waardeerde artiesten die in een liedje een verhaal kunnen vertellen, terwijl ze zichzelf op gitaar begeleiden. Het was dus duidelijk dat ik verhalen wilde vertelen en in die tijd werd je dan haast automatisch folkzanger. Aan de andere kant ben ik opgegroeid in de jaren 80 van de vorige eeuw en ook de geweldige popmelodiëen van die tijd zijn me bijgebleven. Ik heb een goede hook in een lied nodig om er naar te luisteren of om het te zingen. Ik ben daarnaast veel blues gaan luisteren. Ik wilde ook begrijpen wat er kwam voor Rock 'n' Roll. Ik wilde weten waar al dat grommen en gruizige vandaan kwam. De blues voelde me erg vertrouwd, ik hoef er niet veel over na te denken. Dat is belangrijk voor me, ik heb zo'n uitlaatklep nodig. Het schrijven van een liedjes is net als het pellen van een siepel. Je haalt één voor één de lagen weg. Ik heb regelmatig weken lang nodig om zaken te schrijven die waarschijnlijk niet gebruikt worden met als enige doel de kink uit de kabel te halen, mijn brein opruimen en er overbodig spul uit te halen. Ik kan pas bij het waardevolle diepere als ik dat spul uit de weg heb. Pas als ik echt kan uitdrukken wat ik werkelijk wil zeggen, ben ik in staat om mijn beste liedjes te schrijven. Een goed onderwerp voor een liedje is alles wat me bij blijft, tot ik er een liedje over heb geschreven. Het moet een gevoel geven dat intens persoonlijk is, maar toch ook universeel. Als ik er zelf geen gevoel bij heb of als het niet een grotere waarde bevat voel ik het alsof ik de tijd van de luisteraar verspeel. Ik ga vaak terug naar mijn ervaringen als kind of kijk naar liefde, angsten, het gevoel van bangheid in het land en in de wereld op het moment en me dan afvragen hoe ik met dergelijke zorgen en ervaringen toch iets positiefs kan neerzetten.”
Naast folk, pop en blues heeft de ook de topografische reis Jess Klein gevormd. Geboren in Rochester New York is ze in haar huidige woonplaats terechtgekomen via muzikale steden als Kingston in Jamaica en Austin in Texas. “Ik woonde in Kingston toen ik een jaar of 18 was. Ik was net begonnen met gitaarspelen en liedjesschrijven. Tot dan toe was ik een beschermde omgeving opgegroeid. Ik was een middenklasse blank meisje uit Rochester, uit een voornamelijk blanke wijk van deze stad in de staat New York. Dit buitenlandse studieprogramma waar ik me voor had ingeschreven werd gerund door een Jamaicaanse vrouw die haar leven al een politieke activist was geweest. Ze kon ons veel leren van de dagelijkse realiteit in Kingston. Het was heel iets anders dan de ervaring van veel toeristen in de stad die een joint komen roken op het strand. We hadden zeven uur per dag les en veel praktijkreisjes waar we spraken met ambtenaren, vrouwen die de leiding hadden over NGO's, artiesten, schoolkinderen, vissers of medisch personeel. We spraken met afstammelingen van de Maroons, Afrikanen die de slavernij ontvlucht waren en in de bergen een thuis hadden gevonden en hun vrijheid bevochten tegen de Britten, Fransen en Spanjaarden. Het was geweldig en een echte openbaring. Ik heb zoveel geleerd en zoveel generositeit ondervonden van de mensen. Als je een Jamaicaan hoort spreken is dat al muzikaal. Het leek ook of muziek deel uitmaakte van het dagelijks leven. Je hoeft niet beroemd te zijn om gitaar te spelen en liedjes te zingen ontdekte ik daar. Er was ook een fenomeen daar als er iets belangrijks gebeurde in Jamaica, hoorde je binnen een week er liedjes over op de radio. Ik begon daar de rol van muziek te begrijpen om maatschappelijke kritiek te uiten.”
De laatste jaren woonde Jess Klein in Austin Texas. “We zijn net verhuist, Mike en ik zijn verkast naar Hillsborough. Austin werd te druk en te duur en dat maakt het moeilijk om je als artiest te ontplooien. Artiesten hebben tijd en ruimte nodig om te scheppen en dat soort zaken wordt gecompliceerder als de huur omhoog schiet en je moet meer gaan verdienen of huisgenoten nemen of er een baantje nemen om de rekeningen te betalen. In de eerste jaren leek Austin een oase. Een plek met echt gemeenschapsgevoel. Het was er niet duur en overal waren geweldige artiesten waarmee je samen kon werken. Het was voor het eerst dat ik een plek had echt voor mezelf en dat ook kon betalen. Ik had ongelimiteerde schrijftijd”, verzucht Klein. “Ik kon zoveel absorberen en voelde me er begrepen en gesteund als ik thuis kwam van een toer”, klinkt het met enige heimwee.
Een lange lijst met samenwerkingen met andere artiesten heeft Jess Klein op haar naam. Mensen als Jimmy LaVave, Matt The Electrician, John Fulbright en zoveel andere grote namen. Erg belangrijk aldus Klein. “Ik denk dat het belangrijkste is dat ik heb meegenomen van het werken met dit soort getalenteerde artiesten het besef is dat ik ook die stap kan maken. Als ik op het podium sta of in de studio met iemand wiens werk ik bewonder, dan doe je je best om dat niveau te halen. Ik ben er in geslaagd om dat hoge niveau mee te nemen naar mijn eigen werk en shows.”
Een ander onderwerp dat ter sprake komt is DIY. Do It Yourself, een steeds vooraanstaandere stroming, waarbij artiesten zelf de regie houden. “Ik ben begonnen in de songwriter/folk scene van de late jaren '90 en iedereen was DIY. We schreven de data van onze optredens op flyers, onder de copieerder en op de post naar iedereen waar we maar een adres van hadden. In latere jaren ben ik bij platenmaatschappijen en bij managementbureau's geweest, maar het heb ook zelf gedaan. Je wint wat en je verliest wat. Als er een grote machine achter je staat kan dat enorm veel hulp betekenen of het kan betekenen dat mensen je met een kluitje in het riet sturen en niet echt leveren wat je verwacht. Ik vind het belangrijk dat iedereen die op dit moment betrokken is bij mijn muzikale loopbaan betrouwbaar is en op één lijn staat met mijn ideëen. Het nadeel is, dat als je aan het roer staat het ook wel eens er veel werk is.”
Recent verscheen het album 'Bootleg'. Soms heb je ook als artiest een 'ongelukje'. “We waren helemaal niet van plan een live album te gaan maken, maar de geluidsman bij Strange Brew had opnamen gemaakt en die klonken zo geweldig. Het was zo'n prachtige liveshow die dag en nog bijzonderder omdat we maar één keer in die bezetting hadden geoefend. Het was al lang een droom om een live album te maken en die energie die vrijkomt vast te leggen en per ongeluk was er nu die mogelijkheid. Ik werk nu wel aan een nieuw studioalbum dat we waarschijnlijk in januari 2017 gaan openen en dat later dat jaar moet verschijnen. Ik neem op de toer een EP in beperkte oplage mee met de titel 'My Own Beating Heart'. Het is zelf geproduceerd, niet gemasterd en in een hele kleine oplage.”
Jess Klein staat met Mike Juni in het voorprogramma op 16 september in VanSlag / Roots on the Road in Borger.
Rosemary & Garlic: “Dromers zijn we en die inspireren me”
GRONINGEN – De Popronde komt er weer aan. De gelegenheid om Nederlandse bands op soms verrassende plaatsen aan het werk te zien. De Popronde in Groningen is op 6 oktober en wordt geopend door Rosemary & Garlic. Het duo uit Utrecht staat in De Jongens van Hemmen. Nog niet van elke deelnemende Noordelijke stad is het programma bekend, maar op 20 oktober staat de formatie ook in de Popronde Assen als ze deel uitmaken van de collecti van het Drents Museum voor een avond. Rosemary & Garlic zijn Anne van den Hoogen en Dolf Smolenaers. Namens het duo vertelt Anne over de band.
In januari 2015 verscheen de EP 'The Kingfisher'. Dat bleef, zacht gezegd, niet onopgemerkt. Wereldwijd verschenen er lovende recensies en kreeg Rosemary & Garlic de bijbehorende airplay. Daarnaast werd het album 'Best Selling folk-album op Bandcamp.' “Wat de uitdaging van een EP is”, gaat Anne van den Hoogen in op het succes, “is om je sound uit te drukken en tegelijkertijd divers te zijn. Ik denk dat dat heel goed is gelukt bij 'The Kingfisher'. Het is een mooi klein maar af cd’tje, zo merkte Folkradio op. We zijn ook heel blij met het mooie artwork van Martijn van der Linden en dat we de mogelijkheid hebben gekregen om op eigen houtje een video te maken op het ijs in Zweden. We hebben tijdens de videoshoot prachtige foto’s gemaakt van het landschap, die we als negatief meegaven bij de CD. Dat soort dingen helpen bij denk ik, mensen vertellen het door. Op Bandcamp hebben we daardoor enorm veel verkocht, zonder zelf promotie te doen. Hoe we in een Spotify lijst als The Most Beautiful Songs in the World komen? “We hebben geen enkel idee.”
Inmiddels wordt druk gewerkt aan de opvolger. Nu een compleet album dat in januari 2017 op de markt moet komen. “We kijken enorm uit naar deze release en zijn op dit moment bezig met de laatste fase van het album. Opnieuw wordt hij gemasterd door Ryan Morey, die ook Patrick Watson en Arcade Fire deed. Ondertussen werken we aan een hele mooie live-show met daarin alle nieuwe nummers en zijn we naast Popronde ook geselecteerd voor het Prouth of the South project van de Brabantse poppodia. Het voordeel van dit album”, grinnikt Van den Hoogen, “het komt gewoon in de winkel, dus we hoeven die cd’s niet meer zelf wereldwijd op de post de doen.”
Van den Hoogen zelf kreeg haar muzikale ambities en smaak letterlijk door de oren naar binnen gegoten “Ik moest jarenlang iedere dag twee keer een uur fietsen in de wind in de polder naar school en dan naar gitaarles en dan naar pianoles. Met een discman en de cd-collectie van mijn ouders. Van Joni Mitchell tot Patrick Watson. Ik ben opgegroeid met folk en de kracht van mooie akkoorden en melodieën, dat is ook echt de basis. De nummers van Rosemary & Garlic zijn verhalend en hebben iets melancholisch, daarom passen we goed bij de folk scene. We maken graag gebruik van vreemde gitaarstemmingen, oude melotron sounds maar ook experimenteren we graag met Moog en elektrische sounds. Maar we kunnen ons zoveel beter uitdrukken door muzikaal het anders te omlijsten dan in de pure singer-songwriter folk, in die productie zit ook de kern van Rosemary & Garlic.”
Waar gaan die verhalen dan over. Wat wil Rosemary & Garlic vertellen. “We hebben een duidelijk concept. Het is eigenlijk Romantisch in literaire zin. In onze nummers speelt de natuur een grote rol. Ze reflecteert emoties, tijd, eenzaamheid. Afscheid maar ook troost zijn thema’s die centraal staan in onze muziek. Wat mij het meest inspireert zijn de mensen met wie ik ben opgegroeid. Hoe iedereen een pad probeert te vinden maar ook bang is elkaar los te laten. We komen allemaal uit een veilig dorp aan de rivier en zijn niet goed bestand tegen de wereld. Dromers zijn we en die inspireren me.”
De oorsprong van de band ligt alweer een aantal jaar in het verleden. “We hebben ooit in 2006 samen meegedaan aan een singer songwriter wedstrijd in Nijmegen. We werden samen laatste en daarom besloten we onze krachten maar te bundelen. We hebben samen in de band Yesterdays Men gespeeld waarin Dolf zong en ik live backings deed. Ik vroeg Dolf mete helpen met een aantal nummers goed op te nemen en zo is Rosemary & Garlic ontstaan.”
De thuisbasis van Rosemary & Garlic is Utrect. Een stad waar momenteel meer prima muziek vandaan komt. Anne van den Hoogen weet wel waarom. “Utrecht heeft alle rust en mooiheid maar ook mogelijkheden om muziek te kunnen maken. Van koffietentjes, platenwinkels, kleine podia en mooie werfkelders, veel heeft met muziek te maken. Je hebt daarnaast Ekko, Kytopia maar ook bijzondere vooruitstrevende muziekfestivals als Nordic Delight en Le Guess Who. Wij hebben een studio in de Stadstuinen wat een prima uitvalbasis is. “
Deze uitvalsbasis bracht het duo afgelopen zomer naar een toernee door Italië. Anne van den Hoogen kijkt enthousiast terug op deze latste international reis van het duo. “In Italië hebben we op prachtige plekken mogen spelen en zelfs weer een nieuwe video opgenomen. De betrokkenheid van de Italianen was prachtig om mee te maken. Onze nummers werden vertaald in het Italiaans uitgedeeld en we werden uitgenodigd om in beroemde kunstgalerijen te komen spelen. Het gekke is dat op veel plekken de wereld mensen onze muziek weten te vinden en ons uitnodigen te komen. Ook stonden we deze zomer voor het eerst in Paradiso wat natuurlijk een mooie ervaring was.”
Nu is er dus de Popronde en de kans voor Nederland om te ontdekken wat ze eigenlijk in het buitenland al lang weten. “Tijdens Popronde spelen we veel van onze nieuwe plaat en we gaan wat experimenteren in de bezetting. We verheugen ons op alle verschillende plekken waar we staan. De ene dag een platenzaak en de andere dag het Drents Museum of de Jeroen Boschkerk”, kijkt Anne van den Hoogen mede namens Dolf Smolenaers vol verwachting vooruit naar weer een nieuw avontuur.
GRONINGEN – De Popronde komt er weer aan. De gelegenheid om Nederlandse bands op soms verrassende plaatsen aan het werk te zien. De Popronde in Groningen is op 6 oktober en wordt geopend door Rosemary & Garlic. Het duo uit Utrecht staat in De Jongens van Hemmen. Nog niet van elke deelnemende Noordelijke stad is het programma bekend, maar op 20 oktober staat de formatie ook in de Popronde Assen als ze deel uitmaken van de collecti van het Drents Museum voor een avond. Rosemary & Garlic zijn Anne van den Hoogen en Dolf Smolenaers. Namens het duo vertelt Anne over de band.
In januari 2015 verscheen de EP 'The Kingfisher'. Dat bleef, zacht gezegd, niet onopgemerkt. Wereldwijd verschenen er lovende recensies en kreeg Rosemary & Garlic de bijbehorende airplay. Daarnaast werd het album 'Best Selling folk-album op Bandcamp.' “Wat de uitdaging van een EP is”, gaat Anne van den Hoogen in op het succes, “is om je sound uit te drukken en tegelijkertijd divers te zijn. Ik denk dat dat heel goed is gelukt bij 'The Kingfisher'. Het is een mooi klein maar af cd’tje, zo merkte Folkradio op. We zijn ook heel blij met het mooie artwork van Martijn van der Linden en dat we de mogelijkheid hebben gekregen om op eigen houtje een video te maken op het ijs in Zweden. We hebben tijdens de videoshoot prachtige foto’s gemaakt van het landschap, die we als negatief meegaven bij de CD. Dat soort dingen helpen bij denk ik, mensen vertellen het door. Op Bandcamp hebben we daardoor enorm veel verkocht, zonder zelf promotie te doen. Hoe we in een Spotify lijst als The Most Beautiful Songs in the World komen? “We hebben geen enkel idee.”
Inmiddels wordt druk gewerkt aan de opvolger. Nu een compleet album dat in januari 2017 op de markt moet komen. “We kijken enorm uit naar deze release en zijn op dit moment bezig met de laatste fase van het album. Opnieuw wordt hij gemasterd door Ryan Morey, die ook Patrick Watson en Arcade Fire deed. Ondertussen werken we aan een hele mooie live-show met daarin alle nieuwe nummers en zijn we naast Popronde ook geselecteerd voor het Prouth of the South project van de Brabantse poppodia. Het voordeel van dit album”, grinnikt Van den Hoogen, “het komt gewoon in de winkel, dus we hoeven die cd’s niet meer zelf wereldwijd op de post de doen.”
Van den Hoogen zelf kreeg haar muzikale ambities en smaak letterlijk door de oren naar binnen gegoten “Ik moest jarenlang iedere dag twee keer een uur fietsen in de wind in de polder naar school en dan naar gitaarles en dan naar pianoles. Met een discman en de cd-collectie van mijn ouders. Van Joni Mitchell tot Patrick Watson. Ik ben opgegroeid met folk en de kracht van mooie akkoorden en melodieën, dat is ook echt de basis. De nummers van Rosemary & Garlic zijn verhalend en hebben iets melancholisch, daarom passen we goed bij de folk scene. We maken graag gebruik van vreemde gitaarstemmingen, oude melotron sounds maar ook experimenteren we graag met Moog en elektrische sounds. Maar we kunnen ons zoveel beter uitdrukken door muzikaal het anders te omlijsten dan in de pure singer-songwriter folk, in die productie zit ook de kern van Rosemary & Garlic.”
Waar gaan die verhalen dan over. Wat wil Rosemary & Garlic vertellen. “We hebben een duidelijk concept. Het is eigenlijk Romantisch in literaire zin. In onze nummers speelt de natuur een grote rol. Ze reflecteert emoties, tijd, eenzaamheid. Afscheid maar ook troost zijn thema’s die centraal staan in onze muziek. Wat mij het meest inspireert zijn de mensen met wie ik ben opgegroeid. Hoe iedereen een pad probeert te vinden maar ook bang is elkaar los te laten. We komen allemaal uit een veilig dorp aan de rivier en zijn niet goed bestand tegen de wereld. Dromers zijn we en die inspireren me.”
De oorsprong van de band ligt alweer een aantal jaar in het verleden. “We hebben ooit in 2006 samen meegedaan aan een singer songwriter wedstrijd in Nijmegen. We werden samen laatste en daarom besloten we onze krachten maar te bundelen. We hebben samen in de band Yesterdays Men gespeeld waarin Dolf zong en ik live backings deed. Ik vroeg Dolf mete helpen met een aantal nummers goed op te nemen en zo is Rosemary & Garlic ontstaan.”
De thuisbasis van Rosemary & Garlic is Utrect. Een stad waar momenteel meer prima muziek vandaan komt. Anne van den Hoogen weet wel waarom. “Utrecht heeft alle rust en mooiheid maar ook mogelijkheden om muziek te kunnen maken. Van koffietentjes, platenwinkels, kleine podia en mooie werfkelders, veel heeft met muziek te maken. Je hebt daarnaast Ekko, Kytopia maar ook bijzondere vooruitstrevende muziekfestivals als Nordic Delight en Le Guess Who. Wij hebben een studio in de Stadstuinen wat een prima uitvalbasis is. “
Deze uitvalsbasis bracht het duo afgelopen zomer naar een toernee door Italië. Anne van den Hoogen kijkt enthousiast terug op deze latste international reis van het duo. “In Italië hebben we op prachtige plekken mogen spelen en zelfs weer een nieuwe video opgenomen. De betrokkenheid van de Italianen was prachtig om mee te maken. Onze nummers werden vertaald in het Italiaans uitgedeeld en we werden uitgenodigd om in beroemde kunstgalerijen te komen spelen. Het gekke is dat op veel plekken de wereld mensen onze muziek weten te vinden en ons uitnodigen te komen. Ook stonden we deze zomer voor het eerst in Paradiso wat natuurlijk een mooie ervaring was.”
Nu is er dus de Popronde en de kans voor Nederland om te ontdekken wat ze eigenlijk in het buitenland al lang weten. “Tijdens Popronde spelen we veel van onze nieuwe plaat en we gaan wat experimenteren in de bezetting. We verheugen ons op alle verschillende plekken waar we staan. De ene dag een platenzaak en de andere dag het Drents Museum of de Jeroen Boschkerk”, kijkt Anne van den Hoogen mede namens Dolf Smolenaers vol verwachting vooruit naar weer een nieuw avontuur.
Jenny Berkel keert terug naar vertrouwde grond
BORGER – “Dit is een geweldig mooi podium en ik weet dat Take Root een prachtig festival is. Daar ben ik eerder geweest.” De oogjes van de Canadese singersongwriter Jenny Berkel gaan even extra glimmen als ze vooruit blikt naar het optreden die avond in Borger 9 september en naar haar optreden bij Take Root in de Oosterpoort in Groningen op 10 september. De hele toernee gaat al geweldig, dus ik reken er op dat deze optredens minstens net zo mooi zijn.” Het is een speciaal optreden voor de Canadese. “Ik ben van Nederlandse afkomst”, vertelt ze trots. “Optreden in het land van mijn opa's en oma's is heel speciaal.”
Vorig jaar zou de eerste toernee plaatsvinden. Een groot aantal optreden waren als voorprogramma van een andere artiest. De aanslagen in Parijs gooiden roet in het eten en de toernee van die artiest werd afgezegd. “Ik hoop toch nog te kunnen komen”, liet Jenny Berkel toen weten. Het was te kort dag, maar gelukkig een half jaar later kan de interview afspraak alsnog plaatsvinden in de kerk van Borger. Terug naar de opa's en oma's. “Ik kom uit een heel muzikale familie. Iedereen is wel muzikaal, maar één van mijn oma's is echt begaafd op dat terrein. Iedereen binnen onze familie is wel met muziek bezig. Ik speelde zelf ook, maar ben pas eigenlijk op mijn 21ste begonnen met liedjes schrijven. Ik had een relatie met een folkartiest en ontdekte dat wat hij kon, ik ook kon. Het stimuleerde mij om mijn eigen liedjes te gaan schrijven. Het besef dat ik echt artiest kon worden kwam pas toen ik mijn eerste album uitbracht. In een echte studio enzo met allerlei vakmensen, Iedereen in Winnipeq waar ik toen woonde was ook heel erg enthousiast over mijn werk en ondersteunde het en moedigde het aan. Winnipeq ligt in het midden van Canada en eigenlijk heel erg afgelegen. Het is een soort eiland in een zee van akkers en weide. Het is er vaak ook erg koud. Mensen zoeken elkaar op en je krijgt echt dat eiland gevoel, afgesloten van de rest van de wereld. Iedereen steunt elkaar en heeft belangstelling voor wat je doet. Mensen zoeken elkaar op. Niet alleen heb ik daar van geprofiteerd, maar eigenlijk heel veel bands, artiesten en mensen die creatief bezig zijn.”
Inmiddels heeft Jenny Berkel naast een aantal EP's haar tweede album uit. “Ik ben net weer begonnen met liedjes schrijven”, vertelt de Canadezeals VanSlag uitbater Henk Eggens een kop koffie serveert. “Het schrijven van liedjes is voor mij een soort evolutie. Ik reis tegenwoordig veel en dus kan ik niet de perfecte omstandigheden scheppen om te gaan schrijven, maar moet het doen met hoe het is en waar ik ben. Ik schrijf tegenwoordig vaak poëzie en dan komt de melodie erbij. De belangrijkste inspiratie bron voor de onderwerpen van mijn liedjes zijn mijn eigen gedachten. Wat ik zie en waarneem van de omgeving. Wat mensen mij vertellen. Ik probeer altijd mijn liedjes heel visueel te schrijven. Dat mensen er zich echt een beeld bij kunnen vormen. Om de zelfde reden maak ik mijn liedjes niet te persoonlijk, maar meer universeel zodat het voor iedereen herkenbaar is.”
De liedjes van Jenny Berkel zijn prachtige, soms haast verstilde, maar steeds indrukwekkende songs. “Dat past bij me. Ik ben eigenlijk best wel verlegen, dus voor mezelf zou het erg goed zijn als ik punkzangeres of discoqueen zou zijn geworden. Dat ik mezelf kon loslaten op het podium, maar ik ben nu eenmaal erg rustig en dat weerspiegelt zich in mijn liedjes. Het is ook het soort van muziek dat ik zelf ook graag hoor. Als ik naar een concert ga, dan is het luistermuziek.”
Jenny Berkel heeft net haar nieuwe album 'Pale Moon Kid' uit. “Ik ben er erg blij mee”, klinkt het trots. “Ik had mezelf als voornaamste doel gesteld dat op 'Pale Moon Kid' de emoties ook echt en oprecht klonken. Dat is gelukt. Ik werk met mensen die me na liggen, zoals mijn zuster en de Romano familie. Bij veel van deze nummers heeft Daniel Romano mij geholpen om juist die emotie eruit te krijgen die ik er in wilde stoppen. Een ander doel was om met dit album op toernee door Europa te gaan.” Haar aanwezigheid in de kerk in Borger is het bewijs dat ook dat doel is geslaagd. “We hebben vandaag twee uur gereden in een prachtige omgeving. Er is heerlijke koffie en ik heb een lekker glas bier. In Canada rij je uren en uren van podum naar podium en is een goed glas koffie een zeldzaamheid. Ik kom dus erg graag vaker naar Europa en heb nu ook een boekingskantoor in Europa.”
Nederland is daarbij natuurlijk speciaal. “De opa en oma van mijn ene kant komen van Den Helder, van de andere kant uit Friesland en Rotterdam. Ze zijn in de jaren 50 naar Canada geëmigreerd om daar een bestaan op te bouwen. Ik ben opgegroeid in een echte Nederlandse gemeenschap. Ja, dit is dus erg speciaal en bijzonder om naar Nederland te komen. Een paar jaar geleden heb ik al die plaatsen waar we vandaan komen bezocht en ben ook naar Berkel geweest waarnaar we zijn vernoemd. Dit is zo ontzettend leuk. Is dit een oud stadje? Ik wil nog even door Borger wandelen.” Nog snel een foto en weg is Jenny Berkel. Drentse lucht opsnuiven.
Jenny Berkel speelt in een dubbele hoofdact samen met Laura Gibson op 9 september in Borger en op 10 september is ze onderdeel van de line-up van Take Root in Groningen.
BORGER – “Dit is een geweldig mooi podium en ik weet dat Take Root een prachtig festival is. Daar ben ik eerder geweest.” De oogjes van de Canadese singersongwriter Jenny Berkel gaan even extra glimmen als ze vooruit blikt naar het optreden die avond in Borger 9 september en naar haar optreden bij Take Root in de Oosterpoort in Groningen op 10 september. De hele toernee gaat al geweldig, dus ik reken er op dat deze optredens minstens net zo mooi zijn.” Het is een speciaal optreden voor de Canadese. “Ik ben van Nederlandse afkomst”, vertelt ze trots. “Optreden in het land van mijn opa's en oma's is heel speciaal.”
Vorig jaar zou de eerste toernee plaatsvinden. Een groot aantal optreden waren als voorprogramma van een andere artiest. De aanslagen in Parijs gooiden roet in het eten en de toernee van die artiest werd afgezegd. “Ik hoop toch nog te kunnen komen”, liet Jenny Berkel toen weten. Het was te kort dag, maar gelukkig een half jaar later kan de interview afspraak alsnog plaatsvinden in de kerk van Borger. Terug naar de opa's en oma's. “Ik kom uit een heel muzikale familie. Iedereen is wel muzikaal, maar één van mijn oma's is echt begaafd op dat terrein. Iedereen binnen onze familie is wel met muziek bezig. Ik speelde zelf ook, maar ben pas eigenlijk op mijn 21ste begonnen met liedjes schrijven. Ik had een relatie met een folkartiest en ontdekte dat wat hij kon, ik ook kon. Het stimuleerde mij om mijn eigen liedjes te gaan schrijven. Het besef dat ik echt artiest kon worden kwam pas toen ik mijn eerste album uitbracht. In een echte studio enzo met allerlei vakmensen, Iedereen in Winnipeq waar ik toen woonde was ook heel erg enthousiast over mijn werk en ondersteunde het en moedigde het aan. Winnipeq ligt in het midden van Canada en eigenlijk heel erg afgelegen. Het is een soort eiland in een zee van akkers en weide. Het is er vaak ook erg koud. Mensen zoeken elkaar op en je krijgt echt dat eiland gevoel, afgesloten van de rest van de wereld. Iedereen steunt elkaar en heeft belangstelling voor wat je doet. Mensen zoeken elkaar op. Niet alleen heb ik daar van geprofiteerd, maar eigenlijk heel veel bands, artiesten en mensen die creatief bezig zijn.”
Inmiddels heeft Jenny Berkel naast een aantal EP's haar tweede album uit. “Ik ben net weer begonnen met liedjes schrijven”, vertelt de Canadezeals VanSlag uitbater Henk Eggens een kop koffie serveert. “Het schrijven van liedjes is voor mij een soort evolutie. Ik reis tegenwoordig veel en dus kan ik niet de perfecte omstandigheden scheppen om te gaan schrijven, maar moet het doen met hoe het is en waar ik ben. Ik schrijf tegenwoordig vaak poëzie en dan komt de melodie erbij. De belangrijkste inspiratie bron voor de onderwerpen van mijn liedjes zijn mijn eigen gedachten. Wat ik zie en waarneem van de omgeving. Wat mensen mij vertellen. Ik probeer altijd mijn liedjes heel visueel te schrijven. Dat mensen er zich echt een beeld bij kunnen vormen. Om de zelfde reden maak ik mijn liedjes niet te persoonlijk, maar meer universeel zodat het voor iedereen herkenbaar is.”
De liedjes van Jenny Berkel zijn prachtige, soms haast verstilde, maar steeds indrukwekkende songs. “Dat past bij me. Ik ben eigenlijk best wel verlegen, dus voor mezelf zou het erg goed zijn als ik punkzangeres of discoqueen zou zijn geworden. Dat ik mezelf kon loslaten op het podium, maar ik ben nu eenmaal erg rustig en dat weerspiegelt zich in mijn liedjes. Het is ook het soort van muziek dat ik zelf ook graag hoor. Als ik naar een concert ga, dan is het luistermuziek.”
Jenny Berkel heeft net haar nieuwe album 'Pale Moon Kid' uit. “Ik ben er erg blij mee”, klinkt het trots. “Ik had mezelf als voornaamste doel gesteld dat op 'Pale Moon Kid' de emoties ook echt en oprecht klonken. Dat is gelukt. Ik werk met mensen die me na liggen, zoals mijn zuster en de Romano familie. Bij veel van deze nummers heeft Daniel Romano mij geholpen om juist die emotie eruit te krijgen die ik er in wilde stoppen. Een ander doel was om met dit album op toernee door Europa te gaan.” Haar aanwezigheid in de kerk in Borger is het bewijs dat ook dat doel is geslaagd. “We hebben vandaag twee uur gereden in een prachtige omgeving. Er is heerlijke koffie en ik heb een lekker glas bier. In Canada rij je uren en uren van podum naar podium en is een goed glas koffie een zeldzaamheid. Ik kom dus erg graag vaker naar Europa en heb nu ook een boekingskantoor in Europa.”
Nederland is daarbij natuurlijk speciaal. “De opa en oma van mijn ene kant komen van Den Helder, van de andere kant uit Friesland en Rotterdam. Ze zijn in de jaren 50 naar Canada geëmigreerd om daar een bestaan op te bouwen. Ik ben opgegroeid in een echte Nederlandse gemeenschap. Ja, dit is dus erg speciaal en bijzonder om naar Nederland te komen. Een paar jaar geleden heb ik al die plaatsen waar we vandaan komen bezocht en ben ook naar Berkel geweest waarnaar we zijn vernoemd. Dit is zo ontzettend leuk. Is dit een oud stadje? Ik wil nog even door Borger wandelen.” Nog snel een foto en weg is Jenny Berkel. Drentse lucht opsnuiven.
Jenny Berkel speelt in een dubbele hoofdact samen met Laura Gibson op 9 september in Borger en op 10 september is ze onderdeel van de line-up van Take Root in Groningen.
Shoe Eating Rabbits spelen met volle overgave op Lutje Root
GRONINGEN – Aan de vooravond van Take Root is er in Groningen traditioneel Lutje Root. Ook dit jaar staan op 9 september in een aantal Folk en Americana acts op het programma in Café De Walrus. Naat namen als Harm's Fork en The New Poor staan ook Shoe Eating Rabbits op het programma en de band bewees onlangs nog op Art Carnivale een traktatie te zijn. Vrolijke samenzang, heerlijke anarchistische folk en af en toe een serieuze noot. Muziek gespeeld met volle overgave als viering van het leven. Met een album dat recent is uitgekomen en een schotse toernee net achter de rug hebben de drie heren en één dame van deze Groningse formatie genoeg te vertellen.
“Het is een drive, net als een schilder of visser of elke gepassioneerde vakman heeft", vertellen bandleden Eva en Joris. "Waarom doe je dingen? Dat valt bij iedereen op zijn plek vroeger of later, voor het geld natuurlijk, omdat je het wil of omdat je het leuk vind of zelfs er niet zonder kan. De stimulatie en support is bij alle bandleden anders gegaan, maar als ik voor mezelf spreek zijn mijn ouders een en al support geweest en nog steeds. Ik kom uit een muzikaal gezin. Het is een langzaam proces, het is niet iets als: 'en nou word ik artiest'. Je speelt op verjaardagen, in de schoolmusical, mensen luisteren naar wat jij het tofste vind. Daar ga je mee door. Op een gegeven moment komen de mensen speciaal voor jou. Je passie wordt voor een deel bekostigd door mensen die het mooi vinden. Maar dat is zeker geen dekkende situatie. Al ging al ons geld erheen, we bleven het doen, maar dit maakt het gemakkelijker. In totaal spelen we met z'n allen in minstens tien bands.”
De Shoe Eating Rabbits speelt voornamelijk eigen werk. “Onze liedjes komen op allerlei verschillende manieren tot stand. We spelen een mix van eigen nummers en bestaande nummers die we leuk vinden om te doen. Die kunnen overal vandaan komen, rock 'n roll, folk, punk en traditionals. Zo hebben we allemaal onze eigen inbreng en kan onze inspiratie van de vreemdste plekken komen. De eigen nummers die we maken zijn soms maatschappijkritisch. We hebben een grote band met de Do It Yourself (DIY) cultuur en kraakscene en onderwerpen zijn er dan genoeg. Ze kunnen echter ook persoonlijk zijn. Gaan over persoonlijke ervaringen maar zijn soms ook pure fantasie. We spelen nog een aantal nummers die geschreven zijn door oud-bandlid Jessie Leijten die met haar eigen project Nono & the Sinking Ship ook op Lutje Root staat.”
Acoustic anarcho folk blues country zijn de tags die Shoe Eating Rabbits vermelden als het gaat om zichzelf te labellen. Een omschrijving waarbij de band zelf al de nodige aantekeningen heeft. “We laten ons niet zozeer inspireren door 'anarchofolk'. Dat is meer een verzamelnaam, een soort containerbegrip. Denk aan bijvoorbeeld punk. Dat begon in een kunstacademieachtige omgeving in New York en groeide uit tot een stroming voor de working class en onvrede-uitende jongeren. Later werd het puur de benaming voor een muziekstroming met allerlei varianten. Anarcho folk is ook zo'n naam voor een stroming waar de muzikanten vaak instrumenten gebruiken die ook veel in de folk worden gebruikt. Dit heeft ook veel te maken met dat deze instrumenten geen versterking, dus stroom nodig hebben. Veel anarchofolk muzikanten reizen veel, ook deels in Amerika, het zijn moderne hobo's met trainhopping enzo, al wordt dat steeds moeilijker. Ook het laagdrempelige karakter van deze instrumenten speelt een rol. Bijvoorbeeld de banjo is luid en kan met één vinger gespeeld worden. Begrijp me niet verkeerd en denk dat het een simpel instrument is. Je kan het zo complex maken als je wilt. Dat we ons thuis voelen in deze mix is omdat we allemaal een hele brede smaak hebben en open staan voor alles. Verschillende bandleden hebben zo hun specialiteit, zowel op muzikaal gebied als de achtergrond en de wortels van de muziek. De mix is geen concessie aan verschillende stijlen maar een samensmelting van ons allemaal. We vertellen elkaar over de achtergrond en geschiedenis van liedjes en stijlen. Soms was het bijvoorbeeld verboden muziek vanwege politieke omstandigheden, daar vertellen we elkaar over en doen daar dan iets mee. Soms is het ook gewoon van: Ik heb dit gemaakt, jij speelt dat en jij dat, dan doe ik dit. Klaar.”
Deze zomer kwam het nieuwe album van de Shoe Eating Rabbits uit. In Nederland werd dit gepresenteerd op Art Carnivale. Een mooi en opvallend album. “We hadden al een aantal jaren niets uitgebracht, maar inmiddels wel bezettingswisselingen gehad en we speelden veel nieuwe nummers. Toen onze minitoer in Schotland er aan zat te komen leek het ons een mooie stok achter de deur om met een nieuwe cd aan de slag te gaan. Die is in eigen beheer opgenomen en hebben we nét op tijd afgekregen. De tijd liet niet toe om er veel aan bij te schaven, daarom zijn het vrij rauwe opnames gebleven. Toch zijn we tevreden over het eindresultaat, het heeft een randje en dat mag, het hoeft niet heel clean te zijn, want zo klinken we live ook niet. We konden ons goed vinden in de opmerkingen over onze cd in de recensie op The Next Gig. Het hele ding nog eens overdoen in een professionele studio is momenteel niet haalbaar en misschien ook geen wens, tenminste misschien niet van de hele band. Gewoon hard doorschrijven en de volgende dan maar. We willen ook een plaat maken met traditionele nummers die we doen van over de halve wereld. Ondertussen gaan we door met eigen nummers maken en als er een aantal af zijn gaan we die opnemen.”
De DIY scene heeft vertakkingen wereldwijd. Net als andere netwerken tussen muzikanten, zoals bijvoorbeeld Melodica, geeft dit veel mogelijkheden voor optredens. De Shoe Eating Rabbits deden deze zomer zo een toernee door Schotland. “De Rabbits, zoals zoveel bands die in de DIY scene geworteld zijn, kunnen beschikken over een groot netwerk aan plekken om naar toe te gaan, te spelen en te verblijven. Music pubs, wagen platze, woongemeenschappen, kraakkroegen, zaaltjes enzovoort. Italië, Duitsland, Zwitserland, Engeland, Schotland en ook Ierland zijn plekken waar we vrienden hebben. De toer naar Schotland was naar aanleiding van het Scottish Anarcho Folk Festival. Dit festival werd daar voor de tweede keer gehouden op een prachtige plek in de Highlands. Het was DIY geörganiseerd, waarbij iedereen meehelpt en uiteraard zonder winstoogmerk. Het was een prachtige omgeving om muziek te maken en we hebben daar uiteindelijk twee keer gespeeld. Naast een optreden in de Market Bar in Inverness - een pub waar elke avond live muziek is - hebben we nogal op de bonnefooi een toer gedaan en gespeeld waar de mogelijkheid zich voordeed. Op het festival hebben we Rob Ellen van Medicine Music ontmoet, een online folk platform, hij heeft ons fantastisch opgevangen en van plek naar plek gereden in zijn Moose Mobile tot aan het vliegveld voor de reis terug. Door zonder vast plan te toeren hebben we zulke mooie figuren kunnen ontmoeten. Oh ja, naar aanleiding van deze tour heeft onze bassist een nieuw instrument ontworpen: de basjo. Zijn contrabas was te groot om mee te nemen in het vliegtuig, dus heeft hij van een basgitaarhals en een snaredrum een verrassend goed klinkend instrument weten te maken. Die mocht wél mee in het vliegtuig. Ook hebben we hele dag doorgebracht bij de bus van twee hele goede Schotse muzikanten en gespeeld en zijn dieper in de traditionele folk gedoken door te praten en te luisteren en dan meedoen. Iedereen is altijd muziek aan het delen. Het is letterlijk folk's music, in plaats van copyright geneuzel. Dichter bij de wortels van onze hedendaagse muziek zijn we gekomen. Nu nog een tour door Afrika. We willen zoveel mogelijk muziek maken, zo vaak mogelijk spelen en veel mensen leren kennen en bij hen een lach of een traan op het gezicht laten verschijnen. Het brengt ons op allerlei bijzondere plekken en in contact met veel bijzondere mensen. Zonder dat we zelf reizen moeten organiseren of betalen, dat zou ons zonder de band niet lukken. Dat willen we dus vooral blijven doen!” De eerste gelegenheid hiervoor is Lutje Root. Wat staat er op het programma? Wat kan het publiek verwachten van de Shoe Eating Rabbits? Een gezamenlijk en opgetogen: “Volle overgave” van Eva en Joris doet de verwachtingen oplopen.
Het optreden van Shoe Eating Rabbits op Lutje Root in De Walrus in Groningen staat voor 9 september op het programma.
GRONINGEN – Aan de vooravond van Take Root is er in Groningen traditioneel Lutje Root. Ook dit jaar staan op 9 september in een aantal Folk en Americana acts op het programma in Café De Walrus. Naat namen als Harm's Fork en The New Poor staan ook Shoe Eating Rabbits op het programma en de band bewees onlangs nog op Art Carnivale een traktatie te zijn. Vrolijke samenzang, heerlijke anarchistische folk en af en toe een serieuze noot. Muziek gespeeld met volle overgave als viering van het leven. Met een album dat recent is uitgekomen en een schotse toernee net achter de rug hebben de drie heren en één dame van deze Groningse formatie genoeg te vertellen.
“Het is een drive, net als een schilder of visser of elke gepassioneerde vakman heeft", vertellen bandleden Eva en Joris. "Waarom doe je dingen? Dat valt bij iedereen op zijn plek vroeger of later, voor het geld natuurlijk, omdat je het wil of omdat je het leuk vind of zelfs er niet zonder kan. De stimulatie en support is bij alle bandleden anders gegaan, maar als ik voor mezelf spreek zijn mijn ouders een en al support geweest en nog steeds. Ik kom uit een muzikaal gezin. Het is een langzaam proces, het is niet iets als: 'en nou word ik artiest'. Je speelt op verjaardagen, in de schoolmusical, mensen luisteren naar wat jij het tofste vind. Daar ga je mee door. Op een gegeven moment komen de mensen speciaal voor jou. Je passie wordt voor een deel bekostigd door mensen die het mooi vinden. Maar dat is zeker geen dekkende situatie. Al ging al ons geld erheen, we bleven het doen, maar dit maakt het gemakkelijker. In totaal spelen we met z'n allen in minstens tien bands.”
De Shoe Eating Rabbits speelt voornamelijk eigen werk. “Onze liedjes komen op allerlei verschillende manieren tot stand. We spelen een mix van eigen nummers en bestaande nummers die we leuk vinden om te doen. Die kunnen overal vandaan komen, rock 'n roll, folk, punk en traditionals. Zo hebben we allemaal onze eigen inbreng en kan onze inspiratie van de vreemdste plekken komen. De eigen nummers die we maken zijn soms maatschappijkritisch. We hebben een grote band met de Do It Yourself (DIY) cultuur en kraakscene en onderwerpen zijn er dan genoeg. Ze kunnen echter ook persoonlijk zijn. Gaan over persoonlijke ervaringen maar zijn soms ook pure fantasie. We spelen nog een aantal nummers die geschreven zijn door oud-bandlid Jessie Leijten die met haar eigen project Nono & the Sinking Ship ook op Lutje Root staat.”
Acoustic anarcho folk blues country zijn de tags die Shoe Eating Rabbits vermelden als het gaat om zichzelf te labellen. Een omschrijving waarbij de band zelf al de nodige aantekeningen heeft. “We laten ons niet zozeer inspireren door 'anarchofolk'. Dat is meer een verzamelnaam, een soort containerbegrip. Denk aan bijvoorbeeld punk. Dat begon in een kunstacademieachtige omgeving in New York en groeide uit tot een stroming voor de working class en onvrede-uitende jongeren. Later werd het puur de benaming voor een muziekstroming met allerlei varianten. Anarcho folk is ook zo'n naam voor een stroming waar de muzikanten vaak instrumenten gebruiken die ook veel in de folk worden gebruikt. Dit heeft ook veel te maken met dat deze instrumenten geen versterking, dus stroom nodig hebben. Veel anarchofolk muzikanten reizen veel, ook deels in Amerika, het zijn moderne hobo's met trainhopping enzo, al wordt dat steeds moeilijker. Ook het laagdrempelige karakter van deze instrumenten speelt een rol. Bijvoorbeeld de banjo is luid en kan met één vinger gespeeld worden. Begrijp me niet verkeerd en denk dat het een simpel instrument is. Je kan het zo complex maken als je wilt. Dat we ons thuis voelen in deze mix is omdat we allemaal een hele brede smaak hebben en open staan voor alles. Verschillende bandleden hebben zo hun specialiteit, zowel op muzikaal gebied als de achtergrond en de wortels van de muziek. De mix is geen concessie aan verschillende stijlen maar een samensmelting van ons allemaal. We vertellen elkaar over de achtergrond en geschiedenis van liedjes en stijlen. Soms was het bijvoorbeeld verboden muziek vanwege politieke omstandigheden, daar vertellen we elkaar over en doen daar dan iets mee. Soms is het ook gewoon van: Ik heb dit gemaakt, jij speelt dat en jij dat, dan doe ik dit. Klaar.”
Deze zomer kwam het nieuwe album van de Shoe Eating Rabbits uit. In Nederland werd dit gepresenteerd op Art Carnivale. Een mooi en opvallend album. “We hadden al een aantal jaren niets uitgebracht, maar inmiddels wel bezettingswisselingen gehad en we speelden veel nieuwe nummers. Toen onze minitoer in Schotland er aan zat te komen leek het ons een mooie stok achter de deur om met een nieuwe cd aan de slag te gaan. Die is in eigen beheer opgenomen en hebben we nét op tijd afgekregen. De tijd liet niet toe om er veel aan bij te schaven, daarom zijn het vrij rauwe opnames gebleven. Toch zijn we tevreden over het eindresultaat, het heeft een randje en dat mag, het hoeft niet heel clean te zijn, want zo klinken we live ook niet. We konden ons goed vinden in de opmerkingen over onze cd in de recensie op The Next Gig. Het hele ding nog eens overdoen in een professionele studio is momenteel niet haalbaar en misschien ook geen wens, tenminste misschien niet van de hele band. Gewoon hard doorschrijven en de volgende dan maar. We willen ook een plaat maken met traditionele nummers die we doen van over de halve wereld. Ondertussen gaan we door met eigen nummers maken en als er een aantal af zijn gaan we die opnemen.”
De DIY scene heeft vertakkingen wereldwijd. Net als andere netwerken tussen muzikanten, zoals bijvoorbeeld Melodica, geeft dit veel mogelijkheden voor optredens. De Shoe Eating Rabbits deden deze zomer zo een toernee door Schotland. “De Rabbits, zoals zoveel bands die in de DIY scene geworteld zijn, kunnen beschikken over een groot netwerk aan plekken om naar toe te gaan, te spelen en te verblijven. Music pubs, wagen platze, woongemeenschappen, kraakkroegen, zaaltjes enzovoort. Italië, Duitsland, Zwitserland, Engeland, Schotland en ook Ierland zijn plekken waar we vrienden hebben. De toer naar Schotland was naar aanleiding van het Scottish Anarcho Folk Festival. Dit festival werd daar voor de tweede keer gehouden op een prachtige plek in de Highlands. Het was DIY geörganiseerd, waarbij iedereen meehelpt en uiteraard zonder winstoogmerk. Het was een prachtige omgeving om muziek te maken en we hebben daar uiteindelijk twee keer gespeeld. Naast een optreden in de Market Bar in Inverness - een pub waar elke avond live muziek is - hebben we nogal op de bonnefooi een toer gedaan en gespeeld waar de mogelijkheid zich voordeed. Op het festival hebben we Rob Ellen van Medicine Music ontmoet, een online folk platform, hij heeft ons fantastisch opgevangen en van plek naar plek gereden in zijn Moose Mobile tot aan het vliegveld voor de reis terug. Door zonder vast plan te toeren hebben we zulke mooie figuren kunnen ontmoeten. Oh ja, naar aanleiding van deze tour heeft onze bassist een nieuw instrument ontworpen: de basjo. Zijn contrabas was te groot om mee te nemen in het vliegtuig, dus heeft hij van een basgitaarhals en een snaredrum een verrassend goed klinkend instrument weten te maken. Die mocht wél mee in het vliegtuig. Ook hebben we hele dag doorgebracht bij de bus van twee hele goede Schotse muzikanten en gespeeld en zijn dieper in de traditionele folk gedoken door te praten en te luisteren en dan meedoen. Iedereen is altijd muziek aan het delen. Het is letterlijk folk's music, in plaats van copyright geneuzel. Dichter bij de wortels van onze hedendaagse muziek zijn we gekomen. Nu nog een tour door Afrika. We willen zoveel mogelijk muziek maken, zo vaak mogelijk spelen en veel mensen leren kennen en bij hen een lach of een traan op het gezicht laten verschijnen. Het brengt ons op allerlei bijzondere plekken en in contact met veel bijzondere mensen. Zonder dat we zelf reizen moeten organiseren of betalen, dat zou ons zonder de band niet lukken. Dat willen we dus vooral blijven doen!” De eerste gelegenheid hiervoor is Lutje Root. Wat staat er op het programma? Wat kan het publiek verwachten van de Shoe Eating Rabbits? Een gezamenlijk en opgetogen: “Volle overgave” van Eva en Joris doet de verwachtingen oplopen.
Het optreden van Shoe Eating Rabbits op Lutje Root in De Walrus in Groningen staat voor 9 september op het programma.
Erika Wennerstrom: “Optreden bekrachtigt mijn gevoel dat ik niet alleen ben met mijn gedachten"
GRONINGEN – Het is een intrigerende omschrijving waarmee het jaarlijkse Take Root Erika Wennerstrom aankondigt. “Erika Wennerstrom is de buitengewoon expressieve frontvrouw van Heartless Bastards. Haar band staat bekend als rauw, compromisloos en met een hang naar uitbundige psychedelica. Des te verrassender is het dat de oorspronkelijk uit Cincinatti, Ohio, afkomstige Erika ervoor heeft gekozen een korte tour in te lassen als solo-act. Wat kunnen we verwachten? Poëtische songs met verwijzingen naar haar literaire helden zoals Haruki Murakami of Jack Kerouac”, omschrijft de organisatie het optreden van Wennerstrom als deel van het festival. Volop reden om hier bij de artieste in kwestie nog ens op door te vragen. Erika Wennerstrom staat op 10 september op Take Root in De Oosterpoort in Groningen.
“Oprecht kan ik zeggen dat ik mijn hele leven al zangeres heb willen worden”, begint Erika Wennerstrom het gesprek. “Zolang ik mij kan herinneren, al toen ik een jaar of drie of vier was, wist ik het zeker. Ik weet helemaal niet waarom, maar vertelde het aan iedereen. Later werd ik zangeres. Toen ik een jaar of 18 was kwam wel het besef dat ik dan wel actie moest ondernemen. Ik dacht bij mezelf: “Als ik een loopbaan in de muziek wil hebben, dan moet ik nu wel wat gaan doen.” Wennerstrom begon als bassiste die af en toe ook een liedje zong in een bandje, maar al snel verruilde ze dat voor haar eigen band Heartless Bastards. Het begin van een succes verhaal, want met deze band leverde ze prachtige albums af, stond met namen als Wilco en Lucinda Williams op het podium. In het meer dan nu een decenium durende bestaan van de band was Erika Wennerstrom de enige constante factor en schrijfster van de liedjes. “Ik weet eigenlijk niet precies wat me al die jaren het podium op heeft doen gaan om mijn muziek met anderen te delen. Het gaat me zeker niet om de attentie of om in de schijnwerpers te staan.” Wennerstrom was in de eerste jaren notoire verlegen en, hoewel nu meer gewend om op te treden, is ze dat eigenlijk nog steeds en nerveus voor een optreden, hoewel ze dat nu gebruikt om een zekere scherpte te krijgen. “Ik denk dat ik op het podium stap omdat ik als ik liedjes schrijf en deel met de rest van de wereld het optreden bekrachtigt het gevoel dat ik niet alleen ben met mijn gedachten."
Nu staat Erika Wennerstrom alleen op het podium. Een nieuwe muzikale richting? Niet volgens de artieste zelf. “Ik heb altijd al de liedjes geschreven voor de Heartless Bastards, dus voor mijn gevoel is dit nieuwe project niet zo heel er anders. Ik heb heel erg lang samen met de band gespeeld en iedereen is even met wat anders bezig. Ik dacht dat iets voor mezelf ondernemen onder een andere naam wel eens leuk zou zijn voor de verandering. Ik hou er van om met ieder album verder te groeien, dus zijn er nieuwe richtingen die deze liedjes zijn ingeslagen. Die wil ik onderzoeken. De meeste liedjes die ik schrijf beginnen met een melodie in mijn hoofd. Ik hou erg van wandelen. Tijdens die wandelingen beginnen veel van de liedjes hun vorm te krijgen en kunnen nieuwe ideeën postvatten.” Daar waar Take Root verwijst naar literaire grootheden als inspiratie bron, ziet Wennerstrom dat anders. “Eigenlijk in al mijn liedjes is het grote onderwerp zelfreflectie.” Liedjes komen niet vanzelf bij Wennerstrom. Het is soms hard werken beschrijft ze het proces. Vandaar dat er tussen de Heartless Bastards albums vaak ook geruime tijd zit. Tijd die ze nodig heeft om haar liedjes te scheppen en te vormen tot ze klaar zijn om publiek te worden.
Oorspronkelijk opereerde Heartless Bastards en Erika Wenner vanuit Cincinatti in Ohio, maar de laatste jaren is Austin Texas de thuisbasis. “Austin is een geweldige stad”, barst Wennerstrom uit in een liefdesverklaring voo haar woonplaats. “Er is veel live muziek, plekken waar je in open water kunt zwemmen, veel barbecues en heel veel mensen die gedreven werken aan hun creatieve ideeën. Voor kleine unieke ondernemingen is er veel steun, waar in de rest van Amerika vaak de grote ketens en restaurants de steden opvullen. Er is een geweldige musicscene, maar deze dagen ga ik niet zo heel veel er op uit om te luisteren als ik eerlijk ben. Ik probeer niet me te zeer door andere artiesten te laten beïnvloeden en hun na te doen. Ik probeer mijn eigen ding te doen en de ingevingen te volgen die bij mij opkomen in mijn gedachten.”
Vorig jaar verscheen van Heartless Bastard 'Restless Ones'. Wellicht is ook een solo album in de toekomst nog in de planning. “Met elk album is mijn doel om zo eerlijk mogelijk te zijn en mijn uiterste best te doen. Uiteindelijk kun je niet voorspellen wat mensen gaan leuk vinden of niet. Als ik voor mezelf mijn best heb gedaan om het resultaat zo optimaal mogelijk te laten zijn, dan hoef je ook geen spijt te hebben over het album, ongeacht of mensen wel of niet er op reageren. Zo kijk ik ook naar het optreden op Take Root. Ik heb geen verwachtingen vooraf van de reacties en of het al dan niet een succes wordt. Ik kijk er naar uit om te spelen, doe mijn best en hoop dat de toeschouwers zich vermaken en het mooi vinden.”
GRONINGEN – Het is een intrigerende omschrijving waarmee het jaarlijkse Take Root Erika Wennerstrom aankondigt. “Erika Wennerstrom is de buitengewoon expressieve frontvrouw van Heartless Bastards. Haar band staat bekend als rauw, compromisloos en met een hang naar uitbundige psychedelica. Des te verrassender is het dat de oorspronkelijk uit Cincinatti, Ohio, afkomstige Erika ervoor heeft gekozen een korte tour in te lassen als solo-act. Wat kunnen we verwachten? Poëtische songs met verwijzingen naar haar literaire helden zoals Haruki Murakami of Jack Kerouac”, omschrijft de organisatie het optreden van Wennerstrom als deel van het festival. Volop reden om hier bij de artieste in kwestie nog ens op door te vragen. Erika Wennerstrom staat op 10 september op Take Root in De Oosterpoort in Groningen.
“Oprecht kan ik zeggen dat ik mijn hele leven al zangeres heb willen worden”, begint Erika Wennerstrom het gesprek. “Zolang ik mij kan herinneren, al toen ik een jaar of drie of vier was, wist ik het zeker. Ik weet helemaal niet waarom, maar vertelde het aan iedereen. Later werd ik zangeres. Toen ik een jaar of 18 was kwam wel het besef dat ik dan wel actie moest ondernemen. Ik dacht bij mezelf: “Als ik een loopbaan in de muziek wil hebben, dan moet ik nu wel wat gaan doen.” Wennerstrom begon als bassiste die af en toe ook een liedje zong in een bandje, maar al snel verruilde ze dat voor haar eigen band Heartless Bastards. Het begin van een succes verhaal, want met deze band leverde ze prachtige albums af, stond met namen als Wilco en Lucinda Williams op het podium. In het meer dan nu een decenium durende bestaan van de band was Erika Wennerstrom de enige constante factor en schrijfster van de liedjes. “Ik weet eigenlijk niet precies wat me al die jaren het podium op heeft doen gaan om mijn muziek met anderen te delen. Het gaat me zeker niet om de attentie of om in de schijnwerpers te staan.” Wennerstrom was in de eerste jaren notoire verlegen en, hoewel nu meer gewend om op te treden, is ze dat eigenlijk nog steeds en nerveus voor een optreden, hoewel ze dat nu gebruikt om een zekere scherpte te krijgen. “Ik denk dat ik op het podium stap omdat ik als ik liedjes schrijf en deel met de rest van de wereld het optreden bekrachtigt het gevoel dat ik niet alleen ben met mijn gedachten."
Nu staat Erika Wennerstrom alleen op het podium. Een nieuwe muzikale richting? Niet volgens de artieste zelf. “Ik heb altijd al de liedjes geschreven voor de Heartless Bastards, dus voor mijn gevoel is dit nieuwe project niet zo heel er anders. Ik heb heel erg lang samen met de band gespeeld en iedereen is even met wat anders bezig. Ik dacht dat iets voor mezelf ondernemen onder een andere naam wel eens leuk zou zijn voor de verandering. Ik hou er van om met ieder album verder te groeien, dus zijn er nieuwe richtingen die deze liedjes zijn ingeslagen. Die wil ik onderzoeken. De meeste liedjes die ik schrijf beginnen met een melodie in mijn hoofd. Ik hou erg van wandelen. Tijdens die wandelingen beginnen veel van de liedjes hun vorm te krijgen en kunnen nieuwe ideeën postvatten.” Daar waar Take Root verwijst naar literaire grootheden als inspiratie bron, ziet Wennerstrom dat anders. “Eigenlijk in al mijn liedjes is het grote onderwerp zelfreflectie.” Liedjes komen niet vanzelf bij Wennerstrom. Het is soms hard werken beschrijft ze het proces. Vandaar dat er tussen de Heartless Bastards albums vaak ook geruime tijd zit. Tijd die ze nodig heeft om haar liedjes te scheppen en te vormen tot ze klaar zijn om publiek te worden.
Oorspronkelijk opereerde Heartless Bastards en Erika Wenner vanuit Cincinatti in Ohio, maar de laatste jaren is Austin Texas de thuisbasis. “Austin is een geweldige stad”, barst Wennerstrom uit in een liefdesverklaring voo haar woonplaats. “Er is veel live muziek, plekken waar je in open water kunt zwemmen, veel barbecues en heel veel mensen die gedreven werken aan hun creatieve ideeën. Voor kleine unieke ondernemingen is er veel steun, waar in de rest van Amerika vaak de grote ketens en restaurants de steden opvullen. Er is een geweldige musicscene, maar deze dagen ga ik niet zo heel veel er op uit om te luisteren als ik eerlijk ben. Ik probeer niet me te zeer door andere artiesten te laten beïnvloeden en hun na te doen. Ik probeer mijn eigen ding te doen en de ingevingen te volgen die bij mij opkomen in mijn gedachten.”
Vorig jaar verscheen van Heartless Bastard 'Restless Ones'. Wellicht is ook een solo album in de toekomst nog in de planning. “Met elk album is mijn doel om zo eerlijk mogelijk te zijn en mijn uiterste best te doen. Uiteindelijk kun je niet voorspellen wat mensen gaan leuk vinden of niet. Als ik voor mezelf mijn best heb gedaan om het resultaat zo optimaal mogelijk te laten zijn, dan hoef je ook geen spijt te hebben over het album, ongeacht of mensen wel of niet er op reageren. Zo kijk ik ook naar het optreden op Take Root. Ik heb geen verwachtingen vooraf van de reacties en of het al dan niet een succes wordt. Ik kijk er naar uit om te spelen, doe mijn best en hoop dat de toeschouwers zich vermaken en het mooi vinden.”
Jill Jackson zingt oprechte verhalen
LEEUWARDEN – De Schotse Jill Jackson heeft deze dagen een toernee door Friesland. Een volle agenda die af en toe wordt onderbroken door sightseeing in 't Heitelân. Nog drie optredens staan op de agenda. Op 20 juli treedt Jill Jackson op in Paddy O'Ryan in Leeuwarden en op 22 en 23 juli in Plezant Loodscafé op Vlieland. Een uitgelezen mogelijkheid om deze zangeres nog te gaan aanschouwen. Jill Jackson is namelijk een prachtige zangeres die proefde van wereldfaam, maar koos voor echte en oprechte liedjes.
“Als klein meisje hield ik al van country muziek en dat werd ook veel bij ons thuis gespeeld”, vertelt Jill Jackson. “Ik ben zelf begonnen met guitaar spelen toen ik een jaar op 9 was. Ik was een grote fan van Chet Atkins. Dat was echt mijn guitaarheld. Al snel begon ik ook mijn eigen liedjes te schrijven en toen ik een jaar of 15 was had ik mijn eerste optreden.” Succes bleef niet lag uit. Jill Jackson werd leadzangeres van de band Speedway en kende in het begin van de eeuw stormachtig succes en hoge noteringen in de hitparade. “Ik was 21. Ik heb zo'n vijf jaar met Speedway gespeeld. We tourden met Bryan Adams en stonden met Blondie op het podium en met veel andere grote namen. Ik heb erg genoten van mijn tijd in Speedway. Het waren geweldige toernee's, veel aandacht op televisie en radio en hoge noteringen in de hitparade's. Het heeft me een geweldige ervaring gegeven in het optreden en geleerd hoe ik moet omgaan met verschillende soorten publiek.”
Aan alle goede dingen komt een einde. Zo ook aan het Speedway tijdperk. Voor Jill Jackson een mogelijkheid om terug te keren naar de muziek waar ze van kinds al van hield. Mensen als Dolly Parton, Buddy Holly, Johnny Mitchell. Ook dat was een succes. Ze trad op met mensen als Nathalie Imbruglia, Albert Lee en Roger Mcquin. Van haar werk bracht ex Spice Girl Mel C twee nummers uit. “Het belangrijkste moment in mijn loopbaan was toen ik een grote droom van me kon laten uitkomen. Ik mocht optreden in het Bluebirdcafé in Nashville. Dat heeft me als artiest veranderd. Het zorgde ervoor dat het schrijven van mijn liedjes veranderde in het vertellen van oprechte verhalen. Als ik zong had ik het gevoel dat zelfs mijn stem was veranderd. Ik heb geleerd hoe je zingt met echte emoties. Ik heb veel in Amerika opgetreden. Ik hou van de toernees door dat land en Nashville is een heel speciale plek voor me. Een stad die in mijn hart zit.”
Een andere plek in haar hart is Schotland. Thuis haven van zoveel fantastische artiesten en bands. “De Schotse muziekscene is absoluut geweldig. Schotland heeft een erg levendig platform voor live muziek van allerlei genres. Er zijn zoveel geweldige plaatsen om op te treden. Ik hou van de toernees, maar er zit toch iets heel speciaals in het optreden in je eigen omgeving of je eigen stad. De Schotten houden van hun muziek,” klinkt Jill Jackson trots.
Liedjes schrijven kan Jill Jackson. Ze is vaak daarvoor geroemd en anderen spelen haar werk. Het gesprek komt er op hoe Jackson dat aanpakt. “Ik schrijf mijn liedjes op een vreemde wijze”, vertelt de Schotse zangeres. “Ik krijg geen woord van de tekst op papier tot ik het liedje, de melody en de tekst heb gevormd in mijn hoofd. Ik moet het muzikale gedeelte van mijn hersenen rustig hun werk laten doen voor ik de pen op het papier zet en het liedje opschrijf. Ik schrijf over van alles. Vrienden, familie, relatiebreuken en hoe de liefde weer wordt hersteld. De reizen die ik maak zorgen ook altijd voor veel inspiratie.”
Uitendelijk komen die liedjes dan terecht op een album. In de laatste paar jaren is Jackson, alleen of met anderen, productief geweest. Ik heb 'The Ones That Got Away' in 2011 uit gebracht en daarna 'Getaway Driver' in 2012. Ik heb daarna de Americana band The Chaplins in 2013 gevormd. We hadden veel succes met ons debuut album 'The Circus', waarmee we tot een negende positie reikten in de iTunes country charts. We hebben drie jaar met The Chaplins gespeeld en dat was een fantastische tijd. Inmiddels zijnj we allemaal weer onze eigen weg gegaan. Ik ben terug als solo artiest en ben erg opgetogen over een nieuwe EP die ik in het najaar hoop uit te brengen.”
De rustdag tijdens haar Friese toernee is welkom. Een dagje ziek, maar verder louter hoogtepunten. “Het is geweldig tot nu toe. Het publiek is zo warm en lief en luistert echt naar de muziek. Gerrit Poortinga heeft geweldig werk geleverd door deze toer voor me samen te stellen. Afgelopen zaterdag was het concert in Dronrijp één van mijn beste shows ooit. Ik hou er van om hier op te trede en hoop snel terug te komen”, kondigt Jill Jackson aan. Voor nu staan er nog wat Nederlandse optredens op de agenda.
Jill Jackson treedt op 20 juli op in Paddy O'Ryan in Leeuwarden en staat op 22 en 23 juli in Plezant Loodscafé op Vlieland.
LEEUWARDEN – De Schotse Jill Jackson heeft deze dagen een toernee door Friesland. Een volle agenda die af en toe wordt onderbroken door sightseeing in 't Heitelân. Nog drie optredens staan op de agenda. Op 20 juli treedt Jill Jackson op in Paddy O'Ryan in Leeuwarden en op 22 en 23 juli in Plezant Loodscafé op Vlieland. Een uitgelezen mogelijkheid om deze zangeres nog te gaan aanschouwen. Jill Jackson is namelijk een prachtige zangeres die proefde van wereldfaam, maar koos voor echte en oprechte liedjes.
“Als klein meisje hield ik al van country muziek en dat werd ook veel bij ons thuis gespeeld”, vertelt Jill Jackson. “Ik ben zelf begonnen met guitaar spelen toen ik een jaar op 9 was. Ik was een grote fan van Chet Atkins. Dat was echt mijn guitaarheld. Al snel begon ik ook mijn eigen liedjes te schrijven en toen ik een jaar of 15 was had ik mijn eerste optreden.” Succes bleef niet lag uit. Jill Jackson werd leadzangeres van de band Speedway en kende in het begin van de eeuw stormachtig succes en hoge noteringen in de hitparade. “Ik was 21. Ik heb zo'n vijf jaar met Speedway gespeeld. We tourden met Bryan Adams en stonden met Blondie op het podium en met veel andere grote namen. Ik heb erg genoten van mijn tijd in Speedway. Het waren geweldige toernee's, veel aandacht op televisie en radio en hoge noteringen in de hitparade's. Het heeft me een geweldige ervaring gegeven in het optreden en geleerd hoe ik moet omgaan met verschillende soorten publiek.”
Aan alle goede dingen komt een einde. Zo ook aan het Speedway tijdperk. Voor Jill Jackson een mogelijkheid om terug te keren naar de muziek waar ze van kinds al van hield. Mensen als Dolly Parton, Buddy Holly, Johnny Mitchell. Ook dat was een succes. Ze trad op met mensen als Nathalie Imbruglia, Albert Lee en Roger Mcquin. Van haar werk bracht ex Spice Girl Mel C twee nummers uit. “Het belangrijkste moment in mijn loopbaan was toen ik een grote droom van me kon laten uitkomen. Ik mocht optreden in het Bluebirdcafé in Nashville. Dat heeft me als artiest veranderd. Het zorgde ervoor dat het schrijven van mijn liedjes veranderde in het vertellen van oprechte verhalen. Als ik zong had ik het gevoel dat zelfs mijn stem was veranderd. Ik heb geleerd hoe je zingt met echte emoties. Ik heb veel in Amerika opgetreden. Ik hou van de toernees door dat land en Nashville is een heel speciale plek voor me. Een stad die in mijn hart zit.”
Een andere plek in haar hart is Schotland. Thuis haven van zoveel fantastische artiesten en bands. “De Schotse muziekscene is absoluut geweldig. Schotland heeft een erg levendig platform voor live muziek van allerlei genres. Er zijn zoveel geweldige plaatsen om op te treden. Ik hou van de toernees, maar er zit toch iets heel speciaals in het optreden in je eigen omgeving of je eigen stad. De Schotten houden van hun muziek,” klinkt Jill Jackson trots.
Liedjes schrijven kan Jill Jackson. Ze is vaak daarvoor geroemd en anderen spelen haar werk. Het gesprek komt er op hoe Jackson dat aanpakt. “Ik schrijf mijn liedjes op een vreemde wijze”, vertelt de Schotse zangeres. “Ik krijg geen woord van de tekst op papier tot ik het liedje, de melody en de tekst heb gevormd in mijn hoofd. Ik moet het muzikale gedeelte van mijn hersenen rustig hun werk laten doen voor ik de pen op het papier zet en het liedje opschrijf. Ik schrijf over van alles. Vrienden, familie, relatiebreuken en hoe de liefde weer wordt hersteld. De reizen die ik maak zorgen ook altijd voor veel inspiratie.”
Uitendelijk komen die liedjes dan terecht op een album. In de laatste paar jaren is Jackson, alleen of met anderen, productief geweest. Ik heb 'The Ones That Got Away' in 2011 uit gebracht en daarna 'Getaway Driver' in 2012. Ik heb daarna de Americana band The Chaplins in 2013 gevormd. We hadden veel succes met ons debuut album 'The Circus', waarmee we tot een negende positie reikten in de iTunes country charts. We hebben drie jaar met The Chaplins gespeeld en dat was een fantastische tijd. Inmiddels zijnj we allemaal weer onze eigen weg gegaan. Ik ben terug als solo artiest en ben erg opgetogen over een nieuwe EP die ik in het najaar hoop uit te brengen.”
De rustdag tijdens haar Friese toernee is welkom. Een dagje ziek, maar verder louter hoogtepunten. “Het is geweldig tot nu toe. Het publiek is zo warm en lief en luistert echt naar de muziek. Gerrit Poortinga heeft geweldig werk geleverd door deze toer voor me samen te stellen. Afgelopen zaterdag was het concert in Dronrijp één van mijn beste shows ooit. Ik hou er van om hier op te trede en hoop snel terug te komen”, kondigt Jill Jackson aan. Voor nu staan er nog wat Nederlandse optredens op de agenda.
Jill Jackson treedt op 20 juli op in Paddy O'Ryan in Leeuwarden en staat op 22 en 23 juli in Plezant Loodscafé op Vlieland.
The Hyena Kill garandeert: 'noise and ridiculousness'
LEEUWARDEN – Als deze dagen Welcome to the Village losbarst is één van de acts die van harte welkom wordt geheten The Hyena Kill. Het duo uit Manchester is voor het eerst over om op te treden in Nederland. Het Friese Festival is één van de plekken die wordt gebruikt om frisse fans te werven voor de 'Noise and Ridiculousness' van de Britse band en om aandacht te vragen voor 'Atomised'. Voor het duo de boot pakte voor het optreden op 16 juli spraken we met Steven Dobb van de band thuis in Manchester.
“Ik ben begonnen met gitaar spelen toen ik elf jaar oud was. Ik werd geïnspireerd door de band van mijn neef. Als ze in de buurt waren ging ik altijd kijken. Ze waren zo cool, vond ik. Ik wilde niets liever dan dat ook kunnen. Van de stukjes die mijn neef en zijn vrienden voor deden heb ik mezelf geleerd om gitaar te spelen. Dat lukte en ik kon al snel een paar accoorden spelen, vanaf dat moment was ik absoluut verslaafd aan gitaar spelen”, lacht Dobb
The Hyena Kill bestaat naast Dobb ook nog uit Lorna Blundell. “Lorna en ik hebben elkaar ontmoet in de muziekscene in Manchester. We speelde allebei in een andere band. Op een dag was er een feestje bij Lorna thuis die uitmonde in een jamsessie. Lorna speelde op een electronische drumkit. Het klikte muzikaal vanaf de eerste seconde tussen ons. We heben zo'n twintig minuten samen gespeeld. Daarna zijn we vaker samen gaan jammen en zijn we samen begonnen met het schrijven van muziek. Ik denk dat de chemie tussen ons al muzikanten er voor zorgde dat deze shit werkte. We houden beide van heavy en intense muziek. We wisten algauw precies welke sound we wilden hebben. Al snel zijn we beide uit de bands gestapt waarin we zaten en zijn samen The Hyena Kill begonnen”, gaat Dobb in op de historie van de band. “In het begin was daar nog een bassist bij. Hij vertrok ook al snel weer uit de band. We zijn blijven experimenteren met de sound, tot we een geluid vonden dat precies was wat we zochten. We blijven elkaar ook pushen en uitdagen om nieuwe wegen in te slaan en te blijven proberen het nog te verbeteren.” Zelf hebben ze hun muziek het label 'proud crows on acid' mee gegeven. Steven Dobb kan een enorme grijns niet onderdrukken als we hem daar naar vragen. “De term 'proud cows on acid' is gewoon een onzinnige domme uitdrukking die we in het begin bedacht hebben om onze muziek te omschrijven toen we begonnen. Het is wel een uitdrukking die enorm is aangeslagen, want we worden er verbazend vaak naar gevraagd wat dat nou wel niet betekend. Uiteindelijk hebben we ons eigen platenlabel er maar naar vernoemd.”
Jammen lag aan de oorsprong van The Hyena Kill en nog steeds speelt het een belangrijke rol in het schrijven van de liedjes van de band. “Elke song die we schrijven vindt zijn oorsprong in een jamsessie. We hebben eigenlijk altijd zo gewerkt. In de oefenruimte gooien we gewoon allerlei ideëen er uit en dat uren achtereen. Het maakt het proces van liedjes schrijven vaak erg langdurig, maar dat is de moeite waard. We werken samen in elk aspect van de muziek. Het is niet zo dat of Lorna of ik liedjes schrijven. We doen het altijd met elkaar. We gooien met ideëen in het rond en kijken wat goed klinkt. Het is een organisch en therapeutisch proces.”
Naast het jammen ligt ook Manchester aan de basis van de groep. “Manchester is een geweldige en levendige stad. Het heeft een geweldige muziek cultuur met zoveel briljante bands in elk genre die hun ding doet. Ik ben er zeker van dat het feit dat het zoveel regent in Manchester and het in het algemeen een nogal grijze stad is een effect heeft op onze muziek. Als de zon schijnt is Manchester een schitterende stad. Ik zelf vind het net zo'n mooie stad als het grijs is.” In deze stad heeft The Hyena Kill zijn eigen plek verworven. Toen Blundell en Dobbs begonnen was er geen band zoals The Hyena Kill die geen aansluiting vond de heavy metal scene of bij de indie scene, maar een groep op zich was met hun agressieve aanpak met zoveel mogelijke smerige riffs.
Na hun eerste EP 'Gush' die verscheen niet lang nadat de band van start ging is er nu het debuutalbum 'Atomised'. “We wilden een gewoon erg eerlijk album maken. Een album dat staat voor waar we staan muzikaal en persoonlijk op het moment van opnemen. We zijn er in geslaagd om dat op de plaat te krijgen en meer. “We zijn trots op 'Atomised', het is een krachtig album en pakt precies waar we als band voor staan. Tom Peters, die het album heeft geproduceerd heeft fantastisch werk geleverd en hij heeft ons geholpen om de sound die we in ons hoofd hadden vast te leggen. De liedjes hebben veel meer karakter en persoonlijkheid in vergelijking met ons oudere materiaal. Het voelt als natuurlike progressie.”
Steve Dobb en Lorna Blundell kijken uit naar hun optreden in Nederland en vooral 'Welcome to the Village'. Het is de eerste keer dat we in Nederland spelen. We zijn daar erg opgetogen over. Daarna hebben we een korte toer door Engeland. Het worden tien dagen van 'noise and ridiculousness. Cant wait!'
The Hyena Kill staat op 16 juli op Welcome to the Village op het festivalterrein bij Leeuwarden.
LEEUWARDEN – Als deze dagen Welcome to the Village losbarst is één van de acts die van harte welkom wordt geheten The Hyena Kill. Het duo uit Manchester is voor het eerst over om op te treden in Nederland. Het Friese Festival is één van de plekken die wordt gebruikt om frisse fans te werven voor de 'Noise and Ridiculousness' van de Britse band en om aandacht te vragen voor 'Atomised'. Voor het duo de boot pakte voor het optreden op 16 juli spraken we met Steven Dobb van de band thuis in Manchester.
“Ik ben begonnen met gitaar spelen toen ik elf jaar oud was. Ik werd geïnspireerd door de band van mijn neef. Als ze in de buurt waren ging ik altijd kijken. Ze waren zo cool, vond ik. Ik wilde niets liever dan dat ook kunnen. Van de stukjes die mijn neef en zijn vrienden voor deden heb ik mezelf geleerd om gitaar te spelen. Dat lukte en ik kon al snel een paar accoorden spelen, vanaf dat moment was ik absoluut verslaafd aan gitaar spelen”, lacht Dobb
The Hyena Kill bestaat naast Dobb ook nog uit Lorna Blundell. “Lorna en ik hebben elkaar ontmoet in de muziekscene in Manchester. We speelde allebei in een andere band. Op een dag was er een feestje bij Lorna thuis die uitmonde in een jamsessie. Lorna speelde op een electronische drumkit. Het klikte muzikaal vanaf de eerste seconde tussen ons. We heben zo'n twintig minuten samen gespeeld. Daarna zijn we vaker samen gaan jammen en zijn we samen begonnen met het schrijven van muziek. Ik denk dat de chemie tussen ons al muzikanten er voor zorgde dat deze shit werkte. We houden beide van heavy en intense muziek. We wisten algauw precies welke sound we wilden hebben. Al snel zijn we beide uit de bands gestapt waarin we zaten en zijn samen The Hyena Kill begonnen”, gaat Dobb in op de historie van de band. “In het begin was daar nog een bassist bij. Hij vertrok ook al snel weer uit de band. We zijn blijven experimenteren met de sound, tot we een geluid vonden dat precies was wat we zochten. We blijven elkaar ook pushen en uitdagen om nieuwe wegen in te slaan en te blijven proberen het nog te verbeteren.” Zelf hebben ze hun muziek het label 'proud crows on acid' mee gegeven. Steven Dobb kan een enorme grijns niet onderdrukken als we hem daar naar vragen. “De term 'proud cows on acid' is gewoon een onzinnige domme uitdrukking die we in het begin bedacht hebben om onze muziek te omschrijven toen we begonnen. Het is wel een uitdrukking die enorm is aangeslagen, want we worden er verbazend vaak naar gevraagd wat dat nou wel niet betekend. Uiteindelijk hebben we ons eigen platenlabel er maar naar vernoemd.”
Jammen lag aan de oorsprong van The Hyena Kill en nog steeds speelt het een belangrijke rol in het schrijven van de liedjes van de band. “Elke song die we schrijven vindt zijn oorsprong in een jamsessie. We hebben eigenlijk altijd zo gewerkt. In de oefenruimte gooien we gewoon allerlei ideëen er uit en dat uren achtereen. Het maakt het proces van liedjes schrijven vaak erg langdurig, maar dat is de moeite waard. We werken samen in elk aspect van de muziek. Het is niet zo dat of Lorna of ik liedjes schrijven. We doen het altijd met elkaar. We gooien met ideëen in het rond en kijken wat goed klinkt. Het is een organisch en therapeutisch proces.”
Naast het jammen ligt ook Manchester aan de basis van de groep. “Manchester is een geweldige en levendige stad. Het heeft een geweldige muziek cultuur met zoveel briljante bands in elk genre die hun ding doet. Ik ben er zeker van dat het feit dat het zoveel regent in Manchester and het in het algemeen een nogal grijze stad is een effect heeft op onze muziek. Als de zon schijnt is Manchester een schitterende stad. Ik zelf vind het net zo'n mooie stad als het grijs is.” In deze stad heeft The Hyena Kill zijn eigen plek verworven. Toen Blundell en Dobbs begonnen was er geen band zoals The Hyena Kill die geen aansluiting vond de heavy metal scene of bij de indie scene, maar een groep op zich was met hun agressieve aanpak met zoveel mogelijke smerige riffs.
Na hun eerste EP 'Gush' die verscheen niet lang nadat de band van start ging is er nu het debuutalbum 'Atomised'. “We wilden een gewoon erg eerlijk album maken. Een album dat staat voor waar we staan muzikaal en persoonlijk op het moment van opnemen. We zijn er in geslaagd om dat op de plaat te krijgen en meer. “We zijn trots op 'Atomised', het is een krachtig album en pakt precies waar we als band voor staan. Tom Peters, die het album heeft geproduceerd heeft fantastisch werk geleverd en hij heeft ons geholpen om de sound die we in ons hoofd hadden vast te leggen. De liedjes hebben veel meer karakter en persoonlijkheid in vergelijking met ons oudere materiaal. Het voelt als natuurlike progressie.”
Steve Dobb en Lorna Blundell kijken uit naar hun optreden in Nederland en vooral 'Welcome to the Village'. Het is de eerste keer dat we in Nederland spelen. We zijn daar erg opgetogen over. Daarna hebben we een korte toer door Engeland. Het worden tien dagen van 'noise and ridiculousness. Cant wait!'
The Hyena Kill staat op 16 juli op Welcome to the Village op het festivalterrein bij Leeuwarden.
Jon Goldfine van Henhouse Prowlers: “De thema's in bluegrass zijn universeel”
MEPPEL – De Henhouse Prowlers zijn graag geziene gasten in Nederland. De Amerikaanse Bluegrass formatie komt met regelmaat naar ons land. Ook deze maand staat de band uit Chicago weer op diverse Nederlandse podia voor een bijna maand durende tour. De enige Noordelijke datum is op 27 juni als er wordt opgetreden in Clouso in Meppel. Jon Goldfine, één van de 'founding members' van de band en zanger en basspeler spreken we thuis in Chicago over de band en hun rol als ambassadeur en uiteraard over de bluegrass.
“Mijn vader en moeder zijn muzikant, maar niet professioneel”, kijkt Jon Goldfine terug op zijn jeugd. “Ze hebben elkaar ontmoet tijdens muzieklessen op college. Mijn moeder zong bij de opera en mijn vader speelde trombone. Thuis was er altijd muziek. Op erg jonge leeftijd ben ik begonnen met pianolessen en rond mijn elfde heb ik de contrabas leren spelen. Echt serieus met de muziek bezig kwam pas veel later. Dat was zo rond 2001 en ik al aardig tegen de dertig liep. Ik speelde alle soorten muziek die je maar kan bedenken. Ik zat in rock, funk, jazz, country en nog wat andere bands. Uiteindelijk ben ik bluegrass muzikant geworden, want daarmee kon ik veel optreden en ik hou erg van het feit dat het een muzieksoort is waarbij het vertellen van verhalen centraal staat.”
Het is een aardig korte samenvatting van de muzikale geschiedenis van Goldfine pre-Henhouse Prowlers. “De Henhouse Prowlers zijn gevormd in 2004. In het begin waren het vier andere kerels, Ben Wright op de banjo en ikzelf. We speelden allemaal in verschillende bands, maar kwamen op dinsdagavonden bij elkaar in een klein cafétje in de buurt om bluegrass te spelen. Voor we het door hadden kwamen er spontaan steeds meer mensen luisteren week na week. We zijn gestopt met de andere bands en besloten om deze nieuwe band onze focus te maken. In de loop der jaren zijn er verschillende personele wisselingen geweest. Het leven gebeurt rondom je heen en sommige jongens hebben een familie gesticht of een andere loopbaan gekozen. Met nagenoeg al onze oud-leden hebben we nog steeds een hechte band.”
Bluegrass, die Amerikaanse muzieksoort die in al zijn variaties zo'n groot aantal volgers heeft in Europa. Een genre dat voor veel mensen een onweerstaanbare aantrekkingskracht heeft. Op zich geen wonder, want dit type muziek onstond na de Tweede Wereldoorlog uit de oude stringband muziek stromingen met Europese en Afro-Amerikaanse tradities. Een muziek die voor veel Europese migranten dicht bij hun gevoelens lag in het nieuwe land. “De thema's in bluegrass zijn universeel,”gaat Jon Goldfine er dieper op in. “Overal worden mensen geconfronteerd met liefde, verlies, gebroken harten”, hij aarzel even, “de strubbelingen van het leven van alle dag en heimwee.” Het zijn de thema's die in bluegrass terugkeren en het zo'n muzieksoort maakt waarin veel mensen zich herkennen. Muzikaal kenmerkt de bluegrass zich vaak door meerstemmige zang en solo's van een instrument wat dan wordt doorgegeven aan het volgende instrument.
Een kenmerk van bluegrass is dat er veel klassiekers zijn die door veel bands worden gespeeld. Bij The Henhouse Prowlers ligt de nadruk op eigen werk. “Iedere songwriter schijft weer op zijn eigen manier”, vertelt Goldfine. “Ik start mestal met een beeld en afwisselend een zin of melodische hook. Wat onderwerpen betreft probeer ik me altijd in andermans schoenen te verplatsen en een verhaal uit diens perspectief te vertellen. Als band introduceert dan één van ons een nieuwe song. Als die in de smaak valt werken we er met zijn allen aan en stellen wijzigingen voor in de tekst of de melodie en de structuur van de accoorden. Komen we daar uit dan gaa we het arrangeren. Wie begint, wie doet invulling, wie heeft een solo. Plaatsen we een stilte om het interesanter te maken, hebben we een rhytmische spitsvondigheid om het lied wat pittiger te maken. Er gaat daarnaast veel tijd zitten in het arrangeren van de harmoniën.”
Het album “Still On That Ride” is net uit. “Het album bevat dertien originele nummers van ons en één cover van de Nigeriaanse hit "Chop My Money" van P Square. We wilden ons bij dit album concentreren op ons eigen materiaal en hebben allemaal liedjes bijgedragen. Het was een geweldig idee om Don Stiernberg te vragen als producer. Hij is een jazz mandoliene speler van wereldklasse en heeft een voorliefde voor traditionele bluegrass. Hij is één van die muzikanten die de hele band beter maakt.”
Jon Goldfine, Ben Wright op banjo, Aaron Dorfman op gitaar en Todd Livingstone op dobro hebben Chicago als uitvalsbasis. Een muzikale stad met veel verschillende stromingen. “Er wordt wel gezegd dat Chicago en New York de enige twee steden in de wereld zijn met een levensvatbare scene voor elke soort van internationale muziek die er maar kan bestaan. Dat kan wellicht waar zijn, want in mijn ervaring kun je inderdaad voor elke soort van muziek in Chicago terecht. Er gebeurt veel cultureel en artistiek. Chicago wordt door buitenstaanders vaak met de Blues geassocieerd, maar er is geen tekort aan wat voor muziek dan ook en de bluegrass floreert in de stad.” Een feit waaraan de band zeker ook zijn steentje aan bijdraagt, want als de band niet toert, dan staan ze regelmatig in scholen in de omgeving, waar ze in een lesprogramma hun passie, maar ook zeker de technieken, voor Americana en bluegrass doorgeven aan volgende generaties.
Een ander element is de rol van de Henhouse Prowlers in het diplomatieke verkeer. Uitgezonden door de Amerikaanse regering treden de Henhouse Prowlers op in landen waar dat niet zo vanzelfsprekend is. “De Amerikaanse regering heeft programma's waarmee Amerikaanse muzikanten worden uitgezonden op diplomatieke toernee's. We hadden het geluk om hierbij betrokken te worden. We hebben daardoor opgetreden in 10 Afrikaanse landen en de missie voor het elfde land staat op het programma en daarnaast in Rusland, de Verenigde Arabische Emiraten en Saoedië-Arabië. De ervaring om op te treden in dergelijke landen, veel landen waar mensen toch zelden de kans krijgen om heen te gaan, en met deze mensen een muzikale band te vormen is één van de meest dankbare aspecten van ons werk die ik me voor kan stellen. Overal houden mensen van muziek en overal staan ze er voor open. Je kunt niet verwachten in Oeganda of Nigeria een bloeiende bluegrass gemeenschap aan te treffen, maar we kregen door dat als we in het optreden ook liedjes uit de Afrikaanse cultuur integreren we ook veel meer respons kregen op ons eigen werk. In Saoedië-Arabië is live muziek illigaal. We traden op in de ambasade en op verschillende consulaten. De Saoediëers in het publiek weten eigenlijk niet hoe ze moeten reageren op muziek, want ze zijn niet gewend aan concerten zoals wij. Ze houden wel erg van muziek. We hebben een plaatselijk liedje in het Arabisch geleerd. Dat brak de ban.”
Deze toernee echter geen ongewone bestemmingen voor een bluegrassband. Duitsland, Nederland en België zijn bekend terrein voor de Henhouse Prowlers. “Het wordt onze zevende Europese toernee in zes jaar. We hebben veel tijd doorgebracht in Nederland, België en Duitsland. Door de vele vrienden die we daar hebben gemaakt voelt het toch een beetje als thuis. Het is geweldig om te zien dat we jaar na jaar meer mensen trekken. Op deze toer spelen we op een aantal grotere festivals dan ooit en dat is erg opwindend. Festivals zijn een geweldige manier om met mensen in contact te komen die ons nog nooit hebben gezien. Wat ook erg leuk is dat we deze toernee voor het eerst Groot Brittanië zullen aandoen”, klink het enthousiast. Er staan mooie zaken in het vooruitzicht voor de Henhouse Prowlers.
Op 27 juni staan de Henhouse Prowlers in Clouso in Meppel
MEPPEL – De Henhouse Prowlers zijn graag geziene gasten in Nederland. De Amerikaanse Bluegrass formatie komt met regelmaat naar ons land. Ook deze maand staat de band uit Chicago weer op diverse Nederlandse podia voor een bijna maand durende tour. De enige Noordelijke datum is op 27 juni als er wordt opgetreden in Clouso in Meppel. Jon Goldfine, één van de 'founding members' van de band en zanger en basspeler spreken we thuis in Chicago over de band en hun rol als ambassadeur en uiteraard over de bluegrass.
“Mijn vader en moeder zijn muzikant, maar niet professioneel”, kijkt Jon Goldfine terug op zijn jeugd. “Ze hebben elkaar ontmoet tijdens muzieklessen op college. Mijn moeder zong bij de opera en mijn vader speelde trombone. Thuis was er altijd muziek. Op erg jonge leeftijd ben ik begonnen met pianolessen en rond mijn elfde heb ik de contrabas leren spelen. Echt serieus met de muziek bezig kwam pas veel later. Dat was zo rond 2001 en ik al aardig tegen de dertig liep. Ik speelde alle soorten muziek die je maar kan bedenken. Ik zat in rock, funk, jazz, country en nog wat andere bands. Uiteindelijk ben ik bluegrass muzikant geworden, want daarmee kon ik veel optreden en ik hou erg van het feit dat het een muzieksoort is waarbij het vertellen van verhalen centraal staat.”
Het is een aardig korte samenvatting van de muzikale geschiedenis van Goldfine pre-Henhouse Prowlers. “De Henhouse Prowlers zijn gevormd in 2004. In het begin waren het vier andere kerels, Ben Wright op de banjo en ikzelf. We speelden allemaal in verschillende bands, maar kwamen op dinsdagavonden bij elkaar in een klein cafétje in de buurt om bluegrass te spelen. Voor we het door hadden kwamen er spontaan steeds meer mensen luisteren week na week. We zijn gestopt met de andere bands en besloten om deze nieuwe band onze focus te maken. In de loop der jaren zijn er verschillende personele wisselingen geweest. Het leven gebeurt rondom je heen en sommige jongens hebben een familie gesticht of een andere loopbaan gekozen. Met nagenoeg al onze oud-leden hebben we nog steeds een hechte band.”
Bluegrass, die Amerikaanse muzieksoort die in al zijn variaties zo'n groot aantal volgers heeft in Europa. Een genre dat voor veel mensen een onweerstaanbare aantrekkingskracht heeft. Op zich geen wonder, want dit type muziek onstond na de Tweede Wereldoorlog uit de oude stringband muziek stromingen met Europese en Afro-Amerikaanse tradities. Een muziek die voor veel Europese migranten dicht bij hun gevoelens lag in het nieuwe land. “De thema's in bluegrass zijn universeel,”gaat Jon Goldfine er dieper op in. “Overal worden mensen geconfronteerd met liefde, verlies, gebroken harten”, hij aarzel even, “de strubbelingen van het leven van alle dag en heimwee.” Het zijn de thema's die in bluegrass terugkeren en het zo'n muzieksoort maakt waarin veel mensen zich herkennen. Muzikaal kenmerkt de bluegrass zich vaak door meerstemmige zang en solo's van een instrument wat dan wordt doorgegeven aan het volgende instrument.
Een kenmerk van bluegrass is dat er veel klassiekers zijn die door veel bands worden gespeeld. Bij The Henhouse Prowlers ligt de nadruk op eigen werk. “Iedere songwriter schijft weer op zijn eigen manier”, vertelt Goldfine. “Ik start mestal met een beeld en afwisselend een zin of melodische hook. Wat onderwerpen betreft probeer ik me altijd in andermans schoenen te verplatsen en een verhaal uit diens perspectief te vertellen. Als band introduceert dan één van ons een nieuwe song. Als die in de smaak valt werken we er met zijn allen aan en stellen wijzigingen voor in de tekst of de melodie en de structuur van de accoorden. Komen we daar uit dan gaa we het arrangeren. Wie begint, wie doet invulling, wie heeft een solo. Plaatsen we een stilte om het interesanter te maken, hebben we een rhytmische spitsvondigheid om het lied wat pittiger te maken. Er gaat daarnaast veel tijd zitten in het arrangeren van de harmoniën.”
Het album “Still On That Ride” is net uit. “Het album bevat dertien originele nummers van ons en één cover van de Nigeriaanse hit "Chop My Money" van P Square. We wilden ons bij dit album concentreren op ons eigen materiaal en hebben allemaal liedjes bijgedragen. Het was een geweldig idee om Don Stiernberg te vragen als producer. Hij is een jazz mandoliene speler van wereldklasse en heeft een voorliefde voor traditionele bluegrass. Hij is één van die muzikanten die de hele band beter maakt.”
Jon Goldfine, Ben Wright op banjo, Aaron Dorfman op gitaar en Todd Livingstone op dobro hebben Chicago als uitvalsbasis. Een muzikale stad met veel verschillende stromingen. “Er wordt wel gezegd dat Chicago en New York de enige twee steden in de wereld zijn met een levensvatbare scene voor elke soort van internationale muziek die er maar kan bestaan. Dat kan wellicht waar zijn, want in mijn ervaring kun je inderdaad voor elke soort van muziek in Chicago terecht. Er gebeurt veel cultureel en artistiek. Chicago wordt door buitenstaanders vaak met de Blues geassocieerd, maar er is geen tekort aan wat voor muziek dan ook en de bluegrass floreert in de stad.” Een feit waaraan de band zeker ook zijn steentje aan bijdraagt, want als de band niet toert, dan staan ze regelmatig in scholen in de omgeving, waar ze in een lesprogramma hun passie, maar ook zeker de technieken, voor Americana en bluegrass doorgeven aan volgende generaties.
Een ander element is de rol van de Henhouse Prowlers in het diplomatieke verkeer. Uitgezonden door de Amerikaanse regering treden de Henhouse Prowlers op in landen waar dat niet zo vanzelfsprekend is. “De Amerikaanse regering heeft programma's waarmee Amerikaanse muzikanten worden uitgezonden op diplomatieke toernee's. We hadden het geluk om hierbij betrokken te worden. We hebben daardoor opgetreden in 10 Afrikaanse landen en de missie voor het elfde land staat op het programma en daarnaast in Rusland, de Verenigde Arabische Emiraten en Saoedië-Arabië. De ervaring om op te treden in dergelijke landen, veel landen waar mensen toch zelden de kans krijgen om heen te gaan, en met deze mensen een muzikale band te vormen is één van de meest dankbare aspecten van ons werk die ik me voor kan stellen. Overal houden mensen van muziek en overal staan ze er voor open. Je kunt niet verwachten in Oeganda of Nigeria een bloeiende bluegrass gemeenschap aan te treffen, maar we kregen door dat als we in het optreden ook liedjes uit de Afrikaanse cultuur integreren we ook veel meer respons kregen op ons eigen werk. In Saoedië-Arabië is live muziek illigaal. We traden op in de ambasade en op verschillende consulaten. De Saoediëers in het publiek weten eigenlijk niet hoe ze moeten reageren op muziek, want ze zijn niet gewend aan concerten zoals wij. Ze houden wel erg van muziek. We hebben een plaatselijk liedje in het Arabisch geleerd. Dat brak de ban.”
Deze toernee echter geen ongewone bestemmingen voor een bluegrassband. Duitsland, Nederland en België zijn bekend terrein voor de Henhouse Prowlers. “Het wordt onze zevende Europese toernee in zes jaar. We hebben veel tijd doorgebracht in Nederland, België en Duitsland. Door de vele vrienden die we daar hebben gemaakt voelt het toch een beetje als thuis. Het is geweldig om te zien dat we jaar na jaar meer mensen trekken. Op deze toer spelen we op een aantal grotere festivals dan ooit en dat is erg opwindend. Festivals zijn een geweldige manier om met mensen in contact te komen die ons nog nooit hebben gezien. Wat ook erg leuk is dat we deze toernee voor het eerst Groot Brittanië zullen aandoen”, klink het enthousiast. Er staan mooie zaken in het vooruitzicht voor de Henhouse Prowlers.
Op 27 juni staan de Henhouse Prowlers in Clouso in Meppel
Wooden Soldiers gaan van klein naar episch OverdeVloed
Foto: Lieke Romeijn
LAUWERSOOG – Op het grote Singersongwriter Festival in Lauwersoog in het kader van OverdeVloed is Wooden Soldiers de vreemde eend in de bijt. De Utrechtse formatie staan namelijk met zes mensen op het podium op 4 juni en dat zal waarschijnlijk al meer dan vijftig procent meer bezetting zijn dan het gros van de bands. Toch lijkt de muziek van de band wel goed te gaan passen op het festival, want naast een emmer vol aan andere invloeden, blijft de geest van Joni Michell over de band zweven, naast die van Crosby, Stills, Nash and Young. “Dat is toch de muziek die me tot vandaag de dag beïnvloed”, bekent Agnes Loonstra van de Wooden Soldiers.
“We zijn begonnen als duo”, vertelt Agnes Loonstra in haar werkruimte in Utrecht waar ze het bestaan als Wooden Soldiers artiest combineert met haar eigen praktijk als freelance illustrator en animator. “Frank Wolff en ik zaten beide op het conservatorium. We kwamen elkaar vaak tegen in bandjes. We hebben samen in een jazzband gezeten en een rockband. Op een zeker moment merkten we dat we toch veel overlap hadden in hoe we dingen aanpakten. Dat resulteerde in Wooden Soldiers. We zijn gaan schrijven en eerst optreden met ons twee. Op een gegeven moment wilden we een EP opnemen. Daarbij bleek dat veel van onze liedjes er zich niet zo voor leenden om heel klein met alleen zang en gitaar te worden opgenomen. We hadden een grotere bezetting nodig. Voor de opnames en voor het EP release concert hadden we een band geformeerd met eerst het idee dat dit éénmalig zou zijn. Het beviel echter zo goed van beide kanten dat we als zesmansformatie door zijn gegaan”, verklaart Loonstra.
Het initiatief voor het schrijven van de liedjes ligt ook nog vooral bij de oorspronkelijke twee leden. Voor de eerste EP 'First' was dat logisch, de rest van de band was immers pas helemaal op het einde in beeld. Ook bij de tweede EP 'Second' die een half jaar geleden verscheen was dat nog zo. “Iemand komt met een idee en dat werken we dan uit met de groep. In veel gevallen kaatst Frank of ik een balletje en van daar uit gaat het lopen. Dat willen we toch meer open gaan gooien. Deze zomer willen we veel gaan schrijven en iedereen een grotere invloed geven. We willen ook liedjes gaan schrijven vanuit bijvoorbeeld de bas of de percussie en kijken wat er dan gebeurd. We gaan op onderzoek.”
In de band komen veel invloeden samen. Toch was het heel vanzelfssprekend dat het een folkband zou worden of NuFolk, zoals de band zichzelf heeft gelabeld. “Als ik liedjes schreef, dan kwam ik daar toch altijd weer terecht. Ik draai al sinds ik klein was veel Joni Mitchell en veel Crosby Stills, Nash & Young. Folk is mijn eigen muziek, ondanks dat ik ook in jazz of rock bands heb gezeten. Dat is de basis, maar die andere dingen hoor je ook zeker terug in onze muziek, vandaar dat we het NuFolk hebben genoemd. Iedereen neemt ook weer zijn eigen dingen mee. Onze violiste is klassiek geschoold, onze drummer speelt heel veel swingjazz, dat dringt door in onze muziek. We hebben veel invloeden, iedereen heeft zijn eigen muzikale rugzakje”, ligt Loonstra toe.
Een ander opvallend aspect, naast de driestemmige zang, is het instrument gebruik. Een viool en gitaar in een folkband is nog niet heel ongewoon, in tegendeel, maar een Indiaas harmonium is al een stuk minder regulier. Incidenteel voor verschillende nummers komen nog veel meer ongewone en soms exotische instrumenten uit de kast. “Ik geloof dat ik daar een beetje voor verantwoordelijk ben”, bekent Agnes Loonstra. “Ik heb zang gestudeerd, maar sindsdien ongeveer elk instrument wat ik tegen kwam meegenomen en geprobeerd. Ik heb thuis een enorme verzameling aan instrumenten, waarvan de autoharp de nieuwste is. Het past ook heel goed bij onze muziek. Aparte, ongewone geluiden. Het maakt de sound van Wooden Soldiers ook gewoon leuk”, weet Agnes Loonstra zich met verve te verdedigen voor haar instrumentenpassie.
Het vele schrijfwerk dat Loonstra eerder aankondigde voor de komende periode heeft een duidelijk doel. “We willen een album laten verschijnen in 2017. Toevallig vandaag komt de video uit van de singel 'Belly of the Beast'. Dat is eigenlijk de afsluiting van de activiteiten rondom onze in januari in Kytopia gepresenteerde EP 'Second'. Daarna gaan we ons richten om het nieuwe album. In grote lijnen moet dat dezelfde richting uit gaan als onze EP, maar we willen het ook wel wat groter opzetten met liedjes waarin plek is voor meer instrumenten en ook synthezisers. Hoe dat allemaal gaat uitpakken weten we pas als het album klaar is, maar Wooden Soldiers is volwassen geworden en dat mag op dit album wel terug komen in de sound.”
Tenslotte is het even vooruit kijken naar OverdeVloed.”We hebben er zo veel zin in”, jubelt Agnes Loonstra namens haar bandgenoten. “We gaan een dynamisch concert geven, waarin plaats is voor klein en gevoelig, maar ook voor groots en episch. We hebben de afgelopen periode erg veel gespeeld, dus we zijn goed op elkaar ingespeeld. Als band tussen de songwriters vallen we zeker op. We spelen op het hoofdpodium en zullen proberen die eer waardig in te vullen,” aldus Agnes Loonstra van Wooden Soldiers
Wooden Soldiers staat op het OverdeVloed festival in Lauwersoog op 4 juni samen met tal van andere singersongwriters.
Foto: Lieke Romeijn
LAUWERSOOG – Op het grote Singersongwriter Festival in Lauwersoog in het kader van OverdeVloed is Wooden Soldiers de vreemde eend in de bijt. De Utrechtse formatie staan namelijk met zes mensen op het podium op 4 juni en dat zal waarschijnlijk al meer dan vijftig procent meer bezetting zijn dan het gros van de bands. Toch lijkt de muziek van de band wel goed te gaan passen op het festival, want naast een emmer vol aan andere invloeden, blijft de geest van Joni Michell over de band zweven, naast die van Crosby, Stills, Nash and Young. “Dat is toch de muziek die me tot vandaag de dag beïnvloed”, bekent Agnes Loonstra van de Wooden Soldiers.
“We zijn begonnen als duo”, vertelt Agnes Loonstra in haar werkruimte in Utrecht waar ze het bestaan als Wooden Soldiers artiest combineert met haar eigen praktijk als freelance illustrator en animator. “Frank Wolff en ik zaten beide op het conservatorium. We kwamen elkaar vaak tegen in bandjes. We hebben samen in een jazzband gezeten en een rockband. Op een zeker moment merkten we dat we toch veel overlap hadden in hoe we dingen aanpakten. Dat resulteerde in Wooden Soldiers. We zijn gaan schrijven en eerst optreden met ons twee. Op een gegeven moment wilden we een EP opnemen. Daarbij bleek dat veel van onze liedjes er zich niet zo voor leenden om heel klein met alleen zang en gitaar te worden opgenomen. We hadden een grotere bezetting nodig. Voor de opnames en voor het EP release concert hadden we een band geformeerd met eerst het idee dat dit éénmalig zou zijn. Het beviel echter zo goed van beide kanten dat we als zesmansformatie door zijn gegaan”, verklaart Loonstra.
Het initiatief voor het schrijven van de liedjes ligt ook nog vooral bij de oorspronkelijke twee leden. Voor de eerste EP 'First' was dat logisch, de rest van de band was immers pas helemaal op het einde in beeld. Ook bij de tweede EP 'Second' die een half jaar geleden verscheen was dat nog zo. “Iemand komt met een idee en dat werken we dan uit met de groep. In veel gevallen kaatst Frank of ik een balletje en van daar uit gaat het lopen. Dat willen we toch meer open gaan gooien. Deze zomer willen we veel gaan schrijven en iedereen een grotere invloed geven. We willen ook liedjes gaan schrijven vanuit bijvoorbeeld de bas of de percussie en kijken wat er dan gebeurd. We gaan op onderzoek.”
In de band komen veel invloeden samen. Toch was het heel vanzelfssprekend dat het een folkband zou worden of NuFolk, zoals de band zichzelf heeft gelabeld. “Als ik liedjes schreef, dan kwam ik daar toch altijd weer terecht. Ik draai al sinds ik klein was veel Joni Mitchell en veel Crosby Stills, Nash & Young. Folk is mijn eigen muziek, ondanks dat ik ook in jazz of rock bands heb gezeten. Dat is de basis, maar die andere dingen hoor je ook zeker terug in onze muziek, vandaar dat we het NuFolk hebben genoemd. Iedereen neemt ook weer zijn eigen dingen mee. Onze violiste is klassiek geschoold, onze drummer speelt heel veel swingjazz, dat dringt door in onze muziek. We hebben veel invloeden, iedereen heeft zijn eigen muzikale rugzakje”, ligt Loonstra toe.
Een ander opvallend aspect, naast de driestemmige zang, is het instrument gebruik. Een viool en gitaar in een folkband is nog niet heel ongewoon, in tegendeel, maar een Indiaas harmonium is al een stuk minder regulier. Incidenteel voor verschillende nummers komen nog veel meer ongewone en soms exotische instrumenten uit de kast. “Ik geloof dat ik daar een beetje voor verantwoordelijk ben”, bekent Agnes Loonstra. “Ik heb zang gestudeerd, maar sindsdien ongeveer elk instrument wat ik tegen kwam meegenomen en geprobeerd. Ik heb thuis een enorme verzameling aan instrumenten, waarvan de autoharp de nieuwste is. Het past ook heel goed bij onze muziek. Aparte, ongewone geluiden. Het maakt de sound van Wooden Soldiers ook gewoon leuk”, weet Agnes Loonstra zich met verve te verdedigen voor haar instrumentenpassie.
Het vele schrijfwerk dat Loonstra eerder aankondigde voor de komende periode heeft een duidelijk doel. “We willen een album laten verschijnen in 2017. Toevallig vandaag komt de video uit van de singel 'Belly of the Beast'. Dat is eigenlijk de afsluiting van de activiteiten rondom onze in januari in Kytopia gepresenteerde EP 'Second'. Daarna gaan we ons richten om het nieuwe album. In grote lijnen moet dat dezelfde richting uit gaan als onze EP, maar we willen het ook wel wat groter opzetten met liedjes waarin plek is voor meer instrumenten en ook synthezisers. Hoe dat allemaal gaat uitpakken weten we pas als het album klaar is, maar Wooden Soldiers is volwassen geworden en dat mag op dit album wel terug komen in de sound.”
Tenslotte is het even vooruit kijken naar OverdeVloed.”We hebben er zo veel zin in”, jubelt Agnes Loonstra namens haar bandgenoten. “We gaan een dynamisch concert geven, waarin plaats is voor klein en gevoelig, maar ook voor groots en episch. We hebben de afgelopen periode erg veel gespeeld, dus we zijn goed op elkaar ingespeeld. Als band tussen de songwriters vallen we zeker op. We spelen op het hoofdpodium en zullen proberen die eer waardig in te vullen,” aldus Agnes Loonstra van Wooden Soldiers
Wooden Soldiers staat op het OverdeVloed festival in Lauwersoog op 4 juni samen met tal van andere singersongwriters.
Mary Confurius is: “Lekker Menselijk”
EMMEN – The Spy and The Butcher dat dit weekend op 28 mei in Zalencentrum Melody in Emmen op het programma staat is al sinds het begin een mogelijkheid voor jong Nederlands talent om festival ervaring op te doen. Programmeur Evert Hoven speurt het hele jaar langs de diverse podia. Eén van de talenten die hij contracteerde voor het festival is Mary Confurius. Een naam die al een poosje rond zingt als één van de grootste Noordelijke talenten. Een gesprek met één van de blikvangers van The Spy and The Butcher naast andere mooie name als Sascha Elizah, Kissing Jane, Blackbriar, Radio Elisa op een future star studded festival.
“Voor zolang ik me iets kan herinneren heb ik muziek en geluid altijd het mooiste van alles gevonden”, vertelt Mary Confurius “Dat is geen keuze. Ik kom niet echt uit een muzikale familie, het komt uit mezelf. Geen idee waarom, maar het is altijd de bedoeling geweest” klinkt het haast verontschuldigend waar uiteraard geen enkele noodzaak tot is. “Na veel zeuren heb ik eindelijk een gitaar en gitaarles op m’n tiende gekregen met alle gevolgen van dien. Ik heb wel heel veel muziek geluisterd toen ik klein was via radio en MTV UK. Ik heb Kinderen voor Kinderen even overgeslagen. Heel veel cassettebandjes opgenomen met dank aan de radio. Mede daardoor ben ik heel erg gek geworden op filmmuziek. Hoe dan ook, ik ben altijd met muziek bezig geweest. Grote inspirators voor mij zijn : Tori Amos, Portishead, Thomas Newman en Hans Zimmer.”
Mary Confurius brengt liedjes waarin de donkere en de lichte kant van het leven aan het licht komen. Gebracht met haar fraaie zangstem is ze een artiest die er boven uitsteekt en zeker anders is dan de doorsnee singersongwriter. Als liedjesschrijfster etaleert ze een enorm talent. “Inspiratie komt meestal aanwaaien. Het is maar zelden dat ik ergens een nummer over wil en ga schrijven. Ik kom iets tegen of Ik heb een zin in m’n hoofd en daar komt de rest dan van. Nadat er meer geschreven is begin ik zelf ook te snappen waar het over gaat. Het licht en donker komt denk ik omdat ik zelf nogal twee-strijdig ben. Alhoewel ik meer naar donker neig. Ik vind het belangrijk om overal over te kunnen praten. Het mag overal over gaan. Lekker menselijk.”
Voor Mary Confurius haar eigen liedjes bracht stond ze met een band op het podium andermans liedjes te spelen. Een mooie leerschool om eens kennis te maken met het 'vak'. “Vroeger heb ik een paar jaar in een hardrock coverband gezeten. Daar heb ik veel van geleerd, maar mijn eigen muziek kwam daarmee niet van de grond. Ik doe het nu alleen om m’n eigen muziek te brengen en beter te worden. Ik vind het belangrijk om mezelf te kunnen dragen, maar ik zou graag mensen ontmoeten om eens wat nummers uit te breiden. Andere instrumenten erbij. Als je op één lijn zit dan moet dat kunnen.” Wellicht dat The Spy and The Butcher op dit vlak aanknopingspunten bieden.
Het goede nieuws is verder dat binnenkort een album van Mary Confurius zal verschijnen. De zangeres bevestigt de geruchten stroom dat deze eerste ling in de maak is. “Dit klopt. Ik ben druk met nieuwe muziek afschrijven en opnemen. Wanneer het precies af zal zijn kan ik nu nog niet zeggen. Mijn persoonlijke doel met dit album is om wat interessanter te schrijven, produceren, mixen en dergelijke Ik merk in ieder geval een verschil in schrijven, de rest moet ik eerst af hebben om er een eerlijk oordeel over te geven. Als het album af is blijf ik doorschrijven en wil veel optreden. ik ben ook gek op film, dans, foto en alle kunsten en ik wil die dingen graag combineren met muziek.” Dat zal spannende projecten gaan geven in de toekomst dus.
Even terug naar The Spy and The Butcher. “Ik speel een intieme set zonder taboes,”klink het uitnodigend. Mary Confurius is erg blij met haar uitnodiging en het festival in het algemeen. “Jazeker! Nieuwe muziek moet gestimuleerd worden en zo doe je dat.”
Mary Confurius staat op 28 mei op The Spy and The Butcher in zalencentrum Melody in Emmen.
EMMEN – The Spy and The Butcher dat dit weekend op 28 mei in Zalencentrum Melody in Emmen op het programma staat is al sinds het begin een mogelijkheid voor jong Nederlands talent om festival ervaring op te doen. Programmeur Evert Hoven speurt het hele jaar langs de diverse podia. Eén van de talenten die hij contracteerde voor het festival is Mary Confurius. Een naam die al een poosje rond zingt als één van de grootste Noordelijke talenten. Een gesprek met één van de blikvangers van The Spy and The Butcher naast andere mooie name als Sascha Elizah, Kissing Jane, Blackbriar, Radio Elisa op een future star studded festival.
“Voor zolang ik me iets kan herinneren heb ik muziek en geluid altijd het mooiste van alles gevonden”, vertelt Mary Confurius “Dat is geen keuze. Ik kom niet echt uit een muzikale familie, het komt uit mezelf. Geen idee waarom, maar het is altijd de bedoeling geweest” klinkt het haast verontschuldigend waar uiteraard geen enkele noodzaak tot is. “Na veel zeuren heb ik eindelijk een gitaar en gitaarles op m’n tiende gekregen met alle gevolgen van dien. Ik heb wel heel veel muziek geluisterd toen ik klein was via radio en MTV UK. Ik heb Kinderen voor Kinderen even overgeslagen. Heel veel cassettebandjes opgenomen met dank aan de radio. Mede daardoor ben ik heel erg gek geworden op filmmuziek. Hoe dan ook, ik ben altijd met muziek bezig geweest. Grote inspirators voor mij zijn : Tori Amos, Portishead, Thomas Newman en Hans Zimmer.”
Mary Confurius brengt liedjes waarin de donkere en de lichte kant van het leven aan het licht komen. Gebracht met haar fraaie zangstem is ze een artiest die er boven uitsteekt en zeker anders is dan de doorsnee singersongwriter. Als liedjesschrijfster etaleert ze een enorm talent. “Inspiratie komt meestal aanwaaien. Het is maar zelden dat ik ergens een nummer over wil en ga schrijven. Ik kom iets tegen of Ik heb een zin in m’n hoofd en daar komt de rest dan van. Nadat er meer geschreven is begin ik zelf ook te snappen waar het over gaat. Het licht en donker komt denk ik omdat ik zelf nogal twee-strijdig ben. Alhoewel ik meer naar donker neig. Ik vind het belangrijk om overal over te kunnen praten. Het mag overal over gaan. Lekker menselijk.”
Voor Mary Confurius haar eigen liedjes bracht stond ze met een band op het podium andermans liedjes te spelen. Een mooie leerschool om eens kennis te maken met het 'vak'. “Vroeger heb ik een paar jaar in een hardrock coverband gezeten. Daar heb ik veel van geleerd, maar mijn eigen muziek kwam daarmee niet van de grond. Ik doe het nu alleen om m’n eigen muziek te brengen en beter te worden. Ik vind het belangrijk om mezelf te kunnen dragen, maar ik zou graag mensen ontmoeten om eens wat nummers uit te breiden. Andere instrumenten erbij. Als je op één lijn zit dan moet dat kunnen.” Wellicht dat The Spy and The Butcher op dit vlak aanknopingspunten bieden.
Het goede nieuws is verder dat binnenkort een album van Mary Confurius zal verschijnen. De zangeres bevestigt de geruchten stroom dat deze eerste ling in de maak is. “Dit klopt. Ik ben druk met nieuwe muziek afschrijven en opnemen. Wanneer het precies af zal zijn kan ik nu nog niet zeggen. Mijn persoonlijke doel met dit album is om wat interessanter te schrijven, produceren, mixen en dergelijke Ik merk in ieder geval een verschil in schrijven, de rest moet ik eerst af hebben om er een eerlijk oordeel over te geven. Als het album af is blijf ik doorschrijven en wil veel optreden. ik ben ook gek op film, dans, foto en alle kunsten en ik wil die dingen graag combineren met muziek.” Dat zal spannende projecten gaan geven in de toekomst dus.
Even terug naar The Spy and The Butcher. “Ik speel een intieme set zonder taboes,”klink het uitnodigend. Mary Confurius is erg blij met haar uitnodiging en het festival in het algemeen. “Jazeker! Nieuwe muziek moet gestimuleerd worden en zo doe je dat.”
Mary Confurius staat op 28 mei op The Spy and The Butcher in zalencentrum Melody in Emmen.
Josh Haden van Spain: “Ik denk dat iedere artiest de verantwoordelijkheid heeft zich uit te spreken tegen onrecht en ongelijkheid.”
Tekening Nate Pottker
GRONINGEN – Spain, de band van bassist, zanger en drijvende kracht Josh Haden, heeft een nieuw album uit en om dat te promoten is er nu een Europese toer die de band naar Vera in Groningen voert. Josh Haden is een muzikant die wat te vertellen heeft en een achtergrond via zijn familie in zowel de rootsmuziek als de jazz. Al bijna dertig jaar is hij als muzikant onderweg. In voorbereiding op de toernee had hij nog tijd over zijn muziek, zijn vader en Bernie Sanders praten thuis in Los Angeles en ook die stad kwam nog aan de orde. Spain doet op 9 juni tijdens een omvangrijke Europese rondgang Vera aan.
“Ik heb altijd gevoeld dat het mijn verantwoordelijkheid was om muzikant te worden. Mijn vader geloofde dat muziek de weerspiegeling was voor de strijd voor mensenrechten. Voor hem betekende muzikant zijn dat je een woordvoerder was van de strijd voor gelijke rechten. Ik had dus altijd al een grote opdracht die niet genegeerd kon en mocht worden om dit muzikale pad te volgen.” Als Josh Haden het over zijn vader heeft doelt hij op jazzlegende Charlie Haden, die twee jaar geleden helaas overleed en als contrabassist en bandleider grote invloed had. De familie Haden heeft echter nog veel oudere muzikale roots. “Veel mensen weten niet dat mijn vader stamt uit de muzikale traditie van de echte country en bluegrass van de Ozark Mountains. Hij zong al country met zijn familie op de radio toen hij pas twee en een half jaar oud was met The Haden Family. Dat zijn hele diepe wortels. Jazz kwam later. Mijn vader was zich er heel bewust van dat hij zijn kinderen hun muzikale familiegeschiedenis moest meegeven. Zijn country roots zijn ook de mijne. Mijn vader staat bekend als één van de grootste jazzvernieuwers die ooit de contrabas in handen heeft genomen. Jazz was overal in onze familie. Ik heb dus ook jazz wortels en dat hoor je ook terug in mijn muziek. Mijn vader had daarnaast een hele grote platencollectie en als klein kind deed ik al de koptelefoon op en luisterde naar verschillende platen, vaak uren achtereen. Ik kan me nog goed herinneren dat 'Revolver'van The Beatles mijn favoriet was. Luisteren naar de liedjes en ondertussen de hoes bestuderen. Er zitten dus ook nog andere persoonlijke invloeden in mijn muziek”, beschrijft Josh Haden zijn muzikale roots. Het resultaat wordt bestempeld als bleusy en jazzy Slowcore van grote schoonheid.
Spain bouwt al jaren aan de weg. Haden is geroemd om zijn songwriterschap en had al op zijn eerste plaat een klassieker met 'Spiritual'. Een nummer dat opgepikt werd door niemand minder dan Johnny Cash en na Cash door veel andere artiesten. “Ik heb niet echt een vast schrijfproces. Van mijn zus Rachel heb ik een paar jaar geleden een akoestische gitaar gekregen die zij niet meer gebruikte en ik heb mezelf wat akkoorden geleerd. Dat gebruik ik tegenwoordig om liedjes te schrijven normaliter. Daarvoor schreef ik op mijn basgitaar. Voor het nieuwe album 'Carolina' heb ik geprobeerd om een kort verhaal te schrijven bij elk lied. Dat was voor mij een hele nieuwe aanpak. Mijn liedjes kunnen overal overgaan wat ik denk dat boeiend is voor de luisteraar. Met het nieuwe album heb ik geluisterd naar mijn herinneringen en belevenissen die ik heb gehad met echte mensen en daadwerkelijke plaatsen.” Toch nog even terug naar het eerste album van Spain met 'Spiritual'. Dat nummer kent inmiddels vele uitvoeringen, want na Cash is het door meer atiesten opgepikt en uitgevoerd. “Ik heb 'Spiritual' geschreven zo rond 1991 toen ik nog op college zat en mijn nieuwe muzikale richting aan het ontdekken was. Ik wilde een country gospel song schrijven over een man die alle bruggen achter zich verbrand en in wanhoop rijkt naar iets dat groter is dan hemzelf We hebben dat liet zo'n drie jaar later opgenomen voor het debuutalbum van Spain 'Blue Moods of Spain'. De platenproducer Rick Rubin hoorde dat nummer op de radio. Rubin produceerde platen voor Johnny Cash en liet hem het lied horen. Cash vond het goed en heeft het opgenomen voor zijn album 'Unchained' uit 1996. Ik weet niet of dat nou zo'n invloed heeft gehad op Spain. Het zal allicht geholpen hebben ons een beetje te promoten, maar dat was nooit ons doel. De Carter familie is altijd goede vrienden geweest met de Hadens. Moeder Maybelle had mijn vader vaak bij haar op schoot zitten toen hij een peuter was. Cash was naturlijk getrouwd met June Carter. Voor mijn gevoel was het meer het rondmaken van een cirkel dan een promotie voor de band.”
Dat was 25 jaar geleden. Nu is er dus Caroline het nieuwe Spain album. “Het enige doel dat ik met mijn albums heb is om ze zo goed mogelijk te laten klinken. Ik denk dat ik daar in geslaagd ben met dit album. Mijn producer Kenny Lyon is erg ervaren in de studio en weet precies wat hij doet. Hij heeft geen dure uitrusting nodig. Voor het opnemen van de zang hebben we een nieuwe Russische microfoon gebruikt, een Soyuz die geweldig is. Ik denk dat deze microfoon een revolutie gaat veroorzaken in het opnemen van muziek. Iedereen die een betaalbare studio wil samenstellen kan zich deze microfoon veroorloven en albums maken die geweldig klinken.”
Een andere nu zaak is de Amerikaanse verkiezingen. Josh Haden maakt er geen geheim van dat hij een Bernie Sanders man is. “Ik steun Bernie en denk dat hij de beste keus is als Democratische kandidaat en als president. Ik heb zijn campagneteam laten weten dat ik bereid ben om te spelen op benefiet evenementen als daar belangstelling voor was, maar ik heb nooit iets terug gehoord. Ik weet zeker dat noch Bernie noch zijn staf weten wie ik ben. Als ik de gelegenheid krijg in bijvoorbeeld interviews om er iets over te zeggen dan zal ik dat niet laten. Zoals ik al zei; ik denk dat iedere artiest de verantwoordelijkheid heeft zich uit te spreken tegen onrecht en ongelijkheid.”
Josh Haden woont in Los Angeles, een stad waar hij kritisch tegenover staat, hoewel hij toch nog een positief punt ziet. “Ik ben eigenlijk geboren in New York City. Mijn familie is naar Los Angeles verhuisd toen ik zeven jaar was. Ik praat liever over New York, maar LA is mijn thuis en waar mijn familie is. De stad is erg veelomvattend en uitgestrekt. Het is een enorme stad. Het is ook een erg corrupte stad en een stad met veel daklozen. Er geen inspirerende leiders in de plaatselijke politiek. Er zijn veel egoistische mensen in deze stad, wat begrijpelijk is, want veel film en muziek bedrijven zijn hier gevestigd. Veel bands hier gaat het alleen om geld te verdienen. De meeste echte artiesten verhuizen omdat moeilijk is hier iets te creëren, alles is te oppervlakkig en nep. Maar ik zit hier vast. Het weer is wel het hele jaar mooi, das een prettig gegeven.”
Met plezier kijkt Josh Haden uit naar de komende toernee die hem door grote delen van Europa voert. “Ik hou van toeren en mijn muziek te brengen naar de mensen die er van houden en mensen die me nu nog helemaal niet kennen. 'Blue Moods'kwam uit in 1995 en er is nu een hele nieuwe generatie van muziekliefhebbers die Spain nog nooit hebben gehoord. Het is leuk om hen ermee te laten kennismaken. Het is net zo leuk om fans te ontmoeten die al vanaf het begin ons volgen en niet kunnen geloven dat we er nog steeds zijn. Ik hoop dat we recht kunnen doen aan onze liedjes tijdens de optredens”, besluit Josh Haden van Spain.
Spain staat op 9 juni op het podium bij Vera in Groningen.
Tekening Nate Pottker
GRONINGEN – Spain, de band van bassist, zanger en drijvende kracht Josh Haden, heeft een nieuw album uit en om dat te promoten is er nu een Europese toer die de band naar Vera in Groningen voert. Josh Haden is een muzikant die wat te vertellen heeft en een achtergrond via zijn familie in zowel de rootsmuziek als de jazz. Al bijna dertig jaar is hij als muzikant onderweg. In voorbereiding op de toernee had hij nog tijd over zijn muziek, zijn vader en Bernie Sanders praten thuis in Los Angeles en ook die stad kwam nog aan de orde. Spain doet op 9 juni tijdens een omvangrijke Europese rondgang Vera aan.
“Ik heb altijd gevoeld dat het mijn verantwoordelijkheid was om muzikant te worden. Mijn vader geloofde dat muziek de weerspiegeling was voor de strijd voor mensenrechten. Voor hem betekende muzikant zijn dat je een woordvoerder was van de strijd voor gelijke rechten. Ik had dus altijd al een grote opdracht die niet genegeerd kon en mocht worden om dit muzikale pad te volgen.” Als Josh Haden het over zijn vader heeft doelt hij op jazzlegende Charlie Haden, die twee jaar geleden helaas overleed en als contrabassist en bandleider grote invloed had. De familie Haden heeft echter nog veel oudere muzikale roots. “Veel mensen weten niet dat mijn vader stamt uit de muzikale traditie van de echte country en bluegrass van de Ozark Mountains. Hij zong al country met zijn familie op de radio toen hij pas twee en een half jaar oud was met The Haden Family. Dat zijn hele diepe wortels. Jazz kwam later. Mijn vader was zich er heel bewust van dat hij zijn kinderen hun muzikale familiegeschiedenis moest meegeven. Zijn country roots zijn ook de mijne. Mijn vader staat bekend als één van de grootste jazzvernieuwers die ooit de contrabas in handen heeft genomen. Jazz was overal in onze familie. Ik heb dus ook jazz wortels en dat hoor je ook terug in mijn muziek. Mijn vader had daarnaast een hele grote platencollectie en als klein kind deed ik al de koptelefoon op en luisterde naar verschillende platen, vaak uren achtereen. Ik kan me nog goed herinneren dat 'Revolver'van The Beatles mijn favoriet was. Luisteren naar de liedjes en ondertussen de hoes bestuderen. Er zitten dus ook nog andere persoonlijke invloeden in mijn muziek”, beschrijft Josh Haden zijn muzikale roots. Het resultaat wordt bestempeld als bleusy en jazzy Slowcore van grote schoonheid.
Spain bouwt al jaren aan de weg. Haden is geroemd om zijn songwriterschap en had al op zijn eerste plaat een klassieker met 'Spiritual'. Een nummer dat opgepikt werd door niemand minder dan Johnny Cash en na Cash door veel andere artiesten. “Ik heb niet echt een vast schrijfproces. Van mijn zus Rachel heb ik een paar jaar geleden een akoestische gitaar gekregen die zij niet meer gebruikte en ik heb mezelf wat akkoorden geleerd. Dat gebruik ik tegenwoordig om liedjes te schrijven normaliter. Daarvoor schreef ik op mijn basgitaar. Voor het nieuwe album 'Carolina' heb ik geprobeerd om een kort verhaal te schrijven bij elk lied. Dat was voor mij een hele nieuwe aanpak. Mijn liedjes kunnen overal overgaan wat ik denk dat boeiend is voor de luisteraar. Met het nieuwe album heb ik geluisterd naar mijn herinneringen en belevenissen die ik heb gehad met echte mensen en daadwerkelijke plaatsen.” Toch nog even terug naar het eerste album van Spain met 'Spiritual'. Dat nummer kent inmiddels vele uitvoeringen, want na Cash is het door meer atiesten opgepikt en uitgevoerd. “Ik heb 'Spiritual' geschreven zo rond 1991 toen ik nog op college zat en mijn nieuwe muzikale richting aan het ontdekken was. Ik wilde een country gospel song schrijven over een man die alle bruggen achter zich verbrand en in wanhoop rijkt naar iets dat groter is dan hemzelf We hebben dat liet zo'n drie jaar later opgenomen voor het debuutalbum van Spain 'Blue Moods of Spain'. De platenproducer Rick Rubin hoorde dat nummer op de radio. Rubin produceerde platen voor Johnny Cash en liet hem het lied horen. Cash vond het goed en heeft het opgenomen voor zijn album 'Unchained' uit 1996. Ik weet niet of dat nou zo'n invloed heeft gehad op Spain. Het zal allicht geholpen hebben ons een beetje te promoten, maar dat was nooit ons doel. De Carter familie is altijd goede vrienden geweest met de Hadens. Moeder Maybelle had mijn vader vaak bij haar op schoot zitten toen hij een peuter was. Cash was naturlijk getrouwd met June Carter. Voor mijn gevoel was het meer het rondmaken van een cirkel dan een promotie voor de band.”
Dat was 25 jaar geleden. Nu is er dus Caroline het nieuwe Spain album. “Het enige doel dat ik met mijn albums heb is om ze zo goed mogelijk te laten klinken. Ik denk dat ik daar in geslaagd ben met dit album. Mijn producer Kenny Lyon is erg ervaren in de studio en weet precies wat hij doet. Hij heeft geen dure uitrusting nodig. Voor het opnemen van de zang hebben we een nieuwe Russische microfoon gebruikt, een Soyuz die geweldig is. Ik denk dat deze microfoon een revolutie gaat veroorzaken in het opnemen van muziek. Iedereen die een betaalbare studio wil samenstellen kan zich deze microfoon veroorloven en albums maken die geweldig klinken.”
Een andere nu zaak is de Amerikaanse verkiezingen. Josh Haden maakt er geen geheim van dat hij een Bernie Sanders man is. “Ik steun Bernie en denk dat hij de beste keus is als Democratische kandidaat en als president. Ik heb zijn campagneteam laten weten dat ik bereid ben om te spelen op benefiet evenementen als daar belangstelling voor was, maar ik heb nooit iets terug gehoord. Ik weet zeker dat noch Bernie noch zijn staf weten wie ik ben. Als ik de gelegenheid krijg in bijvoorbeeld interviews om er iets over te zeggen dan zal ik dat niet laten. Zoals ik al zei; ik denk dat iedere artiest de verantwoordelijkheid heeft zich uit te spreken tegen onrecht en ongelijkheid.”
Josh Haden woont in Los Angeles, een stad waar hij kritisch tegenover staat, hoewel hij toch nog een positief punt ziet. “Ik ben eigenlijk geboren in New York City. Mijn familie is naar Los Angeles verhuisd toen ik zeven jaar was. Ik praat liever over New York, maar LA is mijn thuis en waar mijn familie is. De stad is erg veelomvattend en uitgestrekt. Het is een enorme stad. Het is ook een erg corrupte stad en een stad met veel daklozen. Er geen inspirerende leiders in de plaatselijke politiek. Er zijn veel egoistische mensen in deze stad, wat begrijpelijk is, want veel film en muziek bedrijven zijn hier gevestigd. Veel bands hier gaat het alleen om geld te verdienen. De meeste echte artiesten verhuizen omdat moeilijk is hier iets te creëren, alles is te oppervlakkig en nep. Maar ik zit hier vast. Het weer is wel het hele jaar mooi, das een prettig gegeven.”
Met plezier kijkt Josh Haden uit naar de komende toernee die hem door grote delen van Europa voert. “Ik hou van toeren en mijn muziek te brengen naar de mensen die er van houden en mensen die me nu nog helemaal niet kennen. 'Blue Moods'kwam uit in 1995 en er is nu een hele nieuwe generatie van muziekliefhebbers die Spain nog nooit hebben gehoord. Het is leuk om hen ermee te laten kennismaken. Het is net zo leuk om fans te ontmoeten die al vanaf het begin ons volgen en niet kunnen geloven dat we er nog steeds zijn. Ik hoop dat we recht kunnen doen aan onze liedjes tijdens de optredens”, besluit Josh Haden van Spain.
Spain staat op 9 juni op het podium bij Vera in Groningen.
Nieuwe omgeving doet wonderen voor Laura Stevenson
GRONINGEN – In de kelder van een hoerenhuis in een oud mijn stadje, waar tegenwoordig de mijnwerkers hebben plaatsgemaakt voor hippies nam Laura Stevenson haar nieuwe album op. Met dat nieuwe album komt ze naar Groningen in een toer waarbij de Amerikaanse nagenoeg heel Europa aan doet. Op het podium de nieuwe Laura Stevenson die voor het nieuwe album en in haar nieuwe leefomgeving haar zelfververzekerdheid terug vond. Een heel boeiende artieste die op 11 juni in Vera niet in de kelder staat, maar gewoon op het hoofdpodium.
“Ik hou er van myself in veel verschillende richtingen te pushen”, vertelt Laura Stevenson als we het hebben over hoe haar sound zich van punk en rock in de richting van de powerpop ontwikkelde. “Vaak doe ik dat met een bedoeling, maar soms komt ook iets toevallig tot stand zonder dat ik me er bewust van ben. Ik hou van heel veel verschillende soorten muziek en dat komt tot uiting in mijn liedjes. Door het spelen met een volledige band, wat ik nu al langere tijd doe, heb ik geleerd om liedjes te schrijven voor meerdere muzikanten en instrumenten. Ik kan nu liedjes zo construëren, dat ik de basgitaar en de drum kan inpassen. Ook op die manier blijft mijn muziek zich veranderen.”
Het begin van de muzikale loopbaan van Laura Stevenson ligt al veel eerder. “Ik was nog heel erg jong, maar mijn moeder zorgde ervoor dat ik al piano les had. Ik was nog heel erg klein en zat achter de piano om melodieen te spelen. Dat vond ze belangrijk. De beide ouders van mijn moeder waren muzikant en aangezien ik de enige van de vier kleinkinderen was die hun muzikaliteit had meegekregen focuste mijn moeder zich er erg op dat ik bleef spelen zelfs tot en met Highschool. Mijn laatste pianoonderwijzeres was erg duur, maar omdat ze zelf ook alleenstaande moeder was en wist dat wij ook geen geld hadden om zomaar te verbrassen gaf ze mijn moeder een goede deal. Dit zorgde er wel voor dat ik me heel erg schuldig voelde als ik niet oefende,” bekent Laura Stevenson.
Dankzij deze aanpak had Laura Stevenson al jong een stevige muzikale basis, waarop ze haar eigen weg kon gaan. “Het was een heel erg langzaam proces tot ik mij realiseerde dat ik van de muziek mijn loopbaan kon maken. In het begin schreef ik alleen maar liedjes in mijn eentje en voor mezelf. Daarna speelde ik ze wel eens voor vrienden die muzikant waren en die stimuleerden me weer om voor een groter publiek op te gaan treden, bijvoorbeeld een huisconcert of zo iets. Het was eigenlijk pas toen ik Mike, mijn huidige bassist en verloofde, ontmoette toen ik 23 was en hij me stimuleerde om mijn eerste album op te nemen dat het echt serieus werd. Ik had het geluk dat ik vrienden had die bij kleine platenlabels werkten die intresse haddden om mijn muziek te publiceren. Ik ben gewoon platen blijven maken daarna. Ik vind het vreselijk om te zeggen dat het me gewoon overkwam, maar zo gebeurde het wel. Ik had met mijn muziek nooit geen grote plannen of belangrijke doelen om na te streven, ik hou er gewoon van om liedjes te schrijven.”
Een mooi onderwerp om nog eens even dieper op in te duiken. Haar vrolijke poppydeuntjes gaan niet samen met haar donkere teksten. Een sterk contrast dat vervreemdend, maar erg mooi werkt. “Er is geen specifieke formule die ik heb om mijn liedjes te schrijven. Soms heb ik de accoorden eerst, een andere keer de melodie of is het de tekst die de melodie weer vormt. Een andere keer zijn het elementen van verschillende liedjes die samenvallen en waaruit patronen ontstaan en vocale klanken die weer woorden worden. Het gaat altijd weer op een andere manier. Verder ben ik niet een veelschrijver. Ik doe er betrekkelijk kort over om een liedje te schrijven, maar zo vaak schrijf ik niet. Ik moet niet het gevoel hebben dat ik de liedjes eruit moet persen. Als ik me niet totaal geïnspireerd voel, ga ik wat anders doen. Ik bewaar dat idee dan voor de toekomst om er nog eens op terug te komen of ik gooi het gewoon weg. Mijn onderwerpen zijn altijd in verband met iets persoonlijks. Ik kan geen fake verhaal schrijven, hoewel dat af en toe wel van pas zou komen.”
Voor haar nieuwe album verruilde Laura Stevenson het drukke New York voor de rust van Hudson Valley. Toch blijft New York een belangrijke invloedbron in haar werk en loopbaan. “Ik kom uit Long Island, een buitenwijk van New York City. In mijn jeugd reed in in een half uurtje met de trein naar Manhatten. Het was eenvoudig om met vrienden naar optredens te gaan of met mijn moeder en zus naar Broadway opvoeringen. Ik heb ook , nadat ik 20 was geworden, lang in Brooklyn gewoond en daar was je omringt met kunstenaars en artiesten. Heel veel jonge creatieve mensen. Veel van mijn liedjes die ik toen schreef gingen over isolatie en je overweldigd voelen door daar te leven. Ik verstopte mezelf in een kleine kamer van een klein appartement in plaats van er op uit te gaan en alles te beleven wat er te beleven viel. Ik ben uiteindelijk verhuist naar een plaats zo'n 140 kilometer noordelijk van Nw York City zo'n drie jaar geleden en dat heeft me erg goed gedaan. New York kan erg claustrofobisch zijn. Ik ben blij dat ik er heb gewoond, maar ben ook blij dat ik nu ergens anders woon.”
Dat ergens anders is dus in een 19de eeuws gebouw in Hudson Valley dat in de tijd dat het een cementmijn stadje was diende als het plaatselijke bordeel. De publieke dames en de mijnwerkers hebben plaatsgemaakt voor een hippiegemeenschap. In de kelder van het gebouw heeft Laura Stevenson nu een studio. “Het is een super inspirerende omgeving. We gingen naar Hudson Valley om op te nemen met Kevin McMahon, die ook gewerkt had met Frightened Rabbit en Titus Andronicus. We waren allemaal erg opgewonden en verheugd dat we mochten werken met McMahon. Gedurende de opnames in dit landelijk gebied voelde ik me zo relaxed. Het is eigenlijk vlak bij mijn familie, zodat ik ze vaak kan opzoeken, maar ook een compleet andere wereld waar ik me thuis voel.”
In deze andere wereld met een welhaast andere Laura Stevenson kwam haar nieuwe album 'Cocksure' tot stand. “Ik denk dat het goed is voor een artiest om meer zelfvertrouwen te hebben en beter in je vel te zitten. Dat houdt niet in dat ik geen twijfel meer ken, dat zal wel nooit gebeuren, maar ik heb meer de moed om mijn creativiteit verder uit te diepen. Ik ben niet meer zozeer mijn eigen censor als hiervoor. Dat is goed voor een artiest. Voor het opnemen van 'Cocksure' was het doel om gewoon een heerlijke positieve tijd in de studio te hebben. Voor de opnames heb ik heel nauw met de band samengewerkt, zodat we in de studio alles live konden spelen en het veel energie bevatte. Het moest een document worden van hoe we samen spelen. Ik ben er blij met het resultaat. Het is meer consistent als mijn vorige platen. Het vloeit beter. Er zijn maar weinig rustige momenten, maar die hebben wel veel impact. Ik ben erg trots op het album.”
Het is tijd voor de laatste voorbereidingen. Eerste vliegt Laura Stevenson naar Italië en vandaaruit doet ze Kroatië, Oostenrijk, Tjechie aan, vandaaruit gaat het via Duitsland naar Scandinavië. Vervolgens naar een optreden in Rotterdam, via Portugal naar Groot Brittanië en dan op het einde van de toer naar Amsterdam en op 11 juni Vera, waarna een intensieve maand met een optreden in Parijs en een show in Oostenrijk wordt afgesloten. “Ik ben zo opgewonden om op al die plekken te komen waar ik nog nooit ben geweest en deze nieuwe liedjes te spelen en zien hoe mensen er op reageren. Ik ben net terug van een toer door de Verenigde Staten. Dat was zo cool. Mensen zongen zelfs de minder bekende liedjes van 'Cocksure' mee. Het maakte het zo speciaal.” Het publiek in Vera is gewaarschuwd. Meezingen wordt bijzonder gewaardeerd.
Laura Stevenson treedt op 11 juni op in Vera Groningen.
GRONINGEN – In de kelder van een hoerenhuis in een oud mijn stadje, waar tegenwoordig de mijnwerkers hebben plaatsgemaakt voor hippies nam Laura Stevenson haar nieuwe album op. Met dat nieuwe album komt ze naar Groningen in een toer waarbij de Amerikaanse nagenoeg heel Europa aan doet. Op het podium de nieuwe Laura Stevenson die voor het nieuwe album en in haar nieuwe leefomgeving haar zelfververzekerdheid terug vond. Een heel boeiende artieste die op 11 juni in Vera niet in de kelder staat, maar gewoon op het hoofdpodium.
“Ik hou er van myself in veel verschillende richtingen te pushen”, vertelt Laura Stevenson als we het hebben over hoe haar sound zich van punk en rock in de richting van de powerpop ontwikkelde. “Vaak doe ik dat met een bedoeling, maar soms komt ook iets toevallig tot stand zonder dat ik me er bewust van ben. Ik hou van heel veel verschillende soorten muziek en dat komt tot uiting in mijn liedjes. Door het spelen met een volledige band, wat ik nu al langere tijd doe, heb ik geleerd om liedjes te schrijven voor meerdere muzikanten en instrumenten. Ik kan nu liedjes zo construëren, dat ik de basgitaar en de drum kan inpassen. Ook op die manier blijft mijn muziek zich veranderen.”
Het begin van de muzikale loopbaan van Laura Stevenson ligt al veel eerder. “Ik was nog heel erg jong, maar mijn moeder zorgde ervoor dat ik al piano les had. Ik was nog heel erg klein en zat achter de piano om melodieen te spelen. Dat vond ze belangrijk. De beide ouders van mijn moeder waren muzikant en aangezien ik de enige van de vier kleinkinderen was die hun muzikaliteit had meegekregen focuste mijn moeder zich er erg op dat ik bleef spelen zelfs tot en met Highschool. Mijn laatste pianoonderwijzeres was erg duur, maar omdat ze zelf ook alleenstaande moeder was en wist dat wij ook geen geld hadden om zomaar te verbrassen gaf ze mijn moeder een goede deal. Dit zorgde er wel voor dat ik me heel erg schuldig voelde als ik niet oefende,” bekent Laura Stevenson.
Dankzij deze aanpak had Laura Stevenson al jong een stevige muzikale basis, waarop ze haar eigen weg kon gaan. “Het was een heel erg langzaam proces tot ik mij realiseerde dat ik van de muziek mijn loopbaan kon maken. In het begin schreef ik alleen maar liedjes in mijn eentje en voor mezelf. Daarna speelde ik ze wel eens voor vrienden die muzikant waren en die stimuleerden me weer om voor een groter publiek op te gaan treden, bijvoorbeeld een huisconcert of zo iets. Het was eigenlijk pas toen ik Mike, mijn huidige bassist en verloofde, ontmoette toen ik 23 was en hij me stimuleerde om mijn eerste album op te nemen dat het echt serieus werd. Ik had het geluk dat ik vrienden had die bij kleine platenlabels werkten die intresse haddden om mijn muziek te publiceren. Ik ben gewoon platen blijven maken daarna. Ik vind het vreselijk om te zeggen dat het me gewoon overkwam, maar zo gebeurde het wel. Ik had met mijn muziek nooit geen grote plannen of belangrijke doelen om na te streven, ik hou er gewoon van om liedjes te schrijven.”
Een mooi onderwerp om nog eens even dieper op in te duiken. Haar vrolijke poppydeuntjes gaan niet samen met haar donkere teksten. Een sterk contrast dat vervreemdend, maar erg mooi werkt. “Er is geen specifieke formule die ik heb om mijn liedjes te schrijven. Soms heb ik de accoorden eerst, een andere keer de melodie of is het de tekst die de melodie weer vormt. Een andere keer zijn het elementen van verschillende liedjes die samenvallen en waaruit patronen ontstaan en vocale klanken die weer woorden worden. Het gaat altijd weer op een andere manier. Verder ben ik niet een veelschrijver. Ik doe er betrekkelijk kort over om een liedje te schrijven, maar zo vaak schrijf ik niet. Ik moet niet het gevoel hebben dat ik de liedjes eruit moet persen. Als ik me niet totaal geïnspireerd voel, ga ik wat anders doen. Ik bewaar dat idee dan voor de toekomst om er nog eens op terug te komen of ik gooi het gewoon weg. Mijn onderwerpen zijn altijd in verband met iets persoonlijks. Ik kan geen fake verhaal schrijven, hoewel dat af en toe wel van pas zou komen.”
Voor haar nieuwe album verruilde Laura Stevenson het drukke New York voor de rust van Hudson Valley. Toch blijft New York een belangrijke invloedbron in haar werk en loopbaan. “Ik kom uit Long Island, een buitenwijk van New York City. In mijn jeugd reed in in een half uurtje met de trein naar Manhatten. Het was eenvoudig om met vrienden naar optredens te gaan of met mijn moeder en zus naar Broadway opvoeringen. Ik heb ook , nadat ik 20 was geworden, lang in Brooklyn gewoond en daar was je omringt met kunstenaars en artiesten. Heel veel jonge creatieve mensen. Veel van mijn liedjes die ik toen schreef gingen over isolatie en je overweldigd voelen door daar te leven. Ik verstopte mezelf in een kleine kamer van een klein appartement in plaats van er op uit te gaan en alles te beleven wat er te beleven viel. Ik ben uiteindelijk verhuist naar een plaats zo'n 140 kilometer noordelijk van Nw York City zo'n drie jaar geleden en dat heeft me erg goed gedaan. New York kan erg claustrofobisch zijn. Ik ben blij dat ik er heb gewoond, maar ben ook blij dat ik nu ergens anders woon.”
Dat ergens anders is dus in een 19de eeuws gebouw in Hudson Valley dat in de tijd dat het een cementmijn stadje was diende als het plaatselijke bordeel. De publieke dames en de mijnwerkers hebben plaatsgemaakt voor een hippiegemeenschap. In de kelder van het gebouw heeft Laura Stevenson nu een studio. “Het is een super inspirerende omgeving. We gingen naar Hudson Valley om op te nemen met Kevin McMahon, die ook gewerkt had met Frightened Rabbit en Titus Andronicus. We waren allemaal erg opgewonden en verheugd dat we mochten werken met McMahon. Gedurende de opnames in dit landelijk gebied voelde ik me zo relaxed. Het is eigenlijk vlak bij mijn familie, zodat ik ze vaak kan opzoeken, maar ook een compleet andere wereld waar ik me thuis voel.”
In deze andere wereld met een welhaast andere Laura Stevenson kwam haar nieuwe album 'Cocksure' tot stand. “Ik denk dat het goed is voor een artiest om meer zelfvertrouwen te hebben en beter in je vel te zitten. Dat houdt niet in dat ik geen twijfel meer ken, dat zal wel nooit gebeuren, maar ik heb meer de moed om mijn creativiteit verder uit te diepen. Ik ben niet meer zozeer mijn eigen censor als hiervoor. Dat is goed voor een artiest. Voor het opnemen van 'Cocksure' was het doel om gewoon een heerlijke positieve tijd in de studio te hebben. Voor de opnames heb ik heel nauw met de band samengewerkt, zodat we in de studio alles live konden spelen en het veel energie bevatte. Het moest een document worden van hoe we samen spelen. Ik ben er blij met het resultaat. Het is meer consistent als mijn vorige platen. Het vloeit beter. Er zijn maar weinig rustige momenten, maar die hebben wel veel impact. Ik ben erg trots op het album.”
Het is tijd voor de laatste voorbereidingen. Eerste vliegt Laura Stevenson naar Italië en vandaaruit doet ze Kroatië, Oostenrijk, Tjechie aan, vandaaruit gaat het via Duitsland naar Scandinavië. Vervolgens naar een optreden in Rotterdam, via Portugal naar Groot Brittanië en dan op het einde van de toer naar Amsterdam en op 11 juni Vera, waarna een intensieve maand met een optreden in Parijs en een show in Oostenrijk wordt afgesloten. “Ik ben zo opgewonden om op al die plekken te komen waar ik nog nooit ben geweest en deze nieuwe liedjes te spelen en zien hoe mensen er op reageren. Ik ben net terug van een toer door de Verenigde Staten. Dat was zo cool. Mensen zongen zelfs de minder bekende liedjes van 'Cocksure' mee. Het maakte het zo speciaal.” Het publiek in Vera is gewaarschuwd. Meezingen wordt bijzonder gewaardeerd.
Laura Stevenson treedt op 11 juni op in Vera Groningen.
Henja Dijksterhuis: 'Muziek is een anker in mijn leven”
GRONINGEN – Bij het grote witte Kemkersberg gebouw in Groningen vlak bij het Sterrebos en aan de rondweg is een prachtige stadstuin aangelegd waarin de ambtenaren van DUO en de Belastingdienst een frisse neus kunnen halen of een kop koffie of hapje bij het etablissement ter plaatse. In het zonnetje, gewapend met zonnebril en watertje, zit één van Groningens meest interessante songwriters. Henja Dijksterhuis is actief in liefst drie bandjes. Flowerbox is even wat minder in beeld, maar met The Sweeter Sins staat ze dit jaar onder andere op het Art Carnivale festival en op 26 april de avond voor Koningsdag op het sterk gevulde De Knarie Open Air in Groningen en staat tevens het internationale debuut voor de deur met een optreden in Duitsland. De derde loot aan de Dijksterhuis tak is Drive-by Wedding. Na een jaar stilte is deze band ook weer volop actief. Het eerst komende optreden staat voor 23 april in Dorpshuis Garmerwolde op het programma. Volop reden om Dijksterhuis die letterlijk in het zonnetje wordt gezet ook eens aan de tand te voelen.
“Ik ben eigenlijk pas op mijn vijftiende echt met muziek begonnen”, vertelt Henja Dijksterhuis. “Op mijn vijfde pikte ik al heel snel op een traporgel een liedje op dat ik kon spelen, maar mijn ouders waren niet muzikaal en dus ben ik daar veel later mee begonnen. Ik kreeg een gitaar en heb het mezelf geleerd. Een jongen in mijn klas hielp me er bij. Al snel lerde ik van hem 'House of the Rising Sun'. Ik heb eigenlijk pas les genomen toen ik oppas was bij Heddy van der Laan. In ruil voor het oppassen kreeg ik gitaarles. Ik ben linkshandig, maar ik had een gitaar voor iemand die rechts was. Ik heb me dat aangeleerd en zou nu ook niet meer weten hoe ik linkshandig gitaar moet spelen.”
Van les en spelen voor jezelf kwam uiteindelijk toch het moment dat Henja Dijksterhuis het podium betrad. Haar eerste bandje was de meiden band Tom Boys. Op internet zweven nog wel wat filmpjes van deze roemruchte meiden met hun stevige punksound. De Tom Boys komen ten einde, waarna Henja Dijksterhuis opduikt in eveneens meidenformatie Sexy Dex waarvan onder andere de EP 'Don't Go For Second Best Baby' verschijnt. Met Carina Pops vormt de zangeres als ook deze band ter ziele gaat Flowerbox. Momenteel speelt Dijksterhuis dus in drie formaties. 'Dat zit wel in me. Kijken hoever ik kan komen met iets. Ik ben een aantal jaar geleden begonnen met het schrijven van liedjes en dan wil ik die ook voor het publiek brengen. Die ambitie zit in mij. Ik ga daar dan een stap verder dan de meeste mensen. Ik stap daar onbevangen in en kijk waar het me brengt. Ik schrijf nog niet zo heel lang mijn eigen nummers. Een paar jaar terug had ik ineens wat meer vrije tijd en toen ben ik begonnen of ik zelf ook nummers kon schrijven. Dan moet je het ook echt doen. Er echt voor gaan. Ik heb de trein aangezet en af en toe springt er iemand op of af. Ik ben heel blij met de mensen die ik nu muzikaal om me heen heb. Het zijn allemaal goede muzikanten, maar ook mensen waar ik persoonlijk goed mee kan opschieten.”
De nummers die Henja Dijksterhuis schrijft voor The Sweeter Sins of Drive-By Wedding zijn altijd persoonlijk of bijna persoonlijk. “Het gaat altijd over iets dat me persoonlijk raakt. Dat kan iets zijn wat ik zelf meemaak of voel of het verhaal van een vriend of kennis dat mij beroerd. Ik schrijf thuis achter de laptop met de gitaar op schoot. Het moet stil zijn en liefst niemand in de buurt. Je hoort wel eens dat mensen liedjes in de trein schrijven, maar dat kan ik niet. Ik doe dan meestal een spelletje op de computer. Het lawaai is er dan van binnen. Ik moet niet teveel er over nadenken, maar juist het laten komen. Een beetje oefenen en soms komt er dan een liedje uit. Het is eigenlijk heel klein waar ik over schrijf. Mijn leven! Misschien wordt het ooit nog groter? Voor Drive-By Wedding schrijf ik alle liedjes en voor The Sweeters Sins nu zo'n 80 procent en Arnold de rest, maar ik verwacht dat dit uiteindelijk zo rond de 50 procent ieder gaat uitkomen. ”
Henja Dijksterhuis zit tegenwoordig vooral in de country hoek. Een beetje toeval. Ik ben begonnen in de punk en met Flowerbox werden we beïnvloed door bleugrass. Zo kwam ik aanraking met het vroege werk van The Carter Family. Dat vond ik zo mooi. Maar ik hou ook van Fado en Hip Hop, van heel veel muziek. Bij Drive-By Wedding heeft ieder nummer toch zijn eigen muzikale inslag. Met zijn vieren vullen we de nummers verder in en soms gaat dat de country kant op, andere keer meer de rock kant. Bij een band is de muzikale kant ook erg belangrijk. The Sweeter Sins is meer country/Americana. Daar is de zang erg belangrijk. Op het moment dat Arnold en ik voor het eerst samen zongen wist ik dat het paste. In beide gevallen is de gitarist erg belangrijk voor de uiteindelijke sound.”
Groningen is niet echt een country stad, concludeert Henja Dijksterhuis. “Toch komt hier toch best veel. Vera en De Oosterpoort programeren het nog geregeld. Ik heb best veel goede acts hier gezien. Als duo kom je hier ook nog wel aan je trekken. Je bent eenvoudiger te plaatsen en niet zo duur. Als band is het moeilijker. Je moet echt wel wat extra's hebben tegenwoordig. Je ziet dat bepaalde mensen als Joost Dijkema of Hans Hannemann dat toch hebben. Daarnaast komen er buitenlandse artiesten van zo'n hoog niveau langs. Ik vind het wel een uitdaging om ook dat niveau te bereiken dat wij ook tot die acts gaan horen die sneller een plek hebben. Ik kijk nu toch ook wel naar voorprogramma plaatsen. Dat is toch een mooie gelegenheid om je in de kijker te spelen. Ik word altijd heel blij als we lekker in de oefenruimte bezig zijn en een nummer hoor je beter worden en meer bijelkaar komen, maar optreden en het delen met het publiek moet ook. Als je daarna van het podium afstapt en iemand geeft je spontaan een zoen, omdat hij zo geraakt is door een nummer. Dat is geweldig.”
Voor zowel Drive-By Wedding als The Sweeter Sins kan Henja Dijksterhuis opname plannen aankondigen. “Met Drive-By Wedding zijn we net klaar. We hebben een single opgenomen die in september waarschijnlijk gaat uitkomen. Er zullen vier nummers opstaan. Twee country nummers en twee wat meer rock nummers. Met The Sweeter Sins gaan we deze week nog opnemen. Eens kijken wat we dan uit onze liedjes kunnen halen. Die opnames zijn in eerste instantie vooral bedoeld om aan belangstellenden te laten horen wat ze in huis halen. Veel bands zijn daar niet mee bezig, maar ik vind het belangrijk dat we ook mooi promotiemateriaal hebben wat een goed beeld geeft.”
“Er komt nog veel meer”, lacht Henja Dijksterhuis bij de afronding van het gesprek. Prompt is de zon even weg. De zonnebril komt af en even is er die intense blik die de zangeres ook vaak op het podium heeft. “Onze muziek raakt mensen. Dat doet wat met mij. We willen mensen een mooi optreden bieden. Muziek is gewoon belangrijk voor me Ik ben blij dat ik het heb. Het is een anker in mijn leven. Het maakt er een heel groot onderdeel van uit.”
Drive-By Wedding staat op 23 april in Dorpshuis Garmerwolde.
The Sweeter Sins treden op tijdens De Knarie Open Air op 26 april.
GRONINGEN – Bij het grote witte Kemkersberg gebouw in Groningen vlak bij het Sterrebos en aan de rondweg is een prachtige stadstuin aangelegd waarin de ambtenaren van DUO en de Belastingdienst een frisse neus kunnen halen of een kop koffie of hapje bij het etablissement ter plaatse. In het zonnetje, gewapend met zonnebril en watertje, zit één van Groningens meest interessante songwriters. Henja Dijksterhuis is actief in liefst drie bandjes. Flowerbox is even wat minder in beeld, maar met The Sweeter Sins staat ze dit jaar onder andere op het Art Carnivale festival en op 26 april de avond voor Koningsdag op het sterk gevulde De Knarie Open Air in Groningen en staat tevens het internationale debuut voor de deur met een optreden in Duitsland. De derde loot aan de Dijksterhuis tak is Drive-by Wedding. Na een jaar stilte is deze band ook weer volop actief. Het eerst komende optreden staat voor 23 april in Dorpshuis Garmerwolde op het programma. Volop reden om Dijksterhuis die letterlijk in het zonnetje wordt gezet ook eens aan de tand te voelen.
“Ik ben eigenlijk pas op mijn vijftiende echt met muziek begonnen”, vertelt Henja Dijksterhuis. “Op mijn vijfde pikte ik al heel snel op een traporgel een liedje op dat ik kon spelen, maar mijn ouders waren niet muzikaal en dus ben ik daar veel later mee begonnen. Ik kreeg een gitaar en heb het mezelf geleerd. Een jongen in mijn klas hielp me er bij. Al snel lerde ik van hem 'House of the Rising Sun'. Ik heb eigenlijk pas les genomen toen ik oppas was bij Heddy van der Laan. In ruil voor het oppassen kreeg ik gitaarles. Ik ben linkshandig, maar ik had een gitaar voor iemand die rechts was. Ik heb me dat aangeleerd en zou nu ook niet meer weten hoe ik linkshandig gitaar moet spelen.”
Van les en spelen voor jezelf kwam uiteindelijk toch het moment dat Henja Dijksterhuis het podium betrad. Haar eerste bandje was de meiden band Tom Boys. Op internet zweven nog wel wat filmpjes van deze roemruchte meiden met hun stevige punksound. De Tom Boys komen ten einde, waarna Henja Dijksterhuis opduikt in eveneens meidenformatie Sexy Dex waarvan onder andere de EP 'Don't Go For Second Best Baby' verschijnt. Met Carina Pops vormt de zangeres als ook deze band ter ziele gaat Flowerbox. Momenteel speelt Dijksterhuis dus in drie formaties. 'Dat zit wel in me. Kijken hoever ik kan komen met iets. Ik ben een aantal jaar geleden begonnen met het schrijven van liedjes en dan wil ik die ook voor het publiek brengen. Die ambitie zit in mij. Ik ga daar dan een stap verder dan de meeste mensen. Ik stap daar onbevangen in en kijk waar het me brengt. Ik schrijf nog niet zo heel lang mijn eigen nummers. Een paar jaar terug had ik ineens wat meer vrije tijd en toen ben ik begonnen of ik zelf ook nummers kon schrijven. Dan moet je het ook echt doen. Er echt voor gaan. Ik heb de trein aangezet en af en toe springt er iemand op of af. Ik ben heel blij met de mensen die ik nu muzikaal om me heen heb. Het zijn allemaal goede muzikanten, maar ook mensen waar ik persoonlijk goed mee kan opschieten.”
De nummers die Henja Dijksterhuis schrijft voor The Sweeter Sins of Drive-By Wedding zijn altijd persoonlijk of bijna persoonlijk. “Het gaat altijd over iets dat me persoonlijk raakt. Dat kan iets zijn wat ik zelf meemaak of voel of het verhaal van een vriend of kennis dat mij beroerd. Ik schrijf thuis achter de laptop met de gitaar op schoot. Het moet stil zijn en liefst niemand in de buurt. Je hoort wel eens dat mensen liedjes in de trein schrijven, maar dat kan ik niet. Ik doe dan meestal een spelletje op de computer. Het lawaai is er dan van binnen. Ik moet niet teveel er over nadenken, maar juist het laten komen. Een beetje oefenen en soms komt er dan een liedje uit. Het is eigenlijk heel klein waar ik over schrijf. Mijn leven! Misschien wordt het ooit nog groter? Voor Drive-By Wedding schrijf ik alle liedjes en voor The Sweeters Sins nu zo'n 80 procent en Arnold de rest, maar ik verwacht dat dit uiteindelijk zo rond de 50 procent ieder gaat uitkomen. ”
Henja Dijksterhuis zit tegenwoordig vooral in de country hoek. Een beetje toeval. Ik ben begonnen in de punk en met Flowerbox werden we beïnvloed door bleugrass. Zo kwam ik aanraking met het vroege werk van The Carter Family. Dat vond ik zo mooi. Maar ik hou ook van Fado en Hip Hop, van heel veel muziek. Bij Drive-By Wedding heeft ieder nummer toch zijn eigen muzikale inslag. Met zijn vieren vullen we de nummers verder in en soms gaat dat de country kant op, andere keer meer de rock kant. Bij een band is de muzikale kant ook erg belangrijk. The Sweeter Sins is meer country/Americana. Daar is de zang erg belangrijk. Op het moment dat Arnold en ik voor het eerst samen zongen wist ik dat het paste. In beide gevallen is de gitarist erg belangrijk voor de uiteindelijke sound.”
Groningen is niet echt een country stad, concludeert Henja Dijksterhuis. “Toch komt hier toch best veel. Vera en De Oosterpoort programeren het nog geregeld. Ik heb best veel goede acts hier gezien. Als duo kom je hier ook nog wel aan je trekken. Je bent eenvoudiger te plaatsen en niet zo duur. Als band is het moeilijker. Je moet echt wel wat extra's hebben tegenwoordig. Je ziet dat bepaalde mensen als Joost Dijkema of Hans Hannemann dat toch hebben. Daarnaast komen er buitenlandse artiesten van zo'n hoog niveau langs. Ik vind het wel een uitdaging om ook dat niveau te bereiken dat wij ook tot die acts gaan horen die sneller een plek hebben. Ik kijk nu toch ook wel naar voorprogramma plaatsen. Dat is toch een mooie gelegenheid om je in de kijker te spelen. Ik word altijd heel blij als we lekker in de oefenruimte bezig zijn en een nummer hoor je beter worden en meer bijelkaar komen, maar optreden en het delen met het publiek moet ook. Als je daarna van het podium afstapt en iemand geeft je spontaan een zoen, omdat hij zo geraakt is door een nummer. Dat is geweldig.”
Voor zowel Drive-By Wedding als The Sweeter Sins kan Henja Dijksterhuis opname plannen aankondigen. “Met Drive-By Wedding zijn we net klaar. We hebben een single opgenomen die in september waarschijnlijk gaat uitkomen. Er zullen vier nummers opstaan. Twee country nummers en twee wat meer rock nummers. Met The Sweeter Sins gaan we deze week nog opnemen. Eens kijken wat we dan uit onze liedjes kunnen halen. Die opnames zijn in eerste instantie vooral bedoeld om aan belangstellenden te laten horen wat ze in huis halen. Veel bands zijn daar niet mee bezig, maar ik vind het belangrijk dat we ook mooi promotiemateriaal hebben wat een goed beeld geeft.”
“Er komt nog veel meer”, lacht Henja Dijksterhuis bij de afronding van het gesprek. Prompt is de zon even weg. De zonnebril komt af en even is er die intense blik die de zangeres ook vaak op het podium heeft. “Onze muziek raakt mensen. Dat doet wat met mij. We willen mensen een mooi optreden bieden. Muziek is gewoon belangrijk voor me Ik ben blij dat ik het heb. Het is een anker in mijn leven. Het maakt er een heel groot onderdeel van uit.”
Drive-By Wedding staat op 23 april in Dorpshuis Garmerwolde.
The Sweeter Sins treden op tijdens De Knarie Open Air op 26 april.
JT Nero van Birds of Chicago: “Ik was een Hip Hop Kid en deed of ik andere muziek haatte”
GRONINGEN – Het album van de Birds of Chicago 'Real Midnight' bereikte in de zeer kritisch samengestelde EuroAmericana chart direct de eerste plaats. Het is dan ook een prachtig album geworden. JT Nero en Allison Russell hebben beide een rijk muzikaal leven achter zich en als de voortekenen zich niet bedriegen ook nog een zeer veelbelovende toekomst. Het duo komt naar Europa ter promotie van Real Midnight en staat onder andere op de Rhythm & Blues Night op 30 april in De Oosterpoort in Groningen. In Chicago spreken we met JT Nero die mede namens Allison Russel het woord doet over de komende trip en hun muzikale plannen.
“Als jongere - tot een jaar of 16 ongeveer - was ik een Hip Hop Kid en deed ik of ik alle andere muziek haatte”, bekent JT Nero direct. “Aan het einde van de jaren 80 en het begin van de jaren 90 van de vorige eeuw was Hip Hop de protest muziek die voorhanden was en dat rebelse sprak me erg aan.” De opstandige tiener die naar hip hoppers als LL Cool J, Tupac Shakur Wu Tang Clan en zich daarmee afzette tegen het gezag had ook een heel andere en toen verborgen kant. Buiten de deur de stoere hip hopper, maar binnenshuis luisterde Nero heel andere muziek. “Gelukkig hadden mijn ouders een heel grote platencollectie. Ik luisterde naar al die platen van Motown en Stax. Allerlei Soul dingen en ik combineerde dat met oude country platen, blues en classic rock. Dat druppelde zo in mijn onderbewustzijn en bleef daar steken.”
Met al die muzikale stromingen in zijn onderbewustzijn is Chicago een mooie stad om muzikaal op te groeien. Een echte ratjetoe van mensen met verschillende achtergronden. “Chicago's muzikale gemeenschap is net zoals zijn demografische opbouw, een snelkookpan gevuld met mensen van verschillende nationalteiten, achtergronden en tradities. Mensen zien Chicago vaak als een stad van de Blues. Dat klopt ook, maar het is nooit statisch, het veranderd steeds. Als een stad is het een 'God-awful place' maar ook een geweldige stad tegelijkertijd. Er is altijd die dynamiek en dat maakt het voor mij als schrijver een boeiende stad.”
Uiteindelijk werd JT Nero één van de motoren van JT and the Clouds en kwam hij in aanraking met de Canadese Po' Girl waarin Allison Russell speelde. “Het project Birds of Chicago is de vervolmaking van een jarenlange wederzijdse waardering tussen Alli en de bands waarin ik speelde. Vanaf de de eerste keer dat Alli en ik samenzongen, en we realiseerden ons dat nog helemaal niet, is de weg ingeslagen die uiteindelijk zou leiden tot Birds of Chicago. Weliswaar zijn JT and the Clouds en de Po' Girl op dit moment niet actief, maar de mensen die daar bij hoorden staan nog steeds in het hart van onze muziek. Alle kernleden van JT and the Clouds zijn nu onderdeel van Birds of Chicago. Alli's partner van Po' Girl, Awna Teixeira heeft net een week vol shows geopend met eerst een soloset voor Birds of Chicago en daarna met ons meegespeeld. Veel van onze leden hebben op het fantastische solo album van Awna meegespeeld. Het is in alle opzichten nog een echte en hechte familie.”
Wat opvalt zijn prachtige liedjes als Dim Star of the Palisades, Real Midnight, Barley en The Good Fight. Kundig geschreven en erg aansprekend. Wat is het geheim darachter. Heeft JT Nero een blauwdruk liggen? Hij kijkt bedenkelijk. “Ik probeer dat juist te vermijden en het schrijven van een liedje niet te gebruiken als een thesis of verhandeling of iets dergelijks. Ik bedenk van te voren geen ondewerp waar een liedje over moet gaan. Ik probeer juist veel meer gevoelens en momenten te pakken. Geesten en herinneringen te visualiseren en dat aan elkaar te rijgen tot het voor mij emotioneel betekenis krijgt.” Die liedjes hebben hun plek gekregen op het nieuwe album. Dat album had wel een duidelijk doel. “We wilden het heden voor ons vastleggen. Het maken van een album is geen eenvoudige zaak. Het is vaak een weg vol valkuilen om de essentiële grote emoties als blijdschap en verdriet die de drijfkracht onder de muziek zijn vast te leggen. Het werken met onze producer Joe Henry was een geschenk uit de hemel wat dat betreft. Hij creërt een atmosfeer
en weet die ook vast te houden waarin je je als artiest ontzettend relaxed voelt en verbonden met de redenen waarom je de liedjes in de eerste plaats schreef. Iedereen die wel eens in een studio heeft opgenomen weet dat dit aspect eenvoudiger gezegd dan gedaan is”, complimenteert Nero zijn producer.
Het bruggetje naar Nederland is snel gevonden in de titel 'Kinderspel'. Eén van de allermooiste liedjes van 'Real Midnight' heeft deze Nederlandse titel. “Nadat hun nummer af was, hebben we het voor het eerst voor een publiek gespeeld in Nederland. We hadden nog niet eens een naam bedacht en vroegen aan het publiek in Meneer Frits in Eindhoven of zij suggesties hadden. Iemand riep Kinderspel en dat bleef hangen.” JT Nero en Allison Russell kijken er naar uit om terug naar Nederland te komen met hun nieuwe album en mooie concerten als in Paradiso, mijnheer Frits en uiteraard de Rhythm & Blues night in De Oosterpoort in Groningen voor de boeg. “Het zingen van deze liedjes is wat ons op de been houdt en zorgt dat we niet gek worden. Nederlanders zijn erg gepassioneerd over hun muziek”, besluit JT Nero. “We kijken uit om weer die speciale band te ervaren die we hebben met jullie Nederlanders.”
Birds of Chicago staat op 30 april in De Oosterpoort tijdens Rhythm & Blues Night.
GRONINGEN – Het album van de Birds of Chicago 'Real Midnight' bereikte in de zeer kritisch samengestelde EuroAmericana chart direct de eerste plaats. Het is dan ook een prachtig album geworden. JT Nero en Allison Russell hebben beide een rijk muzikaal leven achter zich en als de voortekenen zich niet bedriegen ook nog een zeer veelbelovende toekomst. Het duo komt naar Europa ter promotie van Real Midnight en staat onder andere op de Rhythm & Blues Night op 30 april in De Oosterpoort in Groningen. In Chicago spreken we met JT Nero die mede namens Allison Russel het woord doet over de komende trip en hun muzikale plannen.
“Als jongere - tot een jaar of 16 ongeveer - was ik een Hip Hop Kid en deed ik of ik alle andere muziek haatte”, bekent JT Nero direct. “Aan het einde van de jaren 80 en het begin van de jaren 90 van de vorige eeuw was Hip Hop de protest muziek die voorhanden was en dat rebelse sprak me erg aan.” De opstandige tiener die naar hip hoppers als LL Cool J, Tupac Shakur Wu Tang Clan en zich daarmee afzette tegen het gezag had ook een heel andere en toen verborgen kant. Buiten de deur de stoere hip hopper, maar binnenshuis luisterde Nero heel andere muziek. “Gelukkig hadden mijn ouders een heel grote platencollectie. Ik luisterde naar al die platen van Motown en Stax. Allerlei Soul dingen en ik combineerde dat met oude country platen, blues en classic rock. Dat druppelde zo in mijn onderbewustzijn en bleef daar steken.”
Met al die muzikale stromingen in zijn onderbewustzijn is Chicago een mooie stad om muzikaal op te groeien. Een echte ratjetoe van mensen met verschillende achtergronden. “Chicago's muzikale gemeenschap is net zoals zijn demografische opbouw, een snelkookpan gevuld met mensen van verschillende nationalteiten, achtergronden en tradities. Mensen zien Chicago vaak als een stad van de Blues. Dat klopt ook, maar het is nooit statisch, het veranderd steeds. Als een stad is het een 'God-awful place' maar ook een geweldige stad tegelijkertijd. Er is altijd die dynamiek en dat maakt het voor mij als schrijver een boeiende stad.”
Uiteindelijk werd JT Nero één van de motoren van JT and the Clouds en kwam hij in aanraking met de Canadese Po' Girl waarin Allison Russell speelde. “Het project Birds of Chicago is de vervolmaking van een jarenlange wederzijdse waardering tussen Alli en de bands waarin ik speelde. Vanaf de de eerste keer dat Alli en ik samenzongen, en we realiseerden ons dat nog helemaal niet, is de weg ingeslagen die uiteindelijk zou leiden tot Birds of Chicago. Weliswaar zijn JT and the Clouds en de Po' Girl op dit moment niet actief, maar de mensen die daar bij hoorden staan nog steeds in het hart van onze muziek. Alle kernleden van JT and the Clouds zijn nu onderdeel van Birds of Chicago. Alli's partner van Po' Girl, Awna Teixeira heeft net een week vol shows geopend met eerst een soloset voor Birds of Chicago en daarna met ons meegespeeld. Veel van onze leden hebben op het fantastische solo album van Awna meegespeeld. Het is in alle opzichten nog een echte en hechte familie.”
Wat opvalt zijn prachtige liedjes als Dim Star of the Palisades, Real Midnight, Barley en The Good Fight. Kundig geschreven en erg aansprekend. Wat is het geheim darachter. Heeft JT Nero een blauwdruk liggen? Hij kijkt bedenkelijk. “Ik probeer dat juist te vermijden en het schrijven van een liedje niet te gebruiken als een thesis of verhandeling of iets dergelijks. Ik bedenk van te voren geen ondewerp waar een liedje over moet gaan. Ik probeer juist veel meer gevoelens en momenten te pakken. Geesten en herinneringen te visualiseren en dat aan elkaar te rijgen tot het voor mij emotioneel betekenis krijgt.” Die liedjes hebben hun plek gekregen op het nieuwe album. Dat album had wel een duidelijk doel. “We wilden het heden voor ons vastleggen. Het maken van een album is geen eenvoudige zaak. Het is vaak een weg vol valkuilen om de essentiële grote emoties als blijdschap en verdriet die de drijfkracht onder de muziek zijn vast te leggen. Het werken met onze producer Joe Henry was een geschenk uit de hemel wat dat betreft. Hij creërt een atmosfeer
en weet die ook vast te houden waarin je je als artiest ontzettend relaxed voelt en verbonden met de redenen waarom je de liedjes in de eerste plaats schreef. Iedereen die wel eens in een studio heeft opgenomen weet dat dit aspect eenvoudiger gezegd dan gedaan is”, complimenteert Nero zijn producer.
Het bruggetje naar Nederland is snel gevonden in de titel 'Kinderspel'. Eén van de allermooiste liedjes van 'Real Midnight' heeft deze Nederlandse titel. “Nadat hun nummer af was, hebben we het voor het eerst voor een publiek gespeeld in Nederland. We hadden nog niet eens een naam bedacht en vroegen aan het publiek in Meneer Frits in Eindhoven of zij suggesties hadden. Iemand riep Kinderspel en dat bleef hangen.” JT Nero en Allison Russell kijken er naar uit om terug naar Nederland te komen met hun nieuwe album en mooie concerten als in Paradiso, mijnheer Frits en uiteraard de Rhythm & Blues night in De Oosterpoort in Groningen voor de boeg. “Het zingen van deze liedjes is wat ons op de been houdt en zorgt dat we niet gek worden. Nederlanders zijn erg gepassioneerd over hun muziek”, besluit JT Nero. “We kijken uit om weer die speciale band te ervaren die we hebben met jullie Nederlanders.”
Birds of Chicago staat op 30 april in De Oosterpoort tijdens Rhythm & Blues Night.
Teresa Storch: “Ik hou van mijn leven!”
STEENDAM – Regelmatig was Teresa Storch al in Europa. In Tjechië vooral waar haar grootouders werden geboren. Meerdere keren deed de zangeres Praag aan, de prachtige stad aan de Moldau. In haar studietijd was ze ook al eens in Amsterdam en ook andere landen in ons oude continent deed de Amerikaanse zangeres al aan. Nog nooit als artiest kwam ze over de Atlantische Oceaan. Optreden deed ze nog nooit in Europa. Daar komt nu verandering in. Met een toernee door Groot Brittanië, Ierland, IJsland en Nederland laat Storch zich nu ook hier gelden als artiest. Een eerste voorafje is er in het radio programma van Thomas Kaldijk in Veendam, maar op 22 mei staat Teresa Storch op het podium van Peter & Leni in Steendam.
“Ik hoor dat er heel veel mensen zijn die van Americana muziek houden en het intensief volgen”, kijkt Teresa Storch vooruit als we haar spreken thuis in Longmont Colorado. “Daar maak ik me geen zorgen om, Ik ben er helemaal klaar voor om al die leuke en verbazingwekkende mensen te ontmoeten die vast en zeker op mijn pad komen en ik nu nog niet ken. Ik sta open voor de ervaringen die gaan komen. Ik hou van mijn leven,” jubelt Teresa Storch bij de voorpret.
Dat Teresa Storch uiteindelijk artiest is geworden, dat lag helemaal niet voor de hand. Uiteindelijk bleek het toch haar roeping. “Als kind hield ik al van optreden”, lacht Teresa Storch. “Dat kon van alles zijn. Ik zong, ik danste, ik speelde in het plaatselijke kindertheater. Ik studeerde een beetje piano, had wat gitaarles, maar dansen was mijn grote passie. Ik ben ballet gaan doen en trad op met het Ballet Omaha en het Boulder Ballet. Dat ik ook liedjes wilde schrijven openbaarde zich pas tijdens mijn studie tijd. Zoals sommige kindjes gedichtjes schrijven in hun schrift, zo betrapte ik mezelf er op dat ik songteksten schreef in mijn aantekeningen tijdens college. Rond die tijd was ik al absoluut verslaafd aan het bezoeken van optredens. Veel grote acts heb ik gezien, zoals Indigo Girls, Pearl Jam en de Dave Matthews Band. Mijn Americana gevoel is langzaam en op natuurlijke wijze gegroeid. Ik haal mijn invloeden uit veel verschillende genre's als soul, jazz, blues en folk, maar het schrijven van mijn liedjes is altijd gebaseerd op het vertellen van verhalen en dat is intrinsiek Americana. Mijn doel is om mijn liedjes zo te schrijven dat ik met mensen een verbinding kan smeden op een diep emotioneel niveau. Americana is het genre dat de tekst en het verhaal voorop stelt, die zijn er om beluisterd te worden.”
Na het ballet was het haar studie Toegepaste Fysica op de Colorado School of Mines die haar levenspad leek te bepalen. Het liep anders. “Ik hou er nog steeds van om te lezen en te leren over Fysica. Ik had echter al snel in de smiezen dat fysica en onderzoek daarnaar me te weinig bevrediging gaven. Mijn tijd in het laboratorium werd meestal onbewust gevuld met het schrijven van liedteksten en het zingen voor mezelf. Mijn hele leven stond toch in het teken van optreden. Dat was wat ik wilde. Op het moment dat ik stopte als balletdanseres, werd muziek mijn optreeduitlaatklep. Ik ontdekte dat ik het geweldig vond.” Teresa Storch blijkt keer op keer iemand van de grote emotie. Iets dat duidelijk terug komt in haar liedjes. “In de meeste gevallen schrijf ik een liedje als iets of iemand mij diep raakt. Dat kan iets zijn wat ik zelf meemaak of een verhaal van iemand anders. Soms is het ook gewoon een gedachte of een onderwerp die ik in mijn hoofd probeer te bevatten en begrijpen. Het schrijven van liedjes helpt mij om de wereld om me heen te verwerken. Als ik terug grijp op mijn fysica achtergrond. Ik ben die studie begonnen om te doorgronden hoe de wereld werkt. Ik schrijf liedjes om dat ik wereld wil begrijpen en om mijn plaats in het grotere geheel te bepalen.”
Teresa Storch groeide op in Omaha. “Een geweldige stad. Ik ben er groot geworden. Muzikaal heb ik er nooit iets gedaan. Dat is begonnen toen ik in Boston woonde. Daar woont mijn muzikale familie. Ik was software ontwerper toen en zodra ik een baantje had, lagen de ontslagpapieren als het ware ook alweer klaar. Dat was in het begin van deze eeuw als gevolg van de 'Dot Com Bust'. Ik begon te spelen en op te treden in de metro stations en op Harvard Square in Cambridge, MA. Dat gaf me een doel in het leven en een reden om 's morgens mijn bed uit te komen. En ik verdiende een centje bij. Mijn loopbaan is eigenlijk van daaruit gegroeid. Ik had nooit verwacht dat ik van de muziek zou kunnen leven. Ik woon nu in Longmont, Colorado omdat ik graag dichter bij mijn familie wil wonen en vooral mijn kleine neefjes en nichtjes. Familie werd steeds belangrijker voor me in de jaren dat ik constant op toernee was in de Verenigde Staten.
Vaak publiceert Teresa Storch niet een album. Er zit steeds een behoorlijke periode tussen. In 2002 kwam 'Muscle Memory' uit en in 2008 'Stream of Concrete'. Haar laatste album zag in 2014 het levenslicht. Dat was 'Come Clean' “Ik wilde op 'Come Clean' me meer focusen op het schrijven van de liedjes. De andere albums zijn een beetje ongepolijster dan dit laatste album. Ik heb geen haast gemaakt, geen druk er op gezet omdat er wat moest verschijnen. Geen agenda. Ik wilde alleen deze liedjes opnemen en 'put these songs out there”, zoals Amerikanen dat zo mooi kunnen uitdrukken. “Ik hoop dat ze aanslaan bij de mensen en dat die zich er aan kunnen relateren. Ik ben erg blij met de geweldige respons die ik er op heb gehad. Ik ben aan het nadenken over een nieuw album. Er zijn al wat liedjes klaar om te worden opgenomen, maar nog geen plannen om dat te doen”, besluit Teresa Storch. Des te meer reden om ze live te komen beluisteren.
Op 22 mei staat Teresa Storch bij Peter & Leni in Steendam op het podium.
STEENDAM – Regelmatig was Teresa Storch al in Europa. In Tjechië vooral waar haar grootouders werden geboren. Meerdere keren deed de zangeres Praag aan, de prachtige stad aan de Moldau. In haar studietijd was ze ook al eens in Amsterdam en ook andere landen in ons oude continent deed de Amerikaanse zangeres al aan. Nog nooit als artiest kwam ze over de Atlantische Oceaan. Optreden deed ze nog nooit in Europa. Daar komt nu verandering in. Met een toernee door Groot Brittanië, Ierland, IJsland en Nederland laat Storch zich nu ook hier gelden als artiest. Een eerste voorafje is er in het radio programma van Thomas Kaldijk in Veendam, maar op 22 mei staat Teresa Storch op het podium van Peter & Leni in Steendam.
“Ik hoor dat er heel veel mensen zijn die van Americana muziek houden en het intensief volgen”, kijkt Teresa Storch vooruit als we haar spreken thuis in Longmont Colorado. “Daar maak ik me geen zorgen om, Ik ben er helemaal klaar voor om al die leuke en verbazingwekkende mensen te ontmoeten die vast en zeker op mijn pad komen en ik nu nog niet ken. Ik sta open voor de ervaringen die gaan komen. Ik hou van mijn leven,” jubelt Teresa Storch bij de voorpret.
Dat Teresa Storch uiteindelijk artiest is geworden, dat lag helemaal niet voor de hand. Uiteindelijk bleek het toch haar roeping. “Als kind hield ik al van optreden”, lacht Teresa Storch. “Dat kon van alles zijn. Ik zong, ik danste, ik speelde in het plaatselijke kindertheater. Ik studeerde een beetje piano, had wat gitaarles, maar dansen was mijn grote passie. Ik ben ballet gaan doen en trad op met het Ballet Omaha en het Boulder Ballet. Dat ik ook liedjes wilde schrijven openbaarde zich pas tijdens mijn studie tijd. Zoals sommige kindjes gedichtjes schrijven in hun schrift, zo betrapte ik mezelf er op dat ik songteksten schreef in mijn aantekeningen tijdens college. Rond die tijd was ik al absoluut verslaafd aan het bezoeken van optredens. Veel grote acts heb ik gezien, zoals Indigo Girls, Pearl Jam en de Dave Matthews Band. Mijn Americana gevoel is langzaam en op natuurlijke wijze gegroeid. Ik haal mijn invloeden uit veel verschillende genre's als soul, jazz, blues en folk, maar het schrijven van mijn liedjes is altijd gebaseerd op het vertellen van verhalen en dat is intrinsiek Americana. Mijn doel is om mijn liedjes zo te schrijven dat ik met mensen een verbinding kan smeden op een diep emotioneel niveau. Americana is het genre dat de tekst en het verhaal voorop stelt, die zijn er om beluisterd te worden.”
Na het ballet was het haar studie Toegepaste Fysica op de Colorado School of Mines die haar levenspad leek te bepalen. Het liep anders. “Ik hou er nog steeds van om te lezen en te leren over Fysica. Ik had echter al snel in de smiezen dat fysica en onderzoek daarnaar me te weinig bevrediging gaven. Mijn tijd in het laboratorium werd meestal onbewust gevuld met het schrijven van liedteksten en het zingen voor mezelf. Mijn hele leven stond toch in het teken van optreden. Dat was wat ik wilde. Op het moment dat ik stopte als balletdanseres, werd muziek mijn optreeduitlaatklep. Ik ontdekte dat ik het geweldig vond.” Teresa Storch blijkt keer op keer iemand van de grote emotie. Iets dat duidelijk terug komt in haar liedjes. “In de meeste gevallen schrijf ik een liedje als iets of iemand mij diep raakt. Dat kan iets zijn wat ik zelf meemaak of een verhaal van iemand anders. Soms is het ook gewoon een gedachte of een onderwerp die ik in mijn hoofd probeer te bevatten en begrijpen. Het schrijven van liedjes helpt mij om de wereld om me heen te verwerken. Als ik terug grijp op mijn fysica achtergrond. Ik ben die studie begonnen om te doorgronden hoe de wereld werkt. Ik schrijf liedjes om dat ik wereld wil begrijpen en om mijn plaats in het grotere geheel te bepalen.”
Teresa Storch groeide op in Omaha. “Een geweldige stad. Ik ben er groot geworden. Muzikaal heb ik er nooit iets gedaan. Dat is begonnen toen ik in Boston woonde. Daar woont mijn muzikale familie. Ik was software ontwerper toen en zodra ik een baantje had, lagen de ontslagpapieren als het ware ook alweer klaar. Dat was in het begin van deze eeuw als gevolg van de 'Dot Com Bust'. Ik begon te spelen en op te treden in de metro stations en op Harvard Square in Cambridge, MA. Dat gaf me een doel in het leven en een reden om 's morgens mijn bed uit te komen. En ik verdiende een centje bij. Mijn loopbaan is eigenlijk van daaruit gegroeid. Ik had nooit verwacht dat ik van de muziek zou kunnen leven. Ik woon nu in Longmont, Colorado omdat ik graag dichter bij mijn familie wil wonen en vooral mijn kleine neefjes en nichtjes. Familie werd steeds belangrijker voor me in de jaren dat ik constant op toernee was in de Verenigde Staten.
Vaak publiceert Teresa Storch niet een album. Er zit steeds een behoorlijke periode tussen. In 2002 kwam 'Muscle Memory' uit en in 2008 'Stream of Concrete'. Haar laatste album zag in 2014 het levenslicht. Dat was 'Come Clean' “Ik wilde op 'Come Clean' me meer focusen op het schrijven van de liedjes. De andere albums zijn een beetje ongepolijster dan dit laatste album. Ik heb geen haast gemaakt, geen druk er op gezet omdat er wat moest verschijnen. Geen agenda. Ik wilde alleen deze liedjes opnemen en 'put these songs out there”, zoals Amerikanen dat zo mooi kunnen uitdrukken. “Ik hoop dat ze aanslaan bij de mensen en dat die zich er aan kunnen relateren. Ik ben erg blij met de geweldige respons die ik er op heb gehad. Ik ben aan het nadenken over een nieuw album. Er zijn al wat liedjes klaar om te worden opgenomen, maar nog geen plannen om dat te doen”, besluit Teresa Storch. Des te meer reden om ze live te komen beluisteren.
Op 22 mei staat Teresa Storch bij Peter & Leni in Steendam op het podium.
David Corley komt terug
GRONINGEN – Het was een moment dat iedereen die er bij was waarschijnlijk voor het leven op het netvlies zal blijven staan. David Corley op het Take Root festival gaf een optreden dat passanten deed stilstaan en luisteren. Vlak voor het einde kloeg hij dat het warm was. Hij knielde en viel om met een hartaanval. Zijn leven werd op het podium gered en nu meer dan een half jaar later komt de Amerikaan terug naar de plek waar zijn laatste optreden in Europa eindigde voor de Rhythm & Blues Night in De Oosterpoort op 30 april in Groningen. Gesprek met een overlever over wat hem overkwam en zijn muziek.
“Het gaat geweldig worden”, vertelt David Corley thuis in de Verenigde Staten als we spreken over hoe goed het is om weer in De Oosterpoort op te treden. Corley is na een lang verblijf in het UMCG in Groningen goed hersteld van de gevolgen van zijn hartaanval en dankbaar voor ieder die hem hielp. “Het was het allereerste wat we hebben besloten toen ik out-of-the-woods, bij wijze van spreken, kwam afgelopen herfst. Ik wilde terug naar De Oosterpoort en daar spelen. Na wat er is gebeurd en mijn herstel voel ik me erg schuldig over wat al die toeschouwers en anderen die er waren hebben moeten doormaken met mij. Iedereen heeft me geweldig ondersteund, maar ik kan alleen maar een voorstelling maken hoe het is om dat voor je ogen te zien gebeuren die avond. Wat een schok. Ik ben dus heel erg vastbesloten om terug te komen en deze mensen een geweldige show te geven en deze keer tot en met het einde”, lacht Corley.
David Corley is muzikaal een laatbloeier. Eén van die mensen die al vanaf kind af aan bezig is met muziek, maar nu volledig tot muzikale wasdom is gekomen na een leven vol met..... Ja met andere dingen. “Zo is het leven”, kijkt Corley terug. “Ik ben er in verdwaald. Ik heb een heleboel lol gehad, maar ook mijn deel aan verdriet en misére. Ik heb het nooit bekeken als dat ik te laat in de muziek ben gestapt. Toen ik 25 jaar was misschien, dus Ik ben gewoon maar door gegaan met alles wat speelde in mijn bestaan. Er zijn daar geen geheimen. Het leven is vol verrassingen.” Corley kijkt nog verder terug naar zijn eerste muzikale stapjes. “Well”, klinkt het in smeuig Amerikaans. “Iedereen in mijn familie kon piano spelen. Er was altijd een piano thuis en daarop leren spelen hoorde als vanzelsprekend bij de opvoeding. We waren geen bijzonder muzikale familie of zo, maar iedereen kon tot een bepaald niveau wel spelen en zingen. Mijn oma en moeder waren muzikaal het meest getalenteerd. Zij waren het ook die mijn zus en mij opvoeden, dat was een sterke en positieve invloed op me. We zijn opgegroeid op een stal waar mijn familie paarden fokte. Ik kreeg van mijn moeder en grootmoeder liefde en ondersteuning. Een paardenfokkerij is misschien niet de plek om een muzikale loopbaan te beginnen, maar wel een plaats om muziek te maken.”
De muziek van David Corley wordt vaak gerangschikt onder Americana. Hij is het er zelf niet mee eens. “I'm not Americana. Soul, okay, met invloeden van rock 'n roll, en als dat dan klinkt als Americana dan moet dat maar. Ik ben opgegroeid, net al de meeste mensen van mijn leeftijd, met de muziek van The Beatles en The Stones, Bob Dylan en Van Morrison, Neil Young en al die anderen. Als jonge vent was ik meer een balladeer, omdat ik mijn liedjes schreef op de piano, maar ik hou van elke soort muziek. Ik val een beetje tussen de genres door. Liedjes komen gewoon voort uit waar ik op dat moment naar luister. Ik kan je niet vertellen hoe ik mijn liedjes schrijf. Vaak schrijf ik ze niet eens op. Ik heb dagboeken bijgehouden voor een groot deel van mijn leven. Daar heb ik nog wel eens wat teksten voor liedjes in opgeschreven en zelfs wel complete uitgewerkte liedjes, maar meestal maak ik her en der wat aantekeningen en kijk of ze blijven plakken. Ik heb geleerd dat muziek en zeker mijn liedjes nogal vloeibaar zijn. Ik wil ze constant veranderen, nadat ze klaar zijn. Ik kan mezelf een beetje bedonderen op deze manier”, lacht David Corley. “Wat onderwerpen betreft, wederom ik zie wel hoe het uitwerkt. Meestal zijn het liedjes die op de een of andere wijze over een meisje gaan. Ik weet het niet. Het leven, liefde, het universum en al het andere of whatever. Je moet het menen, dat is belangrijker.”
Voor een vastgelegde vorm van de liedjes van David Corley is het dus belangrijk om te luisteren naar zijn album. 'Available Light' werd ook in Nederland met hoge lof ontvangen. Een prachtig album is het geworden, geproduceerd door de Canadees Hugh Christopher Brown. “Ik had eigenlijk zero doelen met dat album. Ik wilde een echt album maken. Een document om zo te zeggen, van de liedjes die ik heb geschreven gedurende de afgelopen jaren. Ik had er veel vertrouwen in, helemaal omdat ik met Chris werkte en dat een veteraan is als muzikant en producer. Hij is soul. Het maken van een gewoon album was niet mogelijk. Chris is een renaissance man. Zijn kennis en kunde op elk niveau en zijn vriendschap die we opbouwden tijdens het maken van het album maakte het zo gemakkelijk om deze taak te volbrengen en een geweldig plezier om dat album te maken.” Dat is te beluisteren, want dit plezier spat van het album. Dan kijkt Corley vooruit en kondigt een volgend album aan. “Dat kom er. We zijn de hele winter aan het opnemen geweest en we hebben nu een twintigtal liedjes klaar en die gaan nu gemixt worden. We hopen dat het album uitkomt in de zomer, tegen de herfst aan. Voor deze toer komen we alvast met een EP genaamd 'Lights Out.' In Groningen spelen we liedjes van 'Available Light' en de EP en nieuwe plaat.”
Even terug naar het begin. Wat verwacht David Corley van deze toernee. “Aww”, grinnikt de Amerikaan. “Ik hoop dat ik op mijn voeten blijf staan en dit concert wel uit kan spelen. Ik heb een geweldige band bij me met Sarah McDermott, Gregor Beresford, Joey Wright en Chris Brown uit Noord-Amerika en Cait O'Riordan uit Ierland waarmee ik in Engeland speel. In Nederland zal ik optreden met BJ Baartman's Wild Verband en ik hou er van om met deze jongens te spelen. De meeste heb ik niet meer gezien sinds ik neer viel, dus ik ben bang dat ze me flink op de hak gaan nemen de komende tijd voor we weer aan spelen toekomen. Ze zijn mijn broers, maar een ruige bende”, lacht Corley bij het vooruitzicht. “Ik kijk er er ontzettend naar uit”, klinkt het dan ineens serieus als afsluiting bij de gedachte dat dit toch een soort bonus is, want het had zomaar heel anders kunnen lopen. Gelukkig kunnen we hem nog zien.
David Corley staat op de Rhythm & Blues Night in De Oosterpoort op 30 april.
GRONINGEN – Het was een moment dat iedereen die er bij was waarschijnlijk voor het leven op het netvlies zal blijven staan. David Corley op het Take Root festival gaf een optreden dat passanten deed stilstaan en luisteren. Vlak voor het einde kloeg hij dat het warm was. Hij knielde en viel om met een hartaanval. Zijn leven werd op het podium gered en nu meer dan een half jaar later komt de Amerikaan terug naar de plek waar zijn laatste optreden in Europa eindigde voor de Rhythm & Blues Night in De Oosterpoort op 30 april in Groningen. Gesprek met een overlever over wat hem overkwam en zijn muziek.
“Het gaat geweldig worden”, vertelt David Corley thuis in de Verenigde Staten als we spreken over hoe goed het is om weer in De Oosterpoort op te treden. Corley is na een lang verblijf in het UMCG in Groningen goed hersteld van de gevolgen van zijn hartaanval en dankbaar voor ieder die hem hielp. “Het was het allereerste wat we hebben besloten toen ik out-of-the-woods, bij wijze van spreken, kwam afgelopen herfst. Ik wilde terug naar De Oosterpoort en daar spelen. Na wat er is gebeurd en mijn herstel voel ik me erg schuldig over wat al die toeschouwers en anderen die er waren hebben moeten doormaken met mij. Iedereen heeft me geweldig ondersteund, maar ik kan alleen maar een voorstelling maken hoe het is om dat voor je ogen te zien gebeuren die avond. Wat een schok. Ik ben dus heel erg vastbesloten om terug te komen en deze mensen een geweldige show te geven en deze keer tot en met het einde”, lacht Corley.
David Corley is muzikaal een laatbloeier. Eén van die mensen die al vanaf kind af aan bezig is met muziek, maar nu volledig tot muzikale wasdom is gekomen na een leven vol met..... Ja met andere dingen. “Zo is het leven”, kijkt Corley terug. “Ik ben er in verdwaald. Ik heb een heleboel lol gehad, maar ook mijn deel aan verdriet en misére. Ik heb het nooit bekeken als dat ik te laat in de muziek ben gestapt. Toen ik 25 jaar was misschien, dus Ik ben gewoon maar door gegaan met alles wat speelde in mijn bestaan. Er zijn daar geen geheimen. Het leven is vol verrassingen.” Corley kijkt nog verder terug naar zijn eerste muzikale stapjes. “Well”, klinkt het in smeuig Amerikaans. “Iedereen in mijn familie kon piano spelen. Er was altijd een piano thuis en daarop leren spelen hoorde als vanzelsprekend bij de opvoeding. We waren geen bijzonder muzikale familie of zo, maar iedereen kon tot een bepaald niveau wel spelen en zingen. Mijn oma en moeder waren muzikaal het meest getalenteerd. Zij waren het ook die mijn zus en mij opvoeden, dat was een sterke en positieve invloed op me. We zijn opgegroeid op een stal waar mijn familie paarden fokte. Ik kreeg van mijn moeder en grootmoeder liefde en ondersteuning. Een paardenfokkerij is misschien niet de plek om een muzikale loopbaan te beginnen, maar wel een plaats om muziek te maken.”
De muziek van David Corley wordt vaak gerangschikt onder Americana. Hij is het er zelf niet mee eens. “I'm not Americana. Soul, okay, met invloeden van rock 'n roll, en als dat dan klinkt als Americana dan moet dat maar. Ik ben opgegroeid, net al de meeste mensen van mijn leeftijd, met de muziek van The Beatles en The Stones, Bob Dylan en Van Morrison, Neil Young en al die anderen. Als jonge vent was ik meer een balladeer, omdat ik mijn liedjes schreef op de piano, maar ik hou van elke soort muziek. Ik val een beetje tussen de genres door. Liedjes komen gewoon voort uit waar ik op dat moment naar luister. Ik kan je niet vertellen hoe ik mijn liedjes schrijf. Vaak schrijf ik ze niet eens op. Ik heb dagboeken bijgehouden voor een groot deel van mijn leven. Daar heb ik nog wel eens wat teksten voor liedjes in opgeschreven en zelfs wel complete uitgewerkte liedjes, maar meestal maak ik her en der wat aantekeningen en kijk of ze blijven plakken. Ik heb geleerd dat muziek en zeker mijn liedjes nogal vloeibaar zijn. Ik wil ze constant veranderen, nadat ze klaar zijn. Ik kan mezelf een beetje bedonderen op deze manier”, lacht David Corley. “Wat onderwerpen betreft, wederom ik zie wel hoe het uitwerkt. Meestal zijn het liedjes die op de een of andere wijze over een meisje gaan. Ik weet het niet. Het leven, liefde, het universum en al het andere of whatever. Je moet het menen, dat is belangrijker.”
Voor een vastgelegde vorm van de liedjes van David Corley is het dus belangrijk om te luisteren naar zijn album. 'Available Light' werd ook in Nederland met hoge lof ontvangen. Een prachtig album is het geworden, geproduceerd door de Canadees Hugh Christopher Brown. “Ik had eigenlijk zero doelen met dat album. Ik wilde een echt album maken. Een document om zo te zeggen, van de liedjes die ik heb geschreven gedurende de afgelopen jaren. Ik had er veel vertrouwen in, helemaal omdat ik met Chris werkte en dat een veteraan is als muzikant en producer. Hij is soul. Het maken van een gewoon album was niet mogelijk. Chris is een renaissance man. Zijn kennis en kunde op elk niveau en zijn vriendschap die we opbouwden tijdens het maken van het album maakte het zo gemakkelijk om deze taak te volbrengen en een geweldig plezier om dat album te maken.” Dat is te beluisteren, want dit plezier spat van het album. Dan kijkt Corley vooruit en kondigt een volgend album aan. “Dat kom er. We zijn de hele winter aan het opnemen geweest en we hebben nu een twintigtal liedjes klaar en die gaan nu gemixt worden. We hopen dat het album uitkomt in de zomer, tegen de herfst aan. Voor deze toer komen we alvast met een EP genaamd 'Lights Out.' In Groningen spelen we liedjes van 'Available Light' en de EP en nieuwe plaat.”
Even terug naar het begin. Wat verwacht David Corley van deze toernee. “Aww”, grinnikt de Amerikaan. “Ik hoop dat ik op mijn voeten blijf staan en dit concert wel uit kan spelen. Ik heb een geweldige band bij me met Sarah McDermott, Gregor Beresford, Joey Wright en Chris Brown uit Noord-Amerika en Cait O'Riordan uit Ierland waarmee ik in Engeland speel. In Nederland zal ik optreden met BJ Baartman's Wild Verband en ik hou er van om met deze jongens te spelen. De meeste heb ik niet meer gezien sinds ik neer viel, dus ik ben bang dat ze me flink op de hak gaan nemen de komende tijd voor we weer aan spelen toekomen. Ze zijn mijn broers, maar een ruige bende”, lacht Corley bij het vooruitzicht. “Ik kijk er er ontzettend naar uit”, klinkt het dan ineens serieus als afsluiting bij de gedachte dat dit toch een soort bonus is, want het had zomaar heel anders kunnen lopen. Gelukkig kunnen we hem nog zien.
David Corley staat op de Rhythm & Blues Night in De Oosterpoort op 30 april.
Jarrod Dickenson: “Ik schrijf liedjes die een verhaal vertellen”
AMEN – 2015 was het doorbraak jaar voor Jarrod Dickenson. In Amen had het team programmeurs dat vroegtijdig in de gaten. De Texaan werd al lang geleden vastgelegd voor een optreden. Mogelijkerwijs was hij anders al te groot voor het podium in Drenthe. In het voorjaar van 2015 deed Dickenson nog het Noorden van het land aan voor een optreden in Steendam, de rest van het jaar toerde De Amerikan met grootheden als The Waterboys en Don McClean en voor dit jaar is hij de reisgezel van Bonnie Raitt. Terecht, want Jarrod Dickenson is een prachtige artiest. In De Amer treedt Dickenson op 15 april op.
“2015 was een geweldig jaar voor ons”, bevestigt Jarrod Dickenson als hij tijd maakt tijdens het Duitse deel van de toer. “Op toernee met Don McLean en The Waterboys was een prachtige ervaring, net als optreden tijdens het legendarische Glastonbury festival. Wat betreft 2016 ga ik van de zomer een toer doen met Bonnie Raitt. Ik kijk daar erg naar uit. Ik ben een fan van Bonnie zo lang ik me kan herinneren. In de tussentijd heb ik ook nog een nieuw album opgenomen dat in december gereed is gekomen en dat dit jaar zal verschijnen. We zijn druk bezig om daar plannen voor te maken.”
In zijn liedjes is Jarrod Dickenson een verhalen verteller. Hij is afkomstig uit Waco in Texas en daar is het vertellen van een goed verhaal een eerste levensbehoefte. “Ik ben altijd een groot fan geweest van muziek. Als klein kind luisterde ik al vele uren naar de platen van mijn vader. Zelf ben ik pas muziek gaan maken toen ik een jaar of achttien was. Ik had geen ambities voor een carriere in welke richting dan ook op dat moment, maar zodra ik gitaar leerde speelden nam de muziek het helemaal over. Ik ben er niet zeker van of dat nu komt door de Texaanse tradities. Ik kom uit Texas en iedereen vertelt hier op zijn of haar manier wel verhalen. Ik denk dat ik daar als een klein kind wel aan ben blootgesteld. Het verhalende deel van een liedje is wel het belangrijkste onderdeel voor me. Als ik een liedje schrijf, dan concentreer ik me daar het meest op.”
Soulvolle Americana met invloeden van blues en roots, zo is de muziek van Jarrod Dickenson het best te omschrijven. Een prachtige zanger met een heerlijke stem om naar te luisteren. In zijn typische outfit met hoed en baard ook nog op en top een gentleman. Een schrijver ook van prachtige liedjes weten de mensen die hem eerder zagen optreden. “Mijn muziek ontwikkelt zich constant. Ik probeer steeds nieuwe dingen uit. Ik push mezelf om steeds verschillende melodiëen en stijlen uit te proberen en daarmee aan de slag te gaan. Ik schrijf folksong, liedjes die een verhaal vertellen, maar ook liedjes waarin blues, soul, country, rock and roll en dergelijke een plek vinden. Ik probeer mezelf niet te beperken tot één genre. Ik vind het veel boeiender en veel leuker om constant nieuwe dingen uit te proberen”, vertelt Dickenson. Hij denkt even na... “Elk lied is verschillend en hoe het ontstaat is een mysterie voor mij. Het begint ergens met een vaag idee van een verhaal of een tekstfrase en daarom heen bouw ik dan de muziek en de tekst tot een liedje.”
Misschien wel de belangrijkste gebeurtenis van 2015 is nog niet eens genoemd. In augustus 2015 werd Claire Ward mevrouw Dickenson. Een hele stap. “Ik ben in augustus getrouwd met een geweldige vrouw uit Belfast in Noord-Ierland. Ze is de meest ondersteunende, aanmoedigende en positieve persoon die ik in mijn hele leven ooit heb ontmoet”, gaat Dickenson in de overdrive. “Claire is ook nog een briljante zangeres en dat is erg handig. Ik denk dat elke grote verandering in je leven ook zijn weerslag heeft op hoe je als artiest in het leven staat en nog belangrijker als mens. Ik geniet elke dag van ons huwelijk en ik hoop dat dit aspect naar voren komt in mijn werk.”
Het stel heeft, zo halverwege Texax en Noord-Ierland domicilie gekozen in New York. In Brooklyn staat de echtelijke woning. Een plek ook vol inspiratie. “Ik kom natuurlijk uit Waco Texas en heb daar de eerste twintig jaar van mijn leven gewoond. De laatste tien jaar heb ik nogal wat heen en weer verhuisd. Ik heb een aantal jaar in Austin gewoond en in Nashville. Een korte periode in Los Angeles en de afgelopen vier jaar wonen we in Brooklyn. Ik hou van dat deel van de stad New York. Het is een speciale plek vol met energie en inspiratie. Het is ook haast afpersing wat je daar aan huur moet betalen”, ziet Dickenson ook een nadeel. “Net als overal heeft het zijn voor en nadelen. Het is een totaal andere wereld dan Waco Texas. Mijn hele familie woont nog in Texas, dus ga ik er zo vaak als ik kan heen voor bezoek”, besluit Dickenson zijn verhaal. Dat bezoek moet nog maar even wachten. Eerst wacht De Amer in Amen en ook hier zullen de mensen aan de lippen van Jarrod Dickenson hangen.
Jarrod Dickenson speelt op 15 april in De Amer in Amen
AMEN – 2015 was het doorbraak jaar voor Jarrod Dickenson. In Amen had het team programmeurs dat vroegtijdig in de gaten. De Texaan werd al lang geleden vastgelegd voor een optreden. Mogelijkerwijs was hij anders al te groot voor het podium in Drenthe. In het voorjaar van 2015 deed Dickenson nog het Noorden van het land aan voor een optreden in Steendam, de rest van het jaar toerde De Amerikan met grootheden als The Waterboys en Don McClean en voor dit jaar is hij de reisgezel van Bonnie Raitt. Terecht, want Jarrod Dickenson is een prachtige artiest. In De Amer treedt Dickenson op 15 april op.
“2015 was een geweldig jaar voor ons”, bevestigt Jarrod Dickenson als hij tijd maakt tijdens het Duitse deel van de toer. “Op toernee met Don McLean en The Waterboys was een prachtige ervaring, net als optreden tijdens het legendarische Glastonbury festival. Wat betreft 2016 ga ik van de zomer een toer doen met Bonnie Raitt. Ik kijk daar erg naar uit. Ik ben een fan van Bonnie zo lang ik me kan herinneren. In de tussentijd heb ik ook nog een nieuw album opgenomen dat in december gereed is gekomen en dat dit jaar zal verschijnen. We zijn druk bezig om daar plannen voor te maken.”
In zijn liedjes is Jarrod Dickenson een verhalen verteller. Hij is afkomstig uit Waco in Texas en daar is het vertellen van een goed verhaal een eerste levensbehoefte. “Ik ben altijd een groot fan geweest van muziek. Als klein kind luisterde ik al vele uren naar de platen van mijn vader. Zelf ben ik pas muziek gaan maken toen ik een jaar of achttien was. Ik had geen ambities voor een carriere in welke richting dan ook op dat moment, maar zodra ik gitaar leerde speelden nam de muziek het helemaal over. Ik ben er niet zeker van of dat nu komt door de Texaanse tradities. Ik kom uit Texas en iedereen vertelt hier op zijn of haar manier wel verhalen. Ik denk dat ik daar als een klein kind wel aan ben blootgesteld. Het verhalende deel van een liedje is wel het belangrijkste onderdeel voor me. Als ik een liedje schrijf, dan concentreer ik me daar het meest op.”
Soulvolle Americana met invloeden van blues en roots, zo is de muziek van Jarrod Dickenson het best te omschrijven. Een prachtige zanger met een heerlijke stem om naar te luisteren. In zijn typische outfit met hoed en baard ook nog op en top een gentleman. Een schrijver ook van prachtige liedjes weten de mensen die hem eerder zagen optreden. “Mijn muziek ontwikkelt zich constant. Ik probeer steeds nieuwe dingen uit. Ik push mezelf om steeds verschillende melodiëen en stijlen uit te proberen en daarmee aan de slag te gaan. Ik schrijf folksong, liedjes die een verhaal vertellen, maar ook liedjes waarin blues, soul, country, rock and roll en dergelijke een plek vinden. Ik probeer mezelf niet te beperken tot één genre. Ik vind het veel boeiender en veel leuker om constant nieuwe dingen uit te proberen”, vertelt Dickenson. Hij denkt even na... “Elk lied is verschillend en hoe het ontstaat is een mysterie voor mij. Het begint ergens met een vaag idee van een verhaal of een tekstfrase en daarom heen bouw ik dan de muziek en de tekst tot een liedje.”
Misschien wel de belangrijkste gebeurtenis van 2015 is nog niet eens genoemd. In augustus 2015 werd Claire Ward mevrouw Dickenson. Een hele stap. “Ik ben in augustus getrouwd met een geweldige vrouw uit Belfast in Noord-Ierland. Ze is de meest ondersteunende, aanmoedigende en positieve persoon die ik in mijn hele leven ooit heb ontmoet”, gaat Dickenson in de overdrive. “Claire is ook nog een briljante zangeres en dat is erg handig. Ik denk dat elke grote verandering in je leven ook zijn weerslag heeft op hoe je als artiest in het leven staat en nog belangrijker als mens. Ik geniet elke dag van ons huwelijk en ik hoop dat dit aspect naar voren komt in mijn werk.”
Het stel heeft, zo halverwege Texax en Noord-Ierland domicilie gekozen in New York. In Brooklyn staat de echtelijke woning. Een plek ook vol inspiratie. “Ik kom natuurlijk uit Waco Texas en heb daar de eerste twintig jaar van mijn leven gewoond. De laatste tien jaar heb ik nogal wat heen en weer verhuisd. Ik heb een aantal jaar in Austin gewoond en in Nashville. Een korte periode in Los Angeles en de afgelopen vier jaar wonen we in Brooklyn. Ik hou van dat deel van de stad New York. Het is een speciale plek vol met energie en inspiratie. Het is ook haast afpersing wat je daar aan huur moet betalen”, ziet Dickenson ook een nadeel. “Net als overal heeft het zijn voor en nadelen. Het is een totaal andere wereld dan Waco Texas. Mijn hele familie woont nog in Texas, dus ga ik er zo vaak als ik kan heen voor bezoek”, besluit Dickenson zijn verhaal. Dat bezoek moet nog maar even wachten. Eerst wacht De Amer in Amen en ook hier zullen de mensen aan de lippen van Jarrod Dickenson hangen.
Jarrod Dickenson speelt op 15 april in De Amer in Amen
Amy Speace is een verhalen verteller
OENTJERK – Amy Speace is het Britse deel van haar toernee aan het afronden. Ze is op weg naar Leeds voor een concert dus de beschikbare tijd is kort. De Amerikaanse maakte bij eerdere optredens in Nederland al veel indruk, onder andere in Borger waar ze een 'double bill' had met Cara Luft en BJ Baartmans. Prachtige liedjes. Via Leeds voert haar weg haar nu naar Oentjerk, waar ze in het kader van Folk in de Walden in de Stania State zal optreden op 12 april. Ze komt met haar nieuwe album 'That Kind of Girl' onder haar arm. Voor de echte Amy Speace fans is er dit jaar ook nog haar project Applewood Road, samen met de Britse Emily Barker en Amber Rubarth. Genoeg om over te praten, te weinig tijd om alles te behandelen.
Folkmuziek, net als bijvoorbeeld Country, is het vertellen van verhalen”, begint Amy Speace. “Ik ben een verhalen verteller. Het is een beetje als schilderen. Het is impressionistisch. Soms zijn het de zaken die ik niet vertel, die eigenlijk de hele waarheid vertellen.” Inmiddels is Amy Speace een gelouterd artieste met een groot repertoire. Dat was niet altijd zo vanzelfsprekend. Aanvankelijk ging het de richting van het theater en de film op. Overigens kwam Amy Speace wel al heel vroeg in contact met de muziek. “Ik begon met piano spelen op het gehoor toen ik een jaar of drie was. Ik was vijf toen ik daadwerkelijk ook les ben gaan volgen op de piano. Op mijn tiende speelde ik klarinet, Op mijn veertiende tenorsaxofoon. Muziek was iets wat ik begreep. Ik heb zangles gehad gedurende de hele tijd dat ik studeerde.” Toch had het lang de schijn dat Shakespeare er met Amy Speace vandoor zou gaan en niet de muziek. Na haar schooltijd toerde Speace als actrice in het National Shakespeare Company. Een met eer ingelegd genootschap. Na haar verhuizing naar New York legde de zangeres zich toe op acteren in films en in Broadway producties en had uiteindelijk zelfs haar eigen theatergezelschap. Uiteindelijk kwam toch de muziek weer prominent in haar leven. “Ik heb nooit liedjes geschreven tot ik op een gegeven moment een gitaar in handen kreeg. Ik was net twintig en studeerde in New York City acteren aan The National Shakespeare Conservatory. Ik had wel altijd al geschreven, dus eigenlijk was het wel heel vanzelfsprekend dat ik mijn weg zou vinden naar het schrijven van liedjes. Ik begon met een instrument te pakken waar ik de ballen van begreep om een liedje mee te schrijven. Ik heb nooit les gehad op een snaarinstrument. Een gitaar voelt verticaal, elk ander instrument horizontaal.”
Critical Acclaimed noemen ze het in de Verenigde Staten. Amy Speace heeft de hoogste lof gehad voor haar kwaliteiten als liedjesschrijster en zangeres. Tijdens haar acteer periode begon de zangeres gedichten op muziek te zetten en ontdekte zo dat ze zich het meest creatief kan uitleven in het schrijven van liedjes. “Alles is een onderwerp voor een lied”, diept Amy Speace het onderwerp verder uit. “Ik steel de hele tijd ideëen van de wereld om me heen. Je moet ontdekken hoe je het best in het verhaal kan komen. Dat is meestal via het centrum van de waarheid. Ik kan je niet vertellen hoe een liedje precies wordt geschreven. Je hebt een idee, je vindt de waarheid, je vindt een ritme, je ontleedt de waarheid met dat ritme en voegt melodie en groove toe. Dan gooi je er nog wat elfenstof bij en een handje geluk en er wordt een lied geboren.”
De tijd begint al te dringen en het is duidelijk dat lang niet elk onderwerp aan de orde zal komen. Het onderwerp komt op Nashville. Een stad vol muziek. “Ik ben geboren in Baltimore, maar heb daar eigenlijk nooit gewoond. Ik ben opgegroeid op veel plaatsen. We verhuisden veel. Ik beschouw mezelf niet als afkomstig uit Baltimore. Ik heb twintig jaar in New York gewoond. Dat is de langste periode dat ik ooit in één plek heb gewoond. Ik woon nu in Nashville. Een lieflijk klein stadje met een bruisende culturele gemeenschap. Het is meer dan country muziek. Alle cultuur floreert er. De energie van de stad is zowel oud als jong. Er moet wel iets in het water zitten. De beste schrijvers wonen in die omgeving. Het heeft te maken dat Nashville in het zuiden ligt van de Verenigde Staten. Er hangt een creepiness, een gothische lieflijkheid aan het Zuiden. Er is historie dat als mos aan een boom kleeft. Het is daar allemaal in de openheid. De armoe, de historie, de vooringenomenheid, het religieuze fanatisme, gospelmuziek en de blues en bluegrass en de gefritueerde kip en de zoete thee. Het ligt er allemaal op een picknicktafel.”
De onderwerpen zijn nog lang niet op. Haar verwachtingen van de toer. Haar nieuwe album dat vorig jaar verscheen en haar nieuwe project Applewood Road. Het zijn verhalen die nog even moeten wachten om te worden verteld, want de tijd wel en een nieuw publiek wacht op Amy Speace. Maar één ding is zeker. Amy Speace is nog lang niet uitverteld.
Amy Speace treedt op 12 april op in Oentjerk in het kader van Folk in de Walden op de Stania State.
OENTJERK – Amy Speace is het Britse deel van haar toernee aan het afronden. Ze is op weg naar Leeds voor een concert dus de beschikbare tijd is kort. De Amerikaanse maakte bij eerdere optredens in Nederland al veel indruk, onder andere in Borger waar ze een 'double bill' had met Cara Luft en BJ Baartmans. Prachtige liedjes. Via Leeds voert haar weg haar nu naar Oentjerk, waar ze in het kader van Folk in de Walden in de Stania State zal optreden op 12 april. Ze komt met haar nieuwe album 'That Kind of Girl' onder haar arm. Voor de echte Amy Speace fans is er dit jaar ook nog haar project Applewood Road, samen met de Britse Emily Barker en Amber Rubarth. Genoeg om over te praten, te weinig tijd om alles te behandelen.
Folkmuziek, net als bijvoorbeeld Country, is het vertellen van verhalen”, begint Amy Speace. “Ik ben een verhalen verteller. Het is een beetje als schilderen. Het is impressionistisch. Soms zijn het de zaken die ik niet vertel, die eigenlijk de hele waarheid vertellen.” Inmiddels is Amy Speace een gelouterd artieste met een groot repertoire. Dat was niet altijd zo vanzelfsprekend. Aanvankelijk ging het de richting van het theater en de film op. Overigens kwam Amy Speace wel al heel vroeg in contact met de muziek. “Ik begon met piano spelen op het gehoor toen ik een jaar of drie was. Ik was vijf toen ik daadwerkelijk ook les ben gaan volgen op de piano. Op mijn tiende speelde ik klarinet, Op mijn veertiende tenorsaxofoon. Muziek was iets wat ik begreep. Ik heb zangles gehad gedurende de hele tijd dat ik studeerde.” Toch had het lang de schijn dat Shakespeare er met Amy Speace vandoor zou gaan en niet de muziek. Na haar schooltijd toerde Speace als actrice in het National Shakespeare Company. Een met eer ingelegd genootschap. Na haar verhuizing naar New York legde de zangeres zich toe op acteren in films en in Broadway producties en had uiteindelijk zelfs haar eigen theatergezelschap. Uiteindelijk kwam toch de muziek weer prominent in haar leven. “Ik heb nooit liedjes geschreven tot ik op een gegeven moment een gitaar in handen kreeg. Ik was net twintig en studeerde in New York City acteren aan The National Shakespeare Conservatory. Ik had wel altijd al geschreven, dus eigenlijk was het wel heel vanzelfsprekend dat ik mijn weg zou vinden naar het schrijven van liedjes. Ik begon met een instrument te pakken waar ik de ballen van begreep om een liedje mee te schrijven. Ik heb nooit les gehad op een snaarinstrument. Een gitaar voelt verticaal, elk ander instrument horizontaal.”
Critical Acclaimed noemen ze het in de Verenigde Staten. Amy Speace heeft de hoogste lof gehad voor haar kwaliteiten als liedjesschrijster en zangeres. Tijdens haar acteer periode begon de zangeres gedichten op muziek te zetten en ontdekte zo dat ze zich het meest creatief kan uitleven in het schrijven van liedjes. “Alles is een onderwerp voor een lied”, diept Amy Speace het onderwerp verder uit. “Ik steel de hele tijd ideëen van de wereld om me heen. Je moet ontdekken hoe je het best in het verhaal kan komen. Dat is meestal via het centrum van de waarheid. Ik kan je niet vertellen hoe een liedje precies wordt geschreven. Je hebt een idee, je vindt de waarheid, je vindt een ritme, je ontleedt de waarheid met dat ritme en voegt melodie en groove toe. Dan gooi je er nog wat elfenstof bij en een handje geluk en er wordt een lied geboren.”
De tijd begint al te dringen en het is duidelijk dat lang niet elk onderwerp aan de orde zal komen. Het onderwerp komt op Nashville. Een stad vol muziek. “Ik ben geboren in Baltimore, maar heb daar eigenlijk nooit gewoond. Ik ben opgegroeid op veel plaatsen. We verhuisden veel. Ik beschouw mezelf niet als afkomstig uit Baltimore. Ik heb twintig jaar in New York gewoond. Dat is de langste periode dat ik ooit in één plek heb gewoond. Ik woon nu in Nashville. Een lieflijk klein stadje met een bruisende culturele gemeenschap. Het is meer dan country muziek. Alle cultuur floreert er. De energie van de stad is zowel oud als jong. Er moet wel iets in het water zitten. De beste schrijvers wonen in die omgeving. Het heeft te maken dat Nashville in het zuiden ligt van de Verenigde Staten. Er hangt een creepiness, een gothische lieflijkheid aan het Zuiden. Er is historie dat als mos aan een boom kleeft. Het is daar allemaal in de openheid. De armoe, de historie, de vooringenomenheid, het religieuze fanatisme, gospelmuziek en de blues en bluegrass en de gefritueerde kip en de zoete thee. Het ligt er allemaal op een picknicktafel.”
De onderwerpen zijn nog lang niet op. Haar verwachtingen van de toer. Haar nieuwe album dat vorig jaar verscheen en haar nieuwe project Applewood Road. Het zijn verhalen die nog even moeten wachten om te worden verteld, want de tijd wel en een nieuw publiek wacht op Amy Speace. Maar één ding is zeker. Amy Speace is nog lang niet uitverteld.
Amy Speace treedt op 12 april op in Oentjerk in het kader van Folk in de Walden op de Stania State.
Waitress for the Bees: “Dinosaurussen zijn een metafoor”
BATH – “Sorry”, verontschuldigt 'Emma Hooper zich vanwege uitstel van het interview. “Een kersverse baby, mijn schoonmoeder is over uit Amerika en ik had studiotijd om een aantal dingen op te nemen. Ik moet jongleren met de tijd, maar nu heb ik tijd hoor.” Dat lukt een multitaskende dame die de viola kan spelen en gelijk borstvoeding kan geven. Emma Hooper, Canadeze in Groot Brittanië, is bestsellerauteur maar vooral ook artieste als 'Waitress for The Bees'. Wishfulmusic haalt deze zangeres met haar liedjes over dino's en vlinders op 3 april naar Groningen voor een optreden in Café Merleyn samen met BRTHR en Larkhall.
Net zoals Emma Hooper nu haar Viola speelt en het zo haar babyzoon mee geeft, zo werd de muziek ook haar meegegeven. "Ik ben met vioollessen begonnen toen ik drie jaar oud was via de Suzuki methode. Mijn eerste instrument was een kartonnen doos in de vorm van een viool. Eigenlijk zijn mijn lessen nog eerder begonnen. Mijn ouders namen mij als baby al mee naar de vioollessen van mijn oudere broer. Ik nam het in me op als een spons zo klein als ik was. Op mijn elfde ben ik van de viool overgestapt op de viola.”
Met deze achtergrond kwam Emma Hooper terecht in de muziek. Waitress for the Bees was echter nog verborgen aan de verre horizon. “Ik heb heel veel jaren gewerkt als sessiemuzikant. Ik speelde dan andermans muziek. Ik heb bijvoorbeeld opgetreden met Peter Gabriel. Dat was geweldig en tegelijkertijd heel beangstigend. Je stond voor 30.000 mensen te spelen en ik had ee solo van één noot. Het was een B natural. Ik weet het nog altijd. In 2010 tijdens een trip naar Finland heb ik besloten dat het tijd was om te proberen mijn eigen muziek te gaan schrijven en spelen. Dat was de geboorte van Dino Viola pop. Dat bleek in me te zitten. Het is me opgevallen dat hoewel al mijn liedjes gaan over verschillende insecten en dinosaurussen, ze eigenlijk gaan over een plek. Over thuis of dat je weg bent van huis. Ik kom van Alberta, Canada en daar woonden heeeeeeeel erg veel dinosaurussen. Er worden constant dieren opgegraven, vaak zoeken ze er naar, maar regelmatig komen ze ook botten tegen per ongeluk. Deze oude botten zijn voor mij metaforen voor thuis. Voor een tijd en voor een plaats waar je thuis hoorde.”
Alberta Canada en de vele oude botten werden echter door Emma Hooper ingeruil voor het Britse Bath. “Een prachtige stad”, jubelt Emma Hooper. “Ik hou van Bath en het Zuidwesten van Engeland in het algemeen. Het is Engeland zoals iedereen het kent uit de boeken. Glooiende groene heuvels waar lammetjes dartelen tussen de narcissen. Deze regio heeft ook een sterke muziekscene die elkaar versterkt. Er gebeurt heel veel op muzikaal gebied, er zijn veel studio's, veel podia en iedereen is altijd bereid je te helpen of om met je mee te werken. Het is één grote muzikale familie. Heel anders dan de muziekscene in Londen. En Canada.. dat land is zo enorm groot. Je moet vaak tussen de acht en veertien uur rijden om bij het naastgelegen podium te komen. Dat is zo arbeidsintensief.”
Naast Waitress for the Bees is Emma Hooper ook academicus, voor de universiteit in Bath doet ze onderzoek naar diverse culturele aspecten als muziek cultuur, gender, Retro Futurisme en pedagogie om maar een paar aandachtsgebieden te noemen, maar sindskort ook bestsellende auteur. Haar roman 'Etta and Otto and Russell and James' is inmiddels in 23 landen uitgebracht en in 18 talen verkrijgbaar, waaronder het Nederlands. Het is het verhaal van Etta die hoogbejaard nog een keer de oceaan wil zien en lopende de meer dan 3.000 kilometer die haar van de zee scheidt wil afleggen. Haar man Otto die alleen is nu en waarop demonen uit het verleden greep krijgen, Russel, de buurman die op zoek gaat naar Etta en dan is er ook nog James. Een ontroerend en liefdevol boek. “Er is veel aandacht voor ritme en tempo in mijn schrijfwerk”, klinkt het bedachtzaam als Emma Hooper haar werk als muzikant en schrijver vergelijkt. “Misschien wel iets te veel”, concludeert ze.
In Groningen staat ze echter als Waitress For the Bees. In 2015 bracht Waitress for the Bees het album 'Cicadanthem' uit. De opvolger van het eerder verschenen 'Albertosaurus' uit 2010. “Dinosaurussen zijn erg groot”, vertelt Hooper. “Het volgende album moest dus gaan over iets heel erg kleins, zo voelde het aan. Maar ook over iets heel erg ouds. Insecten zijn al ouder dan de dinosaurussen. Ik heb nog niet het gevoel dat dit album helemaal af is. We werken nog aan een aantal videoclips voor bij de nummers.”
Dat werk moet nog even wachten. Eerst toert Waitress for the Bees door Duitsland en Nederland en doet ze op 3 april Groningen aan voor haar enige optreden in dit land. “Het is al erg lang geleden dat ik voor mijn muziek in Nederland en Duitsland ben geweest. Ik ben als auteur nog wel naar de Buchmesse in Frankfurt am Main geweest. Het is wel vier jaar geleden dat ik in Nederland ben geweest. Ik moet dus even afwachten hoe de reacties zullen zijn deze keer”, klinkt het nog even afwachtend. Dan gaat Emma Hooper verder met jongleren met tijd, babies, schoonmoeders, muziek en schrijfwerk en staat de afspraak voor in Groningen.
Waitress for the Bees staat samen met BHRTR en Larkhall op 3 april in Café Merleyn in Groningen bij een door Wishfulmusic georganiseerd concert.
BATH – “Sorry”, verontschuldigt 'Emma Hooper zich vanwege uitstel van het interview. “Een kersverse baby, mijn schoonmoeder is over uit Amerika en ik had studiotijd om een aantal dingen op te nemen. Ik moet jongleren met de tijd, maar nu heb ik tijd hoor.” Dat lukt een multitaskende dame die de viola kan spelen en gelijk borstvoeding kan geven. Emma Hooper, Canadeze in Groot Brittanië, is bestsellerauteur maar vooral ook artieste als 'Waitress for The Bees'. Wishfulmusic haalt deze zangeres met haar liedjes over dino's en vlinders op 3 april naar Groningen voor een optreden in Café Merleyn samen met BRTHR en Larkhall.
Net zoals Emma Hooper nu haar Viola speelt en het zo haar babyzoon mee geeft, zo werd de muziek ook haar meegegeven. "Ik ben met vioollessen begonnen toen ik drie jaar oud was via de Suzuki methode. Mijn eerste instrument was een kartonnen doos in de vorm van een viool. Eigenlijk zijn mijn lessen nog eerder begonnen. Mijn ouders namen mij als baby al mee naar de vioollessen van mijn oudere broer. Ik nam het in me op als een spons zo klein als ik was. Op mijn elfde ben ik van de viool overgestapt op de viola.”
Met deze achtergrond kwam Emma Hooper terecht in de muziek. Waitress for the Bees was echter nog verborgen aan de verre horizon. “Ik heb heel veel jaren gewerkt als sessiemuzikant. Ik speelde dan andermans muziek. Ik heb bijvoorbeeld opgetreden met Peter Gabriel. Dat was geweldig en tegelijkertijd heel beangstigend. Je stond voor 30.000 mensen te spelen en ik had ee solo van één noot. Het was een B natural. Ik weet het nog altijd. In 2010 tijdens een trip naar Finland heb ik besloten dat het tijd was om te proberen mijn eigen muziek te gaan schrijven en spelen. Dat was de geboorte van Dino Viola pop. Dat bleek in me te zitten. Het is me opgevallen dat hoewel al mijn liedjes gaan over verschillende insecten en dinosaurussen, ze eigenlijk gaan over een plek. Over thuis of dat je weg bent van huis. Ik kom van Alberta, Canada en daar woonden heeeeeeeel erg veel dinosaurussen. Er worden constant dieren opgegraven, vaak zoeken ze er naar, maar regelmatig komen ze ook botten tegen per ongeluk. Deze oude botten zijn voor mij metaforen voor thuis. Voor een tijd en voor een plaats waar je thuis hoorde.”
Alberta Canada en de vele oude botten werden echter door Emma Hooper ingeruil voor het Britse Bath. “Een prachtige stad”, jubelt Emma Hooper. “Ik hou van Bath en het Zuidwesten van Engeland in het algemeen. Het is Engeland zoals iedereen het kent uit de boeken. Glooiende groene heuvels waar lammetjes dartelen tussen de narcissen. Deze regio heeft ook een sterke muziekscene die elkaar versterkt. Er gebeurt heel veel op muzikaal gebied, er zijn veel studio's, veel podia en iedereen is altijd bereid je te helpen of om met je mee te werken. Het is één grote muzikale familie. Heel anders dan de muziekscene in Londen. En Canada.. dat land is zo enorm groot. Je moet vaak tussen de acht en veertien uur rijden om bij het naastgelegen podium te komen. Dat is zo arbeidsintensief.”
Naast Waitress for the Bees is Emma Hooper ook academicus, voor de universiteit in Bath doet ze onderzoek naar diverse culturele aspecten als muziek cultuur, gender, Retro Futurisme en pedagogie om maar een paar aandachtsgebieden te noemen, maar sindskort ook bestsellende auteur. Haar roman 'Etta and Otto and Russell and James' is inmiddels in 23 landen uitgebracht en in 18 talen verkrijgbaar, waaronder het Nederlands. Het is het verhaal van Etta die hoogbejaard nog een keer de oceaan wil zien en lopende de meer dan 3.000 kilometer die haar van de zee scheidt wil afleggen. Haar man Otto die alleen is nu en waarop demonen uit het verleden greep krijgen, Russel, de buurman die op zoek gaat naar Etta en dan is er ook nog James. Een ontroerend en liefdevol boek. “Er is veel aandacht voor ritme en tempo in mijn schrijfwerk”, klinkt het bedachtzaam als Emma Hooper haar werk als muzikant en schrijver vergelijkt. “Misschien wel iets te veel”, concludeert ze.
In Groningen staat ze echter als Waitress For the Bees. In 2015 bracht Waitress for the Bees het album 'Cicadanthem' uit. De opvolger van het eerder verschenen 'Albertosaurus' uit 2010. “Dinosaurussen zijn erg groot”, vertelt Hooper. “Het volgende album moest dus gaan over iets heel erg kleins, zo voelde het aan. Maar ook over iets heel erg ouds. Insecten zijn al ouder dan de dinosaurussen. Ik heb nog niet het gevoel dat dit album helemaal af is. We werken nog aan een aantal videoclips voor bij de nummers.”
Dat werk moet nog even wachten. Eerst toert Waitress for the Bees door Duitsland en Nederland en doet ze op 3 april Groningen aan voor haar enige optreden in dit land. “Het is al erg lang geleden dat ik voor mijn muziek in Nederland en Duitsland ben geweest. Ik ben als auteur nog wel naar de Buchmesse in Frankfurt am Main geweest. Het is wel vier jaar geleden dat ik in Nederland ben geweest. Ik moet dus even afwachten hoe de reacties zullen zijn deze keer”, klinkt het nog even afwachtend. Dan gaat Emma Hooper verder met jongleren met tijd, babies, schoonmoeders, muziek en schrijfwerk en staat de afspraak voor in Groningen.
Waitress for the Bees staat samen met BHRTR en Larkhall op 3 april in Café Merleyn in Groningen bij een door Wishfulmusic georganiseerd concert.
S.S. Web: “Het nautische thema boeide ons”
Foto: Catelynn Johnson
GRONINGEN – Tussen twee bezoeken aan Noord Nederland door, afgelopen woensdag stonden ze in Clouso in Meppel en komende zondag in de Crowbar in Groningen voor ze letterlijk heel Europa door gaan en over een kleine maand wederom in Groningen staan bij Knarie op Koningsdag en bij Max in Stavoren maant booker Kurt de Bont nog even tot rust. “Ze slapen nog.” Optreden in de roemruchte Poupoupidou Snackbar in Waver is vermoeiend. De heren van S.S. Web en dat is kort voor Steering Ships With Empty Bottles worden even later wakker. Voor het tijd is om af te reizen naar Landhorst in Noord Brabant neemt Henry Berger de tijd om over zijn band te vertellen en hoe het kan dat de band zich gespecialiseerd heeft in de Shanty met Lake Michigan weliswaar in de buurt, maar de oceaan is toch vele zeemijlen verderop.
Als Henry Berger de slaap uit de ogen heeft gaat hij op de vertelstoel zitten. “Mijn ouders moedigden me aan om als kind al me met muziek bezig te houden. Ik ben begonnen met vioollessen toen ik een jaar of vijf was. Daarna ben ik begonnen met drummen en de electrische gitaar. Vandaar uit rolde het verder. Met David Schuster onze madoline speler die er deze toer helaas niet bij is, schreef ik al een poos liedjes. Op een gegeven moment besloten we te proberen om daar toch iets mee te doen en een paar andere muzikanten aan boord te krijgen. We vonden nog een cellist en nog een gitarist en we schreven drinkliedjes, het lijkt nog maar een paar weken geleden, maar het was in 2007 dat onze band van start ging op deze manier.”
Landlocked Sea Shanties noemt S.S. Web hun muziek. Een combinatie waarin Folk, Punk, Americana, Rock en Country hun plaats hebben gevonden. “Het was een heel vanzelfsprekend proces voor ons. We zijn allemaal opgegroeid met heel verschillende muziek. We hebben allemaal in heel verschillende bands gespeeld voor Stearing Ships With Empty Bottles, maar het klikte gewoon in een akoestische bands zonder een overdose aan amps en drums door het hele geluid heen. Een voordeel was ook dat we minder ruimte in de auto nodig hadden en minder moeite hoefden te doen om shows te kunnen spelen. In de loop van de tijd ontdekten we dat het net zo leuk was om in een rootsband te spelen als in een punkband.” Allemaal goede redenen om op ingeslagen koers van S.S. Web door te gaan en liedjes te schrijven die bij die stijl pasten. “We schrijven al onze liedjes op heel verschillende manieren. Soms schrijf ik een heel lied. Soms begin ik iets en kom er niet uit en dan gaan we er met zijn allen voor zitten en bedenken we wat.” Even is Berger stil. “Soms heeft één van de jongens wat geschreven waar hij niet uitkomt en ga ik er mee aan de slag. Het is steeds weer anders, maar altijd gaat het gepaard met zwaar alcoholgebruik om het proces te smeren”, lacht Berger.
Thuishaven van Stearing Ships With Empty Bottles is Milwaukee in Wisconsin. “Milwaukee heeft een hele boel muziek en een heleboel podia om daar naar gaan te luisteren”, begint Berger vol optimisme, “maar mensen komen de deur niet uit en steunen dat niet op een manier zoals ik graag zou zien. We hebben een groep vrienden die altijd bij onze shows komt kijken, maar als we ze meevragen om andere muzikantvrienden van ons te gaan bekijken die Milwaukee aan doen tijdens een toernee dan krijgen we ze niet zover. Ik denk dat het inspiratie is om door te gaan hoe goed of slecht het ook gaat en af en toe lacht het geluk je dan toe.” Milwaukee kijkt dan uit over één van de Great Lakes, maar het staat niet bekend als een zeevarende stad. Toch is dat wat Berger boeide en vandaar dat shanties een inspiratiebron zijn. “Het nautische thema boeide me. Ik weet niets van zeilen of van schepen maar het is geweldig om te doen en gewoon met een boot het water op is fascinerend. We hebben het stuurwiel van een boot als logo gekozen en dat was het begin. We besloten om de band Stearing Ships With Empty Bottles te noemen en die naam vonden we allemaal geweldig. We kwamen er achter dat mensen toch wat moeite met die naam hadden, omdat het zo'n lange naam is voor een band. We konden het inkorten tot S.S. WEB en dan betekend het nog hetzelfde. Dat werkte perfect want S.S. is ook een aanduiding voor stoomschepen. Optreden in Nederland is daarom ook zo geweldig voor ons. Het is prachtig om in een stad rond te lopen voor een optreden en overal zijn kanalen en schepen. Dat is echt fascinerend en we zijn dankbaar dat we dat mogen meemaken. Nederland voelt als een heel comfortabele plek en we genieten van elke seconde hier. Ik heb zelfs al eens gekeken of we ons hier kunnen vestigen. Een mens kan toch dromen.”
Tussen het optreden in de Crowbar en de Knarie ligt een reis door Europa waarna de reis eindigt bij Max in Stavoren. Duitsland, Denemarken, Oostenrijk, Italië en Zwitserland staan op het programma. “Ik heb geen uitgebreide verwachtingen van de toer. Ik wil een leuke tijd hebben en muziek maken voor het publiek. Nieuwe mensen ontmoeten en oude vrienden weerzien van vorige reizen naar Europa. We hebben het altijd naar onze zin in Europa. Het is geweldig om het publiek te ontmoeten en met hen te praten over van alles en niks. We krijgen verschillende reacties in verschillende landen. In Duitsland klappen mensen erg lang. Dat gaat eigenlijk door tot je een nieuw liedje inzet en dat geeft een geweldig gevoel. Alleen erg vreemd, want we zijn daar niet aan gewend zoveel enthousiasme. Mensen in Frankrijk, Italië en Wallonië waar ze vaak niet of maar weinig Engels spreken genieten toch van onze shows, maar de teksten van onze liedjes zijn erg belangrijk voor het begrip. Voor mij is dat altijd het belangrijkste onderdeel geweest en we proberen die traditie toch in stand te houden. Het spelen op een plek waar ze ons niet begrijpen of maar een deel van de tekst begrijpen is toch heel anders en niet eenvoudig. Maar mensen deinen net zo goed mee op de tonen en vermaken zich opperbest. Ik denk dat ze het via bodylanguage toch wel deels oppikken. België is altijd erg goed voor ons geweest. Mensen die ons volgen bij nagenoeg elk optreden bij een toernee is niet ongewoon, zelfs al moeten ze daar behoorlijke afstanden voor reizen, dat is geweldig. Dat zijn de mensen die voor bij het podium staan en woordelijk onze teksten meezingen. Dat maakt dat je je bijzonder welkom voelt en gewaardeerd.”
Stearing Ships With Empty Bottles heeft deze toer het album 'Revenge, When It Matters Most' uit de opvolger van 'Skulls Will Sink'. Met 'Skulls Will Sink' was ons doel om de veranderde samenstelling van de band vast te leggen. We hadden al twee albums uit met drums, maar met Cris Bissell als nieuw lid van de band op washboard wilden we dat opnemen. Vastleggen waar we op dat moment muzikaal stonden. Nu is er dan 'Revenge, When It Matters Most' die net is verschenen op vinyl in Europa. Het is ons donkerste album tot nu toe,” besluit Berger als het tijd is om de Brabanders te gaan tracteren op de nodige shantyies S.S. Web style.
S.S. Web treedt samen met Leonhardt op in de Crowbar op 27 maart. Op 26 april keren beide terug naar Groningen voor en optreden bij Knarie in Groningen en de toernee wordt afgesloten op 30 april bij Max in Stavoren.
.
Foto: Catelynn Johnson
GRONINGEN – Tussen twee bezoeken aan Noord Nederland door, afgelopen woensdag stonden ze in Clouso in Meppel en komende zondag in de Crowbar in Groningen voor ze letterlijk heel Europa door gaan en over een kleine maand wederom in Groningen staan bij Knarie op Koningsdag en bij Max in Stavoren maant booker Kurt de Bont nog even tot rust. “Ze slapen nog.” Optreden in de roemruchte Poupoupidou Snackbar in Waver is vermoeiend. De heren van S.S. Web en dat is kort voor Steering Ships With Empty Bottles worden even later wakker. Voor het tijd is om af te reizen naar Landhorst in Noord Brabant neemt Henry Berger de tijd om over zijn band te vertellen en hoe het kan dat de band zich gespecialiseerd heeft in de Shanty met Lake Michigan weliswaar in de buurt, maar de oceaan is toch vele zeemijlen verderop.
Als Henry Berger de slaap uit de ogen heeft gaat hij op de vertelstoel zitten. “Mijn ouders moedigden me aan om als kind al me met muziek bezig te houden. Ik ben begonnen met vioollessen toen ik een jaar of vijf was. Daarna ben ik begonnen met drummen en de electrische gitaar. Vandaar uit rolde het verder. Met David Schuster onze madoline speler die er deze toer helaas niet bij is, schreef ik al een poos liedjes. Op een gegeven moment besloten we te proberen om daar toch iets mee te doen en een paar andere muzikanten aan boord te krijgen. We vonden nog een cellist en nog een gitarist en we schreven drinkliedjes, het lijkt nog maar een paar weken geleden, maar het was in 2007 dat onze band van start ging op deze manier.”
Landlocked Sea Shanties noemt S.S. Web hun muziek. Een combinatie waarin Folk, Punk, Americana, Rock en Country hun plaats hebben gevonden. “Het was een heel vanzelfsprekend proces voor ons. We zijn allemaal opgegroeid met heel verschillende muziek. We hebben allemaal in heel verschillende bands gespeeld voor Stearing Ships With Empty Bottles, maar het klikte gewoon in een akoestische bands zonder een overdose aan amps en drums door het hele geluid heen. Een voordeel was ook dat we minder ruimte in de auto nodig hadden en minder moeite hoefden te doen om shows te kunnen spelen. In de loop van de tijd ontdekten we dat het net zo leuk was om in een rootsband te spelen als in een punkband.” Allemaal goede redenen om op ingeslagen koers van S.S. Web door te gaan en liedjes te schrijven die bij die stijl pasten. “We schrijven al onze liedjes op heel verschillende manieren. Soms schrijf ik een heel lied. Soms begin ik iets en kom er niet uit en dan gaan we er met zijn allen voor zitten en bedenken we wat.” Even is Berger stil. “Soms heeft één van de jongens wat geschreven waar hij niet uitkomt en ga ik er mee aan de slag. Het is steeds weer anders, maar altijd gaat het gepaard met zwaar alcoholgebruik om het proces te smeren”, lacht Berger.
Thuishaven van Stearing Ships With Empty Bottles is Milwaukee in Wisconsin. “Milwaukee heeft een hele boel muziek en een heleboel podia om daar naar gaan te luisteren”, begint Berger vol optimisme, “maar mensen komen de deur niet uit en steunen dat niet op een manier zoals ik graag zou zien. We hebben een groep vrienden die altijd bij onze shows komt kijken, maar als we ze meevragen om andere muzikantvrienden van ons te gaan bekijken die Milwaukee aan doen tijdens een toernee dan krijgen we ze niet zover. Ik denk dat het inspiratie is om door te gaan hoe goed of slecht het ook gaat en af en toe lacht het geluk je dan toe.” Milwaukee kijkt dan uit over één van de Great Lakes, maar het staat niet bekend als een zeevarende stad. Toch is dat wat Berger boeide en vandaar dat shanties een inspiratiebron zijn. “Het nautische thema boeide me. Ik weet niets van zeilen of van schepen maar het is geweldig om te doen en gewoon met een boot het water op is fascinerend. We hebben het stuurwiel van een boot als logo gekozen en dat was het begin. We besloten om de band Stearing Ships With Empty Bottles te noemen en die naam vonden we allemaal geweldig. We kwamen er achter dat mensen toch wat moeite met die naam hadden, omdat het zo'n lange naam is voor een band. We konden het inkorten tot S.S. WEB en dan betekend het nog hetzelfde. Dat werkte perfect want S.S. is ook een aanduiding voor stoomschepen. Optreden in Nederland is daarom ook zo geweldig voor ons. Het is prachtig om in een stad rond te lopen voor een optreden en overal zijn kanalen en schepen. Dat is echt fascinerend en we zijn dankbaar dat we dat mogen meemaken. Nederland voelt als een heel comfortabele plek en we genieten van elke seconde hier. Ik heb zelfs al eens gekeken of we ons hier kunnen vestigen. Een mens kan toch dromen.”
Tussen het optreden in de Crowbar en de Knarie ligt een reis door Europa waarna de reis eindigt bij Max in Stavoren. Duitsland, Denemarken, Oostenrijk, Italië en Zwitserland staan op het programma. “Ik heb geen uitgebreide verwachtingen van de toer. Ik wil een leuke tijd hebben en muziek maken voor het publiek. Nieuwe mensen ontmoeten en oude vrienden weerzien van vorige reizen naar Europa. We hebben het altijd naar onze zin in Europa. Het is geweldig om het publiek te ontmoeten en met hen te praten over van alles en niks. We krijgen verschillende reacties in verschillende landen. In Duitsland klappen mensen erg lang. Dat gaat eigenlijk door tot je een nieuw liedje inzet en dat geeft een geweldig gevoel. Alleen erg vreemd, want we zijn daar niet aan gewend zoveel enthousiasme. Mensen in Frankrijk, Italië en Wallonië waar ze vaak niet of maar weinig Engels spreken genieten toch van onze shows, maar de teksten van onze liedjes zijn erg belangrijk voor het begrip. Voor mij is dat altijd het belangrijkste onderdeel geweest en we proberen die traditie toch in stand te houden. Het spelen op een plek waar ze ons niet begrijpen of maar een deel van de tekst begrijpen is toch heel anders en niet eenvoudig. Maar mensen deinen net zo goed mee op de tonen en vermaken zich opperbest. Ik denk dat ze het via bodylanguage toch wel deels oppikken. België is altijd erg goed voor ons geweest. Mensen die ons volgen bij nagenoeg elk optreden bij een toernee is niet ongewoon, zelfs al moeten ze daar behoorlijke afstanden voor reizen, dat is geweldig. Dat zijn de mensen die voor bij het podium staan en woordelijk onze teksten meezingen. Dat maakt dat je je bijzonder welkom voelt en gewaardeerd.”
Stearing Ships With Empty Bottles heeft deze toer het album 'Revenge, When It Matters Most' uit de opvolger van 'Skulls Will Sink'. Met 'Skulls Will Sink' was ons doel om de veranderde samenstelling van de band vast te leggen. We hadden al twee albums uit met drums, maar met Cris Bissell als nieuw lid van de band op washboard wilden we dat opnemen. Vastleggen waar we op dat moment muzikaal stonden. Nu is er dan 'Revenge, When It Matters Most' die net is verschenen op vinyl in Europa. Het is ons donkerste album tot nu toe,” besluit Berger als het tijd is om de Brabanders te gaan tracteren op de nodige shantyies S.S. Web style.
S.S. Web treedt samen met Leonhardt op in de Crowbar op 27 maart. Op 26 april keren beide terug naar Groningen voor en optreden bij Knarie in Groningen en de toernee wordt afgesloten op 30 april bij Max in Stavoren.
.
Met Coosje Smid de hotelkamer op
GRONINGEN – Het is een prachtig idee. De Hotelkamerconcerten van het Hampshire Hotel in Groningen. Op vrijdagavond 18 maart zal singersongwriter Coosje Smid met haar begeleider Gerhardt Heusinkveld op de hotelkamer opgedragen aan David Bowie voor het publiek veel nummers van haar nieuwe album spelen. Spannend, want vaak worden deze nummers voor het eerst voor anderen gespeeld. Dat Coosje Smid uiteindelijk in de muziek is terecht gekomen is haast vanzelfsprekend met een klassieke zanger als vader en een ballerina als moeder. Het was voor Smid even kiezen. Acteren of de muziek, maar voorlopig ligt bij de muziek haar prioriteit.
“Ik kwam in mijn jeugd vaker met muziek in aanraking dan veel andere kinderen”, vertelt Coosje Smid thuis in Amsterdam. Eerder deze week heeft Smid nog druk gereperteerd met Heusinkveld. Nu is er tijd voor een interview en even relaxen voor de reis naar Groningen. “Mijn vader ( Ernst Daniel Smid) is zanger en mijn moeder ( Roos Giesen van der Sluis) ballerina. Ik was dus eigenlijk constant in schouwburgen en theaters. Ik heb nooit de behoefte gevoeld om me daar tegen af te zetten, muziek vind een puber natuurlijk ook meestal leuk. Op mijn vijftiende heb ik me ingeschreven op de Nederlandse Popacademie in Utrecht en op mijn zestiende ben ik daar Singersongwriter gaan studeren.” Onder de naam Cosy bracht ze in 2010 haar eerste EP uit, maar veel mensenzullen haar kennen van The Voice of Holland, wat haar met haar Blinde Auditie lied 'Fields of Gold'direct een nummer 1 hit opleverde in de ITunes Top 100.
Een ander opvoedmomentje kwam tijdens een theatertour met haar vader. 'Twee jaar geleden hebben we samen een toer gedaan door verschillende theaters. Ik was niet zo thuis in het theatervak, terwijl hij dat zijn hele leven heeft gedaan. Dat was een heel leerzame ervaring. Juist omdat het met mijn vader was. Ik vertrouw hem, dus durf je jezelf ook veel kwetsbaarder en opener op te stellen. Andersom heeft hij ook weer dingen van mij geleerd. Een mooie ervaring. Hij is bevoorbeeld gewend om veel 'vanaf papier' te zingen. Ik kijk dan meer naar wat de intentie is. Een clash tussen zijn klassieke opleiding en mijn singersongwriterschap. Dat botste soms als hij dan begon met kijk dat staat hier zo opgeschreven en ik er tegen in wierp dat het toch echt anders was bedoeld en er vanuit mijn intuïtie naar keek.
Coosje Smid schrijft haar eigen werk. Voor haar nieuwe album is de zangeres hard aan de slag geweest. Vele uren bracht ze door achter de piano. “Ik ga zitten en schrijf heel geleidelijk. Tegelijkertijd ontstaan dan tekst en muziek. Ik ben niet iemand die eerst een liedje heeft en dan er een tekst bijschrijft of eerst de zinnen en dan de muziek. Het gaat gelijk op en ontstaat samen. Voor mijn onderwerpen zoek ik het dicht bij mij. Veel liedjes gaan over mezelf of over mensen die me na staan. Ik moet mijn teksten kunnen voelen.”
Naast singersongwriter verwierf Coosje Smid naam als Gouden Kalf winnende actrice. Voor haar rol in de film 'Joy' won ze deze onderscheiding voor de beste bijrol. Een jaar later won 'Vast' waarin Smid schitterde de Gouden Kalf voor Beste Televisie Drama. De rode loper naar de Oscar leek uit te liggen. "Geef mij die Grammy maar hoor”, lacht Smid. “Ik wil als actrice niet de grens over. Ik heb daar het goede gevoel niet bij of misschien wel de ambitie niet voor. De prioriteit ligt momenteel bij de muziek met het album dat er nu aankomt. De film was een uitstapje. Ik heb veel nagedacht over wat ik eigenlijk wilde. De muziek voelt dan toch weer als thuiskomen. Mijn album is zo goed als af. Nog een paar kleine mixdingetjes en dan zo snel mogelijk uitbrengen. Het was wel zoeken. Ik wilde iets meer creativiteit er in hebben, niet het standaard deuntje en vast stramien van het popliedje. Dat is gelukt. Ik denk dat het album toch anders wordt dan mensen van mij verwachten. Het is ingespeeld door Beans & Fatback en dat maakt het alleen al te gek. Tim Knol heeft meegespeeld en Fay Lovsky. Je belt die mensen en ze zeggen direct ja. Dan denk je toch: Dit kan nog wel wat worden.”
Het Hotelkamerconcert in het Groninger Hampshirehotel is een mooie proeftuin. In toch een kleiner gezelschap en heel dicht bij het publiek zal Coosje Smid veel nieuw werk zingen. “Dat wordt superleuk”, jubelt de zangeres enthousiast, “maar ook erg spannend. Ik ga bijna de hele nieuwe CD live spelen met begeleiding van Gerhardt Heusinkveld die ook mijn docent was op de Popacademie. Veel liedjes zullen voor het eerst voor het publiek worden uitgevoerd. Je voelt dan de reacties, dat maakt het ook wel eng, maar ook leuk. Ik ga daarnaast veel over de liedjes vertellen en over mijn grote held. Dat blijft een verrassing, maar ik heb zijn handschrift op mijn lijf getatoueerd,” besluit Coosje Smid. Dan blijkt ze toch een goed actrice, door met deze cliffhanger te besluiten.
Coosje Smid treedt op in het Hampshire Hotel in Groningen op 18 maart.
GRONINGEN – Het is een prachtig idee. De Hotelkamerconcerten van het Hampshire Hotel in Groningen. Op vrijdagavond 18 maart zal singersongwriter Coosje Smid met haar begeleider Gerhardt Heusinkveld op de hotelkamer opgedragen aan David Bowie voor het publiek veel nummers van haar nieuwe album spelen. Spannend, want vaak worden deze nummers voor het eerst voor anderen gespeeld. Dat Coosje Smid uiteindelijk in de muziek is terecht gekomen is haast vanzelfsprekend met een klassieke zanger als vader en een ballerina als moeder. Het was voor Smid even kiezen. Acteren of de muziek, maar voorlopig ligt bij de muziek haar prioriteit.
“Ik kwam in mijn jeugd vaker met muziek in aanraking dan veel andere kinderen”, vertelt Coosje Smid thuis in Amsterdam. Eerder deze week heeft Smid nog druk gereperteerd met Heusinkveld. Nu is er tijd voor een interview en even relaxen voor de reis naar Groningen. “Mijn vader ( Ernst Daniel Smid) is zanger en mijn moeder ( Roos Giesen van der Sluis) ballerina. Ik was dus eigenlijk constant in schouwburgen en theaters. Ik heb nooit de behoefte gevoeld om me daar tegen af te zetten, muziek vind een puber natuurlijk ook meestal leuk. Op mijn vijftiende heb ik me ingeschreven op de Nederlandse Popacademie in Utrecht en op mijn zestiende ben ik daar Singersongwriter gaan studeren.” Onder de naam Cosy bracht ze in 2010 haar eerste EP uit, maar veel mensenzullen haar kennen van The Voice of Holland, wat haar met haar Blinde Auditie lied 'Fields of Gold'direct een nummer 1 hit opleverde in de ITunes Top 100.
Een ander opvoedmomentje kwam tijdens een theatertour met haar vader. 'Twee jaar geleden hebben we samen een toer gedaan door verschillende theaters. Ik was niet zo thuis in het theatervak, terwijl hij dat zijn hele leven heeft gedaan. Dat was een heel leerzame ervaring. Juist omdat het met mijn vader was. Ik vertrouw hem, dus durf je jezelf ook veel kwetsbaarder en opener op te stellen. Andersom heeft hij ook weer dingen van mij geleerd. Een mooie ervaring. Hij is bevoorbeeld gewend om veel 'vanaf papier' te zingen. Ik kijk dan meer naar wat de intentie is. Een clash tussen zijn klassieke opleiding en mijn singersongwriterschap. Dat botste soms als hij dan begon met kijk dat staat hier zo opgeschreven en ik er tegen in wierp dat het toch echt anders was bedoeld en er vanuit mijn intuïtie naar keek.
Coosje Smid schrijft haar eigen werk. Voor haar nieuwe album is de zangeres hard aan de slag geweest. Vele uren bracht ze door achter de piano. “Ik ga zitten en schrijf heel geleidelijk. Tegelijkertijd ontstaan dan tekst en muziek. Ik ben niet iemand die eerst een liedje heeft en dan er een tekst bijschrijft of eerst de zinnen en dan de muziek. Het gaat gelijk op en ontstaat samen. Voor mijn onderwerpen zoek ik het dicht bij mij. Veel liedjes gaan over mezelf of over mensen die me na staan. Ik moet mijn teksten kunnen voelen.”
Naast singersongwriter verwierf Coosje Smid naam als Gouden Kalf winnende actrice. Voor haar rol in de film 'Joy' won ze deze onderscheiding voor de beste bijrol. Een jaar later won 'Vast' waarin Smid schitterde de Gouden Kalf voor Beste Televisie Drama. De rode loper naar de Oscar leek uit te liggen. "Geef mij die Grammy maar hoor”, lacht Smid. “Ik wil als actrice niet de grens over. Ik heb daar het goede gevoel niet bij of misschien wel de ambitie niet voor. De prioriteit ligt momenteel bij de muziek met het album dat er nu aankomt. De film was een uitstapje. Ik heb veel nagedacht over wat ik eigenlijk wilde. De muziek voelt dan toch weer als thuiskomen. Mijn album is zo goed als af. Nog een paar kleine mixdingetjes en dan zo snel mogelijk uitbrengen. Het was wel zoeken. Ik wilde iets meer creativiteit er in hebben, niet het standaard deuntje en vast stramien van het popliedje. Dat is gelukt. Ik denk dat het album toch anders wordt dan mensen van mij verwachten. Het is ingespeeld door Beans & Fatback en dat maakt het alleen al te gek. Tim Knol heeft meegespeeld en Fay Lovsky. Je belt die mensen en ze zeggen direct ja. Dan denk je toch: Dit kan nog wel wat worden.”
Het Hotelkamerconcert in het Groninger Hampshirehotel is een mooie proeftuin. In toch een kleiner gezelschap en heel dicht bij het publiek zal Coosje Smid veel nieuw werk zingen. “Dat wordt superleuk”, jubelt de zangeres enthousiast, “maar ook erg spannend. Ik ga bijna de hele nieuwe CD live spelen met begeleiding van Gerhardt Heusinkveld die ook mijn docent was op de Popacademie. Veel liedjes zullen voor het eerst voor het publiek worden uitgevoerd. Je voelt dan de reacties, dat maakt het ook wel eng, maar ook leuk. Ik ga daarnaast veel over de liedjes vertellen en over mijn grote held. Dat blijft een verrassing, maar ik heb zijn handschrift op mijn lijf getatoueerd,” besluit Coosje Smid. Dan blijkt ze toch een goed actrice, door met deze cliffhanger te besluiten.
Coosje Smid treedt op in het Hampshire Hotel in Groningen op 18 maart.
Dani Wilde: “Als meisje van 13 trad ik op in de locale pub”
FRIESCHEPALEN – 'Als jongedame zette de Britse Dani Wilde haar eerste schreden op het podium in de locale pub. Nu kom de bluesartieste voor een toernee de Noordzee over. In Nederland staat één datum in de agenda. Op 1 april komt Dani Wilde naar Frieschepalen voor een optreden in de plaatselijke locale pub Ma Kelly's Muziek Cafe. We spreken Dani Wilde thuis in Brighton en komen eerst aan het woord over 'Moving Mountains'. Het goede doel waar Dani Wilde haar naam aan heeft verbonden.
“Tijdens mijn studie op de universiteit had ik als project hoe je muziek kon gebruiken als ee middel om fondsen te werven voor Een goed doel. In dit geval muziek onderwijs voor kinderen in de arme wijken in Kenia. Moving Mountains was een organisatie waar ik toen mee samenwerkte”, vertelt Dani Wilde, “om dit mogelik te maken. Als je in Kenia bent is het tegelijkertijd prachtig, maar het breekt ook je hart. De kinderen, die kleine engeltjes, zijn zo leergierig, maar ze leven in uitzichtloze armoede. Veel van hen zijn HIV wezen en onderwijs is hun enige kans om zich te wapenen voor het leven en te kunnen ontsnappen aan deze cirkel van armoede. De afgelopen twaalf jaar heeft het project zich dusdanig ontwikkeld dat kinderen in deze slumbs niet alleen toegang hebben tot muziek onderwijs en instrumenten als gitaren, percussie, keyboards en opname appratuur, maar tegenwoordig ook tot sportuitrusting, lees- en schrijfmateriaal en zuiver drinkwater. Wie meer wil weten over dit project of zelfs een donatie wil maken, kijk op mijn website daniwilde.com. Het is te danken aan de liefde en ondersteuning van mijn geweldige en genereuze fans dat ik er in geslaagd ben om zoveel verschil te maken in het leven van deze kinderen.”
Van de kinderen in Kenia, naar een jong kind in Brighton blijkt dus niet zo'n grote stap. Dani Wilde groeide hier op met één grote wens. “Zelfs als je me had gevragd wat ik wilde worden als ik groot was toen ik een jaar of vijf was, had ik je geantwoord dat ik zangeres wilde worden. Ik ben opgegroeid in een blueshuishouden. Mijn vader had altijd bluesplaten opstaan of nam me mee naar optredens en festivals. BB-King, Peter Green’s Fleetwood Mac, Howling Wolf en John Lee Hooker, dat was de muziek van mijn jeugd. Ik heb van mijn vader daarnaast alles geleerd van blues platenlabels als Ruf records, Blind Pig, Stax, Chess, Pro-vogue, Alligator, Blue Horizon en nog veel meer. Dat waren de grote labels in die tijd. Daarnaast hield ik van popartiesten als Micheal Jackson en Whitney Houston en van country artiesten als Patsy Cline en Crystal Gayle. Als meisje van 11 leerde ik eerst de drums spelen en vlot daarna ook gitaar en mondharmonica. Ik zong al zolang als ik me kon herinneren. Toen ik dertien was trad ik op in locale pubs en verdiende goed geld met straatoptredens in de straten van Bath en Bristol. Ik speelde een mix van mijn eigen liedjes, John Lee Hooker songs zoals Dimples, In The Mood en Boom Boom en vulde dat aan met werk van Bob Dylan met een mondharmonica om mijn nek. Ik speelde mijn eerste professionele optreden in een theater toen ik zeventien was als openingsact voor Maddie Prior van Steeleye Span.”
Met zo'n duidelijke bluesinjectie van huis uit, was het niet meer dan normaal dat dit terug komt in de muziek van Dani Wilde. “Veel vrouwelijke artiesten hebben die mix van blues en country, mensen als Susan Tedeschi en Bonnie Raitt, ook countryartiesten als Lyle Lovett en Johnny Cash zijn wel in bluesland beland. De muziek die ik nu speel is de muziek die ik heb geabsorbeerd toen ik tot wasdom kwam en op één of andere manier is dat de muziek die van nature te voorschijn komt als ik me wil uitdrukken.”
Het gesprek komt terecht op live muziek in het algemeen en op de positie van Dani Wilde op de rand van country en blues. Ze overdenkt het voor ze antwoord. “Deze dagen, helaas, krijgt muziek niet meer de waardering die het verdiend. In 2002 voorspelde David Bowie in een interview dat de transformatie van alles hoe we ooit over muziek dachten binnen tien jaar zou plaatsvinden en dat niets dat zou kunnen tegenhouden. Bowie vertelde: Muziek zal zijn als stromend water of electriciteit. Hij had gelijk. Jonge mensen en ook veel ouderen gebruiken uitsluitend streaming diensten zoals Spotify en Apple. Muziek is echt een soort van utiliteit geworden. Elke keer dat je werk via Spoify wordt beluisterd verdien je 0,007 dollar. Het heeft een enorme impact op artiesten en labels. Het inkomen voor een artiest piekte aan het eind van de jaren '90 en ging daarna hard naar beneden omdat digitale piraterij de CD markt vernietigde. In 2014 zat de klat er goed in bij de verkoopcijfers van de platenmaatschappijen.” Dan gaat Dani Wilde in op haar persoonlijke situatie. “Voor iemand die voor het eerst internationaal doorbrak in de bluesscene in 2007 zijn het boeiende tijden geweest om muziek te maken en uit te brengen. Ik heb de verandering in de industrie gezien en gevoeld. Ik heb het gevreesd en omarmt. Ik heb geluk gehad dat het bluespubliek ontzettend loyaal is en klaar staat om je te steunen. Het is een live genre muziek. Blues is improviseren en het gaat om rauwe emoties die je uit tijdens de optredens. Mijn fans hebben me sinds mijn eerste internationale tour gesteund. Ze komen naar de shows en kopen mijn albums. Deze mensen waarderen de waarde van muziek en willen de artiest steunen door een album te kopen. In 2014 verkocht ik voor het eerst meer digitaal dan de opbrengst van fysieke CD's. Dat kwam doordat ik een nummer één hit had in vier verschillende landen in de I-Tunes Blues Charts. Ik heb ook nog twee top 40 hits gehad in de County Music I-Tunes Charts. Tijdens live show speel ik vooral blues met een klein scheutje country. Vaak is de scheidslijn moeilijk te horen, maar ik denk dat dit me wel heeft geholpen om ook een breder publiek te bereiken.”
Liedjes spelen begint bij het schrijven er van. “Het schrijven van liedjes is mijn kans om verhalen te delen. Soms mijn eigen verhaal, soms het verhaal van iemand anders. Mijn liedje 'Abandoned Child' bijvoorbeeld, die geproduceerd is door Mike Vernon en die de eerste plaats haalde in de Portugeze I-Tunes Blues Chart is over een heel inspirerend meisje uit een achterstandswijk in Kenia. Ik heb haar verhaal gebruikt om bewustzijn te scheppen voor de toestand van deze kinderen. Mijn country song 'Time' vertelt het verbazingwekkende verhaal van een kleine oudere dame, van haar dromen als een kind en hoe ze haar geliefde verliest en nu wacht op de engelen die haar mee zullen nemen naar de hemel om haar te herrenigen met haar dierbaren.”
Naast haar reizen biedt ook haar thuisstad Brighton veel inspiratie. “Brighton is een geweldige stad. Het is de Gay Capital van Groot Brittannië en heeft een levendige muziek scene. Brighton is in het klein hoe de wereld zou moeten zijn. Mensen van overal, rijk en arm, leven in harmonie samen, ongeacht nationaliteit, sexuele orientatie of geloof. In de muziekgeschiedenis zal Brighton waarschijnlijk voortleven als de stad waar de Mods en de Rockers langs de kust op volle snelheid hun Lambretta's en Vespa's langs de pier van Brighton stuurden op muziek van The Who in de rock opera film 'Quadrophonia'. Ik ben er trots op dat ik daar woon, het is een inspirerende plek.”
Dat Dani Wilde met zoveel gezag kan spreken over de zakelijk kant van de muziek heeft zijn redenen. Naast artieste is ze ook muziekjournalist en platenbaas. Met haar eigen label Bri-Stone brengt ze haar muziek uit. “Dat heeft als voordeel dat ik ook creatief volledig de controle heb. Ik ben altijd mijn eigen manager geweest, zelfs toen ik onder contract stond bij Ruf Records. Ik heb geluk gehad. Ruf heeft me geholpen om mijn carriere te starten en een basis op te bouwen aan fans en vrienden in de muziek industrie. Goede sessie muzikanten, fotografen, promoters, bookers en dj's en jornalisten van over de hele wereld heb ik in die tijd ontmoet. Ik heb veel geleerd bij Ruf en met al deze contacten en die kennis is het me gelukt om me succes Bri-Stone te beginnen. Op mijn label is in 2015 ‘Songs About You’ uitgekomen die het goed deed in nde Top 100 I-Tunes Country Music album charts in landen als Spanje, Japan, Finland Zwitserland, Italië en natuurlijk hier in Groot Brittannië. Er zitten ook nadelen aan je eigen platenlabel. Je moet alles zelf financieren en dus heb ik een beperkter budget dan bij een grote platenmaatschappij. Van de verkopen moet ik weer marketing betalen, maar het is geweldig om zelf je eigen beslissingen te kunnen maken en te leren van je fouten. Ik heb meer een hoofd voor muziek dan voor zaken, dat maakt me soms wat afwachtend, maar aan de andere kant een creatieve kijk is vaak ook bepalend voor het zakelijk succes. “ Het resultaat is dus het goed lopende 'Songs about You'. Het album waar Dani Wilde volldige vrijheid over had. “Ik wou dat album opnemen met allemaal geweldige muzikanten en dankzij mijn producer Stuart Dixon is dat gelukt. We hadden Roger Inniss op basgitaar, hij heeft gewerkt met mensen als Chaka Khan. We hadden Fergus Gerrand op drums die net op tijd terug was van een toernee met Sting. Bethany Porter van Kula Shaker speelde de cello en zo hadden we nog veel meer prachtige muzikanten die bijdroegen aan het album. Dat is live in de studio opgenomen; zelfs de zang. We wilden dat moment van muzikale magie vangen die gedeeld wordt door muzikanten. Precies zoals bij oude Stax, Chess of Muscle Sholes opnames. Het is mijn meest volwassen album geworden, een echte mix van blues, country en pop. Het is een album waarop het gaat over liedjes schrijven en sterke zang en niet zozeer een electrische gitaar album. Ik ben nu alweer druk bezig met het schrijven en het ontwikkelen van ideëen voor een volgend album. Dat hoop ik op vinyl uit te brengen begin 2017. Het zal een meer up-tempo album worden. Ik wil een mix van mooie ballads met veel emotie en foot stomping electric guitar songs. You will have to wait and see!”
Tot slot kijken we vooruit naar de komende toernee. Dani Wilde heeft er veel verwachtingen van. “De toernee voert ons door Luxemburg, Nederland, Duitsland, Zwitserland en Oostenrijk. Ik heb ervaren dat mensen overal weer anders reageren op mijn muziek. Hoe verder ik Oost-Europa in reis, hoe jonger en vrouwelijker mijn publiek wordt, bijvoorbeeld in Rusland of de Baltische Staten. Het Nederlandse publiek is altijd geweldig. Die houden van solo's op de gitaar en ik geef ze graag wat ze willen. Ze houden ook van soul op een manier zoals je dat in andere Europese landen niet vaak treft en ze houden van een feestje en zingen met ons mee tot diep in de nacht.” Het wordt een lange nacht in Frieschepalen.
Dani Wilde treedt op 1 april op in Ma Kelly's Muziek café in Frieschepalen.
FRIESCHEPALEN – 'Als jongedame zette de Britse Dani Wilde haar eerste schreden op het podium in de locale pub. Nu kom de bluesartieste voor een toernee de Noordzee over. In Nederland staat één datum in de agenda. Op 1 april komt Dani Wilde naar Frieschepalen voor een optreden in de plaatselijke locale pub Ma Kelly's Muziek Cafe. We spreken Dani Wilde thuis in Brighton en komen eerst aan het woord over 'Moving Mountains'. Het goede doel waar Dani Wilde haar naam aan heeft verbonden.
“Tijdens mijn studie op de universiteit had ik als project hoe je muziek kon gebruiken als ee middel om fondsen te werven voor Een goed doel. In dit geval muziek onderwijs voor kinderen in de arme wijken in Kenia. Moving Mountains was een organisatie waar ik toen mee samenwerkte”, vertelt Dani Wilde, “om dit mogelik te maken. Als je in Kenia bent is het tegelijkertijd prachtig, maar het breekt ook je hart. De kinderen, die kleine engeltjes, zijn zo leergierig, maar ze leven in uitzichtloze armoede. Veel van hen zijn HIV wezen en onderwijs is hun enige kans om zich te wapenen voor het leven en te kunnen ontsnappen aan deze cirkel van armoede. De afgelopen twaalf jaar heeft het project zich dusdanig ontwikkeld dat kinderen in deze slumbs niet alleen toegang hebben tot muziek onderwijs en instrumenten als gitaren, percussie, keyboards en opname appratuur, maar tegenwoordig ook tot sportuitrusting, lees- en schrijfmateriaal en zuiver drinkwater. Wie meer wil weten over dit project of zelfs een donatie wil maken, kijk op mijn website daniwilde.com. Het is te danken aan de liefde en ondersteuning van mijn geweldige en genereuze fans dat ik er in geslaagd ben om zoveel verschil te maken in het leven van deze kinderen.”
Van de kinderen in Kenia, naar een jong kind in Brighton blijkt dus niet zo'n grote stap. Dani Wilde groeide hier op met één grote wens. “Zelfs als je me had gevragd wat ik wilde worden als ik groot was toen ik een jaar of vijf was, had ik je geantwoord dat ik zangeres wilde worden. Ik ben opgegroeid in een blueshuishouden. Mijn vader had altijd bluesplaten opstaan of nam me mee naar optredens en festivals. BB-King, Peter Green’s Fleetwood Mac, Howling Wolf en John Lee Hooker, dat was de muziek van mijn jeugd. Ik heb van mijn vader daarnaast alles geleerd van blues platenlabels als Ruf records, Blind Pig, Stax, Chess, Pro-vogue, Alligator, Blue Horizon en nog veel meer. Dat waren de grote labels in die tijd. Daarnaast hield ik van popartiesten als Micheal Jackson en Whitney Houston en van country artiesten als Patsy Cline en Crystal Gayle. Als meisje van 11 leerde ik eerst de drums spelen en vlot daarna ook gitaar en mondharmonica. Ik zong al zolang als ik me kon herinneren. Toen ik dertien was trad ik op in locale pubs en verdiende goed geld met straatoptredens in de straten van Bath en Bristol. Ik speelde een mix van mijn eigen liedjes, John Lee Hooker songs zoals Dimples, In The Mood en Boom Boom en vulde dat aan met werk van Bob Dylan met een mondharmonica om mijn nek. Ik speelde mijn eerste professionele optreden in een theater toen ik zeventien was als openingsact voor Maddie Prior van Steeleye Span.”
Met zo'n duidelijke bluesinjectie van huis uit, was het niet meer dan normaal dat dit terug komt in de muziek van Dani Wilde. “Veel vrouwelijke artiesten hebben die mix van blues en country, mensen als Susan Tedeschi en Bonnie Raitt, ook countryartiesten als Lyle Lovett en Johnny Cash zijn wel in bluesland beland. De muziek die ik nu speel is de muziek die ik heb geabsorbeerd toen ik tot wasdom kwam en op één of andere manier is dat de muziek die van nature te voorschijn komt als ik me wil uitdrukken.”
Het gesprek komt terecht op live muziek in het algemeen en op de positie van Dani Wilde op de rand van country en blues. Ze overdenkt het voor ze antwoord. “Deze dagen, helaas, krijgt muziek niet meer de waardering die het verdiend. In 2002 voorspelde David Bowie in een interview dat de transformatie van alles hoe we ooit over muziek dachten binnen tien jaar zou plaatsvinden en dat niets dat zou kunnen tegenhouden. Bowie vertelde: Muziek zal zijn als stromend water of electriciteit. Hij had gelijk. Jonge mensen en ook veel ouderen gebruiken uitsluitend streaming diensten zoals Spotify en Apple. Muziek is echt een soort van utiliteit geworden. Elke keer dat je werk via Spoify wordt beluisterd verdien je 0,007 dollar. Het heeft een enorme impact op artiesten en labels. Het inkomen voor een artiest piekte aan het eind van de jaren '90 en ging daarna hard naar beneden omdat digitale piraterij de CD markt vernietigde. In 2014 zat de klat er goed in bij de verkoopcijfers van de platenmaatschappijen.” Dan gaat Dani Wilde in op haar persoonlijke situatie. “Voor iemand die voor het eerst internationaal doorbrak in de bluesscene in 2007 zijn het boeiende tijden geweest om muziek te maken en uit te brengen. Ik heb de verandering in de industrie gezien en gevoeld. Ik heb het gevreesd en omarmt. Ik heb geluk gehad dat het bluespubliek ontzettend loyaal is en klaar staat om je te steunen. Het is een live genre muziek. Blues is improviseren en het gaat om rauwe emoties die je uit tijdens de optredens. Mijn fans hebben me sinds mijn eerste internationale tour gesteund. Ze komen naar de shows en kopen mijn albums. Deze mensen waarderen de waarde van muziek en willen de artiest steunen door een album te kopen. In 2014 verkocht ik voor het eerst meer digitaal dan de opbrengst van fysieke CD's. Dat kwam doordat ik een nummer één hit had in vier verschillende landen in de I-Tunes Blues Charts. Ik heb ook nog twee top 40 hits gehad in de County Music I-Tunes Charts. Tijdens live show speel ik vooral blues met een klein scheutje country. Vaak is de scheidslijn moeilijk te horen, maar ik denk dat dit me wel heeft geholpen om ook een breder publiek te bereiken.”
Liedjes spelen begint bij het schrijven er van. “Het schrijven van liedjes is mijn kans om verhalen te delen. Soms mijn eigen verhaal, soms het verhaal van iemand anders. Mijn liedje 'Abandoned Child' bijvoorbeeld, die geproduceerd is door Mike Vernon en die de eerste plaats haalde in de Portugeze I-Tunes Blues Chart is over een heel inspirerend meisje uit een achterstandswijk in Kenia. Ik heb haar verhaal gebruikt om bewustzijn te scheppen voor de toestand van deze kinderen. Mijn country song 'Time' vertelt het verbazingwekkende verhaal van een kleine oudere dame, van haar dromen als een kind en hoe ze haar geliefde verliest en nu wacht op de engelen die haar mee zullen nemen naar de hemel om haar te herrenigen met haar dierbaren.”
Naast haar reizen biedt ook haar thuisstad Brighton veel inspiratie. “Brighton is een geweldige stad. Het is de Gay Capital van Groot Brittannië en heeft een levendige muziek scene. Brighton is in het klein hoe de wereld zou moeten zijn. Mensen van overal, rijk en arm, leven in harmonie samen, ongeacht nationaliteit, sexuele orientatie of geloof. In de muziekgeschiedenis zal Brighton waarschijnlijk voortleven als de stad waar de Mods en de Rockers langs de kust op volle snelheid hun Lambretta's en Vespa's langs de pier van Brighton stuurden op muziek van The Who in de rock opera film 'Quadrophonia'. Ik ben er trots op dat ik daar woon, het is een inspirerende plek.”
Dat Dani Wilde met zoveel gezag kan spreken over de zakelijk kant van de muziek heeft zijn redenen. Naast artieste is ze ook muziekjournalist en platenbaas. Met haar eigen label Bri-Stone brengt ze haar muziek uit. “Dat heeft als voordeel dat ik ook creatief volledig de controle heb. Ik ben altijd mijn eigen manager geweest, zelfs toen ik onder contract stond bij Ruf Records. Ik heb geluk gehad. Ruf heeft me geholpen om mijn carriere te starten en een basis op te bouwen aan fans en vrienden in de muziek industrie. Goede sessie muzikanten, fotografen, promoters, bookers en dj's en jornalisten van over de hele wereld heb ik in die tijd ontmoet. Ik heb veel geleerd bij Ruf en met al deze contacten en die kennis is het me gelukt om me succes Bri-Stone te beginnen. Op mijn label is in 2015 ‘Songs About You’ uitgekomen die het goed deed in nde Top 100 I-Tunes Country Music album charts in landen als Spanje, Japan, Finland Zwitserland, Italië en natuurlijk hier in Groot Brittannië. Er zitten ook nadelen aan je eigen platenlabel. Je moet alles zelf financieren en dus heb ik een beperkter budget dan bij een grote platenmaatschappij. Van de verkopen moet ik weer marketing betalen, maar het is geweldig om zelf je eigen beslissingen te kunnen maken en te leren van je fouten. Ik heb meer een hoofd voor muziek dan voor zaken, dat maakt me soms wat afwachtend, maar aan de andere kant een creatieve kijk is vaak ook bepalend voor het zakelijk succes. “ Het resultaat is dus het goed lopende 'Songs about You'. Het album waar Dani Wilde volldige vrijheid over had. “Ik wou dat album opnemen met allemaal geweldige muzikanten en dankzij mijn producer Stuart Dixon is dat gelukt. We hadden Roger Inniss op basgitaar, hij heeft gewerkt met mensen als Chaka Khan. We hadden Fergus Gerrand op drums die net op tijd terug was van een toernee met Sting. Bethany Porter van Kula Shaker speelde de cello en zo hadden we nog veel meer prachtige muzikanten die bijdroegen aan het album. Dat is live in de studio opgenomen; zelfs de zang. We wilden dat moment van muzikale magie vangen die gedeeld wordt door muzikanten. Precies zoals bij oude Stax, Chess of Muscle Sholes opnames. Het is mijn meest volwassen album geworden, een echte mix van blues, country en pop. Het is een album waarop het gaat over liedjes schrijven en sterke zang en niet zozeer een electrische gitaar album. Ik ben nu alweer druk bezig met het schrijven en het ontwikkelen van ideëen voor een volgend album. Dat hoop ik op vinyl uit te brengen begin 2017. Het zal een meer up-tempo album worden. Ik wil een mix van mooie ballads met veel emotie en foot stomping electric guitar songs. You will have to wait and see!”
Tot slot kijken we vooruit naar de komende toernee. Dani Wilde heeft er veel verwachtingen van. “De toernee voert ons door Luxemburg, Nederland, Duitsland, Zwitserland en Oostenrijk. Ik heb ervaren dat mensen overal weer anders reageren op mijn muziek. Hoe verder ik Oost-Europa in reis, hoe jonger en vrouwelijker mijn publiek wordt, bijvoorbeeld in Rusland of de Baltische Staten. Het Nederlandse publiek is altijd geweldig. Die houden van solo's op de gitaar en ik geef ze graag wat ze willen. Ze houden ook van soul op een manier zoals je dat in andere Europese landen niet vaak treft en ze houden van een feestje en zingen met ons mee tot diep in de nacht.” Het wordt een lange nacht in Frieschepalen.
Dani Wilde treedt op 1 april op in Ma Kelly's Muziek café in Frieschepalen.
Maz O'Connor: “Ik hou van liedjes die de verhalen vertellen van vrouwen”
LONDEN – Een pareltje in het oeuvre van Maz O'Connor is 'Derby Day'. Wellicht dat het op haar setlist staat als ze op 4 maart op het podium staat in Steendam bij Peter & Leni. Het is in ieder geval een mooie ingang voor een gesprek over het werk van deze Britse folkartieste. Momenteel rond ze een Britse toernee af met haar nieuwe album 'The Longing Kind'. Daarna zijn Nederland en Duitsland aan de beurt. Haar optreden in Steendam is het enige optreden in het Noorden.
Aan 'Derby Day' ligt het verhaal van ‘Derby Day’ Emily Winding Davison ten grondslag. Deze suffragette klom tijdens de Epsom Derby in 1913 over de reling en probeerde het paard van King George V te grijpen. Dit om de strijd voor vrouwenrechten te onderstrepen. De kracht en de snelheid van het paard werden verkeerd ingeschat, waardoor Emily Winding Davison verongelukte op de renbaan. Een verhaal dat na een eeuw nog tot de verbeelding spreekt. “Het was een opdracht van het Broadstairs Folk Festival”, vertelt als ze een dag vrij is tijdens de toer. “Het festival wilde stilstaan bij de 100ste sterfdag van Emily Winding Davison. Ik wist eerlijk gezegd niet veel van haar verhaal. Tot ze me vroegen om dit lied voor de gelegenheid te schrijven. Ik ben erg blij dat ze dat gedaan hebben, want ik vind haar een zeer inspirerende vrouw. Het idee dat ze haar leven waagde voor vrijheid en gelijkheid. Ik ben haar er erg dankbaar voor en ook andere vrouwen die deze strijd voor ons uitgevochten hebben.”
Maz O'Connor brengt eigen werk, liedjes geschreven in opdracht en traditionals. Een mooi assortiment voor een avond vol folk. “Verschillende liedjes worden op een verschillende manier geschreven. Het hangt er van af. Ik heb geen vaste manier om te schrijven. Als het om een liedje in opdracht gaat, dan doe ik veel onderzoek naar het onderwerp om me een weg naar binnen te banen. Een karakter, een standpunt of zienswijze, een manier om het verhaal boeiend te vertellen, daar ben ik naar op zoek. Als het om eigen werk gaat dan is het vaak iets dat mij bezighoud dat het onderwerp bepaald. Een thema of een idee, een rijmpje dat al een couplet wordt, een gevoel dat uitgedrukt wil worden. Ik ga zitten met mijn piano of gitaar en probeer wat accoorden uit. Zing er over heen en kijk wat ontstaan. Als ik vroeg een structuur bepaal en daar binnen speel helpt me dat om een lied te schrijven”, klinkt het bedachtzaam.”
Zingen, spelen, muziek, Maz O'Connor heeft het niet van een vreemde. “Mijn moeder is muzieklerares. Er was altijd muziek in onze familie en we leerden al jong een instrument bespelen. Daar ben ik nog erg blij mee. Ik leerde de viool en de piano, maar mijn werkelijke liefde was zingen en liedjes bedenken. De gitaar heb ik later leren spelen op de universiteit, maar eigenlijk alleen om liedjes te kunnen schrijven. Mijn vader is Iers, ik denk dat daar mijn liefde voor folkmuziek vandaan komt. Ik hou van muziek met goede teksten en liedjes die een verhaal vertellen. Folk is de muzieksoort waar ik dat het beste in terug vindt. Ik ben niet alleen maar in de folk geïnteresseerd, ik luister naar veel andere muziek, maar voor mij is folk het genre dat mensen het meeste raakt door de relatie tussen de tekst en de muziek.”
Een opmerkelijk instrument in het arsenaal van Maz O'Connor is de Shruti Box. “Ik zag de Schotse singersongwriter Karine Polwart en zij bespeelde de shrutibox een aantal jaar geleden. Ik hou van het hypnotische geluid van het instrument als achtergrond bij de zang. Ik heb haar geschreven om te vragen wat het precies was en zij reageerde heel vriendelijk en vol uitleg. Ik heb voor mijn 18de verjaardag een shrutibox gekregen. Het is eigenlijk gewoon en dreun, maar het is een heel suggestief instrument. Ik gebruik het veel om melodiën te schrijven. Het geeft je een bak vol geluid waar je op heen en weer kunt springen.”
Naast eigen werk put Maz O'Connor ook uit het grote Brits en Ierse songbook vol met prachtige traditionals. 'Het zijn persoonlijke keuzen. Als ik een connectie voel met een lied dan zing ik het. Traditionele folkliedjes vertellen vaak zaken die iedereen meemaakt: liefde, verlies, thuis, natuur enz enz. Ik ben vooral geïnteresseerd in liedjes die nog de connectie met vandaag de dag hebben. Vooral liedjes die de manlijke vooroordelen in de geschiedenis tegenspreken. Ik hou van liedjes die de verhalen vertellen van vrouwen. Deze liedjes vormen vaak een soort andere kijk op de geschiedenis en geven de vrouwen die achterbleven een stem. Vrouwen die hun man verloen in de oorlog, die wreed werden misbruikt en die zichzelf vertegenwoordigden. Die liedjes liggen me na aan het hart.”
Londen is tegenwoordig de thuisbasis van Maz O'Connor. Een stad vol creatieve mogelijkheden. “Ik woon nu vier jaar in Londen. Ik vind het geweldig”, jubelt O'Connor opgetogen. “Ik vind het inspirerend en uitputtend in gelijke mate. Londen is een heel creatieve stad. Er wonen artiesten en kunstenaars van alles wat je kunt bedenken in de stad. Het is een opwindende plek om mensen te ontmoeten en mee samen te werken. Je kunt iedere avond wel tien optredens zien. De stad is wel aan verandering onderhevig. De huren stijgen enorm en projectontwikkelaars oefenen een enorme druk uit op de huidige bewoners om te verkassen. Het is erg droevig. Londen wordt een stad voor de rijken. Het zal niet lang meer duren of Londen is niet mer te betalen voor mensen met een laag incomen, voor artiesten en voor jonge mensen. “
We sluiten af met 'The Longing Kind'. Het nieuwe album van Maz O'Connor waarmee ze nu op toer is. 'The Longing Kind is mijn eerste album met uitsluitend eigen materiaal. Het onderzoekt thema's als identiteit, thuis en ergens behoren. Het is opgedeel in drie delen. Het eerste deel zijn liedjes van de jeugd en de verwarring die daar bij hoort. Het tweede deel zijn liedjes geïnspireerd door schilderijen, die ieder een verschillende kijk geven op wie je bent, wat je identiteit is. Het derde deel heeft als thema volwassen worden en je zekerde voelen. Door muzkale tussenstukjes worden alle liedjes aan elkaar verbonden. Het is ambiteuzer dan alles wat ik tot nu toe heb ondernomen”, vertelt O'Connor. Ze denkt even en dan besluit ze: “Ik ben er erg trots op!”
Maz O'Connor staat op 4 maart op podium Peter & Leni in Steendam.
LONDEN – Een pareltje in het oeuvre van Maz O'Connor is 'Derby Day'. Wellicht dat het op haar setlist staat als ze op 4 maart op het podium staat in Steendam bij Peter & Leni. Het is in ieder geval een mooie ingang voor een gesprek over het werk van deze Britse folkartieste. Momenteel rond ze een Britse toernee af met haar nieuwe album 'The Longing Kind'. Daarna zijn Nederland en Duitsland aan de beurt. Haar optreden in Steendam is het enige optreden in het Noorden.
Aan 'Derby Day' ligt het verhaal van ‘Derby Day’ Emily Winding Davison ten grondslag. Deze suffragette klom tijdens de Epsom Derby in 1913 over de reling en probeerde het paard van King George V te grijpen. Dit om de strijd voor vrouwenrechten te onderstrepen. De kracht en de snelheid van het paard werden verkeerd ingeschat, waardoor Emily Winding Davison verongelukte op de renbaan. Een verhaal dat na een eeuw nog tot de verbeelding spreekt. “Het was een opdracht van het Broadstairs Folk Festival”, vertelt als ze een dag vrij is tijdens de toer. “Het festival wilde stilstaan bij de 100ste sterfdag van Emily Winding Davison. Ik wist eerlijk gezegd niet veel van haar verhaal. Tot ze me vroegen om dit lied voor de gelegenheid te schrijven. Ik ben erg blij dat ze dat gedaan hebben, want ik vind haar een zeer inspirerende vrouw. Het idee dat ze haar leven waagde voor vrijheid en gelijkheid. Ik ben haar er erg dankbaar voor en ook andere vrouwen die deze strijd voor ons uitgevochten hebben.”
Maz O'Connor brengt eigen werk, liedjes geschreven in opdracht en traditionals. Een mooi assortiment voor een avond vol folk. “Verschillende liedjes worden op een verschillende manier geschreven. Het hangt er van af. Ik heb geen vaste manier om te schrijven. Als het om een liedje in opdracht gaat, dan doe ik veel onderzoek naar het onderwerp om me een weg naar binnen te banen. Een karakter, een standpunt of zienswijze, een manier om het verhaal boeiend te vertellen, daar ben ik naar op zoek. Als het om eigen werk gaat dan is het vaak iets dat mij bezighoud dat het onderwerp bepaald. Een thema of een idee, een rijmpje dat al een couplet wordt, een gevoel dat uitgedrukt wil worden. Ik ga zitten met mijn piano of gitaar en probeer wat accoorden uit. Zing er over heen en kijk wat ontstaan. Als ik vroeg een structuur bepaal en daar binnen speel helpt me dat om een lied te schrijven”, klinkt het bedachtzaam.”
Zingen, spelen, muziek, Maz O'Connor heeft het niet van een vreemde. “Mijn moeder is muzieklerares. Er was altijd muziek in onze familie en we leerden al jong een instrument bespelen. Daar ben ik nog erg blij mee. Ik leerde de viool en de piano, maar mijn werkelijke liefde was zingen en liedjes bedenken. De gitaar heb ik later leren spelen op de universiteit, maar eigenlijk alleen om liedjes te kunnen schrijven. Mijn vader is Iers, ik denk dat daar mijn liefde voor folkmuziek vandaan komt. Ik hou van muziek met goede teksten en liedjes die een verhaal vertellen. Folk is de muzieksoort waar ik dat het beste in terug vindt. Ik ben niet alleen maar in de folk geïnteresseerd, ik luister naar veel andere muziek, maar voor mij is folk het genre dat mensen het meeste raakt door de relatie tussen de tekst en de muziek.”
Een opmerkelijk instrument in het arsenaal van Maz O'Connor is de Shruti Box. “Ik zag de Schotse singersongwriter Karine Polwart en zij bespeelde de shrutibox een aantal jaar geleden. Ik hou van het hypnotische geluid van het instrument als achtergrond bij de zang. Ik heb haar geschreven om te vragen wat het precies was en zij reageerde heel vriendelijk en vol uitleg. Ik heb voor mijn 18de verjaardag een shrutibox gekregen. Het is eigenlijk gewoon en dreun, maar het is een heel suggestief instrument. Ik gebruik het veel om melodiën te schrijven. Het geeft je een bak vol geluid waar je op heen en weer kunt springen.”
Naast eigen werk put Maz O'Connor ook uit het grote Brits en Ierse songbook vol met prachtige traditionals. 'Het zijn persoonlijke keuzen. Als ik een connectie voel met een lied dan zing ik het. Traditionele folkliedjes vertellen vaak zaken die iedereen meemaakt: liefde, verlies, thuis, natuur enz enz. Ik ben vooral geïnteresseerd in liedjes die nog de connectie met vandaag de dag hebben. Vooral liedjes die de manlijke vooroordelen in de geschiedenis tegenspreken. Ik hou van liedjes die de verhalen vertellen van vrouwen. Deze liedjes vormen vaak een soort andere kijk op de geschiedenis en geven de vrouwen die achterbleven een stem. Vrouwen die hun man verloen in de oorlog, die wreed werden misbruikt en die zichzelf vertegenwoordigden. Die liedjes liggen me na aan het hart.”
Londen is tegenwoordig de thuisbasis van Maz O'Connor. Een stad vol creatieve mogelijkheden. “Ik woon nu vier jaar in Londen. Ik vind het geweldig”, jubelt O'Connor opgetogen. “Ik vind het inspirerend en uitputtend in gelijke mate. Londen is een heel creatieve stad. Er wonen artiesten en kunstenaars van alles wat je kunt bedenken in de stad. Het is een opwindende plek om mensen te ontmoeten en mee samen te werken. Je kunt iedere avond wel tien optredens zien. De stad is wel aan verandering onderhevig. De huren stijgen enorm en projectontwikkelaars oefenen een enorme druk uit op de huidige bewoners om te verkassen. Het is erg droevig. Londen wordt een stad voor de rijken. Het zal niet lang meer duren of Londen is niet mer te betalen voor mensen met een laag incomen, voor artiesten en voor jonge mensen. “
We sluiten af met 'The Longing Kind'. Het nieuwe album van Maz O'Connor waarmee ze nu op toer is. 'The Longing Kind is mijn eerste album met uitsluitend eigen materiaal. Het onderzoekt thema's als identiteit, thuis en ergens behoren. Het is opgedeel in drie delen. Het eerste deel zijn liedjes van de jeugd en de verwarring die daar bij hoort. Het tweede deel zijn liedjes geïnspireerd door schilderijen, die ieder een verschillende kijk geven op wie je bent, wat je identiteit is. Het derde deel heeft als thema volwassen worden en je zekerde voelen. Door muzkale tussenstukjes worden alle liedjes aan elkaar verbonden. Het is ambiteuzer dan alles wat ik tot nu toe heb ondernomen”, vertelt O'Connor. Ze denkt even en dan besluit ze: “Ik ben er erg trots op!”
Maz O'Connor staat op 4 maart op podium Peter & Leni in Steendam.
Emilie & Ogden: “De harp werd onmiddellijk mijn instrument”
Foto: Yani Clarke
MONTREAL – Emilie & Ogden zijn een paar apart. Een duo, maar niet een duo zoals je dat zou verwachten. Emilie & Ogden bestaan namelijk uit Emilie Kahn en haar harp Ogden. Verder bestaat de band nog uit Dominic Lalonde op gitaar en bas die tevens zingt en Francis Ledoux op drums. Het gezelschap, een duo, trio of kwartet, al naar gelang de interpretatie, heeft zijn thuisbasis in het Canadese Montreal. Voor het Cross-Linx Festival komen Emilie & Ogden op 28 februari naar De Oosterpoort in Groningen. “Cross-linx biedt een gevarieerde avond vol onverwachte verbindingen tussen gecomponeerde ‘nieuwe’ muziek en artiesten uit de avant- garde popscene. Het festival gaat niet alleen figuurlijk buiten de gebaande paden, maar presenteert het muzikale avontuur ook op onverwachte plekken in De Oosterpoort”, adverteert het Groninger cultuurcentrum. Dat lijkt bij uitstek een gelegenheid voor Emilie & Ogden om te schitteren. .
“Ik denk dat mijn stijl van muziek de artiesten reflecteert waar ik naar luisterde toen ik opgroeide, zoals Feist en Emily Haines om maar een paar te noemen”, vertelt Emilie Kahn bedachtzaam als ze even een weekend thuis is in Montreal en tijd maakt voor ze naar Europa komt. “Ik denk ook dat ik erg beïnvloed ben door de musiekale gemeenschap hier in Montreal. Als klein kind zong ik in een koor. Thuis hadden we ook nog een piano staan en ik heb mezelf leren fluit spelen. Als tiener ben ik begonnen met het schrijven van liedjes. Heel lang heb ik dat gedaan op de piano of samen met vrienden die de gitaar bespeelden. Ik was op college in een muziekopleiding toen ik pas de harp ontdekte. Dat was het moment dat ik verliefd werd op dat instrument. Onmiddelijk werd het mijn instrument. Ik gebruik het om mijn stijl van muziek te schrijven. De stijl waar ik al in schreef.”
Voor Emilie Kahn ingaat op haar op haar liedjes, komt ze eerst even terug op Montreal. De metropool van bijna 2 miljoen mensen is een inspiratiebron voor Emilie Kahn. De grootste stad van het Franstalige deel van Canada Quebec blijkt een bloeiende muziekgemeenschap te bevatten. “Montreal heeft een erg krachtige en onafhankelijke muziek scene en dat is een hecht verweven gemeenschap. Ik word constant geïnspireerd door anderen en waarschijnlijk wat ik doe heeft zijn weerklank weer op anderen vermoed ik.”
Dan kijkt Emilie Kahn naar hoe haar liedjes tot stand komen. Daar is een heel speciale voorwaarde aan verbonden. “Ik schrijf meestal als ik erg van slag ben of erg verdrietig, dus gaan de meeste van mijn liedjes over liefdesverdriet en het einde van relaties.” Toch een hele opgave om een album te schrijven dus. Na de inhoudelijke kant vertelt Kahn hoe ze haar liedjes schrijft, “De teksten blijven altijd heel eerlijk en oprecht en heel erg persoonlijk. Mijn liedjes zijn erg van uit de melodie aangedreven. Ik begin meestal met een paar woorden en een vocale melodie en de rest werk ik uit op de harp.”
Emilie & Ogden brachten in 2015 het album '10.000' uit. Een lovend ontvangen album, maar ook een album dat de ongecompliceerde aanpak van Emilie Kahn weerspiegelde. “Het doel was bij het maken van dit album om de liedjes die er op staan eindelijk naar buiten te brengen op een plaat. Om muziek te maken die eerlijk en oprecht is, waar mensen zich mee kunnen verbinden en op die manier hopelijk iets unieks te scheppen.” Het album is succesvol, net als de optredens van Emilie & Ogden. Zelf zal ze die term niet in de mond nemen. Nadenkend klinkt het als haar wordt gevraagd of ze dit succes verwachtte: “Ik denk dat het afhangt van de definitie van succesvol die je hanteert” Dan met een lach. “Ik zal maar zeggen dat ik blij ben met hoe de dingen nu gaan.”
Nog een enkel Canadees optreden, onder andere met Basia Bulat, die indruk maakte in Groningen en ook later dit jaar weer naar De Oosterpoort komt en dan wacht voor Emilie & Ogden het Cross-linx festival. Het festival begint op 25 februari in Eindhoven en reist via Amsterdam en Rotterdam naar Groningen waar het podium op 28 februari aan Emilie & Ogden en collega's als Neil Finn, Glenn Kotche, Andrew Bird, Diamandra Dram, The Notwist en Son Lux en nog vele anderen. Verheugd kijkt Kahn als we over het festival spreken. “Ik heb veel opgetreden de laatste paar maanden. Het is altijd erg interessant om te zien hoe het publiek op je reageert in verschillende delen van de wereld. Ik kom nu net uit de Verenigde Staten. Het ene publiek is totaal gebiologeerd aan het kijken en luisteren. Totaal in je set gezogen. Op andere plaatsen lukt dat niet en blijft het publiek wat rumoeriger en schuivelen. Onze Europese toer vorig jaar is erg goed gegaan. We hadden uitstekende reacties. Ik hoop dat het in Nederland niet anders zal zijn”, besluit Emilie Kahn voor ze Ogden gereedmaakt voor een nieuw concert.
Emilie & Ogden speelt tijdens het Cross-Linx Festival op 28 februari in Groningen.
Foto: Yani Clarke
MONTREAL – Emilie & Ogden zijn een paar apart. Een duo, maar niet een duo zoals je dat zou verwachten. Emilie & Ogden bestaan namelijk uit Emilie Kahn en haar harp Ogden. Verder bestaat de band nog uit Dominic Lalonde op gitaar en bas die tevens zingt en Francis Ledoux op drums. Het gezelschap, een duo, trio of kwartet, al naar gelang de interpretatie, heeft zijn thuisbasis in het Canadese Montreal. Voor het Cross-Linx Festival komen Emilie & Ogden op 28 februari naar De Oosterpoort in Groningen. “Cross-linx biedt een gevarieerde avond vol onverwachte verbindingen tussen gecomponeerde ‘nieuwe’ muziek en artiesten uit de avant- garde popscene. Het festival gaat niet alleen figuurlijk buiten de gebaande paden, maar presenteert het muzikale avontuur ook op onverwachte plekken in De Oosterpoort”, adverteert het Groninger cultuurcentrum. Dat lijkt bij uitstek een gelegenheid voor Emilie & Ogden om te schitteren. .
“Ik denk dat mijn stijl van muziek de artiesten reflecteert waar ik naar luisterde toen ik opgroeide, zoals Feist en Emily Haines om maar een paar te noemen”, vertelt Emilie Kahn bedachtzaam als ze even een weekend thuis is in Montreal en tijd maakt voor ze naar Europa komt. “Ik denk ook dat ik erg beïnvloed ben door de musiekale gemeenschap hier in Montreal. Als klein kind zong ik in een koor. Thuis hadden we ook nog een piano staan en ik heb mezelf leren fluit spelen. Als tiener ben ik begonnen met het schrijven van liedjes. Heel lang heb ik dat gedaan op de piano of samen met vrienden die de gitaar bespeelden. Ik was op college in een muziekopleiding toen ik pas de harp ontdekte. Dat was het moment dat ik verliefd werd op dat instrument. Onmiddelijk werd het mijn instrument. Ik gebruik het om mijn stijl van muziek te schrijven. De stijl waar ik al in schreef.”
Voor Emilie Kahn ingaat op haar op haar liedjes, komt ze eerst even terug op Montreal. De metropool van bijna 2 miljoen mensen is een inspiratiebron voor Emilie Kahn. De grootste stad van het Franstalige deel van Canada Quebec blijkt een bloeiende muziekgemeenschap te bevatten. “Montreal heeft een erg krachtige en onafhankelijke muziek scene en dat is een hecht verweven gemeenschap. Ik word constant geïnspireerd door anderen en waarschijnlijk wat ik doe heeft zijn weerklank weer op anderen vermoed ik.”
Dan kijkt Emilie Kahn naar hoe haar liedjes tot stand komen. Daar is een heel speciale voorwaarde aan verbonden. “Ik schrijf meestal als ik erg van slag ben of erg verdrietig, dus gaan de meeste van mijn liedjes over liefdesverdriet en het einde van relaties.” Toch een hele opgave om een album te schrijven dus. Na de inhoudelijke kant vertelt Kahn hoe ze haar liedjes schrijft, “De teksten blijven altijd heel eerlijk en oprecht en heel erg persoonlijk. Mijn liedjes zijn erg van uit de melodie aangedreven. Ik begin meestal met een paar woorden en een vocale melodie en de rest werk ik uit op de harp.”
Emilie & Ogden brachten in 2015 het album '10.000' uit. Een lovend ontvangen album, maar ook een album dat de ongecompliceerde aanpak van Emilie Kahn weerspiegelde. “Het doel was bij het maken van dit album om de liedjes die er op staan eindelijk naar buiten te brengen op een plaat. Om muziek te maken die eerlijk en oprecht is, waar mensen zich mee kunnen verbinden en op die manier hopelijk iets unieks te scheppen.” Het album is succesvol, net als de optredens van Emilie & Ogden. Zelf zal ze die term niet in de mond nemen. Nadenkend klinkt het als haar wordt gevraagd of ze dit succes verwachtte: “Ik denk dat het afhangt van de definitie van succesvol die je hanteert” Dan met een lach. “Ik zal maar zeggen dat ik blij ben met hoe de dingen nu gaan.”
Nog een enkel Canadees optreden, onder andere met Basia Bulat, die indruk maakte in Groningen en ook later dit jaar weer naar De Oosterpoort komt en dan wacht voor Emilie & Ogden het Cross-linx festival. Het festival begint op 25 februari in Eindhoven en reist via Amsterdam en Rotterdam naar Groningen waar het podium op 28 februari aan Emilie & Ogden en collega's als Neil Finn, Glenn Kotche, Andrew Bird, Diamandra Dram, The Notwist en Son Lux en nog vele anderen. Verheugd kijkt Kahn als we over het festival spreken. “Ik heb veel opgetreden de laatste paar maanden. Het is altijd erg interessant om te zien hoe het publiek op je reageert in verschillende delen van de wereld. Ik kom nu net uit de Verenigde Staten. Het ene publiek is totaal gebiologeerd aan het kijken en luisteren. Totaal in je set gezogen. Op andere plaatsen lukt dat niet en blijft het publiek wat rumoeriger en schuivelen. Onze Europese toer vorig jaar is erg goed gegaan. We hadden uitstekende reacties. Ik hoop dat het in Nederland niet anders zal zijn”, besluit Emilie Kahn voor ze Ogden gereedmaakt voor een nieuw concert.
Emilie & Ogden speelt tijdens het Cross-Linx Festival op 28 februari in Groningen.
DOOXS is pril maar succesvol
FOTO: Laura Andalou
LEEUWARDEN – Eigenlijk is DOOXS nog maar een baby. Nog amper een half jaar, maar nu al enorm succesvol. Bij toeval kwamen Aniek de Rooij en Djoeke Boomsma in contact en na een eerste kennismaking bleek het ook muzikaal te klikken bij het Rotterdamse damesduo. Ze stonden al in Reykjavik, op Eurosonic, wonnen prijzen en als kers op de taart staan ze op Ondergronds in Neushoorn in Leeuwarden op 18 februari met nog twee andere steengoede bands het Groningse KIN en The Future's Dust. Alle reden voor een kennismaking met Dooxs. Het vrouwelijke indietronicaduo van Nederland.
“Ik zag Aniek een half jaar geleden bij een ander bandje haar ding doen. Ze maakt een enorme soundscape om de band heen”, vertelt Djoeke in thuisbasis Rotterdam, waar beide dames hun verhaal doen. “Dat vond ik zo tof dat ik haar de dag erna een bericht heb gestuurd of ze een keer met mij muziek wilde maken. Toen zijn we gaan zitten en in één middag was daar onze single 'Nude'.” Aniek vult aan: “Het was eigenlijk meteen al duidelijk dat dit niet bij een keer zou blijven. Dat het zo van zelf gaat heb je niet zomaar met iemand.” Een band was geboren en we noemen haar DOOXS.
Een volgende stap is dan het schrijven van nummers. Een taak waar beide dames zich met overgave op storten. Aniek: “Meestal gaat het zo dat Djoeke met een nummer aan komt zetten. Zij zingt dan de vocals in en dan bouwen we er samen de hele track omheen. Inspiraties komen van artiesten als Jon Hopkins, Moderat, Howling, James Blake.” Djoeke: “We vinden het tof om verschillende invloeden te combineren. Onze nummers kunnen van heel intiem opbouwen tot een keiharde techno track. Dat is juist leuk, want dat verwachten mensen meestal niet van twee chicks. Ik ben heel lang op zoek geweest naar de juiste sound voor mijn songs. Ik ben niet echt een verhalenverteller, ik wil vooral graag een sfeer neerzetten met mijn songs en dat heeft Aniek ook. Met electronica kun je zo veel space maken, je kunt de producties zo groot maken als je wilt, dat het je helemaal omarmt. Dat is te gek en kun je niet met een gitaar.”
De bedoeling is dat DOOXS gauw met een EP op de markt komen. Aniek: “We zijn nu heel hard aan het werk om de puntjes op de i te zetten met onze EP. Zo tof dat het na zo'n lang proces nu eindelijk begint te klinken zoals we willen. De nummers staan op zichzelf, we hebben zwoele songs met trage hiphop beats, maar ook stoerdere nummers. We zijn natuurlijk een vrouwelijk duo en de uitdaging was vooral om niet te soft te zijn. Het moet zo ziek zijn dat ze niet om ons heen kunnen en als twee chicks kun je denk ik niet genoeg ballen hebben.”
Een mooi eerste succes was het winnen van de Grote Prijs van Rotterdam, naast optredens op Eurosonic en op het Menningarnótt festival. Djoeke vertelt hierover: “Het winnen van de Grote Prijs heeft ervoor gezorgd dat mensen wisten dat we überhaupt bestonden. De auditie was letterlijk ons eerste optreden. Vanaf dat moment is het wel snel gegaan. Lekker wat gigs in Rotterdam gehad en toen in januari natuurlijk Eurosonic. Dat was heel erg tof. Uberhaupt om er te staan was al een ding, maar we hadden niet verwacht dat er zo veel mensen zouden komen en dat het zo goed zou gaan. We hebben heel veel toffe reacties gehad, wat er uitrolt is nog even afwachten. Onze plannen voor 2016 is allereerst dus om onze debuut EP te releasen. Daar komt een toffe release show bij en we gaan ook nog een video clip uitbrengen. Verder kunnen wij niet wachten om weer te gaan schrijven en willen we ons richten op wat toffe support shows en festivals. Misschien dat we dan in 2017 een eigen tourtje kunnen doen en het buitenland ook mee kunnen pakken.” Volop plannen dus van deze dames met ballen en goede muziek. Eerst wacht Neushoorn.
DOOXS treedt op tijdens de de 18 februari editie van Ondergronds samen met KIN en The Future's Dust.
FOTO: Laura Andalou
LEEUWARDEN – Eigenlijk is DOOXS nog maar een baby. Nog amper een half jaar, maar nu al enorm succesvol. Bij toeval kwamen Aniek de Rooij en Djoeke Boomsma in contact en na een eerste kennismaking bleek het ook muzikaal te klikken bij het Rotterdamse damesduo. Ze stonden al in Reykjavik, op Eurosonic, wonnen prijzen en als kers op de taart staan ze op Ondergronds in Neushoorn in Leeuwarden op 18 februari met nog twee andere steengoede bands het Groningse KIN en The Future's Dust. Alle reden voor een kennismaking met Dooxs. Het vrouwelijke indietronicaduo van Nederland.
“Ik zag Aniek een half jaar geleden bij een ander bandje haar ding doen. Ze maakt een enorme soundscape om de band heen”, vertelt Djoeke in thuisbasis Rotterdam, waar beide dames hun verhaal doen. “Dat vond ik zo tof dat ik haar de dag erna een bericht heb gestuurd of ze een keer met mij muziek wilde maken. Toen zijn we gaan zitten en in één middag was daar onze single 'Nude'.” Aniek vult aan: “Het was eigenlijk meteen al duidelijk dat dit niet bij een keer zou blijven. Dat het zo van zelf gaat heb je niet zomaar met iemand.” Een band was geboren en we noemen haar DOOXS.
Een volgende stap is dan het schrijven van nummers. Een taak waar beide dames zich met overgave op storten. Aniek: “Meestal gaat het zo dat Djoeke met een nummer aan komt zetten. Zij zingt dan de vocals in en dan bouwen we er samen de hele track omheen. Inspiraties komen van artiesten als Jon Hopkins, Moderat, Howling, James Blake.” Djoeke: “We vinden het tof om verschillende invloeden te combineren. Onze nummers kunnen van heel intiem opbouwen tot een keiharde techno track. Dat is juist leuk, want dat verwachten mensen meestal niet van twee chicks. Ik ben heel lang op zoek geweest naar de juiste sound voor mijn songs. Ik ben niet echt een verhalenverteller, ik wil vooral graag een sfeer neerzetten met mijn songs en dat heeft Aniek ook. Met electronica kun je zo veel space maken, je kunt de producties zo groot maken als je wilt, dat het je helemaal omarmt. Dat is te gek en kun je niet met een gitaar.”
De bedoeling is dat DOOXS gauw met een EP op de markt komen. Aniek: “We zijn nu heel hard aan het werk om de puntjes op de i te zetten met onze EP. Zo tof dat het na zo'n lang proces nu eindelijk begint te klinken zoals we willen. De nummers staan op zichzelf, we hebben zwoele songs met trage hiphop beats, maar ook stoerdere nummers. We zijn natuurlijk een vrouwelijk duo en de uitdaging was vooral om niet te soft te zijn. Het moet zo ziek zijn dat ze niet om ons heen kunnen en als twee chicks kun je denk ik niet genoeg ballen hebben.”
Een mooi eerste succes was het winnen van de Grote Prijs van Rotterdam, naast optredens op Eurosonic en op het Menningarnótt festival. Djoeke vertelt hierover: “Het winnen van de Grote Prijs heeft ervoor gezorgd dat mensen wisten dat we überhaupt bestonden. De auditie was letterlijk ons eerste optreden. Vanaf dat moment is het wel snel gegaan. Lekker wat gigs in Rotterdam gehad en toen in januari natuurlijk Eurosonic. Dat was heel erg tof. Uberhaupt om er te staan was al een ding, maar we hadden niet verwacht dat er zo veel mensen zouden komen en dat het zo goed zou gaan. We hebben heel veel toffe reacties gehad, wat er uitrolt is nog even afwachten. Onze plannen voor 2016 is allereerst dus om onze debuut EP te releasen. Daar komt een toffe release show bij en we gaan ook nog een video clip uitbrengen. Verder kunnen wij niet wachten om weer te gaan schrijven en willen we ons richten op wat toffe support shows en festivals. Misschien dat we dan in 2017 een eigen tourtje kunnen doen en het buitenland ook mee kunnen pakken.” Volop plannen dus van deze dames met ballen en goede muziek. Eerst wacht Neushoorn.
DOOXS treedt op tijdens de de 18 februari editie van Ondergronds samen met KIN en The Future's Dust.
Reverend Deadeye zingt over The Lord, Liquer en Ladies
GRONINGEN – Onze Here God, Drank en Dames. In die woorden weet Reverend Deadeye zijn musicale universum te vatten. De Reverend brengt zijn boodschap verpakt in country, blues, rock en gospel en zorgt tijdens de Europese tournee van Nathaniel Rateliff & The Night Sweats voor de boodschap vooraf. Op 25 februari staat het gezelschap in De Oosterport in Groningen. Mogelijk komen daar nog meer optredens bij want Reverend Deadeye (Brennt Burkhart) heeft nog wat dates te vullen.
“Ik weet eigenlijk niet precies hoe mijn muziek is ontstaan”, klinkt het na wat denkwerk van Reverend Deadeye. “Ik speel de muziek die zich in mijn hart laat voelen en in de loop van de tijd ontwikkeld dat zich en veranderd het. Ik speel al muziek zolang ik mij kan herinneren. Ik ben begonnen met de piano toen ik een jaar of vijf was en toen ik ouder werd is dat balletje verder gaan rollen.”
Voor een entertainer heeft Reverend Deadeye een prachtige achtergrond. Zijn vader preekte en ook zijn grootvader stond voor de gemeente met het woord Gods. Een prachtige leerschool als entertainer voor een artiest. Ook als predikant moet je immers je publiek aan je binden. De familie van Reverend Deadeye was verbonden aan de Pentecostal Church in een Navajo reservaat. Een Christelijk geloof verwant aan de Pinkstergemeenschap waaruit het is ontstaan, maar waarin geheel eigen opvattingen heersen over het geloof. Een kenmerk zijn de levendige diensten. Tijdens deze diensten wordt gezongen, gedanst, praat men in tongen en zijn er handopleggingen. In sommige van deze kerken speelt het omgaan met giftige slangen een rol. Ook Reverend Deadeye heeft tijdens deze 'revivals' slangen in handen gehad. “Het is absoluut een heel goede leerschool voor me geweest”, vertelt de zanger. “Ik ben opgegroeid terwijl ik toekeek en luisterde hoe mijn vader en grootvader eke avond vanaf de preekstoel preekten en zongen. Alles wat ik nu doe op het toneel is terug te leiden naar wat zij deden, Hoe zij spraken en zongen. Ik zing nog steeds veel gospels. De boodschap die daar in zit heeft betekenis. Ik hou ook zo van het gospel, omdat je deze kunt zingen met furie. Mijn vader en grootvader zongen het met deze overtuiging dus moet het wel goed zijn.” Een heilige muzikale erfenis, in de woorden van de Reverend, die zijn weg heeft gevonden in zijn optredens.
Naast gospel heeft Reverend Deadeye nog een aantal andere inspiratiebronnen in zijn liedjes. “De onderwerpen die je in mijn liedjes terug vindt zijn de Onze Here God, drank en dames. Het goede en het slechte van alle drie. Ik denk dat eigenlijk al mijn liedjes beginnen met het muzikale deel. Ik maak een melodie op gitaar en daar komen dan de refreinen en teksten bij.” Muzikaal leunt hij tegen de gospel, de blues, country en garagerock. Zijn reis als Reverend Deadeye begon Brennt Burkhart in 2002 nadat hij eerder had gezeten in een aantal bands waaronder de postpunk band Bedraggled. Met zijn soloshow keert hij terug naar de muziek voor zijn rocktijd. Terug naar de countrygospel en de plaatjes die zijn opa draaide. Hij heeft in de loop der jaren een geheel eigen geluid gecreerd. Een geluid dat de waarheid weergeeft die je leert kennen als je emotioneel en spiritueel niet dieper kunt zinken, zoals het wel eens omschreven is. Het heeft hem een bestaan als rondreizend muzikant in de Verenigde Staten en Europa opgeleverd waar hij de ster is in zijn 'revivals', zoals hij zijn optredens heeft gedoopt.
In de loop der tijd heeft Reverend Deadeye een aantal platen afgeleverd. Zijn laatste is “Devil, He's a Liar'. Een prachtig album. “Ik heb zoveel obstakels moeten overwinnen”, verzucht Reverend Deadeye, “om de plaat te kunnen opnemen. En eigenlijk heb ik daar nog steeds mee te maken. Als het gaat om de liedjes op de plaat te krijgen, zoals ik me dat voorgenomen had, ben ik er ben ik er 'pretty damn close' bij in de buurt gekomen. Dar ben ik tevreden over. Elke album dat ik opneem kom ik er steeds dichterbij het geluid dat ik wil. Op een dag sla ik de spijker op zijn kop”, lacht Reverend Deadeye.” Het album is op het moment alleen nog digitaal uit. Binnenkort moet het ook op vinyl en CD verschijnen. Eerst wacht de tour met Nathaniel Rateliff. “Ik ken Nathaniel al een hele poos. Ik verwacht dat we het geweldig naar ons zin zullen hebben. Als ik het tot het einde kan vlhouden, dan zal het zeker de moeite waard zij”, besluit Reverend Deadeye. Zijn Revival zal zorgen voor wat extra spiritualiteit in Europa.
Reverend Deadeye treedt samen met Nathaniel Rateliff & The Night Sweats op in De Oosterpoort in Groningen op 25 februari.
GRONINGEN – Onze Here God, Drank en Dames. In die woorden weet Reverend Deadeye zijn musicale universum te vatten. De Reverend brengt zijn boodschap verpakt in country, blues, rock en gospel en zorgt tijdens de Europese tournee van Nathaniel Rateliff & The Night Sweats voor de boodschap vooraf. Op 25 februari staat het gezelschap in De Oosterport in Groningen. Mogelijk komen daar nog meer optredens bij want Reverend Deadeye (Brennt Burkhart) heeft nog wat dates te vullen.
“Ik weet eigenlijk niet precies hoe mijn muziek is ontstaan”, klinkt het na wat denkwerk van Reverend Deadeye. “Ik speel de muziek die zich in mijn hart laat voelen en in de loop van de tijd ontwikkeld dat zich en veranderd het. Ik speel al muziek zolang ik mij kan herinneren. Ik ben begonnen met de piano toen ik een jaar of vijf was en toen ik ouder werd is dat balletje verder gaan rollen.”
Voor een entertainer heeft Reverend Deadeye een prachtige achtergrond. Zijn vader preekte en ook zijn grootvader stond voor de gemeente met het woord Gods. Een prachtige leerschool als entertainer voor een artiest. Ook als predikant moet je immers je publiek aan je binden. De familie van Reverend Deadeye was verbonden aan de Pentecostal Church in een Navajo reservaat. Een Christelijk geloof verwant aan de Pinkstergemeenschap waaruit het is ontstaan, maar waarin geheel eigen opvattingen heersen over het geloof. Een kenmerk zijn de levendige diensten. Tijdens deze diensten wordt gezongen, gedanst, praat men in tongen en zijn er handopleggingen. In sommige van deze kerken speelt het omgaan met giftige slangen een rol. Ook Reverend Deadeye heeft tijdens deze 'revivals' slangen in handen gehad. “Het is absoluut een heel goede leerschool voor me geweest”, vertelt de zanger. “Ik ben opgegroeid terwijl ik toekeek en luisterde hoe mijn vader en grootvader eke avond vanaf de preekstoel preekten en zongen. Alles wat ik nu doe op het toneel is terug te leiden naar wat zij deden, Hoe zij spraken en zongen. Ik zing nog steeds veel gospels. De boodschap die daar in zit heeft betekenis. Ik hou ook zo van het gospel, omdat je deze kunt zingen met furie. Mijn vader en grootvader zongen het met deze overtuiging dus moet het wel goed zijn.” Een heilige muzikale erfenis, in de woorden van de Reverend, die zijn weg heeft gevonden in zijn optredens.
Naast gospel heeft Reverend Deadeye nog een aantal andere inspiratiebronnen in zijn liedjes. “De onderwerpen die je in mijn liedjes terug vindt zijn de Onze Here God, drank en dames. Het goede en het slechte van alle drie. Ik denk dat eigenlijk al mijn liedjes beginnen met het muzikale deel. Ik maak een melodie op gitaar en daar komen dan de refreinen en teksten bij.” Muzikaal leunt hij tegen de gospel, de blues, country en garagerock. Zijn reis als Reverend Deadeye begon Brennt Burkhart in 2002 nadat hij eerder had gezeten in een aantal bands waaronder de postpunk band Bedraggled. Met zijn soloshow keert hij terug naar de muziek voor zijn rocktijd. Terug naar de countrygospel en de plaatjes die zijn opa draaide. Hij heeft in de loop der jaren een geheel eigen geluid gecreerd. Een geluid dat de waarheid weergeeft die je leert kennen als je emotioneel en spiritueel niet dieper kunt zinken, zoals het wel eens omschreven is. Het heeft hem een bestaan als rondreizend muzikant in de Verenigde Staten en Europa opgeleverd waar hij de ster is in zijn 'revivals', zoals hij zijn optredens heeft gedoopt.
In de loop der tijd heeft Reverend Deadeye een aantal platen afgeleverd. Zijn laatste is “Devil, He's a Liar'. Een prachtig album. “Ik heb zoveel obstakels moeten overwinnen”, verzucht Reverend Deadeye, “om de plaat te kunnen opnemen. En eigenlijk heb ik daar nog steeds mee te maken. Als het gaat om de liedjes op de plaat te krijgen, zoals ik me dat voorgenomen had, ben ik er ben ik er 'pretty damn close' bij in de buurt gekomen. Dar ben ik tevreden over. Elke album dat ik opneem kom ik er steeds dichterbij het geluid dat ik wil. Op een dag sla ik de spijker op zijn kop”, lacht Reverend Deadeye.” Het album is op het moment alleen nog digitaal uit. Binnenkort moet het ook op vinyl en CD verschijnen. Eerst wacht de tour met Nathaniel Rateliff. “Ik ken Nathaniel al een hele poos. Ik verwacht dat we het geweldig naar ons zin zullen hebben. Als ik het tot het einde kan vlhouden, dan zal het zeker de moeite waard zij”, besluit Reverend Deadeye. Zijn Revival zal zorgen voor wat extra spiritualiteit in Europa.
Reverend Deadeye treedt samen met Nathaniel Rateliff & The Night Sweats op in De Oosterpoort in Groningen op 25 februari.
Pitou Nicolaes: “Emotie gaat boven techniek”
Foto: Danny Griffioen
HOUWERZIJL – De House For Sale Sessions in Houwerzijl lopen op het einde. Nog twee optredens staan op de agenda voor het organiserende Roodehaan team zich weer stort op het buitenseizoen. De voorlaatste op de agenda is Pitou. De Amsterdamse Pitou Nicolaes wordt geroemd om haar zang en door het combineren van folk met klassiek, een combinatie die in het buitenland al vaak wonderbaarlijk mooi is uitgepakt. Pitou komt op 13 februari zingen in Houwerzijl. Niet alleen, want de formatie staat bekend om de prachtige samenzang.
“Ik heb van mijn tiende tot mijn vijftiende gezongen in het Nationaal Kinderkoor en heb daarna drie jaar niks meer met muziek gedaan”, onthult Pitou Nicolaes als het gaat over haar muzikale wortels. “In die jaren was ik vooral bezig met op de middelbare school zitten en een zestienjarige zijn. Pas na mijn middelbare school, toen ik ging nadenken over 'de toekomst', pakte ik de muziek weer op en deed ik auditie voor het Conservatorium van Amsterdam, de popopleiding. Ik begon liedjes te schrijven. Dat was eigenlijk meteen het antwoord, zodat er geen vraag meer was over wat ik wilde doen.” Het werd de muziek. Daarbij weigert Pitou Nicolaes een richting te kiezen, Met Pitou is ze de popkant opgegaan en met het Kobra Ensemble de klassieke en in beide zijn de scheidslijnen dun getrokken en lopen genres in elkaar over. “Mijn doel is om niet als klassiekzangeres of als folkzangeres te boek te staan, maar daarin fluid te worden. Er zit in de muziekcultuur zo'n enorme scheidingslijn tussen klassiek en pop. Ik zou graag zien dat dat wat minder wordt. Met Kobra proberen we dat al te doen, door klassieke muziek in een concert te mixen met volksmuziek en op te treden op plekken als een zwembad of een leegstaande villa. In mijn eigen muziek zoek ik juist graag de klassieke aspecten op, zoals de meerstemmigheid. Het is af en toe een beetje vreemd en schizofreen om onder mijn eigen naam een act te hebben, maar het is wel precies zoals het is. In Kobra ben ik ook nog steeds Pitou, maar draait het om Kobra.”
“Ik ben opgegroeid met koormuziek”, gaat Pitou in op de belangrijke rol van harmonieën in haar werk, zozeer zelfs dat stemmen instrumenten worden. “Voor mij was het vanzelfsprekend dat iedereen in een stuk een toon of melodie zong en dat uit die verschillende melodieen dan uiteindelijk harmonieën kwamen. Toen ik op het conservatorium kwam bleek dat de meeste mensen juist dachten vanuit akkoorden en daar bovenop dan melodieën schreven. Ik denk nog steeds op 'melodie eerst'-basis, en gebruik dus de koorpartijen als basis waar anderen een harmonie-gebaseerd instrument zouden gebruiken. Ook de gitaar die ik bespeel is meer melodie-gebaseerd. Ik mag mezelf ook absoluut geen gitarist noemen – ik speel zelden op meer dan 1 snaar tegelijk - maar het is heerlijk om jezelf te kunnen begeleiden en daarin onafhankelijk te kunnen zijn.”
Een ander punt dat aan de orde komt is dat bij klassiek geschoolde zangeressen vaak de techniek de boventoon voert boven de emotie. “Voor mij staat de emotie altijd boven de techniek. Natuurlijk is een goede techniek fijn, het maakt je instrument minder kwetsbaar. Maar het belangrijkste van muziek, zowel mijn eigen muziek als van die die ik zelf luister, is voor mij uiteindelijk emotie, niet 'het goed doen'.”
Een eerste Pitou album is aangekondigd. Nog dit jaar moet het verschijnen. “Dit debuut voelt eigenlijk als een soort startpunt, starten met een verzameling van wat ik tot nu toe heb gemaakt. Ik kan me voorstellen dat als je al eerder een album uit hebt gebracht, je dan gaat nadenken over je volgende album als geheel: wat moet de sfeer zijn, wat is het thema. Bij mij was het zo dat ik alle liedjes al had en ik nu bezig ben er een album van te maken. Dat is gek, je krijgt opeens een afstand tot de nummers. Maar ik ben blij dat ik de tijd en mensen heb gevonden om daarmee aan de slag te gaan.”
Er mag veel verwacht worden van het concert van Pitou in Houwerzijl. Hoewel de formatie nog maar heel pril is en pas een jaar geleden in het leven is geroepen werd het Mooie Noten gewonnen. Een mooie kickstart. “Dat ik Mooie Noten won was onverwacht, de voorronde was geloof ik het derde optreden wat ik deed in de samenstelling met 2 achtergrondzangeressen. De reden dat ik meedeed was vooral omdat ik benieuwd was naar hoe mensen zouden reageren. Een wedstrijd rondom muziek is altijd een beetje vreemd, een prijs maakt niet dat mensen je muziek mooier of minder mooi vinden. Je moet daarna alsnog je publiek vinden. Maar meedoen aan Mooie Noten heeft er wel voor gezorgd dat ik mensen heb ontmoet die me konden helpen met alles om de muziek heen: de muziekwereld, optredens regelen. Ik had tot dan alles alleen gedaan. Het was goed om er achter te komen dat je, zeker in dit beroep, niet alles alleen hoeft te doen. Ik werk aan het begin van een proces nog altijd het liefst in mijn eentje, maar er kan nog een heleboel meer gebeuren als je de juiste mensen vindt, die affiniteit voelen met dat waar je mee bezig bent, en die met hun eigen specialiteit willen meedenken”, besluit Pitou Nicolaes.
Pitou treedt op 13 februari op in Houwerzijl tijdens de House for Sale Sessions.
Foto: Danny Griffioen
HOUWERZIJL – De House For Sale Sessions in Houwerzijl lopen op het einde. Nog twee optredens staan op de agenda voor het organiserende Roodehaan team zich weer stort op het buitenseizoen. De voorlaatste op de agenda is Pitou. De Amsterdamse Pitou Nicolaes wordt geroemd om haar zang en door het combineren van folk met klassiek, een combinatie die in het buitenland al vaak wonderbaarlijk mooi is uitgepakt. Pitou komt op 13 februari zingen in Houwerzijl. Niet alleen, want de formatie staat bekend om de prachtige samenzang.
“Ik heb van mijn tiende tot mijn vijftiende gezongen in het Nationaal Kinderkoor en heb daarna drie jaar niks meer met muziek gedaan”, onthult Pitou Nicolaes als het gaat over haar muzikale wortels. “In die jaren was ik vooral bezig met op de middelbare school zitten en een zestienjarige zijn. Pas na mijn middelbare school, toen ik ging nadenken over 'de toekomst', pakte ik de muziek weer op en deed ik auditie voor het Conservatorium van Amsterdam, de popopleiding. Ik begon liedjes te schrijven. Dat was eigenlijk meteen het antwoord, zodat er geen vraag meer was over wat ik wilde doen.” Het werd de muziek. Daarbij weigert Pitou Nicolaes een richting te kiezen, Met Pitou is ze de popkant opgegaan en met het Kobra Ensemble de klassieke en in beide zijn de scheidslijnen dun getrokken en lopen genres in elkaar over. “Mijn doel is om niet als klassiekzangeres of als folkzangeres te boek te staan, maar daarin fluid te worden. Er zit in de muziekcultuur zo'n enorme scheidingslijn tussen klassiek en pop. Ik zou graag zien dat dat wat minder wordt. Met Kobra proberen we dat al te doen, door klassieke muziek in een concert te mixen met volksmuziek en op te treden op plekken als een zwembad of een leegstaande villa. In mijn eigen muziek zoek ik juist graag de klassieke aspecten op, zoals de meerstemmigheid. Het is af en toe een beetje vreemd en schizofreen om onder mijn eigen naam een act te hebben, maar het is wel precies zoals het is. In Kobra ben ik ook nog steeds Pitou, maar draait het om Kobra.”
“Ik ben opgegroeid met koormuziek”, gaat Pitou in op de belangrijke rol van harmonieën in haar werk, zozeer zelfs dat stemmen instrumenten worden. “Voor mij was het vanzelfsprekend dat iedereen in een stuk een toon of melodie zong en dat uit die verschillende melodieen dan uiteindelijk harmonieën kwamen. Toen ik op het conservatorium kwam bleek dat de meeste mensen juist dachten vanuit akkoorden en daar bovenop dan melodieën schreven. Ik denk nog steeds op 'melodie eerst'-basis, en gebruik dus de koorpartijen als basis waar anderen een harmonie-gebaseerd instrument zouden gebruiken. Ook de gitaar die ik bespeel is meer melodie-gebaseerd. Ik mag mezelf ook absoluut geen gitarist noemen – ik speel zelden op meer dan 1 snaar tegelijk - maar het is heerlijk om jezelf te kunnen begeleiden en daarin onafhankelijk te kunnen zijn.”
Een ander punt dat aan de orde komt is dat bij klassiek geschoolde zangeressen vaak de techniek de boventoon voert boven de emotie. “Voor mij staat de emotie altijd boven de techniek. Natuurlijk is een goede techniek fijn, het maakt je instrument minder kwetsbaar. Maar het belangrijkste van muziek, zowel mijn eigen muziek als van die die ik zelf luister, is voor mij uiteindelijk emotie, niet 'het goed doen'.”
Een eerste Pitou album is aangekondigd. Nog dit jaar moet het verschijnen. “Dit debuut voelt eigenlijk als een soort startpunt, starten met een verzameling van wat ik tot nu toe heb gemaakt. Ik kan me voorstellen dat als je al eerder een album uit hebt gebracht, je dan gaat nadenken over je volgende album als geheel: wat moet de sfeer zijn, wat is het thema. Bij mij was het zo dat ik alle liedjes al had en ik nu bezig ben er een album van te maken. Dat is gek, je krijgt opeens een afstand tot de nummers. Maar ik ben blij dat ik de tijd en mensen heb gevonden om daarmee aan de slag te gaan.”
Er mag veel verwacht worden van het concert van Pitou in Houwerzijl. Hoewel de formatie nog maar heel pril is en pas een jaar geleden in het leven is geroepen werd het Mooie Noten gewonnen. Een mooie kickstart. “Dat ik Mooie Noten won was onverwacht, de voorronde was geloof ik het derde optreden wat ik deed in de samenstelling met 2 achtergrondzangeressen. De reden dat ik meedeed was vooral omdat ik benieuwd was naar hoe mensen zouden reageren. Een wedstrijd rondom muziek is altijd een beetje vreemd, een prijs maakt niet dat mensen je muziek mooier of minder mooi vinden. Je moet daarna alsnog je publiek vinden. Maar meedoen aan Mooie Noten heeft er wel voor gezorgd dat ik mensen heb ontmoet die me konden helpen met alles om de muziek heen: de muziekwereld, optredens regelen. Ik had tot dan alles alleen gedaan. Het was goed om er achter te komen dat je, zeker in dit beroep, niet alles alleen hoeft te doen. Ik werk aan het begin van een proces nog altijd het liefst in mijn eentje, maar er kan nog een heleboel meer gebeuren als je de juiste mensen vindt, die affiniteit voelen met dat waar je mee bezig bent, en die met hun eigen specialiteit willen meedenken”, besluit Pitou Nicolaes.
Pitou treedt op 13 februari op in Houwerzijl tijdens de House for Sale Sessions.
Niki Jacobs: “Er zijn woorden die kus je bijna je mond uit”
HOOGEZAND – 'Mamaloshn' van Nikitov was absoluut één van de leukste projecten van 2015 in de Nederlandse muziek. Bekende nummers werden door zangeres Niki Jacobs en haar band hertaald in het jiddisch en opgenomen of live gebracht. Heel verrassende resultaten waarin het Yiddish als zangtaal sterk overeind bleef. Niki Jacobs staat dit weekend in Hoogezand. Op 31 januari zingt ze overdag voor de allerkleinsten in haar babyconcerten en in de avond brengt ze een wereld die nagenoeg onbekend is voor velen tot leven in 'Mameloshn'. Wie zich afvraagt hoe Madonna, de Rolling Stones, Leonard Cohen of Chaka Khan klinkt in het Yiddish kan naar Het Kielzog in Hoogezand.
“Ik kan me in alle eerlijkheid niet heugen dat het ooit een vraag was of ik musicus wilde worden”, vertelt Niki Jacobs thuis in Bloemendaal. “Dat klinkt misschien gek, maar zo is het wel gegaan.
Ik denk dat ik vanaf het moment dat ik me besefte dat ik kon zingen, gewerkt heb naar het zijn van musicus. Tuurlijk is er de twijfel, van, ben ik wel goed genoeg en hoe ga ik het dan doen, maar meer ging het over het hoe ga ik het doen, dan óf ik het ging doen. dat was een vanzelfsprekendheid.” Inmiddels is Niki Jacobs één van de meest vooraanstaande Yiddische zangeresssen ter wereld die met grote regelmaat overal ter wereld wordt gevraagd op te treden. Al jong heeft ze zich na het conservatorium verdiept in het zingen in deze taal. Ze studeerde bij gevestigde namen als Zalmen Mlotek en Adrienne Cooper, In 1999 begon ze met Nikitov. Een combinatie van Yiddische liederen, gypzy jazz en Oost-Europese volksmuziek. De nadruk lag daarbij niet bij het weergeven van de oorspronkelijke liederen. Nikitov zocht de aansluiting bij het nu en deed dat met moderne interpretaties en ook in steeds grotere mate eigen liederen. “Het schrijven van eigen werk vind ik moeilijk, al merk ik wel dat ik daar steeds beter in word. Ik voel me steeds zekerder over het feit dat ik behalve uitvoerend musicus, ook iets te melden heb in het maken. De onderwerpen komen aanwaaien en zijn bij mij vaak gerelateerd aan mijn leven of het leven van mensen dicht om mij heen.”
'Mameloshn', wat moedertaal betekend, is niet los te zien van de geschiedenis. In de Twintigste eeuw zijn dichters, zangers, schrijvers en sprekers van het Yiddish zonder aanzien des persoons vervolgd en vermoord in concentratiekampen en tijdens pogroms. Zonder die bloedige historie zou een veel groter deel van de wereld bevolking dan nu het Yiddish machtig zijn. Zou er dan ook popliedjes in het Yiddish zijn en hoe zouden ze klinken? Dat is de centrale vraag en het gegeven antwoord op het album. “Ik weet niet of het los te koppelen is van de geschiedenis. Ik weet ook niet of het er toe doet. Ik denk dat het er vooral omgaat dat het er is. En ik op mijn manier heb gekozen voor een combinatie van nieuw en oud, traditie en vernieuwing. Ik plaats het in het nu, omdat ik nu ben.” De liedjes spreken dan ook voor zich. Bekend, maar in een onbekende taal slaan ze een brug tussen een bekende en onbekende wereld. De wereld van een wonderschone taal. “Oh over de schoonheid van het Yiddish kan ik uren doorgaan, de klanken, de dictie, de emotionele waarde de schoonheid en poezie van de woorden gaan bij mij heel diep”, verzucht Niki Jacobs. “Ik merk wel eens dat mensen veel minder tekst gevoelig zijn dan ik en die dan voor mijn gevoel missen hoe mooi de taal is. Er zijn woorden die kus je bijna je mond uit en die kracht, diepte en poezie zit wat mij betreft in het Yiddish. Het idee voor 'Mameloshn' komt vooral van mij en de natuurlijk de band. Het is ontstaan vanuit het idee het Yiddish een lagere drempel te geven. De taal uit het obscure te halen.Yiddish deel uit te laten maken van de huidige cultuur. Door bestaande pop liedjes te kiezen denken wij dat mensen ook weer op een andere manier gaan luisteren. Maar bovenal is het een geweldig project om mee bezig te zijn. De reacties zijn heel goed, vooral in het buitenland. de Verenigde Staten en Duitsland. Je merkt dat daar ook de connectie met popliedjes anders is. En meer gewaardeerd wordt misschien wel. We zijn zeker aan het nadenken over een vervolg, maar hoe dat er precies uit gaat zien weet ik nog niet. Ik ben wel bezig met een ander project, een cd met troostliedjes. in het Yiddish, een combinatie van oud repertoire en eigen werk, met als overkoepelend thema; troost.”
Troost is uiteraard ook een thema bij de babyconcerten. Voor de kleinsten een kennismaking met muziek. “De babyconcerten is een van de leukste dingen die ik ooit gedaan heb”, jubelt Jacobs, “het is zo bijzonder om te zien hoe die kleine mensjes reageren op klank. Op de stem, maar ook de gitaar, de accordeon, de wind, de regen, allelei klanken die we maken. Ik merk dat het wel degelijk raakvlakken heeft, namelijk in het raken, het ontroeren. Ik hoop heel erg dat we die kleine mensjes met hun ouders of verzorger, een cadeau meegeven. Een moment van rust en schoonheid.”
Niki Jacobs is een prachtige zangeres. Met haar ensemble legt ze constant verbindingen. Met de instrumenten van toen speelt ze muziek van nu. In een onbekende taal zingt ze bekende liederen. Een wereld die eens was weet ze te binden aan een wereld die er nu is. De muziek is prachtig en verdient het om levend te worden gehouden, zodat er van genoten kan worden.
Niki Jacobs staat met Nikitov op 31 januari in Her Kielzog in Hoogezand voor Mamaloshn.
HOOGEZAND – 'Mamaloshn' van Nikitov was absoluut één van de leukste projecten van 2015 in de Nederlandse muziek. Bekende nummers werden door zangeres Niki Jacobs en haar band hertaald in het jiddisch en opgenomen of live gebracht. Heel verrassende resultaten waarin het Yiddish als zangtaal sterk overeind bleef. Niki Jacobs staat dit weekend in Hoogezand. Op 31 januari zingt ze overdag voor de allerkleinsten in haar babyconcerten en in de avond brengt ze een wereld die nagenoeg onbekend is voor velen tot leven in 'Mameloshn'. Wie zich afvraagt hoe Madonna, de Rolling Stones, Leonard Cohen of Chaka Khan klinkt in het Yiddish kan naar Het Kielzog in Hoogezand.
“Ik kan me in alle eerlijkheid niet heugen dat het ooit een vraag was of ik musicus wilde worden”, vertelt Niki Jacobs thuis in Bloemendaal. “Dat klinkt misschien gek, maar zo is het wel gegaan.
Ik denk dat ik vanaf het moment dat ik me besefte dat ik kon zingen, gewerkt heb naar het zijn van musicus. Tuurlijk is er de twijfel, van, ben ik wel goed genoeg en hoe ga ik het dan doen, maar meer ging het over het hoe ga ik het doen, dan óf ik het ging doen. dat was een vanzelfsprekendheid.” Inmiddels is Niki Jacobs één van de meest vooraanstaande Yiddische zangeresssen ter wereld die met grote regelmaat overal ter wereld wordt gevraagd op te treden. Al jong heeft ze zich na het conservatorium verdiept in het zingen in deze taal. Ze studeerde bij gevestigde namen als Zalmen Mlotek en Adrienne Cooper, In 1999 begon ze met Nikitov. Een combinatie van Yiddische liederen, gypzy jazz en Oost-Europese volksmuziek. De nadruk lag daarbij niet bij het weergeven van de oorspronkelijke liederen. Nikitov zocht de aansluiting bij het nu en deed dat met moderne interpretaties en ook in steeds grotere mate eigen liederen. “Het schrijven van eigen werk vind ik moeilijk, al merk ik wel dat ik daar steeds beter in word. Ik voel me steeds zekerder over het feit dat ik behalve uitvoerend musicus, ook iets te melden heb in het maken. De onderwerpen komen aanwaaien en zijn bij mij vaak gerelateerd aan mijn leven of het leven van mensen dicht om mij heen.”
'Mameloshn', wat moedertaal betekend, is niet los te zien van de geschiedenis. In de Twintigste eeuw zijn dichters, zangers, schrijvers en sprekers van het Yiddish zonder aanzien des persoons vervolgd en vermoord in concentratiekampen en tijdens pogroms. Zonder die bloedige historie zou een veel groter deel van de wereld bevolking dan nu het Yiddish machtig zijn. Zou er dan ook popliedjes in het Yiddish zijn en hoe zouden ze klinken? Dat is de centrale vraag en het gegeven antwoord op het album. “Ik weet niet of het los te koppelen is van de geschiedenis. Ik weet ook niet of het er toe doet. Ik denk dat het er vooral omgaat dat het er is. En ik op mijn manier heb gekozen voor een combinatie van nieuw en oud, traditie en vernieuwing. Ik plaats het in het nu, omdat ik nu ben.” De liedjes spreken dan ook voor zich. Bekend, maar in een onbekende taal slaan ze een brug tussen een bekende en onbekende wereld. De wereld van een wonderschone taal. “Oh over de schoonheid van het Yiddish kan ik uren doorgaan, de klanken, de dictie, de emotionele waarde de schoonheid en poezie van de woorden gaan bij mij heel diep”, verzucht Niki Jacobs. “Ik merk wel eens dat mensen veel minder tekst gevoelig zijn dan ik en die dan voor mijn gevoel missen hoe mooi de taal is. Er zijn woorden die kus je bijna je mond uit en die kracht, diepte en poezie zit wat mij betreft in het Yiddish. Het idee voor 'Mameloshn' komt vooral van mij en de natuurlijk de band. Het is ontstaan vanuit het idee het Yiddish een lagere drempel te geven. De taal uit het obscure te halen.Yiddish deel uit te laten maken van de huidige cultuur. Door bestaande pop liedjes te kiezen denken wij dat mensen ook weer op een andere manier gaan luisteren. Maar bovenal is het een geweldig project om mee bezig te zijn. De reacties zijn heel goed, vooral in het buitenland. de Verenigde Staten en Duitsland. Je merkt dat daar ook de connectie met popliedjes anders is. En meer gewaardeerd wordt misschien wel. We zijn zeker aan het nadenken over een vervolg, maar hoe dat er precies uit gaat zien weet ik nog niet. Ik ben wel bezig met een ander project, een cd met troostliedjes. in het Yiddish, een combinatie van oud repertoire en eigen werk, met als overkoepelend thema; troost.”
Troost is uiteraard ook een thema bij de babyconcerten. Voor de kleinsten een kennismaking met muziek. “De babyconcerten is een van de leukste dingen die ik ooit gedaan heb”, jubelt Jacobs, “het is zo bijzonder om te zien hoe die kleine mensjes reageren op klank. Op de stem, maar ook de gitaar, de accordeon, de wind, de regen, allelei klanken die we maken. Ik merk dat het wel degelijk raakvlakken heeft, namelijk in het raken, het ontroeren. Ik hoop heel erg dat we die kleine mensjes met hun ouders of verzorger, een cadeau meegeven. Een moment van rust en schoonheid.”
Niki Jacobs is een prachtige zangeres. Met haar ensemble legt ze constant verbindingen. Met de instrumenten van toen speelt ze muziek van nu. In een onbekende taal zingt ze bekende liederen. Een wereld die eens was weet ze te binden aan een wereld die er nu is. De muziek is prachtig en verdient het om levend te worden gehouden, zodat er van genoten kan worden.
Niki Jacobs staat met Nikitov op 31 januari in Her Kielzog in Hoogezand voor Mamaloshn.
NNENN zuigt het leven in zich op
Foto: Menno van der Meulen
GRONINGEN – Een singersongwriter die samenwerkt met een sounddesigner en samen een band vormen. Singersongwriter Jojanneke ter Stege en producer en sounddesigner Tonny Nobel hebben samen de handen in eengeslagen om NNENN te vormen. Met succes. Beide zitten in de auto op weg naar het welkome House of Dudettes als we ze spreken en staan ook het op het officiele Eurosonic programma op 14 januari. Tijd om te kijken wat die samenwerking inhoudt van deze succesvolle Overijsselse band.
“We zagen en spraken elkaar al regelmatig op het conservatorium en waardeerden elkaars werk, al was het totaal verschillend, waardoor een ontmoeting in de studio niet uit kon blijven. Toen we voor het eerst echt samen iets maakten, werd dat meteen de basis voor het eerste nummer op ons album”, leggen Jojanneke ter Stege en Tonny Nobel uit, terwijl op de A28 het bord Hoogeveen opdoemt. We willen nu optreden, jammen en experimenteren om onze sound verder te ontwikelen en door naar interessante concerten te gaan, door het leven in ons op te zuigen, in het moment te zijn en dat in klank te vertalen. We zijn niet doelgericht onze sound aan het analyseren en dan bedenken wat het moet worden; het is veel meer iets wat ontstaat als gevolg van hoe wij ons leven leiden.”
Deze muzikale levenslesse en ervaringen worden in muziek omgezet. “Elk liedje komt anders tot stand; de ene keer komt Tonny met een beat of een soundscape, de andere keer kom ik met een tekst en of melodie en past Tonny daar zijn sounds en beats op aan. De andere keer heb ik al een af liedje en gaan we dat arrangeren voor met electronica erbij of komt het in een repetitie vanuit een jam tot stand. We laten ons ook erg inspireren door films. Soms zetten we een film aan in de studio en gaan we daar muziek bij maken bijvoorbeeld.”
Naast NNENN hebben beide ook hun soloprojecten. Tonny Nobel als DJ, maar vaak ook achter de schermen en Johanneke ter Stege met haar eigen liedjes op het toneel. Voor beide een logisch gevolg van een creatieve jeugd. Johanneke: “Het is me met de paplepel ingegoten om op te treden met een muziekliefhebbende en piano spelende vader en een moeder die drama docente was en zelf poezie en toneelstukken schrijft en uitvoert. Ze hebben me erg gestimuleerd. Ik zat op pianoles, zangles en klassiek koor en op verjaardagen van mijn ouders voerden mijn broers en ik altijd toneelstukjes of concertjes op. Op onze eigen verjaardag gingen we ook vaak iets creatiefs doen. Schilderen, filmpjes maken of zingen.” Tonny vult aan terwijl Beilen in zicht komt: “Ik was altijd al creatief bezig en heb mijn creativiteit op een gegeven moment steeds meer in muziek gestopt, toen ik met elektronische muziek in aanraking kwam, ging er een wereld van eindeloze mogelijkheden voor me open. Dat sprak me zo aan dat ik besloot een opleiding in de muziek te volgen en vanaf daar is het balletje gaan rollen. Ik kom uit een creatief gezin waarin mijn zus, die kunstenaar is en ik al van jongs af aan in mijn vader's atelier speelden. mijn ouders hebben me enorm ondersteund en doen dat nog steeds.”
Als van nature resulteerde dit voor beide in een creatieve opleiding en een loopbaan in de muziek.
Johanneke vertelt: “Muziek en schrijven zat altijd in me, zolang ik me kan herinneren schreef ik gedichtjes, verhalen en liedjes. Er was niet echt een specifiek moment dat de doorslag gaf, mijn hele leven was een logisch gevolg van wat in me zit.” Ook Tonny wilde iets doen met zijn creatieve kant. “Ik beschouw mezelf jn eerste instantie als maker, het optreden is pas iets van de afgelopen twee jaar door de samenwerking met Johanneke. Ik werkte al wel eerder als dj, maar dat is iets totaal anders dan wat we met NNENN doen.”
Het eerste album van NNENN is met gejuich ontvangen. “Snapshots of Eternity”is de titel van deze eersteling. Een mooie plek om ook even terug te kijken. “Hiervoor heb ik onder andere de band Limoensneeuw opgericht, een 5-koppige popband met swinginvloeden waar vibrafoon en contrabass een rol in hadden. De bezetting bestond uit studenten van verschillende opleidingen waaronder jazzmuzikanten en ik, een eclectisch geheel. We hadden ook liedjes met reggae achtige invloeden, maar meestal was het singer-songwriter als uitgangspunt met swing invloeden. Een beetje vergelijkbaar met An Pierlé wellicht. Daarvoor speelde ik in een kleinkunst trio en ik speelde mijn liedjes solo. Ik heb ook in een klassiek jeugdkoor gezongen waarmee we op concertreis naar Amerika gingen en als 12 jarige zong ik in een kinder opera met de nationale reisopera”vertelt Johanneke terwijl Tonny een blik op het TT teken werpt voor Assen en Jojanneke aanvult. “De invloed van Johanneke met het verhalende, de tekst, de ander soortige melodieën en sferen maken NNENN anders dan wat ik eerst deed; het accent lag eerst op het dansen, nu is het accent verschoven naar luisteren.” Dit is de achtergrond bij het album, dat toch een geheel eigen NNENN geluid heeft. “Ons doel was dat het zou klinken alsof het het laatste was wat we maakten voor we dood- of uit elkaar zouden gaan. Verder wilden we dat het een reis voor de luisteraar zou zijn, meer dan alleen een verzameling losse liedjes. We zijn heel blij met hoe het album heeft uitgepakt en vinden dat zeker het laatste is gelukt, maar zouden zo een volgend album willen maken, dat doodgaan en scheiden hoeft dus van ons nog niet zo nodig”, schudt de auto even van het lachen. “We hebben in het proces van het maken van het album en het live optreden onder meer met regisseuse Jantien Koenders, muzikanten Marike Jager en Henk Jan Heuvelink en producer/muzikant Pim van de Werken gewerkt. Dat was erg prettig. Een ander kan je zien zoals je jezelf niet ziet en helemaal als je zo samen als Tonny en ik midden in het proces zit, waren die paar ogen enorm welkom. De coachings waren vaak intensief, een paar uur achter elkaar, waardoor er veel ruimte voor reflectie was en waardoor we echt de diepte in konden gaan. We hebben heel veel van de coaches geleerd, ieder gaf op zijn manier zijn visie vanuit een openheid die heel prettig werken was. Naast deze mensen is de belangrijkste coach Rob Kramer van Productiehuis Oost-Nederland geweest. Samen met Bas Aaftink hebben we tweewekelijks om de tafel gezeten om te bespreken hoe dingen gingen, waar we naartoe willen en dat soort zaken. Het is fijn om gespiegeld te worden. De coaches stelden ons veel vragen, dat doet ons nadenken over waarom we doet wat we doen en of dat perse zo moet of dat het ook anders kan.”
Assen is gepasseerd. Groningen en het warme House of Dudettes wenkt. Beide kijken uit naar hun optredens. “We hopen jullie via onze show onze wereld in te zuigen zodat je je voor even op een onbekende terrein mag bevinden”, waarschuwen beide. “Ik ben er nog nooit op ESNS geweest”, onthult Johanneke. “Ik kijk uit naar het kijken naar andere artiesten, hoop dat er een gemoedelijke, dynamische sfeer is, waarin we interessante mensen kunnen leren kennen zoals boekers, programmeurs een dergelijke, die ons weer verder kunnen helpen als ze iets in ons zien. We zijn enorm benieuwd naar het spelen in De Kast en De Troubadour. Afgaande op de foto’s kunnen beide gigs nog weleens heel gezellig worden, we kijken ernaar uit!”
NNENN speelt op Eurosonic in De Troubadour op 14 januari.
Foto: Menno van der Meulen
GRONINGEN – Een singersongwriter die samenwerkt met een sounddesigner en samen een band vormen. Singersongwriter Jojanneke ter Stege en producer en sounddesigner Tonny Nobel hebben samen de handen in eengeslagen om NNENN te vormen. Met succes. Beide zitten in de auto op weg naar het welkome House of Dudettes als we ze spreken en staan ook het op het officiele Eurosonic programma op 14 januari. Tijd om te kijken wat die samenwerking inhoudt van deze succesvolle Overijsselse band.
“We zagen en spraken elkaar al regelmatig op het conservatorium en waardeerden elkaars werk, al was het totaal verschillend, waardoor een ontmoeting in de studio niet uit kon blijven. Toen we voor het eerst echt samen iets maakten, werd dat meteen de basis voor het eerste nummer op ons album”, leggen Jojanneke ter Stege en Tonny Nobel uit, terwijl op de A28 het bord Hoogeveen opdoemt. We willen nu optreden, jammen en experimenteren om onze sound verder te ontwikelen en door naar interessante concerten te gaan, door het leven in ons op te zuigen, in het moment te zijn en dat in klank te vertalen. We zijn niet doelgericht onze sound aan het analyseren en dan bedenken wat het moet worden; het is veel meer iets wat ontstaat als gevolg van hoe wij ons leven leiden.”
Deze muzikale levenslesse en ervaringen worden in muziek omgezet. “Elk liedje komt anders tot stand; de ene keer komt Tonny met een beat of een soundscape, de andere keer kom ik met een tekst en of melodie en past Tonny daar zijn sounds en beats op aan. De andere keer heb ik al een af liedje en gaan we dat arrangeren voor met electronica erbij of komt het in een repetitie vanuit een jam tot stand. We laten ons ook erg inspireren door films. Soms zetten we een film aan in de studio en gaan we daar muziek bij maken bijvoorbeeld.”
Naast NNENN hebben beide ook hun soloprojecten. Tonny Nobel als DJ, maar vaak ook achter de schermen en Johanneke ter Stege met haar eigen liedjes op het toneel. Voor beide een logisch gevolg van een creatieve jeugd. Johanneke: “Het is me met de paplepel ingegoten om op te treden met een muziekliefhebbende en piano spelende vader en een moeder die drama docente was en zelf poezie en toneelstukken schrijft en uitvoert. Ze hebben me erg gestimuleerd. Ik zat op pianoles, zangles en klassiek koor en op verjaardagen van mijn ouders voerden mijn broers en ik altijd toneelstukjes of concertjes op. Op onze eigen verjaardag gingen we ook vaak iets creatiefs doen. Schilderen, filmpjes maken of zingen.” Tonny vult aan terwijl Beilen in zicht komt: “Ik was altijd al creatief bezig en heb mijn creativiteit op een gegeven moment steeds meer in muziek gestopt, toen ik met elektronische muziek in aanraking kwam, ging er een wereld van eindeloze mogelijkheden voor me open. Dat sprak me zo aan dat ik besloot een opleiding in de muziek te volgen en vanaf daar is het balletje gaan rollen. Ik kom uit een creatief gezin waarin mijn zus, die kunstenaar is en ik al van jongs af aan in mijn vader's atelier speelden. mijn ouders hebben me enorm ondersteund en doen dat nog steeds.”
Als van nature resulteerde dit voor beide in een creatieve opleiding en een loopbaan in de muziek.
Johanneke vertelt: “Muziek en schrijven zat altijd in me, zolang ik me kan herinneren schreef ik gedichtjes, verhalen en liedjes. Er was niet echt een specifiek moment dat de doorslag gaf, mijn hele leven was een logisch gevolg van wat in me zit.” Ook Tonny wilde iets doen met zijn creatieve kant. “Ik beschouw mezelf jn eerste instantie als maker, het optreden is pas iets van de afgelopen twee jaar door de samenwerking met Johanneke. Ik werkte al wel eerder als dj, maar dat is iets totaal anders dan wat we met NNENN doen.”
Het eerste album van NNENN is met gejuich ontvangen. “Snapshots of Eternity”is de titel van deze eersteling. Een mooie plek om ook even terug te kijken. “Hiervoor heb ik onder andere de band Limoensneeuw opgericht, een 5-koppige popband met swinginvloeden waar vibrafoon en contrabass een rol in hadden. De bezetting bestond uit studenten van verschillende opleidingen waaronder jazzmuzikanten en ik, een eclectisch geheel. We hadden ook liedjes met reggae achtige invloeden, maar meestal was het singer-songwriter als uitgangspunt met swing invloeden. Een beetje vergelijkbaar met An Pierlé wellicht. Daarvoor speelde ik in een kleinkunst trio en ik speelde mijn liedjes solo. Ik heb ook in een klassiek jeugdkoor gezongen waarmee we op concertreis naar Amerika gingen en als 12 jarige zong ik in een kinder opera met de nationale reisopera”vertelt Johanneke terwijl Tonny een blik op het TT teken werpt voor Assen en Jojanneke aanvult. “De invloed van Johanneke met het verhalende, de tekst, de ander soortige melodieën en sferen maken NNENN anders dan wat ik eerst deed; het accent lag eerst op het dansen, nu is het accent verschoven naar luisteren.” Dit is de achtergrond bij het album, dat toch een geheel eigen NNENN geluid heeft. “Ons doel was dat het zou klinken alsof het het laatste was wat we maakten voor we dood- of uit elkaar zouden gaan. Verder wilden we dat het een reis voor de luisteraar zou zijn, meer dan alleen een verzameling losse liedjes. We zijn heel blij met hoe het album heeft uitgepakt en vinden dat zeker het laatste is gelukt, maar zouden zo een volgend album willen maken, dat doodgaan en scheiden hoeft dus van ons nog niet zo nodig”, schudt de auto even van het lachen. “We hebben in het proces van het maken van het album en het live optreden onder meer met regisseuse Jantien Koenders, muzikanten Marike Jager en Henk Jan Heuvelink en producer/muzikant Pim van de Werken gewerkt. Dat was erg prettig. Een ander kan je zien zoals je jezelf niet ziet en helemaal als je zo samen als Tonny en ik midden in het proces zit, waren die paar ogen enorm welkom. De coachings waren vaak intensief, een paar uur achter elkaar, waardoor er veel ruimte voor reflectie was en waardoor we echt de diepte in konden gaan. We hebben heel veel van de coaches geleerd, ieder gaf op zijn manier zijn visie vanuit een openheid die heel prettig werken was. Naast deze mensen is de belangrijkste coach Rob Kramer van Productiehuis Oost-Nederland geweest. Samen met Bas Aaftink hebben we tweewekelijks om de tafel gezeten om te bespreken hoe dingen gingen, waar we naartoe willen en dat soort zaken. Het is fijn om gespiegeld te worden. De coaches stelden ons veel vragen, dat doet ons nadenken over waarom we doet wat we doen en of dat perse zo moet of dat het ook anders kan.”
Assen is gepasseerd. Groningen en het warme House of Dudettes wenkt. Beide kijken uit naar hun optredens. “We hopen jullie via onze show onze wereld in te zuigen zodat je je voor even op een onbekende terrein mag bevinden”, waarschuwen beide. “Ik ben er nog nooit op ESNS geweest”, onthult Johanneke. “Ik kijk uit naar het kijken naar andere artiesten, hoop dat er een gemoedelijke, dynamische sfeer is, waarin we interessante mensen kunnen leren kennen zoals boekers, programmeurs een dergelijke, die ons weer verder kunnen helpen als ze iets in ons zien. We zijn enorm benieuwd naar het spelen in De Kast en De Troubadour. Afgaande op de foto’s kunnen beide gigs nog weleens heel gezellig worden, we kijken ernaar uit!”
NNENN speelt op Eurosonic in De Troubadour op 14 januari.
Josienne Clarke en Ben Walker gokten en wonnen
STEENDAM – Het is niet alledaags dat de winnaars van de BBC Folk Awards zomaar optreden in Steendam in Groningen. In het geweld van Eurosonic dreigt dit concert onder te sneeuwen, maar dat is absoluut niet terecht. Josienne Clarke en Ben Walker zijn de absolute top in Groot Brittanië met hun prachtige album 'Nothing Can Bring Back The Hour'. Het was een gok die Josienne Clarke en Ben walker namen, mar wat heeft die gok goed uitgepakt. Op vrijdag 15 januari staat het stel op Podium Peter en Leni met Samantha Waites in het voorprogramma.
'Nothing Can Bring Back The Hour' is het resultaat van het opzeggen van een platencontract. Josienne Clarke en Ben Walker kregen in 2014 te horen dat hun huidige contract niet werd verlengd. Ze besloten de schepen achter zich te verbranden en met inzameling van hun laatste reservepotje en spaarvarken een compromisloze plaat te maken. Dat resulteerde in het zeer hoog geprezen 'Nothing Can Bring Back The Hour'. Ook eerdere albums als 'Fire and Fortune' hadden al veel indruk gemaakt, maar doorgedrongen tot het grote publiek was het duo niet. “We proberen elke keer als we een album maken daar het beste album van te maken wat we ooit hebben uitgebracht”, vertelt het duo. “Het grote verschil was met 'Nothing Can Bring Back The Hour' dat we ons hierbij niets hebben aangetrokken van hoe we dachten dat het publiek of de pers of de platenmaatschappij er over dacht, maar hebben opgenomen hoe wij vonden dat het moest klinken. Achteraf was dat wel beangstigend, maar het gaf wel veel vrijheid. ” Een gok die dus prima uitpakte.
Naast hun eigen werk brengt het duo ook een aantal traditionals. Prachtige zang en prima ondersteuning kenmerkt het folkduo. Inmiddels behoren ze na hun onderscheiding tot de topfolk acts bij de Britten en wacht hun vast en zeker een druk festivalseizoen. 'Samen met het publiek proberen we een atmosfeer te scheppen waarin we informatie naar elkaar uitwisselen. Als dat lukt is het een overweldigende ervaring.” Het duo heeft zich opgewerkt van Open Mic avonden en achteraf kroegen naar de grotere zalen waar wel de apprecitatie is voor hun muziek. Aanvankelijk met hun eigen nummers, maar toen die geen gehoor vonden met traditionals. Uiteindelijk bleek de mix de goede combinatie. “Een vriend uit de muziekbusiness vertelde dat we het precies andersom hadden moeten doen. Eerst een naam op bouwen met het bekende werk en daar dan steeds meer van ons eigen werk door heen verweven. Het was niet eenvoudig om die mix te maken, maar het is gelukt.”
“In mijn liedjes probeer ik mijn gedachten en gevoelens onder woorden te brengen”, vertelt Josienne Clarke. “Mijn zus was erg goed om versluierd haar gedachten te verwoorden. Dat heb ik ook een poos geprobeerd, maar dat was niks voor mij. Ik zeg het maar zoals het is. Ik heb mezelf ook nooit als liedjesschrijver gezien. Ik vond mezelf toen ik jong was een geweldige zangeres. Ik heb nooit gedacht dat mensen me zouden beschouwen als een songwriter, maar altijd als een zangeres.” Ben Walker vult aan. “Je weet wanneer een liedjes goed is als alles wat je toevoegt teveel lijkt en alles wat je weghaalt het liedje minder maakt. Sommige liedjes ontstaan in je hoofd, anderen moet je spelen en langzaam vormt zich dan een lied. Op dat moment kun je het liedje gaan invullen. Het is een zaak van regeltjes toepassen, maar je creatieve kant niet uit het oog verliezen. Een goed lied zit nu eenmaal vast aan bepaalde voorwaarden. Pas je alleen die toe, dan wordt het ook snel weer saai.”
Het succes van nu is prachtig, maar het duo wet nog goed hoe het was om te proberen een naam te vestigen bij Open Mic avonden. Het begon met een toevallige ontmoeting in 209 toen beide studeerden in Londen. Ze zijn samen begonnen en weten wat het vraagt om die berg naar het succes op te lopen. Altijd hebben ze hun eigen weg gevolgt, maar juist op het moment dat ze alle bagage afwierpen en echt hun eigen weg volgden kwam het succes. De weg leidt op 15 januari via Steendam en is bestraat met hartveroverende liedjes, prachtige verhalen en puurheid.
Ben Walker en Josienne Clarke geven één optreden in Noord-Nederland en dat is op 15 januari in Steendam bij Peter en Leni.
STEENDAM – Het is niet alledaags dat de winnaars van de BBC Folk Awards zomaar optreden in Steendam in Groningen. In het geweld van Eurosonic dreigt dit concert onder te sneeuwen, maar dat is absoluut niet terecht. Josienne Clarke en Ben Walker zijn de absolute top in Groot Brittanië met hun prachtige album 'Nothing Can Bring Back The Hour'. Het was een gok die Josienne Clarke en Ben walker namen, mar wat heeft die gok goed uitgepakt. Op vrijdag 15 januari staat het stel op Podium Peter en Leni met Samantha Waites in het voorprogramma.
'Nothing Can Bring Back The Hour' is het resultaat van het opzeggen van een platencontract. Josienne Clarke en Ben Walker kregen in 2014 te horen dat hun huidige contract niet werd verlengd. Ze besloten de schepen achter zich te verbranden en met inzameling van hun laatste reservepotje en spaarvarken een compromisloze plaat te maken. Dat resulteerde in het zeer hoog geprezen 'Nothing Can Bring Back The Hour'. Ook eerdere albums als 'Fire and Fortune' hadden al veel indruk gemaakt, maar doorgedrongen tot het grote publiek was het duo niet. “We proberen elke keer als we een album maken daar het beste album van te maken wat we ooit hebben uitgebracht”, vertelt het duo. “Het grote verschil was met 'Nothing Can Bring Back The Hour' dat we ons hierbij niets hebben aangetrokken van hoe we dachten dat het publiek of de pers of de platenmaatschappij er over dacht, maar hebben opgenomen hoe wij vonden dat het moest klinken. Achteraf was dat wel beangstigend, maar het gaf wel veel vrijheid. ” Een gok die dus prima uitpakte.
Naast hun eigen werk brengt het duo ook een aantal traditionals. Prachtige zang en prima ondersteuning kenmerkt het folkduo. Inmiddels behoren ze na hun onderscheiding tot de topfolk acts bij de Britten en wacht hun vast en zeker een druk festivalseizoen. 'Samen met het publiek proberen we een atmosfeer te scheppen waarin we informatie naar elkaar uitwisselen. Als dat lukt is het een overweldigende ervaring.” Het duo heeft zich opgewerkt van Open Mic avonden en achteraf kroegen naar de grotere zalen waar wel de apprecitatie is voor hun muziek. Aanvankelijk met hun eigen nummers, maar toen die geen gehoor vonden met traditionals. Uiteindelijk bleek de mix de goede combinatie. “Een vriend uit de muziekbusiness vertelde dat we het precies andersom hadden moeten doen. Eerst een naam op bouwen met het bekende werk en daar dan steeds meer van ons eigen werk door heen verweven. Het was niet eenvoudig om die mix te maken, maar het is gelukt.”
“In mijn liedjes probeer ik mijn gedachten en gevoelens onder woorden te brengen”, vertelt Josienne Clarke. “Mijn zus was erg goed om versluierd haar gedachten te verwoorden. Dat heb ik ook een poos geprobeerd, maar dat was niks voor mij. Ik zeg het maar zoals het is. Ik heb mezelf ook nooit als liedjesschrijver gezien. Ik vond mezelf toen ik jong was een geweldige zangeres. Ik heb nooit gedacht dat mensen me zouden beschouwen als een songwriter, maar altijd als een zangeres.” Ben Walker vult aan. “Je weet wanneer een liedjes goed is als alles wat je toevoegt teveel lijkt en alles wat je weghaalt het liedje minder maakt. Sommige liedjes ontstaan in je hoofd, anderen moet je spelen en langzaam vormt zich dan een lied. Op dat moment kun je het liedje gaan invullen. Het is een zaak van regeltjes toepassen, maar je creatieve kant niet uit het oog verliezen. Een goed lied zit nu eenmaal vast aan bepaalde voorwaarden. Pas je alleen die toe, dan wordt het ook snel weer saai.”
Het succes van nu is prachtig, maar het duo wet nog goed hoe het was om te proberen een naam te vestigen bij Open Mic avonden. Het begon met een toevallige ontmoeting in 209 toen beide studeerden in Londen. Ze zijn samen begonnen en weten wat het vraagt om die berg naar het succes op te lopen. Altijd hebben ze hun eigen weg gevolgt, maar juist op het moment dat ze alle bagage afwierpen en echt hun eigen weg volgden kwam het succes. De weg leidt op 15 januari via Steendam en is bestraat met hartveroverende liedjes, prachtige verhalen en puurheid.
Ben Walker en Josienne Clarke geven één optreden in Noord-Nederland en dat is op 15 januari in Steendam bij Peter en Leni.
Spelletjes spelen en muziek luisteren met Moon Moon Moon
GRONINGEN – Je nieuwe EP uitbrengen als spel. Het Amsterdamse Moon Moon Moon liet 'Will o The Wisp' verschijnen als computerspel. In het omringende programma van Eurosonic/Noorderslag treedt Moon Moon Moon op 13 januari op tijdens de For The Road Showcase in Groningen. Een mooie gelegenheid voor een gesprek met Mark Lohmann de drijvende kracht achter Moon Moon Moon. Er blijken wat twijfels te bestaan.
“Wij gaan het heel klein houden, waarschijnlijk alleen ik en de gitarist”, vertelt Mark Lohmann. “Ik vind het idee van een showcase redelijk vreselijk, dus ik hoop dat we het gewoon kunnen laten voelen als een bijeenkomst van mensen terwijl wij wat muziek maken in plaats van een etalage met poppen die zingen en gitaar spelen en s’avonds op tv hysterisch lachen." Bescheidenheid is Lohmann niet vreemd. Geen grote band foto's, maar bescheiden vormgeving. Geen grote studio's, maar de muziek ontstaat en wordt opgenomen in de slaapkamer, vooralsnog het episch centrum van Moon Moon Moon. “Er staan twee bedden, 1 om in te slapen en 1 om in te werken, er hangen meerdere gekleurde lampjes, een Beach Boys poster van SMiLE, een bijna kapotte orgel, een keyboard, een piano en gordijnen”, beschrijft Lohmann deze ruimte. “Ik vond een slaapkamer altijd een mooi symbool van het ontsnappen aan het dagelijks leven doormiddel van slapen en dromen, maar omdat ik nooit lang baantjes heb kunnen hebben, had ik ook gewoon geen geld om een studio te huren, dus deed ik het zelf maar in mijn kamer. Zo kon ik er dag en nacht sporadisch aan werken zonder haast, ik ben redelijk langzaam namelijk, in eigenlijk alles. Verder is de slaapkamer niet heel belangrijk voor me en hoop ik na het volgende album een andere plek te vinden om op te nemen.”
Mark Lohmann is een artiest per ongeluk. Je bent bezig en opeens merk je dat het je leven is. “Het zijn niet echt bewuste keuzes die ik heb gemaakt. Op een dag keek ik terug en merkte ik dat ik al m’n vrije tijd besteedde aan het opnemen van muziek en al m’n niet vrije tijd dacht aan het opnemen en schrijven van muziek. Het zou geen keuze zijn die een gezond mens zou maken denk ik, jezelf opsluiten en nachten aan dezelfde overstuurde geluidjes werken en langzaam de gekte inglijden. Maar ik blijf er mee doorgaan om de een of andere reden. Thuis trommelde m’n vader altijd met elk liedje mee, net als ik, maar naarmate het duidelijk werd dat ik in weinig dingen goed was behalve muziek maken werd ik wel super veel geholpen door mijn ouders.”
De dromerige muziek van Moon Moon Moon viel na het uitkomen van het eerste album I Want! I Want!' prima in de smaak. Het resulteerde in een reeks mooie optredens voor Lohmann zich terug trok om nieuw werk te schrijven. “Het schrijven van een liedje is niet echt een proces, het gaat altijd wel anders”, beschrijft Lohmann. “Ik hou tegenwoordig wel altijd een klein boekje en een pen bij me zodat ik minder vergeet. Soms stap ik in de bus alleen om in het boekje te kunnen schrijven, zonder echt ergens heen te gaan. Het beste vind ik zelf als ik in een bepaalde sfeer zit en dan zonder veel na te denken precies schrijf wat ik moet schrijven. De laatste keer dat dat gebeurde was toen ik gitaar aan het spelen was en de tv op de achtergrond aanstond met hysterisch lachende mensen in talkshows. Niet dat ik iets tegen lachende mensen heb, maar het voelde vreselijk en ik werd er boos om. Soms forceer ik het en dan wordt het vaak slecht, maar die dingen moeten ook geschreven worden denk ik.”
Het resulteerde in het opmerkelijke 'Will o The Wisp'. EP en videogame. Een niet alledaagsproject. “Ik vond de muziek op de EP niet genoeg dikte hebben om alleen door het leven te gaan dus maakte ik er een game omheen, als een soort winterjas. Ik probeer zoveel mogelijk geen doelen te hebben als ik werk aan een album. Dat is één van de redenen dat ik het me überhaupt lukt om iets voor elkaar te krijgen. Zodra er een doel is, mis ik ‘m en gaat het bergafwaarts met alles. Wat ik wel heb is een soort abstract beeld of gevoel van wat ik wil dat het is, maar dat lukt zelden. Ik was dus bang dat de nummers het niet zouden overleven zonder winterjas. Ze leven nog, dus het is zeker bevallen. Het volgende album, waar ik momenteel aan werk, zal denk ik minder nodig hebben qua interactieve dingen etc. maar wie weet, ooit zullen er vast weer nummers kledingstukken nodig hebben en dan zal ik dat aan ze geven.”
Nu is het eerst weer het podium op. In het verleden ook niet altijd de meest eenvoudige stap.”Het probleem was meer dat ik wist hoe het kon uitten, maar moeilijk overbrengen wat ik wilde. Dat gaat tegenwoordig makkelijker en ik ben heel blij dat ik samen met anderen iets kan doen.” Die blijheid gecombineerd met de dream-noise van Moon Moon Moon is te ontdekken in Buckshot in Groningen als ook bijvoorbeeld The Maureens en counter Jib het podium betreden.
Moon Moon Moon speelt op 13 januari tijdens de For The Road Showcase in Buckshot in Groningen in het bijprogramma van Eurosonic / Noorderslag
GRONINGEN – Je nieuwe EP uitbrengen als spel. Het Amsterdamse Moon Moon Moon liet 'Will o The Wisp' verschijnen als computerspel. In het omringende programma van Eurosonic/Noorderslag treedt Moon Moon Moon op 13 januari op tijdens de For The Road Showcase in Groningen. Een mooie gelegenheid voor een gesprek met Mark Lohmann de drijvende kracht achter Moon Moon Moon. Er blijken wat twijfels te bestaan.
“Wij gaan het heel klein houden, waarschijnlijk alleen ik en de gitarist”, vertelt Mark Lohmann. “Ik vind het idee van een showcase redelijk vreselijk, dus ik hoop dat we het gewoon kunnen laten voelen als een bijeenkomst van mensen terwijl wij wat muziek maken in plaats van een etalage met poppen die zingen en gitaar spelen en s’avonds op tv hysterisch lachen." Bescheidenheid is Lohmann niet vreemd. Geen grote band foto's, maar bescheiden vormgeving. Geen grote studio's, maar de muziek ontstaat en wordt opgenomen in de slaapkamer, vooralsnog het episch centrum van Moon Moon Moon. “Er staan twee bedden, 1 om in te slapen en 1 om in te werken, er hangen meerdere gekleurde lampjes, een Beach Boys poster van SMiLE, een bijna kapotte orgel, een keyboard, een piano en gordijnen”, beschrijft Lohmann deze ruimte. “Ik vond een slaapkamer altijd een mooi symbool van het ontsnappen aan het dagelijks leven doormiddel van slapen en dromen, maar omdat ik nooit lang baantjes heb kunnen hebben, had ik ook gewoon geen geld om een studio te huren, dus deed ik het zelf maar in mijn kamer. Zo kon ik er dag en nacht sporadisch aan werken zonder haast, ik ben redelijk langzaam namelijk, in eigenlijk alles. Verder is de slaapkamer niet heel belangrijk voor me en hoop ik na het volgende album een andere plek te vinden om op te nemen.”
Mark Lohmann is een artiest per ongeluk. Je bent bezig en opeens merk je dat het je leven is. “Het zijn niet echt bewuste keuzes die ik heb gemaakt. Op een dag keek ik terug en merkte ik dat ik al m’n vrije tijd besteedde aan het opnemen van muziek en al m’n niet vrije tijd dacht aan het opnemen en schrijven van muziek. Het zou geen keuze zijn die een gezond mens zou maken denk ik, jezelf opsluiten en nachten aan dezelfde overstuurde geluidjes werken en langzaam de gekte inglijden. Maar ik blijf er mee doorgaan om de een of andere reden. Thuis trommelde m’n vader altijd met elk liedje mee, net als ik, maar naarmate het duidelijk werd dat ik in weinig dingen goed was behalve muziek maken werd ik wel super veel geholpen door mijn ouders.”
De dromerige muziek van Moon Moon Moon viel na het uitkomen van het eerste album I Want! I Want!' prima in de smaak. Het resulteerde in een reeks mooie optredens voor Lohmann zich terug trok om nieuw werk te schrijven. “Het schrijven van een liedje is niet echt een proces, het gaat altijd wel anders”, beschrijft Lohmann. “Ik hou tegenwoordig wel altijd een klein boekje en een pen bij me zodat ik minder vergeet. Soms stap ik in de bus alleen om in het boekje te kunnen schrijven, zonder echt ergens heen te gaan. Het beste vind ik zelf als ik in een bepaalde sfeer zit en dan zonder veel na te denken precies schrijf wat ik moet schrijven. De laatste keer dat dat gebeurde was toen ik gitaar aan het spelen was en de tv op de achtergrond aanstond met hysterisch lachende mensen in talkshows. Niet dat ik iets tegen lachende mensen heb, maar het voelde vreselijk en ik werd er boos om. Soms forceer ik het en dan wordt het vaak slecht, maar die dingen moeten ook geschreven worden denk ik.”
Het resulteerde in het opmerkelijke 'Will o The Wisp'. EP en videogame. Een niet alledaagsproject. “Ik vond de muziek op de EP niet genoeg dikte hebben om alleen door het leven te gaan dus maakte ik er een game omheen, als een soort winterjas. Ik probeer zoveel mogelijk geen doelen te hebben als ik werk aan een album. Dat is één van de redenen dat ik het me überhaupt lukt om iets voor elkaar te krijgen. Zodra er een doel is, mis ik ‘m en gaat het bergafwaarts met alles. Wat ik wel heb is een soort abstract beeld of gevoel van wat ik wil dat het is, maar dat lukt zelden. Ik was dus bang dat de nummers het niet zouden overleven zonder winterjas. Ze leven nog, dus het is zeker bevallen. Het volgende album, waar ik momenteel aan werk, zal denk ik minder nodig hebben qua interactieve dingen etc. maar wie weet, ooit zullen er vast weer nummers kledingstukken nodig hebben en dan zal ik dat aan ze geven.”
Nu is het eerst weer het podium op. In het verleden ook niet altijd de meest eenvoudige stap.”Het probleem was meer dat ik wist hoe het kon uitten, maar moeilijk overbrengen wat ik wilde. Dat gaat tegenwoordig makkelijker en ik ben heel blij dat ik samen met anderen iets kan doen.” Die blijheid gecombineerd met de dream-noise van Moon Moon Moon is te ontdekken in Buckshot in Groningen als ook bijvoorbeeld The Maureens en counter Jib het podium betreden.
Moon Moon Moon speelt op 13 januari tijdens de For The Road Showcase in Buckshot in Groningen in het bijprogramma van Eurosonic / Noorderslag
Elma Plaisier: “Liedjes schrijven is een intens proces bij Half Way Station”
Foto: Ruben Hamelink
GRONINGEN – “Expect some electrifying of the soul!” Het is duidelijk Elma Plaisier van Half Way Station kijkt uit naar het optreden van de Rotterdamse formatie in Groningen. Half Way Station staat op woensdag 13 januari op het jubilerende Altersonic in de Drie Gezusters in Groningen in het omringende programma van Eurosonic / Noorderslag. De organisatie adverteert Half Way Station als 'groezelige fuzzgitaren, psychedelische synth-drones en dromerige zang. Hypnotiserende bluesrock en donkere folk. Het album 'Dodo' is recent verschenen en deze maand verschijnt het ook nog op vinyl. Een mooie gelegenheid voor Europa om met Half Way Station kennis te maken.
“Muziek is de taal die ik het beste begrijp”, legt Elma Plaisier thuis in Rotterdam uit. “Ik kon nooit zo veel met woorden, maar met muziek merkte ik dat ik mensen kon laten voelen wat ik bedoel. Op een bepaald moment vond ik het tijd om daarvoor eens de handen uit de mouwen te steken. Genoeg rondgedwaald: Ik wist wat ik moest doen om het naar mijn zin te krijgen. Het muziekmaken werd toen ik klein was niet zozeer gestimuleerd, in de zin dat ik naar een muziekopleiding werd gestuurd of iets dergelijks. Mijn ouders zeiden wel altijd dat ze het mooi vonden als ik zong. Ik vond het ergens jammer dat ik geen opleiding heb gedaan, maar aan de andere kant ontdek ik nu eigenlijk alles on the road wat ik nodig heb, samen met de muzikanten van Half Way Station. Die weg is wel veel spannender! We schrijven de liedjes met elkaar, vijf muzikanten. Onze albums zijn de documentaties van ons creatieve proces, dat bij ons altijd in beweging is. Dat is steeds weer een intens proces. We hebben nu twee albums gemaakt en ik merk dat het wel steeds makkelijker wordt, omdat we elkaar steeds beter kennen. Ik vind het gaaf dat we de nummers met z'n allen schrijven. We zoeken dan misschien nu nog naar welke weg we precies gaan nemen, maar de commitment aan Half Way Station en het vertrouwen in elkaar is voor ons allemaal tegelijkertijd de grootste inspiratiebron. Voor zowel de muziek als voor de teksten.”
Half Way Station begon ooit als klein acoustisch bandje, maar is in de loop der tijd naar een festivalwaardige act gegroeid. Het gevolg van een natuurlijke ontwikkeling in de loop der tijd. Rikke Korswagen en Elma Plaisier stonden aan de basis en allengs groeide de sound en de mogelijkheden van de uitdijende band doordat Mink Steekelenburg, Bart Hoogvliet en Martijn Eikenhout zich bij het gezelschap voegden. “Alle muzikanten in Half Way Station willen het beste uit elkaar naar boven halen en natuurlijk willen we samen gewoon bangen op een festival! Eerst willen we echter bepalen wat willen we vertellen en hoe gaat het klinken? Rikke was begonnen met liedjes te maken en ik ontmoette hem bij een optreden van hem. Ik besloot me bij hem aan te sluiten. We waren maar met z'n tweëen en speelden alles wat we konden: gitaar, banjo, accordeon en een een zelfgemaakte washtubbass. We speelden in cafés en op straat en blijkbaar maakte onze muziek wat los bij een aantal mensen. Al snel haakten er muzikanten bij ons aan en werd de spark een flink vuurtje. Onze pianist Mink stond bijvoorbeeld gefixeerd in ons publiek tijdens een van onze optredens, drummer Bart is op onze mat gelegd door een goede vriend. Het eerste liedje dat ik schreef voor Half Way Station is het nummer Monsters. Het is een oproep aan de dolende dromer. Inmiddels zitten we met z'n vijven in de kajuit van dit schuitje en reizen er al een heleboel mensen mee op ons schip. Grappig is dat niet alleen de muzikanten, maar ook veel instrumenten in onze band, aan ons zijn gegeven door vrienden. Toen we twee gave synths kregen, was het 'aan' en waren we klaar om een set te maken, die goed zou werken op de grotere podia en festivals. Zo rollen we lekker verder en met een stijgende lijn in het succes moet ik zeggen.”
Het nieuwe album 'Dodo' kwam eind vorig jaar al op Cd en digitaal uit. Deze maand verschijnt het album ook nog op vinyl. “Ik denk dat de muziek op Dodo gemaakt is voor een grote zaal”, beschrijft Elma Plaisier. “We speelden vorig jaar op Motel Mozaïque en Metropolis Festival en daar viel voor ons publiek de muziek echt op z'n plek. Dat bewijst vind ik dat we ons doel met dit album hebben kunnen bereiken. De volgende stap is op méér podia staan! We willen op reis met onze muziek! Op 31 januari releasen we Dodo op vinyl. We vieren het feest in de bovenzaal van Paradiso. Het album is officieel op cd en digitaal door onszelf uitgebracht op 10 oktober 2015. We vierden het feest toen in onze eigen stad, in poppodium Rotown. In de aanloop naar deze releaseparty ontstond er een spontane samenwerking met met rapper Unorthadox bekend van Redrum Squad en Kyteman's HipHop Orchestra . Sinds dat het album uit is, zijn we natuurlijk ook al weer on the move: er staan zeker een aantal nieuwe verrassingen te wachten voor het publiek op de 31e in Paradiso!”
Op reis met de muziek ging Half Way Station in ieder geval voor het opnemen van het nieuwe album. Veel bands kiezen voor Amerika, Duitsland of gewoon in Nederland. Half Way Station reisde af naar Frankrijk. “Er zijn veel mensen erg betrokken bij onze band. Maurice Vogt, sinds ons eerste album 'Moonshine' onze mixing engineer, is er daar één van. Hij woont en werkt in Parijs. Toen Rikke, onze gitarist, manager en producer, hem leerde kennen, werkte hij als engineer bij Studio de la Seine, de grootste studio's van Europa, gevestigd in Parijs. Heel grote artiesten werken in deze studio's, zeg maar kaliber Kanye West en Missy Elliot. Wij hadden net de opnames gemaakt voor ons album 'Moonshine' en waren op zoek naar een mixing-engineer met wie we echt een match zouden maken. Je weet wel: precies dat beide partijen er iets aan hebben om het project te doen. Maurice was onze man, dat was vanaf dat moment meteen duidelijk. We hebben het album Dodo opgenomen in Domaine Le Vallon, een landgoed in de Provence, Zuid-Frankrijk. Maurice kreeg de mogelijkheid om het huis op dit landgoed, een Middeleeuwse bastille, te gebruiken als studio. Hij koos ons om daar ons album op te nemen. We namen in 10 dagen alle liedjes op en kozen voor het album de titel 'Dodo'. Dat ging heel intuïtief en we maakten alles samen in het huis. We vroegen daarbij veel van onszelf en van elkaar en dat vroeg om veel vertrouwen in elkaar. Wij zien onze albums als 'momentopnames'. Het is een vastleggen van de staat waarop de band op dat moment verkeerd. We hebben het huis de sound laten bepalen van dit album. Rikke en Maurice hebben bijvoorbeeld de natuurlijke reverbs van de kamers en trappenhuizen gevangen met onze microfoons. Het project resulteerde voor Half Way Station in het album 'Dodo'; voor Maurice resulteerde het project in de opbouw van zijn eigen studio in Parijs: Motif Music. We hebben een korte documentaire over de opnames die terug zijn te vinden op Youtube.”
Als je reist, moet je ook een uitvalsbasis hebben. Voor Half Way Station is dat Rotterdam. “Rotterdam inspireert ons erg. Het is onze thuishaven, een echt 'Half Way Station'. In de haven komen en gaan mensen. Mensen blijven vaak niet in Rotterdam, maar reizen door naar een bestemming overzee of verder het land in. De toeristen, die Nederland bezoeken, lopen er misschien een dagje wat zoekerig rond, maar gaan meestal naar het mooie Amsterdam of Delft. Het voelt als een plek buiten het blikveld en waar daardoor juist heel veel mogelijk is. Er zijn veel verborgen schatten in Rotterdam, die niet zomaar zichtbaar zijn. Ik vind dat het mooiste dat er is. Daarbij blijft Rotterdam nooit lang hetzelfde. De stad is in beweging en verandert steeds. Daardoor vind je steeds weer nieuwe plekken. Precies zo zijn wij ook met de band. Een maand geleden hebben we een nieuw waarschijnlijk ook tijdelijk thuis voor de band gevonden in Rotterdam. Het is een oud theater, waarin we kunnen repeteren en misschien krijgen we het ook voor elkaar om daar een een paar gave concerten te geven!” Het eerste gave concert is echter in Groningen op Altersonic.
Half Way Station treedt op tijdens Altersonic op 13 januari in De Drie Gezusters in Groningen.
Foto: Ruben Hamelink
GRONINGEN – “Expect some electrifying of the soul!” Het is duidelijk Elma Plaisier van Half Way Station kijkt uit naar het optreden van de Rotterdamse formatie in Groningen. Half Way Station staat op woensdag 13 januari op het jubilerende Altersonic in de Drie Gezusters in Groningen in het omringende programma van Eurosonic / Noorderslag. De organisatie adverteert Half Way Station als 'groezelige fuzzgitaren, psychedelische synth-drones en dromerige zang. Hypnotiserende bluesrock en donkere folk. Het album 'Dodo' is recent verschenen en deze maand verschijnt het ook nog op vinyl. Een mooie gelegenheid voor Europa om met Half Way Station kennis te maken.
“Muziek is de taal die ik het beste begrijp”, legt Elma Plaisier thuis in Rotterdam uit. “Ik kon nooit zo veel met woorden, maar met muziek merkte ik dat ik mensen kon laten voelen wat ik bedoel. Op een bepaald moment vond ik het tijd om daarvoor eens de handen uit de mouwen te steken. Genoeg rondgedwaald: Ik wist wat ik moest doen om het naar mijn zin te krijgen. Het muziekmaken werd toen ik klein was niet zozeer gestimuleerd, in de zin dat ik naar een muziekopleiding werd gestuurd of iets dergelijks. Mijn ouders zeiden wel altijd dat ze het mooi vonden als ik zong. Ik vond het ergens jammer dat ik geen opleiding heb gedaan, maar aan de andere kant ontdek ik nu eigenlijk alles on the road wat ik nodig heb, samen met de muzikanten van Half Way Station. Die weg is wel veel spannender! We schrijven de liedjes met elkaar, vijf muzikanten. Onze albums zijn de documentaties van ons creatieve proces, dat bij ons altijd in beweging is. Dat is steeds weer een intens proces. We hebben nu twee albums gemaakt en ik merk dat het wel steeds makkelijker wordt, omdat we elkaar steeds beter kennen. Ik vind het gaaf dat we de nummers met z'n allen schrijven. We zoeken dan misschien nu nog naar welke weg we precies gaan nemen, maar de commitment aan Half Way Station en het vertrouwen in elkaar is voor ons allemaal tegelijkertijd de grootste inspiratiebron. Voor zowel de muziek als voor de teksten.”
Half Way Station begon ooit als klein acoustisch bandje, maar is in de loop der tijd naar een festivalwaardige act gegroeid. Het gevolg van een natuurlijke ontwikkeling in de loop der tijd. Rikke Korswagen en Elma Plaisier stonden aan de basis en allengs groeide de sound en de mogelijkheden van de uitdijende band doordat Mink Steekelenburg, Bart Hoogvliet en Martijn Eikenhout zich bij het gezelschap voegden. “Alle muzikanten in Half Way Station willen het beste uit elkaar naar boven halen en natuurlijk willen we samen gewoon bangen op een festival! Eerst willen we echter bepalen wat willen we vertellen en hoe gaat het klinken? Rikke was begonnen met liedjes te maken en ik ontmoette hem bij een optreden van hem. Ik besloot me bij hem aan te sluiten. We waren maar met z'n tweëen en speelden alles wat we konden: gitaar, banjo, accordeon en een een zelfgemaakte washtubbass. We speelden in cafés en op straat en blijkbaar maakte onze muziek wat los bij een aantal mensen. Al snel haakten er muzikanten bij ons aan en werd de spark een flink vuurtje. Onze pianist Mink stond bijvoorbeeld gefixeerd in ons publiek tijdens een van onze optredens, drummer Bart is op onze mat gelegd door een goede vriend. Het eerste liedje dat ik schreef voor Half Way Station is het nummer Monsters. Het is een oproep aan de dolende dromer. Inmiddels zitten we met z'n vijven in de kajuit van dit schuitje en reizen er al een heleboel mensen mee op ons schip. Grappig is dat niet alleen de muzikanten, maar ook veel instrumenten in onze band, aan ons zijn gegeven door vrienden. Toen we twee gave synths kregen, was het 'aan' en waren we klaar om een set te maken, die goed zou werken op de grotere podia en festivals. Zo rollen we lekker verder en met een stijgende lijn in het succes moet ik zeggen.”
Het nieuwe album 'Dodo' kwam eind vorig jaar al op Cd en digitaal uit. Deze maand verschijnt het album ook nog op vinyl. “Ik denk dat de muziek op Dodo gemaakt is voor een grote zaal”, beschrijft Elma Plaisier. “We speelden vorig jaar op Motel Mozaïque en Metropolis Festival en daar viel voor ons publiek de muziek echt op z'n plek. Dat bewijst vind ik dat we ons doel met dit album hebben kunnen bereiken. De volgende stap is op méér podia staan! We willen op reis met onze muziek! Op 31 januari releasen we Dodo op vinyl. We vieren het feest in de bovenzaal van Paradiso. Het album is officieel op cd en digitaal door onszelf uitgebracht op 10 oktober 2015. We vierden het feest toen in onze eigen stad, in poppodium Rotown. In de aanloop naar deze releaseparty ontstond er een spontane samenwerking met met rapper Unorthadox bekend van Redrum Squad en Kyteman's HipHop Orchestra . Sinds dat het album uit is, zijn we natuurlijk ook al weer on the move: er staan zeker een aantal nieuwe verrassingen te wachten voor het publiek op de 31e in Paradiso!”
Op reis met de muziek ging Half Way Station in ieder geval voor het opnemen van het nieuwe album. Veel bands kiezen voor Amerika, Duitsland of gewoon in Nederland. Half Way Station reisde af naar Frankrijk. “Er zijn veel mensen erg betrokken bij onze band. Maurice Vogt, sinds ons eerste album 'Moonshine' onze mixing engineer, is er daar één van. Hij woont en werkt in Parijs. Toen Rikke, onze gitarist, manager en producer, hem leerde kennen, werkte hij als engineer bij Studio de la Seine, de grootste studio's van Europa, gevestigd in Parijs. Heel grote artiesten werken in deze studio's, zeg maar kaliber Kanye West en Missy Elliot. Wij hadden net de opnames gemaakt voor ons album 'Moonshine' en waren op zoek naar een mixing-engineer met wie we echt een match zouden maken. Je weet wel: precies dat beide partijen er iets aan hebben om het project te doen. Maurice was onze man, dat was vanaf dat moment meteen duidelijk. We hebben het album Dodo opgenomen in Domaine Le Vallon, een landgoed in de Provence, Zuid-Frankrijk. Maurice kreeg de mogelijkheid om het huis op dit landgoed, een Middeleeuwse bastille, te gebruiken als studio. Hij koos ons om daar ons album op te nemen. We namen in 10 dagen alle liedjes op en kozen voor het album de titel 'Dodo'. Dat ging heel intuïtief en we maakten alles samen in het huis. We vroegen daarbij veel van onszelf en van elkaar en dat vroeg om veel vertrouwen in elkaar. Wij zien onze albums als 'momentopnames'. Het is een vastleggen van de staat waarop de band op dat moment verkeerd. We hebben het huis de sound laten bepalen van dit album. Rikke en Maurice hebben bijvoorbeeld de natuurlijke reverbs van de kamers en trappenhuizen gevangen met onze microfoons. Het project resulteerde voor Half Way Station in het album 'Dodo'; voor Maurice resulteerde het project in de opbouw van zijn eigen studio in Parijs: Motif Music. We hebben een korte documentaire over de opnames die terug zijn te vinden op Youtube.”
Als je reist, moet je ook een uitvalsbasis hebben. Voor Half Way Station is dat Rotterdam. “Rotterdam inspireert ons erg. Het is onze thuishaven, een echt 'Half Way Station'. In de haven komen en gaan mensen. Mensen blijven vaak niet in Rotterdam, maar reizen door naar een bestemming overzee of verder het land in. De toeristen, die Nederland bezoeken, lopen er misschien een dagje wat zoekerig rond, maar gaan meestal naar het mooie Amsterdam of Delft. Het voelt als een plek buiten het blikveld en waar daardoor juist heel veel mogelijk is. Er zijn veel verborgen schatten in Rotterdam, die niet zomaar zichtbaar zijn. Ik vind dat het mooiste dat er is. Daarbij blijft Rotterdam nooit lang hetzelfde. De stad is in beweging en verandert steeds. Daardoor vind je steeds weer nieuwe plekken. Precies zo zijn wij ook met de band. Een maand geleden hebben we een nieuw waarschijnlijk ook tijdelijk thuis voor de band gevonden in Rotterdam. Het is een oud theater, waarin we kunnen repeteren en misschien krijgen we het ook voor elkaar om daar een een paar gave concerten te geven!” Het eerste gave concert is echter in Groningen op Altersonic.
Half Way Station treedt op tijdens Altersonic op 13 januari in De Drie Gezusters in Groningen.
Alles is bespreekbaar tussen All The King's Daughters
GRONINGEN – Bij een gezamenlijk optreden werd Ilja Gort onlangs spontaan verzot op All The King's Daughters. “Op slag verliefd op deze twee betoverende schepseltjes”, verzuchtte de schrijver en wijnkenner over Nina en Laura Phillips. Daar zal de muziek die beide Haarlemse dames produceren debet aan zijn. Na Gort staat het duo nu op Eurosonic om te proberen heel Europa een beetje verliefd te laten worden op de klanken van All The King's Daughters. En als dat in Groningen niet lukt zoeken beide dames Europa wel op, want in januari start een Italiaanse toer en in maart wacht Groot Brittanië.
“We zijn bezig met nieuw werk en zullen daar een aantal van op Eurosonic/Noorderslag spelen”, vertelt Laura namens beide zusjes. “Dat vinden we natuurlijk zelf heel spannend, maar we hopen dat we zonder al te veel zenuwen lekker muziek kunnen maken en mensen mooie dingen kunnen laten horen. Dankzij de popronde en de vele uren die we hebben gemaakt kunnen we echt op elke plek spelen. We zijn naar ons idee beter geworden in performen en interactie met het publiek. We zijn wat meer volwassen geworden denk ik. Daarnaast hebben we ook onze Nederlandse topografie wat bij kunnen spijkeren tijdens de Popronde”, schatert Laura Phillips. “Het gaat heel natuurlijk, maar we moeten zoals iedere muzikant blijven repeteren. Het gaat niet helemaal vanzelf”, vervolgt ze serieus.
“We zijn van huis uit altijd gestimuleerd”, aldus de ene helft van All The King's Daughters. “We zaten op een basisschool waar we een uur per dag muziek theorie/zangles kregen. Dat was De Koorschool in Haarlem. Vanaf groep zes moest iedereen ook een instrument bespelen. Op latere leeftijd wilden we op zangles en daarna ging het eigenlijk vanzelf. We gingen nummers schrijven en toen we klaar waren met de middelbare school was conservatorium de meest logische stap.”
Uiteindelijk resulteerde dat in All The King's Daughters. De naam is er nog niet zolang, maar de samenwerking tussen de tweelingzusjes wel. Vanaf het moment dat ze samen gingen schrijven aan liedjes. “Wij vinden het beiden heel fijn werken. Het is prettig om muziek te maken met mensen waar geen taboes heersen. Alles is bespreekbaar. Als iemand iets niet goed doet dan kunnen we dat gewoon tegen elkaar zeggen zonder dat de band uit elkaar valt. Als zussen heb je misschien iets vaker gekibbel, maar dat is voor anderen waarschijnlijk vervelender dan voor ons.” Liedjes worden door beide zusjes al lang geschreven. Laura Phillips gaat serieus in op het proces dat ten grondslag ligt aan All The King's Daughters songs dat het label charmante Folkpop opgedrukt heeft gekregen. “Liedjes worden elke keer op een andere manier geschreven”, aldus Laura Phillips. “Soms is er eerst een onderwerp of er is een stukje melodie of een paar mooie zinnen, en dan borduren we er aan verder. Meestal vullen we elkaar aan. Als een van ons het even niet meer weet dan kan de ander er met een "frisse blik" naar kijken en er mee verder gaan. Onderwerpen komen ook op verschillende manieren tot stand. Soms nemen we een verhaal van iemand of iets bijvoorbeeld uit de krant of van een vriendin en gaan we daar zelf mee aan de haal. Of we nemen iets wat we zelf hebben mee gemaakt en breiden het verhaal wat uit. Dus dan begint het autobiografisch. Heel vaak hebben we allebei ook een totaal ander idee over waar een liedje over gaat. We houden van natuur en de stad en dat vind je beide terug hier in Haarlem. We zijn dus blij met onze stad. Inspiratie kunnen we uit alles halen, niet perse uit onze woonplek, maar we zitten hier goed op onze plek dus in dat opzicht kunnen we hier fijn werken.
De debuut-EP 'Because I Wanted To' van All The King's Daughters kwam uit in januari 2015. Een EP die het duo in de spotlights zette en goed werd ontvangen. “We hebben een aantal nummers, die op dat moment actueel waren, opgenomen en hebben daar een mooi geheel van gemaakt. We wilden voornamelijk voor ons zelf iets vastleggen zodat we verder konden”, beschrijft Laura Phillips. “Het was ook een goed visite kaartje en heeft in 2015 veel voor ons gedaan! We zijn er nog steeds heel blij mee. We zitten er aan te denken om als vervolg een heel album te maken maar daar zijn we nog niet helemaal over uit”, sluit Laura mede namens zus Nina af. All The King's Daughters heeft nog even om over die vraag na te denken. In Groningen bijvoorbeeld of anders in die Italiaanse winterzon.
Tijdens Eurosonic speelt All The King's Daughters op 15 januari tijdens de Rockstone Sessions in Wijn en Barrel in Groningen. Op 16 januari eerste op Platosonic en later in De Oosterpoort tijdens Eurosonic.
GRONINGEN – Bij een gezamenlijk optreden werd Ilja Gort onlangs spontaan verzot op All The King's Daughters. “Op slag verliefd op deze twee betoverende schepseltjes”, verzuchtte de schrijver en wijnkenner over Nina en Laura Phillips. Daar zal de muziek die beide Haarlemse dames produceren debet aan zijn. Na Gort staat het duo nu op Eurosonic om te proberen heel Europa een beetje verliefd te laten worden op de klanken van All The King's Daughters. En als dat in Groningen niet lukt zoeken beide dames Europa wel op, want in januari start een Italiaanse toer en in maart wacht Groot Brittanië.
“We zijn bezig met nieuw werk en zullen daar een aantal van op Eurosonic/Noorderslag spelen”, vertelt Laura namens beide zusjes. “Dat vinden we natuurlijk zelf heel spannend, maar we hopen dat we zonder al te veel zenuwen lekker muziek kunnen maken en mensen mooie dingen kunnen laten horen. Dankzij de popronde en de vele uren die we hebben gemaakt kunnen we echt op elke plek spelen. We zijn naar ons idee beter geworden in performen en interactie met het publiek. We zijn wat meer volwassen geworden denk ik. Daarnaast hebben we ook onze Nederlandse topografie wat bij kunnen spijkeren tijdens de Popronde”, schatert Laura Phillips. “Het gaat heel natuurlijk, maar we moeten zoals iedere muzikant blijven repeteren. Het gaat niet helemaal vanzelf”, vervolgt ze serieus.
“We zijn van huis uit altijd gestimuleerd”, aldus de ene helft van All The King's Daughters. “We zaten op een basisschool waar we een uur per dag muziek theorie/zangles kregen. Dat was De Koorschool in Haarlem. Vanaf groep zes moest iedereen ook een instrument bespelen. Op latere leeftijd wilden we op zangles en daarna ging het eigenlijk vanzelf. We gingen nummers schrijven en toen we klaar waren met de middelbare school was conservatorium de meest logische stap.”
Uiteindelijk resulteerde dat in All The King's Daughters. De naam is er nog niet zolang, maar de samenwerking tussen de tweelingzusjes wel. Vanaf het moment dat ze samen gingen schrijven aan liedjes. “Wij vinden het beiden heel fijn werken. Het is prettig om muziek te maken met mensen waar geen taboes heersen. Alles is bespreekbaar. Als iemand iets niet goed doet dan kunnen we dat gewoon tegen elkaar zeggen zonder dat de band uit elkaar valt. Als zussen heb je misschien iets vaker gekibbel, maar dat is voor anderen waarschijnlijk vervelender dan voor ons.” Liedjes worden door beide zusjes al lang geschreven. Laura Phillips gaat serieus in op het proces dat ten grondslag ligt aan All The King's Daughters songs dat het label charmante Folkpop opgedrukt heeft gekregen. “Liedjes worden elke keer op een andere manier geschreven”, aldus Laura Phillips. “Soms is er eerst een onderwerp of er is een stukje melodie of een paar mooie zinnen, en dan borduren we er aan verder. Meestal vullen we elkaar aan. Als een van ons het even niet meer weet dan kan de ander er met een "frisse blik" naar kijken en er mee verder gaan. Onderwerpen komen ook op verschillende manieren tot stand. Soms nemen we een verhaal van iemand of iets bijvoorbeeld uit de krant of van een vriendin en gaan we daar zelf mee aan de haal. Of we nemen iets wat we zelf hebben mee gemaakt en breiden het verhaal wat uit. Dus dan begint het autobiografisch. Heel vaak hebben we allebei ook een totaal ander idee over waar een liedje over gaat. We houden van natuur en de stad en dat vind je beide terug hier in Haarlem. We zijn dus blij met onze stad. Inspiratie kunnen we uit alles halen, niet perse uit onze woonplek, maar we zitten hier goed op onze plek dus in dat opzicht kunnen we hier fijn werken.
De debuut-EP 'Because I Wanted To' van All The King's Daughters kwam uit in januari 2015. Een EP die het duo in de spotlights zette en goed werd ontvangen. “We hebben een aantal nummers, die op dat moment actueel waren, opgenomen en hebben daar een mooi geheel van gemaakt. We wilden voornamelijk voor ons zelf iets vastleggen zodat we verder konden”, beschrijft Laura Phillips. “Het was ook een goed visite kaartje en heeft in 2015 veel voor ons gedaan! We zijn er nog steeds heel blij mee. We zitten er aan te denken om als vervolg een heel album te maken maar daar zijn we nog niet helemaal over uit”, sluit Laura mede namens zus Nina af. All The King's Daughters heeft nog even om over die vraag na te denken. In Groningen bijvoorbeeld of anders in die Italiaanse winterzon.
Tijdens Eurosonic speelt All The King's Daughters op 15 januari tijdens de Rockstone Sessions in Wijn en Barrel in Groningen. Op 16 januari eerste op Platosonic en later in De Oosterpoort tijdens Eurosonic.
Kim Foster van KIN: 'Groningen is net Manchester'
GRONINGEN – Na een maandje vakantie waarin Kim R. Foster even terug was naar haar thuisland en haar geliefden over de plas in Groot Brittannië is de frontvrouw van het Groningse KIN net op tijd terug voor een krachtig begin van 2016. Op 8 januari deelt de band het podium met New Madrid in Vera en een week later staat de band op Eurosonic. Met de recente plaat 'SLOWTV' in de bagage wordt het publiek opgezocht.
Ik ben opgegroeid in het Zuiden van Engeland en ben verhuist naar Manchester toen ik een jaar of 24 was. Het is een excellente, groezelige, vriendelijke en gevaarlijke stad. Ik hou van die sfeer”, beschrijft Kim Foster de stad waar ze voor Groningen leefde. “Groningen is net Manchester, dat verschilt niet zoveel. Het is alleen een ontzettend stuk kleiner. Omdat het kleiner is, is de muziekscene meer als een familie. Je kent iedereen, zodra je er onderdeel van uit maakt. Juist daardoor heb ik in de laatste jaren dat ik in Groningen heb gewoond, meer geleerd dan ik ooit in Manchester heb opgepikt. Je zou het een soort van ‘growing up’ kunnen noemen, denk ik. Ik heb met beide steden een emotionele band om heel verschillende redenen.”
De eigenlijke muzikale rots liggen dus in het zuiden van Engeland. Een gretige Kim Foster probeerde een instrument onder de knie te krijgen en dat was een hele opgave. “Ik kan me nog heel goed herinneren dat ik altijd heel graag gitaar wilde leren spelen tot ik een jaar of acht was. Mijn ouders gaven eindelijk toe en ik kreeg mijn gitaar en realiseerde me toen pas hoe moeilijk het was om het instrument te leren spelen. De oplossing was om te ruilen met mijn broer die een Yahama Keyboard had. Ook daar bakte ik niks van. Pas toen ik een jaar of twaalf was heb ik het pas serieus opgevat en ben echt aan de studie gegaan. Op dat zelfde moment ben ik ook liedjes gaan schrijven. Ik ben eigenlijk veel meer een liedjesschrijver dan een muzikant. Ik vind mezelf geen volleerde gitarist, maar het is een gebruiksinstrument om liedjes te schrijven. Ik schrijf mijn liedjes in code. Mijn onderwerpen zijn niet van nature liefde en relaties. Ik neig er naar om meer te schrijven over hoe kloten het is om mens te zijn of juist hoe geweldig om te bestaan of juist dat het allemaal verschrikkelijk verwarrend is.” De inspiratie vist Foster overal weg. Elk voorval kan een liedje opleveren. “Een liedje kan overal vandaan komen. Er is geen vast proces. 'Passing Car is een liedje dat ik schreef toen ik een auto hoorde langsrijden terwijl ik net even een sigaret rookte op het balkon. Het geluid van de auto komt terug in de openingslijn van de synthsizerbas. Zo ging dat en het liedje ontstond er vrij snel achteraan. Andere liedjes hebben maanden en maanden nodig met veel repeteren en veranderen en ideeën uitwisselen en zelfs af en toe er even flink heibel over trappen. Good times.”
Ook de oorsprong van KIN ligt op de Britse eilanden. Aanvankelijk in Manchester gestart als solo project leverde dat het album 'Flickering' op. Met dit album op zak verhuisde Foster naar Groningen. Jouke van der Krieke, Maike Doornebosch en Peter Blokzijl kwamen KIN versterken en het soloproject werd een band. “Het KIN geluid ontwikkelde zich van nature en eigenlijk totaal onbewust. Muziek maken is een beetje als tekenen. Je kunt wel een helder beeld hebben van wat je op papier wil zetten, maar er is altijd iets wat er tussendoor komt als je bezig bent dat beeld op papier te krijgen De tekening zal, soms als verbetering soms niet, altijd anders zijn dan wat je in gedachten had. We zijn met vier koppen, de bandleden, die allemaal uit een totaal verschillende muzikale hoek komen. We bedenken beelden en proberen dan dat samen te realiseren.”
Het resulteerde halverwege 2015 in het verschijnen van het album 'SLOWTV'. Het eerste album als band. “Flickering' was totaal een solo album”, vertelt Foster. 'SLOWTV' is het product van ons als band samen aan het werk, aan het schrijven en ontwikkelen. Dat hoor je op het album. We hebben er zo'n anderhalf jaar over gedaan om precies uit te werken hoe we wilden dat het klonk en hoe we die klanken op het album wilden hebben voor we de studio in gingen. Ieder detail is doordacht. We hadden ons voorgenomen dat, zelfs al zal niemand het ooit beluisteren, we geven het niet uit handen voor alles op de opnames goed voelt. Dat was ons doel. Het album is nu een half jaar uit en het voelt nog steeds goed. Uiteindelijk ga je er op termijn misschien anders tegen aankijken, maar voor nu is dat een fijn gevoel. Albums blijven toch een moment opname. We kunnen niet allemaal George Lucas zijn en terug gaan en ons werk photoshoppen achteraf. Dat moet je ook niet willen.”
Na het optreden in Vera met New Madrid staat KIN op Eurosonic.Kim Foster kijkt er naar uit. “We zijn er een maand tussen uitgeweest Voor de kerst en oud en nieuw, dius we gaan kijken of we ons alles nog herinneren. Naast onze eigen optredens willen we een aantal geweldige bands gaan kijken in de briljante gekte die ESNS toch is. Als het over is beloof ik mezelf dat ik nooit geen alcohol meer drink, waarschijnlijk, misschien. Wat onze optredens betreft parafraseer ik mezelf graag in een Donald Trump stijl moment van zwakte. “They should expect their brains to be broken by our massive bass, orchestral-type guitars and driving breaks. In a friendly way.”
KIN treedt op 8 januari op in Vera samen met New Madrid. Op 14 januari staat de band in het kader van Grunnsonic in Warhol en op 16 januari in Peter Pan.
Op 7 februari treedt KIN op in de kerk in Woltersum en op 18 februari op Ondergronds in Leeuwarden
GRONINGEN – Na een maandje vakantie waarin Kim R. Foster even terug was naar haar thuisland en haar geliefden over de plas in Groot Brittannië is de frontvrouw van het Groningse KIN net op tijd terug voor een krachtig begin van 2016. Op 8 januari deelt de band het podium met New Madrid in Vera en een week later staat de band op Eurosonic. Met de recente plaat 'SLOWTV' in de bagage wordt het publiek opgezocht.
Ik ben opgegroeid in het Zuiden van Engeland en ben verhuist naar Manchester toen ik een jaar of 24 was. Het is een excellente, groezelige, vriendelijke en gevaarlijke stad. Ik hou van die sfeer”, beschrijft Kim Foster de stad waar ze voor Groningen leefde. “Groningen is net Manchester, dat verschilt niet zoveel. Het is alleen een ontzettend stuk kleiner. Omdat het kleiner is, is de muziekscene meer als een familie. Je kent iedereen, zodra je er onderdeel van uit maakt. Juist daardoor heb ik in de laatste jaren dat ik in Groningen heb gewoond, meer geleerd dan ik ooit in Manchester heb opgepikt. Je zou het een soort van ‘growing up’ kunnen noemen, denk ik. Ik heb met beide steden een emotionele band om heel verschillende redenen.”
De eigenlijke muzikale rots liggen dus in het zuiden van Engeland. Een gretige Kim Foster probeerde een instrument onder de knie te krijgen en dat was een hele opgave. “Ik kan me nog heel goed herinneren dat ik altijd heel graag gitaar wilde leren spelen tot ik een jaar of acht was. Mijn ouders gaven eindelijk toe en ik kreeg mijn gitaar en realiseerde me toen pas hoe moeilijk het was om het instrument te leren spelen. De oplossing was om te ruilen met mijn broer die een Yahama Keyboard had. Ook daar bakte ik niks van. Pas toen ik een jaar of twaalf was heb ik het pas serieus opgevat en ben echt aan de studie gegaan. Op dat zelfde moment ben ik ook liedjes gaan schrijven. Ik ben eigenlijk veel meer een liedjesschrijver dan een muzikant. Ik vind mezelf geen volleerde gitarist, maar het is een gebruiksinstrument om liedjes te schrijven. Ik schrijf mijn liedjes in code. Mijn onderwerpen zijn niet van nature liefde en relaties. Ik neig er naar om meer te schrijven over hoe kloten het is om mens te zijn of juist hoe geweldig om te bestaan of juist dat het allemaal verschrikkelijk verwarrend is.” De inspiratie vist Foster overal weg. Elk voorval kan een liedje opleveren. “Een liedje kan overal vandaan komen. Er is geen vast proces. 'Passing Car is een liedje dat ik schreef toen ik een auto hoorde langsrijden terwijl ik net even een sigaret rookte op het balkon. Het geluid van de auto komt terug in de openingslijn van de synthsizerbas. Zo ging dat en het liedje ontstond er vrij snel achteraan. Andere liedjes hebben maanden en maanden nodig met veel repeteren en veranderen en ideeën uitwisselen en zelfs af en toe er even flink heibel over trappen. Good times.”
Ook de oorsprong van KIN ligt op de Britse eilanden. Aanvankelijk in Manchester gestart als solo project leverde dat het album 'Flickering' op. Met dit album op zak verhuisde Foster naar Groningen. Jouke van der Krieke, Maike Doornebosch en Peter Blokzijl kwamen KIN versterken en het soloproject werd een band. “Het KIN geluid ontwikkelde zich van nature en eigenlijk totaal onbewust. Muziek maken is een beetje als tekenen. Je kunt wel een helder beeld hebben van wat je op papier wil zetten, maar er is altijd iets wat er tussendoor komt als je bezig bent dat beeld op papier te krijgen De tekening zal, soms als verbetering soms niet, altijd anders zijn dan wat je in gedachten had. We zijn met vier koppen, de bandleden, die allemaal uit een totaal verschillende muzikale hoek komen. We bedenken beelden en proberen dan dat samen te realiseren.”
Het resulteerde halverwege 2015 in het verschijnen van het album 'SLOWTV'. Het eerste album als band. “Flickering' was totaal een solo album”, vertelt Foster. 'SLOWTV' is het product van ons als band samen aan het werk, aan het schrijven en ontwikkelen. Dat hoor je op het album. We hebben er zo'n anderhalf jaar over gedaan om precies uit te werken hoe we wilden dat het klonk en hoe we die klanken op het album wilden hebben voor we de studio in gingen. Ieder detail is doordacht. We hadden ons voorgenomen dat, zelfs al zal niemand het ooit beluisteren, we geven het niet uit handen voor alles op de opnames goed voelt. Dat was ons doel. Het album is nu een half jaar uit en het voelt nog steeds goed. Uiteindelijk ga je er op termijn misschien anders tegen aankijken, maar voor nu is dat een fijn gevoel. Albums blijven toch een moment opname. We kunnen niet allemaal George Lucas zijn en terug gaan en ons werk photoshoppen achteraf. Dat moet je ook niet willen.”
Na het optreden in Vera met New Madrid staat KIN op Eurosonic.Kim Foster kijkt er naar uit. “We zijn er een maand tussen uitgeweest Voor de kerst en oud en nieuw, dius we gaan kijken of we ons alles nog herinneren. Naast onze eigen optredens willen we een aantal geweldige bands gaan kijken in de briljante gekte die ESNS toch is. Als het over is beloof ik mezelf dat ik nooit geen alcohol meer drink, waarschijnlijk, misschien. Wat onze optredens betreft parafraseer ik mezelf graag in een Donald Trump stijl moment van zwakte. “They should expect their brains to be broken by our massive bass, orchestral-type guitars and driving breaks. In a friendly way.”
KIN treedt op 8 januari op in Vera samen met New Madrid. Op 14 januari staat de band in het kader van Grunnsonic in Warhol en op 16 januari in Peter Pan.
Op 7 februari treedt KIN op in de kerk in Woltersum en op 18 februari op Ondergronds in Leeuwarden
Elske DeWall: “Ik was een verlegen meisje en durfde niet te zeggen dat ik wilde zingen”
VEENWOUDEN – Een verlegen meisje dat op haar kamertje in Veenwouden, of eigenlijk aan de andere kant van het spoor, met haar gitaar in de weer was. Wie Elske DeWall of Elske de Walle op het podium ziet zal weinig meer van dat verlegen Frysk famke terug zien. Die heeft ze goed verborgen achter een ontspannen zangeres die haar thuis in haar optredens gevonden heeft en keer op keer weet te overtuigen met haar prachtige soulvolle stem. Even was het rustiger rondom Elske DeWall en was het de geboorte van zoon Herre welke de aandacht vroeg. Nu is ze terug. Deze maand verschijnt een derde album en gaat ze het land door met een theatertour. Tussen het in een zetten van een setlist voor al die optredens vertelt het verlegen meisje honderduit.
“Dit is mijn vijfde jaar op rij in de theaters”, aldus Elske DeWall thuis in Veenwouden, “en het theater is zo luxe: de mensen zitten in een heerlijk stoel, ik kan een klein liedje spelen, mijn verhalen vertellen of groot uitpakken met band. Zodra het pluche gordijn opengaat is er voor een artiest totale vrijheid”, kijkt ze uit naar het avontuur. “Tijdens deze theatertour speel ik heel veel nieuwe nummers van het album Velvet Soldier wat op 22 januari uitkomt, maar ook het eerdere werk.” Een belangrijke rol dus voor het nieuwe werk. Tijdens optredens liet ze al één en ander horen van dat nieuwe werk en dat is zeker net zo goed als de liedjes van haar eerdere albums 'Balloon over Paris' uit 2010 en 'Brave' uit 2012. “Ik had na Brave geen label en was dus onzeker of ik nog wel een album zou uitbrengen. Ik ben na een tijdje weer begonnen met schrijven en doordat er geen druk was, was er ook geen vooropgezet idee. Ik wilde de muziek maken die ik op dat moment leuk vond en de verhalen vertellen die ik wilde vertellen, zonder er bij stil te staan wat iemand er van vond. Het was echt voor mezelf. Na verloop dacht ik wel: 'dit is zo'n eenheid, zo symbolisch voor de periode in mijn leven, dit moet een album worden'. Tijdens de opnames die met tussenpozen 2 jaar duurde, was ik zwanger en werd ik moeder. Je gaat door zoveel verschillende emoties. Soms voelde ik me enorm kwetsbaar en nietig, op andere momenten was ik krachtig en zette ik mijn schouders eronder. Dat hoor ik terug in de liedjes en ik hoop de mensen die het horen straks ook. 'Velvet Soldier' staat voor die dualiteit in mezelf en in mijn muziek.'
Om het album te kunnen maken, om de liedjes te kunnen schrijven moest Elske DeWall terug naar vertrouwde grond. Friesland en zelfs terug naar Veenwouden met ega Sietse Huisman. “Ik heb na een tijdje van niet kunnen schrijven het eerste liedje voor de nieuwe plaat in Veenwouden geschreven, dus het is zeker een plek waar ik wel graag werk. Ik doe het te weinig, maar ben wel destijds heel bewust naar Veenwouden gegaan om te kijken of het daar wel lukte om te schrijven. Daar is alles tenslotte begonnen. Ik weet niet of je het echt hoor dat het uit Friesland komt maar het voelt voor mij wel heel vertrouwd. Ik ben als jong meisje veel in aanraking gekomen met muziek. Met mijn ouders gingen we naar concerten, thuis werd er veel muziek gedraaid en we mochten op jonge leeftijd een instrument kiezen. Ik koos voor de piano en na twee jaar wilde ik saxofoon leren spelen. Zingen en gitaar spelen kwam later, maar was iets wat ik op mijn kamer graag deed. Ik was een verlegen meisje en durfde eerst niet te zeggen dat ik wilde zingen, maar vanaf mijn zestiende ben ik er helemaal voor gegaan. Ik schreef mijn eigen liedjes en zong in bandjes. Zodoende kwam een demo terecht bij de Platenmaatschappij Universal Music en daar heb ik mijn eerste twee albums mogen maken. Het ging eigenlijk op een speelse manier.”
“Ik schrijf wat in me opkomt,” vertelt Elske DeWall, “en heb meestal van te voren niet een duidelijk beeld over wat ik wil schrijven. Het zijn vaak wel verhalen over mijn eigen gedachtes, belevenissen, maar soms is het ook heerlijk om in de wereld van iemand anders te stappen. Dat is het leuke aan schrijven, je kunt je fantasie de vrije loop laten.” De verwachting is dat zoon Herre wel een inspiratie bron zou zijn. Herre heeft in ieder geval zijn uitwerking op het liedjesschrijverschap. “Het moederschap heeft wel invloed op de frequentie van schrijven. Voorheen kon ik zodra ik een idee had gaan zitten schrijven, maar tegenwoordig is dat wat lastiger. Ik moet nu echt tijd inplannen en dat vind ik af en toe wel moeilijk, want dan moet je inspiratie afdwingen. Het kan zeker wel, maar het is wat minder spontaan. Qua inhoud heb ik niet opeens alle liedjes over mijn zoon geschreven. Het zit er wel in verwerkt, maar het is niet het enige waar in nog over schrijf.”
Elske DeWall is haast een familiebedrijf. Achter de schermen heeft bijvoorbeeld haar moeder een belangrijke rol en op het podium staat ze met zus Femke en levensgezel Sietse. Het begin van de huidige formatie lag in het duo dat ze ooit onder de naam FeEl vormde met haar zus. “Het is ontzettend leuk om met mijn zus en man in een band te zitten. We hoeven elkaar niks uit te leggen, soms is een blik genoeg. Natuurlijk zijn er ook weleens strubbelingen maar dat is helemaal niet erg. Juist doordat we elkaar door en door kennen weet je dat het weer goed komt. Thuis gaat het wel vaak over muziek en moeten we soms echt zeggen: "Nee, nu even over iets anders praten" en dat is ook prima.”
Eind vorig jaar had Elske DeWall een opmerkelijke avond in Neushoorn in Leeuwarden. Een avond gospel. “Gospel staat voor mij voor beleving en bezieling. Ik ben niet perse Christelijk opgevoed, afgezien van het feit dat ik naar een Christelijke school ging. Voor mij is het die Amerikaanse gospel die me raakt en dat zal meer met de muziek te maken hebben dan met de tekst. Ik vind de teksten vaak wel troostend en dat vind ik mooi. Ik heb niet zoveel met het je volledig onderwerpen aan een religie, ik vind dat iedereen zelf moet kunnen beslissen waar hij in gelooft, maar zodra er allerlei regels en voorwaarden aan hangen, haak ik af. Ik kan ook niet goed uitleggen waarom die muziek me zo raakt. Het is zo vol en die koren zijn zo krachtig en warm. Ik word heel emotioneel als ik er naar luister.”
Naast haar familie stond Elske DeWall met tal van anderen op het podium of werkte ze samen op een andere manier met onder andere John jeremiah, Syb van der Ploeg, Lionel Ritchie en recent nog met de 3Js en Shirma Rousevoor Kika. Leerzame samenwerkingen aldus de zangeres. “Je bent nooit uitgeleerd en juist van andere artiesten kun je heel veel leren door te kijken en te doen. Dat kan zijn in de manier van zingen, performen of schrijven. De 3Js schrijven fantastische liedjes en ik hou van Jan Dulles zijn stem. Shirma is een powervrouw die zoveel zelfvertrouwen uitstraalt en ook nog eens een ongelooflijk goede zangeres is, en een zaal helemaal kan bespelen. Prachtig om te zien vindt ik dat.”
Eén van de mooiste nummers op de setlist van Elske DeWall is het nummer 'Dunsje my de leafde ût'. Niet een nummer dat ze zelf schreef, maar een hertaling in het Frysk van een nummer van Leonard Cohen. Wat opvalt is dat haar zang nog net een extra dimmessie krijgt, hoewel haar zang al zo rijk en vol diepte is. “Ik kan me heel goed uitdrukken in het Engels en dat voelt ook echt als een taal die bij me past, maar het Fries is mijn moedertaal. Ik spreek Fries met mijn ouders en tegen mijn zoon, dat is heel eigen. Het grappige is dat ik zelf niet in het Fries schrijf. Ik probeer het wel maar het is misschien nog niet het juiste moment, wie weet ooit.” Dat moment zal nog even op zich laten wachten. Het Theater wacht.
Op 21 januari is de premiere van de Theatertour in De Harmonie in Leeuwarden. Daarna volgt op 23 januari De Oosterpoort in Groningen, op 25 februari De Molenberg in Delfzijl, op 26 februari het Posthuis Theater in Heerenveen. De tour in het Noorden vervolgt op 5 maart in De Tamboer in Hoogeveen en op 19 maart in De Lawei in Drachten. De laatste voorstelling is op 16 april in Podium Lokaal in Zwartsluis.
VEENWOUDEN – Een verlegen meisje dat op haar kamertje in Veenwouden, of eigenlijk aan de andere kant van het spoor, met haar gitaar in de weer was. Wie Elske DeWall of Elske de Walle op het podium ziet zal weinig meer van dat verlegen Frysk famke terug zien. Die heeft ze goed verborgen achter een ontspannen zangeres die haar thuis in haar optredens gevonden heeft en keer op keer weet te overtuigen met haar prachtige soulvolle stem. Even was het rustiger rondom Elske DeWall en was het de geboorte van zoon Herre welke de aandacht vroeg. Nu is ze terug. Deze maand verschijnt een derde album en gaat ze het land door met een theatertour. Tussen het in een zetten van een setlist voor al die optredens vertelt het verlegen meisje honderduit.
“Dit is mijn vijfde jaar op rij in de theaters”, aldus Elske DeWall thuis in Veenwouden, “en het theater is zo luxe: de mensen zitten in een heerlijk stoel, ik kan een klein liedje spelen, mijn verhalen vertellen of groot uitpakken met band. Zodra het pluche gordijn opengaat is er voor een artiest totale vrijheid”, kijkt ze uit naar het avontuur. “Tijdens deze theatertour speel ik heel veel nieuwe nummers van het album Velvet Soldier wat op 22 januari uitkomt, maar ook het eerdere werk.” Een belangrijke rol dus voor het nieuwe werk. Tijdens optredens liet ze al één en ander horen van dat nieuwe werk en dat is zeker net zo goed als de liedjes van haar eerdere albums 'Balloon over Paris' uit 2010 en 'Brave' uit 2012. “Ik had na Brave geen label en was dus onzeker of ik nog wel een album zou uitbrengen. Ik ben na een tijdje weer begonnen met schrijven en doordat er geen druk was, was er ook geen vooropgezet idee. Ik wilde de muziek maken die ik op dat moment leuk vond en de verhalen vertellen die ik wilde vertellen, zonder er bij stil te staan wat iemand er van vond. Het was echt voor mezelf. Na verloop dacht ik wel: 'dit is zo'n eenheid, zo symbolisch voor de periode in mijn leven, dit moet een album worden'. Tijdens de opnames die met tussenpozen 2 jaar duurde, was ik zwanger en werd ik moeder. Je gaat door zoveel verschillende emoties. Soms voelde ik me enorm kwetsbaar en nietig, op andere momenten was ik krachtig en zette ik mijn schouders eronder. Dat hoor ik terug in de liedjes en ik hoop de mensen die het horen straks ook. 'Velvet Soldier' staat voor die dualiteit in mezelf en in mijn muziek.'
Om het album te kunnen maken, om de liedjes te kunnen schrijven moest Elske DeWall terug naar vertrouwde grond. Friesland en zelfs terug naar Veenwouden met ega Sietse Huisman. “Ik heb na een tijdje van niet kunnen schrijven het eerste liedje voor de nieuwe plaat in Veenwouden geschreven, dus het is zeker een plek waar ik wel graag werk. Ik doe het te weinig, maar ben wel destijds heel bewust naar Veenwouden gegaan om te kijken of het daar wel lukte om te schrijven. Daar is alles tenslotte begonnen. Ik weet niet of je het echt hoor dat het uit Friesland komt maar het voelt voor mij wel heel vertrouwd. Ik ben als jong meisje veel in aanraking gekomen met muziek. Met mijn ouders gingen we naar concerten, thuis werd er veel muziek gedraaid en we mochten op jonge leeftijd een instrument kiezen. Ik koos voor de piano en na twee jaar wilde ik saxofoon leren spelen. Zingen en gitaar spelen kwam later, maar was iets wat ik op mijn kamer graag deed. Ik was een verlegen meisje en durfde eerst niet te zeggen dat ik wilde zingen, maar vanaf mijn zestiende ben ik er helemaal voor gegaan. Ik schreef mijn eigen liedjes en zong in bandjes. Zodoende kwam een demo terecht bij de Platenmaatschappij Universal Music en daar heb ik mijn eerste twee albums mogen maken. Het ging eigenlijk op een speelse manier.”
“Ik schrijf wat in me opkomt,” vertelt Elske DeWall, “en heb meestal van te voren niet een duidelijk beeld over wat ik wil schrijven. Het zijn vaak wel verhalen over mijn eigen gedachtes, belevenissen, maar soms is het ook heerlijk om in de wereld van iemand anders te stappen. Dat is het leuke aan schrijven, je kunt je fantasie de vrije loop laten.” De verwachting is dat zoon Herre wel een inspiratie bron zou zijn. Herre heeft in ieder geval zijn uitwerking op het liedjesschrijverschap. “Het moederschap heeft wel invloed op de frequentie van schrijven. Voorheen kon ik zodra ik een idee had gaan zitten schrijven, maar tegenwoordig is dat wat lastiger. Ik moet nu echt tijd inplannen en dat vind ik af en toe wel moeilijk, want dan moet je inspiratie afdwingen. Het kan zeker wel, maar het is wat minder spontaan. Qua inhoud heb ik niet opeens alle liedjes over mijn zoon geschreven. Het zit er wel in verwerkt, maar het is niet het enige waar in nog over schrijf.”
Elske DeWall is haast een familiebedrijf. Achter de schermen heeft bijvoorbeeld haar moeder een belangrijke rol en op het podium staat ze met zus Femke en levensgezel Sietse. Het begin van de huidige formatie lag in het duo dat ze ooit onder de naam FeEl vormde met haar zus. “Het is ontzettend leuk om met mijn zus en man in een band te zitten. We hoeven elkaar niks uit te leggen, soms is een blik genoeg. Natuurlijk zijn er ook weleens strubbelingen maar dat is helemaal niet erg. Juist doordat we elkaar door en door kennen weet je dat het weer goed komt. Thuis gaat het wel vaak over muziek en moeten we soms echt zeggen: "Nee, nu even over iets anders praten" en dat is ook prima.”
Eind vorig jaar had Elske DeWall een opmerkelijke avond in Neushoorn in Leeuwarden. Een avond gospel. “Gospel staat voor mij voor beleving en bezieling. Ik ben niet perse Christelijk opgevoed, afgezien van het feit dat ik naar een Christelijke school ging. Voor mij is het die Amerikaanse gospel die me raakt en dat zal meer met de muziek te maken hebben dan met de tekst. Ik vind de teksten vaak wel troostend en dat vind ik mooi. Ik heb niet zoveel met het je volledig onderwerpen aan een religie, ik vind dat iedereen zelf moet kunnen beslissen waar hij in gelooft, maar zodra er allerlei regels en voorwaarden aan hangen, haak ik af. Ik kan ook niet goed uitleggen waarom die muziek me zo raakt. Het is zo vol en die koren zijn zo krachtig en warm. Ik word heel emotioneel als ik er naar luister.”
Naast haar familie stond Elske DeWall met tal van anderen op het podium of werkte ze samen op een andere manier met onder andere John jeremiah, Syb van der Ploeg, Lionel Ritchie en recent nog met de 3Js en Shirma Rousevoor Kika. Leerzame samenwerkingen aldus de zangeres. “Je bent nooit uitgeleerd en juist van andere artiesten kun je heel veel leren door te kijken en te doen. Dat kan zijn in de manier van zingen, performen of schrijven. De 3Js schrijven fantastische liedjes en ik hou van Jan Dulles zijn stem. Shirma is een powervrouw die zoveel zelfvertrouwen uitstraalt en ook nog eens een ongelooflijk goede zangeres is, en een zaal helemaal kan bespelen. Prachtig om te zien vindt ik dat.”
Eén van de mooiste nummers op de setlist van Elske DeWall is het nummer 'Dunsje my de leafde ût'. Niet een nummer dat ze zelf schreef, maar een hertaling in het Frysk van een nummer van Leonard Cohen. Wat opvalt is dat haar zang nog net een extra dimmessie krijgt, hoewel haar zang al zo rijk en vol diepte is. “Ik kan me heel goed uitdrukken in het Engels en dat voelt ook echt als een taal die bij me past, maar het Fries is mijn moedertaal. Ik spreek Fries met mijn ouders en tegen mijn zoon, dat is heel eigen. Het grappige is dat ik zelf niet in het Fries schrijf. Ik probeer het wel maar het is misschien nog niet het juiste moment, wie weet ooit.” Dat moment zal nog even op zich laten wachten. Het Theater wacht.
Op 21 januari is de premiere van de Theatertour in De Harmonie in Leeuwarden. Daarna volgt op 23 januari De Oosterpoort in Groningen, op 25 februari De Molenberg in Delfzijl, op 26 februari het Posthuis Theater in Heerenveen. De tour in het Noorden vervolgt op 5 maart in De Tamboer in Hoogeveen en op 19 maart in De Lawei in Drachten. De laatste voorstelling is op 16 april in Podium Lokaal in Zwartsluis.
New Madrid staat in Vera tijdens eerste Europese Toernee
GRONINGEN – Het zijn druk bezette jongens de vier heren van New Madrid. In vier jaar tijd brachten ze twee albums uit, twee EP's en staat het derde album op het punt van uitkomen. Tussen door zijn ze hard op weg naar de vierhonderd optredens. De afspraak wordt dus een continent verzet van Athens Georgia naar Europa. Op de avond voor hun eerste concert van de eerste Europese toernee in Hannover spreken heet de band tijd als het vliegtuig nog maar net is geland. Dit weekend komen de heren naar Nederland en staan ze naast Paradiso in Vera in Groningen op 8 januari. Phil McGill de zanger en gitarist van New Madrid verruilt de vliegtuigstoel voor de praatstoel.
“De aantrekkingskracht van de gitaar kreeg me rond mijn elfde in zijn macht”, beschrijft Phil McGill zijn eerste muzikale stappen. “Waarschijnlijk was die fascinatie er al wel eerder, maar op die leeftijd wist ik mijn ouders te overtuigen dat ze voor mij een gitaar moesten kopen. We hadden altijd al wel een piano thuis staan, maar dat is nooit mijn instrument geweest. Dat was mijn zusje haar ding. Ik luisterde wel hoe mijn zus woordelijk haast elk liedje dat op de radio werd gespeeld kon meezingen. We zongen ook in de kerk.” De basis van de band is Athens Georgia. De thuisstad van McGill en een omgeving die hem en Graham Powers, Ben Hackett en Alex Woolley kansen gaf zich muzikaal te ontplooien. “Soms bestaan mooie dingen maar heel kortstondig, een paar maanden, dan is het voorbij. Athens heeft een heel gevarieerde en rijke muziekcultuur. Het is haast absurd om voor een stad van die omvang zoveel muziek te hebben, maar het varieert steeds. Het is constant aan verandering onderhevig, want de stad is ook traag en weinig krachtdadig. Er zijn ook veel overlappingen of alle mensen met talent zitten op een kluitje”, schets McGill. “Athens steunt wel creatieve ondernemingen en je hoeft niet in een bepaald sjabloon te passen om die steun te krijgen. Het is een stad met een academie en dat heeft veel invloed. Mensen komen en gaan. De seizoenen hebben een grote invloed op de energie van de stad. Ik hou daar wel van. Veel studenten zijn ook muzikaal actief. Dat is positief. Het maakt dat de muziek scene kan overleven in Athens.”
In deze omgeving onstond New Madrid. Het viertal maakt veelgeprezen dromerige Indie Rock. “The sounds don't exit the speakers as much as they condense and hang in the air like the humid Athens summer that birthed them,” citeert Vera niet voor niets de website van New Madrid in hun aankondiging. De band is er in geslaagd een heel eigen geluid te creëren met invloeden van rock en naast de gitaren ook een centrale rol voor de zang. “Ik begon met het bezoeken van concerten en het luisteren naar platen. Ik luisterde alles waar ik mijn handen maar op kon leggen.Dat werd iets wat ik deed samen met anderen. Niet lang nadat ik mijn gitaar gekregen had ben ik ook begonnen met mijn eigen liedjes te schrijven. Dat is een aspect dat mij altijd heeft geboeid. Dat wilde ik gaan doen met mijn gitaar en niet zozeer technisch het hele instrument tot in de perfectie beheersen. Op het moment dat ik met anderen begon te spelen werd het een soort Indie Rock ding. Samen onderzochten we geluiden en energieën. We vinden allerlei stijlen muziek leuk. Heel oude country spreekt ons aan, maar ook experimentele Noise muziek, Ambient, Weirdo Pop, Drone tot en met Gospel en Psychedelische muziek, als het maar muziek is met gevoel.”
Zelf schrijft de band ook nummers waarin het gevoel ook een belangrijke rol speelt. “Liedjes komen van overal. Iets wat iemand tegen mij vertelt of wat ik overhoor. Een verkeersteken aan de kant van de weg dat me inspireert of een bericht in een krant. Liedjes kunnen onstaan uit een gevoel dat ik heb, een emotie. Soms is het niet meer dan wat woorden die in mijn hoofd rondspoken, waaruit een idee ontstaat. Het kan beginnen bij de muziek en dus van de andere kant. Een instrumentaal stukje of een tape loop of een paar accoorden op de gitaar. Het is ook voorgekomen dat uit het bas gedeelte van een liedje een heel nieuw nummer is ontstaan of uit het drum deel. De drums worden heel persoonlijk ingevuld en wil er wel eens een andere beat te voorschijn komen.”
Waar geen invloed meer is van een persoonlijke invulling is, wat is vastgelegd op CD. In 2012 bracht de band het inmiddels totaal uitverkochte 'Yardboat' uit en in 2014 'Sunswimmer'. In de tussentijd verschenen twee EP's waaronder vorig jaar een speciale uitgave voor Record Store Day met live opnames van nummers van de eerdere albums. Op dit moment wordt de laatste hand gelegd aan het derde abum dat in 2016 op de markt komt. “We wilden proberen om de hoeveelheid 'demo’ing' voor dit album te minimaliseren en te trachten om de liedjes te grijpen direct de eerste keer als ze voor ons gevoel goed werden gespeeld en het klonk zoal we wilden. We wilden af van het idee dat, dit nummer klinkt goed, maar op de demo klonkt het nog zoveel beter. Je ontkomt toch niet aan het maken van veel proefopnames voor de eigenlijke opname, maar door producer David Barbe er vroegtijdig bij te betreken en hem aanwezig te laten zijn bij wat vroeger gewoon proefopnamen waren zijn we er in geslaagd om het goede uit de demo's te behouden en op de plaat te krijgen.” dan wacht Europa en een avontuur dat de band door Duitsland, Nederland. België en Groot Brittanië zal voeren. Madrid staat nog niet op het programma.
Tijdens hun eerste Europese toernee staat New Madrid op 8 januari in Vera Groningen. In het voorprogramma staat Kin. New Madrid speelt op 16 januari bij Clouso in Meppel.
GRONINGEN – Het zijn druk bezette jongens de vier heren van New Madrid. In vier jaar tijd brachten ze twee albums uit, twee EP's en staat het derde album op het punt van uitkomen. Tussen door zijn ze hard op weg naar de vierhonderd optredens. De afspraak wordt dus een continent verzet van Athens Georgia naar Europa. Op de avond voor hun eerste concert van de eerste Europese toernee in Hannover spreken heet de band tijd als het vliegtuig nog maar net is geland. Dit weekend komen de heren naar Nederland en staan ze naast Paradiso in Vera in Groningen op 8 januari. Phil McGill de zanger en gitarist van New Madrid verruilt de vliegtuigstoel voor de praatstoel.
“De aantrekkingskracht van de gitaar kreeg me rond mijn elfde in zijn macht”, beschrijft Phil McGill zijn eerste muzikale stappen. “Waarschijnlijk was die fascinatie er al wel eerder, maar op die leeftijd wist ik mijn ouders te overtuigen dat ze voor mij een gitaar moesten kopen. We hadden altijd al wel een piano thuis staan, maar dat is nooit mijn instrument geweest. Dat was mijn zusje haar ding. Ik luisterde wel hoe mijn zus woordelijk haast elk liedje dat op de radio werd gespeeld kon meezingen. We zongen ook in de kerk.” De basis van de band is Athens Georgia. De thuisstad van McGill en een omgeving die hem en Graham Powers, Ben Hackett en Alex Woolley kansen gaf zich muzikaal te ontplooien. “Soms bestaan mooie dingen maar heel kortstondig, een paar maanden, dan is het voorbij. Athens heeft een heel gevarieerde en rijke muziekcultuur. Het is haast absurd om voor een stad van die omvang zoveel muziek te hebben, maar het varieert steeds. Het is constant aan verandering onderhevig, want de stad is ook traag en weinig krachtdadig. Er zijn ook veel overlappingen of alle mensen met talent zitten op een kluitje”, schets McGill. “Athens steunt wel creatieve ondernemingen en je hoeft niet in een bepaald sjabloon te passen om die steun te krijgen. Het is een stad met een academie en dat heeft veel invloed. Mensen komen en gaan. De seizoenen hebben een grote invloed op de energie van de stad. Ik hou daar wel van. Veel studenten zijn ook muzikaal actief. Dat is positief. Het maakt dat de muziek scene kan overleven in Athens.”
In deze omgeving onstond New Madrid. Het viertal maakt veelgeprezen dromerige Indie Rock. “The sounds don't exit the speakers as much as they condense and hang in the air like the humid Athens summer that birthed them,” citeert Vera niet voor niets de website van New Madrid in hun aankondiging. De band is er in geslaagd een heel eigen geluid te creëren met invloeden van rock en naast de gitaren ook een centrale rol voor de zang. “Ik begon met het bezoeken van concerten en het luisteren naar platen. Ik luisterde alles waar ik mijn handen maar op kon leggen.Dat werd iets wat ik deed samen met anderen. Niet lang nadat ik mijn gitaar gekregen had ben ik ook begonnen met mijn eigen liedjes te schrijven. Dat is een aspect dat mij altijd heeft geboeid. Dat wilde ik gaan doen met mijn gitaar en niet zozeer technisch het hele instrument tot in de perfectie beheersen. Op het moment dat ik met anderen begon te spelen werd het een soort Indie Rock ding. Samen onderzochten we geluiden en energieën. We vinden allerlei stijlen muziek leuk. Heel oude country spreekt ons aan, maar ook experimentele Noise muziek, Ambient, Weirdo Pop, Drone tot en met Gospel en Psychedelische muziek, als het maar muziek is met gevoel.”
Zelf schrijft de band ook nummers waarin het gevoel ook een belangrijke rol speelt. “Liedjes komen van overal. Iets wat iemand tegen mij vertelt of wat ik overhoor. Een verkeersteken aan de kant van de weg dat me inspireert of een bericht in een krant. Liedjes kunnen onstaan uit een gevoel dat ik heb, een emotie. Soms is het niet meer dan wat woorden die in mijn hoofd rondspoken, waaruit een idee ontstaat. Het kan beginnen bij de muziek en dus van de andere kant. Een instrumentaal stukje of een tape loop of een paar accoorden op de gitaar. Het is ook voorgekomen dat uit het bas gedeelte van een liedje een heel nieuw nummer is ontstaan of uit het drum deel. De drums worden heel persoonlijk ingevuld en wil er wel eens een andere beat te voorschijn komen.”
Waar geen invloed meer is van een persoonlijke invulling is, wat is vastgelegd op CD. In 2012 bracht de band het inmiddels totaal uitverkochte 'Yardboat' uit en in 2014 'Sunswimmer'. In de tussentijd verschenen twee EP's waaronder vorig jaar een speciale uitgave voor Record Store Day met live opnames van nummers van de eerdere albums. Op dit moment wordt de laatste hand gelegd aan het derde abum dat in 2016 op de markt komt. “We wilden proberen om de hoeveelheid 'demo’ing' voor dit album te minimaliseren en te trachten om de liedjes te grijpen direct de eerste keer als ze voor ons gevoel goed werden gespeeld en het klonk zoal we wilden. We wilden af van het idee dat, dit nummer klinkt goed, maar op de demo klonkt het nog zoveel beter. Je ontkomt toch niet aan het maken van veel proefopnames voor de eigenlijke opname, maar door producer David Barbe er vroegtijdig bij te betreken en hem aanwezig te laten zijn bij wat vroeger gewoon proefopnamen waren zijn we er in geslaagd om het goede uit de demo's te behouden en op de plaat te krijgen.” dan wacht Europa en een avontuur dat de band door Duitsland, Nederland. België en Groot Brittanië zal voeren. Madrid staat nog niet op het programma.
Tijdens hun eerste Europese toernee staat New Madrid op 8 januari in Vera Groningen. In het voorprogramma staat Kin. New Madrid speelt op 16 januari bij Clouso in Meppel.
Senna Black komt met EP
LEEUWARDEN – Haar geboortehuis staat in Leeuwarden en hoewel ze inmiddels in Utrecht woont is de Friese hoofdstad toch de centrale plaats in haar EP release tour. Nog voor de EP is verschenen staat ze in Noarderwyn bij Willem Waldpyk van de Friese omroep en vervolgens in cafe Karma op de 27ste januari en dan volgt de rest van het land, met onder andere twee optredens in Groningen. Achter Senna Black schuilt de ervaren zangeres Sanne Hoeksma die na vaak bij anderen te hebben gezongen nu met eigen werk komt en zelf in de spotlight treedt.
“Op 20 januari kom de EP The Recordings of Senna Black”, vertelt Sanne Hoeksma enthousiast. “Deze EP met vijf liedjes is bedoeld voor iedereen om kennis te laten maken met Senna Black. Het opnemen en uitbrengen van een EP is al een droom op zich die in vervulling is gegaan. Het zelf schrijven,arrangeren en produceren van een cd is een fantastische ervaring geweest. Ik kan niet wachten om straks met de band op te treden voor publiek en dat is wat ik zoveel mogelijk wil doen het komende jaar. Er staan al een paar hele mooie optredens en projecten voor voor de deur en dat kunnen er alleen nog maar meer worden. Al van jongs af aan ben ik een muziekbeest geweest. De doorslag om artiest te worden was er vanaf het moment dat ik als klein meisje mijn eerste solo zong. Mijn ouders hebben me altijd gestimuleerd en dat doen ze nu nog steeds. Mijn muzikale reis kent al verschillende wegen. Zo ben ik ooit als zangeres begonnen in het Friese zangtrio Three-ality, heb ik gestudeerd aan de FrankSanders musical academie in Amsterdam en uiteindelijk mijn laatste studie afgerond aan het conservatorium van Utrecht. Welke keuze ik ook maak in mijn leven, het sluit altijd aan op mijn passie voor muziek.”
Senna Black brengt een mooie mix van pop, singersongwriterwerk en blues. De eerste opnamen klinken bijzonder aansprekend met de fraaie zang van Hoeksma centraal. “In 2012 ontmoette ik mijn vriend en tekstschrijver David Draaisma. Uit onze relatie ontstond een liefdevolle samenwerking. Een lied begint bij mij met een melodie die in mijn hoofd zit. Vervolgens kruip ik achter mijn piano en vind ik er de juiste akkoorden bij. Op deze manier schrijf ik soms wel vijf of meer melodieën op een dag. Elke melodie wekt een ander gevoel op. Door met David hierover te praten en te fantaseren komen we op de meest uiteenlopende onderwerpen. Muziek maken heelt en betekent veel voor me. Vooral als het gaat om het verwerken van indrukwekkende gebeurtenissen. Iedereen komt ze tegen en krijgt te maken met mooie en minder mooie periodes in hun leven. Hieruit is de naam Senna Black ontstaan. Senna staat voor waarheid en licht, Black staat voor de rauwe kanten van het leven. Toch zing ik niet alleen over mijn eigen ervaringen. Ik raak net zo veel geïnspireerd door de mensen om mij heen die dicht bij mij staan, die ik tegenkom of die ik zie op straat. Waarom er sterke blues invloeden in mijn werk is verworven is eigenlijk heel erg vanzelf gegaan. Mijn stem leent zich nou eenmaal het best voor dit genre. Een stijl waarin de emotie in de stem voorop ligt en waarin rauwe en scherpe klanken als schoonheid worden beschouwd. De liedjes hebben soms diepe onderliggende boodschappen en lenen zich daardoor perfect voor de blues.”
Naast en met Senna Black doet Sanne Hoeksma ook nog een aantal andere projecten. Zo stond ze de afgelopen tijd onder andere met 'The Pinkfloyd Project' en recent bij de gospellavond van Elske DeWall in Neushoorn. “Vroeger in Three-ality en nu ook als Senna Black werk ik vaak samen met andere artiesten en ik zal dat ook altijd willen blijven doen. Ik vind het super interessant en vooral nu ik zelf er ook voor heb gekozen om met mijn eigen werk naar buiten te treden, leer ik er enorm veel van door een beetje af te kijken hoe andere artiesten het doen die al wat verder zijn.” Ook een belangrijke factor die de huidige stap mogelijk maakt is de rust die ze gevonden heeft in Utrecht. “Ik ben een flinke reiziger geweest de afgelopen jaren. Ik bedoel daarmee dat ik binnen acht jaar in vijf verschillende steden in Nederland heb gewoond en zeven keer ben verhuist. Ik woon nu drie jaar in Utrecht en de rust van het niet hoeven te verhuizen doet me goed als schrijver. Ik vind het belangrijk om een thuis te hebben waar ik mij kan terug trekken en waar ik mijn ideeën en muziek kan uitwerken tot iets moois. Inspiratie haal ik uit alles wat ik meemaak en wat ik zie in de wereld om mij heen. Senna Black voelt als een nieuw hoofdstuk in mijn muzikale leven. Een compleet nieuw avontuur staat voor de deur en alles is mogelijk. Ik ben op mijn gelukkigst wanneer ik zing en mooie muziek maak en dat is wat ik wil blijven doen de rest van mijn leven. Ik hoop dan ook dat ik vanaf nu over een jaar alles kan laten vallen voor mijn muziek en daar helemaal van kan leven. Nog een grote droom van mij is een road-trip naar Amerika om daar met mijn band al reizende op te treden en mijn album op te nemen. Wie weet dat dat in 2017 gaat gebeuren. Like a never ending story, this musical journey never ends…”, besluit Senna Black.
Senna Black treedt op 27 januari op in cafe Karma in Leeuwarden op een benefiet avond. Op 14 februari staat de zangeres met haar band in cafe Koster in Groningen en op 10 april keert ze terug in Groningen, maar nu in Buckshot.
LEEUWARDEN – Haar geboortehuis staat in Leeuwarden en hoewel ze inmiddels in Utrecht woont is de Friese hoofdstad toch de centrale plaats in haar EP release tour. Nog voor de EP is verschenen staat ze in Noarderwyn bij Willem Waldpyk van de Friese omroep en vervolgens in cafe Karma op de 27ste januari en dan volgt de rest van het land, met onder andere twee optredens in Groningen. Achter Senna Black schuilt de ervaren zangeres Sanne Hoeksma die na vaak bij anderen te hebben gezongen nu met eigen werk komt en zelf in de spotlight treedt.
“Op 20 januari kom de EP The Recordings of Senna Black”, vertelt Sanne Hoeksma enthousiast. “Deze EP met vijf liedjes is bedoeld voor iedereen om kennis te laten maken met Senna Black. Het opnemen en uitbrengen van een EP is al een droom op zich die in vervulling is gegaan. Het zelf schrijven,arrangeren en produceren van een cd is een fantastische ervaring geweest. Ik kan niet wachten om straks met de band op te treden voor publiek en dat is wat ik zoveel mogelijk wil doen het komende jaar. Er staan al een paar hele mooie optredens en projecten voor voor de deur en dat kunnen er alleen nog maar meer worden. Al van jongs af aan ben ik een muziekbeest geweest. De doorslag om artiest te worden was er vanaf het moment dat ik als klein meisje mijn eerste solo zong. Mijn ouders hebben me altijd gestimuleerd en dat doen ze nu nog steeds. Mijn muzikale reis kent al verschillende wegen. Zo ben ik ooit als zangeres begonnen in het Friese zangtrio Three-ality, heb ik gestudeerd aan de FrankSanders musical academie in Amsterdam en uiteindelijk mijn laatste studie afgerond aan het conservatorium van Utrecht. Welke keuze ik ook maak in mijn leven, het sluit altijd aan op mijn passie voor muziek.”
Senna Black brengt een mooie mix van pop, singersongwriterwerk en blues. De eerste opnamen klinken bijzonder aansprekend met de fraaie zang van Hoeksma centraal. “In 2012 ontmoette ik mijn vriend en tekstschrijver David Draaisma. Uit onze relatie ontstond een liefdevolle samenwerking. Een lied begint bij mij met een melodie die in mijn hoofd zit. Vervolgens kruip ik achter mijn piano en vind ik er de juiste akkoorden bij. Op deze manier schrijf ik soms wel vijf of meer melodieën op een dag. Elke melodie wekt een ander gevoel op. Door met David hierover te praten en te fantaseren komen we op de meest uiteenlopende onderwerpen. Muziek maken heelt en betekent veel voor me. Vooral als het gaat om het verwerken van indrukwekkende gebeurtenissen. Iedereen komt ze tegen en krijgt te maken met mooie en minder mooie periodes in hun leven. Hieruit is de naam Senna Black ontstaan. Senna staat voor waarheid en licht, Black staat voor de rauwe kanten van het leven. Toch zing ik niet alleen over mijn eigen ervaringen. Ik raak net zo veel geïnspireerd door de mensen om mij heen die dicht bij mij staan, die ik tegenkom of die ik zie op straat. Waarom er sterke blues invloeden in mijn werk is verworven is eigenlijk heel erg vanzelf gegaan. Mijn stem leent zich nou eenmaal het best voor dit genre. Een stijl waarin de emotie in de stem voorop ligt en waarin rauwe en scherpe klanken als schoonheid worden beschouwd. De liedjes hebben soms diepe onderliggende boodschappen en lenen zich daardoor perfect voor de blues.”
Naast en met Senna Black doet Sanne Hoeksma ook nog een aantal andere projecten. Zo stond ze de afgelopen tijd onder andere met 'The Pinkfloyd Project' en recent bij de gospellavond van Elske DeWall in Neushoorn. “Vroeger in Three-ality en nu ook als Senna Black werk ik vaak samen met andere artiesten en ik zal dat ook altijd willen blijven doen. Ik vind het super interessant en vooral nu ik zelf er ook voor heb gekozen om met mijn eigen werk naar buiten te treden, leer ik er enorm veel van door een beetje af te kijken hoe andere artiesten het doen die al wat verder zijn.” Ook een belangrijke factor die de huidige stap mogelijk maakt is de rust die ze gevonden heeft in Utrecht. “Ik ben een flinke reiziger geweest de afgelopen jaren. Ik bedoel daarmee dat ik binnen acht jaar in vijf verschillende steden in Nederland heb gewoond en zeven keer ben verhuist. Ik woon nu drie jaar in Utrecht en de rust van het niet hoeven te verhuizen doet me goed als schrijver. Ik vind het belangrijk om een thuis te hebben waar ik mij kan terug trekken en waar ik mijn ideeën en muziek kan uitwerken tot iets moois. Inspiratie haal ik uit alles wat ik meemaak en wat ik zie in de wereld om mij heen. Senna Black voelt als een nieuw hoofdstuk in mijn muzikale leven. Een compleet nieuw avontuur staat voor de deur en alles is mogelijk. Ik ben op mijn gelukkigst wanneer ik zing en mooie muziek maak en dat is wat ik wil blijven doen de rest van mijn leven. Ik hoop dan ook dat ik vanaf nu over een jaar alles kan laten vallen voor mijn muziek en daar helemaal van kan leven. Nog een grote droom van mij is een road-trip naar Amerika om daar met mijn band al reizende op te treden en mijn album op te nemen. Wie weet dat dat in 2017 gaat gebeuren. Like a never ending story, this musical journey never ends…”, besluit Senna Black.
Senna Black treedt op 27 januari op in cafe Karma in Leeuwarden op een benefiet avond. Op 14 februari staat de zangeres met haar band in cafe Koster in Groningen en op 10 april keert ze terug in Groningen, maar nu in Buckshot.
Celine Cairo stelt zich voor in De Amer
AMEN – Een laatbloeier wellicht, maar wel één die snel en krachtig aan het singersongwriter firmament is verschenen. Op 2 januari treedt Celine Cairo op in De Amer in Amen. Bij die gelegenheid komt ze samen met Yori Swart en worden ze voorgesteld door Leonie Jansen. Cairo weet op de ochtend voor het concert nog tijd te vinden om te vertellen over deze samenwerking, maar ook over werken met Fink en haar nieuwe album. Celine Cairo stelt zich voor kortom.
“Ik vind het heel leuk dat Leoni me hiervoor vroeg”, vertelt Celine Cairo over het concert in De Amer, waar Leoni Jansen op basis van haar kenis en ervaring twee jonge artiesten selecteerde en daarmee op tour gaat en ze zo een kans geeft die ze anders misschien niet zouden hebben gehad. “We kennen elkaar al langer en ze is een goede vriendin geworden. Ze is natuurlijk van een andere generatie, maar we hebben veel meer gemeen dan je zou denken. Ze stimuleert me enorm en kan als een zorgzame mentor met me mee kijken. Superleuk dus om met haar op het podium te staan”, glundert Celine Cairo. Het is niet voor het eerst dat ze met gerenommeerde namen de samenwerking zoekt. Dotan vroeg haar mee op toer en ook van Fink stak ze veel op. “Ik leer superveel door te praten en muziek te maken of te laten horen. Bijvoorbeeld Fink – hij heeft mijn vorige EP geproduceerd - heeft me geleerd dat songwriting vaak gaat over met minder woorden meer zeggen. Ook een les van Fink is dat 'delivery' superbelangrijk is. Ik geloof dat alle artiesten elkaar dingen leren en elkaar kunnen inspireren. Als je de juiste mensen hebt kun je samen harder groeien, dat is een van de mooie dingen van dit vak”, aldus Cecile Cairo.
“Ik schrijf meestal vanuit m'n gitaar, ik begin heel klein met een melodie of een paar akkoorden”, gaat Celine Cairo door op het onderwerp liedjesschrijven in haar Amersterdamse onderkomen als ze langzamerhand zich gereed begint te maken voor de reis en het optreden in Amen. “Door lang te spelen en spontaan dingen te zingen ontdek ik soms iets moois. Als ik dat gevonden heb bouw ik van daaruit verder. De onderwerpen rollen er dan vanzelf uit, het zijn de dingen die dan rondspoken in mijn hoofd. Dat kan van liefde tot eenzaamheid zijn, of bijvoorbeeld een sterk verlangen naar een ander leven. Het is in elk geval bijna altijd autobiografisch.” Je zou dan denken dat de bruisende metropool Amsterdam genoeg inspiratie gaf, maar dat ontkent Cairo. “Niet per se is Amsterdam voor mij stimulerend, als kind schreef ik veel liedjes als ik op vakantie ging. Juist in een andere omgeving ga ik vaak 'open staan'. Dat was ook een van de redenen om mijn album in Los Angeles op te nemen. Een magische beleving, op allerlei fronten. Ik geloof heilig dat je dat erin terughoort.”
Celine Cairo is pas laat tot het besef gekomen dat het muzikale pad, haar levensweg was. “Het is voor mijn gevoel heel geleidelijk gegaan. Ik vond zingen altijd al leuk en begon op m'n 11e met zangles. Na de middelbare school ben ik pas gaan zingen voor publiek. Ik heb een prijs gewonnen en dat was het moment dat ik besloten heb om er echt voor te gaan, toen was ik 19. Dat jaar zong ik in New York, bij 'De Wereld Draait Door' en speelden we heel veel voor publiek. Dat gaf me het duwtje om er voor te gaan."
Binnenkort komt haar nieuwe album uit, in 2015 opgenomen in Los Angeles waar Cairo samenwerkte met Bill Lefler. 'Een autobiografische plaat vol dynamiek, passie en melancholie. Het verhaal van een meisje met de stem van een oude ziel die op zoek ging naar wie zij echt is, zowel op muzikaal als persoonlijk vlak.'werd de plaat al treffend aangekondigd voor een concert van Cairo in Paradiso. De opvolger van haar eerste twee EP's die eerder verschenen. “Deze plaat is veel dikker qua sound. Ik heb m'n bandieten naar Los Angeles laten komen en heb met een fantastische producer mogen werken. Ik wilde een stapje weg van de kleine akoestische muziek doen en de sferische, groots en meeslepende songs uitdiepen. Even geen gitaar spelen maar ontdekken hoe het is om als frontvrouw alle ruimte te hebben om te zingen en verhalen te vertellen. Dat gaf me heel veel vrijheid, omdat het onbekend terrein was. Ik zie mezelf allerlei soorten muziek uitbrengen, uiteindelijk is het een lange reis die ik maak als artiest. Er voor durven gaan en een keuze maken: daar hoopte ik op. In die zin is het geslaagd. Wat de buitenwereld zal vinden weet ik totaal niet, dat zien we tegen die tijd wel weer.” Die buitenwereld zit eerst in Amen te wachten. “Ik speel solo en daarom ga ik weer terug naar kleine liedjes met gitaar, maar wel met een nieuwe laag omdat ik niet meer ben wie ik was toen die liedjes uitkwamen”, lacht Celine Cairo ter afscheid en vlak voor ze afreist naar Drenthe.
Celine Cairo staat samen met Leoni Jansen en Yori Swart in De Amer in Amen op 2 januari.
AMEN – Een laatbloeier wellicht, maar wel één die snel en krachtig aan het singersongwriter firmament is verschenen. Op 2 januari treedt Celine Cairo op in De Amer in Amen. Bij die gelegenheid komt ze samen met Yori Swart en worden ze voorgesteld door Leonie Jansen. Cairo weet op de ochtend voor het concert nog tijd te vinden om te vertellen over deze samenwerking, maar ook over werken met Fink en haar nieuwe album. Celine Cairo stelt zich voor kortom.
“Ik vind het heel leuk dat Leoni me hiervoor vroeg”, vertelt Celine Cairo over het concert in De Amer, waar Leoni Jansen op basis van haar kenis en ervaring twee jonge artiesten selecteerde en daarmee op tour gaat en ze zo een kans geeft die ze anders misschien niet zouden hebben gehad. “We kennen elkaar al langer en ze is een goede vriendin geworden. Ze is natuurlijk van een andere generatie, maar we hebben veel meer gemeen dan je zou denken. Ze stimuleert me enorm en kan als een zorgzame mentor met me mee kijken. Superleuk dus om met haar op het podium te staan”, glundert Celine Cairo. Het is niet voor het eerst dat ze met gerenommeerde namen de samenwerking zoekt. Dotan vroeg haar mee op toer en ook van Fink stak ze veel op. “Ik leer superveel door te praten en muziek te maken of te laten horen. Bijvoorbeeld Fink – hij heeft mijn vorige EP geproduceerd - heeft me geleerd dat songwriting vaak gaat over met minder woorden meer zeggen. Ook een les van Fink is dat 'delivery' superbelangrijk is. Ik geloof dat alle artiesten elkaar dingen leren en elkaar kunnen inspireren. Als je de juiste mensen hebt kun je samen harder groeien, dat is een van de mooie dingen van dit vak”, aldus Cecile Cairo.
“Ik schrijf meestal vanuit m'n gitaar, ik begin heel klein met een melodie of een paar akkoorden”, gaat Celine Cairo door op het onderwerp liedjesschrijven in haar Amersterdamse onderkomen als ze langzamerhand zich gereed begint te maken voor de reis en het optreden in Amen. “Door lang te spelen en spontaan dingen te zingen ontdek ik soms iets moois. Als ik dat gevonden heb bouw ik van daaruit verder. De onderwerpen rollen er dan vanzelf uit, het zijn de dingen die dan rondspoken in mijn hoofd. Dat kan van liefde tot eenzaamheid zijn, of bijvoorbeeld een sterk verlangen naar een ander leven. Het is in elk geval bijna altijd autobiografisch.” Je zou dan denken dat de bruisende metropool Amsterdam genoeg inspiratie gaf, maar dat ontkent Cairo. “Niet per se is Amsterdam voor mij stimulerend, als kind schreef ik veel liedjes als ik op vakantie ging. Juist in een andere omgeving ga ik vaak 'open staan'. Dat was ook een van de redenen om mijn album in Los Angeles op te nemen. Een magische beleving, op allerlei fronten. Ik geloof heilig dat je dat erin terughoort.”
Celine Cairo is pas laat tot het besef gekomen dat het muzikale pad, haar levensweg was. “Het is voor mijn gevoel heel geleidelijk gegaan. Ik vond zingen altijd al leuk en begon op m'n 11e met zangles. Na de middelbare school ben ik pas gaan zingen voor publiek. Ik heb een prijs gewonnen en dat was het moment dat ik besloten heb om er echt voor te gaan, toen was ik 19. Dat jaar zong ik in New York, bij 'De Wereld Draait Door' en speelden we heel veel voor publiek. Dat gaf me het duwtje om er voor te gaan."
Binnenkort komt haar nieuwe album uit, in 2015 opgenomen in Los Angeles waar Cairo samenwerkte met Bill Lefler. 'Een autobiografische plaat vol dynamiek, passie en melancholie. Het verhaal van een meisje met de stem van een oude ziel die op zoek ging naar wie zij echt is, zowel op muzikaal als persoonlijk vlak.'werd de plaat al treffend aangekondigd voor een concert van Cairo in Paradiso. De opvolger van haar eerste twee EP's die eerder verschenen. “Deze plaat is veel dikker qua sound. Ik heb m'n bandieten naar Los Angeles laten komen en heb met een fantastische producer mogen werken. Ik wilde een stapje weg van de kleine akoestische muziek doen en de sferische, groots en meeslepende songs uitdiepen. Even geen gitaar spelen maar ontdekken hoe het is om als frontvrouw alle ruimte te hebben om te zingen en verhalen te vertellen. Dat gaf me heel veel vrijheid, omdat het onbekend terrein was. Ik zie mezelf allerlei soorten muziek uitbrengen, uiteindelijk is het een lange reis die ik maak als artiest. Er voor durven gaan en een keuze maken: daar hoopte ik op. In die zin is het geslaagd. Wat de buitenwereld zal vinden weet ik totaal niet, dat zien we tegen die tijd wel weer.” Die buitenwereld zit eerst in Amen te wachten. “Ik speel solo en daarom ga ik weer terug naar kleine liedjes met gitaar, maar wel met een nieuwe laag omdat ik niet meer ben wie ik was toen die liedjes uitkwamen”, lacht Celine Cairo ter afscheid en vlak voor ze afreist naar Drenthe.
Celine Cairo staat samen met Leoni Jansen en Yori Swart in De Amer in Amen op 2 januari.
Maarja Nuut wordt geïnspireerd door muziek van Estland
GRONINGEN – Maarja Nuut verbergt haar afkomst niet. In haar muziek komt haar thuisland Estland terug. Een blik in haar agenda leert dat ze met deze muziek de hele wereld weet te bereiken. Haar eerste afspraak dit jaar is in Talinn, de hoofdstad van Estland. Vervolgens treedt ze op in Groningen tijdens Eurosonic / Noorderslag, spoorslags door naar New York en nog diezelfde week terug naar Londen, waarna het in februari verder gaat naar Ljubjana in Slovenie, terug naar Groot Brittanie en wederom de grote plas over naar de Verenigde Staten. In december 2015 trad ze onder andere op tijdens een Presidentieel diner voor alle ambassadeurs in Estland en op 12 scholen. De afspraak voor het interview wordt dan ook regelmatig verschoven tot ze tussen kerst en de jaarwisseling net even de tijd krijgt om te vertellen.
De muziek van Maarja Nuut leunt op de muziek van haar thuisland en vooral haar geboortestreek in het Noorden. Traditionele dansmuziek uit Estland combineert Nuut met moderne electronica. Het doel een ruimte te scheppen waar minimalisme en experimentele muziek samen gaat met vooroorlogse traditionele dorpsmuziek. Experimenteel met een folkloristisch randje, adverteert Eurosonic Maarja Nuut die dan ook in de categorie world / folk / live is ingedeeld. Moeilijk een genre etiket op te plakken dus en dat zal Nuut aanspreken. “Er was veel muziek in mijn ouderlijk huis. Mijn moeder luisterde naar een heel breed assortiment aan muziek. En dat heeft mij heel lang beïnvloed en geïnspireerd. Ik snapte niet dat mensen verschil gingen maken tussen verschillende stijlen en genres. Ik vond muziek heel simpel leuk of niet leuk of het nou klassieke muziek was of progressieve rock. Mijn moeder was dirigent bij een koor en ik vond het heerlijk om op de piano thuis te spelen. Ik werd echt gegrepen door klanken. Het zijn mijn eerste herinneringen van toen ik nog heel jong was.”
Wat uiteraard opvalt is haar terug grijpen op oude volksmuziek uit het Interbellum toen Estland nog niet in de greep was van Nazi Duitsland en vervolgens de Sovjet-Unie, maar net als nu zelfstandig. “Het is niet zo zeer dat ik graag wil terug grijpen op die tijd uit nostalgische overwegingen. Wat me opviel toen ik deze oude opnamen voor het eerst hoorde was de kwaliteit waarmee zaken uitgedrukt worden. Met een opgesloten intensiteit met een ingehouden, maar doordringende manier van zingen en spelen. Met veel attentie voor detail, maar ook speels. Ik wil begrijpen hoe ze dat deden, wat er achter school en dus heb ik de taal van die traditionele muziek een deel van mij gemaakt. Mijn omgeving beïnvloed me. Dat maakt ons mens. Estland is een erg inspirerende voor een artiest die houdt van natuur en stilte. Het is niet moeilijk om het bos in te gaan en dagelang niemand te zien en toch is alles binnen handbereik.”
De traditionele muziek is het uitgangspunt, maar uiteindeijk ontstaat een echt Maarje Nuut nummer, rond om haar prachtige zang en uitmuntende vioolspel, met gebruik van elecronica als bijvoorbeeld de loop. Mooie liedjes die wereldwijd aanspreken. “Soms komt er een klein melodietje in mijn hoofd. Dat kan daar maandenlang zitten en zich niet ontwikkelen. Plots pak ik dan mijn viool en moet het eruit. Het is dan al bijna compleet. Harmonisch, de vorm en een zeker visueel landschap. Mijn teksten zijn nagenoeg allemaal traditoneel. We hebben een enorm aantal traditionele teksten en af en toe blader ik even weer in dat archief en kijk naar een tekst die weerklank bij mij vindt. Ik zing nooit over onderwerpen die voor mij geen betekenis of relevantie hebben. Een liedje blijft daarom soms heel lang bij me of juist is het erg snel klaar.”
Haar eerste album 'Soolo'verscheen in 2013 en een nieuw album zal in 2016 verschijnen. “In februari 2013 heb ik de trein genomen naar Poznan om Michal Garstecki te ontmoeten en in zijn knusse thuisstudio opnames te maken. Ik had op dat moment nog maar een paar concerten gedaan solo. Een paar liedjes waren klaar en een paar meer of minder vage ideëen en ter plekke zijn nog wat liedjes ontstaan. Ik gooide wat ideëen in de koker en probeerde een eenheid te creëren.” Dat werd 'Soloo' “Op het moment dat het album was verschenen kreeg ik zoveel nieuwe ingevingen. Ik experimenteerde met liedjes tijdens optredens en vervolmaakte mijn technische setup. Dat vormde niet alleen de liedjes, maar eigenlijk mijn hele sound. Het was een langzaam proces, niet ongelijk het ontstaan van de traditionele liedjes, van steeds opnieuw herhalen tot het je eigen is. Bij mijn eerste album voelde ik dat ik midden In de kamer stond en alle kanten op keek. Nu vind ik het prima om sommige kanten te negeren en zaken naast me of achter me te zetten en er geen of minder aandacht aan te besteden. Mijn nieuwe album voelt voor mij veel meer solide.”
Eigenlijk ligt de wereld al aan haar voeten, maar Eurosonic daar kijkt Maarja Nuut toch erg naar uit. “Ik hoop veel nieuwe mensen te ontmoeten. Zowel publiek als tijdens de conferentie. Het is erg inspirerend om veel mensen te ontmoeten in de erg gepassioneerde muziekindustrie. Ideën en ervaringen met elkaar delen. En... het is mijn eerste keer dat ik in Nederland ben!”. Reden genoeg om Maarja Nuut in de gaten te houden.
Tijdens Eurosonic / Noorderslag treedt Maarja Nuut op in het Grand Theatre op vrijdag 15 januari.
GRONINGEN – Maarja Nuut verbergt haar afkomst niet. In haar muziek komt haar thuisland Estland terug. Een blik in haar agenda leert dat ze met deze muziek de hele wereld weet te bereiken. Haar eerste afspraak dit jaar is in Talinn, de hoofdstad van Estland. Vervolgens treedt ze op in Groningen tijdens Eurosonic / Noorderslag, spoorslags door naar New York en nog diezelfde week terug naar Londen, waarna het in februari verder gaat naar Ljubjana in Slovenie, terug naar Groot Brittanie en wederom de grote plas over naar de Verenigde Staten. In december 2015 trad ze onder andere op tijdens een Presidentieel diner voor alle ambassadeurs in Estland en op 12 scholen. De afspraak voor het interview wordt dan ook regelmatig verschoven tot ze tussen kerst en de jaarwisseling net even de tijd krijgt om te vertellen.
De muziek van Maarja Nuut leunt op de muziek van haar thuisland en vooral haar geboortestreek in het Noorden. Traditionele dansmuziek uit Estland combineert Nuut met moderne electronica. Het doel een ruimte te scheppen waar minimalisme en experimentele muziek samen gaat met vooroorlogse traditionele dorpsmuziek. Experimenteel met een folkloristisch randje, adverteert Eurosonic Maarja Nuut die dan ook in de categorie world / folk / live is ingedeeld. Moeilijk een genre etiket op te plakken dus en dat zal Nuut aanspreken. “Er was veel muziek in mijn ouderlijk huis. Mijn moeder luisterde naar een heel breed assortiment aan muziek. En dat heeft mij heel lang beïnvloed en geïnspireerd. Ik snapte niet dat mensen verschil gingen maken tussen verschillende stijlen en genres. Ik vond muziek heel simpel leuk of niet leuk of het nou klassieke muziek was of progressieve rock. Mijn moeder was dirigent bij een koor en ik vond het heerlijk om op de piano thuis te spelen. Ik werd echt gegrepen door klanken. Het zijn mijn eerste herinneringen van toen ik nog heel jong was.”
Wat uiteraard opvalt is haar terug grijpen op oude volksmuziek uit het Interbellum toen Estland nog niet in de greep was van Nazi Duitsland en vervolgens de Sovjet-Unie, maar net als nu zelfstandig. “Het is niet zo zeer dat ik graag wil terug grijpen op die tijd uit nostalgische overwegingen. Wat me opviel toen ik deze oude opnamen voor het eerst hoorde was de kwaliteit waarmee zaken uitgedrukt worden. Met een opgesloten intensiteit met een ingehouden, maar doordringende manier van zingen en spelen. Met veel attentie voor detail, maar ook speels. Ik wil begrijpen hoe ze dat deden, wat er achter school en dus heb ik de taal van die traditionele muziek een deel van mij gemaakt. Mijn omgeving beïnvloed me. Dat maakt ons mens. Estland is een erg inspirerende voor een artiest die houdt van natuur en stilte. Het is niet moeilijk om het bos in te gaan en dagelang niemand te zien en toch is alles binnen handbereik.”
De traditionele muziek is het uitgangspunt, maar uiteindeijk ontstaat een echt Maarje Nuut nummer, rond om haar prachtige zang en uitmuntende vioolspel, met gebruik van elecronica als bijvoorbeeld de loop. Mooie liedjes die wereldwijd aanspreken. “Soms komt er een klein melodietje in mijn hoofd. Dat kan daar maandenlang zitten en zich niet ontwikkelen. Plots pak ik dan mijn viool en moet het eruit. Het is dan al bijna compleet. Harmonisch, de vorm en een zeker visueel landschap. Mijn teksten zijn nagenoeg allemaal traditoneel. We hebben een enorm aantal traditionele teksten en af en toe blader ik even weer in dat archief en kijk naar een tekst die weerklank bij mij vindt. Ik zing nooit over onderwerpen die voor mij geen betekenis of relevantie hebben. Een liedje blijft daarom soms heel lang bij me of juist is het erg snel klaar.”
Haar eerste album 'Soolo'verscheen in 2013 en een nieuw album zal in 2016 verschijnen. “In februari 2013 heb ik de trein genomen naar Poznan om Michal Garstecki te ontmoeten en in zijn knusse thuisstudio opnames te maken. Ik had op dat moment nog maar een paar concerten gedaan solo. Een paar liedjes waren klaar en een paar meer of minder vage ideëen en ter plekke zijn nog wat liedjes ontstaan. Ik gooide wat ideëen in de koker en probeerde een eenheid te creëren.” Dat werd 'Soloo' “Op het moment dat het album was verschenen kreeg ik zoveel nieuwe ingevingen. Ik experimenteerde met liedjes tijdens optredens en vervolmaakte mijn technische setup. Dat vormde niet alleen de liedjes, maar eigenlijk mijn hele sound. Het was een langzaam proces, niet ongelijk het ontstaan van de traditionele liedjes, van steeds opnieuw herhalen tot het je eigen is. Bij mijn eerste album voelde ik dat ik midden In de kamer stond en alle kanten op keek. Nu vind ik het prima om sommige kanten te negeren en zaken naast me of achter me te zetten en er geen of minder aandacht aan te besteden. Mijn nieuwe album voelt voor mij veel meer solide.”
Eigenlijk ligt de wereld al aan haar voeten, maar Eurosonic daar kijkt Maarja Nuut toch erg naar uit. “Ik hoop veel nieuwe mensen te ontmoeten. Zowel publiek als tijdens de conferentie. Het is erg inspirerend om veel mensen te ontmoeten in de erg gepassioneerde muziekindustrie. Ideën en ervaringen met elkaar delen. En... het is mijn eerste keer dat ik in Nederland ben!”. Reden genoeg om Maarja Nuut in de gaten te houden.
Tijdens Eurosonic / Noorderslag treedt Maarja Nuut op in het Grand Theatre op vrijdag 15 januari.
The Chikitas: 'Wij zijn blij of playing at Eurosonic'
Foto: Joseph Carlucci
GENEVE – Wie energie zoekt op Eurosonic moet zeker de naam van The Chikitas noteren. Het rockduo uit Zwitserland brengt namelijk muziek op volle kracht en met nog meer inzet. Saskia Fuertes en Lynn Maring kijken uit naar hun eerste optreden in Nederland bij deze Europese showcase. 'Wij zijn blij of playing at Eurosonic' blijkt Lynn Maring al wat Nederlands te leren als we haar spreken in Geneve op de rand van 2015 en 2016. Het duo staat op 15 januari in Huize Maas in Groningen.
“Ik verwacht zelf dat Nederland de meest verbazingwekkende en rockende plek ter wereld is”, legt Lynn Maring de lat hoog voor ons land. “We kijken er erg uit en zijn blij te mogen optreden tijdens Eurosonic. We hopen veel nieuwe vrienden te maken en veel nieuwe fans te krijgen." Maring heeft direct ook een waarschuwing voor de bezoekers van Eurosonic. “Het vraagt een inzet van 110 procent om een The Chikitas concert te bezoeken, naar het is het waard.” Dat is dan natuurlijk ook weer een aanbeveling.
De chemie tussen beide dames was er direct. Op het moment dat beide een instrument oppakken komt de energie vrij. Het resulteert in een vrolijke en stevige rock sound met invloeden van pop en punk: “een goede adrenalinekick: de harde rock-anthems van The Chikitas zijn bewapend met vlijmscherpe noisegitaren. The Chikitas pure stootkracht, rake hooks en nonchalante attitude doen vervolgens de rest', introduceert Eurosonic de Zwitsers. “We luisteren naar allerlei soorten muziek, maar rockmuziek blijft toch wel onze favoriet. Ik denk dat we mensen toch wat bang maken en daarom vaak het label punk krijgen opgeplakt. Wat je ook voor muziek maakt, de wetten van de industrie zijn zo dat je altijd wel in een genre wordt geduwt, dus daar trekken we ons maar weinig van aan. Zelf ben ik opgehouden me hier iets van aan te trekken toen ik een aantal mensen hoorde vertellen dat Rage Against the Machine crap waren. Ik dacht bij mezelf als je Rage Against the Machine kan haten, dan is alles haatbaar.”
Een opvatting die zich weerspiegeld in het laatste album van The Chikitas 'Distoris Clitortion'. Een album dat ook compromisloos is gemaakt. "Ons plan is altijd hetzelfde. We maken de muziek die we graag willen maken en dan zien we wel wat er gebeurt. Dat was zo bij 'Distoris Clitortion' en ook bij ons nieuwe album dat we in 2016 willen uitbrengen. Ook in het schrijven van de liedjes zie je dat terug. We gaan samen jammen tot we beide opgetogen raken over een sound of een riff. We gaan dan als band zo'n idee muzikaal uitwerken. Ik krijg dan vaak al wat beelden bij de muziek over een verhaal of een thema voor zo'n liedje. Ik schrijf dan aan de hand daarvan later een tekst bij het liedje.”
Belangrijke inspiratiebronnen zijn daarbij de vader van Lynn Maring en de stad waar ze wonen. “Mijn vader speelde altijd op zijn bluesgitaar toen ik nog een kind was. Ik wist eigenlijk altijd al zeker dat ik ook gitaar wilde spelen. Mijn familie heeft dat altijd gestimuleerd. Geneve is ook een inspirerende stad. Als artiest is het een ontzettend moeilijke plaats om te wonen. Het leven is er enorm duur en er zijn weinig oefenruimtes, maar er wonen wel heel veel goede muzikanten. Er zijn veel goede bands. Iedereen heeft wel een baan nodig naast de muziek om zijn huur te kunnen betalen en eten te kunnen kopen. Wij ook!”
Wellicht dat een overtuigende show op Eurosonic/Noorderslag er voor kan zorgen dat The Chikitas gewoon altijd met de muziek bezig kunnen zijn en al die energie in hun liedjes en shows kunnen stoppen. Lynn Maring en Saskia Fuertes vormen in ieder geval een zeer interessante deelnemer aan het muziekfestijn.
The Chikitas treden op 15 januari op tijdens Eurosonic in Huize Maas.
Foto: Joseph Carlucci
GENEVE – Wie energie zoekt op Eurosonic moet zeker de naam van The Chikitas noteren. Het rockduo uit Zwitserland brengt namelijk muziek op volle kracht en met nog meer inzet. Saskia Fuertes en Lynn Maring kijken uit naar hun eerste optreden in Nederland bij deze Europese showcase. 'Wij zijn blij of playing at Eurosonic' blijkt Lynn Maring al wat Nederlands te leren als we haar spreken in Geneve op de rand van 2015 en 2016. Het duo staat op 15 januari in Huize Maas in Groningen.
“Ik verwacht zelf dat Nederland de meest verbazingwekkende en rockende plek ter wereld is”, legt Lynn Maring de lat hoog voor ons land. “We kijken er erg uit en zijn blij te mogen optreden tijdens Eurosonic. We hopen veel nieuwe vrienden te maken en veel nieuwe fans te krijgen." Maring heeft direct ook een waarschuwing voor de bezoekers van Eurosonic. “Het vraagt een inzet van 110 procent om een The Chikitas concert te bezoeken, naar het is het waard.” Dat is dan natuurlijk ook weer een aanbeveling.
De chemie tussen beide dames was er direct. Op het moment dat beide een instrument oppakken komt de energie vrij. Het resulteert in een vrolijke en stevige rock sound met invloeden van pop en punk: “een goede adrenalinekick: de harde rock-anthems van The Chikitas zijn bewapend met vlijmscherpe noisegitaren. The Chikitas pure stootkracht, rake hooks en nonchalante attitude doen vervolgens de rest', introduceert Eurosonic de Zwitsers. “We luisteren naar allerlei soorten muziek, maar rockmuziek blijft toch wel onze favoriet. Ik denk dat we mensen toch wat bang maken en daarom vaak het label punk krijgen opgeplakt. Wat je ook voor muziek maakt, de wetten van de industrie zijn zo dat je altijd wel in een genre wordt geduwt, dus daar trekken we ons maar weinig van aan. Zelf ben ik opgehouden me hier iets van aan te trekken toen ik een aantal mensen hoorde vertellen dat Rage Against the Machine crap waren. Ik dacht bij mezelf als je Rage Against the Machine kan haten, dan is alles haatbaar.”
Een opvatting die zich weerspiegeld in het laatste album van The Chikitas 'Distoris Clitortion'. Een album dat ook compromisloos is gemaakt. "Ons plan is altijd hetzelfde. We maken de muziek die we graag willen maken en dan zien we wel wat er gebeurt. Dat was zo bij 'Distoris Clitortion' en ook bij ons nieuwe album dat we in 2016 willen uitbrengen. Ook in het schrijven van de liedjes zie je dat terug. We gaan samen jammen tot we beide opgetogen raken over een sound of een riff. We gaan dan als band zo'n idee muzikaal uitwerken. Ik krijg dan vaak al wat beelden bij de muziek over een verhaal of een thema voor zo'n liedje. Ik schrijf dan aan de hand daarvan later een tekst bij het liedje.”
Belangrijke inspiratiebronnen zijn daarbij de vader van Lynn Maring en de stad waar ze wonen. “Mijn vader speelde altijd op zijn bluesgitaar toen ik nog een kind was. Ik wist eigenlijk altijd al zeker dat ik ook gitaar wilde spelen. Mijn familie heeft dat altijd gestimuleerd. Geneve is ook een inspirerende stad. Als artiest is het een ontzettend moeilijke plaats om te wonen. Het leven is er enorm duur en er zijn weinig oefenruimtes, maar er wonen wel heel veel goede muzikanten. Er zijn veel goede bands. Iedereen heeft wel een baan nodig naast de muziek om zijn huur te kunnen betalen en eten te kunnen kopen. Wij ook!”
Wellicht dat een overtuigende show op Eurosonic/Noorderslag er voor kan zorgen dat The Chikitas gewoon altijd met de muziek bezig kunnen zijn en al die energie in hun liedjes en shows kunnen stoppen. Lynn Maring en Saskia Fuertes vormen in ieder geval een zeer interessante deelnemer aan het muziekfestijn.
The Chikitas treden op 15 januari op tijdens Eurosonic in Huize Maas.