Inge van Calkar staat voor een mooi 2016
GRONINGEN – 2016 wordt een belangrijk jaar voor Inge van Calkar en haar band. Dat begint al in januari als ze spelen op Eurosonic Noorderslag op 14 januari in de Jack Daniel's Barn. Als de hele Europese muziek industrie zich door de Groninger straten perst zou dit toch een optreden zijn dat ze moeten zien. Verder verschijnt dit jaar haar tweede album en moet ze de naam en faam die ze met haar eerste album heeft opgebouwd bevestigen. Het echte grote doorbraak moment moet nog komen. Daar lijkt 2016 echter de uitgelezen kans voor. Een gesprek met een drukbezette Inge van Calkar in het schijnsels van de kerstverlichting die ze graag inruilt voor de spotlights van het podium.
In de zomer van 2015 gaf Inge van Calkar met haar band een bijzonder concert in Leegkerk. In het mooie kerkje speelde Van Calkar nieuw materiaal en het publiek mocht meebeslissen over welke nummers op het nieuwe album komen. Een bijzondere vorm van publieksparticipatie. “In Mei vorig jaar hadden we drie nummers als demo opgenomen”, legt Van Calkar uit. “Bij mij stond als een paal boven water dat het tweede nummer op die demo het mooiste nummer was. Toen ik deze liedjes lied horen aan een aantal zeer gewaardeerde vrienden die ze nog niet hadden gehoord bleek tot mijn verbazing dat zij allemaal kozen voor het derde nummer als het mooiste nummer. Ik realiseerde me dat je als artiest echt anders naar je nummers kijkt als anderen. Het idee ontstond om een concert te organiseren waar iedereen zijn mening kon geven over de elk nieuw liedje. De nummers die ik zelf en de leden van mijn band mooi vonden stonden bij het publiek ook boven aan. Geen hele grote verrassingen dus. De absolute favoriet van het publiek verbaasde me wel. De meeste stemmen kreeg het hele rustige nummer 'This is When my Heart Stands Still'. We zijn nu druk bezig met de liedjes. De bedoeling is dat het nieuwe album in 2016 verschijnt, maar ik kan nog niet zeggen wanneer precies.”
Tijdens concerten komt al en deel van het nieuwe werk aan bod. Het is steviger en meer richting de rock dan voorheen. Een bewuste keus van Van Calkar die met het nieuwe album ook wat opschuift qua sound. “Mijn eigen liedjes zijn voor mezelf maar beperkt houdbaar. Ik kan ze een hele tijd spelen, maar daarna ben ik zo zat dat ik ze niet meer wil spelen. De cd die we twee jaar geleden hebben uitgebracht was meer singer/songwriter. Ik ben er nog steeds erg trots op, maar wil nu geen singer/songwriter muziek meer maken. Ik ben toe aan iets nieuws.”
Inge van Calkar heeft zich in het verleden bewezen als een bovengemiddeld songsschrijfster. Liedjes die beklijven. Nummers die uitnodigen tot meezingen en dansen, maar ook zeker doen nadenken. “Ik merk de laatste tijd dat ik liedjes probeer te schrijven die bij elkaar passen qua gevoel. Een decennium geleden gingen mijn liedjes all kanten op; country, pop, rock, singer-songwriter net hoe ik me voelde. Nu ik de muziek ook daadwerkelijk opneem en op CD uitbreng probeer ik een eenheid te vormen qua sound en ook wat betreft onderwerpen. Op dit moment wil ik wat diepzinnigere popmuziek maken. Liedjes die je misschien wat vaker moet beluisteren voor je ze mooi vindt. Qua thema vind ik het belangrijk dat je zo dicht mogelijk bij je eigen gevoelsbeleving blijft. Niet zomaar wat zingen, maar proberen echt jezelf neer te zetten. Muzikanten die dat kunnen, daar heb ik echt heel veel respect voor. Voorbeelden daarvan zijn Leonard Cohen en Sufjan Stevens. De laatste plaat van Sufjan Stevens is zo waanzinnig eerlijk, zonder pretentieus te doen. Dat vind ik zo knap.”
Wat inspiratie betreft lijkt Van Calkar op een dubbele goudmijn te zitten. Groningen is een bruizende muziekstad en haar andere werk als psychologe brengt haar in contact met diep menselijke verhalen. De zangeres ziet dat toch anders. “Om eerlijk te zijn ga ik weinig naar concerten en onderneem ik weinig met andere muzikanten behalve mijn eigen bandleden. Ik luister thuis wel vreselijk veel naar muziek. Ik heb de TV afgeschaft, want daar kijk ik toch niet naar. Al dat muziek luisteren, dat werkt voor mij erg inspirerend.” En haar baan dan. Als psychologe kom je toch dagelijk in aanraking met een overvloed aan emoties? “De verhalen van mijn cliënten zijn geen inspiratiebron voor mijn teksten. Ik pik hooguit eens iets mee wat ik herken, maar zelfs dat weet ik niet zeker. Het kan wel zijn dat ik met een bepaald gevoel thuis kom en met dat gevoel een nummer schrijf. Als psycholoog word je meer dan in de meeste beroepen geconfronteerd met jezelf. Met je eigen gevoelens en gedrag en eigen zwaktes en sterkten. Ik vind een groot doel om jezelf als mens te leren kennen. Ik hoop dat ik die kennis in een vorm van eerlijkheid in mijn liedjes kan weerspiegelen.”
Inge van Calkar is al jaren onderweg als muzikant. De eerste keer dat het grote publiek haar leerde kennen was tijdens haar optreden van De Beste Singer Songwriter... “Ik heb zelf niet het gevoel dat die deelname mijn ‘doorbraak’ was, ik zat er maar één aflevering in en heb niet het gevoel dat veel mensen mij daarvan kennen. Voor mijn gevoel bestaat mijn muzikale carrière tot nu toe uit verschillende hoogtepunten die samen er voor zorgen dat mensen mij soms kennen. Ik was met mijn vorige band ZaZa Serious Talent op 3fm. Ik stond al eens in De Wereld Draait Door en heb vaak support mogen zijn voor grote bands. Ik heb het gevoel dat ik steeds kleine stapjes maak en dat er geen echte springplank-moment is geweest. Dat heb ik soms wel teleurstellend gevonden, maar nu heb ook wel het gevoel dat dit een fijne manier is om jezelf op de kaart te zetten,”
Al op 15 jarige leeftijd begon Van Calkar samen met onder andere Sanne Hans de band Ysis met als hoogtepunt een optreden op het Bevrijdingsfestival in Zwolle en een singel. Door practische bezwaren als Van Calkar naar Groningen verhuist om te gaan studeren komt er een einde aan de band. De belangstelling voor muziek ligt echter nog veel vroeger. “Ik ben als kind door mijn ouders niet echt gestimuleerd om muziek te maken. Dat kwam echt van mijn zus Roeline van Calkar. Zij is negen jaar ouder dan en ik en een enorme muziekliefhebber. Ze speelt ook gitaar en piano. Roeline bracht me in aanraking met muziek van Nick Drake, Jeff Buckley, Heather Nova. Ik weet niet of liefde voor muziek aangeboren is, maar door haar is het in ieder geval aangewakkerd. Op mijn dertiende kreeg ik een gitaar van haar.”
Terug naar het nu. 2016 klopt aan de deur en wie weet dat doorbraak moment. Eerste kans is de springplank Eurosonic / Noorderslag “Ik hoop dat we een te gekke show neer gaan zetten waar we ons nieuwe werk kunnen presenteren en dat het lekker druk wordt. Ik heb me niet ingeschreven voor het officiële programma van ESNS , maar ik speel op het Groningse gedeelte. Dat ga ik volgend jaar doen als ons album uitkomt. Dan hoop ik er opnieuw te spelen en natuurlijk dat ons album succes gaat hebben,” klinkt het bescheiden en eigenlijk is daar geen enkele reden toe. Het optreden op 14 januari is gratis toegankelijk en een pracht gelegenheid om met Inge van calkar te komen kennismaken of om de nieuwe sound te gaan beluisteren.
Op Eurosonic Noorderslag op 14 januari in de Jack Daniel's Barn speelt Inge van Calkar om 17.00 uur.
GRONINGEN – 2016 wordt een belangrijk jaar voor Inge van Calkar en haar band. Dat begint al in januari als ze spelen op Eurosonic Noorderslag op 14 januari in de Jack Daniel's Barn. Als de hele Europese muziek industrie zich door de Groninger straten perst zou dit toch een optreden zijn dat ze moeten zien. Verder verschijnt dit jaar haar tweede album en moet ze de naam en faam die ze met haar eerste album heeft opgebouwd bevestigen. Het echte grote doorbraak moment moet nog komen. Daar lijkt 2016 echter de uitgelezen kans voor. Een gesprek met een drukbezette Inge van Calkar in het schijnsels van de kerstverlichting die ze graag inruilt voor de spotlights van het podium.
In de zomer van 2015 gaf Inge van Calkar met haar band een bijzonder concert in Leegkerk. In het mooie kerkje speelde Van Calkar nieuw materiaal en het publiek mocht meebeslissen over welke nummers op het nieuwe album komen. Een bijzondere vorm van publieksparticipatie. “In Mei vorig jaar hadden we drie nummers als demo opgenomen”, legt Van Calkar uit. “Bij mij stond als een paal boven water dat het tweede nummer op die demo het mooiste nummer was. Toen ik deze liedjes lied horen aan een aantal zeer gewaardeerde vrienden die ze nog niet hadden gehoord bleek tot mijn verbazing dat zij allemaal kozen voor het derde nummer als het mooiste nummer. Ik realiseerde me dat je als artiest echt anders naar je nummers kijkt als anderen. Het idee ontstond om een concert te organiseren waar iedereen zijn mening kon geven over de elk nieuw liedje. De nummers die ik zelf en de leden van mijn band mooi vonden stonden bij het publiek ook boven aan. Geen hele grote verrassingen dus. De absolute favoriet van het publiek verbaasde me wel. De meeste stemmen kreeg het hele rustige nummer 'This is When my Heart Stands Still'. We zijn nu druk bezig met de liedjes. De bedoeling is dat het nieuwe album in 2016 verschijnt, maar ik kan nog niet zeggen wanneer precies.”
Tijdens concerten komt al en deel van het nieuwe werk aan bod. Het is steviger en meer richting de rock dan voorheen. Een bewuste keus van Van Calkar die met het nieuwe album ook wat opschuift qua sound. “Mijn eigen liedjes zijn voor mezelf maar beperkt houdbaar. Ik kan ze een hele tijd spelen, maar daarna ben ik zo zat dat ik ze niet meer wil spelen. De cd die we twee jaar geleden hebben uitgebracht was meer singer/songwriter. Ik ben er nog steeds erg trots op, maar wil nu geen singer/songwriter muziek meer maken. Ik ben toe aan iets nieuws.”
Inge van Calkar heeft zich in het verleden bewezen als een bovengemiddeld songsschrijfster. Liedjes die beklijven. Nummers die uitnodigen tot meezingen en dansen, maar ook zeker doen nadenken. “Ik merk de laatste tijd dat ik liedjes probeer te schrijven die bij elkaar passen qua gevoel. Een decennium geleden gingen mijn liedjes all kanten op; country, pop, rock, singer-songwriter net hoe ik me voelde. Nu ik de muziek ook daadwerkelijk opneem en op CD uitbreng probeer ik een eenheid te vormen qua sound en ook wat betreft onderwerpen. Op dit moment wil ik wat diepzinnigere popmuziek maken. Liedjes die je misschien wat vaker moet beluisteren voor je ze mooi vindt. Qua thema vind ik het belangrijk dat je zo dicht mogelijk bij je eigen gevoelsbeleving blijft. Niet zomaar wat zingen, maar proberen echt jezelf neer te zetten. Muzikanten die dat kunnen, daar heb ik echt heel veel respect voor. Voorbeelden daarvan zijn Leonard Cohen en Sufjan Stevens. De laatste plaat van Sufjan Stevens is zo waanzinnig eerlijk, zonder pretentieus te doen. Dat vind ik zo knap.”
Wat inspiratie betreft lijkt Van Calkar op een dubbele goudmijn te zitten. Groningen is een bruizende muziekstad en haar andere werk als psychologe brengt haar in contact met diep menselijke verhalen. De zangeres ziet dat toch anders. “Om eerlijk te zijn ga ik weinig naar concerten en onderneem ik weinig met andere muzikanten behalve mijn eigen bandleden. Ik luister thuis wel vreselijk veel naar muziek. Ik heb de TV afgeschaft, want daar kijk ik toch niet naar. Al dat muziek luisteren, dat werkt voor mij erg inspirerend.” En haar baan dan. Als psychologe kom je toch dagelijk in aanraking met een overvloed aan emoties? “De verhalen van mijn cliënten zijn geen inspiratiebron voor mijn teksten. Ik pik hooguit eens iets mee wat ik herken, maar zelfs dat weet ik niet zeker. Het kan wel zijn dat ik met een bepaald gevoel thuis kom en met dat gevoel een nummer schrijf. Als psycholoog word je meer dan in de meeste beroepen geconfronteerd met jezelf. Met je eigen gevoelens en gedrag en eigen zwaktes en sterkten. Ik vind een groot doel om jezelf als mens te leren kennen. Ik hoop dat ik die kennis in een vorm van eerlijkheid in mijn liedjes kan weerspiegelen.”
Inge van Calkar is al jaren onderweg als muzikant. De eerste keer dat het grote publiek haar leerde kennen was tijdens haar optreden van De Beste Singer Songwriter... “Ik heb zelf niet het gevoel dat die deelname mijn ‘doorbraak’ was, ik zat er maar één aflevering in en heb niet het gevoel dat veel mensen mij daarvan kennen. Voor mijn gevoel bestaat mijn muzikale carrière tot nu toe uit verschillende hoogtepunten die samen er voor zorgen dat mensen mij soms kennen. Ik was met mijn vorige band ZaZa Serious Talent op 3fm. Ik stond al eens in De Wereld Draait Door en heb vaak support mogen zijn voor grote bands. Ik heb het gevoel dat ik steeds kleine stapjes maak en dat er geen echte springplank-moment is geweest. Dat heb ik soms wel teleurstellend gevonden, maar nu heb ook wel het gevoel dat dit een fijne manier is om jezelf op de kaart te zetten,”
Al op 15 jarige leeftijd begon Van Calkar samen met onder andere Sanne Hans de band Ysis met als hoogtepunt een optreden op het Bevrijdingsfestival in Zwolle en een singel. Door practische bezwaren als Van Calkar naar Groningen verhuist om te gaan studeren komt er een einde aan de band. De belangstelling voor muziek ligt echter nog veel vroeger. “Ik ben als kind door mijn ouders niet echt gestimuleerd om muziek te maken. Dat kwam echt van mijn zus Roeline van Calkar. Zij is negen jaar ouder dan en ik en een enorme muziekliefhebber. Ze speelt ook gitaar en piano. Roeline bracht me in aanraking met muziek van Nick Drake, Jeff Buckley, Heather Nova. Ik weet niet of liefde voor muziek aangeboren is, maar door haar is het in ieder geval aangewakkerd. Op mijn dertiende kreeg ik een gitaar van haar.”
Terug naar het nu. 2016 klopt aan de deur en wie weet dat doorbraak moment. Eerste kans is de springplank Eurosonic / Noorderslag “Ik hoop dat we een te gekke show neer gaan zetten waar we ons nieuwe werk kunnen presenteren en dat het lekker druk wordt. Ik heb me niet ingeschreven voor het officiële programma van ESNS , maar ik speel op het Groningse gedeelte. Dat ga ik volgend jaar doen als ons album uitkomt. Dan hoop ik er opnieuw te spelen en natuurlijk dat ons album succes gaat hebben,” klinkt het bescheiden en eigenlijk is daar geen enkele reden toe. Het optreden op 14 januari is gratis toegankelijk en een pracht gelegenheid om met Inge van calkar te komen kennismaken of om de nieuwe sound te gaan beluisteren.
Op Eurosonic Noorderslag op 14 januari in de Jack Daniel's Barn speelt Inge van Calkar om 17.00 uur.
Marja de Boer zit vol met plannen
STEENDAM – Bij het bekende muziekpodium Peter en Leni in Steendam staat op 18 december de Harderwijkse singersongwriter Marja de Boer met muzikale ondersteuning van violiste Dorien Geusebroek. Misschien nog geen bekende naam, maar wel iemand die voorzichtig al jaren aan de weg timmert en dat ook blijft doen met haar sterke werk. Voor volgend jaar wordt zelfs een theatertour gepland. Een dame vol plannen dus en graag vertelt De Boer over haar muziek en over deze plannen, over haar samenwerking met Dorien Geusebroek van af de oevers van de voormalig Zuiderzee. Het zal een link leggenmet het podium op de oevers van het Schildmeer.
In 2010 kwam het album 'On My Way' uit van Marja de Boer. Geruime tijd geleden, maar kondigt de zangeres aan. Een nieuw album lijkt onderweg. “We duiken binnenkort de studio in om nieuw materiaal op te nemen. Er zijn inmiddels genoeg nummers geschreven om een album te vullen en oudere nummers krijgen een geheel nieuw jasje, dus wie weet...Nu ligt eerst onze focus bij het fine-tunen van ons theaterprogramma.” Marja de Boer bubbelt haast over van de plannen als champagne die wordt ontkurkt weet ze haast niet waar te beginnen. Bij het begin dan maar? “Het klinkt misschien als een zoetsappig, geromantiseerd cliché, maar muziek lijkt mij op zeer jonge leeftijd te hebben gekozen”, lacht de Gelderse. “Ik was als kind een enorme kletskous. Wilde alles weten, dus stelde honderden vragen op een dag, maar als iemand anders een verhaal vertelde, dan zat ik ook ademloos te luisteren. Ik was verzot op verhalen en ook op het verzinnen daarvan. Een filosoof en verhalenverteller was ik al. Ik zat nog in de kleuterklas toen er op een dag een muziek juf langskwam. Zij vertelde over muzieklessen en wat je dan kon leren. Dat had voor mij meteen iets magisch. Wijzend naar het papiertje voor de aanmelding, zei ik tegen mijn moeder: "Daar wil ik echt naartoe!" Toen had je het gedonder in de glazen. Mijn moeder heeft altijd prachtig gezongen, dat doet ze nu nog en mijn vader heeft ook altijd muziek gemaakt. In zijn jeugd speelde hij trompet en later is hij gaan drummen. Hij doet dat nu nog steeds. Zij hebben me nooit gedwongen om muziek te maken, maar zij delen wel allebei deze passie met mij. Na de AMV heb ik klarinet als vervolginstrument gekozen. Dat heb ik 9 jaar gespeeld en ben toen gestopt. Maar nu nóg, als ik het geluid van dit instrument ergens hoor, in welke vorm of muzieksoort ook, ben ik op slag weer een beetje verliefd. Om mezelf te kunnen begeleiden ben ik gitaar gaan spelen. De verhalen kregen steeds meer vorm en werden liedjes. Mijn broers en zussen gaven daarom voor mijn negentiende verjaardag een cd-opname van "Oblivious" cadeau. Dat was echt een mooie verrassing. Alleen ik en mijn gitaar. Daar ontstond een kern van mijn wens. Ik kreeg de smaak te pakken en ben verder gaan schrijven. Zes jaar later bracht ik "on my way" uit. Dit project was samen met een paar muzikanten die ik "op mijn weg" was tegen gekomen. De behoefte om dit te delen en hiermee naar buiten te treden, groeit steeds meer.”
Die vindt zijn uiting in de liedjes die Marja de Boer schrijft. “Ik wil mensen meenemen in mijn verhalen. Ik wil vertellen over dingen van alledag, maar ook juist het wonderlijke daarvan. Over situaties die mensen zelf hopelijk zullen herkennen. Het menszijn, het in contact staan met de natuur. Menselijke eigenschappen, verbinding zoekend, contradicties, verwachting, verdriet, vreugde, liefde…Alles wat iemand tegen kan komen op zijn of haar weg. In eerste instantie zijn het mijn belevingen, ideeën, gevoelens en gedachten waardoor liedjes in het verleden zijn ontstaan. Maar wanneer iemand zich hiermee identificeert en zijn verhaal daaraan koppelt en terugbrengt bij mij, dan ontstaat het delen waar ik zo gevoelig voor ben. Mensen kunnen namelijk een heel ander licht werpen op een nummer. Dan heb ik weer een nieuwe inspiratiebron, waaruit soms nieuwe nummers ontstaan. Het creatieve proces verschilt per song. Ik denk vaak in sfeerbeelden en die probeer ik in een tekst te vangen, maar soms komt dit sfeerbeeld juist eerst in klank naar voren. Meestal gebruik ik mijn ultra handige "slimme" telefoon om een opname te maken van wat in mijn hoofd springt, want de beste ideeën komen als ik aan het werk ben. Tijdens stofzuigen, ramen lappen, tijdens het douchen óf als ik lig te slapen! Ik luisterde pas geleden alle opnames eens af van wat ik dacht dat leuk zou klinken. Zitten er, verspreid over anderhalf jaar tijd, dus onafhankelijk van elkaar, onbewust 3 keer dezelfde opnames tussen. Zo lang kan dus iets om je heen zwerven zonder dat je er erg in hebt. In dit geval ontstond dus eerst de melodie. Een paar weken later was ik aan het werk, waar de tekst ineens als een bom inslaat. Ik vroeg begrip aan de cliënt en nam tien minuutjes de tijd om mijn idee op papier te zetten. Dan kan ik het even van me afzetten namelijk en thuis verder puzzelen. Anders blijft het knagen. Maar met een andere song werd ik midden in de nacht wakker met een tekst in mijn hoofd. Met een slaapdronken kop gauw de tekst intypen. De volgende dag wakker worden met de telefoon in mijn hand. Ja hoor, gelukkig...Bingo! Bij dit nummer heb ik de tekst helemaal gelaten zoals hij is ontstaan en daar een melodie op gemaakt.”
Mooie liedjes schrijven is één. Je moet wel de plannen en mogelijkheden hebben ze te spelen. Het creeeren van kansen en mogelijkheden hoort ook bij het bestaan. Plannen maken. Vooruitzien. “Een jaar geleden was ik aan het brainstormen met een goeie vriend van mij. Hij vroeg: "Marja, waar zie je jezelf over 10 jaar met de muziek?" Ik kreeg glanzende oogjes en een rooie kop en zei met schorre stem: "Ik heb altijd gedroomd van een theaterprogramma, dus over 10 jaar wil ik in theaterzaaltjes staan". Nu zijn we een jaar verder en hebben zich in razend temponaast Dorien 3 muzikanten aangesloten. Om de geboorte van deze waanzinnige band "Lyssna" (uit te spreken als Luusna, het Zweedse woord voor luisteren) te vieren, zijn we bezig een première te bouwen van, jawel...een theaterprogramma! Een klein beetje sneller dan gepland, klopt soms je droom bij je aan. Met beide handen aangrijpend, druk schrijvend en organiserend roep ik: "Whatever binds us moet het heten!" dit theaterprogramma. Een reis waarbij de zoektocht naar wat ons als mens verbindt, de boventoon voert. Dat vinden we als band nodig in deze donkere dagen waarin mensen juist zo vaak gericht zijn op wat ons (onder)scheidt. Daarbij zijn het muzikanten uit zeer verschillende hoeken van de muziek, die nu deze band vormen om luister-liedjes van een singer-songwriter te onderstrepen. Muziek en onze passie hiervoor is wat ons samenbrengt en dus verbindt. Als singer-songwriter treed ik in verschillende vormen naar buiten met de muziek. Zowel solo en straks dus met band "Lyssna" achter me. Maar ook, zoals het optreden in Steendam en vele andere optredens, vorm ik samen met iemand een duo. Dat is als volgt ontstaan: Tijdens de opnames van "On my way" kreeg ik hulp van een Duitse vriend van mij. Daniel Wahren is een violist in de Middeleeuwse band "Duivelspack" waar ik groot fan van ben. Hij kwam een weekend over om mijn muziek op de cd te voorzien van zijn fantastische fiedelspielerij. Om live te kunnen brengen wat er op de cd stond, moest ik dus heel hard op zoek naar een violist(e) in mijn eigen omgeving. Een aantal jaar daarvoor kwam ik eens bij een optreden in de kerk. Daar werd een vioolsolo gespeeld waar ik erg door gegrepen werd. Mijn gevoel zei: "deze violiste en wat zij bij me losmaakt, moet ik onthouden". Niet verwonderlijk dat ik na dit avontuur met de Duitse violist, op zoek ging naar háár gegevens. Ik stuurde Dorien Geusebroek een mail met de vraag of zij onderdeel wilde worden van de cd-presentatie in Ermelo. Dat wilde zij en ik was in de wolken. Het samenspelen beviel zo goed dat ik haar vroeg te blijven. Een muzikaal huwelijk werd gesloten, want ze is sindsdien nooit meer weggegaan. Muzikale avonturen werden ons deel. Tijdens het proces van liedjes schrijven kwam ik er per ongeluk achter dat zij een prachtige sopraanstem voor mij verborgen hield. Eenmaal ontdekt is toepassen, dus zij voorziet de songs, naast haar geweldige vioolpartijen, sindsdien ook met een heerlijke tweede stem! We vullen elkaar zowel muzikaal alsook als persoonlijkheden op het podium goed aan. Tijdens interviews bijvoorbeeld weet zij vaak snel de kern te raken met de weinige woorden die zij nodig heeft om iets duidelijk te maken, ik maak er iets spannends of romantisch van met mijn vele bijvoeglijke naamwoorden, zoals Dorien dat dan zegt.”
“Harderwijk is mijn Middeleeuwse stadje. Ik woon er heel graag. Het is omgeven van alles eigenlijk. Tegenwoordig hebben we hier een eigen strand, maar er is ook veel bos en hei gebied. Dan kun je je natuurlijk goed laten inspireren, dus indirect zal er ongetwijfeld wat over in de muziek te vinden zijn. Wat directer "Harderwieks" is; In 2012 hebben Dorien en ik een project aangenomen om gedichten cyclus "de Kus" geschreven door Harderwijks stadsdichter Michel Martinus op muziek te zetten. Dat was een fijne samenwerking en werd ook zeer goed ontvangen door het publiek tijdens de presentatie in de Catharinakapel in Harderwijk. Een prachtige locatie met fijne akoestiek, waar op vrijdag 29 januari 2016 ook het debuut van "Lyssna" met "Whatever binds us" zal plaatsvinden.”
Eerst staat echter Steendam op het programma. Een mooie gelegenheid om het duo aan het werk te zien. “Een beleving van een troubadour met haar fijne zoetgevooisde violiste. Wij bundelen onze krachten in warm Iers pop-folk geluid en dragen de Steendammers, maar daarbij ook zeker de enorm gastvrije uitbaters Peter & Leni een warm hart toe. We nemen het publiek graag mee op reis door een wereld waar fantasie en werkelijkheid elkaar raken. Waar romantiek, gefilosofeer, maar ook zelfs een klein geschiedenislesje niet uitblijft. We hopen te delen in wat ons vreugde geeft en vieren daarmee graag met jullie het leven. En wat zien we ernaar uit!” Dat kunnen we wel gebruiken in deze dagen voor kerst, waarin de wereld soms zo duister lijkt.
Marja de Boer staat met Dorien Geusebroek op 18 december in Steendam op Podium Peter en Leni.
STEENDAM – Bij het bekende muziekpodium Peter en Leni in Steendam staat op 18 december de Harderwijkse singersongwriter Marja de Boer met muzikale ondersteuning van violiste Dorien Geusebroek. Misschien nog geen bekende naam, maar wel iemand die voorzichtig al jaren aan de weg timmert en dat ook blijft doen met haar sterke werk. Voor volgend jaar wordt zelfs een theatertour gepland. Een dame vol plannen dus en graag vertelt De Boer over haar muziek en over deze plannen, over haar samenwerking met Dorien Geusebroek van af de oevers van de voormalig Zuiderzee. Het zal een link leggenmet het podium op de oevers van het Schildmeer.
In 2010 kwam het album 'On My Way' uit van Marja de Boer. Geruime tijd geleden, maar kondigt de zangeres aan. Een nieuw album lijkt onderweg. “We duiken binnenkort de studio in om nieuw materiaal op te nemen. Er zijn inmiddels genoeg nummers geschreven om een album te vullen en oudere nummers krijgen een geheel nieuw jasje, dus wie weet...Nu ligt eerst onze focus bij het fine-tunen van ons theaterprogramma.” Marja de Boer bubbelt haast over van de plannen als champagne die wordt ontkurkt weet ze haast niet waar te beginnen. Bij het begin dan maar? “Het klinkt misschien als een zoetsappig, geromantiseerd cliché, maar muziek lijkt mij op zeer jonge leeftijd te hebben gekozen”, lacht de Gelderse. “Ik was als kind een enorme kletskous. Wilde alles weten, dus stelde honderden vragen op een dag, maar als iemand anders een verhaal vertelde, dan zat ik ook ademloos te luisteren. Ik was verzot op verhalen en ook op het verzinnen daarvan. Een filosoof en verhalenverteller was ik al. Ik zat nog in de kleuterklas toen er op een dag een muziek juf langskwam. Zij vertelde over muzieklessen en wat je dan kon leren. Dat had voor mij meteen iets magisch. Wijzend naar het papiertje voor de aanmelding, zei ik tegen mijn moeder: "Daar wil ik echt naartoe!" Toen had je het gedonder in de glazen. Mijn moeder heeft altijd prachtig gezongen, dat doet ze nu nog en mijn vader heeft ook altijd muziek gemaakt. In zijn jeugd speelde hij trompet en later is hij gaan drummen. Hij doet dat nu nog steeds. Zij hebben me nooit gedwongen om muziek te maken, maar zij delen wel allebei deze passie met mij. Na de AMV heb ik klarinet als vervolginstrument gekozen. Dat heb ik 9 jaar gespeeld en ben toen gestopt. Maar nu nóg, als ik het geluid van dit instrument ergens hoor, in welke vorm of muzieksoort ook, ben ik op slag weer een beetje verliefd. Om mezelf te kunnen begeleiden ben ik gitaar gaan spelen. De verhalen kregen steeds meer vorm en werden liedjes. Mijn broers en zussen gaven daarom voor mijn negentiende verjaardag een cd-opname van "Oblivious" cadeau. Dat was echt een mooie verrassing. Alleen ik en mijn gitaar. Daar ontstond een kern van mijn wens. Ik kreeg de smaak te pakken en ben verder gaan schrijven. Zes jaar later bracht ik "on my way" uit. Dit project was samen met een paar muzikanten die ik "op mijn weg" was tegen gekomen. De behoefte om dit te delen en hiermee naar buiten te treden, groeit steeds meer.”
Die vindt zijn uiting in de liedjes die Marja de Boer schrijft. “Ik wil mensen meenemen in mijn verhalen. Ik wil vertellen over dingen van alledag, maar ook juist het wonderlijke daarvan. Over situaties die mensen zelf hopelijk zullen herkennen. Het menszijn, het in contact staan met de natuur. Menselijke eigenschappen, verbinding zoekend, contradicties, verwachting, verdriet, vreugde, liefde…Alles wat iemand tegen kan komen op zijn of haar weg. In eerste instantie zijn het mijn belevingen, ideeën, gevoelens en gedachten waardoor liedjes in het verleden zijn ontstaan. Maar wanneer iemand zich hiermee identificeert en zijn verhaal daaraan koppelt en terugbrengt bij mij, dan ontstaat het delen waar ik zo gevoelig voor ben. Mensen kunnen namelijk een heel ander licht werpen op een nummer. Dan heb ik weer een nieuwe inspiratiebron, waaruit soms nieuwe nummers ontstaan. Het creatieve proces verschilt per song. Ik denk vaak in sfeerbeelden en die probeer ik in een tekst te vangen, maar soms komt dit sfeerbeeld juist eerst in klank naar voren. Meestal gebruik ik mijn ultra handige "slimme" telefoon om een opname te maken van wat in mijn hoofd springt, want de beste ideeën komen als ik aan het werk ben. Tijdens stofzuigen, ramen lappen, tijdens het douchen óf als ik lig te slapen! Ik luisterde pas geleden alle opnames eens af van wat ik dacht dat leuk zou klinken. Zitten er, verspreid over anderhalf jaar tijd, dus onafhankelijk van elkaar, onbewust 3 keer dezelfde opnames tussen. Zo lang kan dus iets om je heen zwerven zonder dat je er erg in hebt. In dit geval ontstond dus eerst de melodie. Een paar weken later was ik aan het werk, waar de tekst ineens als een bom inslaat. Ik vroeg begrip aan de cliënt en nam tien minuutjes de tijd om mijn idee op papier te zetten. Dan kan ik het even van me afzetten namelijk en thuis verder puzzelen. Anders blijft het knagen. Maar met een andere song werd ik midden in de nacht wakker met een tekst in mijn hoofd. Met een slaapdronken kop gauw de tekst intypen. De volgende dag wakker worden met de telefoon in mijn hand. Ja hoor, gelukkig...Bingo! Bij dit nummer heb ik de tekst helemaal gelaten zoals hij is ontstaan en daar een melodie op gemaakt.”
Mooie liedjes schrijven is één. Je moet wel de plannen en mogelijkheden hebben ze te spelen. Het creeeren van kansen en mogelijkheden hoort ook bij het bestaan. Plannen maken. Vooruitzien. “Een jaar geleden was ik aan het brainstormen met een goeie vriend van mij. Hij vroeg: "Marja, waar zie je jezelf over 10 jaar met de muziek?" Ik kreeg glanzende oogjes en een rooie kop en zei met schorre stem: "Ik heb altijd gedroomd van een theaterprogramma, dus over 10 jaar wil ik in theaterzaaltjes staan". Nu zijn we een jaar verder en hebben zich in razend temponaast Dorien 3 muzikanten aangesloten. Om de geboorte van deze waanzinnige band "Lyssna" (uit te spreken als Luusna, het Zweedse woord voor luisteren) te vieren, zijn we bezig een première te bouwen van, jawel...een theaterprogramma! Een klein beetje sneller dan gepland, klopt soms je droom bij je aan. Met beide handen aangrijpend, druk schrijvend en organiserend roep ik: "Whatever binds us moet het heten!" dit theaterprogramma. Een reis waarbij de zoektocht naar wat ons als mens verbindt, de boventoon voert. Dat vinden we als band nodig in deze donkere dagen waarin mensen juist zo vaak gericht zijn op wat ons (onder)scheidt. Daarbij zijn het muzikanten uit zeer verschillende hoeken van de muziek, die nu deze band vormen om luister-liedjes van een singer-songwriter te onderstrepen. Muziek en onze passie hiervoor is wat ons samenbrengt en dus verbindt. Als singer-songwriter treed ik in verschillende vormen naar buiten met de muziek. Zowel solo en straks dus met band "Lyssna" achter me. Maar ook, zoals het optreden in Steendam en vele andere optredens, vorm ik samen met iemand een duo. Dat is als volgt ontstaan: Tijdens de opnames van "On my way" kreeg ik hulp van een Duitse vriend van mij. Daniel Wahren is een violist in de Middeleeuwse band "Duivelspack" waar ik groot fan van ben. Hij kwam een weekend over om mijn muziek op de cd te voorzien van zijn fantastische fiedelspielerij. Om live te kunnen brengen wat er op de cd stond, moest ik dus heel hard op zoek naar een violist(e) in mijn eigen omgeving. Een aantal jaar daarvoor kwam ik eens bij een optreden in de kerk. Daar werd een vioolsolo gespeeld waar ik erg door gegrepen werd. Mijn gevoel zei: "deze violiste en wat zij bij me losmaakt, moet ik onthouden". Niet verwonderlijk dat ik na dit avontuur met de Duitse violist, op zoek ging naar háár gegevens. Ik stuurde Dorien Geusebroek een mail met de vraag of zij onderdeel wilde worden van de cd-presentatie in Ermelo. Dat wilde zij en ik was in de wolken. Het samenspelen beviel zo goed dat ik haar vroeg te blijven. Een muzikaal huwelijk werd gesloten, want ze is sindsdien nooit meer weggegaan. Muzikale avonturen werden ons deel. Tijdens het proces van liedjes schrijven kwam ik er per ongeluk achter dat zij een prachtige sopraanstem voor mij verborgen hield. Eenmaal ontdekt is toepassen, dus zij voorziet de songs, naast haar geweldige vioolpartijen, sindsdien ook met een heerlijke tweede stem! We vullen elkaar zowel muzikaal alsook als persoonlijkheden op het podium goed aan. Tijdens interviews bijvoorbeeld weet zij vaak snel de kern te raken met de weinige woorden die zij nodig heeft om iets duidelijk te maken, ik maak er iets spannends of romantisch van met mijn vele bijvoeglijke naamwoorden, zoals Dorien dat dan zegt.”
“Harderwijk is mijn Middeleeuwse stadje. Ik woon er heel graag. Het is omgeven van alles eigenlijk. Tegenwoordig hebben we hier een eigen strand, maar er is ook veel bos en hei gebied. Dan kun je je natuurlijk goed laten inspireren, dus indirect zal er ongetwijfeld wat over in de muziek te vinden zijn. Wat directer "Harderwieks" is; In 2012 hebben Dorien en ik een project aangenomen om gedichten cyclus "de Kus" geschreven door Harderwijks stadsdichter Michel Martinus op muziek te zetten. Dat was een fijne samenwerking en werd ook zeer goed ontvangen door het publiek tijdens de presentatie in de Catharinakapel in Harderwijk. Een prachtige locatie met fijne akoestiek, waar op vrijdag 29 januari 2016 ook het debuut van "Lyssna" met "Whatever binds us" zal plaatsvinden.”
Eerst staat echter Steendam op het programma. Een mooie gelegenheid om het duo aan het werk te zien. “Een beleving van een troubadour met haar fijne zoetgevooisde violiste. Wij bundelen onze krachten in warm Iers pop-folk geluid en dragen de Steendammers, maar daarbij ook zeker de enorm gastvrije uitbaters Peter & Leni een warm hart toe. We nemen het publiek graag mee op reis door een wereld waar fantasie en werkelijkheid elkaar raken. Waar romantiek, gefilosofeer, maar ook zelfs een klein geschiedenislesje niet uitblijft. We hopen te delen in wat ons vreugde geeft en vieren daarmee graag met jullie het leven. En wat zien we ernaar uit!” Dat kunnen we wel gebruiken in deze dagen voor kerst, waarin de wereld soms zo duister lijkt.
Marja de Boer staat met Dorien Geusebroek op 18 december in Steendam op Podium Peter en Leni.
Eva Waterbolk: “Ik zong vreselijk vals als klein meisje”
GRONINGEN – Het wordt een drukke decembermaand voor Eva Waterbolk. De Groningse singersongwriter maakt al geruimte tijd indruk en ziet dit nu beloond met optredens op twee prestigieuse festivals in de stad. Komende tijd staat de zangeres op het Melodica Groningen festival en een week later op Winterwelvaart. Een mooie bekroning voor dat kleine meisje dat zo vals zong en desondanks de muziek in ging. Eva Waterbolk heeft de drang om te vertellen. “als het te langdradig wordt, dan snij je er maar wat uit, geeft ze ten afscheid mee. Langdradig? Nou nee. Eva Waterbolk blijkt iemand die niet alleen in haar liedjes een verhaal weet te vertellen, maar ook daar buiten.
“Ik had in eerste instantie nooit gedacht dat ik muziek zou gaan maken”, lacht Eva Waterbolk. “Ik speelde vanaf mijn tiende heel intensief en met veel plezier toneel en dacht dat ik altijd in het theaterwezen zou blijven. Mijn moeder grapte altijd liefdevol dat ik vele talenten had, maar dat zingen daar niet één van was. Ik zong ook vreselijk vals als klein meisje”, vertelt ze met een grote grijns. “Ze schaamt zich nu een beetje voor die opmerking, maar ik weet dat ze dat niet onaardig bedoelde en zo vatte ik het ook niet op. Ik vind het wel leuk om haar daar nu mee te plagen”, wrijft de Groningse het er nog even bij haar moeder in, maar direct daarna complimenteert Waterbolk haar ouders. “Ik werd van huis uit gestimuleerd om op alle mogelijke manieren creatief te zijn en om te doen waar ik gelukkig van werd. Ik vroeg een keer een gitaar voor mijn verjaardag, omdat mijn vader ook gitaar speelde en pingelde daar wel eens wat op. Op een gegeven moment begon ik liedjes te schrijven, maar liet die in eerste instantie aan niemand horen. Alleen aan mijn vriendje toentertijd. Toen ik besloot te stoppen met theater bleef de drang om verhalen te vertellen. Ik kwam erachter dat ik het schrijf proces ontzettend mooi vond en ik miste het ook wel om op een podium te staan. Op een gegeven moment raakte ik bevriend met Edo de Vlieger en samen maakten we muziek. Hij heeft me uiteindelijk overgehaald om een keer op te treden. Ik vond het doodeng, ervoer voor de eerste keer in mijn leven plankenkoorts. Met toneelspelen had ik daar nooit last van, dan speel je immers iemand anders, maar om op het podium als 'mezelf' te staan en kwetsbaar te zijn, dat vond ik echt vreselijk moeilijk. Maar juist die heftige reactie gaf denk ik de doorslag om het vaker te willen doen. Een poos later werd ik een keertje gevraagd om tijdens Eurosonic in de vintagewinkel Flat Iron te spelen, en vanaf toen met dank aan onder andere Chris Moorman mocht ik op allerlei muziekavonden komen spelen. De eerste paar keren dacht ik dat ik ter plekke zou sterven, zo spannend vond ik het, maar het voelde tegelijkertijd ook ontzettend bijzonder dat mensen kwamen kijken en luisteren. En dat ik soms na een optreden hoorde dat ze geëmotioneerd waren, of dat ze zo vreselijk moesten lachen om een tekst die ik had geschreven. Dat voelde – en voelt – heel speciaal.”
Eva Waterbolk wordt geroemd om haar liedjes. Vooral haar teksten, met soms een vleug van haar morbide humor, spreken aan. Daarnaast is ze het vals zingen ontgroeid en staat er op het toneel een dame die soms klein en kwetsbaar is en soms sterk en zelfverzekerd. Een zangeres die niet veel nodig heeft je te raken. “Luisterliedjes maken begon als uitlaatklep voor de onrust in mijn geest, iets wat ik in eerste instantie niet had verwacht te delen met publiek. Ik ben blij verrast dat mensen naar mijn optredens komen en dat ik het, ondanks dat ik iedere keer nog steeds zenuwachtig ben, ontzettend fijn vind om mijn ietwat breekbare liedjes te spelen voor publiek. Maar ik sluit niet uit ooit nog een keiharde punk band te beginnen”dreigt Waterbolk. “Of misschien wel country te gaan maken of elektronische muziek. Ook dat vind ik prachtig. De eerste liedjes die ik schreef waren nogal melodramatisch en gingen voornamelijk over periodes waarin ik me heel erg rot voelde en ik de ene na de andere stommiteit beging. Nu probeer ik het iets zakelijker te benaderen, voor zover dat lukt. Ik ben geïntrigeerd door 'de dood' en dat is een vrij ruim begrip, het circus en de vroegere bijbehorende freakshows, mythen en sagen. Natuurlijk zoals iedereen ook door: de liefde. Ik probeer een gevoel te combineren met verhalen die ik lees of die anderen mij vertellen. Soms borrelt er weer een dramatisch eigen verhaal op. Dat wordt dan een liedje.”
Eva Waterbolk heeft veel erkening voor haar werk. Eerder dit jaar stond ze bijvoorbeeld al op het Bevrijdingsfestival en nu dus op Melodica en Winterwelvaart, waar ze een jaar geleden door ziekte haar optreden moest afzeggen. Mooie namen. “Ik ben nog steeds een beetje beduusd. Maar vooral heel erg blij! Ik vind dat ik nog een lange weg heb te gaan qua schrijven, zingen en gitaarspelen, maar ik heb in het afgelopen jaar gelukkig een stuk meer zelfvertrouwen gekregen dankzij de vele lieve reacties en de bijzondere plekken waar ik heb mogen spelen.” De stad Groningen helpt haar daarbij evenals het speciale gevoel van de Wadden. “Groningen is een plek om geïnspireerd te raken, maar ik heb het soms wel nodig om er even weg te zijn. Ik schrijf heel graag op Schiermonnikoog, dat is voor mij een plek waar gedachten samen komen. Daar lukt het beter om de wirwar in mijn hoofd te kanaliseren en onder woorden te brengen.”
Eva Waterbolk is nog albumloos. Ze doet een plechtige belofte die hierbij op zwartwit is vastgelegd. Met de vingers omhoog en haar hand op haar hart: Ik roep nu al meer dan een half jaar dat er een EP of Album aankomt, maar binnenkort! Beloofd!” Daar mag ze op aangesproken worden. Eerst wacht dit weekend Melodica. Daar kijkt ze naar uit. De speciale sfeer van dit festival dat overal ter wereld wordt georganiseerd en toeschouwers, maar zeker ook artiesten samenbindt. “Voordat ik zelf optrad kwam ik heel graag bij de huiskamerconcerten van Wishfulmusic. Daar hoorde ik verschillende mensen vol enthousiasme vertellen over Melodica festival. Ik vind het heel bijzonder dat Melodica over de hele wereld bestaat en wij hier in Groningen ook allerlei prachtige (inter)nationale artiesten krijgen te horen. Melodica festival meemaken als bezoeker was al als een warm bad, dus ik verwacht dat dit ook zo zal zijn als artieste. Ik vind het een grote eer om er te mogen spelen.”
Eva Waterbolk treedt op 12 decemner op in Huis de Beurs voor het Melodica Festival en op 19 december op WinterWelVaart in de grachten van Groningen.
GRONINGEN – Het wordt een drukke decembermaand voor Eva Waterbolk. De Groningse singersongwriter maakt al geruimte tijd indruk en ziet dit nu beloond met optredens op twee prestigieuse festivals in de stad. Komende tijd staat de zangeres op het Melodica Groningen festival en een week later op Winterwelvaart. Een mooie bekroning voor dat kleine meisje dat zo vals zong en desondanks de muziek in ging. Eva Waterbolk heeft de drang om te vertellen. “als het te langdradig wordt, dan snij je er maar wat uit, geeft ze ten afscheid mee. Langdradig? Nou nee. Eva Waterbolk blijkt iemand die niet alleen in haar liedjes een verhaal weet te vertellen, maar ook daar buiten.
“Ik had in eerste instantie nooit gedacht dat ik muziek zou gaan maken”, lacht Eva Waterbolk. “Ik speelde vanaf mijn tiende heel intensief en met veel plezier toneel en dacht dat ik altijd in het theaterwezen zou blijven. Mijn moeder grapte altijd liefdevol dat ik vele talenten had, maar dat zingen daar niet één van was. Ik zong ook vreselijk vals als klein meisje”, vertelt ze met een grote grijns. “Ze schaamt zich nu een beetje voor die opmerking, maar ik weet dat ze dat niet onaardig bedoelde en zo vatte ik het ook niet op. Ik vind het wel leuk om haar daar nu mee te plagen”, wrijft de Groningse het er nog even bij haar moeder in, maar direct daarna complimenteert Waterbolk haar ouders. “Ik werd van huis uit gestimuleerd om op alle mogelijke manieren creatief te zijn en om te doen waar ik gelukkig van werd. Ik vroeg een keer een gitaar voor mijn verjaardag, omdat mijn vader ook gitaar speelde en pingelde daar wel eens wat op. Op een gegeven moment begon ik liedjes te schrijven, maar liet die in eerste instantie aan niemand horen. Alleen aan mijn vriendje toentertijd. Toen ik besloot te stoppen met theater bleef de drang om verhalen te vertellen. Ik kwam erachter dat ik het schrijf proces ontzettend mooi vond en ik miste het ook wel om op een podium te staan. Op een gegeven moment raakte ik bevriend met Edo de Vlieger en samen maakten we muziek. Hij heeft me uiteindelijk overgehaald om een keer op te treden. Ik vond het doodeng, ervoer voor de eerste keer in mijn leven plankenkoorts. Met toneelspelen had ik daar nooit last van, dan speel je immers iemand anders, maar om op het podium als 'mezelf' te staan en kwetsbaar te zijn, dat vond ik echt vreselijk moeilijk. Maar juist die heftige reactie gaf denk ik de doorslag om het vaker te willen doen. Een poos later werd ik een keertje gevraagd om tijdens Eurosonic in de vintagewinkel Flat Iron te spelen, en vanaf toen met dank aan onder andere Chris Moorman mocht ik op allerlei muziekavonden komen spelen. De eerste paar keren dacht ik dat ik ter plekke zou sterven, zo spannend vond ik het, maar het voelde tegelijkertijd ook ontzettend bijzonder dat mensen kwamen kijken en luisteren. En dat ik soms na een optreden hoorde dat ze geëmotioneerd waren, of dat ze zo vreselijk moesten lachen om een tekst die ik had geschreven. Dat voelde – en voelt – heel speciaal.”
Eva Waterbolk wordt geroemd om haar liedjes. Vooral haar teksten, met soms een vleug van haar morbide humor, spreken aan. Daarnaast is ze het vals zingen ontgroeid en staat er op het toneel een dame die soms klein en kwetsbaar is en soms sterk en zelfverzekerd. Een zangeres die niet veel nodig heeft je te raken. “Luisterliedjes maken begon als uitlaatklep voor de onrust in mijn geest, iets wat ik in eerste instantie niet had verwacht te delen met publiek. Ik ben blij verrast dat mensen naar mijn optredens komen en dat ik het, ondanks dat ik iedere keer nog steeds zenuwachtig ben, ontzettend fijn vind om mijn ietwat breekbare liedjes te spelen voor publiek. Maar ik sluit niet uit ooit nog een keiharde punk band te beginnen”dreigt Waterbolk. “Of misschien wel country te gaan maken of elektronische muziek. Ook dat vind ik prachtig. De eerste liedjes die ik schreef waren nogal melodramatisch en gingen voornamelijk over periodes waarin ik me heel erg rot voelde en ik de ene na de andere stommiteit beging. Nu probeer ik het iets zakelijker te benaderen, voor zover dat lukt. Ik ben geïntrigeerd door 'de dood' en dat is een vrij ruim begrip, het circus en de vroegere bijbehorende freakshows, mythen en sagen. Natuurlijk zoals iedereen ook door: de liefde. Ik probeer een gevoel te combineren met verhalen die ik lees of die anderen mij vertellen. Soms borrelt er weer een dramatisch eigen verhaal op. Dat wordt dan een liedje.”
Eva Waterbolk heeft veel erkening voor haar werk. Eerder dit jaar stond ze bijvoorbeeld al op het Bevrijdingsfestival en nu dus op Melodica en Winterwelvaart, waar ze een jaar geleden door ziekte haar optreden moest afzeggen. Mooie namen. “Ik ben nog steeds een beetje beduusd. Maar vooral heel erg blij! Ik vind dat ik nog een lange weg heb te gaan qua schrijven, zingen en gitaarspelen, maar ik heb in het afgelopen jaar gelukkig een stuk meer zelfvertrouwen gekregen dankzij de vele lieve reacties en de bijzondere plekken waar ik heb mogen spelen.” De stad Groningen helpt haar daarbij evenals het speciale gevoel van de Wadden. “Groningen is een plek om geïnspireerd te raken, maar ik heb het soms wel nodig om er even weg te zijn. Ik schrijf heel graag op Schiermonnikoog, dat is voor mij een plek waar gedachten samen komen. Daar lukt het beter om de wirwar in mijn hoofd te kanaliseren en onder woorden te brengen.”
Eva Waterbolk is nog albumloos. Ze doet een plechtige belofte die hierbij op zwartwit is vastgelegd. Met de vingers omhoog en haar hand op haar hart: Ik roep nu al meer dan een half jaar dat er een EP of Album aankomt, maar binnenkort! Beloofd!” Daar mag ze op aangesproken worden. Eerst wacht dit weekend Melodica. Daar kijkt ze naar uit. De speciale sfeer van dit festival dat overal ter wereld wordt georganiseerd en toeschouwers, maar zeker ook artiesten samenbindt. “Voordat ik zelf optrad kwam ik heel graag bij de huiskamerconcerten van Wishfulmusic. Daar hoorde ik verschillende mensen vol enthousiasme vertellen over Melodica festival. Ik vind het heel bijzonder dat Melodica over de hele wereld bestaat en wij hier in Groningen ook allerlei prachtige (inter)nationale artiesten krijgen te horen. Melodica festival meemaken als bezoeker was al als een warm bad, dus ik verwacht dat dit ook zo zal zijn als artieste. Ik vind het een grote eer om er te mogen spelen.”
Eva Waterbolk treedt op 12 decemner op in Huis de Beurs voor het Melodica Festival en op 19 december op WinterWelVaart in de grachten van Groningen.
Jo Harman maakt tijdloze muziek
AMEN – Haar Nederlandse toer is net begonnen. De Britse Jo Harman is de komende week op diverse plaatsen in het land te beluisteren. Op zondag 6 december staat ze voor haar enige Noordelijke optreden op de planken van De Amer in Amen. Een zeer interessante artieste met een geheel eigen kijk op het muzikantenbestaan en die op elk gebied compromisloos haar eigen weg volgt. Het levert tijdloze muziek op, die toch in een middagje Amer gepast moet worden. Ze heeft ook weinig tijd voor het interview, maar vertelt toch honderduit op haar eerste dag in Nederland.
Opgroeien deed Jo Harman tussen woorden. Haar vader had een boekwinkel. Kleine Jo bracht daar veel tijd door. Het verkennen van de boekenplanken en het lezen van wat ze daarop vond behoren tot haar dierbaarste herinneringen. Een loopbaan als schrijfster ligt dan voor de hand, maar een andere gave stuurde Jo Harman een andere weg in. “Ik denk dat woorden mijn werk als artiest inkleuren. Mijn stem betekende voor me dat ik aangemoedigd werd om dit geschenk dat me gegeven is te gebruiken en te volgen”, schetst Harman bedachtzaam de reden om te gaan zingen. Ook om andere redenen is haar familie sturende in haar vroege loopbaan. Al jong lieten ze haar ook kennismaken met uitgaan en muziek als uitlaatklep. Ze stimuleerden haar om instrumenten te leren spelen. De fagot deed zijn intrede. Toen al een eigenzinnige keuze, want Harman kon niemand die dat instrument bespeelde en dat gaf een grote aantrekkingskracht. Het grote omslagpunt kwam bij het jong overlijden van haar vader. Muziek bleek de manier om al het verdriet, de boosheid en de rouw te kunnen verwerken. De artiest Jo Harman stond op.
“Ik kan alleen liedjesschrijven over wat ik weet en wat ik voel”, vertelt Harman. “Ik kan geen andere manier. Ik schrijf mijn liedjes op gitaar of piano. Alleen of met andere artiesten die ik ken en genoeg vertrouw om in mijn gevoelsleven toe te laten. Ik kan en wil niet schrijven volgens een voorgeschreven formule of recept. Zo'n artiest ben ik niet”, lacht ze. “Ik ben opgegroeid in Lustleigh, een heel klein pitoresk plaatsje met vooral mijn vaders platencollectie als bron van vermaak. Verder gebeurde daar niks. Ik woon nu in het drukke Londen, maar al mijn liedjes gaan over wat ik meemaak in het leven en niet over de plaats waar ik leef.”
De muziekindustrie schrijft voor dat je in een genre moet passen. Jo Harman heeft het label Blues gekregen. “Ik speel niet echt 12 bar blues”, omschrijft de artieste zelf. “Mijn muziek is beïnvloed door 'Real' en 'Roots'. Tijdloze muziek wellicht die erg op het liedje is gericht. Ik raak veel genres aan in mijn muziek. Gospel, soul, country en als je bij een liveshow komt. Ik speel kunstzinnige hard rock bij tijden. Goede muziek is goede muziek. Dat staat buiten elk genre in mijn visie.” Niet alleen muzikaal is Harman eigenzinnig en volgt ze haar eigen weg. Ook de zakelijke kant pakt ze op typisch Harmaniaanse wijze aan. “Ik negeer alle spelregels van de muziekindustrie. Ik jaag niks na”, stelt de Britse. “Het jaagt mij na, wat geweldig is. Het is mogelijk om een loopbaan te hebben op je eigen voorwaarden en op de manier die jij kiest als je iets hebt wat mensen graag willen”, geeft Harman ondernemersadvies. “Integriteit is alles en gelukkig zijn er in deze muziekindustrie zwaar gewichten die in me geloven en in me investeren. Dat is geweldig, maar ik sluit geen compromissen. Neem me zoals ik ben, of neem niet de moeite is mijn instelling.”
Vlak voor de huidige toer heeft Jo Harman een Anthology uitgebracht. Een overzicht van haar loopbaan tot nu toe. “Dat is niet echt een statement of zo hoor, maar ik kreeg veel vragen van fans naar materiaal dat niet meer verkrijgbaar was. Om hen tegemoed te komen is deze box uitgebracht. Ik heb eigenlijk maar één officiele CD uitgebracht tot nu toe. Dat is mijn debuut 'Dirt On My Tongue'. Zelfs mijn recent verschenen EP, waar ik overigens erg trots op ben, is een uitgave op zeer beperkte schaal. Ik neem mijn tweede album op in Nashville in januari. Ik vind dat een moeilijke klus en mijn focus is erg daar op gericht.”
Voor Nashville wacht Amen. Jo Harman maakt de toeschouwers alvast lekker. “Het publiek kan iets totaal anders verwachten. Veel intiemer dan mensen gewend zijn. Erg open en bloot. Alleen mijn stem en de piano, geen volledige band. Ik hou er van mezelf artistiek uit te dagen en ik laat je weten hoe het gaat”, lacht Jo Harman met overgave tot besluit.
Jo Harman en haar piano staan op 6 december in De Amer in Amen.
AMEN – Haar Nederlandse toer is net begonnen. De Britse Jo Harman is de komende week op diverse plaatsen in het land te beluisteren. Op zondag 6 december staat ze voor haar enige Noordelijke optreden op de planken van De Amer in Amen. Een zeer interessante artieste met een geheel eigen kijk op het muzikantenbestaan en die op elk gebied compromisloos haar eigen weg volgt. Het levert tijdloze muziek op, die toch in een middagje Amer gepast moet worden. Ze heeft ook weinig tijd voor het interview, maar vertelt toch honderduit op haar eerste dag in Nederland.
Opgroeien deed Jo Harman tussen woorden. Haar vader had een boekwinkel. Kleine Jo bracht daar veel tijd door. Het verkennen van de boekenplanken en het lezen van wat ze daarop vond behoren tot haar dierbaarste herinneringen. Een loopbaan als schrijfster ligt dan voor de hand, maar een andere gave stuurde Jo Harman een andere weg in. “Ik denk dat woorden mijn werk als artiest inkleuren. Mijn stem betekende voor me dat ik aangemoedigd werd om dit geschenk dat me gegeven is te gebruiken en te volgen”, schetst Harman bedachtzaam de reden om te gaan zingen. Ook om andere redenen is haar familie sturende in haar vroege loopbaan. Al jong lieten ze haar ook kennismaken met uitgaan en muziek als uitlaatklep. Ze stimuleerden haar om instrumenten te leren spelen. De fagot deed zijn intrede. Toen al een eigenzinnige keuze, want Harman kon niemand die dat instrument bespeelde en dat gaf een grote aantrekkingskracht. Het grote omslagpunt kwam bij het jong overlijden van haar vader. Muziek bleek de manier om al het verdriet, de boosheid en de rouw te kunnen verwerken. De artiest Jo Harman stond op.
“Ik kan alleen liedjesschrijven over wat ik weet en wat ik voel”, vertelt Harman. “Ik kan geen andere manier. Ik schrijf mijn liedjes op gitaar of piano. Alleen of met andere artiesten die ik ken en genoeg vertrouw om in mijn gevoelsleven toe te laten. Ik kan en wil niet schrijven volgens een voorgeschreven formule of recept. Zo'n artiest ben ik niet”, lacht ze. “Ik ben opgegroeid in Lustleigh, een heel klein pitoresk plaatsje met vooral mijn vaders platencollectie als bron van vermaak. Verder gebeurde daar niks. Ik woon nu in het drukke Londen, maar al mijn liedjes gaan over wat ik meemaak in het leven en niet over de plaats waar ik leef.”
De muziekindustrie schrijft voor dat je in een genre moet passen. Jo Harman heeft het label Blues gekregen. “Ik speel niet echt 12 bar blues”, omschrijft de artieste zelf. “Mijn muziek is beïnvloed door 'Real' en 'Roots'. Tijdloze muziek wellicht die erg op het liedje is gericht. Ik raak veel genres aan in mijn muziek. Gospel, soul, country en als je bij een liveshow komt. Ik speel kunstzinnige hard rock bij tijden. Goede muziek is goede muziek. Dat staat buiten elk genre in mijn visie.” Niet alleen muzikaal is Harman eigenzinnig en volgt ze haar eigen weg. Ook de zakelijke kant pakt ze op typisch Harmaniaanse wijze aan. “Ik negeer alle spelregels van de muziekindustrie. Ik jaag niks na”, stelt de Britse. “Het jaagt mij na, wat geweldig is. Het is mogelijk om een loopbaan te hebben op je eigen voorwaarden en op de manier die jij kiest als je iets hebt wat mensen graag willen”, geeft Harman ondernemersadvies. “Integriteit is alles en gelukkig zijn er in deze muziekindustrie zwaar gewichten die in me geloven en in me investeren. Dat is geweldig, maar ik sluit geen compromissen. Neem me zoals ik ben, of neem niet de moeite is mijn instelling.”
Vlak voor de huidige toer heeft Jo Harman een Anthology uitgebracht. Een overzicht van haar loopbaan tot nu toe. “Dat is niet echt een statement of zo hoor, maar ik kreeg veel vragen van fans naar materiaal dat niet meer verkrijgbaar was. Om hen tegemoed te komen is deze box uitgebracht. Ik heb eigenlijk maar één officiele CD uitgebracht tot nu toe. Dat is mijn debuut 'Dirt On My Tongue'. Zelfs mijn recent verschenen EP, waar ik overigens erg trots op ben, is een uitgave op zeer beperkte schaal. Ik neem mijn tweede album op in Nashville in januari. Ik vind dat een moeilijke klus en mijn focus is erg daar op gericht.”
Voor Nashville wacht Amen. Jo Harman maakt de toeschouwers alvast lekker. “Het publiek kan iets totaal anders verwachten. Veel intiemer dan mensen gewend zijn. Erg open en bloot. Alleen mijn stem en de piano, geen volledige band. Ik hou er van mezelf artistiek uit te dagen en ik laat je weten hoe het gaat”, lacht Jo Harman met overgave tot besluit.
Jo Harman en haar piano staan op 6 december in De Amer in Amen.
Gordie Tentrees brengt verrassende muziek uit ijzige streken
Foto: www.paolocorradeghini.com
HOUWERZIJL – Met zijn nieuwe album 'Less is More' onder de arm heeft Gordie Tentrees de Arctische streken van de Yukon achter zich gelaten voor een Europese toernee samen met muzikale makker Jaxon Haldane. Beide Canadezen, Haldane woont overigens in Oklahoma tegenwoordig, trokken onlangs door Spijkerboor en via Duitsland keren ze nu terug naar Nederland voor een optreden in Houwerzijl in de Ruimtela, waar de organisatie van Roodehaan een wintersonderdak en nieuwe formule voor de uit hun jasje gegroeide 'Bord op Schoot' concerten heeft gevonden. Dit 'House for Sale' concert is op 28 november, een dag eerder op 27 november staan Tentrees en Haldane in Steenwijk voor een Farmhouse concert.
De Yukon, dat is het ijzige Noorden van Canada. Een gebied dat in Nederlandse begrippen staat voor toendra, grizzlyberen en sneeuwscooters, waar golddiggers een bestaan uit de bodem proberen te krabben. Het is echter ook een gebied waar regelmatig prachtige muziek vandaan komt. Afgelopen zomer verraste Brandon Isaak, ook een zoon van de Yukon, velen al met zijn sterke optredens op Art Carnivale en nu is er dus Gordie Tentrees die we al veel langer kennes door zijn veelvuldige optredens in Nederland. Ze brengen muziek met een warmte die ze zeker niet uit de ijzige wintermaanden putten. “Wat ik speel noemen we Yukon Roots Music”, legt Tentrees uit. “Het hoort bij en klinkt als de muziek van het gebied waar ik woon in het afgelegen Noorden van Canada. Het is een mix van folk, blues, country en bluegrass. Voor het publiek wijkt wat wij brengen vaak nogal af van wat ze gewend zijn. Het is niet zomaar een songwriter show. We vertellen verhalen, spelen zo'n acht instrumenten. Het klinkt als een volledige band, terwijl we maar met ons tweëen op het podium staan. Dat wil het publiek wel eens verrassen”, lacht Tentrees op voorhand. Tentrees is inmiddels een bekende verschijning op verschillende podia. Deze keer heeft hij Jaxon Haldane als 'sideman' meegenomen. “Jaxon en ik kennen elkaar al jaren. Zo'n twaalf jaar geleden kwam ik zijn bluegrass band The D Rangers regelmatig tegen op festivals en als ik aan het toeren was door Canada. Jaxon viel me op. Hij is buitengewoon getalenteerd en brengt een kracht met zich mee op het podium, waardoor het klinkt alsof er vier man spelen in plaats van hij alleen. Ik waardeer erg wat hij op het podium brengt en zijn vriendschap als we onderweg zijn. Hij is een geweldige zanger en een getalenteerd liedjesschrijver. Ik heb deze toernee nog een liedje samen met hem geschreven over Armand, de Nederlandse zanger die pas is overleden. Het publiek is altijd blij als hij er bij is, als voorprogramma, maar ook als hij me met zijn banjo, mandoline, zingende zaag of sigaarboxgitaren muzikaal ondersteund tijdens mijn optreden. Ik voel me erg vereerd dat hij er bij is deze toernee”, prijst Tentrees zijn reisgenoot.
De huidige toernee is mede ter promotie van het nieuwe album van Tentrees dat recent is verschenen. “Ik heb net mijn album 'Less is More'uitgebracht. Het is mijn zesde album en mijn achtste keer dat ik Europa aan doe voor een toernee. Ik beschouw het nieuwe album als mijn beste tot nu toe. Voor het album heb ik een dertigtal liedjes geschreven en daar de beste uitgekozen en de liedjes die een eenheid vormden. Wat me ook erg aanspreekt is dat ik de liedjes van dit album allemaal live kan spelen. Dat was bij voorgaande albums niet altijd het geval. Ieder lied heeft een speciaal verhaal. Liedjes schrijf ik bijna elke dag. Soms is het maar een paar woorden of een refreintje waar ik later op verder bouw. De meeste liedjes komen voort uit gespreken die ik heb op reis. Soms begint een liedje met een refrein, soms met een melodie. Vroeger thuis was ik al de hele dag omgeven met muziek. Mijn moeder was Radio DJ, maar speelde piano, gitaar en de fluit. Ik heb thuis al kennisgemaakt met grote Canadeze liedjesschrijvers als Fred Eaglesmith en Rick Fines.”
Gordie Tentrees geniet van de toer. “De toernee door Europa is geweldig, We krijgen een super respons van het publiek. De bezoekers van de concerten begrijpen wat we proberen te bereken en dat we heel verschillend zijn van andere acts uit Noord Amerika. In September van 2016 kom ik terug voor mijn negende toernee. Ik kijk er naar uit.” Eerst nog deze toernee afronden met optredens in Steenwijk en Houwerzijl.
Gordie Tentrees en Jaxon Haldane staan op 27 november in de Farmhouse in Steenwijk en op 28 november bij de Roodehaan/House for Sale concerten in de Ruimtela in Houwerzijl.
Foto: www.paolocorradeghini.com
HOUWERZIJL – Met zijn nieuwe album 'Less is More' onder de arm heeft Gordie Tentrees de Arctische streken van de Yukon achter zich gelaten voor een Europese toernee samen met muzikale makker Jaxon Haldane. Beide Canadezen, Haldane woont overigens in Oklahoma tegenwoordig, trokken onlangs door Spijkerboor en via Duitsland keren ze nu terug naar Nederland voor een optreden in Houwerzijl in de Ruimtela, waar de organisatie van Roodehaan een wintersonderdak en nieuwe formule voor de uit hun jasje gegroeide 'Bord op Schoot' concerten heeft gevonden. Dit 'House for Sale' concert is op 28 november, een dag eerder op 27 november staan Tentrees en Haldane in Steenwijk voor een Farmhouse concert.
De Yukon, dat is het ijzige Noorden van Canada. Een gebied dat in Nederlandse begrippen staat voor toendra, grizzlyberen en sneeuwscooters, waar golddiggers een bestaan uit de bodem proberen te krabben. Het is echter ook een gebied waar regelmatig prachtige muziek vandaan komt. Afgelopen zomer verraste Brandon Isaak, ook een zoon van de Yukon, velen al met zijn sterke optredens op Art Carnivale en nu is er dus Gordie Tentrees die we al veel langer kennes door zijn veelvuldige optredens in Nederland. Ze brengen muziek met een warmte die ze zeker niet uit de ijzige wintermaanden putten. “Wat ik speel noemen we Yukon Roots Music”, legt Tentrees uit. “Het hoort bij en klinkt als de muziek van het gebied waar ik woon in het afgelegen Noorden van Canada. Het is een mix van folk, blues, country en bluegrass. Voor het publiek wijkt wat wij brengen vaak nogal af van wat ze gewend zijn. Het is niet zomaar een songwriter show. We vertellen verhalen, spelen zo'n acht instrumenten. Het klinkt als een volledige band, terwijl we maar met ons tweëen op het podium staan. Dat wil het publiek wel eens verrassen”, lacht Tentrees op voorhand. Tentrees is inmiddels een bekende verschijning op verschillende podia. Deze keer heeft hij Jaxon Haldane als 'sideman' meegenomen. “Jaxon en ik kennen elkaar al jaren. Zo'n twaalf jaar geleden kwam ik zijn bluegrass band The D Rangers regelmatig tegen op festivals en als ik aan het toeren was door Canada. Jaxon viel me op. Hij is buitengewoon getalenteerd en brengt een kracht met zich mee op het podium, waardoor het klinkt alsof er vier man spelen in plaats van hij alleen. Ik waardeer erg wat hij op het podium brengt en zijn vriendschap als we onderweg zijn. Hij is een geweldige zanger en een getalenteerd liedjesschrijver. Ik heb deze toernee nog een liedje samen met hem geschreven over Armand, de Nederlandse zanger die pas is overleden. Het publiek is altijd blij als hij er bij is, als voorprogramma, maar ook als hij me met zijn banjo, mandoline, zingende zaag of sigaarboxgitaren muzikaal ondersteund tijdens mijn optreden. Ik voel me erg vereerd dat hij er bij is deze toernee”, prijst Tentrees zijn reisgenoot.
De huidige toernee is mede ter promotie van het nieuwe album van Tentrees dat recent is verschenen. “Ik heb net mijn album 'Less is More'uitgebracht. Het is mijn zesde album en mijn achtste keer dat ik Europa aan doe voor een toernee. Ik beschouw het nieuwe album als mijn beste tot nu toe. Voor het album heb ik een dertigtal liedjes geschreven en daar de beste uitgekozen en de liedjes die een eenheid vormden. Wat me ook erg aanspreekt is dat ik de liedjes van dit album allemaal live kan spelen. Dat was bij voorgaande albums niet altijd het geval. Ieder lied heeft een speciaal verhaal. Liedjes schrijf ik bijna elke dag. Soms is het maar een paar woorden of een refreintje waar ik later op verder bouw. De meeste liedjes komen voort uit gespreken die ik heb op reis. Soms begint een liedje met een refrein, soms met een melodie. Vroeger thuis was ik al de hele dag omgeven met muziek. Mijn moeder was Radio DJ, maar speelde piano, gitaar en de fluit. Ik heb thuis al kennisgemaakt met grote Canadeze liedjesschrijvers als Fred Eaglesmith en Rick Fines.”
Gordie Tentrees geniet van de toer. “De toernee door Europa is geweldig, We krijgen een super respons van het publiek. De bezoekers van de concerten begrijpen wat we proberen te bereken en dat we heel verschillend zijn van andere acts uit Noord Amerika. In September van 2016 kom ik terug voor mijn negende toernee. Ik kijk er naar uit.” Eerst nog deze toernee afronden met optredens in Steenwijk en Houwerzijl.
Gordie Tentrees en Jaxon Haldane staan op 27 november in de Farmhouse in Steenwijk en op 28 november bij de Roodehaan/House for Sale concerten in de Ruimtela in Houwerzijl.
Katéa: Ik hou van volledig epische, melodische en dramatische liedjes
GRONINGEN – Scandinavië heeft een lange traditie met het voortbrengen van mooie en intense artiesten. Katéa (Katja Pihlainen) uit Finland zou zo maar de volgende in deze lijn kunnen zijn. “Haar muziek zit ergens tussen, indie, pop en folk in en is enorm hitgevoelig door haar wondermooie stem”, claimt de organiatie van Eurosonic. De Finse staat in de line-up van Europa's etalage voor poptalent. Niet alleen in Groningen is Katéa opgemerkt. Tussen de Stockholm Sessions door spreken we haar onderweg van Zweden via Finland naar Londen voor het Ja Ja Ja Festival. Next stop: Groningen.
'De Finse zangeres Katéa is beïnvloed door Amy Winehouse, Adele, Lorde, Florence and the Machine en Lana Del Rey', aldus Eurosonic. De zangeres ziet een heel andere invloed op haar werk. “Ik denk dat de schemering van Scandinavië zeker zijn weg heeft gevonden in mijn werk. Ik hou van volledig epische, melodische en dramatische liedjes. Het drama leeft in het donker en ik hou van die schemerzoné. Finland heeft veel potentie op allerlei gebied. Ik denk dat er de komende jaren veel interessante artiesten uit ons land van sneeuw en ijs Europa zullen verrassen.” Toch ontkent Katéa niet ook beïnvlioed te zijn door artiesten buiten Finland. Alleen het vijftal dat eerder is genoemd is minder prominent. “Ik denk dat zij de ”modern day” artiesten zijn met wie de mensen je vergelijken als ze over mijn muziek praten. Ik heb veel respect voor ze en voor hun werk. Het is prachtig en inspirerend. Ik denk dat ik zelf echter veel meer beïnvloed en geïnspireerd ben door mensen als Leonard Cohen, Joni Mitchell en Tracy Chapman. Al vanaf dat ik heel erg jong was heb ik naar hen geluisterd en ik kan wel zeggen dat ik met hen ben opgegroeid. Ik vind hoe de teksten van deze drie in elkaar steken briljant is. Het zijn echte poëten en ik bewonder ze zeer. Andere artiesten die ik kan noemen om hun invloed op mijn werk zijn Tori Amos, Damien Rice, Laura Marling en Freddie Mercury. Ik vind het belangrijk om te luisteren naar artiesten uit verschillende genres en tijdperken, Het verkomt dat je te veel vast komt te zitten in je eigen kunstje. Je moet vraagtekens bij je eigen werk durven zetten af en toe en eerlijk zijn tegen over jezelf.”
Het verklaart ook de verschillende sprongen in haar muzikale loopbaan heeft gemaakt. Ze is letterlijk van het ene naar het andere uitsterste geweest in het muzikale spectrum voor ze nu in de Indie Pop is verzeilt geraakt. “Mijn wortels zitten in de jazz. Van het ene naar het andere moment ben ik overgestapt naar klassiek en vervolgens naar een super Indië die zelfs de hipsters te ver ging en via folk ben ik bij de pop terecht gekomen”, beschrijft Katéa haar muzikale odyssee. “Ik denk dat mijn huidige sound een reflectie van al deze genres is. Ik blijf al deze muziek mooi vinden en er inspiratie uit putten. Ik heb nog nooit echt een rock fase gehad of house of dance, Wie weet is dat een volgende stap.”
Waar veel artiesten al thuis ingebed zijn in muziek is dat bij Katéa niet het geval. In tegendeel zelfs. “Mijn familie is eigenlijk helemaal niet muzikaal om eerlijk te zijn. Mijn ouders zijn geen muzikanten, maar draaiden wel veel platen van Queen en Michael Jackson thuis. Ik kan mij niet herinneren hoe ik zelf ben begonnen met het maken van muziek en zingen. Dat is van nature gegaan. Als kind was ik dol op schrijven. Poëzie sprak me erg aan. Het was voor mij vanzelfspekend om bij mijn schrijfsels ook muziek te maken en een prima manier om mezelf uit te drukken. Hoe ik nu mijn liedjes schrijf is erg afhankelijk aan wat voor nummer ik werk. Als ik samen met iemand schrijf zijn het meestal niet erg persoonlijke liedjes, maar ligt de basis in de gesprekken die ik met mijn co-auteur heb. Als ik alleen schrijf zijn de onderwerpen vaak erg persoonlijk, maar eigenlijk haal ik ideëen voor liedjes overal om me heen vandaan. Van kennissen en vrienden, uit mijn dromen, uit landen waar ik heen reis, mensen waar ik mee praat, boeken of films en zelfs het nieuws. Het is soms erg overweldigend om zo omringt te zijn met emoties en haast 'te veel' inspiratie. Dat is misschien moeilijk te vatten. De oorsprong van de meeste liedjes ligt ook nu nog steeds in de gedichten die ik schrijf.”
'That Ain't Love' is de eerste single van Katéa en dit jaar uitgebracht. “Ik ben nogal een perfectionist als het gaat om mijn muzikale loopbaan”, bekent de Finse. “Ik hou er van om grootse plannen te maken en te kijken hoe ver en waar ze me gaan brengen. Als je muziek maakt, moet je je hoofd niet bij andere dingen hebben, maar je focussen op de muziek. Als er een liedje over dansende kalkoenen in je hoofd zit, is dat het liedje dat je moet schrijven. Je bent tenslotte artiest en geen machine. Liedjes hebben tijd nodig om tot wasdom te komen. De juiste liedjes komen steeds weer terug. Rond Eurosonic breng ik een EP uit en zal mijn tweede single verschijnen. Daar kijk ik naar uit. Op Eurosonic is het mijn doel om een 'damn good' show neer te zetten en te kijken wat het me brengt. Daarnaast is het ook gewoon leuk om weer eens in Nederland te zijn. Ik heb een poos in Rotterdam gewoond. Ik hou van dat land. Het is al veel te lang geleden sinds ik er ben geweest.” In alle opzichting is het optreden van Katéa op Eurosonic, voorlopig op 14 januari iets waar iedereen naar uit kijkt.
Katéa staat op Eurosonic van 13 tot en met 16 januari 2016.
GRONINGEN – Scandinavië heeft een lange traditie met het voortbrengen van mooie en intense artiesten. Katéa (Katja Pihlainen) uit Finland zou zo maar de volgende in deze lijn kunnen zijn. “Haar muziek zit ergens tussen, indie, pop en folk in en is enorm hitgevoelig door haar wondermooie stem”, claimt de organiatie van Eurosonic. De Finse staat in de line-up van Europa's etalage voor poptalent. Niet alleen in Groningen is Katéa opgemerkt. Tussen de Stockholm Sessions door spreken we haar onderweg van Zweden via Finland naar Londen voor het Ja Ja Ja Festival. Next stop: Groningen.
'De Finse zangeres Katéa is beïnvloed door Amy Winehouse, Adele, Lorde, Florence and the Machine en Lana Del Rey', aldus Eurosonic. De zangeres ziet een heel andere invloed op haar werk. “Ik denk dat de schemering van Scandinavië zeker zijn weg heeft gevonden in mijn werk. Ik hou van volledig epische, melodische en dramatische liedjes. Het drama leeft in het donker en ik hou van die schemerzoné. Finland heeft veel potentie op allerlei gebied. Ik denk dat er de komende jaren veel interessante artiesten uit ons land van sneeuw en ijs Europa zullen verrassen.” Toch ontkent Katéa niet ook beïnvlioed te zijn door artiesten buiten Finland. Alleen het vijftal dat eerder is genoemd is minder prominent. “Ik denk dat zij de ”modern day” artiesten zijn met wie de mensen je vergelijken als ze over mijn muziek praten. Ik heb veel respect voor ze en voor hun werk. Het is prachtig en inspirerend. Ik denk dat ik zelf echter veel meer beïnvloed en geïnspireerd ben door mensen als Leonard Cohen, Joni Mitchell en Tracy Chapman. Al vanaf dat ik heel erg jong was heb ik naar hen geluisterd en ik kan wel zeggen dat ik met hen ben opgegroeid. Ik vind hoe de teksten van deze drie in elkaar steken briljant is. Het zijn echte poëten en ik bewonder ze zeer. Andere artiesten die ik kan noemen om hun invloed op mijn werk zijn Tori Amos, Damien Rice, Laura Marling en Freddie Mercury. Ik vind het belangrijk om te luisteren naar artiesten uit verschillende genres en tijdperken, Het verkomt dat je te veel vast komt te zitten in je eigen kunstje. Je moet vraagtekens bij je eigen werk durven zetten af en toe en eerlijk zijn tegen over jezelf.”
Het verklaart ook de verschillende sprongen in haar muzikale loopbaan heeft gemaakt. Ze is letterlijk van het ene naar het andere uitsterste geweest in het muzikale spectrum voor ze nu in de Indie Pop is verzeilt geraakt. “Mijn wortels zitten in de jazz. Van het ene naar het andere moment ben ik overgestapt naar klassiek en vervolgens naar een super Indië die zelfs de hipsters te ver ging en via folk ben ik bij de pop terecht gekomen”, beschrijft Katéa haar muzikale odyssee. “Ik denk dat mijn huidige sound een reflectie van al deze genres is. Ik blijf al deze muziek mooi vinden en er inspiratie uit putten. Ik heb nog nooit echt een rock fase gehad of house of dance, Wie weet is dat een volgende stap.”
Waar veel artiesten al thuis ingebed zijn in muziek is dat bij Katéa niet het geval. In tegendeel zelfs. “Mijn familie is eigenlijk helemaal niet muzikaal om eerlijk te zijn. Mijn ouders zijn geen muzikanten, maar draaiden wel veel platen van Queen en Michael Jackson thuis. Ik kan mij niet herinneren hoe ik zelf ben begonnen met het maken van muziek en zingen. Dat is van nature gegaan. Als kind was ik dol op schrijven. Poëzie sprak me erg aan. Het was voor mij vanzelfspekend om bij mijn schrijfsels ook muziek te maken en een prima manier om mezelf uit te drukken. Hoe ik nu mijn liedjes schrijf is erg afhankelijk aan wat voor nummer ik werk. Als ik samen met iemand schrijf zijn het meestal niet erg persoonlijke liedjes, maar ligt de basis in de gesprekken die ik met mijn co-auteur heb. Als ik alleen schrijf zijn de onderwerpen vaak erg persoonlijk, maar eigenlijk haal ik ideëen voor liedjes overal om me heen vandaan. Van kennissen en vrienden, uit mijn dromen, uit landen waar ik heen reis, mensen waar ik mee praat, boeken of films en zelfs het nieuws. Het is soms erg overweldigend om zo omringt te zijn met emoties en haast 'te veel' inspiratie. Dat is misschien moeilijk te vatten. De oorsprong van de meeste liedjes ligt ook nu nog steeds in de gedichten die ik schrijf.”
'That Ain't Love' is de eerste single van Katéa en dit jaar uitgebracht. “Ik ben nogal een perfectionist als het gaat om mijn muzikale loopbaan”, bekent de Finse. “Ik hou er van om grootse plannen te maken en te kijken hoe ver en waar ze me gaan brengen. Als je muziek maakt, moet je je hoofd niet bij andere dingen hebben, maar je focussen op de muziek. Als er een liedje over dansende kalkoenen in je hoofd zit, is dat het liedje dat je moet schrijven. Je bent tenslotte artiest en geen machine. Liedjes hebben tijd nodig om tot wasdom te komen. De juiste liedjes komen steeds weer terug. Rond Eurosonic breng ik een EP uit en zal mijn tweede single verschijnen. Daar kijk ik naar uit. Op Eurosonic is het mijn doel om een 'damn good' show neer te zetten en te kijken wat het me brengt. Daarnaast is het ook gewoon leuk om weer eens in Nederland te zijn. Ik heb een poos in Rotterdam gewoond. Ik hou van dat land. Het is al veel te lang geleden sinds ik er ben geweest.” In alle opzichting is het optreden van Katéa op Eurosonic, voorlopig op 14 januari iets waar iedereen naar uit kijkt.
Katéa staat op Eurosonic van 13 tot en met 16 januari 2016.
Violet Skies: “Ik hoor geweldige dingen van het Nederlands publiek”
GRONINGEN – Je buitenlands debuut maken op de grootste showcase van Europa qua muziek. De Britse Violet Skies durft het aan. Ze zal optreden in Groningen tijdens Eurosonic dat van 13 tot en met 16 januari 2016 wordt gehouden. “Het woord "filmisch" wordt vaak toegepast bij muziek met sterke verbeeldingskracht. Het minimalistische, dromerige popgeluid van de uit Wales afkomstige muzikante Violet Skies is echter te geraffineerd en zinnenprikkelend om zich als zodanig te laten omschrijven. Op het podium combineert Violet Skies neo-klassieke elementen met tintelende trapbeats en samples, terwijl haar onderkoelde zang fungeert als krachtig middelpunt”, citeren we haar korte bio van Eurosonic. Reden genoeg om nader te gaan kennismaken met de 'Welsh Gel' die uitkijkt naar haar kennismaking met het Nederlands publiek.
Dat ze nog niet op het podium stond in Nederland heeft weinig te maken met podiumvrees. “Ik was 3 en klom op het podium van de plaatselijke pub en begon daar op te treden. Het was de eerste keer dat mijn ouders me publiekelijk zagen zingen. Van daar uit heb ik me met optredens en lessen gitaar en zang ontwikkeld. Ik nam het allemaal niet zo serieus tot ik een jaar of 15/16 was. Ik begon op die leeftijd met het schrijven van mijn eigen muziek.Ik heb mijn hele leven gezongen, het is eigenlijk best moeilijk om te zeggen wanneer ik met de muziek ben begonnen.”
Inmiddels is Violet Skies een gevierd liedjessmid die niet alleen voor zichzelf, maar ook voor anderen schrijft. “Het schrijven van een liedje begint bij mij met de tekst. Ik word altijd geïnspireerd door een erg persoonlijke gebeurtenis die ik probeer over te brengen op een manier die iedereen begrijpt. Soms als ik met een tekst bezig ben, openbaart het liedje zich al compleet aan me, wat eigenlijk best raar is. Ik hoef er helemaal niet over na te denken. Ideëen voor teksten heb ik dagelijks. Als ik in bad zit of in de trein vormt zich dat in mijn hoofd. Ik werk ook veel samen om liedjes te schrijven met anderen. Dan werk ik het liefst samen met een instrumentalist, dan komen de ingevingen sneller. Ik schrijf ook liedjes voor andere artiesten. Dan moet je een stap buiten je normale denkwereld doen en waar je normaal over denkt en spreekt. Dat is erg leuk. Mijn muziek is vaak wat donkerder, maar ik hou er ook erg van om geinige popliedjes te schrijven. Het geeft mijn componeren wat luchtigheid.”
Zoek voor de donkere muziek van Violet Skies onder het genre 'Alternatieve Pop'. “Ik heb altijd veel en heel verschillende invloeden gehad. Klassieke muziek, donkere electro, popmuziek, de blues, soul. Ik denk dat mijn muziek net wat moeilijker definieerbaar is en daarom maar alternatieve pop wordt genoemd omdat het moeilijk onder een genre te plakken is. Ik schrijf ook over traditionele onderwerpen als relaties en liefde, maar dan net even anders als de doorsnee liedjes. Wel een echte inspiratie is Wales waar ik vandaan kom. Mijn eerste EP 'Dragons' laat dat wel zien. De draak staat ook op de vlag van Wales. Ik word ook van harte en gul ondersteund door de muziekbusiness in Wales. BBC Wales en de Welsh Arts Council hebben zich ingezet dat ik nu naar Eurosonic mag en zijn daarbij erg belangrijk geweest. Ook mijn optreden op het festival van Glastonbury in 2014 is mede door de inspanningen van deze organisaties mogelijk gemaakt.”
Recent stond Violet Skies in het voorprogramma van Kimberly Anne. Het zijn ervaringen waar de zangeres zoveel mogelijk van profiteert en leert. “Ik heb nu een aantal shows gedaan als voorprogramma van andere artiesten. Je steekt er enorm veel van op. Hoe je moet omgaan met fans, hoe liedjes in verschillende ruimtes een heel andere uitwerking hebben en hoe de artiesten waar je bij in het voorprogramma staat het aanpakken. Ik heb één show voor Kimberly Anne gedaan. Zij is zo verbazingwekkend bij haar optredens. Ik heb zoveel van haar geleerd, alleen al van die ene show!”
Begin van dit jaar publiceerde Violet Skies de EP 'Dragons'. Een opmaat naar meer. “Hou je vast. Nieuwe muziek is onderweg. Ik wil het nu precies goed hebben. Dat is belangrijk. 'Dragons' was voornamelijk een kennismaking met mij en mijn muziek. Het is mijn eerste solo EP. We hebben er eigenlijk weinig over nagedacht. Ik hield van die nummers en wilde ze delen met anderen.” De introductie van Euronic overvalt haar. 'Wouw, ik wist niet dat mijn muziek geraffineerd en zinnenprikkelend werd gevonden, Het schept verwachtingen, maar ik denk dat het goed is om je niet teveel door die verwachtingen te laten leiden. Ik vind het wel cool dat mensen er al naar uit kijken en me prijzen. Ik hoop dat het een groot publiek gaat opleveren. Ik hoor geweldige dingen van het Nederlands publiek”, schuift Violet Skies het verwachtingspatroon handig door. “Ik kan niet wachten om met de band nieuwe liedjes te gaan spelen in Groningen. Het is een publiek dat nog een onbeschreven blad is als het om mijn muziek gaat. De meeste mensen zullen nog niks of weinig van me hebben gehoord. Het zal voor beide kanten een totaal nieuwe ervaring zijn en ik hou echt van nieuwe ervaringen!” Het is duidelijk; de koffers van Violet Skies staan al bijna gepakt. “Ik kijk echt uit naar Eurosonic, het is ook nog eens mijn eerste buitenlandse optreden”, jubelt de zangeres.
Violet Skies treedt op tijdens Eurosonic in Groningen van 13-16 januari 2016.
GRONINGEN – Je buitenlands debuut maken op de grootste showcase van Europa qua muziek. De Britse Violet Skies durft het aan. Ze zal optreden in Groningen tijdens Eurosonic dat van 13 tot en met 16 januari 2016 wordt gehouden. “Het woord "filmisch" wordt vaak toegepast bij muziek met sterke verbeeldingskracht. Het minimalistische, dromerige popgeluid van de uit Wales afkomstige muzikante Violet Skies is echter te geraffineerd en zinnenprikkelend om zich als zodanig te laten omschrijven. Op het podium combineert Violet Skies neo-klassieke elementen met tintelende trapbeats en samples, terwijl haar onderkoelde zang fungeert als krachtig middelpunt”, citeren we haar korte bio van Eurosonic. Reden genoeg om nader te gaan kennismaken met de 'Welsh Gel' die uitkijkt naar haar kennismaking met het Nederlands publiek.
Dat ze nog niet op het podium stond in Nederland heeft weinig te maken met podiumvrees. “Ik was 3 en klom op het podium van de plaatselijke pub en begon daar op te treden. Het was de eerste keer dat mijn ouders me publiekelijk zagen zingen. Van daar uit heb ik me met optredens en lessen gitaar en zang ontwikkeld. Ik nam het allemaal niet zo serieus tot ik een jaar of 15/16 was. Ik begon op die leeftijd met het schrijven van mijn eigen muziek.Ik heb mijn hele leven gezongen, het is eigenlijk best moeilijk om te zeggen wanneer ik met de muziek ben begonnen.”
Inmiddels is Violet Skies een gevierd liedjessmid die niet alleen voor zichzelf, maar ook voor anderen schrijft. “Het schrijven van een liedje begint bij mij met de tekst. Ik word altijd geïnspireerd door een erg persoonlijke gebeurtenis die ik probeer over te brengen op een manier die iedereen begrijpt. Soms als ik met een tekst bezig ben, openbaart het liedje zich al compleet aan me, wat eigenlijk best raar is. Ik hoef er helemaal niet over na te denken. Ideëen voor teksten heb ik dagelijks. Als ik in bad zit of in de trein vormt zich dat in mijn hoofd. Ik werk ook veel samen om liedjes te schrijven met anderen. Dan werk ik het liefst samen met een instrumentalist, dan komen de ingevingen sneller. Ik schrijf ook liedjes voor andere artiesten. Dan moet je een stap buiten je normale denkwereld doen en waar je normaal over denkt en spreekt. Dat is erg leuk. Mijn muziek is vaak wat donkerder, maar ik hou er ook erg van om geinige popliedjes te schrijven. Het geeft mijn componeren wat luchtigheid.”
Zoek voor de donkere muziek van Violet Skies onder het genre 'Alternatieve Pop'. “Ik heb altijd veel en heel verschillende invloeden gehad. Klassieke muziek, donkere electro, popmuziek, de blues, soul. Ik denk dat mijn muziek net wat moeilijker definieerbaar is en daarom maar alternatieve pop wordt genoemd omdat het moeilijk onder een genre te plakken is. Ik schrijf ook over traditionele onderwerpen als relaties en liefde, maar dan net even anders als de doorsnee liedjes. Wel een echte inspiratie is Wales waar ik vandaan kom. Mijn eerste EP 'Dragons' laat dat wel zien. De draak staat ook op de vlag van Wales. Ik word ook van harte en gul ondersteund door de muziekbusiness in Wales. BBC Wales en de Welsh Arts Council hebben zich ingezet dat ik nu naar Eurosonic mag en zijn daarbij erg belangrijk geweest. Ook mijn optreden op het festival van Glastonbury in 2014 is mede door de inspanningen van deze organisaties mogelijk gemaakt.”
Recent stond Violet Skies in het voorprogramma van Kimberly Anne. Het zijn ervaringen waar de zangeres zoveel mogelijk van profiteert en leert. “Ik heb nu een aantal shows gedaan als voorprogramma van andere artiesten. Je steekt er enorm veel van op. Hoe je moet omgaan met fans, hoe liedjes in verschillende ruimtes een heel andere uitwerking hebben en hoe de artiesten waar je bij in het voorprogramma staat het aanpakken. Ik heb één show voor Kimberly Anne gedaan. Zij is zo verbazingwekkend bij haar optredens. Ik heb zoveel van haar geleerd, alleen al van die ene show!”
Begin van dit jaar publiceerde Violet Skies de EP 'Dragons'. Een opmaat naar meer. “Hou je vast. Nieuwe muziek is onderweg. Ik wil het nu precies goed hebben. Dat is belangrijk. 'Dragons' was voornamelijk een kennismaking met mij en mijn muziek. Het is mijn eerste solo EP. We hebben er eigenlijk weinig over nagedacht. Ik hield van die nummers en wilde ze delen met anderen.” De introductie van Euronic overvalt haar. 'Wouw, ik wist niet dat mijn muziek geraffineerd en zinnenprikkelend werd gevonden, Het schept verwachtingen, maar ik denk dat het goed is om je niet teveel door die verwachtingen te laten leiden. Ik vind het wel cool dat mensen er al naar uit kijken en me prijzen. Ik hoop dat het een groot publiek gaat opleveren. Ik hoor geweldige dingen van het Nederlands publiek”, schuift Violet Skies het verwachtingspatroon handig door. “Ik kan niet wachten om met de band nieuwe liedjes te gaan spelen in Groningen. Het is een publiek dat nog een onbeschreven blad is als het om mijn muziek gaat. De meeste mensen zullen nog niks of weinig van me hebben gehoord. Het zal voor beide kanten een totaal nieuwe ervaring zijn en ik hou echt van nieuwe ervaringen!” Het is duidelijk; de koffers van Violet Skies staan al bijna gepakt. “Ik kijk echt uit naar Eurosonic, het is ook nog eens mijn eerste buitenlandse optreden”, jubelt de zangeres.
Violet Skies treedt op tijdens Eurosonic in Groningen van 13-16 januari 2016.
Robb Murphy komt graag terug
BELFAST – Met een flink aantal optredens in het Noorden van het land sloot Robb Murphy met zijn band onlangs met optredens in Spijkerboor en Harlingen zijn toernee door Nederland af. Het beviel Murphy in Nederland en hij kondigde direct zijn terugkeer aan. “Volgend jaar kom ik terug. Waarschijnlijk weer een toernee met de hele band, maar tussendoor misschien ook nog wel een keer alleen. Je merkt dat het hier in Nederland begint te groeien.” In afwachting van die komende bezoeken van Murphy een gesprek met de man uit Belfast.
“Ik ben begonnen met componeren op een keyboard die ik ooit van mijn ouders heb gehad toen ik jong was. Gewoon wat instrumentele liedjes, Ik speelde op school instrumenten als trompet en trombone. Mijn broer kocht een gitaar en die leende ik”, vertelt Robb Murphy. “Ik leerde mezelf gitaar spelen en met een paar simpele accoorden kon ik liedjes schrijven. Ik begon er teksten bij te verzinnen. Geen afgeronde liedjes, maar gewoon wat kreten die me in gedachten kwamen als ik aan het spelen was. Veel later ben ik pas begonnen om deze aanzet tot teksten te combineren en proberen om er wat structuur en betekenis aan te geven. Het voelde als een heel natuurlijk proces. Ik had er een passie voor, het gaf me een afleiding van het dagelijks leven. Even iets anders aan mijn hoofd en dat doet het tot op de dag van vandaag. Als kind was er altijd al muziek in ons huis. Mijn vader speelde zijn country tapes af en floot duchtig mee. Mijn moeder had haar platen uit de jaren '60 en we dansten daarop mee. Hier stamt mijn interesse voor muziek. Mijn oudere broer en zus waren ook altijd aan het muziek maken toen ik opgroeide. We maakten onze eigen gitaren van dozen en elastiek en sloegen op potten en pannen. Het hoorde er gewoon bij, het was geen bewuste keus, muziek maken deden we van nature.”
Robb Murphy besluit uiteindelijk muziek te gaan studeren aan de uiniversiteit. “Ik ben opgegroeid in Comber, een klein plaatsje niet zo heel ver van Belfast. Ik had een paar vrienden die ook speelden en samen maakten we muziek. We vormden ee band en speelden puur vor het plezier in de jongerencentra in de buurt. Ik besloot te gaan studeren in Edinburgh, maar na een jaar ben ik overgestapt naar de studie Music Technology aan Queens University in Belfast. Daar nam mijn muzikale loopbaan echt serieuze vormen aan. Muziek ging een steeds belangrijkere plek in mijn leven innemen. Ik leerde meer muzikanten kennen, ging veel naar optredens en voelde me thuis in de music scene. Met een aantal klasgenoten richtten we een band op en begonnen met spelen in lokale kroegen op singer-songwriter avonden en open podia. Belfast en omgeving is een heel inspirerende stad, maar hoe ik ook hou van die stad, ik hou er nog veel meer van om het platteland in te rijden of naar zee te gaan. Heerlijk de natuur in en daar hebben we veel van in Noord-Ierland. Daar doe ik echt mijn inspiratie op.”
Via de band The Minority kwam Murphy terecht in de grunge en indie hoek. In 2011 bracht de zanger met 'Take a Stand, zijn eerste eigen plaat uit, meer in de richting van pop en folk. Met succes. Hij werd opgemerkt. Met een lied 'Tiny Dancer', waarvoor de opbrengst was bestemd voor medisch onderzoek had Murphy zelfs zijn eerste nummer 1 hit te pakken in Ierland. “De meeste van mijn liedjes gaan over het gewone dagelijkse leven. Wat ik meemaak, wat me in gedachten schiet en meestal hebben ze als thema dat je trouw aan jezelf moet blijven en niet moet toegeven aan de druk uit de maatschappij om in een bepaald laadje te passen. De natuur speelt een belangrijke rol in mijn werk, net als relaties met vrienden en familie. De meeste van mijn liedjes onstaan vanuit een bepaalde volgorden van accoorden op mijn gitaar. Als ik wat aan het spelen ben ontstaat zoiets. Soms krijg ik ook in mijn hoofd zomaar een bepaalde melodie. Als ik er dan wat tekst bij heb, ontstaan er een thema voor zo'n lied en probeer ik daaraan te bouwen. Soms lukt dat ook niet, dan moet het terug naar de tekentafel of laat ik het liedje in de steek. De liedjes waar ik het meest tevreden over ben, zijn vaak de liedjes die als van nature zijn ontstaan en zonder zwaar denkwerk.”
Dit jaar verscheen het album 'Sleep Tonight'. Een album met een duidelijk doel en plan er achter. “Met mijn eerste album 'Take a Stand' had ik eigenlijk geen plan. Ik was eigenlijk helemaal niet van plan een album op te nemen. Ik had een paar liedjes en toen ik die aan anderen liet horen, vielen ze erg in de smaak. Dat moedigde me aan om door te gaan. Zo ontstond er een album, zonder gedachte erachter of structuur, gewoon een verzameling van liedjes en geëxperimenteer met verschillende manieren van schrijven en opnemen. Ik had geen enkele verwachting van het album, maar de BBC pikte het op en het kreeg veel aandacht. Ik werd gevraagd om een BBC live session te doen, maar had zelfs geen band. Een aantal jaar later had ik een vaste groep vrienden om mee te spelen bij optredens en voelde ik me meer op gemak met mijn muziek. Ik wilde een album opnemen alsof het mijn eerste was. Ik wilde liedjes die eenvoudiger waren, meer gefocused op songwriting en minder afhankelijk van productie. Liedjes die op hun zelf zouden staan en je zowel met een band als alleen kan uitvoeren. Ik heb in Italië een huisje gehuurd ver weg van iedereen in een afgelegen stadje. Er was geen TV en geen Wifi en heb daar een maand lang niets anders gedaan dan liedjes geschreven en van de natuur genieten. Ik heb in die maand heel veel liedjes geschreven, maar in Italië voor ik naar huis kwam ook direct de selectie gemaak voor het album. Met deze liedjes zijn we een jaar lang met de band aan het spelen geweest. We hebben de liedjes leren kennen en verder uitgewerkt met arrangementen. Uiteindelijk hebben we onze eigen studio gecreërd en het album zelf op genomen. Het belangrijkste doel was om de productie minimaal te houden en zo een zo oorspronkelijk mogelijk geluid te houden. Op het laatst heeft het Ulster String Quartet nog meegewerkt. Dat zijn allemaal leden van het Ulster Orkest. Dit was echt een aanvulling voor het album qua productie, waarbij we toch die akoestische sound wisten te bewaren.”
Aan het einde van de tour vertelt Murphy hoe graag hij naar Nederland komt. Volgend jaar in ieder geval weer met de band en wie weet tussen doo alleen met zijn gitaar of in kleine bezetting. “We houden van die optredens in Nederland. We krijgen zoveel positieve reacties en mensen komen na het optreden op ons af om met ons een praatje te maken. De eerste keer in Nederland speelden we vooral in Ierse bars en dat was erg leuk, maar de afgelopen toer hebben we vooral podia met een luisterend publiek opgezocht. Dat werkte wonderwel. Na afloop heb ik vaak aan mensen uit het publiek gevraagd of de boodschap van de liedjes overkwam. Het is toch een taal die niet hun moedertaal is. Natuurlijk horen en spreken Nederlanders veel meer Engels dan wij Nederlands, maar je heb ook verschillende uitdrukkingen en accenten die toch een andere draai aan een liedje kunnen geven. Het was erg mooi om te merken dat eigenlijk iedereen wel het gevoel van het liedje en de boodschap begreep. Dat geeft een geweldig gevoel en ook mensen die hier in de muziek werken reiken ons een helpende hand aan. Dat is erg bemoedigend”, besluit Murphy, alweer druk aan het kijken waar en wanneer hij terug kan komen naar Nederland.
BELFAST – Met een flink aantal optredens in het Noorden van het land sloot Robb Murphy met zijn band onlangs met optredens in Spijkerboor en Harlingen zijn toernee door Nederland af. Het beviel Murphy in Nederland en hij kondigde direct zijn terugkeer aan. “Volgend jaar kom ik terug. Waarschijnlijk weer een toernee met de hele band, maar tussendoor misschien ook nog wel een keer alleen. Je merkt dat het hier in Nederland begint te groeien.” In afwachting van die komende bezoeken van Murphy een gesprek met de man uit Belfast.
“Ik ben begonnen met componeren op een keyboard die ik ooit van mijn ouders heb gehad toen ik jong was. Gewoon wat instrumentele liedjes, Ik speelde op school instrumenten als trompet en trombone. Mijn broer kocht een gitaar en die leende ik”, vertelt Robb Murphy. “Ik leerde mezelf gitaar spelen en met een paar simpele accoorden kon ik liedjes schrijven. Ik begon er teksten bij te verzinnen. Geen afgeronde liedjes, maar gewoon wat kreten die me in gedachten kwamen als ik aan het spelen was. Veel later ben ik pas begonnen om deze aanzet tot teksten te combineren en proberen om er wat structuur en betekenis aan te geven. Het voelde als een heel natuurlijk proces. Ik had er een passie voor, het gaf me een afleiding van het dagelijks leven. Even iets anders aan mijn hoofd en dat doet het tot op de dag van vandaag. Als kind was er altijd al muziek in ons huis. Mijn vader speelde zijn country tapes af en floot duchtig mee. Mijn moeder had haar platen uit de jaren '60 en we dansten daarop mee. Hier stamt mijn interesse voor muziek. Mijn oudere broer en zus waren ook altijd aan het muziek maken toen ik opgroeide. We maakten onze eigen gitaren van dozen en elastiek en sloegen op potten en pannen. Het hoorde er gewoon bij, het was geen bewuste keus, muziek maken deden we van nature.”
Robb Murphy besluit uiteindelijk muziek te gaan studeren aan de uiniversiteit. “Ik ben opgegroeid in Comber, een klein plaatsje niet zo heel ver van Belfast. Ik had een paar vrienden die ook speelden en samen maakten we muziek. We vormden ee band en speelden puur vor het plezier in de jongerencentra in de buurt. Ik besloot te gaan studeren in Edinburgh, maar na een jaar ben ik overgestapt naar de studie Music Technology aan Queens University in Belfast. Daar nam mijn muzikale loopbaan echt serieuze vormen aan. Muziek ging een steeds belangrijkere plek in mijn leven innemen. Ik leerde meer muzikanten kennen, ging veel naar optredens en voelde me thuis in de music scene. Met een aantal klasgenoten richtten we een band op en begonnen met spelen in lokale kroegen op singer-songwriter avonden en open podia. Belfast en omgeving is een heel inspirerende stad, maar hoe ik ook hou van die stad, ik hou er nog veel meer van om het platteland in te rijden of naar zee te gaan. Heerlijk de natuur in en daar hebben we veel van in Noord-Ierland. Daar doe ik echt mijn inspiratie op.”
Via de band The Minority kwam Murphy terecht in de grunge en indie hoek. In 2011 bracht de zanger met 'Take a Stand, zijn eerste eigen plaat uit, meer in de richting van pop en folk. Met succes. Hij werd opgemerkt. Met een lied 'Tiny Dancer', waarvoor de opbrengst was bestemd voor medisch onderzoek had Murphy zelfs zijn eerste nummer 1 hit te pakken in Ierland. “De meeste van mijn liedjes gaan over het gewone dagelijkse leven. Wat ik meemaak, wat me in gedachten schiet en meestal hebben ze als thema dat je trouw aan jezelf moet blijven en niet moet toegeven aan de druk uit de maatschappij om in een bepaald laadje te passen. De natuur speelt een belangrijke rol in mijn werk, net als relaties met vrienden en familie. De meeste van mijn liedjes onstaan vanuit een bepaalde volgorden van accoorden op mijn gitaar. Als ik wat aan het spelen ben ontstaat zoiets. Soms krijg ik ook in mijn hoofd zomaar een bepaalde melodie. Als ik er dan wat tekst bij heb, ontstaan er een thema voor zo'n lied en probeer ik daaraan te bouwen. Soms lukt dat ook niet, dan moet het terug naar de tekentafel of laat ik het liedje in de steek. De liedjes waar ik het meest tevreden over ben, zijn vaak de liedjes die als van nature zijn ontstaan en zonder zwaar denkwerk.”
Dit jaar verscheen het album 'Sleep Tonight'. Een album met een duidelijk doel en plan er achter. “Met mijn eerste album 'Take a Stand' had ik eigenlijk geen plan. Ik was eigenlijk helemaal niet van plan een album op te nemen. Ik had een paar liedjes en toen ik die aan anderen liet horen, vielen ze erg in de smaak. Dat moedigde me aan om door te gaan. Zo ontstond er een album, zonder gedachte erachter of structuur, gewoon een verzameling van liedjes en geëxperimenteer met verschillende manieren van schrijven en opnemen. Ik had geen enkele verwachting van het album, maar de BBC pikte het op en het kreeg veel aandacht. Ik werd gevraagd om een BBC live session te doen, maar had zelfs geen band. Een aantal jaar later had ik een vaste groep vrienden om mee te spelen bij optredens en voelde ik me meer op gemak met mijn muziek. Ik wilde een album opnemen alsof het mijn eerste was. Ik wilde liedjes die eenvoudiger waren, meer gefocused op songwriting en minder afhankelijk van productie. Liedjes die op hun zelf zouden staan en je zowel met een band als alleen kan uitvoeren. Ik heb in Italië een huisje gehuurd ver weg van iedereen in een afgelegen stadje. Er was geen TV en geen Wifi en heb daar een maand lang niets anders gedaan dan liedjes geschreven en van de natuur genieten. Ik heb in die maand heel veel liedjes geschreven, maar in Italië voor ik naar huis kwam ook direct de selectie gemaak voor het album. Met deze liedjes zijn we een jaar lang met de band aan het spelen geweest. We hebben de liedjes leren kennen en verder uitgewerkt met arrangementen. Uiteindelijk hebben we onze eigen studio gecreërd en het album zelf op genomen. Het belangrijkste doel was om de productie minimaal te houden en zo een zo oorspronkelijk mogelijk geluid te houden. Op het laatst heeft het Ulster String Quartet nog meegewerkt. Dat zijn allemaal leden van het Ulster Orkest. Dit was echt een aanvulling voor het album qua productie, waarbij we toch die akoestische sound wisten te bewaren.”
Aan het einde van de tour vertelt Murphy hoe graag hij naar Nederland komt. Volgend jaar in ieder geval weer met de band en wie weet tussen doo alleen met zijn gitaar of in kleine bezetting. “We houden van die optredens in Nederland. We krijgen zoveel positieve reacties en mensen komen na het optreden op ons af om met ons een praatje te maken. De eerste keer in Nederland speelden we vooral in Ierse bars en dat was erg leuk, maar de afgelopen toer hebben we vooral podia met een luisterend publiek opgezocht. Dat werkte wonderwel. Na afloop heb ik vaak aan mensen uit het publiek gevraagd of de boodschap van de liedjes overkwam. Het is toch een taal die niet hun moedertaal is. Natuurlijk horen en spreken Nederlanders veel meer Engels dan wij Nederlands, maar je heb ook verschillende uitdrukkingen en accenten die toch een andere draai aan een liedje kunnen geven. Het was erg mooi om te merken dat eigenlijk iedereen wel het gevoel van het liedje en de boodschap begreep. Dat geeft een geweldig gevoel en ook mensen die hier in de muziek werken reiken ons een helpende hand aan. Dat is erg bemoedigend”, besluit Murphy, alweer druk aan het kijken waar en wanneer hij terug kan komen naar Nederland.
Tuff Luck presenteert eerste album
AMEN – Kees Bode kennen we allemaal van De Kast waar hij de meester van de toetsen is. Naast de landelijke bekende band speelt hij ook in de Friese Bluesband Tuff Luck. Deze formatie presenteert op zaterdagmiddag 21 november in De Amer in Amen hun eerste album. Tijd voor een gesprek met Bode over de Friese Blues. Net thuis van een expeditie naar de Woestijngrasmus, want naast muzikant is Kees Bode een fanatiek vogelaar, neemt Bode thuis in Kollum tijd om over het nieuwe project te vertellen. Is er zoiets als Friese Blues?
“In Friesland heb je wel een paar bluesbandjes, maar ik geloof niet dat het zo leeft als in Drenthe”, overpeinst Bode die vraag. “Friesland heeft niet een blues grootheid gekend met landelijke bekendheid als Cuby & the Blizzards. Harry Muskee is natuurlijk enorm belangrijk geweest voor het levend houden van de blues in Drenthe. Mijn eerste liefde in de muziek was de band CCR (Creedence Clearwater Revival) Via deze band ontdekte ik de blues en begon ik muziek te verzamelen van meer pure bluesartiesten als Albert Collins, Robert Cray en B.B.King.” Met De Kast zou Kees Bode nog in het voorprogramma spelen van B.B. King.
De persoonlijk muzikale achtergrond van Bode ligt nog veel eerder. Daarvoor mogen we de buurvrouw en achterbuurvrouw van het gezin Bode danken. “De muziek is spontaan in mijn leven gekomen. Mijn ouders spelen beide geen enkel instrument. Zij ontdekten mijn muzikaliteit toen ik op mijn vierde bij de buurvrouw op de piano, met de radio mee zat te spelen. Toevallig was mijn achterbuurvrouw pianolerares. Ik wilde eigenlijk Ornitholoog worden, maar mijn conciërge van de HAVO in Dokkum, haalde me in 1985 over om in zijn nieuwe bandje te spelen. Daarna werd het ieder jaar iets serieuzer. Rond 2002 begon ik erin te geloven dat het ons zou gaan lukken om van de muziek te kunnen leven en besloot ik er vol voor te gaan.”
In 1985 begint Bode te spelen met latere De Kast leden Peter en Syb van der Ploeg. Het zijn de wortels van de succesvolle band De Kast waarmee Bode triomfen vierde “Met De Kast vieren we dit jaar ons 25 jarig bestaan. We zitten momenteel midden in een theater tournee door heel Nederland en hebben een nieuwe cd gemaakt. Het verloopt erg succesvol. Naast De Kast heb ik altijd in een bluesbandje gespeeld. Het zijn eigenlijk 2 muzikale werelden. Bij De Kast speel ik mooie melodieuze luisterliedjes of poprock songs en ligt nagenoeg iedere noot die ik voortbreng vast. De blues bestaat echter voor een groot deel uit improvisatie en heb ik een veel vrijere rol. Die afwisseling werkt voor mij erg goed.” Eerst speelde Bode naast De Kast in bandjes als Bullo waarmee hij de soul opzocht en bluesband Ubrabaya. Nu dus Tuff Luck, waarin hij speelt met zanger en gitarist Rogier Trampe, Peter Hartman op bas en de percussie en drums zijn in handen bij Douwe-Jan Pol. “We zijn begin 2014 met Tuff Luck begonnen als een avondje 'bier en blues' . Heel vrijblijvend dus, maar in de loop van het jaar begonnen de ambities steeds wat groter te worden. Na een jaar repeteren wilden we graag wat optredens, maar kroeg en zaal eigenaren vroegen steeds wel eerst of ze iets konden beluisteren. Daarom besloten we een leuke opname te maken. Veel bluesbandjes spelen een soort van hard-rock blues, maar wij besloten iets dichter bij de oorsprong te blijven. Persoonlijk hoor ik echter bluesmuziek liever 'live', dan een opname ervan.”
Voor het album werd eigen materiaal geschreven. Bode legt uit hoe dat in zijn werk ging. “Ik heb een eigen manier van liedjes maken: Ik ga zo veel mogelijk achter de piano of met een gitaar zitten, om te kijken of ik inspiratie heb. Ik sla wat aan en begin een soort onzin Engelse tekst te zingen. Ik ga net zo lang door totdat het geraamte van het nummer voor mijn gevoel af is, of totdat ik constateer dat het deze keer niets gaat worden. Als ik tevreden ben over de akkoordvolgorde en de melodie, maak ik een filmpje van mijzelf met mijn fototoestel, zodat ik het niet vergeet. Daarna of later probeer ik een tekst op de melodie te maken. Het onderwerp voor de tekst kan ik eerder bedacht hebben of het ontstaat spontaan. Ik verwerk graag mijn liefde voor de natuur in mijn onderwerpen. Bij Tuff Luck spelen we ook oude, maar minder bekende, bestaande bluesnummers.” Het is allemaal terecht gekomen op de fraaie CD 'The Other Side of he Blues'. Het antwoord of er Friese blues is kan bevestigend worden beantwoord. Ja. Ook in Friesland is er een vruchtbare bodem. Voor de presentatie van het album wordt toch uitgeweken na het thuisland van de Nederlandse blues. Harry Muskee is nooit verweg. In De Amer in Amen klinkt op 21 november de blues.
Tuff Luck presenteert zijn album op zaterdagmiddag 21 november in De Amer in Amen.
AMEN – Kees Bode kennen we allemaal van De Kast waar hij de meester van de toetsen is. Naast de landelijke bekende band speelt hij ook in de Friese Bluesband Tuff Luck. Deze formatie presenteert op zaterdagmiddag 21 november in De Amer in Amen hun eerste album. Tijd voor een gesprek met Bode over de Friese Blues. Net thuis van een expeditie naar de Woestijngrasmus, want naast muzikant is Kees Bode een fanatiek vogelaar, neemt Bode thuis in Kollum tijd om over het nieuwe project te vertellen. Is er zoiets als Friese Blues?
“In Friesland heb je wel een paar bluesbandjes, maar ik geloof niet dat het zo leeft als in Drenthe”, overpeinst Bode die vraag. “Friesland heeft niet een blues grootheid gekend met landelijke bekendheid als Cuby & the Blizzards. Harry Muskee is natuurlijk enorm belangrijk geweest voor het levend houden van de blues in Drenthe. Mijn eerste liefde in de muziek was de band CCR (Creedence Clearwater Revival) Via deze band ontdekte ik de blues en begon ik muziek te verzamelen van meer pure bluesartiesten als Albert Collins, Robert Cray en B.B.King.” Met De Kast zou Kees Bode nog in het voorprogramma spelen van B.B. King.
De persoonlijk muzikale achtergrond van Bode ligt nog veel eerder. Daarvoor mogen we de buurvrouw en achterbuurvrouw van het gezin Bode danken. “De muziek is spontaan in mijn leven gekomen. Mijn ouders spelen beide geen enkel instrument. Zij ontdekten mijn muzikaliteit toen ik op mijn vierde bij de buurvrouw op de piano, met de radio mee zat te spelen. Toevallig was mijn achterbuurvrouw pianolerares. Ik wilde eigenlijk Ornitholoog worden, maar mijn conciërge van de HAVO in Dokkum, haalde me in 1985 over om in zijn nieuwe bandje te spelen. Daarna werd het ieder jaar iets serieuzer. Rond 2002 begon ik erin te geloven dat het ons zou gaan lukken om van de muziek te kunnen leven en besloot ik er vol voor te gaan.”
In 1985 begint Bode te spelen met latere De Kast leden Peter en Syb van der Ploeg. Het zijn de wortels van de succesvolle band De Kast waarmee Bode triomfen vierde “Met De Kast vieren we dit jaar ons 25 jarig bestaan. We zitten momenteel midden in een theater tournee door heel Nederland en hebben een nieuwe cd gemaakt. Het verloopt erg succesvol. Naast De Kast heb ik altijd in een bluesbandje gespeeld. Het zijn eigenlijk 2 muzikale werelden. Bij De Kast speel ik mooie melodieuze luisterliedjes of poprock songs en ligt nagenoeg iedere noot die ik voortbreng vast. De blues bestaat echter voor een groot deel uit improvisatie en heb ik een veel vrijere rol. Die afwisseling werkt voor mij erg goed.” Eerst speelde Bode naast De Kast in bandjes als Bullo waarmee hij de soul opzocht en bluesband Ubrabaya. Nu dus Tuff Luck, waarin hij speelt met zanger en gitarist Rogier Trampe, Peter Hartman op bas en de percussie en drums zijn in handen bij Douwe-Jan Pol. “We zijn begin 2014 met Tuff Luck begonnen als een avondje 'bier en blues' . Heel vrijblijvend dus, maar in de loop van het jaar begonnen de ambities steeds wat groter te worden. Na een jaar repeteren wilden we graag wat optredens, maar kroeg en zaal eigenaren vroegen steeds wel eerst of ze iets konden beluisteren. Daarom besloten we een leuke opname te maken. Veel bluesbandjes spelen een soort van hard-rock blues, maar wij besloten iets dichter bij de oorsprong te blijven. Persoonlijk hoor ik echter bluesmuziek liever 'live', dan een opname ervan.”
Voor het album werd eigen materiaal geschreven. Bode legt uit hoe dat in zijn werk ging. “Ik heb een eigen manier van liedjes maken: Ik ga zo veel mogelijk achter de piano of met een gitaar zitten, om te kijken of ik inspiratie heb. Ik sla wat aan en begin een soort onzin Engelse tekst te zingen. Ik ga net zo lang door totdat het geraamte van het nummer voor mijn gevoel af is, of totdat ik constateer dat het deze keer niets gaat worden. Als ik tevreden ben over de akkoordvolgorde en de melodie, maak ik een filmpje van mijzelf met mijn fototoestel, zodat ik het niet vergeet. Daarna of later probeer ik een tekst op de melodie te maken. Het onderwerp voor de tekst kan ik eerder bedacht hebben of het ontstaat spontaan. Ik verwerk graag mijn liefde voor de natuur in mijn onderwerpen. Bij Tuff Luck spelen we ook oude, maar minder bekende, bestaande bluesnummers.” Het is allemaal terecht gekomen op de fraaie CD 'The Other Side of he Blues'. Het antwoord of er Friese blues is kan bevestigend worden beantwoord. Ja. Ook in Friesland is er een vruchtbare bodem. Voor de presentatie van het album wordt toch uitgeweken na het thuisland van de Nederlandse blues. Harry Muskee is nooit verweg. In De Amer in Amen klinkt op 21 november de blues.
Tuff Luck presenteert zijn album op zaterdagmiddag 21 november in De Amer in Amen.
Lucy Ward: “Ik ben opgegroeid in een huis vol LP's”
STEENDAM – In de Britse Folk wereld is Lucy Ward al een aantal jaar een sensatie. In 2012 ontving ze de Horizon Award for best newcomer bij de BBC Radio 2 Folk Awards. Die komeetachtige opkomst heeft de Britse weten te bestendigen en ze is nu een absolute headliner met haar eigen stijl op de vele folkfestivals bij onze overzeese buren. Op dit moment toert ze met veel succes door Duitsland. Aansluitend komt ze ook nog even naar Nederland voor een concert op het podium van Peter & Leni in Steendam op vrijdag 20 november. Uitbater Peter van Zeijl is al maanden 'over the moon' dat deze topartieste juist bij hem komt optreden. In Duitsland spraken we met Lucy Ward waar ze even tijd maakte.
“Ik ben opgegroeid met muziek”, vertelt Lucy Ward. “Niet met mensen die instrumenten bespeelden, maar met een huis vol LP's en CD's. Er was altijd muziek en we waren altijd aan het meezingen. Ik denk dat daar mijn liefde voor muziek is ontstaan. Het zit in mijn botten.” Eén van de muzieksoorten die Lucy Ward specifiek erg aansprak waren de Britse traditionals. Liedjes die in hun oorsprong soms honderden jaren oud zijn, maar soms redelijk intact, soms via transformaties ook nu nog veel zeggingskracht hebben. “Ik vind het niet zo belangrijk wanneer een lied is geschreven. Alle folk liedjes gaan over de gemoedstoestand van de mens. Dat interesseert me! Hoe de mens omgaat met liefde, pijn, jaloezie, blijdschap en all andere emoties. Dit blijft jaar na jaar hetzelfde, zelfs als de context veranderd.”
Zelf staat Lucy Ward ook bekend als een uitzonderlijk schrijfster van liedjes. Ze is een echte storyteller die haar inspiratie vind op tal van plaatsen. “Mijn inspiratie voor liedjes is gevarieerd. Soms is het heel direct. Een idee of een verhaal dat ik wil vertellen. Op andere momenten is het meer een stemming of een gevoel dat ik wil vertolken. Soms begint het met een zinnetje dat ik maar niet uit mijn hoofd krijg tot het liedje is geschreven. Meestal ga ik maar gewoon zitten met mijn gitaar en kijk wat er gebeurd en wat dan te voorschijn komt.” Dat gaan zitten met gitaar doet ze vaak in Derby, de plek in Groot Brittanië waar ze woont. “Derby is een stad temidden van een prachtig landschap. Ik denk dat de lange geschiedenis die de stad heeft en mijn wortels in de stad zeker hun weerslag hebben op mijn werk. Ze hebben mede mijn liedjes gevormd. Soms omdat ik liedjes schrijf gebasseerd op locale verhalen, maar ook door het gevoel daar thuis te zijn.”
Naast een begenadigd liedjesschrijfster en een voortreffelijk zangeres is Lucy Ward een echte persoonlijkheid op het podium met vaak onderscheidende kleding en aanverwante zaken. Een entertainer in optima forma of ze nou alleen op het podium staat of met band. “Ik draag gewoon wat mij blij maakt als ik het draag. Ik zou nooit mijn uiterlijk of mijn stijl veranderen om in een bepaald genre van de muziek te passen. Het is vreemd. Sommige mensen betittelen de heldere kleuren in mijn haar en mijn extravagante outfits een gimmick. Zo heb ik er nooit over nagedacht. Ik verf mijn haar en draag gekke kleuren omdat ik het leuk vind. Dat deed ik al voor ik muzikant was en dat zal ik ook blijven doen of ik nu bekend ben of niet.”
De huidige toer is mede ter promotie van haar nieuwste album 'I Dreamt I Was a Bird' dat vorige maand verscheen. Een album dat nu al de aandacht heeft getrokken en zeer positief wordt gewaardeerd. Het is het derde album van Ward na 'Adelphi has to Fly' en 'Single Flame', die ze in voorgaande jaren uitbracht. 'I Dreamt I Was A Bird' is een album die zijn sound in de studio heeft gevonden. Ik ging de opnames in met een aantal ruwe liedjes. Met mijn producer Stu Hanna ben ik net zolang aan het experimenteren geweest tot alles in de liedjes op zijn plaats viel. Om deze reden is het denk ik ook een heel divers album geworden. Er is geen centraal thema dat alles samen brengt. Elk lied gaat zijn eigen richting op, gaat uit van zijn eigen kracht en ik denk dat dit het zo'n sterk album maakt. Op het moment dat ik de studio in ging voor 'Single Flame wist ik precies wat ik wilde doen met elk afzondelijk lied en hoe het zijn plaats had in het grotere geheel. Ik had al veel werk vooraf gedaan. 'Adelphi has to Fly' was een album dat ik maakte toen ik nog te jong en onervaren was om het proces te begrijpen, laat staan te beïnvloeden. Elk album is dus heel verschillend van elkaar. Ieder album leer ik weer meer over mijn sound, maar ook wat er nodig is om dat op te nemen en welke mogelijkheden er zijn. Ik hoop dat dit een voortgaand proces is waar ik blijf leren en ontdekken.” Met het album uit is er nu tijd om weer te doen wat Lucy Ward misschien wel het liefste doet. Optreden. De volgende afspraak daarvoor is in Steendam.
Lucy Ward staat op vrijdag 20 november op Podium Peter & Leni in Steendam.
STEENDAM – In de Britse Folk wereld is Lucy Ward al een aantal jaar een sensatie. In 2012 ontving ze de Horizon Award for best newcomer bij de BBC Radio 2 Folk Awards. Die komeetachtige opkomst heeft de Britse weten te bestendigen en ze is nu een absolute headliner met haar eigen stijl op de vele folkfestivals bij onze overzeese buren. Op dit moment toert ze met veel succes door Duitsland. Aansluitend komt ze ook nog even naar Nederland voor een concert op het podium van Peter & Leni in Steendam op vrijdag 20 november. Uitbater Peter van Zeijl is al maanden 'over the moon' dat deze topartieste juist bij hem komt optreden. In Duitsland spraken we met Lucy Ward waar ze even tijd maakte.
“Ik ben opgegroeid met muziek”, vertelt Lucy Ward. “Niet met mensen die instrumenten bespeelden, maar met een huis vol LP's en CD's. Er was altijd muziek en we waren altijd aan het meezingen. Ik denk dat daar mijn liefde voor muziek is ontstaan. Het zit in mijn botten.” Eén van de muzieksoorten die Lucy Ward specifiek erg aansprak waren de Britse traditionals. Liedjes die in hun oorsprong soms honderden jaren oud zijn, maar soms redelijk intact, soms via transformaties ook nu nog veel zeggingskracht hebben. “Ik vind het niet zo belangrijk wanneer een lied is geschreven. Alle folk liedjes gaan over de gemoedstoestand van de mens. Dat interesseert me! Hoe de mens omgaat met liefde, pijn, jaloezie, blijdschap en all andere emoties. Dit blijft jaar na jaar hetzelfde, zelfs als de context veranderd.”
Zelf staat Lucy Ward ook bekend als een uitzonderlijk schrijfster van liedjes. Ze is een echte storyteller die haar inspiratie vind op tal van plaatsen. “Mijn inspiratie voor liedjes is gevarieerd. Soms is het heel direct. Een idee of een verhaal dat ik wil vertellen. Op andere momenten is het meer een stemming of een gevoel dat ik wil vertolken. Soms begint het met een zinnetje dat ik maar niet uit mijn hoofd krijg tot het liedje is geschreven. Meestal ga ik maar gewoon zitten met mijn gitaar en kijk wat er gebeurd en wat dan te voorschijn komt.” Dat gaan zitten met gitaar doet ze vaak in Derby, de plek in Groot Brittanië waar ze woont. “Derby is een stad temidden van een prachtig landschap. Ik denk dat de lange geschiedenis die de stad heeft en mijn wortels in de stad zeker hun weerslag hebben op mijn werk. Ze hebben mede mijn liedjes gevormd. Soms omdat ik liedjes schrijf gebasseerd op locale verhalen, maar ook door het gevoel daar thuis te zijn.”
Naast een begenadigd liedjesschrijfster en een voortreffelijk zangeres is Lucy Ward een echte persoonlijkheid op het podium met vaak onderscheidende kleding en aanverwante zaken. Een entertainer in optima forma of ze nou alleen op het podium staat of met band. “Ik draag gewoon wat mij blij maakt als ik het draag. Ik zou nooit mijn uiterlijk of mijn stijl veranderen om in een bepaald genre van de muziek te passen. Het is vreemd. Sommige mensen betittelen de heldere kleuren in mijn haar en mijn extravagante outfits een gimmick. Zo heb ik er nooit over nagedacht. Ik verf mijn haar en draag gekke kleuren omdat ik het leuk vind. Dat deed ik al voor ik muzikant was en dat zal ik ook blijven doen of ik nu bekend ben of niet.”
De huidige toer is mede ter promotie van haar nieuwste album 'I Dreamt I Was a Bird' dat vorige maand verscheen. Een album dat nu al de aandacht heeft getrokken en zeer positief wordt gewaardeerd. Het is het derde album van Ward na 'Adelphi has to Fly' en 'Single Flame', die ze in voorgaande jaren uitbracht. 'I Dreamt I Was A Bird' is een album die zijn sound in de studio heeft gevonden. Ik ging de opnames in met een aantal ruwe liedjes. Met mijn producer Stu Hanna ben ik net zolang aan het experimenteren geweest tot alles in de liedjes op zijn plaats viel. Om deze reden is het denk ik ook een heel divers album geworden. Er is geen centraal thema dat alles samen brengt. Elk lied gaat zijn eigen richting op, gaat uit van zijn eigen kracht en ik denk dat dit het zo'n sterk album maakt. Op het moment dat ik de studio in ging voor 'Single Flame wist ik precies wat ik wilde doen met elk afzondelijk lied en hoe het zijn plaats had in het grotere geheel. Ik had al veel werk vooraf gedaan. 'Adelphi has to Fly' was een album dat ik maakte toen ik nog te jong en onervaren was om het proces te begrijpen, laat staan te beïnvloeden. Elk album is dus heel verschillend van elkaar. Ieder album leer ik weer meer over mijn sound, maar ook wat er nodig is om dat op te nemen en welke mogelijkheden er zijn. Ik hoop dat dit een voortgaand proces is waar ik blijf leren en ontdekken.” Met het album uit is er nu tijd om weer te doen wat Lucy Ward misschien wel het liefste doet. Optreden. De volgende afspraak daarvoor is in Steendam.
Lucy Ward staat op vrijdag 20 november op Podium Peter & Leni in Steendam.
Hysterica: “We beloven goede muziek en veel zweet”
MUNNEKEZIJL – De vier dames van de Zweedse heavy metal formatie Hysterica schuiven aan tafel. De soundcheck in De Sluys in Munnekezijl is geweest. Het zoontje Lars van uitbater John Huisinga mag even op de drums van drumster Helln en het wachten is op de schnitsels van kokkin Anja. Het zijn vier rustige Zweedse dames. Net stonden ze nog in de soundcheck de liedjes van Pipi Langkous te zingen. Nu zijn het nog Elin Erikson, Sara Englund, Ebba Crong en Anni Lovisa Sundquist. Straks transformeren ze in Anni de Vil, Bitchie, Satanica en Helln'. Nog even tijd om te vertellen, te beginnen bij Judas Priest.
“Ik heb mijn hele leven in bandjes gezetten”, vertelt Bitchie, die nu nog als Ebba Crong, door het leven gaat en die met Elin Erikson tot de Hysterica originals hoort. “Tijdens een festival zag ik het come back concert van Judas Priest. Dat vond ik zo geweldig. Zo goed. Ik had eigenlijk maar één opmerking. Het waren geen vrouwen. Ik wilde ook van die muziek gaan maken en ben op zoek gegaan naar vrouwelijke bandleden. Dat viel niet mee. Ik kreeg de tip om Elin te bellen, die woonde in een andere plaats, maar die riep direct van ja! Ik kom eraan. We hadden in het begin een aantal andere leden, maar in 2007 is Sara Englund erbij gekomen en in 2008 Anni Lovisa Sundquist en hebben we onze huidige samenstelling gekregen.”
Toch opmerkelijk. Een compleet vrouwelijke heavy metal band die geen gimmick is en eigen nummers schrijft. “In het begin hadden we nog wel eens last van vooroordelen. Nu hebben we in Zweden heel veel rockscholen waar ook veel goede vrouwelijke zangers en muzikanten vanaf komen. Dan merk je dat mensen er toch ook meer vertrouwen in krijgen. Nu maakt het helemaal geen verschil meer en worden we geaccepteerd als vrouwelijke heavy metal band.”
“Vanaf het begin hebben we eigenlijk alleen maar eigen werk gedaan”, vertelt Sundquist. “Heel af en toe een covertje, maar dan alleen op speciaal verzoek. Een liedje begint meestal te ontstaan als Ebba even een rookpauze neemt. Dan komt ze enthousiast terug met een idee. Bijna al onze nummers beginnen met de muziek, voor de tekst er is.” Dan onderbreekt Crong. “Dat ben ik niet met je eens. Soms is er ook gewoon een titel of een stukje tekst. ” De hele set van Hysterica bevat in ieder geval eigen materiaal, geïnspireerd van af de Zweedse klassieken tot moderne heavy metal.
Het is niet voor het eerst dat Hysterica door Nederland toert. Het was al wel even geleden dat de band op een Nederlands podium stond. 2009 om precies te zijn. Booker Jordy Duitscher laat nog graag de krantenknipsels lezen waarin de dames zijn specifieke kwaliteiten loven. Ook nu volgt een lofzang op de Hoofddorpse booker. Dat laten we even terzijde, maar waarom heeft het zolang geduurd? "Na 2009 hebben we ons eerst geconcentreerd op het uitbrengen van ons tweede album", aldus Sundquist. "We hebben de muziek daarvoor geschreven en opgenomen. Van 2012 tot en met 2014 hebben we een sabatical gehad, maar toen kriebelde het zo weer. We hebben direct Jordy weer gebelt dat hij een rits optredens moest gaan organiseren. We denken met zoveel plezier terug aan de optredens hier. Ook deze toer is geweldig. De mensen zijn zo aardig en de podia goed. Ze zijn ons ook nog niet vergeten. Mensen komen in Hysterica T-shirts naar de optredens die ze zes jaar geleden hebben gekocht. We krijgen verzoek nummers. We hebben zoveel lol op het podia. Dat willen we vanavond ook hebben. We garanderen goede muziek, veel zweet en veel lachen.”
Hysterica heeft deze toer mede ter promotie van het nieuwe album. De EP 'All In' verscheen dit voorjaar. “Deze EP is een beetje een terugkeer naar ons eerste album uit 2009 'Metalwar'. Dat was een echte 'old school' heavy metal plaat. Onze tweede album 'The Art of Metal' was heel anders. Veel meer geproduceerd en met gebruik van electronica en extreme zang. Met onze nieuwe EP keren we terug naar het idee van 'All In'. Op dit moment zijn we bezig met een nieuwe single. We hebben ons voorgenomen om een echte wereld hit te schrijven.” Met het grote aantal en heel gevarieerde hits dat uit het Scandinavische land komt kan het niet verbazen dat de dames daar in slagen, hoewel de grote lach doet vermoeden dat ze er zelf nog niet al te veel vertrouwen in hebben. We hopen over een jaar zo'n beetje met een nieuw album te komen.” Dan verschijnen de schnitzels op tafel en daarna is het tijd om Elin, Sara, Ebba en Anni Lovisa om te toveren in Anni de Vil, Bitchie, Satanica en Helln'. Showtime nadert.
Hysterica treedt op 29 oktober op in De Sluys in Munnekezijl.
MUNNEKEZIJL – De vier dames van de Zweedse heavy metal formatie Hysterica schuiven aan tafel. De soundcheck in De Sluys in Munnekezijl is geweest. Het zoontje Lars van uitbater John Huisinga mag even op de drums van drumster Helln en het wachten is op de schnitsels van kokkin Anja. Het zijn vier rustige Zweedse dames. Net stonden ze nog in de soundcheck de liedjes van Pipi Langkous te zingen. Nu zijn het nog Elin Erikson, Sara Englund, Ebba Crong en Anni Lovisa Sundquist. Straks transformeren ze in Anni de Vil, Bitchie, Satanica en Helln'. Nog even tijd om te vertellen, te beginnen bij Judas Priest.
“Ik heb mijn hele leven in bandjes gezetten”, vertelt Bitchie, die nu nog als Ebba Crong, door het leven gaat en die met Elin Erikson tot de Hysterica originals hoort. “Tijdens een festival zag ik het come back concert van Judas Priest. Dat vond ik zo geweldig. Zo goed. Ik had eigenlijk maar één opmerking. Het waren geen vrouwen. Ik wilde ook van die muziek gaan maken en ben op zoek gegaan naar vrouwelijke bandleden. Dat viel niet mee. Ik kreeg de tip om Elin te bellen, die woonde in een andere plaats, maar die riep direct van ja! Ik kom eraan. We hadden in het begin een aantal andere leden, maar in 2007 is Sara Englund erbij gekomen en in 2008 Anni Lovisa Sundquist en hebben we onze huidige samenstelling gekregen.”
Toch opmerkelijk. Een compleet vrouwelijke heavy metal band die geen gimmick is en eigen nummers schrijft. “In het begin hadden we nog wel eens last van vooroordelen. Nu hebben we in Zweden heel veel rockscholen waar ook veel goede vrouwelijke zangers en muzikanten vanaf komen. Dan merk je dat mensen er toch ook meer vertrouwen in krijgen. Nu maakt het helemaal geen verschil meer en worden we geaccepteerd als vrouwelijke heavy metal band.”
“Vanaf het begin hebben we eigenlijk alleen maar eigen werk gedaan”, vertelt Sundquist. “Heel af en toe een covertje, maar dan alleen op speciaal verzoek. Een liedje begint meestal te ontstaan als Ebba even een rookpauze neemt. Dan komt ze enthousiast terug met een idee. Bijna al onze nummers beginnen met de muziek, voor de tekst er is.” Dan onderbreekt Crong. “Dat ben ik niet met je eens. Soms is er ook gewoon een titel of een stukje tekst. ” De hele set van Hysterica bevat in ieder geval eigen materiaal, geïnspireerd van af de Zweedse klassieken tot moderne heavy metal.
Het is niet voor het eerst dat Hysterica door Nederland toert. Het was al wel even geleden dat de band op een Nederlands podium stond. 2009 om precies te zijn. Booker Jordy Duitscher laat nog graag de krantenknipsels lezen waarin de dames zijn specifieke kwaliteiten loven. Ook nu volgt een lofzang op de Hoofddorpse booker. Dat laten we even terzijde, maar waarom heeft het zolang geduurd? "Na 2009 hebben we ons eerst geconcentreerd op het uitbrengen van ons tweede album", aldus Sundquist. "We hebben de muziek daarvoor geschreven en opgenomen. Van 2012 tot en met 2014 hebben we een sabatical gehad, maar toen kriebelde het zo weer. We hebben direct Jordy weer gebelt dat hij een rits optredens moest gaan organiseren. We denken met zoveel plezier terug aan de optredens hier. Ook deze toer is geweldig. De mensen zijn zo aardig en de podia goed. Ze zijn ons ook nog niet vergeten. Mensen komen in Hysterica T-shirts naar de optredens die ze zes jaar geleden hebben gekocht. We krijgen verzoek nummers. We hebben zoveel lol op het podia. Dat willen we vanavond ook hebben. We garanderen goede muziek, veel zweet en veel lachen.”
Hysterica heeft deze toer mede ter promotie van het nieuwe album. De EP 'All In' verscheen dit voorjaar. “Deze EP is een beetje een terugkeer naar ons eerste album uit 2009 'Metalwar'. Dat was een echte 'old school' heavy metal plaat. Onze tweede album 'The Art of Metal' was heel anders. Veel meer geproduceerd en met gebruik van electronica en extreme zang. Met onze nieuwe EP keren we terug naar het idee van 'All In'. Op dit moment zijn we bezig met een nieuwe single. We hebben ons voorgenomen om een echte wereld hit te schrijven.” Met het grote aantal en heel gevarieerde hits dat uit het Scandinavische land komt kan het niet verbazen dat de dames daar in slagen, hoewel de grote lach doet vermoeden dat ze er zelf nog niet al te veel vertrouwen in hebben. We hopen over een jaar zo'n beetje met een nieuw album te komen.” Dan verschijnen de schnitzels op tafel en daarna is het tijd om Elin, Sara, Ebba en Anni Lovisa om te toveren in Anni de Vil, Bitchie, Satanica en Helln'. Showtime nadert.
Hysterica treedt op 29 oktober op in De Sluys in Munnekezijl.
Monica & The Explosion vormt mooie afsluiter jubileumweek De Spoek
LEEUWARDEN – Het is al de derde keer dat Monica Welander met haar Monica & The Explosion dit jaar Nederland aan doet. Het is een land dat haar past. Bleven haar toernee's in juni en in juli tot het Westen beperkt. Deze keer komt de Zweedse formatie ook naar het Noorden. Met een goede reden. De Spoek in Leeuwarden viert haar vijf jarig bestaan en sluit dat op 26 oktober af met onder andere een optreden van Monica & The Explosion. Een mooi dubbel jubileum, want Monica & The explosion bestaat tien jaar. Een avond juckbox punk in de Friese Hoofdstad. Monica Welander vertelt vooraf nog even over hoe graag ze in Nederland optreedt.
“Ik hou van optrden in Nederland. Veel coole en gekke mensen en te gekke podia”, lacht Welander voor haar optreden in Amsterdam als we haar spreken. “Elk publiek en elk land is verschillend, alleen al omdat mensen verschillend zijn en we voor veel verschillende nationaliteiten optreden en overal reageren mensen weer anders op onze optredens, maar optreden in Nederland dat doen we graag”, stelt Welander. “We gaan in De Spoek ook weer voor onze live 'Explosion' met veel materiaal van onze drie albums, maar ook veel nieuw materiaal.”
Monica Welander kwam door haar liefde voor het schrijven van liedjes op haar levenspad als artieste terecht. “Ik ben begonnen met het schrijven van liedjes. Ik was zo'n beetje zestien jaar toen ik voor het eerst probeerde om tekst en simpele basis gitaaraccoorden samen te voegen tot een liedje. Ik vond het geweldig om te doen. Ik had van mijn tiende tot mijn veertiende wat gitaarles gehad, daar wist ik nog wel wat van. Ik had ook nooit solo gezongen. At me daarbij inspireerde was waarschijnlijk nieuwsgierigheid om te zien hoe dat nu werkte en oh ik dat ook kon, het schrijven van liedjes. Ik had net als elke teenager de behoefte om me uit te drukken, ik had wat te vertellen en dat deed ik via de muziek.” Inmiddels is Welander een loopbaan verder en hebben haar liedjesschrijfcapacititeiten zich ontwikkeld. “Ik begin met het omdoen van mijn gitaar en wat ritme's en accoorden uit te proberen die bij mijn stemming van dat moment passen. Wat spelen en experimenteren en soms begint daaruit iets te ontstaan. Een woord of een zinnetje of een ritme of verandering van accoorden. Vandaar uit begint het. Het wordt geïnspireerd door mijn leven, door dingen die me overkomen, door gevoelen en wat daarbij komt kijken, Daar komt een lied uit voort.”
Monica & The Explosion was het eigen project van Monica Welander. Het 'vak' leerde ze mede in de band Lots of Pilots, een band waar ze een aantal jaar deel van uit maakte voor ze solo ging. Een waardevolle leerschool. “we waren een hard werkende band. In de jaren dat we als Lots of Pilots samen hebben gespeeld waren we bijna de hele tijd samen. We waren zo gefocused op onze muziek en op het vinden van plekken waar we konden optreden. Ik heb daar geleerd als belangrijkste les dat als je wilt dat er wat gebeurd, het aan jezelf is om te zorgen dat er ook wat gebeurd. Je moet je zelf een doel zetten en dan is het in meer of mindere mate je eigen verantwoordelijkheid dat je dit doel realiseert.”
In 2005 kwam het moment dat Monica Welander op eigen benen ging staan. Monica & The Explosion was geboren, waarbij ze soms solo op het het podium staat en ook regelmatig met een band. Qua stijl omschrijft Welander haar muziek als jukebox punk. “Het is up tempo. Het zit vol energie, het is positief en het heeft wat old school rock'n'roll erin.” In 2007 kwam het eerste album uit en begon een reis door aanvankelijk Zweden, maar inmiddels vind Monica Welander voor haar muziek met ballen podia door heel Europa en zelfs de hele wereld. Met haar akoestische gitaar brengt ze haar muziek overal ten gehore. In haar nagenoeg constante leven op toer is het vinden van tijd om haar muziek ook op een album op te nemen een uitdaging. Het lukte om drie albums uit te brengen. De laatste is alweer van 2013 toen 'Keep it Alive' verscheen als opvolger van 'Shut Up'uit 2010. Hoogtijd voor een nieuw album vind ook Welander. “Ik heb de tijd nodig om een album op te nemen. De liedjes zijn er”, klinkt het enthousiast. Maar eerst wacht het podium. Op zondagavond in Amsterdam en op maandag in Leeuwarden.
Monica & The Explosion treedt op 26 oktober op in Café De Spoek in Leeuwarden in het kader van het vijf jarig bestaan.
LEEUWARDEN – Het is al de derde keer dat Monica Welander met haar Monica & The Explosion dit jaar Nederland aan doet. Het is een land dat haar past. Bleven haar toernee's in juni en in juli tot het Westen beperkt. Deze keer komt de Zweedse formatie ook naar het Noorden. Met een goede reden. De Spoek in Leeuwarden viert haar vijf jarig bestaan en sluit dat op 26 oktober af met onder andere een optreden van Monica & The Explosion. Een mooi dubbel jubileum, want Monica & The explosion bestaat tien jaar. Een avond juckbox punk in de Friese Hoofdstad. Monica Welander vertelt vooraf nog even over hoe graag ze in Nederland optreedt.
“Ik hou van optrden in Nederland. Veel coole en gekke mensen en te gekke podia”, lacht Welander voor haar optreden in Amsterdam als we haar spreken. “Elk publiek en elk land is verschillend, alleen al omdat mensen verschillend zijn en we voor veel verschillende nationaliteiten optreden en overal reageren mensen weer anders op onze optredens, maar optreden in Nederland dat doen we graag”, stelt Welander. “We gaan in De Spoek ook weer voor onze live 'Explosion' met veel materiaal van onze drie albums, maar ook veel nieuw materiaal.”
Monica Welander kwam door haar liefde voor het schrijven van liedjes op haar levenspad als artieste terecht. “Ik ben begonnen met het schrijven van liedjes. Ik was zo'n beetje zestien jaar toen ik voor het eerst probeerde om tekst en simpele basis gitaaraccoorden samen te voegen tot een liedje. Ik vond het geweldig om te doen. Ik had van mijn tiende tot mijn veertiende wat gitaarles gehad, daar wist ik nog wel wat van. Ik had ook nooit solo gezongen. At me daarbij inspireerde was waarschijnlijk nieuwsgierigheid om te zien hoe dat nu werkte en oh ik dat ook kon, het schrijven van liedjes. Ik had net als elke teenager de behoefte om me uit te drukken, ik had wat te vertellen en dat deed ik via de muziek.” Inmiddels is Welander een loopbaan verder en hebben haar liedjesschrijfcapacititeiten zich ontwikkeld. “Ik begin met het omdoen van mijn gitaar en wat ritme's en accoorden uit te proberen die bij mijn stemming van dat moment passen. Wat spelen en experimenteren en soms begint daaruit iets te ontstaan. Een woord of een zinnetje of een ritme of verandering van accoorden. Vandaar uit begint het. Het wordt geïnspireerd door mijn leven, door dingen die me overkomen, door gevoelen en wat daarbij komt kijken, Daar komt een lied uit voort.”
Monica & The Explosion was het eigen project van Monica Welander. Het 'vak' leerde ze mede in de band Lots of Pilots, een band waar ze een aantal jaar deel van uit maakte voor ze solo ging. Een waardevolle leerschool. “we waren een hard werkende band. In de jaren dat we als Lots of Pilots samen hebben gespeeld waren we bijna de hele tijd samen. We waren zo gefocused op onze muziek en op het vinden van plekken waar we konden optreden. Ik heb daar geleerd als belangrijkste les dat als je wilt dat er wat gebeurd, het aan jezelf is om te zorgen dat er ook wat gebeurd. Je moet je zelf een doel zetten en dan is het in meer of mindere mate je eigen verantwoordelijkheid dat je dit doel realiseert.”
In 2005 kwam het moment dat Monica Welander op eigen benen ging staan. Monica & The Explosion was geboren, waarbij ze soms solo op het het podium staat en ook regelmatig met een band. Qua stijl omschrijft Welander haar muziek als jukebox punk. “Het is up tempo. Het zit vol energie, het is positief en het heeft wat old school rock'n'roll erin.” In 2007 kwam het eerste album uit en begon een reis door aanvankelijk Zweden, maar inmiddels vind Monica Welander voor haar muziek met ballen podia door heel Europa en zelfs de hele wereld. Met haar akoestische gitaar brengt ze haar muziek overal ten gehore. In haar nagenoeg constante leven op toer is het vinden van tijd om haar muziek ook op een album op te nemen een uitdaging. Het lukte om drie albums uit te brengen. De laatste is alweer van 2013 toen 'Keep it Alive' verscheen als opvolger van 'Shut Up'uit 2010. Hoogtijd voor een nieuw album vind ook Welander. “Ik heb de tijd nodig om een album op te nemen. De liedjes zijn er”, klinkt het enthousiast. Maar eerst wacht het podium. Op zondagavond in Amsterdam en op maandag in Leeuwarden.
Monica & The Explosion treedt op 26 oktober op in Café De Spoek in Leeuwarden in het kader van het vijf jarig bestaan.
Amanda Pearcy verwerkt haar leed in haar liedjes
Foto Todd V Wolfson
STEENDAM – Het is een prachtige 'Double Bill'. Songwriters Amanda Pearcy en Betty Soo samen op het podium. Terwijl Betty Soo haar soundcheck afrond op het Podium Peter en Leni in Steendam neemt Pearcy de tijd om te vertellen over haar leven en over haar muziek. Ondertussen staat Leni een heerlijk fallafel maal voor haar te koken. En straks is het tijd om het podium te bestijgen. Dan zijn het de liedjes die voor Amanda Pearcy spreken. Naast het optreden op 21 oktober bij Peter en Leni staat Amanda Pearcy in Steendam en op 25 oktober bij VanSlag in Borger voor de Continental Road Show.
Liedjes schrijven is voor Amanda Pearcy noodzaak. “Mijn echtgenoot is overleden toen ons kind 2 jaar oud was. Ik kon helemaal geen gitaar spelen. Hij liet me een gitaar na, maar ik ben niet het type dat mezelf dan dat wel even leert. Er was ook geen geld om gitaarlessen te betalen. Al het geld ging naar mijn kind. Daar wil je het beste voor, die wil je niets onthouden. Op het moment dat hij op school gitaarlessen kreeg heb ik ook wat lesssen genomen. Eigenlijk met geen ander doel dan dat ik mee kon doen met feestjes. Als iedereen met een gitaar om het kampvuur zat en één of twee liedjes speelde. Dat wilde ik ook, kunnen meedoen. Een maand of vijf later heb ik echter toch mijn eerste eigen liedje geschreven.” Even trekt er bedroefde blik over haar gezicht. “Een liedje over het overlijden van mijn man en ik verwacht had meer steun te krijgen van mijn vade die iets soortgelijks heeft meegemaakt. Ik rekende op zijn steun, maar kreeg die niet in die mate. Het was een haast therapeutisch liedje. Ik kon in mijn liedjes veel verwerken. Het hield me aan de goede kant van de gekte die in me zit.”
Met dat eerste liedje was de teerling geworpen. Amanda Pearcy's leven gaf met een tweede echtgenoot die ten prooi viel aan drugs en criminaliteit en de gevangenis in verdween nog meer reden tot het schrijven van liedjes. “Al mijn liedjes zijn persoonlijk. Ze liggen dichtbij me. Ik ben liedjes blijven schrijven. Het begint als ik iets hoorde, er iets was wat bleef hangen bij me. Het zijn altijd persoonlijke verhalen. Dat schrijven van liedjes is toch erg belangrijk voor me.”
Van een verzameling liedjes en spelen rondom het kampvuur ontwikkelde Pearcy zich tot een 'recording artist' Haar tweede album uit 2013 werd al hoog geprezen. Voor het album verkreeg ze lovende kritieken en stond ze op nummer 1 in de Euroamericana Chart. “Het was een mer countryachtig album”, vertelt Pearcy. Mijn nieuwe album 'An Offering' is net uit. Het doel was om een album te maken dat niet slecht was, maar ook dit album is erg goed ontvangen, wat me nog steeds erg dankbaar maakt, maar het is ook heel onwerkelijk. Het was ook even afwachten. Ik had een aantal liedjes met een meer bleusy inslag. Het was geen bewuste keuze om na een meer cuntry achtig album, nu een meer bleus album te maken, maar dan is het gewoon wel even afwachten hoe dat wordt ontvangen. Gelukkig is dat goed ontvangen.”
Voor Amanda Pearcy is het de tweede keer dat ze op dit podium staat. “Ik heb er erg naar uit gekeken. Peter en Leni van Zeijl zijn ontzettend lieve mensen met een passie voor muziek. Ze stellen hun huis open voor ons artiesten. Vannacht liggen er wel vier muzikanten bij hun te slapen. Dat is geweldig. Ik kijk ook uit naar zondag als Betty Soo en ik en nog een aantal artiesten met de Continental Road Show in VanSlag / Roots on the Road in Borger staan. Het zijn allemaal van die fantastische artiesten. Dat gaat zo leuk worden. Het is ook allemaal begonnen met Bert Pijpers van Continental. Betty Soo en ik zijn beide bij zijn label. Hij had een aantal shows geboekt. Ik had een aantal shows en Betty Soo een aantal. Betty Soo en ik hebben daarom maar besloten een aantal optredens te delen en gezamenlijk te doen. Dat werkt prima.”
Amanda Pearcy staat op 21 oktober bij Peter en Leni in Steendam en op 25 oktober bij VanSlag in Borger voor de Continental Road Show.
Foto Todd V Wolfson
STEENDAM – Het is een prachtige 'Double Bill'. Songwriters Amanda Pearcy en Betty Soo samen op het podium. Terwijl Betty Soo haar soundcheck afrond op het Podium Peter en Leni in Steendam neemt Pearcy de tijd om te vertellen over haar leven en over haar muziek. Ondertussen staat Leni een heerlijk fallafel maal voor haar te koken. En straks is het tijd om het podium te bestijgen. Dan zijn het de liedjes die voor Amanda Pearcy spreken. Naast het optreden op 21 oktober bij Peter en Leni staat Amanda Pearcy in Steendam en op 25 oktober bij VanSlag in Borger voor de Continental Road Show.
Liedjes schrijven is voor Amanda Pearcy noodzaak. “Mijn echtgenoot is overleden toen ons kind 2 jaar oud was. Ik kon helemaal geen gitaar spelen. Hij liet me een gitaar na, maar ik ben niet het type dat mezelf dan dat wel even leert. Er was ook geen geld om gitaarlessen te betalen. Al het geld ging naar mijn kind. Daar wil je het beste voor, die wil je niets onthouden. Op het moment dat hij op school gitaarlessen kreeg heb ik ook wat lesssen genomen. Eigenlijk met geen ander doel dan dat ik mee kon doen met feestjes. Als iedereen met een gitaar om het kampvuur zat en één of twee liedjes speelde. Dat wilde ik ook, kunnen meedoen. Een maand of vijf later heb ik echter toch mijn eerste eigen liedje geschreven.” Even trekt er bedroefde blik over haar gezicht. “Een liedje over het overlijden van mijn man en ik verwacht had meer steun te krijgen van mijn vade die iets soortgelijks heeft meegemaakt. Ik rekende op zijn steun, maar kreeg die niet in die mate. Het was een haast therapeutisch liedje. Ik kon in mijn liedjes veel verwerken. Het hield me aan de goede kant van de gekte die in me zit.”
Met dat eerste liedje was de teerling geworpen. Amanda Pearcy's leven gaf met een tweede echtgenoot die ten prooi viel aan drugs en criminaliteit en de gevangenis in verdween nog meer reden tot het schrijven van liedjes. “Al mijn liedjes zijn persoonlijk. Ze liggen dichtbij me. Ik ben liedjes blijven schrijven. Het begint als ik iets hoorde, er iets was wat bleef hangen bij me. Het zijn altijd persoonlijke verhalen. Dat schrijven van liedjes is toch erg belangrijk voor me.”
Van een verzameling liedjes en spelen rondom het kampvuur ontwikkelde Pearcy zich tot een 'recording artist' Haar tweede album uit 2013 werd al hoog geprezen. Voor het album verkreeg ze lovende kritieken en stond ze op nummer 1 in de Euroamericana Chart. “Het was een mer countryachtig album”, vertelt Pearcy. Mijn nieuwe album 'An Offering' is net uit. Het doel was om een album te maken dat niet slecht was, maar ook dit album is erg goed ontvangen, wat me nog steeds erg dankbaar maakt, maar het is ook heel onwerkelijk. Het was ook even afwachten. Ik had een aantal liedjes met een meer bleusy inslag. Het was geen bewuste keuze om na een meer cuntry achtig album, nu een meer bleus album te maken, maar dan is het gewoon wel even afwachten hoe dat wordt ontvangen. Gelukkig is dat goed ontvangen.”
Voor Amanda Pearcy is het de tweede keer dat ze op dit podium staat. “Ik heb er erg naar uit gekeken. Peter en Leni van Zeijl zijn ontzettend lieve mensen met een passie voor muziek. Ze stellen hun huis open voor ons artiesten. Vannacht liggen er wel vier muzikanten bij hun te slapen. Dat is geweldig. Ik kijk ook uit naar zondag als Betty Soo en ik en nog een aantal artiesten met de Continental Road Show in VanSlag / Roots on the Road in Borger staan. Het zijn allemaal van die fantastische artiesten. Dat gaat zo leuk worden. Het is ook allemaal begonnen met Bert Pijpers van Continental. Betty Soo en ik zijn beide bij zijn label. Hij had een aantal shows geboekt. Ik had een aantal shows en Betty Soo een aantal. Betty Soo en ik hebben daarom maar besloten een aantal optredens te delen en gezamenlijk te doen. Dat werkt prima.”
Amanda Pearcy staat op 21 oktober bij Peter en Leni in Steendam en op 25 oktober bij VanSlag in Borger voor de Continental Road Show.
Krista Detor: “Het is een fantastisch decennium'
Foto: Jim Krause
BLOOMINGTON – De klasse van Krista Detor is onomstreden. De Amerikaanse zangeres deelde met een stoet van grootheden het podium en heeft zelf ook een grote schare volgelingen. Haar prachtige liedjes spreken al jaren tot de verbeelding. In Nederland is de uit Bloomington Indiana in Verenigde Staten afkomstige zangeres een graag geziene gast. Bijna jaarlijks komt ze naar Nederland om op te treden, maar ook om oude vrienden weer te zien. Thuis in Indiana vertelt Detor over haar muziek, hoe ze haar liedjes schrijft en haar nieuwe album 'Barely' dat pas is verschenen. Ondertussen is ze druk aan het pakken voor eerst een toernee door Groot Brittanïe en Ierland en daarna door Nederland en Duitsland. In Nederland treedt de zangeres op in Oosterwolde, Den Haag, Oosterbeek, Tweede Exloermond en Middelburg.
Waar begint een muzikale loopbaan. In het geval van Krista Detor in een huis met een piano in Waco, Texas. “Toen ik een jaar of vier was”, vertelt Detor, “Speelde ik al met een electronisch speelgoed orgeltje. Op mijn zevende verhuisden we naar een huis waar al een piano stond. Dat vond ik geweldig. Ik wilde piano spelen en heb mijn ouders gevraagd of ik op les mocht. In die jaren ging ik ook schrijven. Poëzie en korte verhalen. Mijn eerste liedje schreef ik toen ik een jaar of veertien was. Hoe en waarom dat allemaal zo gegaan is, ja dat kan ik eigenlijk niet verklaren. Het gebeurde gewoon zo. Je begint met schrijven. Je wilt de liedjes die je hoort op de radio naspelen. Op het moment dat ik noten kon lezen heb ik muziekpapier gekocht bij plaatselijke muziekinstrumentenwinkel. Ik kon al goed op het gehoor spelen. Ik denk dat mijn geneigdheid naar poëzie in combinatie met van nature een goed muzikaal oor en belangstelling voor muziek de ingrediënten waren voor het schrijven van mijn liedjes. Ik heb uiteindelijk een opleiding afgerond in Klassieke Piano en dat heeft ook weer zijn invloed op de structuur van de accoorden en de melodie. Door deze achtergrond van muziek theorie heb ik een veel breder palet gekregen en dat maakt veel verschil.”
Muzikaal is Krista Detor moeilijk in een genre te stoppen. Singersongwriter/Americana/Roots het zijn allemaal begrippen die net de lading niet dekken. Laten we het gewoon houden op prachtige muziek met een verhaal. “Ik zou mezelf geen rootsmuzikant willen noemen”, zegt Detor er zelf over. “De wereld van de rootsmuziek ook zeker niet. Ik schrijf liedjes in het belang van de liedjes, zo af en toe zit ik in de roots hoek, een andere keer is het folk, of meer bluesachtig, Soms Americana en soms wat jazzy, Ik ben in de eerste plaats een schrijver van liedjes.”
Haar eerste liedje beschrijft Detor nog als 'typisch voor een veertienjarige'. Inmiddels is ze een gevierd liedjesschrijfster en veel gevraagd voor songwritersworkshops. De Boston Herald was daarbij het meest duidelijk. 'Alle songwriters zouden zo goed moeten zijn'. Toch heeft ze ook te maken gehad met periodes van writersblock, maar de laatste jaren vloeien de liedjes uit haar pen. “Over het algemeen is het schrijven van een liedjes een proces met veel facetten. Het is geen proces dat iedere keer precies hetzelfde is. De wereld is een goed onderwerp voor mij. Ik sta wel bekend als een goede beschrijver van karakters. Ik heb het liever over bedachte of literaire personages dan over mezelf. Maar af en toe kom ik ook in het stuk voor. Soms komt de tekst voor een lied nagenoeg compleet tot me, maar ook regelmatig blijft zoiets me plagen tot ik er op een gegeven moment toch uit kom. Af en toe schrijf je ook in opdracht. Bijvoorbeeld het lied 'For All I Know' van het nieuwe album, dat in opdracht is geschreven, maar ook liedjes voor 'The Darwin Song Project' van de BBC en 'Wilderness Plots' voor PBS. I schrijf ook liedjes voor het theater, bijvoorbeeld het stuk 'The Breeze Bends the Grass' en daarnaast schrijf ik ook nog met anderen. De muziek wereld is best wel groot!”
Het landschap en de wereld om haar heen zijn duidelijke inspiratiebronnen voor Krista Detor. Ze maakt zich dan ook zorgen hoe het landschap wordt aangetast in Indiana. “We wonen in het het zuidelijk deel van Indiana, een heel erg mooi deel van de staat, in een plaatsje genaamd Bloomington. Het is één van de weinige plekken waar een nog redelijk politiek standpunt kan worden gevonden. In het algemeen is de politiek in Indiana beschamend. Het zuiden is zo mooi. We leven op een groot stuk agrarisch land omgeven door heuvels, rivieren en ravijnen. Ik heb 8 kippen, 2 honden, een kat en 3 kinderen, in die volgorde. Het is bij ons idyllisch, ongerept, heerlijk land en we werken er hard voor om dat zo te houden. Ontwikkelaars zijn constant op zoek naar gebieden om te bombarderen met winkelcentra en fastfoodrestaurants. Je merkt vast wel dat me dit aan het hart gaat?”
Van de inspiratie terug naar de muziek. Als opvolger van het in 2014 verschenen 'Flat Earth Diary' een album waat Detor van publiek en recensenten veel lof voor kreeg is er nu 'Barely'. Het album dat deze toernee centraal staat. Het is haar zesde solo album. Een album zonder franje, maar steunend op haar fantastische stem en een spraarzame begeleiding. Door deze aanpak komt juist het verhaal onopgesmukt naar voren en is de kracht van de liedjes en haar zang, de kracht van het album. “Ik wilde een minder uitbundig album maken. Geen flash of razzle-dazzle. Dit album grijpt een beetje terug op 'Mudshow' het album waarmee ik ooit mijn eerste successen had, hoewel ik nu wel tien jaar meer ervaring heb in het schrijven van liedjes en het spelen er van.”
Een deel van die ervaring heeft Krista Detor door goed te kijken bij de artiesten waar ze het podium mee deelde. Ze leerde van mensen als Joan Armatrading en Suzanne Vega. “Van Joan Armatrading heb ik geleerd dat het niet altijd een heel fijn optreden is als je het voorprogramma bent bij zo'n legende die op handen gedragen wordt door haar fans. Ze is een persoonlijk idool van mij en had op me een enorme invloed tijdens mijn opleiding. Ze is geweldig, maar ik ben liever publiek dan voorprogramma. Van Suzanne Vega heb ik geleerd dat ondanks dat ze enorm beroemd was, veel mensen toch er in slagen om hun bekoorlijkheid en toegankelijkheid voor mensen om hun heen te behouden. Suzanne Vega is daar zeker één van. Van Aaron Neville en de Neville Brothers heb ik geleerd dat passie voor muziek een reis door het leven is die je helemaal beheerst. Van Victor Wooten tenslotte heb ik geleerd dat voor een muzikant niets zo belangrijk is als zijn persoonlijke discipline en dat samen met Victors enorme gratie en gulheid.”
Krista Detor kijkt uit naar haar Nederlandse en Duitse optredens. “Ik heb in Nederland veel vrienden. Ik vind het landschap bij jullie geweldig en er is zo veel prachtige kunst dat doorsijpelt door jullie hele cultuur en natuurlijk de kaas die ik niet mag vergeten. Die glorieuze kaas! Het is een fantastisch decennium geweest Ik voel me zo onmetelijk gelukkig dat ik dit mag doen”, besluit Krista Detor.
Krista Detor treedt op in Oosterwolde in De Mienthe op vrijdag 30 oktober en op zondag 8 november in Cultuurhuis Odeon in Tweede Exloermond.
Foto: Jim Krause
BLOOMINGTON – De klasse van Krista Detor is onomstreden. De Amerikaanse zangeres deelde met een stoet van grootheden het podium en heeft zelf ook een grote schare volgelingen. Haar prachtige liedjes spreken al jaren tot de verbeelding. In Nederland is de uit Bloomington Indiana in Verenigde Staten afkomstige zangeres een graag geziene gast. Bijna jaarlijks komt ze naar Nederland om op te treden, maar ook om oude vrienden weer te zien. Thuis in Indiana vertelt Detor over haar muziek, hoe ze haar liedjes schrijft en haar nieuwe album 'Barely' dat pas is verschenen. Ondertussen is ze druk aan het pakken voor eerst een toernee door Groot Brittanïe en Ierland en daarna door Nederland en Duitsland. In Nederland treedt de zangeres op in Oosterwolde, Den Haag, Oosterbeek, Tweede Exloermond en Middelburg.
Waar begint een muzikale loopbaan. In het geval van Krista Detor in een huis met een piano in Waco, Texas. “Toen ik een jaar of vier was”, vertelt Detor, “Speelde ik al met een electronisch speelgoed orgeltje. Op mijn zevende verhuisden we naar een huis waar al een piano stond. Dat vond ik geweldig. Ik wilde piano spelen en heb mijn ouders gevraagd of ik op les mocht. In die jaren ging ik ook schrijven. Poëzie en korte verhalen. Mijn eerste liedje schreef ik toen ik een jaar of veertien was. Hoe en waarom dat allemaal zo gegaan is, ja dat kan ik eigenlijk niet verklaren. Het gebeurde gewoon zo. Je begint met schrijven. Je wilt de liedjes die je hoort op de radio naspelen. Op het moment dat ik noten kon lezen heb ik muziekpapier gekocht bij plaatselijke muziekinstrumentenwinkel. Ik kon al goed op het gehoor spelen. Ik denk dat mijn geneigdheid naar poëzie in combinatie met van nature een goed muzikaal oor en belangstelling voor muziek de ingrediënten waren voor het schrijven van mijn liedjes. Ik heb uiteindelijk een opleiding afgerond in Klassieke Piano en dat heeft ook weer zijn invloed op de structuur van de accoorden en de melodie. Door deze achtergrond van muziek theorie heb ik een veel breder palet gekregen en dat maakt veel verschil.”
Muzikaal is Krista Detor moeilijk in een genre te stoppen. Singersongwriter/Americana/Roots het zijn allemaal begrippen die net de lading niet dekken. Laten we het gewoon houden op prachtige muziek met een verhaal. “Ik zou mezelf geen rootsmuzikant willen noemen”, zegt Detor er zelf over. “De wereld van de rootsmuziek ook zeker niet. Ik schrijf liedjes in het belang van de liedjes, zo af en toe zit ik in de roots hoek, een andere keer is het folk, of meer bluesachtig, Soms Americana en soms wat jazzy, Ik ben in de eerste plaats een schrijver van liedjes.”
Haar eerste liedje beschrijft Detor nog als 'typisch voor een veertienjarige'. Inmiddels is ze een gevierd liedjesschrijfster en veel gevraagd voor songwritersworkshops. De Boston Herald was daarbij het meest duidelijk. 'Alle songwriters zouden zo goed moeten zijn'. Toch heeft ze ook te maken gehad met periodes van writersblock, maar de laatste jaren vloeien de liedjes uit haar pen. “Over het algemeen is het schrijven van een liedjes een proces met veel facetten. Het is geen proces dat iedere keer precies hetzelfde is. De wereld is een goed onderwerp voor mij. Ik sta wel bekend als een goede beschrijver van karakters. Ik heb het liever over bedachte of literaire personages dan over mezelf. Maar af en toe kom ik ook in het stuk voor. Soms komt de tekst voor een lied nagenoeg compleet tot me, maar ook regelmatig blijft zoiets me plagen tot ik er op een gegeven moment toch uit kom. Af en toe schrijf je ook in opdracht. Bijvoorbeeld het lied 'For All I Know' van het nieuwe album, dat in opdracht is geschreven, maar ook liedjes voor 'The Darwin Song Project' van de BBC en 'Wilderness Plots' voor PBS. I schrijf ook liedjes voor het theater, bijvoorbeeld het stuk 'The Breeze Bends the Grass' en daarnaast schrijf ik ook nog met anderen. De muziek wereld is best wel groot!”
Het landschap en de wereld om haar heen zijn duidelijke inspiratiebronnen voor Krista Detor. Ze maakt zich dan ook zorgen hoe het landschap wordt aangetast in Indiana. “We wonen in het het zuidelijk deel van Indiana, een heel erg mooi deel van de staat, in een plaatsje genaamd Bloomington. Het is één van de weinige plekken waar een nog redelijk politiek standpunt kan worden gevonden. In het algemeen is de politiek in Indiana beschamend. Het zuiden is zo mooi. We leven op een groot stuk agrarisch land omgeven door heuvels, rivieren en ravijnen. Ik heb 8 kippen, 2 honden, een kat en 3 kinderen, in die volgorde. Het is bij ons idyllisch, ongerept, heerlijk land en we werken er hard voor om dat zo te houden. Ontwikkelaars zijn constant op zoek naar gebieden om te bombarderen met winkelcentra en fastfoodrestaurants. Je merkt vast wel dat me dit aan het hart gaat?”
Van de inspiratie terug naar de muziek. Als opvolger van het in 2014 verschenen 'Flat Earth Diary' een album waat Detor van publiek en recensenten veel lof voor kreeg is er nu 'Barely'. Het album dat deze toernee centraal staat. Het is haar zesde solo album. Een album zonder franje, maar steunend op haar fantastische stem en een spraarzame begeleiding. Door deze aanpak komt juist het verhaal onopgesmukt naar voren en is de kracht van de liedjes en haar zang, de kracht van het album. “Ik wilde een minder uitbundig album maken. Geen flash of razzle-dazzle. Dit album grijpt een beetje terug op 'Mudshow' het album waarmee ik ooit mijn eerste successen had, hoewel ik nu wel tien jaar meer ervaring heb in het schrijven van liedjes en het spelen er van.”
Een deel van die ervaring heeft Krista Detor door goed te kijken bij de artiesten waar ze het podium mee deelde. Ze leerde van mensen als Joan Armatrading en Suzanne Vega. “Van Joan Armatrading heb ik geleerd dat het niet altijd een heel fijn optreden is als je het voorprogramma bent bij zo'n legende die op handen gedragen wordt door haar fans. Ze is een persoonlijk idool van mij en had op me een enorme invloed tijdens mijn opleiding. Ze is geweldig, maar ik ben liever publiek dan voorprogramma. Van Suzanne Vega heb ik geleerd dat ondanks dat ze enorm beroemd was, veel mensen toch er in slagen om hun bekoorlijkheid en toegankelijkheid voor mensen om hun heen te behouden. Suzanne Vega is daar zeker één van. Van Aaron Neville en de Neville Brothers heb ik geleerd dat passie voor muziek een reis door het leven is die je helemaal beheerst. Van Victor Wooten tenslotte heb ik geleerd dat voor een muzikant niets zo belangrijk is als zijn persoonlijke discipline en dat samen met Victors enorme gratie en gulheid.”
Krista Detor kijkt uit naar haar Nederlandse en Duitse optredens. “Ik heb in Nederland veel vrienden. Ik vind het landschap bij jullie geweldig en er is zo veel prachtige kunst dat doorsijpelt door jullie hele cultuur en natuurlijk de kaas die ik niet mag vergeten. Die glorieuze kaas! Het is een fantastisch decennium geweest Ik voel me zo onmetelijk gelukkig dat ik dit mag doen”, besluit Krista Detor.
Krista Detor treedt op in Oosterwolde in De Mienthe op vrijdag 30 oktober en op zondag 8 november in Cultuurhuis Odeon in Tweede Exloermond.
Onno Smit ( Beans & Fatback) ruilde het leraarschap in voor de muziek
LEEUWARDEN – Een swingende De Amer stroomde na een ruig en dampend Beans & Fatback concert Amen in. Op het podium bleef even alleen Onno Smit achter. Even een kabeltje oprollen, even uitpuffen in de toenemende rust van de leegstromende zaal, nog even in zichzelf nagenieten. Zijn Beans & Fatback kameraden her en der druk in gesprek met het publiek. Het was prachtig. Een paar dagen later maakt hij in Hoorn even tijd om wat te vertellen over Beans & Fatback, over Lefties Soul Connection en over The Gospel Sessions zijn drie succesvolle projecten. Komend weekend staat Smit met de Gospels in Leeuwarden en over een maand met Beans & Fatback wederom in Leeuwarden in Asteriks en dat is toch eigenlijk waarom hij het leraarschap tabee heeft gezegt en een leven als muzikant omarmde.
“Ik kwam op een moment tot ontdekking dat ik niet mijn hele leven leraar wilde zijn”, peinst Smit. “Ik was altijd al wel met muziek en bandjes bezig, maar niet als beroep. Ik kwam tot ontdekking dat een heel leven 'op school' me niet trok. Op het moment dat ik met Lefties Soul Connection succes begon te krijgen, heb ik al mijn andere baantjes opgezegd. Ik ben een beetje gaan reizen en voor de muziek gegaan.” Het zal geen eenvoudig besluit zijn geweest, maar wie Onno Smit op het podium ziet, weet dat het een juist besluit was op dit moment in zijn leven. Inmiddels heeft hij zijn muzikale vaardigheden verbonden aan drie projecten en zijn het het publiek en de recensenten die hem over het algemeen de hoge rapportcijfers uitdelen.
“Ik zat met Alviz de organist van Lefties Soul Connection in een Acid jazz bandje”, gaat Smit nog een stapje verder terug in de tijd. “Hij kwam op een bepaald moment met het idee om die echte rauwe funk en soul te gaan spelen. We werden geïnspireerd door een DJ die dat materiaal gebruikte. Dat wilden we op het podium gaan brengen. Het was heel erg 'underground' wat we deden. In Nederland kregen we absoluut geen poot aan de grond, maar in Duitsland, Frankrijk en Spanje traden we vaak op. Na een jaar of vier werden we opgepikt door Excelsior, de platenmaatschappij. We konden een plaat maken en veel festivals spelen en ging het ook in Nederland lopen.”
Lefties Soul Connection is een echte band., beschrijft Smit. “We zijn met ons vieren en Paul Willemsen als een soort vijfde Beatles er tijdens live optredens bij. Op een moment was ik ook voor anderen veel liedjes aan het schrijven, bijvoorbeeld voor Idols. Vaak vielen dat soort liedjes dan net buiten de boot of kregen ze net een andere draai dan ik voor ogen had. Op een moment heb ik maar besloten ze zelf op te gaan nemen. Dat is het begin van Beans & Fatback geweest. Dat is echt mijn eigen ding. In het begin was het van wie beschikbaar op een zondagmiddag was die kwam en we namen één of twee nummers op, aten wat en dronken wat. Gezellig! Aanvankelijk was het echt een los vast combinatie uit een groep van bevriende muzikanten die ik kon of waar ik wel eens mee samenwerkte. Inmiddels zijn we op het podium een echte band. We hebben nu net 'Heroine Lovestruck' uit. Een logisch gevolg op ons vorige album 'With skin Attached' maar niet hetzelfde. Het is iets rauwer en heeft bijna geen soul liedjes. Het hele album is meer up tempo. Het eerste album 'Beans & Fatback' is echt heel anders. Ik wilde een meer pop album dan het werk van Lefties Soul Connection. Dat is toch werk dat ik niet snel op een rustig momen thuis zal opzetten. Behalve als ik heel snel de afwas wil hebben gedaan. Het moest meer een organisch geheel worden, een meer pop album dat je ook thuis kon luisteren. Live heb ik met Paul al snel die liedjes omgebouwd tot wat nu de Beans & Fatback sound is. We bleken toch vooral een live band en dit vonden we tof.”
Op een terras in Istanbul bekende Onno Smit aan Paul Willemsen ook nog wel eens een gospel album te willen opnemen. Onder de schaduw van de Haga Sofia, eeuwenlang de grootste Kathedraal ter wereld en onder het genot van een biertje, onthulde Willemsen een soortgelijk verlangen. Afgesproken werd om het idee te laten rijpen. “Op een bepaald moment hadden we het idee en de liedjes. We hebben Michelle David als zangeres erbij gevraagd en Toon Oomen voor drums en percussie en zo is dat ontstaan. Ook al een heel natuurlijk proces haast. Het is een project van Paul en mij, met ook weer die bevriende muzikanten groep. Een ander project wat er nog aankomt is een album van Gerhardt, die in Beans & Fatback zit. Die komt volgend jaar met een heel mooi eigen album waar dan weer bijvoorbeeld Jet Stevens op meespeelt op bas, die ook in Beans & Fatback zit. We vinden het superleuk om met elkaar te spelen, dat is het begin, verder denken we er niet te diep over na.”
Dat spelen en het plezier is te zien. Grote grijnzen bevolken het podium. “Dat is toch het leukste wat er is. Al die energie geven en dan het dubbel terug krijgen. Ja, soms werkt het niet hoor, dan heb je een rotgevoel. Maar als het wel lukt, dan werkt het verslavend, dan heb je zo'n voldaan gevoel. Het is gewoon erg leuk om met elkaar op pad te zijn. Met Beans & Fatback hebben we nu de clubtour. We hopen in februari en maart daar nog een vervolg aan te geven en dan lekker veel festivals te spelen. We hebben toch naam als festivalband. Een uurtje lekker flink te keer gaan op zo'n podium, dat kunnen we. Een ander aspect dat nu loopt is het buitenland. Onze muziek is via download wereldwijd verkrijgbaar, maar ik ben op zoek naar buitenlandse platenmaatschappijen voor de ondersteuning en om ook via hen optredens te krijgen. Ons busje kan best naar Duitsland en Frankrijk. In de Verenigde Staten is het veel moeilijker. Onze muziek wordt al gebruikt in een groot aantal series en films. Veel mensen weten daar niet eens dat we geen Amerikanen zijn. Een platenmaatschappij daar krijgen is andere koek. Die stellen doodleuk als eis dat je er maar kom wonen. Met al onze gezinnen is dat geen echte optie. Je merkt toch dat het niet zo geweldig gaat nog in de platenindustrie. Vinyl moet nu het tovermiddel zijn. Maar je merkt dat niet lang niet iedereen een platenspeler heeft of dat die op zolder staat.” Smit wijst op zij: “Kijk daar staat de mijne, maar die is niet aangesloten. Maar goede tijden liggen vast in het verschiet”, kijkt Onno Smit vooruit en waar beter kunnen die goede tijden beginnen dan in Leeuwarden?
Onno Smit treedt met The Gospel Sessions op in de Lutherse Kerk in Leeuwarden op 10 oktober. Op 6 november keert hij terug in Leeuwarden met Beans & Fatback in poppodium Asteriks.
In Amen is Onno Smit op 13 december nogmaals te zien, dan met The Gospel Sessions.
LEEUWARDEN – Een swingende De Amer stroomde na een ruig en dampend Beans & Fatback concert Amen in. Op het podium bleef even alleen Onno Smit achter. Even een kabeltje oprollen, even uitpuffen in de toenemende rust van de leegstromende zaal, nog even in zichzelf nagenieten. Zijn Beans & Fatback kameraden her en der druk in gesprek met het publiek. Het was prachtig. Een paar dagen later maakt hij in Hoorn even tijd om wat te vertellen over Beans & Fatback, over Lefties Soul Connection en over The Gospel Sessions zijn drie succesvolle projecten. Komend weekend staat Smit met de Gospels in Leeuwarden en over een maand met Beans & Fatback wederom in Leeuwarden in Asteriks en dat is toch eigenlijk waarom hij het leraarschap tabee heeft gezegt en een leven als muzikant omarmde.
“Ik kwam op een moment tot ontdekking dat ik niet mijn hele leven leraar wilde zijn”, peinst Smit. “Ik was altijd al wel met muziek en bandjes bezig, maar niet als beroep. Ik kwam tot ontdekking dat een heel leven 'op school' me niet trok. Op het moment dat ik met Lefties Soul Connection succes begon te krijgen, heb ik al mijn andere baantjes opgezegd. Ik ben een beetje gaan reizen en voor de muziek gegaan.” Het zal geen eenvoudig besluit zijn geweest, maar wie Onno Smit op het podium ziet, weet dat het een juist besluit was op dit moment in zijn leven. Inmiddels heeft hij zijn muzikale vaardigheden verbonden aan drie projecten en zijn het het publiek en de recensenten die hem over het algemeen de hoge rapportcijfers uitdelen.
“Ik zat met Alviz de organist van Lefties Soul Connection in een Acid jazz bandje”, gaat Smit nog een stapje verder terug in de tijd. “Hij kwam op een bepaald moment met het idee om die echte rauwe funk en soul te gaan spelen. We werden geïnspireerd door een DJ die dat materiaal gebruikte. Dat wilden we op het podium gaan brengen. Het was heel erg 'underground' wat we deden. In Nederland kregen we absoluut geen poot aan de grond, maar in Duitsland, Frankrijk en Spanje traden we vaak op. Na een jaar of vier werden we opgepikt door Excelsior, de platenmaatschappij. We konden een plaat maken en veel festivals spelen en ging het ook in Nederland lopen.”
Lefties Soul Connection is een echte band., beschrijft Smit. “We zijn met ons vieren en Paul Willemsen als een soort vijfde Beatles er tijdens live optredens bij. Op een moment was ik ook voor anderen veel liedjes aan het schrijven, bijvoorbeeld voor Idols. Vaak vielen dat soort liedjes dan net buiten de boot of kregen ze net een andere draai dan ik voor ogen had. Op een moment heb ik maar besloten ze zelf op te gaan nemen. Dat is het begin van Beans & Fatback geweest. Dat is echt mijn eigen ding. In het begin was het van wie beschikbaar op een zondagmiddag was die kwam en we namen één of twee nummers op, aten wat en dronken wat. Gezellig! Aanvankelijk was het echt een los vast combinatie uit een groep van bevriende muzikanten die ik kon of waar ik wel eens mee samenwerkte. Inmiddels zijn we op het podium een echte band. We hebben nu net 'Heroine Lovestruck' uit. Een logisch gevolg op ons vorige album 'With skin Attached' maar niet hetzelfde. Het is iets rauwer en heeft bijna geen soul liedjes. Het hele album is meer up tempo. Het eerste album 'Beans & Fatback' is echt heel anders. Ik wilde een meer pop album dan het werk van Lefties Soul Connection. Dat is toch werk dat ik niet snel op een rustig momen thuis zal opzetten. Behalve als ik heel snel de afwas wil hebben gedaan. Het moest meer een organisch geheel worden, een meer pop album dat je ook thuis kon luisteren. Live heb ik met Paul al snel die liedjes omgebouwd tot wat nu de Beans & Fatback sound is. We bleken toch vooral een live band en dit vonden we tof.”
Op een terras in Istanbul bekende Onno Smit aan Paul Willemsen ook nog wel eens een gospel album te willen opnemen. Onder de schaduw van de Haga Sofia, eeuwenlang de grootste Kathedraal ter wereld en onder het genot van een biertje, onthulde Willemsen een soortgelijk verlangen. Afgesproken werd om het idee te laten rijpen. “Op een bepaald moment hadden we het idee en de liedjes. We hebben Michelle David als zangeres erbij gevraagd en Toon Oomen voor drums en percussie en zo is dat ontstaan. Ook al een heel natuurlijk proces haast. Het is een project van Paul en mij, met ook weer die bevriende muzikanten groep. Een ander project wat er nog aankomt is een album van Gerhardt, die in Beans & Fatback zit. Die komt volgend jaar met een heel mooi eigen album waar dan weer bijvoorbeeld Jet Stevens op meespeelt op bas, die ook in Beans & Fatback zit. We vinden het superleuk om met elkaar te spelen, dat is het begin, verder denken we er niet te diep over na.”
Dat spelen en het plezier is te zien. Grote grijnzen bevolken het podium. “Dat is toch het leukste wat er is. Al die energie geven en dan het dubbel terug krijgen. Ja, soms werkt het niet hoor, dan heb je een rotgevoel. Maar als het wel lukt, dan werkt het verslavend, dan heb je zo'n voldaan gevoel. Het is gewoon erg leuk om met elkaar op pad te zijn. Met Beans & Fatback hebben we nu de clubtour. We hopen in februari en maart daar nog een vervolg aan te geven en dan lekker veel festivals te spelen. We hebben toch naam als festivalband. Een uurtje lekker flink te keer gaan op zo'n podium, dat kunnen we. Een ander aspect dat nu loopt is het buitenland. Onze muziek is via download wereldwijd verkrijgbaar, maar ik ben op zoek naar buitenlandse platenmaatschappijen voor de ondersteuning en om ook via hen optredens te krijgen. Ons busje kan best naar Duitsland en Frankrijk. In de Verenigde Staten is het veel moeilijker. Onze muziek wordt al gebruikt in een groot aantal series en films. Veel mensen weten daar niet eens dat we geen Amerikanen zijn. Een platenmaatschappij daar krijgen is andere koek. Die stellen doodleuk als eis dat je er maar kom wonen. Met al onze gezinnen is dat geen echte optie. Je merkt toch dat het niet zo geweldig gaat nog in de platenindustrie. Vinyl moet nu het tovermiddel zijn. Maar je merkt dat niet lang niet iedereen een platenspeler heeft of dat die op zolder staat.” Smit wijst op zij: “Kijk daar staat de mijne, maar die is niet aangesloten. Maar goede tijden liggen vast in het verschiet”, kijkt Onno Smit vooruit en waar beter kunnen die goede tijden beginnen dan in Leeuwarden?
Onno Smit treedt met The Gospel Sessions op in de Lutherse Kerk in Leeuwarden op 10 oktober. Op 6 november keert hij terug in Leeuwarden met Beans & Fatback in poppodium Asteriks.
In Amen is Onno Smit op 13 december nogmaals te zien, dan met The Gospel Sessions.
DIEDE: “Mijn eerste band woonde in Groningen”
Foto: WN Original / Outfit Merel Bos
GRONINGEN – De Popronde komt naar het Noorden. Een act die bijna 30 keer is geboekt is DIEDE. Het gezelschap rondom Diede Claesen treedt onder andere tijdens de Popronde in Groningen Assen en Emmen aan. DIEDE brengt Badass Pop. Een stoere sound. DIEDE heeft met succes al een aantal optredens er op zitten en staat op 8 oktober bij Vrijdag in Groningen, In Assen op 15 oktober in 1809 Lodewijk Napoleon, terwijl ze haar Noordelijke deel afsluit bij Senza! in Emmen op 5 november. Tussen de Popronde bedrijven door maakt ze in uitvalsbasis Amsterdam tijd om te vertellen over DIEDE. Toch is Groningen ietsje thuiskomen, in deze provincie was haar eerste band gevestigd.”
Diede Claesen is theatermaker, levend standbeeld, grafisch vormgever en model. Zakelijk beheert ze haar eigen label Tiny Bang. Maar ze is vooral muzikant. Een bijzonder bezige bij. Het creatieve is aangeboren. Bij Claesen was niet de vraag, wat was er eerder de kip of het ei, maar wat deed ze eerder praten of zingen. “Mijn moeder zei dat ik zodra ik een beetje kon praten al begon met zingen. Mijn vader is een enorme muziekliefhebber en dus had hij thuis een enorme CD-collectie en stond er altijd wel muziek op. Van Prince tot Beck tot jazz en soul. Mijn favoriete lied toen ik klein was was 'I Feel Good' van James Brown. Mijn hele familie is muzikaal, mijn oma zong opera's en al mijn nichtjes zingen... Ik was alleen best verlegen dus durfde niet zo goed luidkeels mee te schallen.”, kijkt de zangeres terug. “Ik schreef wel altijd liedjes. Vanaf dat ik zeven was probeerde ik liedjes te schrijven en was mijn droom om mee te doen met Kinderen voor Kinderen of zulk soort dingen. Heb ik overigens nooit gedaan. Ik pikte de filmcamera uit de kast van mijn ouders en ging in het trappengat staan om de liedideetjes op te nemen. Ik richtte de camera op de muur en maakte een filmpje, zodat ik het kon terug luisteren. Het trappengat had ook een mooie reverb, daar was ik al snel achter! Later begon ik in het Engels te schrijven, omdat ik super geïntrigeerd was door die taal. Ik had een penvriendin in Engeland en we schreven altijd korte verhalen naar elkaar, waardoor ik al vrij snel begon met tekstdichten in het Engels.”aldus de enthousiast vertellende Diede Claesen. “Mijn ouders vonden het leuk dat ik zong en zo met muziek bezig was, ze hebben me daarin altijd gestimuleerd. Ze zagen dat het me blij maakte dus ze stonden als een huis achter me. Ik ben in Eindhoven opgegroeid, maar mijn eerste band woonde in Groningen en wel in Winsum. High Heels & the North hadden me gevraagd nadat ik op youtube een filmpje had gezet waarin ik een liedje meezong met een karaokeband. In een band zingen voelde als een mega grote eer dus ik vond het niet erg om er vier uur voor te reizen. Ik ging om het weekend naar het noorden om daar muziek te schrijven en te repeteren. Call me crazy, maar terugkijkend was het enorm leerzaam en waren het de leukste weekenden. Dat was trouwens in Winsum, vlakbij Groningen. ik heb dus sowieso wel een speciale band met Groningen en ik zie de bandleden nog graag, het zijn vrienden voor het leven!”
Al gauw kwam ook de tweede band waarin Diede Claesen speelde in zicht. Ape not Mice is een bekendere naam. “Mark, de drummer van Ape not Mice, vond mij ook via youtube. Zij woonden in Eindhoven, dus dat was veel dichter bij. Met Ape Not Mice hadden we echt de ambitie om verder te komen en in Groningen was het vooral enorm leuk om muziek te maken, dus al snel werd het een onmogelijke combi om vol te houden en daarnaast te studeren aan het conservatorium. Ape Not Mice was de band waarmee ik die eerste stappen in het muzieklandschap kon zetten, maar het was nog een zoektocht naar mezelf als artiest. Ik vond het zo leuk om muziek te maken dat ik vooral ook wilde dat iedereen het net zo leuk vond om samen te spelen in de band als dat ik dat deed. Ondertussen schreef ik veel muziek met andere songwriters buiten de band, zoals Tienus Konijnenburg, Arrien Molema, Eelco Topper en uiteindelijk Basil Kuhne. Met Basil had ik zodanig een bizarre chemie, dat we iedere week een lied schreven en heel enthousiast er over waren. Ik ben altijd heel impulsief geweest qua muziek maken en liedjes schrijven, daarin heb ik persoonlijk ook nogal een evolutie gemaakt. Ik begon met jazz, daarna werd het jazzy pop en eigenlijk steeds meer stoerdere pop. Ik wilde die liedjes spelen omdat het precies was wat ik wilde maken en daarin vond ik dus echt wie ik ben als artiest”, benadrukt Claesen “Dat was niet wat bij Ape Not Mice per se paste, dus hebben we - in goed overleg en pijn in ons hart- besloten onze eigen wegen te gaan.”
Het was het begin van DIEDE waarin Diede Claesen en Basil Kuhne, onder andere bekend van zijn werk met Alain Clark, hun ambities en muziek konden verwezenlijken. “We zijn direct een plaat gaan opnemen. 'THE LIGHTHOUSE', dus. We hebben een band gezocht en binnen drie weken later stonden we onze eerste uitverkochte show in de Sugarfactory te spelen, waarna we meteen ook een boekingsbureau leerden kennen. Het leek wel een droom! Het ding is; het klopt allemaal zo. Als het allemaal vanzelf gaat rollen en het heel erg op zijn plek valt, dat geeft enorm veel positieve energie. Ik ben enorm blij met DIEDE, de liedjes en de band. Ik voel alleen maar dankbaarheid daarvoor.” DIEDE maakt pop, maar pop met een ruig randje. “De sound is badass pop. Positief maar wel met een attitude, catchy maar wel met een randje. Basil en ik hebben allebei een groot hart voor pop muziek. En ja, dan bedoel ik ook Katy Perry en Lily Allen en dat soort artiesten. Maar ik hou er van wanneer een artiest groots durft uit te pakken of iets geks of eigens doet. Daardoor zijn we ook geïnspireerd door artiesten als SIA (zij is mijn heldin!), M.I.A., Oh Land en bijvoorbeeld minder bekende dingen als de Deense Fallulah. Basil en ik schrijven voor DIEDE de meeste liedjes samen, hoe dat gaat? Eigenlijk vrij vanzelf. We spreken niet van tevoren af wat we gaan doen, maar we gaan zitten, kiezen een tempo en maken een beat. Dan verzin ik er meestal een melodielijn op, of een baslijn of het begint vanuit een gitaarriff. We laten het meestal gewoon ontstaan aan de hand van hoe we ons voelen, maar we zitten bijna altijd op een lijn, dus dat werkt perfect! Ik ben ook heel snel met teksten. Als ik een idee heb en weet waar ik heen wil dan schrijft het lied bijna zichzelf. Ik heb meestal ook wel al opzetjes van liedjes op mijn telefoon staan. Ik schrijf namelijk altijd liedjes wanneer ik auto rij. Dit klinkt gek, maar ik vind het heerlijk om de radio uit te draaien en dan melodieëen te gaan neuriën, meestal volgt er dan best snel een tekstidee en dan neem ik dat op als voicememo op mijn telefoon... Er staan geloof ik nog drie albums aan liedschetsen op!”
De Popronde geeft publiek, podia en artiesten kans om elkaar te ontdekken. Bands zin van hieruit doorgebroken naar een groot publiek. “De Popronde is echt een groot avontuur! Het is als band een geweldige kans om veel kilometers te maken en hard te groeien als band. Ze zeggen dat de popronde 'het' moment is om als band te weten of je wel of niet bij elkaar blijft... bij ons is het tot nu toe een en al feest! De Popronde is ook een geweldige kans om als band veel verschillende steden en publiek te bereiken. Je kan heel goed zien hoe er op je wordt gereageerd. We verwachten niets, want we weten dat je niet weet wat je kan verwachten.”
Een mooi moment ook om het nieuwe album 'THE LIGHTHOUSE' onder de aandacht te brengen. “THE LIGHTHOUSE is inderdaad net uit. Voor mij is het mijn meest persoonlijke en kwetsbare plaat. Het gaat voornamelijk over het gaan staan voor wie je bent en stralen in je imperfecties en authenticiteit. Dat is wat ik probeer te doen met DIEDE. Ik ben gestopt met mijn band die voelde als mijn baby omdat ik wilde kiezen voor wat ik echt wilde maken, zonder compromis en met een team dat daar volledig voor wil gaan samen met mij. Het gevoel dat dat is wat ik nu doe, heb ik zeker. Ik doe niets liever dan op het podium staan met deze mensen en de nieuwe liedjes zingen. Het doel is dat mensen dat voelen, dat ze erbij betrokken zijn en dat we eigenlijk samen muziek maken. Zonder publiek was er niks aan. Het is een heel persoonlijk project waarin ik veel gepassioneerde mensen in verschillende niches van de kunst wil verbinden, dus ik draag vaak modeontwerpen van opkomende designers. Ik werk samen met videokunstenaars die barsten van het talent en zo wil ik een soort totaalbelevenis maken die publiek verwondert en laat zien dat er nog zoveel moois gemaakt wordt als je er maar naar wil kijken.”
“Doelen hebben we wel, of eigenlijk dromen, maar ik probeer te focussen op de weg ernaar toe”, vertelt Claesen. “Een doel is ook niet alles. Als het dan niet behaald zou worden zou het mislukt zijn? Daar pas ik voor. Ik vind alles onderweg veel te leuk en wil niet teveel belang hangen aan een bepaald ding. Zolang mensen enthousiast zijn of geraakt worden is er al veel goed, vind ik. Basil en ik zijn aan het schrijven voor iets nieuws, maar wat dat precies gaat worden dat weten we nog niet exact. Ik vermoed een album, maar pin me er niet op vast! We schrijven momenteel best stoere en af en toe donkerdere nummers en er is een groter 'urban' sausje in te vinden, maar wel nog met de catchy pop basis die we nu in The Lighthouse ook hebben laten zien. Ik denk dat het een iets duidelijker beeld van DIEDE gaat geven. We zijn ook steviger in onze schoenen gaan staan als band, dat hoor je er vast in terug.. Ik ben benieuwd wat men er van gaat vinden! We zijn er in ieder geval al over aan het nadenken en mee bezig”, besluit Diede Claesen. Eerst wacht echter het Popronde circus met next stop: Groningen.
Tijdens de verschillende Popronde's staat DIEDE op 8 oktober in Groningen, op 15 oktober in Assen en op 5 november in Emmen.
Foto: WN Original / Outfit Merel Bos
GRONINGEN – De Popronde komt naar het Noorden. Een act die bijna 30 keer is geboekt is DIEDE. Het gezelschap rondom Diede Claesen treedt onder andere tijdens de Popronde in Groningen Assen en Emmen aan. DIEDE brengt Badass Pop. Een stoere sound. DIEDE heeft met succes al een aantal optredens er op zitten en staat op 8 oktober bij Vrijdag in Groningen, In Assen op 15 oktober in 1809 Lodewijk Napoleon, terwijl ze haar Noordelijke deel afsluit bij Senza! in Emmen op 5 november. Tussen de Popronde bedrijven door maakt ze in uitvalsbasis Amsterdam tijd om te vertellen over DIEDE. Toch is Groningen ietsje thuiskomen, in deze provincie was haar eerste band gevestigd.”
Diede Claesen is theatermaker, levend standbeeld, grafisch vormgever en model. Zakelijk beheert ze haar eigen label Tiny Bang. Maar ze is vooral muzikant. Een bijzonder bezige bij. Het creatieve is aangeboren. Bij Claesen was niet de vraag, wat was er eerder de kip of het ei, maar wat deed ze eerder praten of zingen. “Mijn moeder zei dat ik zodra ik een beetje kon praten al begon met zingen. Mijn vader is een enorme muziekliefhebber en dus had hij thuis een enorme CD-collectie en stond er altijd wel muziek op. Van Prince tot Beck tot jazz en soul. Mijn favoriete lied toen ik klein was was 'I Feel Good' van James Brown. Mijn hele familie is muzikaal, mijn oma zong opera's en al mijn nichtjes zingen... Ik was alleen best verlegen dus durfde niet zo goed luidkeels mee te schallen.”, kijkt de zangeres terug. “Ik schreef wel altijd liedjes. Vanaf dat ik zeven was probeerde ik liedjes te schrijven en was mijn droom om mee te doen met Kinderen voor Kinderen of zulk soort dingen. Heb ik overigens nooit gedaan. Ik pikte de filmcamera uit de kast van mijn ouders en ging in het trappengat staan om de liedideetjes op te nemen. Ik richtte de camera op de muur en maakte een filmpje, zodat ik het kon terug luisteren. Het trappengat had ook een mooie reverb, daar was ik al snel achter! Later begon ik in het Engels te schrijven, omdat ik super geïntrigeerd was door die taal. Ik had een penvriendin in Engeland en we schreven altijd korte verhalen naar elkaar, waardoor ik al vrij snel begon met tekstdichten in het Engels.”aldus de enthousiast vertellende Diede Claesen. “Mijn ouders vonden het leuk dat ik zong en zo met muziek bezig was, ze hebben me daarin altijd gestimuleerd. Ze zagen dat het me blij maakte dus ze stonden als een huis achter me. Ik ben in Eindhoven opgegroeid, maar mijn eerste band woonde in Groningen en wel in Winsum. High Heels & the North hadden me gevraagd nadat ik op youtube een filmpje had gezet waarin ik een liedje meezong met een karaokeband. In een band zingen voelde als een mega grote eer dus ik vond het niet erg om er vier uur voor te reizen. Ik ging om het weekend naar het noorden om daar muziek te schrijven en te repeteren. Call me crazy, maar terugkijkend was het enorm leerzaam en waren het de leukste weekenden. Dat was trouwens in Winsum, vlakbij Groningen. ik heb dus sowieso wel een speciale band met Groningen en ik zie de bandleden nog graag, het zijn vrienden voor het leven!”
Al gauw kwam ook de tweede band waarin Diede Claesen speelde in zicht. Ape not Mice is een bekendere naam. “Mark, de drummer van Ape not Mice, vond mij ook via youtube. Zij woonden in Eindhoven, dus dat was veel dichter bij. Met Ape Not Mice hadden we echt de ambitie om verder te komen en in Groningen was het vooral enorm leuk om muziek te maken, dus al snel werd het een onmogelijke combi om vol te houden en daarnaast te studeren aan het conservatorium. Ape Not Mice was de band waarmee ik die eerste stappen in het muzieklandschap kon zetten, maar het was nog een zoektocht naar mezelf als artiest. Ik vond het zo leuk om muziek te maken dat ik vooral ook wilde dat iedereen het net zo leuk vond om samen te spelen in de band als dat ik dat deed. Ondertussen schreef ik veel muziek met andere songwriters buiten de band, zoals Tienus Konijnenburg, Arrien Molema, Eelco Topper en uiteindelijk Basil Kuhne. Met Basil had ik zodanig een bizarre chemie, dat we iedere week een lied schreven en heel enthousiast er over waren. Ik ben altijd heel impulsief geweest qua muziek maken en liedjes schrijven, daarin heb ik persoonlijk ook nogal een evolutie gemaakt. Ik begon met jazz, daarna werd het jazzy pop en eigenlijk steeds meer stoerdere pop. Ik wilde die liedjes spelen omdat het precies was wat ik wilde maken en daarin vond ik dus echt wie ik ben als artiest”, benadrukt Claesen “Dat was niet wat bij Ape Not Mice per se paste, dus hebben we - in goed overleg en pijn in ons hart- besloten onze eigen wegen te gaan.”
Het was het begin van DIEDE waarin Diede Claesen en Basil Kuhne, onder andere bekend van zijn werk met Alain Clark, hun ambities en muziek konden verwezenlijken. “We zijn direct een plaat gaan opnemen. 'THE LIGHTHOUSE', dus. We hebben een band gezocht en binnen drie weken later stonden we onze eerste uitverkochte show in de Sugarfactory te spelen, waarna we meteen ook een boekingsbureau leerden kennen. Het leek wel een droom! Het ding is; het klopt allemaal zo. Als het allemaal vanzelf gaat rollen en het heel erg op zijn plek valt, dat geeft enorm veel positieve energie. Ik ben enorm blij met DIEDE, de liedjes en de band. Ik voel alleen maar dankbaarheid daarvoor.” DIEDE maakt pop, maar pop met een ruig randje. “De sound is badass pop. Positief maar wel met een attitude, catchy maar wel met een randje. Basil en ik hebben allebei een groot hart voor pop muziek. En ja, dan bedoel ik ook Katy Perry en Lily Allen en dat soort artiesten. Maar ik hou er van wanneer een artiest groots durft uit te pakken of iets geks of eigens doet. Daardoor zijn we ook geïnspireerd door artiesten als SIA (zij is mijn heldin!), M.I.A., Oh Land en bijvoorbeeld minder bekende dingen als de Deense Fallulah. Basil en ik schrijven voor DIEDE de meeste liedjes samen, hoe dat gaat? Eigenlijk vrij vanzelf. We spreken niet van tevoren af wat we gaan doen, maar we gaan zitten, kiezen een tempo en maken een beat. Dan verzin ik er meestal een melodielijn op, of een baslijn of het begint vanuit een gitaarriff. We laten het meestal gewoon ontstaan aan de hand van hoe we ons voelen, maar we zitten bijna altijd op een lijn, dus dat werkt perfect! Ik ben ook heel snel met teksten. Als ik een idee heb en weet waar ik heen wil dan schrijft het lied bijna zichzelf. Ik heb meestal ook wel al opzetjes van liedjes op mijn telefoon staan. Ik schrijf namelijk altijd liedjes wanneer ik auto rij. Dit klinkt gek, maar ik vind het heerlijk om de radio uit te draaien en dan melodieëen te gaan neuriën, meestal volgt er dan best snel een tekstidee en dan neem ik dat op als voicememo op mijn telefoon... Er staan geloof ik nog drie albums aan liedschetsen op!”
De Popronde geeft publiek, podia en artiesten kans om elkaar te ontdekken. Bands zin van hieruit doorgebroken naar een groot publiek. “De Popronde is echt een groot avontuur! Het is als band een geweldige kans om veel kilometers te maken en hard te groeien als band. Ze zeggen dat de popronde 'het' moment is om als band te weten of je wel of niet bij elkaar blijft... bij ons is het tot nu toe een en al feest! De Popronde is ook een geweldige kans om als band veel verschillende steden en publiek te bereiken. Je kan heel goed zien hoe er op je wordt gereageerd. We verwachten niets, want we weten dat je niet weet wat je kan verwachten.”
Een mooi moment ook om het nieuwe album 'THE LIGHTHOUSE' onder de aandacht te brengen. “THE LIGHTHOUSE is inderdaad net uit. Voor mij is het mijn meest persoonlijke en kwetsbare plaat. Het gaat voornamelijk over het gaan staan voor wie je bent en stralen in je imperfecties en authenticiteit. Dat is wat ik probeer te doen met DIEDE. Ik ben gestopt met mijn band die voelde als mijn baby omdat ik wilde kiezen voor wat ik echt wilde maken, zonder compromis en met een team dat daar volledig voor wil gaan samen met mij. Het gevoel dat dat is wat ik nu doe, heb ik zeker. Ik doe niets liever dan op het podium staan met deze mensen en de nieuwe liedjes zingen. Het doel is dat mensen dat voelen, dat ze erbij betrokken zijn en dat we eigenlijk samen muziek maken. Zonder publiek was er niks aan. Het is een heel persoonlijk project waarin ik veel gepassioneerde mensen in verschillende niches van de kunst wil verbinden, dus ik draag vaak modeontwerpen van opkomende designers. Ik werk samen met videokunstenaars die barsten van het talent en zo wil ik een soort totaalbelevenis maken die publiek verwondert en laat zien dat er nog zoveel moois gemaakt wordt als je er maar naar wil kijken.”
“Doelen hebben we wel, of eigenlijk dromen, maar ik probeer te focussen op de weg ernaar toe”, vertelt Claesen. “Een doel is ook niet alles. Als het dan niet behaald zou worden zou het mislukt zijn? Daar pas ik voor. Ik vind alles onderweg veel te leuk en wil niet teveel belang hangen aan een bepaald ding. Zolang mensen enthousiast zijn of geraakt worden is er al veel goed, vind ik. Basil en ik zijn aan het schrijven voor iets nieuws, maar wat dat precies gaat worden dat weten we nog niet exact. Ik vermoed een album, maar pin me er niet op vast! We schrijven momenteel best stoere en af en toe donkerdere nummers en er is een groter 'urban' sausje in te vinden, maar wel nog met de catchy pop basis die we nu in The Lighthouse ook hebben laten zien. Ik denk dat het een iets duidelijker beeld van DIEDE gaat geven. We zijn ook steviger in onze schoenen gaan staan als band, dat hoor je er vast in terug.. Ik ben benieuwd wat men er van gaat vinden! We zijn er in ieder geval al over aan het nadenken en mee bezig”, besluit Diede Claesen. Eerst wacht echter het Popronde circus met next stop: Groningen.
Tijdens de verschillende Popronde's staat DIEDE op 8 oktober in Groningen, op 15 oktober in Assen en op 5 november in Emmen.
Secret Rendezvous wil dikke liveshow bouwen tijdens Popronde Groningen
GRONINGEN – Het Amsterdamse Secret Rendezvous is ëén van de bands die in het kader van de Popronde Groningen aan doet. Op 8 oktober staat de formatie in Buckshot in Groningen om zich te presenteren aan het publiek. Secret Rendezvous staat voor soul en R & B. Sietske Morsch en Remi Lauw brachten al een succesvol album uit en nemen nu met de single 'Homie. Lover. Friend.' een voorschot op een tweede album dat volgend jaar moet uitkomen. We wachten geduldig tot Sietske Morsch klaar is met het monteren van een videomontage voor ze de achtergronden van de band naar voren haalt.
“We kennen de Popronde al jaren van naam en nu we bezig zijn met ons 2e album leek de Popronde ons een goed moment om wat nieuwe nummers uit te testen en tegelijkertijd onze single te promoten”steekt Morsch van wal. “We hebben al een aantal shows gehad, iedere stad is anders, maar tot nu toe is het erg leuk en leerzaam. Je hoort meteen wat werkt en wat we anders moeten doen en omdat de shows vlak na elkaar zijn kun je ook meteen de volgende avond het aanpassen.
We hopen tijdens de Popronde veel nieuwe mensen te ontmoeten en een dikke liveshow te kunnen bouwen!” Ambitieuze plannen dus bij de formatie.
Dat Sietske Morsch in de muziek terecht is gekomen, kan niemand verrassen. Ze komt uit met recht een muzikaal nest. “Mijn vader is bassist, mijn broer speelde bas en mijn moeder is programmeur voor een muziekcafe, je kunt wel stellen dat ik uit een muzikale familie kom. Toen ik opgroeide was er altijd muziek aan bij ons, in iedere kamer een andere zender dus ik werd er altijd door omringd.
Zodra ik kon kroop ik achter de piano en vanaf mijn achtste begon ik obsessief te luisteren naar mijn favoriete cds. Ik was altijd bezig met dansen en acteren, maar te verlegen om voluit te zingen dus dat deed ik altijd stiekem in mijn kamertje. In eerste instantie ben ik dan ook een theateropleiding gaan doen, maar omdat ik de zangtechniek te klassiek vond deed ik auditie bij het conservatorium in Rotterdam en van daaruit ging het rollen. Ik ging naar jamsessies toe en werd gevraagd als backing vocalist. In diezelfde periode, tijdens mijn studie, ging ik meer schrijven en begon het te kriebelen om een eigen band te hebben.”
Waar is het eenvoudiger dan bij zo'n opeenhoping van muzikaal talent als op een conservatorium mede bandleden te vinden. Die kwamen er dan ook. “Secret Rendezvous is ontstaan vanuit het conservatorium. Ik ontmoette producer/gitarist Remi Lauw in het eerste jaar. We hielden allebei van D'Angelo en Erykah Badu en wisselden muziek uit. Vanuit daar gingen we jammen en verzamelden muzikanten voor schoolprojecten. We kregen wat optredens, maar werkten ook altijd bij andere artiesten dus er bleef weinig tijd over. Na onze studie maakten we een demo EP en begonnen we te werken aan een album, maar omdat onze muzieksmaak en stijl veranderde van NuSoul/Funk naar Electronische Soul besloten we opnieuw te beginnen met een schone lei en een nieuwe band op te richten, dat werd Secret Rendezvous. In 2011 hebben we ons debuutalbum 'Paint The Town Red' uitgebracht. Met onze huidige single 'Homie. Lover. Friend.' gaan we dus eigenlijk weer terug naar onze R&B/Soul roots”, lacht Morsch.
Nu is er tijdens de Popronde de single 'Homie. Lover. Friend.' 'Jaaa, onze nieuwe single”, jubelt Morsch opgetogen, 'en we zijn druk bezig met de videoclip te monteren. Hij komt vrijdag uit', onthult ze met een grote grijns. “Het was het eerste nummer wat we schreven toen we begonnen aan ons tweede album, maar we waren nog aan het zoeken naar onze sound dus het was steeds niet het juiste moment om hem te lanceren.Het beschrijft een romance tussen twee beste vrienden die ontstaat in de zomer. Het is een luchtig, vrolijk nummer geworden en hij wordt al goed ontvangen door diverse media en radiostations dus daar zijn we super blij mee!” Er is nog echter voldoene te schrijven voor het tweede album. “Meestal start Remi met een beat of akkoordenprogressie en schrijf ik daar overheen. Soms heb ik al een idee op piano of tekst en thema en werken we dat uit.
We produceren alles zelf en dat is fijn, want dan heb je alle creatieve vrijheid, maar wel erg tijdrovend. Met ons debuutalbum wilden we alle muziek maken die we tof vonden dus dat was heel divers, maar daardoor ook moeilijk om te plaatsen. De afgelopen jaren zijn we erg gegroeid als songwriters en producers en we hebben nu onze eigen sound gevonden. In het nummer 'Homie. Lover. Friend.' hoor je zowel de electronische/Indie invloeden als R&B/Soul die je op ons album kunt verwachten”, kondigt Sietske Morsch aan. Wie niet zolang wil wachten moet tijdens de Popronde Secret Rendezvous maar even gaan beluisteren in Groningen of één van de andere plaatsen waar de formatie nog zal aantreden.
In Buckshot in Groningen staat op 8 oktober Secret Rendezvous in het kader van de Popronde.
GRONINGEN – Het Amsterdamse Secret Rendezvous is ëén van de bands die in het kader van de Popronde Groningen aan doet. Op 8 oktober staat de formatie in Buckshot in Groningen om zich te presenteren aan het publiek. Secret Rendezvous staat voor soul en R & B. Sietske Morsch en Remi Lauw brachten al een succesvol album uit en nemen nu met de single 'Homie. Lover. Friend.' een voorschot op een tweede album dat volgend jaar moet uitkomen. We wachten geduldig tot Sietske Morsch klaar is met het monteren van een videomontage voor ze de achtergronden van de band naar voren haalt.
“We kennen de Popronde al jaren van naam en nu we bezig zijn met ons 2e album leek de Popronde ons een goed moment om wat nieuwe nummers uit te testen en tegelijkertijd onze single te promoten”steekt Morsch van wal. “We hebben al een aantal shows gehad, iedere stad is anders, maar tot nu toe is het erg leuk en leerzaam. Je hoort meteen wat werkt en wat we anders moeten doen en omdat de shows vlak na elkaar zijn kun je ook meteen de volgende avond het aanpassen.
We hopen tijdens de Popronde veel nieuwe mensen te ontmoeten en een dikke liveshow te kunnen bouwen!” Ambitieuze plannen dus bij de formatie.
Dat Sietske Morsch in de muziek terecht is gekomen, kan niemand verrassen. Ze komt uit met recht een muzikaal nest. “Mijn vader is bassist, mijn broer speelde bas en mijn moeder is programmeur voor een muziekcafe, je kunt wel stellen dat ik uit een muzikale familie kom. Toen ik opgroeide was er altijd muziek aan bij ons, in iedere kamer een andere zender dus ik werd er altijd door omringd.
Zodra ik kon kroop ik achter de piano en vanaf mijn achtste begon ik obsessief te luisteren naar mijn favoriete cds. Ik was altijd bezig met dansen en acteren, maar te verlegen om voluit te zingen dus dat deed ik altijd stiekem in mijn kamertje. In eerste instantie ben ik dan ook een theateropleiding gaan doen, maar omdat ik de zangtechniek te klassiek vond deed ik auditie bij het conservatorium in Rotterdam en van daaruit ging het rollen. Ik ging naar jamsessies toe en werd gevraagd als backing vocalist. In diezelfde periode, tijdens mijn studie, ging ik meer schrijven en begon het te kriebelen om een eigen band te hebben.”
Waar is het eenvoudiger dan bij zo'n opeenhoping van muzikaal talent als op een conservatorium mede bandleden te vinden. Die kwamen er dan ook. “Secret Rendezvous is ontstaan vanuit het conservatorium. Ik ontmoette producer/gitarist Remi Lauw in het eerste jaar. We hielden allebei van D'Angelo en Erykah Badu en wisselden muziek uit. Vanuit daar gingen we jammen en verzamelden muzikanten voor schoolprojecten. We kregen wat optredens, maar werkten ook altijd bij andere artiesten dus er bleef weinig tijd over. Na onze studie maakten we een demo EP en begonnen we te werken aan een album, maar omdat onze muzieksmaak en stijl veranderde van NuSoul/Funk naar Electronische Soul besloten we opnieuw te beginnen met een schone lei en een nieuwe band op te richten, dat werd Secret Rendezvous. In 2011 hebben we ons debuutalbum 'Paint The Town Red' uitgebracht. Met onze huidige single 'Homie. Lover. Friend.' gaan we dus eigenlijk weer terug naar onze R&B/Soul roots”, lacht Morsch.
Nu is er tijdens de Popronde de single 'Homie. Lover. Friend.' 'Jaaa, onze nieuwe single”, jubelt Morsch opgetogen, 'en we zijn druk bezig met de videoclip te monteren. Hij komt vrijdag uit', onthult ze met een grote grijns. “Het was het eerste nummer wat we schreven toen we begonnen aan ons tweede album, maar we waren nog aan het zoeken naar onze sound dus het was steeds niet het juiste moment om hem te lanceren.Het beschrijft een romance tussen twee beste vrienden die ontstaat in de zomer. Het is een luchtig, vrolijk nummer geworden en hij wordt al goed ontvangen door diverse media en radiostations dus daar zijn we super blij mee!” Er is nog echter voldoene te schrijven voor het tweede album. “Meestal start Remi met een beat of akkoordenprogressie en schrijf ik daar overheen. Soms heb ik al een idee op piano of tekst en thema en werken we dat uit.
We produceren alles zelf en dat is fijn, want dan heb je alle creatieve vrijheid, maar wel erg tijdrovend. Met ons debuutalbum wilden we alle muziek maken die we tof vonden dus dat was heel divers, maar daardoor ook moeilijk om te plaatsen. De afgelopen jaren zijn we erg gegroeid als songwriters en producers en we hebben nu onze eigen sound gevonden. In het nummer 'Homie. Lover. Friend.' hoor je zowel de electronische/Indie invloeden als R&B/Soul die je op ons album kunt verwachten”, kondigt Sietske Morsch aan. Wie niet zolang wil wachten moet tijdens de Popronde Secret Rendezvous maar even gaan beluisteren in Groningen of één van de andere plaatsen waar de formatie nog zal aantreden.
In Buckshot in Groningen staat op 8 oktober Secret Rendezvous in het kader van de Popronde.
Joy Mills sluit Noord Nederlandse deel toer af in 't Keerpunt
SPIJKERBOOR – In een flink aantal zalen stond met veel succes de afgelopen weken de Joy Mills Band. De formatie rondom naamgeefster Joy Mills is geliefd in het Noorden met hun countryachtige muziek. Op de valreep weet Mills nog wat te vertellen over haar muziek voor die avond in 't Keerpunt in Spijkerboor op 3 oktober voorlopig een laatste optreden wordt gegeven in het Noorden. Mills en haar band komen uit Seattle uit de staat Washington. Het zijn exponenten van een bloeiende muziekscene waarvan we gelukkig in Nederland ook regelmatig de vruchten plukken.
“Ik begon met het schrijven van liedjes op de universiteit”, steekt Joy Mills van wal. “Ik werd aangetrokken tot het werk van de singer-songwriters van vroeger tot toen. Van Bob Dylan tot Tracy Chapman. Ik verhuisde naar Seattle en begon op te treden via open mic avonden en deed dat regelmatig. Van daaruit ben ik met mijn eerste band The Starlings begonnen en hadden mijn liedjes een country-esque kind of flavor gekregen op het moment dat mijn liedjesschrijf kwaliteiten tot een bepaalde wasdom groeiden. Het was gewoon de route zoals het gelopen is, niet een bewuste keus om country liedjes te schrijven.” Er moet Joy Mills nog een punt van het hart. “Ik beschouw mezelf niet als een vrouwlijke liedjesschrijver, maar gewoon een liedjes schrijver. Vrouwen wordt vaak gevraagd om zich te definiëren als op de eerste plaats vrouw. Een man moet zich nooit verantwoorden dat hij man is.”
Met The Starlings kwam de muzikale loopbaan van Joy Mills goed op gang. Vijf jaar was dat het vehicle voor haar muzikale dadendrang. “Ik heb ontzettend veel geleerd in die periode, zowel van de muzikale kant, maar ook zeker van de zakelijke. We hebben intensief rond getourt in de Verenigde Staten en hebben platen uitgebracht. Toen de band ophield te bestaan heb ik een jaar lang besteed aan het schrijven van nieuw werk. Daar is de eerste Joy Mills CD uit voortgekomen en de band is van daar gaan groeien. Ik wil in de toekomst blijven groeien als artiest en liedjesschrijver. Dat is mijn voornaamste opdracht.”
Naast veel voorprogramma werk is Joy Mills ook een veel gevraagde studiozangeres. Een uitgelegen kans om ook bij collega's in de keuken te kijken. “Ik heb bij heel veel collega's backing harmonies gedaan en ik vind dat geweldig. Het geeft me de kans om gewoon mee te doen, zonder dat ik de leiding hoef te nemen. Mijn taak is veel simpeler, dus sta je er ook heel anders in en kan ik puur muzikaal genieten. Ik hou daar van en hoop dat in de toekomst nog vaak te doen.” Joy Mills en haar band leden komen uit een welhaast onbekend stuk van de Verenigde Staten. De staat Washington met als hoofdstad Seattle. Gelegen tegen de Canadeze grens en de Grote Oceaan. Next stop Japan. Het is ook een gebied met verrassende muzikaliteit. “Seattle heeft een grote muzikale gemeenschap. Allerlei genres en ik kan eigenlijk niet goed verklaren hoe dat komt. Het trekt mensen. Het is een goede omgeving voor artiesten met veel bergen, natuurlijke schoonheid, mystieke mistige regens en een gevestigde voedingsbodem van artiesten. Ik krijg zelf veel inspiratie van de natuurlijke omgeving in de Noordwest Pacific en van andere artiesten om mij heen. Er zijn veel samenwerkingen en projecten met muzikanten die er naar streven om een krachtige en levendige muzikale gemeenschap te creeren en te behouden. Dat geeft artiesten veel kansen om een bestaan op te bouwen met goede mogelijkheden.”
“Mijn motivatie om muziek te maken is zelfexpressie”, legt Joy Mills uit. “Dichten en muziek openen deuren om met taal en geluid een diepere impressie en interpratatie van de wereld om je heen te krijgen. Muziek raakt ons. Een gedicht brengt je bij de bron van betekenis. Het is zowel een bewuste als onbewuste relatie. Het is voor mij een noodzaak, hoewel het aan de zakelijke kant stroever gaat dan ooit. Ik wil daar nu niet te diep op ingaan, maar iedereen moet zich bewust zijn dat de muziekindustie geen eenvoudige werkgever is. Ik focus me op het scheppen van een omgeving waar ik kan schrijven, opnemen en optreden en probeer een publiek te vinden dat daar ontvankelijk voor is en geniet van het luisteren naar mijn muziek. Dit is mijn derde toer door Nederland, Duitsland en België en ik merk dat hier een groot publiek is voor rootsmuziek. Er is ook een beter supportsysteem met kwaliteitspodia, een goede beloning en andere zaken, zoals kleinere reisafstanden, die het leuk maken om hier te komen. Ik hou er ook van om in het Noordwesten van de Verenigde Staten te spelen. De dagen dat ik met een bus weken achtereen door het hele land trok liggen achter me. Dat is financieel niet haalbaar tot je echt een grote toernee kan opzetten. Net als alle andere artisten moeten we het rooien met de omstandigheden zoals ze zijn en daar het meeste van maken. Voor mij staat vast dat muziek om mzelf uit te drukken altijd een onderdeel van mijn leven zal zijn. Dat kan niemand me afpakken.”
De Joy Mills Band treedt nu om het nieuwste album 'Deep Cut' te promoten. Een album dat zeer de moeite waard is. “Ik denk dat ik na 'Deep Cut' en de promotietoer maar een lekkere artistieke winterslaap ga houden”, lacht Mills. “Ik ga rustig wat liedjes schrijven en na denken over projecten waarvan alleen de contouren nog maar opdoemen. Ik heb verschillende projecten, waaronder de Joy Mills Band. Ik denk dat ik nu wel zin heb aan een album met mooie rustige liedjes. We zullen het wel zien.”
De Joy Mills Band treedt op 3 oktober op in 't Keerpunt in Spijkerboor.
SPIJKERBOOR – In een flink aantal zalen stond met veel succes de afgelopen weken de Joy Mills Band. De formatie rondom naamgeefster Joy Mills is geliefd in het Noorden met hun countryachtige muziek. Op de valreep weet Mills nog wat te vertellen over haar muziek voor die avond in 't Keerpunt in Spijkerboor op 3 oktober voorlopig een laatste optreden wordt gegeven in het Noorden. Mills en haar band komen uit Seattle uit de staat Washington. Het zijn exponenten van een bloeiende muziekscene waarvan we gelukkig in Nederland ook regelmatig de vruchten plukken.
“Ik begon met het schrijven van liedjes op de universiteit”, steekt Joy Mills van wal. “Ik werd aangetrokken tot het werk van de singer-songwriters van vroeger tot toen. Van Bob Dylan tot Tracy Chapman. Ik verhuisde naar Seattle en begon op te treden via open mic avonden en deed dat regelmatig. Van daaruit ben ik met mijn eerste band The Starlings begonnen en hadden mijn liedjes een country-esque kind of flavor gekregen op het moment dat mijn liedjesschrijf kwaliteiten tot een bepaalde wasdom groeiden. Het was gewoon de route zoals het gelopen is, niet een bewuste keus om country liedjes te schrijven.” Er moet Joy Mills nog een punt van het hart. “Ik beschouw mezelf niet als een vrouwlijke liedjesschrijver, maar gewoon een liedjes schrijver. Vrouwen wordt vaak gevraagd om zich te definiëren als op de eerste plaats vrouw. Een man moet zich nooit verantwoorden dat hij man is.”
Met The Starlings kwam de muzikale loopbaan van Joy Mills goed op gang. Vijf jaar was dat het vehicle voor haar muzikale dadendrang. “Ik heb ontzettend veel geleerd in die periode, zowel van de muzikale kant, maar ook zeker van de zakelijke. We hebben intensief rond getourt in de Verenigde Staten en hebben platen uitgebracht. Toen de band ophield te bestaan heb ik een jaar lang besteed aan het schrijven van nieuw werk. Daar is de eerste Joy Mills CD uit voortgekomen en de band is van daar gaan groeien. Ik wil in de toekomst blijven groeien als artiest en liedjesschrijver. Dat is mijn voornaamste opdracht.”
Naast veel voorprogramma werk is Joy Mills ook een veel gevraagde studiozangeres. Een uitgelegen kans om ook bij collega's in de keuken te kijken. “Ik heb bij heel veel collega's backing harmonies gedaan en ik vind dat geweldig. Het geeft me de kans om gewoon mee te doen, zonder dat ik de leiding hoef te nemen. Mijn taak is veel simpeler, dus sta je er ook heel anders in en kan ik puur muzikaal genieten. Ik hou daar van en hoop dat in de toekomst nog vaak te doen.” Joy Mills en haar band leden komen uit een welhaast onbekend stuk van de Verenigde Staten. De staat Washington met als hoofdstad Seattle. Gelegen tegen de Canadeze grens en de Grote Oceaan. Next stop Japan. Het is ook een gebied met verrassende muzikaliteit. “Seattle heeft een grote muzikale gemeenschap. Allerlei genres en ik kan eigenlijk niet goed verklaren hoe dat komt. Het trekt mensen. Het is een goede omgeving voor artiesten met veel bergen, natuurlijke schoonheid, mystieke mistige regens en een gevestigde voedingsbodem van artiesten. Ik krijg zelf veel inspiratie van de natuurlijke omgeving in de Noordwest Pacific en van andere artiesten om mij heen. Er zijn veel samenwerkingen en projecten met muzikanten die er naar streven om een krachtige en levendige muzikale gemeenschap te creeren en te behouden. Dat geeft artiesten veel kansen om een bestaan op te bouwen met goede mogelijkheden.”
“Mijn motivatie om muziek te maken is zelfexpressie”, legt Joy Mills uit. “Dichten en muziek openen deuren om met taal en geluid een diepere impressie en interpratatie van de wereld om je heen te krijgen. Muziek raakt ons. Een gedicht brengt je bij de bron van betekenis. Het is zowel een bewuste als onbewuste relatie. Het is voor mij een noodzaak, hoewel het aan de zakelijke kant stroever gaat dan ooit. Ik wil daar nu niet te diep op ingaan, maar iedereen moet zich bewust zijn dat de muziekindustie geen eenvoudige werkgever is. Ik focus me op het scheppen van een omgeving waar ik kan schrijven, opnemen en optreden en probeer een publiek te vinden dat daar ontvankelijk voor is en geniet van het luisteren naar mijn muziek. Dit is mijn derde toer door Nederland, Duitsland en België en ik merk dat hier een groot publiek is voor rootsmuziek. Er is ook een beter supportsysteem met kwaliteitspodia, een goede beloning en andere zaken, zoals kleinere reisafstanden, die het leuk maken om hier te komen. Ik hou er ook van om in het Noordwesten van de Verenigde Staten te spelen. De dagen dat ik met een bus weken achtereen door het hele land trok liggen achter me. Dat is financieel niet haalbaar tot je echt een grote toernee kan opzetten. Net als alle andere artisten moeten we het rooien met de omstandigheden zoals ze zijn en daar het meeste van maken. Voor mij staat vast dat muziek om mzelf uit te drukken altijd een onderdeel van mijn leven zal zijn. Dat kan niemand me afpakken.”
De Joy Mills Band treedt nu om het nieuwste album 'Deep Cut' te promoten. Een album dat zeer de moeite waard is. “Ik denk dat ik na 'Deep Cut' en de promotietoer maar een lekkere artistieke winterslaap ga houden”, lacht Mills. “Ik ga rustig wat liedjes schrijven en na denken over projecten waarvan alleen de contouren nog maar opdoemen. Ik heb verschillende projecten, waaronder de Joy Mills Band. Ik denk dat ik nu wel zin heb aan een album met mooie rustige liedjes. We zullen het wel zien.”
De Joy Mills Band treedt op 3 oktober op in 't Keerpunt in Spijkerboor.
Gretchen Peters: Country and Folk zijn als neefjes
NASHVILLE/GRONINGEN – Ze schreef liedjes voor tal van artiesten. Etta James, Neil Diamond en de met een liedje van haar een Grammy winnende Martina McBride. Zelf is ze ook een fantastische zangeres en deelt regelmatig het podium met de voorhoede van de folk met artiesten als Eliza Gilkyson en Mary Gauthier. De Nederlandse tour van Gretchen Peters start binnenkort. In Nashville kijkt ze vooruit, maar nu haar leeftijd toch wat begint te stijgen ook vooral terug met haar mooie album 'Blackbirds'. Op 20 oktober doet Peters, in 2014 opgenomen in de Nashville Songwriters Hall of Fame, De Oosterpoort in Groningen aan. Een unieke klans om deze vakvrouw van de buitenklasse aan het werk te zien.
Het afgelopen weekend stond Peters op het podium met Mary Gauthier en Eliza Gilkyson. Een feestje met drie zeer aansprekende dames op het affiche. “Ik denk dat we allemaal bewonderaars zijn van elkaars werk, wat een prachtig begin is van een samenwerking. Ik mag vlakbij zitten bij deze twee artiesten en kan zien hoe ze werken. Het is een verbazingwekkend iets. Ik heb veel geleerd door te kijken. Van Eliza het gemak waarmee ze op het podium staat en van Mary hoe ze uitgaat van haar eigen kracht en nog zoveel meer. Beide zijn niet alleen geweldige liedjesschrijvers, maar ook opwindende artiesten.”
Een ander kenmerk van deze die dames is dat ze niet meer piep zijn. De kilometers op het podium zijn gemaakt en jaren beginnen te tellen. Tijd om ook eens achterom te kijken. Gretchen Peters constateerde dat het vooral manlijke artiesten zijn die in hun werk als thema hebben ouder worden, afscheidnemen en de dood. Voor vrouwen is het, net als bijvoorbeeld in de film, een taboe om hierover te zingen. “Persoonlijk heb ik dat aangepakt door het te onthullen voor wat het is. Ik heb het recht in de ogen gekeken en voor de frontale confrontatie gekozen. Zo ben ik. Als je me vertelt dat een bepaald thema of onderwerp taboe is, dan is dat waar ik me op focus”, klinkt het strijdlustig. “Dat is onweerstaanbaar voor me. Ik denk dat het beschamend en bijzonder schadelijk is dat we zo'n cultureel bepaalde verwachting hebben dat vrouwen of hun leeftijd moeten zien te verbergen en er oneerlijk over moeten zijn of dat vrouwen simpelweg uit beeld verdwijnen als ze 50 worden. Het is niet zo dat ik buitengewon dapper ben dat ik er openlijk over spreek. Ik heb bij mezelf bedacht dat ik dit kon onderzoeken en gebruiken in plaats van me voordoen als 'iets' wat ik niet ben. Waarom er niet in openheid over praten. Er zijn vast andere vrouwen, maar ook mannen, die ook door zo'n proces gaan en dit herkennen. Dit gaat ook terug naar het idee dat liedjes eigenlijk beginnen als gesprekken met mezelf. Ik ben niet anders dan iedereen. Ik heb conversaties met mijzelf over ouder worden en doodgaan. De kans is groot dat deze gesprekken hun weerklank vinden bij andere mensen.”
Werd haar vorige album uit 2012 'Hello Cruel World' al gezien als het hoogtepunt van haar loopbaan, met 'Blackbirds' leverde Peters nogmaals een hoog gewaardeerd album af. Centrale thema hierbij is ouder worden, doodgaan en hoe hiermee om te gaan. Een veranderende thematiek en aanpak. “Mijn aanpak van dit soort projecten laat de laatste jaren meer ruimte voor het onbekende. Toen ik begon als artiest had ik de behoefte om alles te controleren in de studio. Ik wilde een concreet idee hebben wat ik wilde bereiken en wat er nodig was om dat doel te bewerkstelligen. Nu sta ik meer open voor het toeval. Ik probeer me te omringen met muzikanten die ik vertrouw en die mij begrijpen als artiest en laat ze dan hun ding doen. Ik heb ontdekt dat met deze aanpak in de muziek er altijd prachtige onverwachte resultaten zijn die ik vooraf nooit had kunnen bedenken.” Ze gaat verder over de thematiek van het album. “Mijn eigen gevoel van sterfelijkheid en van een aantal anderen in mijn omgeving was op dat moment erg een onderdeel van mijn wereld toen ik het album schreef. Als je op een bepaalde leeftijd komt is het onvermijdelijk dat je in toenemend tempo vrienden en familie verliest. Dat er rouw is en het besef dat de tijd voorbij gaat. Het besef groeit dat het leven niet meer eindeloos is. Voor mij was dat een diep en rijk onderwerp, maar ook een onderwerp dat me bang maakte. Precies het onderwerp waar ik als schrijver me in kan vastbijten. Ik denk niet dat dit thema nu nog het enige thema is waar ik me mee bezig ga houden, omdat ik nu een bepaalde leeftijd heb bereikt. Ik weet eigenlijk nooit wat mijn interesse gaat pakken tot het zover is. Mijn liedjes beginnen meestal met woorden, hoewel dat wel kan verschillen per lied. Over het algemeen is het een titel, een strove of een idee. Ik maak ook geen onderscheid tussen de liedjesschrijver en de artiest die het liedje opneemt en op het podium speelt. Voor mij is dat precies hetzelfde. Je kunt een liedjesschrijver als Paul Simon of Joni Mitchell of Bob Dylan, niet scheiden van diegene die je hoort op het album of die het liedje live speelt. Dat waren toch artiesten die ik bewonderde en probeerde na te volgen. Ik denk dat al deze rollen onderdeel zijn van het artiest zijn. Ik ben zelf altijd op zoek naar dat moment als er niets meer is tussen het publiek en mij en we eigenlijk alleen bestaan in het liedje. Veel van wat ik doe daar moet je over nadenken of analyzeren en redigeren. Een live optreden is er op dit moment, nu. Het mooie is dat zo'n concert van nature vergankelijk is. Het is niet altijd mogelijk om dat stadium te bereiken, maar als je jezelf kan verliezen in de muziek, als gebeurt is er niets mooier dan dat.”
Nog even terug naar waar het allemaal begon. De dagen dat Gretchen Peters zich vormde tot de artiest die ze vandaag is. “Ik groeide op met folk muziek. Het sprak me enorm aan dat ik met alleen een gitaar een liedje kon vertolken. Ik leerde spelen toen ik zeven jaar was en werd verliefd op de woorden. Ik luisterde naar Bob Dylan, Joni Mitchell, Leonard Cohen en Simon & Garfunkel. Later ontdekte ik de country muziek. Ik heb altijd gevonden dat country en folk neefjes zijn van elkaar. Bij beide draait het om het vertellen van een verhaal. Ik ben opgegroeid in New York tot ik dertien was. Daarna zijn we verhuisd naar Colorado, wat muzkaal gezien een grote invloed op me had. Mijn diepste muzikale wortels zitten in New York toen ik kind was en de Greenwich Village folk scene vlakbij was waar wij woonden. Mijn oudere zus bracht Bob Dylan platen mee naar huis. In Colorado ontdekte ik country-rock zoals, Gram Parsons en de Flying Burrito Brothers. Via deze hippie bands ontdekte ik old-school country music. Nashville waar ik al lang woon, beschouw ik als mijn post-graduate studies. Hier heb ik de fijnere punten van het liedjesschrijven onder de knie gekregen. En geleerd hoe ik eigenlijk naar een liedje moest luisteren in de eerste jaren dat ik hier woonde. Alle drie deze plaatsen waren enorm belangrijk voor hoe ik me muzikaal heb ontwikkeld.”
Nog even informeren naar de plannen als straks de toernee is afgelopen. “Ik plan een retrospectief album op het moment met nieuwe opnames van oude liedjes. Daarnaast spelen er wel wat ideëen in mijn hoofd, maar eerst wil ik een lange periode van rust. 'We’ve been hitting the road very hard for five years, with only time off to make a couple of records.”, aldus Gretchen Peters. Voor het zover is en ze van haar welverdiende rust mag genieten komt Gretchen Peters haar liedjes spelen in Groningen.
Op 20 oktober doet Gretchen Peters De Oosterpoort in Groningen aan.
NASHVILLE/GRONINGEN – Ze schreef liedjes voor tal van artiesten. Etta James, Neil Diamond en de met een liedje van haar een Grammy winnende Martina McBride. Zelf is ze ook een fantastische zangeres en deelt regelmatig het podium met de voorhoede van de folk met artiesten als Eliza Gilkyson en Mary Gauthier. De Nederlandse tour van Gretchen Peters start binnenkort. In Nashville kijkt ze vooruit, maar nu haar leeftijd toch wat begint te stijgen ook vooral terug met haar mooie album 'Blackbirds'. Op 20 oktober doet Peters, in 2014 opgenomen in de Nashville Songwriters Hall of Fame, De Oosterpoort in Groningen aan. Een unieke klans om deze vakvrouw van de buitenklasse aan het werk te zien.
Het afgelopen weekend stond Peters op het podium met Mary Gauthier en Eliza Gilkyson. Een feestje met drie zeer aansprekende dames op het affiche. “Ik denk dat we allemaal bewonderaars zijn van elkaars werk, wat een prachtig begin is van een samenwerking. Ik mag vlakbij zitten bij deze twee artiesten en kan zien hoe ze werken. Het is een verbazingwekkend iets. Ik heb veel geleerd door te kijken. Van Eliza het gemak waarmee ze op het podium staat en van Mary hoe ze uitgaat van haar eigen kracht en nog zoveel meer. Beide zijn niet alleen geweldige liedjesschrijvers, maar ook opwindende artiesten.”
Een ander kenmerk van deze die dames is dat ze niet meer piep zijn. De kilometers op het podium zijn gemaakt en jaren beginnen te tellen. Tijd om ook eens achterom te kijken. Gretchen Peters constateerde dat het vooral manlijke artiesten zijn die in hun werk als thema hebben ouder worden, afscheidnemen en de dood. Voor vrouwen is het, net als bijvoorbeeld in de film, een taboe om hierover te zingen. “Persoonlijk heb ik dat aangepakt door het te onthullen voor wat het is. Ik heb het recht in de ogen gekeken en voor de frontale confrontatie gekozen. Zo ben ik. Als je me vertelt dat een bepaald thema of onderwerp taboe is, dan is dat waar ik me op focus”, klinkt het strijdlustig. “Dat is onweerstaanbaar voor me. Ik denk dat het beschamend en bijzonder schadelijk is dat we zo'n cultureel bepaalde verwachting hebben dat vrouwen of hun leeftijd moeten zien te verbergen en er oneerlijk over moeten zijn of dat vrouwen simpelweg uit beeld verdwijnen als ze 50 worden. Het is niet zo dat ik buitengewon dapper ben dat ik er openlijk over spreek. Ik heb bij mezelf bedacht dat ik dit kon onderzoeken en gebruiken in plaats van me voordoen als 'iets' wat ik niet ben. Waarom er niet in openheid over praten. Er zijn vast andere vrouwen, maar ook mannen, die ook door zo'n proces gaan en dit herkennen. Dit gaat ook terug naar het idee dat liedjes eigenlijk beginnen als gesprekken met mezelf. Ik ben niet anders dan iedereen. Ik heb conversaties met mijzelf over ouder worden en doodgaan. De kans is groot dat deze gesprekken hun weerklank vinden bij andere mensen.”
Werd haar vorige album uit 2012 'Hello Cruel World' al gezien als het hoogtepunt van haar loopbaan, met 'Blackbirds' leverde Peters nogmaals een hoog gewaardeerd album af. Centrale thema hierbij is ouder worden, doodgaan en hoe hiermee om te gaan. Een veranderende thematiek en aanpak. “Mijn aanpak van dit soort projecten laat de laatste jaren meer ruimte voor het onbekende. Toen ik begon als artiest had ik de behoefte om alles te controleren in de studio. Ik wilde een concreet idee hebben wat ik wilde bereiken en wat er nodig was om dat doel te bewerkstelligen. Nu sta ik meer open voor het toeval. Ik probeer me te omringen met muzikanten die ik vertrouw en die mij begrijpen als artiest en laat ze dan hun ding doen. Ik heb ontdekt dat met deze aanpak in de muziek er altijd prachtige onverwachte resultaten zijn die ik vooraf nooit had kunnen bedenken.” Ze gaat verder over de thematiek van het album. “Mijn eigen gevoel van sterfelijkheid en van een aantal anderen in mijn omgeving was op dat moment erg een onderdeel van mijn wereld toen ik het album schreef. Als je op een bepaalde leeftijd komt is het onvermijdelijk dat je in toenemend tempo vrienden en familie verliest. Dat er rouw is en het besef dat de tijd voorbij gaat. Het besef groeit dat het leven niet meer eindeloos is. Voor mij was dat een diep en rijk onderwerp, maar ook een onderwerp dat me bang maakte. Precies het onderwerp waar ik als schrijver me in kan vastbijten. Ik denk niet dat dit thema nu nog het enige thema is waar ik me mee bezig ga houden, omdat ik nu een bepaalde leeftijd heb bereikt. Ik weet eigenlijk nooit wat mijn interesse gaat pakken tot het zover is. Mijn liedjes beginnen meestal met woorden, hoewel dat wel kan verschillen per lied. Over het algemeen is het een titel, een strove of een idee. Ik maak ook geen onderscheid tussen de liedjesschrijver en de artiest die het liedje opneemt en op het podium speelt. Voor mij is dat precies hetzelfde. Je kunt een liedjesschrijver als Paul Simon of Joni Mitchell of Bob Dylan, niet scheiden van diegene die je hoort op het album of die het liedje live speelt. Dat waren toch artiesten die ik bewonderde en probeerde na te volgen. Ik denk dat al deze rollen onderdeel zijn van het artiest zijn. Ik ben zelf altijd op zoek naar dat moment als er niets meer is tussen het publiek en mij en we eigenlijk alleen bestaan in het liedje. Veel van wat ik doe daar moet je over nadenken of analyzeren en redigeren. Een live optreden is er op dit moment, nu. Het mooie is dat zo'n concert van nature vergankelijk is. Het is niet altijd mogelijk om dat stadium te bereiken, maar als je jezelf kan verliezen in de muziek, als gebeurt is er niets mooier dan dat.”
Nog even terug naar waar het allemaal begon. De dagen dat Gretchen Peters zich vormde tot de artiest die ze vandaag is. “Ik groeide op met folk muziek. Het sprak me enorm aan dat ik met alleen een gitaar een liedje kon vertolken. Ik leerde spelen toen ik zeven jaar was en werd verliefd op de woorden. Ik luisterde naar Bob Dylan, Joni Mitchell, Leonard Cohen en Simon & Garfunkel. Later ontdekte ik de country muziek. Ik heb altijd gevonden dat country en folk neefjes zijn van elkaar. Bij beide draait het om het vertellen van een verhaal. Ik ben opgegroeid in New York tot ik dertien was. Daarna zijn we verhuisd naar Colorado, wat muzkaal gezien een grote invloed op me had. Mijn diepste muzikale wortels zitten in New York toen ik kind was en de Greenwich Village folk scene vlakbij was waar wij woonden. Mijn oudere zus bracht Bob Dylan platen mee naar huis. In Colorado ontdekte ik country-rock zoals, Gram Parsons en de Flying Burrito Brothers. Via deze hippie bands ontdekte ik old-school country music. Nashville waar ik al lang woon, beschouw ik als mijn post-graduate studies. Hier heb ik de fijnere punten van het liedjesschrijven onder de knie gekregen. En geleerd hoe ik eigenlijk naar een liedje moest luisteren in de eerste jaren dat ik hier woonde. Alle drie deze plaatsen waren enorm belangrijk voor hoe ik me muzikaal heb ontwikkeld.”
Nog even informeren naar de plannen als straks de toernee is afgelopen. “Ik plan een retrospectief album op het moment met nieuwe opnames van oude liedjes. Daarnaast spelen er wel wat ideëen in mijn hoofd, maar eerst wil ik een lange periode van rust. 'We’ve been hitting the road very hard for five years, with only time off to make a couple of records.”, aldus Gretchen Peters. Voor het zover is en ze van haar welverdiende rust mag genieten komt Gretchen Peters haar liedjes spelen in Groningen.
Op 20 oktober doet Gretchen Peters De Oosterpoort in Groningen aan.
Betty Soo: Mijn culturele identiteit is 'solid American'
Foto: Valerie Fremin
AUSTIN – “Kunnen we voor morgen afspreken? Vandaag ben ik op reis!” Het is niet eenvoudig om Betty Soo te achterhalen. Ze rijdt in een huurauto bang voor een slasher door Massachusetts. Danst in een compleet blanke bar in Vermont met een kleurling, toert met Rebecca Loebe, verliest haar mobieltje in een taxi in New York en staat met onder andere Eliza Gilkyson les te geven op het Berklee College of Music. Dan is er ook nog Betty Soo's Hair, haar kapsel dat een eigen Facebook pagina heeft. Morgen wordt een paar dagen later, maar dan neemt Betty Soo ook alle tijd om vooruit te kijken naar haar toernee in Nederland. Te vertellen over haar muziek en hoe het is om als Amerikaanse met Aziatische wortels toch naam te maken in een genre waarin dat niet gewoon is. Naturlijk mag ook haar depressie en hoe Soo daar mee omging niet onbesproken blijven. Op 21 oktober deelt Betty Soo het podium met Amanda Pearcy in Steendam bij podium Peter en Leni en op 25 oktober maakt ze onderdeel uit van de Continental Road Show met nog een aantal artiesten uit de Continental stal bij VanSlag / RootsontheRoad in Borger.
Wie Betty Soo volgt ziet het halve verhaal. De leuke zaken, de humor, de muziek. De andere helft is vaak niet te zien, maar veel ingrijpender. De afgelopen jaren waren heftig voor de zangeres uit Austin Texas. Naast dat ze veel vrienden bij stond met persoonlijke problemen had ze zelf ook te kampen met haar eigen demonen in de vorm van een depressie. “Als je te maken krijgt met een depressie heb je veel te maken met genade. Je moet leren om voor je zelf te zorgen, je zelf te vergeven en respect te hebben voor je eigen grenzen. Dit heb ik geleerd na veel worstelingen met mezelf om te omarmen en in praktijk te brengen. Deze worsteling heeft me ook geleerd om compassie te hebben voor de mensen om mij heen en daar ben ik erg dankbaar voor. Ik vind het vaak mijn zaak als songwriter om anderen te helpen met communiceren en tot uitdrukking te brengen, wat hun niet lukt om in woorden te vatten. Op het moment dat ik het zo nodig had om te overleven waren er liedjes die deze betekenis voor mij hadden. Ik was zo blij dat deze liedjes er op die momenten waren en mij de kracht gaven om door te gaan.”
Betty Soo groeide op tussen de muziek, “Ik heb drie zussen, die allemaal ook erg muzikaal zijn. Onze ouders stimuleerden ons. Ze leerden ons muziek te apprecieren en moedigden ons aan om een instrument te gaan bespelen. We groeiden op terwijl we zongen rondom de piano en er waren altijd veel muziek instrumenten thuis. Ook de auto was een favoriete plek om samen te zingen, waar we samen harmonieen bedachten en uiteraard musiceerden we in de kerk. We luisterden ook veel naar muziek. Mijn ouders hebben veel klassieke muziek aan ons laten horen. We hebben van onze muziekleraren ook klassiek leren spelen, maar daarnaast luisterden we ook naar jazz, pop, rock, gospel, country, folk, van alles wat eigenlijk. Ik weet ook eigenlijk niet waarom de muziek die ik schrijf zo leunt tegen de folk en Americana kant van de muziek om eerlijk te zijn. Veel van wat ik zelf mooi vind zit in die hoek, maar ik geniet net zo veel van pop, jazz of rock.”
Haar naam verraad het al. De stamboom van Betty Soo kent wortels die in Azië liggen. In Korea. Niet een doorsnee afkomst voor een door blanken gedomineerde muzieksoort als folk en country. Ze is niet uniek, want ook de van oorsprong Filipijnse Aireene Espiritu waagt zich op dit terrein. Met de huidige door Donald Tromp aangewakkerde discussie over etnische afkomst toch een item. “Volgens mij maakt het veel mensen helemaal niet uit waar mijn etnische wortels liggen, terwijl anderen het juist reuze boeiend vinden. Ik ben geboren in de Verenigde Staten, dus is mijn culturele identiteit nogal solide Amerikaans. Aan de andere kant realiseer ik me dat mijn kindertijd heel anders is verlopen dan bij veel andere kinderen die niet van immigranten stammen. Ik voel het als dat ik een mogelijkheid heb om een ervaring te delen van een minderheid met een meerderheid die niet weet wat het is om er anders uit te zien als de meeste andere mensen in hun maatschappij. Ik heb zeker ook situaties meegemaakt dat mensen op racistische gronden kwaad waren dat ik 'American' muziek speelde. Veel vaker kom je echter een rascisme tegen die niet met opzet is om je te kwetsen. Als Asian American is dat een boeiende ervaring. Ik kan niks zeggen over of spreken voor Black Americans en hoe zij dat ervaren. Regelmatig heb ik wel het gevoel dat het een discussie is die tegenwoordig over ons hoofd wordt gevoerd, zowel door groepen die zich sterk maken voor raciale rechten en gelijkheid als de groepen die daar tegen zijn.”
Terug naar de muziek. In alle hektiek in haar leven heeft Betty Soo toch de stilte van thuis nodig om te schrijven. “Ik schrijf meestal thuis. Ik zit achter mijn computer omdat ik dan sneller mijn gedachten en ingevingen kan vangen dan als ik dat zou moeten opschrijven. De muziek componeer ik op de gitaar of de piano. Ik heb vroeger ook wel liedjes op de banjo geschreven. Liedjes komen op heel verschillende manieren tot mij. Soms is er een centraal idee waar alles omheen draait, soms is het een uitspraak, soms bedenk ik een melodie of is het een groove die ik voel. Het is een mysterie waar een liedje begint voor mij. Voor de onderwerpen waar liedjes overgaan schrijf ik vaak over mijn eigen ervaringen of de ervaringen van vrienden. En af en toe is een liedje ook gewoon fictie. Een goed verhaal en heb ik geen idee hoe ik aan dat verhaal gekomen ben.” Op haar laatste album 'When We’re Gone' is het de afrekening met haar laatste vijf jaar die de boventoon voert. “Mijn doel voor 'When We're Gone' was om echt een beeld van de afgelopen vijf zware jaren te schilderen zo goed als ik kon en toch een samenhangend werk te maken. Veel mensen genieten van het album. Ze komen bij me om me te vertellen dat ze de pijn herkennen in de liedjes, maar ook de boodschap van hoop en genezing. Dat is een geweldig resultaat. Ik had niet kunnen wensen om meer te bereiken dan juist dat,” besluit Betty Soo die vast ook in haar Nederlandse concerten deze boodschap uitdraagt.
Betty Soo speelt op 21 oktober samen met Amanda Pearcy op podium Peter en Leni in Steendam en op 25 oktober met de Continental Road Show bij VanSlag / RootsontheRoad in Borger.
Foto: Valerie Fremin
AUSTIN – “Kunnen we voor morgen afspreken? Vandaag ben ik op reis!” Het is niet eenvoudig om Betty Soo te achterhalen. Ze rijdt in een huurauto bang voor een slasher door Massachusetts. Danst in een compleet blanke bar in Vermont met een kleurling, toert met Rebecca Loebe, verliest haar mobieltje in een taxi in New York en staat met onder andere Eliza Gilkyson les te geven op het Berklee College of Music. Dan is er ook nog Betty Soo's Hair, haar kapsel dat een eigen Facebook pagina heeft. Morgen wordt een paar dagen later, maar dan neemt Betty Soo ook alle tijd om vooruit te kijken naar haar toernee in Nederland. Te vertellen over haar muziek en hoe het is om als Amerikaanse met Aziatische wortels toch naam te maken in een genre waarin dat niet gewoon is. Naturlijk mag ook haar depressie en hoe Soo daar mee omging niet onbesproken blijven. Op 21 oktober deelt Betty Soo het podium met Amanda Pearcy in Steendam bij podium Peter en Leni en op 25 oktober maakt ze onderdeel uit van de Continental Road Show met nog een aantal artiesten uit de Continental stal bij VanSlag / RootsontheRoad in Borger.
Wie Betty Soo volgt ziet het halve verhaal. De leuke zaken, de humor, de muziek. De andere helft is vaak niet te zien, maar veel ingrijpender. De afgelopen jaren waren heftig voor de zangeres uit Austin Texas. Naast dat ze veel vrienden bij stond met persoonlijke problemen had ze zelf ook te kampen met haar eigen demonen in de vorm van een depressie. “Als je te maken krijgt met een depressie heb je veel te maken met genade. Je moet leren om voor je zelf te zorgen, je zelf te vergeven en respect te hebben voor je eigen grenzen. Dit heb ik geleerd na veel worstelingen met mezelf om te omarmen en in praktijk te brengen. Deze worsteling heeft me ook geleerd om compassie te hebben voor de mensen om mij heen en daar ben ik erg dankbaar voor. Ik vind het vaak mijn zaak als songwriter om anderen te helpen met communiceren en tot uitdrukking te brengen, wat hun niet lukt om in woorden te vatten. Op het moment dat ik het zo nodig had om te overleven waren er liedjes die deze betekenis voor mij hadden. Ik was zo blij dat deze liedjes er op die momenten waren en mij de kracht gaven om door te gaan.”
Betty Soo groeide op tussen de muziek, “Ik heb drie zussen, die allemaal ook erg muzikaal zijn. Onze ouders stimuleerden ons. Ze leerden ons muziek te apprecieren en moedigden ons aan om een instrument te gaan bespelen. We groeiden op terwijl we zongen rondom de piano en er waren altijd veel muziek instrumenten thuis. Ook de auto was een favoriete plek om samen te zingen, waar we samen harmonieen bedachten en uiteraard musiceerden we in de kerk. We luisterden ook veel naar muziek. Mijn ouders hebben veel klassieke muziek aan ons laten horen. We hebben van onze muziekleraren ook klassiek leren spelen, maar daarnaast luisterden we ook naar jazz, pop, rock, gospel, country, folk, van alles wat eigenlijk. Ik weet ook eigenlijk niet waarom de muziek die ik schrijf zo leunt tegen de folk en Americana kant van de muziek om eerlijk te zijn. Veel van wat ik zelf mooi vind zit in die hoek, maar ik geniet net zo veel van pop, jazz of rock.”
Haar naam verraad het al. De stamboom van Betty Soo kent wortels die in Azië liggen. In Korea. Niet een doorsnee afkomst voor een door blanken gedomineerde muzieksoort als folk en country. Ze is niet uniek, want ook de van oorsprong Filipijnse Aireene Espiritu waagt zich op dit terrein. Met de huidige door Donald Tromp aangewakkerde discussie over etnische afkomst toch een item. “Volgens mij maakt het veel mensen helemaal niet uit waar mijn etnische wortels liggen, terwijl anderen het juist reuze boeiend vinden. Ik ben geboren in de Verenigde Staten, dus is mijn culturele identiteit nogal solide Amerikaans. Aan de andere kant realiseer ik me dat mijn kindertijd heel anders is verlopen dan bij veel andere kinderen die niet van immigranten stammen. Ik voel het als dat ik een mogelijkheid heb om een ervaring te delen van een minderheid met een meerderheid die niet weet wat het is om er anders uit te zien als de meeste andere mensen in hun maatschappij. Ik heb zeker ook situaties meegemaakt dat mensen op racistische gronden kwaad waren dat ik 'American' muziek speelde. Veel vaker kom je echter een rascisme tegen die niet met opzet is om je te kwetsen. Als Asian American is dat een boeiende ervaring. Ik kan niks zeggen over of spreken voor Black Americans en hoe zij dat ervaren. Regelmatig heb ik wel het gevoel dat het een discussie is die tegenwoordig over ons hoofd wordt gevoerd, zowel door groepen die zich sterk maken voor raciale rechten en gelijkheid als de groepen die daar tegen zijn.”
Terug naar de muziek. In alle hektiek in haar leven heeft Betty Soo toch de stilte van thuis nodig om te schrijven. “Ik schrijf meestal thuis. Ik zit achter mijn computer omdat ik dan sneller mijn gedachten en ingevingen kan vangen dan als ik dat zou moeten opschrijven. De muziek componeer ik op de gitaar of de piano. Ik heb vroeger ook wel liedjes op de banjo geschreven. Liedjes komen op heel verschillende manieren tot mij. Soms is er een centraal idee waar alles omheen draait, soms is het een uitspraak, soms bedenk ik een melodie of is het een groove die ik voel. Het is een mysterie waar een liedje begint voor mij. Voor de onderwerpen waar liedjes overgaan schrijf ik vaak over mijn eigen ervaringen of de ervaringen van vrienden. En af en toe is een liedje ook gewoon fictie. Een goed verhaal en heb ik geen idee hoe ik aan dat verhaal gekomen ben.” Op haar laatste album 'When We’re Gone' is het de afrekening met haar laatste vijf jaar die de boventoon voert. “Mijn doel voor 'When We're Gone' was om echt een beeld van de afgelopen vijf zware jaren te schilderen zo goed als ik kon en toch een samenhangend werk te maken. Veel mensen genieten van het album. Ze komen bij me om me te vertellen dat ze de pijn herkennen in de liedjes, maar ook de boodschap van hoop en genezing. Dat is een geweldig resultaat. Ik had niet kunnen wensen om meer te bereiken dan juist dat,” besluit Betty Soo die vast ook in haar Nederlandse concerten deze boodschap uitdraagt.
Betty Soo speelt op 21 oktober samen met Amanda Pearcy op podium Peter en Leni in Steendam en op 25 oktober met de Continental Road Show bij VanSlag / RootsontheRoad in Borger.
Onderscheiden Schotse Kathryn Joseph speelt in Groningen
Foto: Jannica Honey
GRONINGEN – De Schotse Katryn Joseph maakt furore deze dagen. Niet alleen verzorgt ze een optreden op het prestigieuze Incubate Festival in Tilburg, maar ook staat ze in Pakhuis Hamburg in Groningen op 22 september samen met 'Welfare Mothers' in een Sharksomeness evenement, In eigen land vallen de nominaties haar ten deel. Deze maand werd Kathryn Joseph genomineerd voor Best Live Act bij de Scottish Alternative Music Awards. Ook haar album "bones you have thrown me and blood I’ve spilled" werd onderscheiden met een Scottisch Album of the Year Award. Een erg interressante artieste deze Schotse, met een geheel eigen sound.
In de muziek maakte Katryn Joseph een valse start. “Ik had vanaf dat ik drie jaar was tot mijn elfde pianoles”, aldus de Schotse zangeres. “Ik vond er niks aan. Een aantal jaar heb ik helemaal niks gedaan met de muziek. Geen noot gespeeld. Op een bepaald moment toen ik een jaar of 18 was kreeg ik de hele sterke aandrang om liedjes te schrijven. Het werd mijn manier om bepaalde zaken te verwerken. Mensen die in mijn levan kwamen en dingen die me overkwamen, vaak was er toch een bepaalde pijn die daarmee gepaard ging en die ik kon omzetten in een liedje. Mijn liedjes beginnen meestal met een vorm”, gaat Katryn Joseph verder over hoe ze deze emoties weet te vangen in een lied en zo te verwerken. “Dan komen de woorden die in deze mal passen. Heel erg langzaam en met een boel doorgekraste zinnen beginnen deze teksten hun eigen vormen te creëren. Ik word daarbij erg beïnvloed door de plek waar ik woon en de plekken in de natuur waar ik graag ben. Ik denk dat in mijn liedjes mijn Schotse aard tot uiting komt. Mijn liefde voor mijn land heeft te maken met hoeveel ik om het landschap geef, om de natuur en om de zee. Hoe Schotland er uit ziet en voelt, hoe het er voor zorgt dat ik voel dat ik er deel van uit maak. Ik denk dat je dat kan horen en voelen in mijn liedjes. Dat hoop ik tenminste.”
Haar album "bones you have thrown me and blood I’ve spilled" is prachtig. De onderscheiding met een Scottisch Album of the Year Award terecht en onomstreden. “Ik schrijf mijn liedjes zo langzaam dat ik me heel erg zorgen heb gemaakt of er ooit wel een album zou komen. "bones you have thrown me and blood I’ve spilled" heeft voor mij het besef gebracht dat het allemaal zin heeft. Legt alles een beetje voor me uit. Het idee van iets op vinyl te hebben zorgde ervoor dat ik het toch erg graag wilde maken.” De Schotse jury beschrijft Kathryn joseph als buitengewoon getallenteerd en crimineel ondergewaardeerd. Eén van de best bewaarde geheimen van Schotland.” over haar stem en zang: De stem van Kathryn Joseph stem bevat het buitenaardse kwaliteiten, vergelijkbaar met een Björk, maar toch op een geheel eigen wijze....... Ze is een artiest in elke zin van het woord. Uniek en soulful met in de kern de prachtige maar zenuwslopende waarheid.” Mooie woorden over Kathryn Joseph.
Uiteraard speelt Katryn Joseph de hoofdrol op het album, maar een zeer belangrijke rol is er ook voor de ervaren Schotse producer Marcus Mackay die onder andere furore maakte met zijn werk voor Snowpatrol “Marcus Mackay maakt alle andere geluiden op het album. Hij heeft het album geproduceerd en hij speelt nu live met me op het podium. Live spelen is absoluut mijn favoriete bezigheid geworden. Marcus is een verbazingwekkend mens en ik voel me erg gelukkig dat hij bij me op het podium staat en dat ik met hem mag werken.” Een cadeautje dus voor de Schotse. Die dat nu gewaardeerd ziet met haar nominatie voor beste live act.
Voor de toekomst ziet Kathryn Joseph zeker weer een nieuw album. Nu vanuit een heel andere positie. “Marcus Mackay en ik denken alweer na over een opvolger en ik vind het een erg fijne gedachte dat ik in tegenstelling tot mijn debuutalbum, er nu erg naar uit kijk. Ik ben niet meer bang voor het werk dat voor me ligt. Dat is erg vreemd voor me om dat te ervaren, want ik ben toch een beetje een paranoide persoonlijkheid. Het gevoel om het live te doen is de enige keer dat het voor mij ook echt op zijn plaats valt. Dan heeft het zin voor me. Het is dan ook zo geweldig om mensen te ontmoeten en met ze te spreken die het mooi vinden wat ik doe. Die hun waardering uiten. Dat maakt me zo blij!” Het beloofd een bijzonder optreden te worden met een bijzondere artieste.
Katryn Joseph speelt op 22 september in Pakhuis Hamburg in Groningen. Op het affiche ook Welfare Mothers.
Foto: Jannica Honey
GRONINGEN – De Schotse Katryn Joseph maakt furore deze dagen. Niet alleen verzorgt ze een optreden op het prestigieuze Incubate Festival in Tilburg, maar ook staat ze in Pakhuis Hamburg in Groningen op 22 september samen met 'Welfare Mothers' in een Sharksomeness evenement, In eigen land vallen de nominaties haar ten deel. Deze maand werd Kathryn Joseph genomineerd voor Best Live Act bij de Scottish Alternative Music Awards. Ook haar album "bones you have thrown me and blood I’ve spilled" werd onderscheiden met een Scottisch Album of the Year Award. Een erg interressante artieste deze Schotse, met een geheel eigen sound.
In de muziek maakte Katryn Joseph een valse start. “Ik had vanaf dat ik drie jaar was tot mijn elfde pianoles”, aldus de Schotse zangeres. “Ik vond er niks aan. Een aantal jaar heb ik helemaal niks gedaan met de muziek. Geen noot gespeeld. Op een bepaald moment toen ik een jaar of 18 was kreeg ik de hele sterke aandrang om liedjes te schrijven. Het werd mijn manier om bepaalde zaken te verwerken. Mensen die in mijn levan kwamen en dingen die me overkwamen, vaak was er toch een bepaalde pijn die daarmee gepaard ging en die ik kon omzetten in een liedje. Mijn liedjes beginnen meestal met een vorm”, gaat Katryn Joseph verder over hoe ze deze emoties weet te vangen in een lied en zo te verwerken. “Dan komen de woorden die in deze mal passen. Heel erg langzaam en met een boel doorgekraste zinnen beginnen deze teksten hun eigen vormen te creëren. Ik word daarbij erg beïnvloed door de plek waar ik woon en de plekken in de natuur waar ik graag ben. Ik denk dat in mijn liedjes mijn Schotse aard tot uiting komt. Mijn liefde voor mijn land heeft te maken met hoeveel ik om het landschap geef, om de natuur en om de zee. Hoe Schotland er uit ziet en voelt, hoe het er voor zorgt dat ik voel dat ik er deel van uit maak. Ik denk dat je dat kan horen en voelen in mijn liedjes. Dat hoop ik tenminste.”
Haar album "bones you have thrown me and blood I’ve spilled" is prachtig. De onderscheiding met een Scottisch Album of the Year Award terecht en onomstreden. “Ik schrijf mijn liedjes zo langzaam dat ik me heel erg zorgen heb gemaakt of er ooit wel een album zou komen. "bones you have thrown me and blood I’ve spilled" heeft voor mij het besef gebracht dat het allemaal zin heeft. Legt alles een beetje voor me uit. Het idee van iets op vinyl te hebben zorgde ervoor dat ik het toch erg graag wilde maken.” De Schotse jury beschrijft Kathryn joseph als buitengewoon getallenteerd en crimineel ondergewaardeerd. Eén van de best bewaarde geheimen van Schotland.” over haar stem en zang: De stem van Kathryn Joseph stem bevat het buitenaardse kwaliteiten, vergelijkbaar met een Björk, maar toch op een geheel eigen wijze....... Ze is een artiest in elke zin van het woord. Uniek en soulful met in de kern de prachtige maar zenuwslopende waarheid.” Mooie woorden over Kathryn Joseph.
Uiteraard speelt Katryn Joseph de hoofdrol op het album, maar een zeer belangrijke rol is er ook voor de ervaren Schotse producer Marcus Mackay die onder andere furore maakte met zijn werk voor Snowpatrol “Marcus Mackay maakt alle andere geluiden op het album. Hij heeft het album geproduceerd en hij speelt nu live met me op het podium. Live spelen is absoluut mijn favoriete bezigheid geworden. Marcus is een verbazingwekkend mens en ik voel me erg gelukkig dat hij bij me op het podium staat en dat ik met hem mag werken.” Een cadeautje dus voor de Schotse. Die dat nu gewaardeerd ziet met haar nominatie voor beste live act.
Voor de toekomst ziet Kathryn Joseph zeker weer een nieuw album. Nu vanuit een heel andere positie. “Marcus Mackay en ik denken alweer na over een opvolger en ik vind het een erg fijne gedachte dat ik in tegenstelling tot mijn debuutalbum, er nu erg naar uit kijk. Ik ben niet meer bang voor het werk dat voor me ligt. Dat is erg vreemd voor me om dat te ervaren, want ik ben toch een beetje een paranoide persoonlijkheid. Het gevoel om het live te doen is de enige keer dat het voor mij ook echt op zijn plaats valt. Dan heeft het zin voor me. Het is dan ook zo geweldig om mensen te ontmoeten en met ze te spreken die het mooi vinden wat ik doe. Die hun waardering uiten. Dat maakt me zo blij!” Het beloofd een bijzonder optreden te worden met een bijzondere artieste.
Katryn Joseph speelt op 22 september in Pakhuis Hamburg in Groningen. Op het affiche ook Welfare Mothers.
Tim Grimm en Jan Lucas houden van Holland
STEENDAM – Tim Grimm en Jan Lucas hebben net in een bekend muziekcafé heerlijk de maaltijd gebruikt. Er is nog even alle tijd voor ze relaxed naar Assen rijden voor een huisconcert. Tijd om nog even te vertellen over hun liefde voor Nederland, over het acteren, de muziek en de plannen voor de toekomst. Eén van de redenen waarom ze in dit podium zijn neergestreken. Gepassioneerd vertellen ze over hun laatste album waarop Nederland zo'n grote rol speelt.
“Kijk,” vertelt Tim Grimm als hij een exemplaar van 'The Turning Point' te voorschijn haalt. “Het album is vernoemd naar 't Keerpunt in Spijkerboor waar ik dit weekend heb opgetreden. Er staat een nummer op over een moord die daar is gepleegd lang geleden. En 'Anne in Amsterdam' gaat over Anne Frank. Heb je deze al? 'Wilderness Songs en Bad Man Ballads' en verschijnt ter tafel. “Hierin heb ik verhalen genomen uit de historie van de Verenigde Staten en deze verwerkt in liedjes. De foto op de cover is wel een leuk verhaal. Ooit speelde ik de sheriff in een western. Daar is deze foto van.” In een notedop komen een flink aantal thema's langs om het nog eens over te hebben. Nederland, geschiedenis, acteren en muziek. Eigenlijk is Tim Grimm acteur. “Ik had wel een band en zelfs twee albums opgenomen,” vertelt Grimm. “De nadruk lag wel op het acteren. Ik bewoog me in een circuit van professionele theaters en gezelschappen in de omgeving van Chicago en Cleveland. Daar heb ik Jan ook leren kennen. We zijn getrouwd en heel toevallig kregen we beide op het zelfde moment een aanbieding om naar Los Angeles te komen om te spelen in een TV Show. Beide een verschillende show. Dat hebben we gedaan. We hebben jaren in de stad gewoond, maar toen onze kinderen de schoolgaande leeftijd bereikten hebben we een afweging gemaakt. Wil je dat je kinderen opgroeien in het beton en drukte van de stad of de rust en de natuur van het platteland. Wij kozen voor dat laatste en zijn terug gegaan naar Indiana. In al die jaren in de stad had ik niks met muziek gedaan. Geen liedje geschreven. Ik was weer in Indiana en binnen de korste tijd had ik 'Better Days' op papier staan en die vloedgolf is tot op de dag van vandaag niet meer opgedroogd. Ik merkte dat muziek toch mijn passie was.”
“Liedjes schrijven begint met een idee”, vult Jan Lucas hem aan. “Ik schrijf soms een tekst in de ene kamer en geef dat dan aan Tim die ergens anders zit. Het idee kan overal ontstaan. Een belevenis, een verhaal of een frase.” Tim Grimm vult aan: “Soms uit een melodie. Laatst hoorde ik een mooie vergelijking. Het is als het maken van een quilt. Overal haal je draden vandaan en die breng je samen tot een resultaat.”
Terug naar het muzikale verloop van het leven van het echtpaar Grimm/Lucas. “We zijn begonnen met toeren in het Midwesten. Aanvankelijk alleen ik en Jan bleef thuis op de kinderen passen, maar als het kon, kwam ze mee. In de Verenigde Staten heb je congressen van de Folkalliance. Daar ben ik regelmatig heen geweest en kom je in contact met mensen. Dat leverde optredens op in Florida en op andere plaatsen. Dan kreeg je op steeds meer plekken houvast om te kunnen spelen en vandaar uit je optredencircuit uit te bouwen. In 2008 bracht ik een plaat uit 'Holding up the World' bij een Nederlands platenlabel. Dat was de eerste keer dat ik naar Nederland kwam. Ik had twee of drie optredens en veel interviews voor de radio. Daarna ben ik elk jaar gekomen.”
Het echtpaar is helemaal weg van Nederland. “Jullie Nederlanders zijn geweldige luisteraars”, aldus Jan Lucas. “Jullie luisteren ook echt naar de teksten. We hebben allebei een theater achtergrond waarbij ons is geleerd goed te articuleren. Dan merk je dat jullie prima Engels spreken en het goed verstaan. Verder is er een echte grote folk en Americana traditie hier. Das fijn. Ook heb je hier geweldige podia. Het geluid is vaak uit de kunst. Je komt op locaties met zoveel traditie en sfeer en bijna altijd ook een prima publiek. Omdat wij zo van Nederland houden zijn we begonnen om onze fans mee te nemen. Het is voor ons een kans om Nederland te laten zien. We hebben nu 9 mensen mee. Die wonen een aantal optredens van ons bij, deze keer ook in Spijkerboor. We laten ze ook een stuk cultuur en geschiedenis zien. We zijn in het Anne Frank huis geweest en we hebben in Haarlem een rondleiding in één van de hofjes gehad. De cultuur, architectuur van Nederland, het is bijna onbekend in de Verenigde Staten. Daarnaast gaan we vaak ook nog naar andere optredens. We zijn begonnen met dergelijke tours door Ierland. Een vriend had al zoiets. Dat idee hebben we opgepikt. Mensen die meewaren geweest vroegen of we nog meer hadden. Toen ontstond het idee van Nederland.”
Volgend jaar zo rond juni is er weer een toernee gepland door Nederland. Grote plannen zijn er voor 2017. “De volgende generatie dient zich aan. Mijn ene zoon is bassist en speelt al in twee bands, mijn andere is gitarist en staat op het punt om af te studeren met onder andere bluegrass als één van zijn hoofdrichtingen. In 2017 willen we als familieband op toernee gaan. The Grimm Brothers. Alle vier schrijven we nummers. Wat we ook erg belangrijk vinden is om jonge mensen weer aan de folk te binden. Niet alleen op het podium. Maar vaak zie je dat wij op het podium bijna al de jongsten in de zaal zijn. We willen met The Grimm Brothers, ook op andere plaatsen spelen dan het platgetreden pad en zo weer jonge mensen trekken.” Een ander idee dient zich spontaan aan. “Misschien is het ook leuk om iets meer met het theater te doen. We vertellen nu verhalen, maar om eens een theaterstuk hier neer te zetten?” Plannen zat, ook voor nieuw plaatwerk. “Dat moet nog even wachten tot 2017. Ik ben nu eerst gevraagd om de muziek te schrijven voor het stuk 'To Kill a Mockingbird”, dan gaan we op toernee en als ik terugkom moet ik de muziek maken bij een theaterstuk over de Bicentenial van Indiana. In Europese ogen is 200 jaar niet zo oud, maar bij ons is dat een 'Big Deal, ” besluiten Tim Grimm en Jan Lucas.
STEENDAM – Tim Grimm en Jan Lucas hebben net in een bekend muziekcafé heerlijk de maaltijd gebruikt. Er is nog even alle tijd voor ze relaxed naar Assen rijden voor een huisconcert. Tijd om nog even te vertellen over hun liefde voor Nederland, over het acteren, de muziek en de plannen voor de toekomst. Eén van de redenen waarom ze in dit podium zijn neergestreken. Gepassioneerd vertellen ze over hun laatste album waarop Nederland zo'n grote rol speelt.
“Kijk,” vertelt Tim Grimm als hij een exemplaar van 'The Turning Point' te voorschijn haalt. “Het album is vernoemd naar 't Keerpunt in Spijkerboor waar ik dit weekend heb opgetreden. Er staat een nummer op over een moord die daar is gepleegd lang geleden. En 'Anne in Amsterdam' gaat over Anne Frank. Heb je deze al? 'Wilderness Songs en Bad Man Ballads' en verschijnt ter tafel. “Hierin heb ik verhalen genomen uit de historie van de Verenigde Staten en deze verwerkt in liedjes. De foto op de cover is wel een leuk verhaal. Ooit speelde ik de sheriff in een western. Daar is deze foto van.” In een notedop komen een flink aantal thema's langs om het nog eens over te hebben. Nederland, geschiedenis, acteren en muziek. Eigenlijk is Tim Grimm acteur. “Ik had wel een band en zelfs twee albums opgenomen,” vertelt Grimm. “De nadruk lag wel op het acteren. Ik bewoog me in een circuit van professionele theaters en gezelschappen in de omgeving van Chicago en Cleveland. Daar heb ik Jan ook leren kennen. We zijn getrouwd en heel toevallig kregen we beide op het zelfde moment een aanbieding om naar Los Angeles te komen om te spelen in een TV Show. Beide een verschillende show. Dat hebben we gedaan. We hebben jaren in de stad gewoond, maar toen onze kinderen de schoolgaande leeftijd bereikten hebben we een afweging gemaakt. Wil je dat je kinderen opgroeien in het beton en drukte van de stad of de rust en de natuur van het platteland. Wij kozen voor dat laatste en zijn terug gegaan naar Indiana. In al die jaren in de stad had ik niks met muziek gedaan. Geen liedje geschreven. Ik was weer in Indiana en binnen de korste tijd had ik 'Better Days' op papier staan en die vloedgolf is tot op de dag van vandaag niet meer opgedroogd. Ik merkte dat muziek toch mijn passie was.”
“Liedjes schrijven begint met een idee”, vult Jan Lucas hem aan. “Ik schrijf soms een tekst in de ene kamer en geef dat dan aan Tim die ergens anders zit. Het idee kan overal ontstaan. Een belevenis, een verhaal of een frase.” Tim Grimm vult aan: “Soms uit een melodie. Laatst hoorde ik een mooie vergelijking. Het is als het maken van een quilt. Overal haal je draden vandaan en die breng je samen tot een resultaat.”
Terug naar het muzikale verloop van het leven van het echtpaar Grimm/Lucas. “We zijn begonnen met toeren in het Midwesten. Aanvankelijk alleen ik en Jan bleef thuis op de kinderen passen, maar als het kon, kwam ze mee. In de Verenigde Staten heb je congressen van de Folkalliance. Daar ben ik regelmatig heen geweest en kom je in contact met mensen. Dat leverde optredens op in Florida en op andere plaatsen. Dan kreeg je op steeds meer plekken houvast om te kunnen spelen en vandaar uit je optredencircuit uit te bouwen. In 2008 bracht ik een plaat uit 'Holding up the World' bij een Nederlands platenlabel. Dat was de eerste keer dat ik naar Nederland kwam. Ik had twee of drie optredens en veel interviews voor de radio. Daarna ben ik elk jaar gekomen.”
Het echtpaar is helemaal weg van Nederland. “Jullie Nederlanders zijn geweldige luisteraars”, aldus Jan Lucas. “Jullie luisteren ook echt naar de teksten. We hebben allebei een theater achtergrond waarbij ons is geleerd goed te articuleren. Dan merk je dat jullie prima Engels spreken en het goed verstaan. Verder is er een echte grote folk en Americana traditie hier. Das fijn. Ook heb je hier geweldige podia. Het geluid is vaak uit de kunst. Je komt op locaties met zoveel traditie en sfeer en bijna altijd ook een prima publiek. Omdat wij zo van Nederland houden zijn we begonnen om onze fans mee te nemen. Het is voor ons een kans om Nederland te laten zien. We hebben nu 9 mensen mee. Die wonen een aantal optredens van ons bij, deze keer ook in Spijkerboor. We laten ze ook een stuk cultuur en geschiedenis zien. We zijn in het Anne Frank huis geweest en we hebben in Haarlem een rondleiding in één van de hofjes gehad. De cultuur, architectuur van Nederland, het is bijna onbekend in de Verenigde Staten. Daarnaast gaan we vaak ook nog naar andere optredens. We zijn begonnen met dergelijke tours door Ierland. Een vriend had al zoiets. Dat idee hebben we opgepikt. Mensen die meewaren geweest vroegen of we nog meer hadden. Toen ontstond het idee van Nederland.”
Volgend jaar zo rond juni is er weer een toernee gepland door Nederland. Grote plannen zijn er voor 2017. “De volgende generatie dient zich aan. Mijn ene zoon is bassist en speelt al in twee bands, mijn andere is gitarist en staat op het punt om af te studeren met onder andere bluegrass als één van zijn hoofdrichtingen. In 2017 willen we als familieband op toernee gaan. The Grimm Brothers. Alle vier schrijven we nummers. Wat we ook erg belangrijk vinden is om jonge mensen weer aan de folk te binden. Niet alleen op het podium. Maar vaak zie je dat wij op het podium bijna al de jongsten in de zaal zijn. We willen met The Grimm Brothers, ook op andere plaatsen spelen dan het platgetreden pad en zo weer jonge mensen trekken.” Een ander idee dient zich spontaan aan. “Misschien is het ook leuk om iets meer met het theater te doen. We vertellen nu verhalen, maar om eens een theaterstuk hier neer te zetten?” Plannen zat, ook voor nieuw plaatwerk. “Dat moet nog even wachten tot 2017. Ik ben nu eerst gevraagd om de muziek te schrijven voor het stuk 'To Kill a Mockingbird”, dan gaan we op toernee en als ik terugkom moet ik de muziek maken bij een theaterstuk over de Bicentenial van Indiana. In Europese ogen is 200 jaar niet zo oud, maar bij ons is dat een 'Big Deal, ” besluiten Tim Grimm en Jan Lucas.
Graydon James belooft persoonlijke show
STEENDAM / SIEGERSWOUDE – Graydon James kijkt vooruit naar zijn Europese tour. Thuis in Canada is hij de frontman van Graydon James & The Young Novelists, maar op het vliegtuig na nog een tour in de Verenigde Staten te hebben afgerond stapt alleen zijn vrouw Laura Spink. Dat wordt een meer persoonlijke show, beloofd Graydon James. Op vrijdag 2 oktober staat het duo bij Podium Peter en Leni in Steendam en op 4 oktober bij Bellefleur in Siegerswoude. Nu kijkt hij al vooruit naar de Europese tour.
De naam van de band The Young Novelists is niet toevallig gekozen. 'The Mall of Small Frustrations' heet de eerste roman van Graydon James, Twee romans heeft hij onder bewerking als hij tenminste niet aan het muziekschrijven of optreden is. Eerst maar de gewetensvraag wat hem liever is. “Er zijn van die momenten tijdens optredens dat het publiek meezingt met een liedje dat ik heb geschreven. Dat is een hele directe vorm van respons die je bereikt op het moment zelf. Als je een boek publiceert staat dat verder van je af. Soms ontmoet je mensen die het boek gelezen hebben en vertellen je wat ze er van vonden. Beide zijn op hun eigen wijze erg belonend, maar het is geweldig om die onmiddelijke reactie te zien van mensen die reageren op het lied. Er is ook veel te zeggen voor de bezinning en het nadenken over een boek”, komt Graydon James er eigenlijk niet uit.
We komen voor de muziek. In Europa staat James met zijn vrouw Laura Spink op het podium die ook een hoofdrol heeft in The Young Novelists. Eigenlijk staat er afgeslankte versie van de band op de planken. “Ik denk dat het een meer persoonlijke show is als we met zijn beide optreden. We vertellen meer verhalen over de liedjes en er is meer die persoonlijke band met het publiek tijdens optredens met ons tweeen. Met de band zit er meer energie in. Soms past een podium juist dat intieme en andere podia hebben juist meer met een band vol energie. Ik schat dat we de helft van onze shows doen als duo en de andere helft als band. Ik zat in een andere band, maar die hield op te bestaan. Ik had een hele boel liedjes geschreven. Zo'n 53 nummers lagen op de plank. Ik heb ze allemaal opgenomen en op een 3 dubbel album uitgebracht met als titel: "Goodnight, Young Novelist". Als je een album uitbrengt moet je ook op toernee om dat album onder de aandacht te brengen. Ik realiseerde me dat ik dan wel een band nodig had om de liedjes te spelen. Uit verschillende bands waar ik ooit in heb gespeeld heb ik een aantal lieden opgetrommeld en we zijn twee weken op tour gegaan. Op het moment dat we weer thuiskwamen realiseerden we ons dat we eigenlijk een echte band waren geworden en besloten we verder te gaan onder de naam 'The New Novelists' vernoemd naar het album. Dat was in augustus 2009 en sindsdien hebben we heel veel shows gespeeld en meer albums opgenomen.”
Graydon James speelde in eerdere bands als drummer. Een appel die niet ver van de boom viel. “Mijn vader speelde op drums en er stond een drumstel bij ons thuis toen ik opgroeide. Ik ben daarop begonnen te spelen. Ik ben pas veel later toen ik op de universiteit zat begonnen met gitaar spelen. Das was een kwestie van eenzaamheidsbestrijding. Ik zat in een stad waar ik niemand kon en had veel vrije tijd en niks te doen. Ik ben in de muziek begonnen als drummer in verschillende bands. Mijn eerste band die ik zelf heb opgericht had veel meer een rocksound, maar daar kwamen we niet ver mee. Ik heb altijd gehouden van mooie harmoniëen, ik hou van de muziek van de Beach Boys en Crosby, Stills, Nash and Young, en het was heel vanzelfsprekend dat we meer een folksound kregen. Ik speelde immers ook akoestische gitaar en geen elektrische. We maken erg eerlijke muziek en de teksten en boodschap van het liedje is belangrijk in folkmuziek. Het was het natuurlijke proces.”
Graydon James legt nog even uit hoe hij zijn liedjes schrijft. De laatste tijd krijgt Laura Spink ook een steeds belangrijkere rol in het schrijven van de liedjes. “Bijna alle liedjes daar schrijf ik eerst de muziek voor. Ik probeer muzikale ideën te vinden die boeiend genoeg zijn voor een lied. De teksten komen dan wel. Soms heel snel en een andere keer duurt dat wat langer. Ik begin bij een openingsregel. Die moet uniek en boeiend zijn en dan kijk ik waar die heen gaat. Mijn liedjes gaa vaak over zaken uit mijn verleden, maar dat kan ook een verhaal van een vriend zijn of de ervaring van iemand anders waar ik van heb gehoord. Hoe meer liedjes ik schrijf, hoe vaker gaat het over de verhalen van iemand anders of relaties.”
Het album 'Made us Strangers' is pas uit en het nieuwste album van The Young Novelists. “We hoopten een eerlijk en oprecht album op te nemen. Daarom hebben we een producer in de arm genomen die er van houdt om muziek op een ouderwetse manier op te nemen. Geen no pitch correction software geen click track. Sommige liedjes hebben we opgenomen als band als we met elkaar speelden. Wat ze noemen een "live off-the-floor" opname. Het was erg boeiend en uitdagend, want iedereen moest precies weten wat ze moesten doen, maar niet verkrampen en ontspannen genoeg zijn om de liedjes met ontspanning en frisheid te spelen. Ik hoop da we er in geslaagd zijn om erg organische en oprechte versies van de liedjes op te nemen voor het album.” Het album heeft de band in ieder geval volop in beeld gebracht in thuisland Canada. Met twee nominaties voor de prestigieuze Canadian Folk Music Award is het nu al een succes. “We willen graag nog vee toeren en spelen”, lacht James. “We kijken er naar uit om onze muziek naar Europa te brengen. Dat is voor het eerst! Ik hoop niet voor het laatst en dat we met regelmaat naar Nederland en Europa kunnen komen met nieuwe liedjes en albums.”
Graydon James en Laura Spink / The Young Novelists staan op 2 oktober bij Peter en Leni op het podium in Steendam. Op 4 oktober staat het duo in Siegerswoude bij Bellefleur.
STEENDAM / SIEGERSWOUDE – Graydon James kijkt vooruit naar zijn Europese tour. Thuis in Canada is hij de frontman van Graydon James & The Young Novelists, maar op het vliegtuig na nog een tour in de Verenigde Staten te hebben afgerond stapt alleen zijn vrouw Laura Spink. Dat wordt een meer persoonlijke show, beloofd Graydon James. Op vrijdag 2 oktober staat het duo bij Podium Peter en Leni in Steendam en op 4 oktober bij Bellefleur in Siegerswoude. Nu kijkt hij al vooruit naar de Europese tour.
De naam van de band The Young Novelists is niet toevallig gekozen. 'The Mall of Small Frustrations' heet de eerste roman van Graydon James, Twee romans heeft hij onder bewerking als hij tenminste niet aan het muziekschrijven of optreden is. Eerst maar de gewetensvraag wat hem liever is. “Er zijn van die momenten tijdens optredens dat het publiek meezingt met een liedje dat ik heb geschreven. Dat is een hele directe vorm van respons die je bereikt op het moment zelf. Als je een boek publiceert staat dat verder van je af. Soms ontmoet je mensen die het boek gelezen hebben en vertellen je wat ze er van vonden. Beide zijn op hun eigen wijze erg belonend, maar het is geweldig om die onmiddelijke reactie te zien van mensen die reageren op het lied. Er is ook veel te zeggen voor de bezinning en het nadenken over een boek”, komt Graydon James er eigenlijk niet uit.
We komen voor de muziek. In Europa staat James met zijn vrouw Laura Spink op het podium die ook een hoofdrol heeft in The Young Novelists. Eigenlijk staat er afgeslankte versie van de band op de planken. “Ik denk dat het een meer persoonlijke show is als we met zijn beide optreden. We vertellen meer verhalen over de liedjes en er is meer die persoonlijke band met het publiek tijdens optredens met ons tweeen. Met de band zit er meer energie in. Soms past een podium juist dat intieme en andere podia hebben juist meer met een band vol energie. Ik schat dat we de helft van onze shows doen als duo en de andere helft als band. Ik zat in een andere band, maar die hield op te bestaan. Ik had een hele boel liedjes geschreven. Zo'n 53 nummers lagen op de plank. Ik heb ze allemaal opgenomen en op een 3 dubbel album uitgebracht met als titel: "Goodnight, Young Novelist". Als je een album uitbrengt moet je ook op toernee om dat album onder de aandacht te brengen. Ik realiseerde me dat ik dan wel een band nodig had om de liedjes te spelen. Uit verschillende bands waar ik ooit in heb gespeeld heb ik een aantal lieden opgetrommeld en we zijn twee weken op tour gegaan. Op het moment dat we weer thuiskwamen realiseerden we ons dat we eigenlijk een echte band waren geworden en besloten we verder te gaan onder de naam 'The New Novelists' vernoemd naar het album. Dat was in augustus 2009 en sindsdien hebben we heel veel shows gespeeld en meer albums opgenomen.”
Graydon James speelde in eerdere bands als drummer. Een appel die niet ver van de boom viel. “Mijn vader speelde op drums en er stond een drumstel bij ons thuis toen ik opgroeide. Ik ben daarop begonnen te spelen. Ik ben pas veel later toen ik op de universiteit zat begonnen met gitaar spelen. Das was een kwestie van eenzaamheidsbestrijding. Ik zat in een stad waar ik niemand kon en had veel vrije tijd en niks te doen. Ik ben in de muziek begonnen als drummer in verschillende bands. Mijn eerste band die ik zelf heb opgericht had veel meer een rocksound, maar daar kwamen we niet ver mee. Ik heb altijd gehouden van mooie harmoniëen, ik hou van de muziek van de Beach Boys en Crosby, Stills, Nash and Young, en het was heel vanzelfsprekend dat we meer een folksound kregen. Ik speelde immers ook akoestische gitaar en geen elektrische. We maken erg eerlijke muziek en de teksten en boodschap van het liedje is belangrijk in folkmuziek. Het was het natuurlijke proces.”
Graydon James legt nog even uit hoe hij zijn liedjes schrijft. De laatste tijd krijgt Laura Spink ook een steeds belangrijkere rol in het schrijven van de liedjes. “Bijna alle liedjes daar schrijf ik eerst de muziek voor. Ik probeer muzikale ideën te vinden die boeiend genoeg zijn voor een lied. De teksten komen dan wel. Soms heel snel en een andere keer duurt dat wat langer. Ik begin bij een openingsregel. Die moet uniek en boeiend zijn en dan kijk ik waar die heen gaat. Mijn liedjes gaa vaak over zaken uit mijn verleden, maar dat kan ook een verhaal van een vriend zijn of de ervaring van iemand anders waar ik van heb gehoord. Hoe meer liedjes ik schrijf, hoe vaker gaat het over de verhalen van iemand anders of relaties.”
Het album 'Made us Strangers' is pas uit en het nieuwste album van The Young Novelists. “We hoopten een eerlijk en oprecht album op te nemen. Daarom hebben we een producer in de arm genomen die er van houdt om muziek op een ouderwetse manier op te nemen. Geen no pitch correction software geen click track. Sommige liedjes hebben we opgenomen als band als we met elkaar speelden. Wat ze noemen een "live off-the-floor" opname. Het was erg boeiend en uitdagend, want iedereen moest precies weten wat ze moesten doen, maar niet verkrampen en ontspannen genoeg zijn om de liedjes met ontspanning en frisheid te spelen. Ik hoop da we er in geslaagd zijn om erg organische en oprechte versies van de liedjes op te nemen voor het album.” Het album heeft de band in ieder geval volop in beeld gebracht in thuisland Canada. Met twee nominaties voor de prestigieuze Canadian Folk Music Award is het nu al een succes. “We willen graag nog vee toeren en spelen”, lacht James. “We kijken er naar uit om onze muziek naar Europa te brengen. Dat is voor het eerst! Ik hoop niet voor het laatst en dat we met regelmaat naar Nederland en Europa kunnen komen met nieuwe liedjes en albums.”
Graydon James en Laura Spink / The Young Novelists staan op 2 oktober bij Peter en Leni op het podium in Steendam. Op 4 oktober staat het duo in Siegerswoude bij Bellefleur.
Sebastiaan Benjamin beleeft plezier aan optreden
GRONINGEN – De Groninger Songwriter Circle biedt met grote regelmaat aan liedjesschrijvers en artiesten een podium om hun werk uit te voeren. Vaak zijn het combinaties van 'eigen' artiesten met artiesten van buiten de stad. Op 12 september is zo'n avond vol verrassende muziek. De Groningse Robin Ijzerman treedt op, maar ook Sebastiaan Benjamin uit Dordrecht. Een mooie combinatie op voorhand in De Singelier in Groningen. Sebastiaan Benjamin heeft zijn eerste Noordelijke optreden. Een mooie primeur van deze talentvolle Dortenaar die ze in zijn omgeving allang in hun armen hebben gesloten.
Sebastiaan Benjamin is een laatbloeier. Niet het tienersterretje, maar volwassen muziek sinds hij nu een dik jaar optreedt onder zijn eigen naam en met eigen nummers. “Ik maak nu een jaar of twaalf muziek en heb in veel verschillende bandjes gespeeld. Het schrijven van liedjes is een manier om mijn gedachten te ordenen en dingen een plek te geven. In de loop der tijd hebben zich een aantal liedjes opgestapeld waar niet veel mee gebeurde. Na een lastige periode in mijn leven afgesloten te hebben vond ik de tijd rijp om ze aan de buitenwereld te laten horen. Ik kreeg veel positieve respons, dus vond ik het de moeite waard om door te zetten met dit repertoire”, verklaart de zanger zijn betrekkelijk late stap alleen op het podium.
“Een liedje van mij begint bij een melodie in mijn hoofd”, gaat hij dieper in op zijn liedjesschrijversschap. “Daar ontstaat een tekst bij die in eerste instantie kant nog wal raakt, maar geleidelijk meer vorm krijgt. Onbewust schrijf ik ergens naartoe en dan kom ik erachter welke betekenis het voor mij heeft.” Dat levert prachtige liedjes op. Geen treurige bedoening, maar wel vlotte liedjes met betekenis. In zijn werk blijkt duidelijk dat het ergens over gaat. Hij spiegelt zich dan ook wel aan Paul Simon en Neil Young. Voorbeelden: “Ik vind het altijd lastig te zeggen wat mij aanspreekt in een andere artiest. Ik vind iets wel of niet leuk, daarin ben ik vrij zwart-wit. Vaak is stemgeluid daarin van groot belang.” Zelf beschikt Sebastiaan Benjamin ook over een mooie zangstem die prima past bij zijn eigen werk.
Zijn stem is één van zijn sterke punten. Dat blijkt ook tijdens de optredens. “Ik heb in iets meer dan anderhalf jaar denk ik een kleine 70 keer opgetreden, met de grote zaal van Paradiso als voorlopig hoogtepunt. Dat had ik me in het begin niet voor kunnen stellen. Ik zal altijd liedjes blijven schrijven om eerder genoemde redenen. Zo lang ik er plezier aan beleef blijf ik optreden en we zullen zien wat de toekomst brengt.” Dat kan in De singelier bekeken en beluisterd gaan worden.”
Het wachten is nog op een album. Het debuut op dit vlak is er nog niet voor Sebastiaan Benjamin. Hij denkt er wel over na. “Een album gaat er een keer aankomen, maar niet meer dit jaar”, onthult de zanger. Eerst dan maar genieten van Sebastiaan Benjamin live.
Sebastiaan Benjamin staat samen met Robin IJzerman in het kader van de Groninger Songwriter Circle op 12 september in De Singelier In Groningen.
GRONINGEN – De Groninger Songwriter Circle biedt met grote regelmaat aan liedjesschrijvers en artiesten een podium om hun werk uit te voeren. Vaak zijn het combinaties van 'eigen' artiesten met artiesten van buiten de stad. Op 12 september is zo'n avond vol verrassende muziek. De Groningse Robin Ijzerman treedt op, maar ook Sebastiaan Benjamin uit Dordrecht. Een mooie combinatie op voorhand in De Singelier in Groningen. Sebastiaan Benjamin heeft zijn eerste Noordelijke optreden. Een mooie primeur van deze talentvolle Dortenaar die ze in zijn omgeving allang in hun armen hebben gesloten.
Sebastiaan Benjamin is een laatbloeier. Niet het tienersterretje, maar volwassen muziek sinds hij nu een dik jaar optreedt onder zijn eigen naam en met eigen nummers. “Ik maak nu een jaar of twaalf muziek en heb in veel verschillende bandjes gespeeld. Het schrijven van liedjes is een manier om mijn gedachten te ordenen en dingen een plek te geven. In de loop der tijd hebben zich een aantal liedjes opgestapeld waar niet veel mee gebeurde. Na een lastige periode in mijn leven afgesloten te hebben vond ik de tijd rijp om ze aan de buitenwereld te laten horen. Ik kreeg veel positieve respons, dus vond ik het de moeite waard om door te zetten met dit repertoire”, verklaart de zanger zijn betrekkelijk late stap alleen op het podium.
“Een liedje van mij begint bij een melodie in mijn hoofd”, gaat hij dieper in op zijn liedjesschrijversschap. “Daar ontstaat een tekst bij die in eerste instantie kant nog wal raakt, maar geleidelijk meer vorm krijgt. Onbewust schrijf ik ergens naartoe en dan kom ik erachter welke betekenis het voor mij heeft.” Dat levert prachtige liedjes op. Geen treurige bedoening, maar wel vlotte liedjes met betekenis. In zijn werk blijkt duidelijk dat het ergens over gaat. Hij spiegelt zich dan ook wel aan Paul Simon en Neil Young. Voorbeelden: “Ik vind het altijd lastig te zeggen wat mij aanspreekt in een andere artiest. Ik vind iets wel of niet leuk, daarin ben ik vrij zwart-wit. Vaak is stemgeluid daarin van groot belang.” Zelf beschikt Sebastiaan Benjamin ook over een mooie zangstem die prima past bij zijn eigen werk.
Zijn stem is één van zijn sterke punten. Dat blijkt ook tijdens de optredens. “Ik heb in iets meer dan anderhalf jaar denk ik een kleine 70 keer opgetreden, met de grote zaal van Paradiso als voorlopig hoogtepunt. Dat had ik me in het begin niet voor kunnen stellen. Ik zal altijd liedjes blijven schrijven om eerder genoemde redenen. Zo lang ik er plezier aan beleef blijf ik optreden en we zullen zien wat de toekomst brengt.” Dat kan in De singelier bekeken en beluisterd gaan worden.”
Het wachten is nog op een album. Het debuut op dit vlak is er nog niet voor Sebastiaan Benjamin. Hij denkt er wel over na. “Een album gaat er een keer aankomen, maar niet meer dit jaar”, onthult de zanger. Eerst dan maar genieten van Sebastiaan Benjamin live.
Sebastiaan Benjamin staat samen met Robin IJzerman in het kader van de Groninger Songwriter Circle op 12 september in De Singelier In Groningen.
Gitta de Ridder: “Ik adem teksten in en liedjes uit”
LONDEN – De Beste Singer Songwriter heeft Nederland al heel wat talent opgeleverd. Sommige oud-deelnemers, denk aan Nielson, Douwe Bob, Maaike Ouboter, Gronings eigen Kira Dekker en anderen zijn prominent in beeld Anderen daar hoor je wat minder van, maar zijn zeker niet minder druk of getalenteerd. Gitta de Ridder bijvoorbeeld. Vanuit Londen bouwt de Nederlandse haar loopbaan op. Aan die bekendheid wordt gewerkt. Op 19 september staat ze in Roodehaan en ook is geboekt voor de Popronde en komt ze op 5 november naar Emmen. Vanuit Londen vertelt Gitta de Ridder honderduit over haar muziek.
“Van huis uit was er altijd veel muziek om me heen, Papa die zong en veel muziek luisterde, Opa en Oma die beiden in de Opera zongen, en dan nog wat familie leden die instrumenten bespeelden met een piano in huis ook”, gaar Gitta de Ridder terug naar het begin. “Als 6 jarig meisje zong ik in het kinderkoor en speelde ik viool. Ik speelde ook wat jaren in een orkest als violist. Ik was een jaar of 14 toen ik de gitaar oppakte en liedjes begon te schrijven. Ik voelde me thuis bij het muziek maken en heb me nooit meer afgevraagd of ik wat anders had willen doen. Artiest worden is denk ik meer artiest zijn en artiest leven. Ik adem teksten in en adem liedjes uit, dat is eigenlijk altijd wel zo geweest.” Dat is natuurlijk de wat versimpelde manier van het liedjesschrijven wat De Ridder doet, maar geeft wel goed weer hoe ze de wereld om zich heen omzet in muziek. “Het proces van schrijven is door de jaren heen veel veranderd”, gaat De Ridder dieper op de materie in, “waar ik ooit nog vaak met wat akkoorden begon en een melodie en daar maar wat woorden op puzzelde is het tegenwoordig vanuit een tekst. Ik pak zelden de gitaar op om te schrijven als ik niet al eerst een tekst heb om mee te werken. Die teksten komen overal en nergens vandaan. Ik heb meerdere notitie boekjes in tassen en jaszakken en blaadjes rond mijn flat met woorden en zinnen die ik ‘on the spur of the moment’ ergens op krabbel, meestal vormen daar de teksten zich uit. Bijna altijd over iets wat ik ervaren heb of gezien/gehoord heb.”
De jonge violiste en later gitariste ging naar de Rockacademie om haar vaardigheden aa te scherpen. “Als ik niet op de Rockacademie had gezeten was ik niet in London beland. Bless the ‘Erasmus Beurs, waardoor ik een uitwisselingsprogramma heb kunen doen. Ik denk dat de opleiding me vooral heeft laten zien dat ik niet zo goed binnen de lijntjes pas van educatie aangezien ik soms nogal eigenwijs ben, maar dat dat nou juist is waar creatief gezien mijn kracht ligt. Het leven in Engeland de laatste zeven jaar heeft me enorm veel geleerd, van het eigenmaken van een taal tot de muziekcultuur waar niemand je, in eerste instantie, ziet staan. Dan kom je er achter wat eigenlijk belangrijk is. De liedjes, de woorden en het feit dat ik wel kan proberen als iemand anders te klinken of uit te zien maar uiteindelijk ik alleen mezelf kan zijn. Gelukkig is er daar maar een van”, lacht De Ridder met zelfspot. “De Beste Singer Songwriter was te gek. Alleen al om een reden te hebben om weer eens terug te komen naar Nederland. Ik had al 4 jaar niet in Nederland gespeeld. Het is zo fijn om wat meer terug te kunnen komen om te spelen maar ook om mijn familie en vrienden te zien! Nederland is toch een heel mooi land en voor de muziekmakers een hemel.”
Nu gaat Gitta de Ridder deelnemen aan De Popronde. Naast Emmen staan voorlopig mooie locaties in Nijmegen, Zwolle, Arnhem, Haarlem en nog wat andere plaatsen op haar lijstje en wellicht komt daar nog wat bij. “De Popronde is een super platform om veel te kunnen spelen, een excuus om even 2 maanden het leven op z’n kop te zetten en mijn thuis te maken in Almere waar ik ben opgegroeid. Ik heb zo ontzettend veel zin in alle shows en ook om even in alle rust te kunnen schrijven voor mijn tweede album tussen de optredens door. De 1e is nog niet uit maar wel af, de 2e al goed op weg qua schrijven. Dan kan ik eind november weer terug keren naar de UK met frisse energie en een bak vol blijheid en mooie herinneringen.”
Tijdens de twee maanden in Nederland is Almere even haar thuis. De stad waar ze opgroeide. Nu is het Londen, haast onvergelijkbare grootheden, Londen bestaat sinds mensenheugenis en Almere is nog kakelvers. “Almere was toen ik daar opgroeide en is nog steeds zo nieuw. Het is zo lastig om daar veel cultureels te vinden, maar ik had gelukkig wat geweldig creatieve vrienden om me heen en mijn tiener jaren hebben me een enorme drive gegeven om de wereld te ontdekken. Almere = een gevoel dat er zo veel meer is om te ontdekken , London = een gevoel dat er veels te veel is.
De inspiratie in London lijkt niet te evenaren maar twee maanden Almere en liedjes schrijven zouden best wel eens het tegendeel kunnen bewijzen. Dat verhaal zal de tweede plaat wel vertellen, ” en weer komt de lach boven.
Als Nederlandse artiest in het Britse koninkrijk dat vol zit met uitmuntende muzikanten. Is dat eenvoudig? Moet je jezelf extra bewijzen of is je 'exotische' Nederlandse afkomst juist een pre? “Engels of buitenlands, London is verrekte overspoeld met muzikanten. Misschien is het ‘exotische’ een ding dat helpt, maar ik heb het gevoel dat het in de UK vooral heel erg hard werken is en je je duizend keer harden moet bewijzen of juist niet zo hard je best moet doen en vooral gewoon jezelf moet zijn. Na 7 jaar spelen rond London weet ik de weg wel te vinden en komen er eindelijk fatsoenlijke optredens binnen, zo ook elders in Groot Brittanie waar elk optreden weer tot nieuwe dingen lijkt te leiden. Of het nou een pre is om buitenlands te zijn hier vraag ik me af, het is op z’n minst iets om over te praten en dat is vast goed”, constateert De Ridder met weer die lach.
De EP 'Come find Me' was haar eerste album. Een compleet album is onderweg. “Come Find Me’ was bedoeld als introductie. Ik was zelf nog op zoek naar mijn sound en mijn weg door de muziek. Ik had het gevoel dat er een momentopname moest zijn van de muzikale plek waar ik toen was.
We hebben de EP in 2 dagen live opgenomen in een studio in London samen met mijn man Simeon Rodgers op drums en een vriend van de Rockacademie, waar ik wel vaker mee samen speel, Kai Liebrand op bas. Het was zo fijn om zo direct op te nemen, 1 take en klaar. Het is precies wat het zijn moest. De eerste plaat is nou zo goed als af met wat laatste dingen die ik nog moet doen. De 1e single daarvan ‘Alternate Reality’ komt op 7 oktober uit en dan bouwen we op naar de album launch volgend jaar. Deze plaat heb ik vooral in m’n up gemaakt in mijn eigen studio in London, nooit geweten dat percussie en kinder-instrumentjes zo leuk waren om te bespelen”, grijnst De Ridder. “Het is een enorm creatief process geweest en ik heb zo’n geluk gehad om wat geweldige vrienden dingen in te kunnen laten spelen van ver zoals Kai Liebrand op de bas vanuit Nijmegen, Leon Schmitz op een aantal percussie elementen vanuit Den Haag, Simon Lewis op de cello vanuit London en Fiddes Smith op de banjo en mandoline vanuit Brighton. De plaat word op het moment gemixed door Coen Dingemans een Nederlander die inmiddels alweer 10 jaar in London woont. Ik heb Coen jaren geleden op Westminster University leren kennen. Leuk hoe de hele plaat uiteindelijk een beetje Nederlands en een beetje Engels is.” Voor het zover is kan Gitta de Ridder eerst zieltjes winnen voor haar muziek in Nederland tijdens de Popronde en in Roodehaan.
Gitta de Ridder staat op 19 september in Roodehaan in Warfhuizen en op 5 november doet ze in het kader van de Popronde Emmen aan.
LONDEN – De Beste Singer Songwriter heeft Nederland al heel wat talent opgeleverd. Sommige oud-deelnemers, denk aan Nielson, Douwe Bob, Maaike Ouboter, Gronings eigen Kira Dekker en anderen zijn prominent in beeld Anderen daar hoor je wat minder van, maar zijn zeker niet minder druk of getalenteerd. Gitta de Ridder bijvoorbeeld. Vanuit Londen bouwt de Nederlandse haar loopbaan op. Aan die bekendheid wordt gewerkt. Op 19 september staat ze in Roodehaan en ook is geboekt voor de Popronde en komt ze op 5 november naar Emmen. Vanuit Londen vertelt Gitta de Ridder honderduit over haar muziek.
“Van huis uit was er altijd veel muziek om me heen, Papa die zong en veel muziek luisterde, Opa en Oma die beiden in de Opera zongen, en dan nog wat familie leden die instrumenten bespeelden met een piano in huis ook”, gaar Gitta de Ridder terug naar het begin. “Als 6 jarig meisje zong ik in het kinderkoor en speelde ik viool. Ik speelde ook wat jaren in een orkest als violist. Ik was een jaar of 14 toen ik de gitaar oppakte en liedjes begon te schrijven. Ik voelde me thuis bij het muziek maken en heb me nooit meer afgevraagd of ik wat anders had willen doen. Artiest worden is denk ik meer artiest zijn en artiest leven. Ik adem teksten in en adem liedjes uit, dat is eigenlijk altijd wel zo geweest.” Dat is natuurlijk de wat versimpelde manier van het liedjesschrijven wat De Ridder doet, maar geeft wel goed weer hoe ze de wereld om zich heen omzet in muziek. “Het proces van schrijven is door de jaren heen veel veranderd”, gaat De Ridder dieper op de materie in, “waar ik ooit nog vaak met wat akkoorden begon en een melodie en daar maar wat woorden op puzzelde is het tegenwoordig vanuit een tekst. Ik pak zelden de gitaar op om te schrijven als ik niet al eerst een tekst heb om mee te werken. Die teksten komen overal en nergens vandaan. Ik heb meerdere notitie boekjes in tassen en jaszakken en blaadjes rond mijn flat met woorden en zinnen die ik ‘on the spur of the moment’ ergens op krabbel, meestal vormen daar de teksten zich uit. Bijna altijd over iets wat ik ervaren heb of gezien/gehoord heb.”
De jonge violiste en later gitariste ging naar de Rockacademie om haar vaardigheden aa te scherpen. “Als ik niet op de Rockacademie had gezeten was ik niet in London beland. Bless the ‘Erasmus Beurs, waardoor ik een uitwisselingsprogramma heb kunen doen. Ik denk dat de opleiding me vooral heeft laten zien dat ik niet zo goed binnen de lijntjes pas van educatie aangezien ik soms nogal eigenwijs ben, maar dat dat nou juist is waar creatief gezien mijn kracht ligt. Het leven in Engeland de laatste zeven jaar heeft me enorm veel geleerd, van het eigenmaken van een taal tot de muziekcultuur waar niemand je, in eerste instantie, ziet staan. Dan kom je er achter wat eigenlijk belangrijk is. De liedjes, de woorden en het feit dat ik wel kan proberen als iemand anders te klinken of uit te zien maar uiteindelijk ik alleen mezelf kan zijn. Gelukkig is er daar maar een van”, lacht De Ridder met zelfspot. “De Beste Singer Songwriter was te gek. Alleen al om een reden te hebben om weer eens terug te komen naar Nederland. Ik had al 4 jaar niet in Nederland gespeeld. Het is zo fijn om wat meer terug te kunnen komen om te spelen maar ook om mijn familie en vrienden te zien! Nederland is toch een heel mooi land en voor de muziekmakers een hemel.”
Nu gaat Gitta de Ridder deelnemen aan De Popronde. Naast Emmen staan voorlopig mooie locaties in Nijmegen, Zwolle, Arnhem, Haarlem en nog wat andere plaatsen op haar lijstje en wellicht komt daar nog wat bij. “De Popronde is een super platform om veel te kunnen spelen, een excuus om even 2 maanden het leven op z’n kop te zetten en mijn thuis te maken in Almere waar ik ben opgegroeid. Ik heb zo ontzettend veel zin in alle shows en ook om even in alle rust te kunnen schrijven voor mijn tweede album tussen de optredens door. De 1e is nog niet uit maar wel af, de 2e al goed op weg qua schrijven. Dan kan ik eind november weer terug keren naar de UK met frisse energie en een bak vol blijheid en mooie herinneringen.”
Tijdens de twee maanden in Nederland is Almere even haar thuis. De stad waar ze opgroeide. Nu is het Londen, haast onvergelijkbare grootheden, Londen bestaat sinds mensenheugenis en Almere is nog kakelvers. “Almere was toen ik daar opgroeide en is nog steeds zo nieuw. Het is zo lastig om daar veel cultureels te vinden, maar ik had gelukkig wat geweldig creatieve vrienden om me heen en mijn tiener jaren hebben me een enorme drive gegeven om de wereld te ontdekken. Almere = een gevoel dat er zo veel meer is om te ontdekken , London = een gevoel dat er veels te veel is.
De inspiratie in London lijkt niet te evenaren maar twee maanden Almere en liedjes schrijven zouden best wel eens het tegendeel kunnen bewijzen. Dat verhaal zal de tweede plaat wel vertellen, ” en weer komt de lach boven.
Als Nederlandse artiest in het Britse koninkrijk dat vol zit met uitmuntende muzikanten. Is dat eenvoudig? Moet je jezelf extra bewijzen of is je 'exotische' Nederlandse afkomst juist een pre? “Engels of buitenlands, London is verrekte overspoeld met muzikanten. Misschien is het ‘exotische’ een ding dat helpt, maar ik heb het gevoel dat het in de UK vooral heel erg hard werken is en je je duizend keer harden moet bewijzen of juist niet zo hard je best moet doen en vooral gewoon jezelf moet zijn. Na 7 jaar spelen rond London weet ik de weg wel te vinden en komen er eindelijk fatsoenlijke optredens binnen, zo ook elders in Groot Brittanie waar elk optreden weer tot nieuwe dingen lijkt te leiden. Of het nou een pre is om buitenlands te zijn hier vraag ik me af, het is op z’n minst iets om over te praten en dat is vast goed”, constateert De Ridder met weer die lach.
De EP 'Come find Me' was haar eerste album. Een compleet album is onderweg. “Come Find Me’ was bedoeld als introductie. Ik was zelf nog op zoek naar mijn sound en mijn weg door de muziek. Ik had het gevoel dat er een momentopname moest zijn van de muzikale plek waar ik toen was.
We hebben de EP in 2 dagen live opgenomen in een studio in London samen met mijn man Simeon Rodgers op drums en een vriend van de Rockacademie, waar ik wel vaker mee samen speel, Kai Liebrand op bas. Het was zo fijn om zo direct op te nemen, 1 take en klaar. Het is precies wat het zijn moest. De eerste plaat is nou zo goed als af met wat laatste dingen die ik nog moet doen. De 1e single daarvan ‘Alternate Reality’ komt op 7 oktober uit en dan bouwen we op naar de album launch volgend jaar. Deze plaat heb ik vooral in m’n up gemaakt in mijn eigen studio in London, nooit geweten dat percussie en kinder-instrumentjes zo leuk waren om te bespelen”, grijnst De Ridder. “Het is een enorm creatief process geweest en ik heb zo’n geluk gehad om wat geweldige vrienden dingen in te kunnen laten spelen van ver zoals Kai Liebrand op de bas vanuit Nijmegen, Leon Schmitz op een aantal percussie elementen vanuit Den Haag, Simon Lewis op de cello vanuit London en Fiddes Smith op de banjo en mandoline vanuit Brighton. De plaat word op het moment gemixed door Coen Dingemans een Nederlander die inmiddels alweer 10 jaar in London woont. Ik heb Coen jaren geleden op Westminster University leren kennen. Leuk hoe de hele plaat uiteindelijk een beetje Nederlands en een beetje Engels is.” Voor het zover is kan Gitta de Ridder eerst zieltjes winnen voor haar muziek in Nederland tijdens de Popronde en in Roodehaan.
Gitta de Ridder staat op 19 september in Roodehaan in Warfhuizen en op 5 november doet ze in het kader van de Popronde Emmen aan.
Caitlin Mahoney brengt met muziek orde in haar chaos
GODLINZE – In het kader van de Open Monumentendag staan zetten veel monumenten hun deuren open. In Godlinze wordt een dag eerder het startschot gegeven op een zeer fraaie manier. In de Pancratiuskerk treedt de New Yorkse singersongwriter Caitlin Mahoney op. Een artiest uit één van 's Werelds grootste metropolen in het kleine Groninger dorpje. Een zangeres die de chaos probeert te vangen in haar nieuwe album 'Spin' en deze chaos weergeeft in haar muziek. Op voorhand al een boeiende ontmoeting tussen twee culturen.
“Spin' is over de chaos die we ervaren in het leven, zeker, maar mijn hoop is dat met de liedjes de luisteraar ook wordt geïnpireerd om na te denken over zijn eigen persoonlijke chaos en waar dat mogelijk is daar toch ook vrede en rust in te vinden. Voor mij persoonlijk, ik vind die rust en vrede in de muziek”, legt Caitlin Mahoney aan de vooravond van haar Europese tour uit. Haar eerste optredens zijn in Spanje voor ze naar haar enige optreden deze tour in Nederland komt. De volgende stap natuurlijk is om de chaos om te zetten in muziek. Hoe dit gaat legt Mahoney uit: “Ik hoor meestal een klein melodietje in mijn hoofd of iemand heeft een uitspraak die me bevalt. Dan probeer ik daar een betekenis aan te geven, het te koppelen aan een ervaring. Soms is dat een moeilijke gebeurtenis of juist een heel blij iets. De liedjes zijn vaak heel erg persoonlijk, maar op andere momenten is het gewoon een idee waarop ik verder bouw. Op mijn nieuwe album 'Spin' staan veel liedjes die voor mij persoonlijk ook een diepe betekenis hebben. 'Wolf', 'Goodbye Cruel Friend', 'Sweet, Sweet You' zijn allemaal liedjes die hun oorsprong vinden in gebeurtenissen uit mijn leven. Uit mijn eigen ervaringen.”
'Spin' is de opvolger van de succesvolle EP 'West for a While’. Haar eerste album bracht haar op mooie Amerikaanse en Europese podia. Het was de verslaglegging van de stap van haar geboorteplaats Orlando naar New York City. “West for a While' was mijn eerste uitgave van mijn muziek. Ik heb het opgenomen in Brooklyn met een aantal van mijn beste vrienden die op het album meespeelden en het produceerden. Het was dus heel comfortabel en heel familiar. We wilden een soort folk-pop sound, waarbij we ons basseerden en lieten inspireren door Jenny Lewis haar solo album 'Rabbit Fur Coat'. Voor 'Spin', wilde ik iets heel anders proberen. Ik ben naar Nashville gegaan om het album op te nemen. Het was een experiment met synthesizers, waarbij ik toch ook trouw wilde blijven aan mijn eigen Caitlin Mahoney geluid en aanpak met bedachtzame teksten en eigenzinnige vocale harmonieen.” Ook denk Mahoney alweer aan de toekomst. Een aanzet voor een volgend album is er volgende maand. “Ik ga in oktober een single opnemen als ik terugkom in de Verenigde Staten. Ik vind het geweldig om het huidige project met de mensen te delen, maar ben ook opgetogen om straks iets nieuws te beginnen”, aldus Mahoney.
Caitlin Mahoney heeft een klassieke zang training gehad. Zingen deed ze bijna haar hele leven al gedaan. “Ik ben begonnen met zingen in het kinderenkoor toen ik zeven was en ben sindsdien niet meer gestopt. In mijn familie is altijd veel belangstelling voor muziek geweest. Maar mijn ouders zijn enorme Bruce Springsteen fans. Daar heb ik mijn jeugd dus naar geluisterd. In de familie van mijn vader zitten veel muzikanten. Als we samen zijn, dan komen de gitaren te voorschijn en zingen we met elkaar liedjes. Dat is zo geweldig.”
Orlando heeft ook een grote muziekscene met veel muzikanten en muziek, maar Caitlin Mahoney moest eerst naar New York verhuizen om dat te ontdekken. 'New York heeft een heel bijzondere musicscene. Ik heb zoveel geleerd van “rubbing elbows” met muzikale vrienden in New York City. Het is zo inspirerend. Ik heb me nooit gerealiseerd dat er in Orlando ook een grote musicscene is tot een paar jaar geleden, ondanks dat ik er nota bene ben opgegroeid. Maar het is een geweldige omgeving voor muziek. Ik heb er inmiddels veel vrienden gemaakt die geweldige muziek maken.”
Een muziek scene kan niet zonder optredens. Een hele stap. “Het is zo'n enorm geschenk dat ik mijn liedjes mag zingen voor mensen die er naar willen luisteren. De kans om die verbnding te leggen met mensen en mijn muziek met hen te delen. Daarvoor stap ik het toneel op. Zeker weten! Ik hou van Nederland. Ik heb een paar optredens gegeven in Amsterdam. Dat waren altijd zo fijne optredens, maar voor een internationaal publiek. Eigenlijk weet ik dus nog steeds niet of een Nederlands publiek me ook waardeert. Die vraag zal in Godlinze beantwoord meten worden”, lacht Mahoney en hoopt ze veel Groningers in de kerk te treffen.
Caitlin Mahoney treedt op 11 september in de Pancratiuskerk in Godlinze.
GODLINZE – In het kader van de Open Monumentendag staan zetten veel monumenten hun deuren open. In Godlinze wordt een dag eerder het startschot gegeven op een zeer fraaie manier. In de Pancratiuskerk treedt de New Yorkse singersongwriter Caitlin Mahoney op. Een artiest uit één van 's Werelds grootste metropolen in het kleine Groninger dorpje. Een zangeres die de chaos probeert te vangen in haar nieuwe album 'Spin' en deze chaos weergeeft in haar muziek. Op voorhand al een boeiende ontmoeting tussen twee culturen.
“Spin' is over de chaos die we ervaren in het leven, zeker, maar mijn hoop is dat met de liedjes de luisteraar ook wordt geïnpireerd om na te denken over zijn eigen persoonlijke chaos en waar dat mogelijk is daar toch ook vrede en rust in te vinden. Voor mij persoonlijk, ik vind die rust en vrede in de muziek”, legt Caitlin Mahoney aan de vooravond van haar Europese tour uit. Haar eerste optredens zijn in Spanje voor ze naar haar enige optreden deze tour in Nederland komt. De volgende stap natuurlijk is om de chaos om te zetten in muziek. Hoe dit gaat legt Mahoney uit: “Ik hoor meestal een klein melodietje in mijn hoofd of iemand heeft een uitspraak die me bevalt. Dan probeer ik daar een betekenis aan te geven, het te koppelen aan een ervaring. Soms is dat een moeilijke gebeurtenis of juist een heel blij iets. De liedjes zijn vaak heel erg persoonlijk, maar op andere momenten is het gewoon een idee waarop ik verder bouw. Op mijn nieuwe album 'Spin' staan veel liedjes die voor mij persoonlijk ook een diepe betekenis hebben. 'Wolf', 'Goodbye Cruel Friend', 'Sweet, Sweet You' zijn allemaal liedjes die hun oorsprong vinden in gebeurtenissen uit mijn leven. Uit mijn eigen ervaringen.”
'Spin' is de opvolger van de succesvolle EP 'West for a While’. Haar eerste album bracht haar op mooie Amerikaanse en Europese podia. Het was de verslaglegging van de stap van haar geboorteplaats Orlando naar New York City. “West for a While' was mijn eerste uitgave van mijn muziek. Ik heb het opgenomen in Brooklyn met een aantal van mijn beste vrienden die op het album meespeelden en het produceerden. Het was dus heel comfortabel en heel familiar. We wilden een soort folk-pop sound, waarbij we ons basseerden en lieten inspireren door Jenny Lewis haar solo album 'Rabbit Fur Coat'. Voor 'Spin', wilde ik iets heel anders proberen. Ik ben naar Nashville gegaan om het album op te nemen. Het was een experiment met synthesizers, waarbij ik toch ook trouw wilde blijven aan mijn eigen Caitlin Mahoney geluid en aanpak met bedachtzame teksten en eigenzinnige vocale harmonieen.” Ook denk Mahoney alweer aan de toekomst. Een aanzet voor een volgend album is er volgende maand. “Ik ga in oktober een single opnemen als ik terugkom in de Verenigde Staten. Ik vind het geweldig om het huidige project met de mensen te delen, maar ben ook opgetogen om straks iets nieuws te beginnen”, aldus Mahoney.
Caitlin Mahoney heeft een klassieke zang training gehad. Zingen deed ze bijna haar hele leven al gedaan. “Ik ben begonnen met zingen in het kinderenkoor toen ik zeven was en ben sindsdien niet meer gestopt. In mijn familie is altijd veel belangstelling voor muziek geweest. Maar mijn ouders zijn enorme Bruce Springsteen fans. Daar heb ik mijn jeugd dus naar geluisterd. In de familie van mijn vader zitten veel muzikanten. Als we samen zijn, dan komen de gitaren te voorschijn en zingen we met elkaar liedjes. Dat is zo geweldig.”
Orlando heeft ook een grote muziekscene met veel muzikanten en muziek, maar Caitlin Mahoney moest eerst naar New York verhuizen om dat te ontdekken. 'New York heeft een heel bijzondere musicscene. Ik heb zoveel geleerd van “rubbing elbows” met muzikale vrienden in New York City. Het is zo inspirerend. Ik heb me nooit gerealiseerd dat er in Orlando ook een grote musicscene is tot een paar jaar geleden, ondanks dat ik er nota bene ben opgegroeid. Maar het is een geweldige omgeving voor muziek. Ik heb er inmiddels veel vrienden gemaakt die geweldige muziek maken.”
Een muziek scene kan niet zonder optredens. Een hele stap. “Het is zo'n enorm geschenk dat ik mijn liedjes mag zingen voor mensen die er naar willen luisteren. De kans om die verbnding te leggen met mensen en mijn muziek met hen te delen. Daarvoor stap ik het toneel op. Zeker weten! Ik hou van Nederland. Ik heb een paar optredens gegeven in Amsterdam. Dat waren altijd zo fijne optredens, maar voor een internationaal publiek. Eigenlijk weet ik dus nog steeds niet of een Nederlands publiek me ook waardeert. Die vraag zal in Godlinze beantwoord meten worden”, lacht Mahoney en hoopt ze veel Groningers in de kerk te treffen.
Caitlin Mahoney treedt op 11 september in de Pancratiuskerk in Godlinze.
Michelle David verklaart het succes van The Gospel Sessions
AMSTERDAM/VLIELAND – Eén van de beste optredens tijdens Noorderzon in Groningen was van The Gospel Sessions vol 1 ft Michelle David. Gospels scoorden in het Groningse. Opmerkelijk, want Gospels hebben niet de historie in Nederland zoals in de verenigde Staten, het land van herkomst. Het project van Onno Smit en Paul Willemsen om deze muziekvorm tot de naakte vorm terug te brengen en daarbij percussionist Toon Oomen en zangeres Michelle David te vragen slaat enorm aan. Zangeres Michelle David is als Amerikaanse in Nederland woonachtig misschien wel het beste in een positie om het succes te verklaren. Wie The Gospel Sessions in Groningen gemist heeft kan dit weekend terecht op Vlieland bij Into The Great Wide Open, volgende week bij De Opening in Emmen en later in het jaar in De Amer in Amen.
Aan de basis van het succes van The Gospel Sessions staat mede Henk van der Meijden. Hij was er verantwoordelijk voor dat Michelle David naar Nederland kwam. Van der Meijden geniet vooral bekendheid als shobizjournalist, maar was en is ook een invloedrijd theaterproducent. “Er was een auditie in New York City in 1994 door Henk van der Meijden voor zijn Stardust Theatre producties. Je kon auditeren voor de show 'Sounds of Motown'. Van der Meijden heeft me naar Nederland gehaald. Ik heb na 'Sounds of Motown' nog twee andere producties gedaan en ben zo vijf jaar voor hem aan het werk geweest.” Er volgde periode van reizen tussen New York en Europa voor David haar geliefde New York City verruilde voor Amsterdam, maar haar geboorte plaats is Winston-Salem. Een geboorteplek die David deelt met andere bekende Gospel- en Soulzanger Clarence Paul. Geen invloed op haar muzikale keuzes, aldus David. “Ik ben daar geboren, maar opgegroeid in New York City vanaf dat ik 10 maanden was. Ik ben een echte Big Apple Girl. Er zijn tal van artiesten die me hebben geïnspireerd uit heel verschillende genre's. Zingen is altijd een deel van mij geweest., maar niet noodzakelijk mijn grootste passie in mijn jeugd. Ik zong uiteraard in de kerk en heb daar ook veel solo's gezongen. Ik heb eigenlijk toen veel meer werk gemaakt van mijn dans talent. Dat was mijn leven en daar lag mijn toekomst, althans dat dacht ik”, lacht Michelle David
Na terugkomst in de Verenigde Staten tussen haar Europese avonturen stond ze op het podium als achtergrondzangeres bij Diana Ross en Michael Bolton. Niet de geringste namen in de business. “Ik ben geselecteerd met een paar andere zangeressen omdat wij hun konden begeleiden op een manier zoals zij dat wilden. Ik heb niet lang genoeg bij hen gezongen om de grote levenslessen en geheimen van de muziek van hen te leren, maar ik heb er wel het verlangen van meegenomen om nog meer te bereiken, om groter te dromen dan dat ik tot dat momemt droomde.”
Als kind zong Michelle David al gospels in de kerk. Dat is een gegeven gebleven in haar loopbaan. Vaak was ze gospelzangeres in het theater of op het toneel en zelfs in de film 'Abeltje' zette ze een gospelzangeres neer. Toch was van beide kanten passen en meten voor David als leadzangeres zou fungeren bij The Gospels Sessions. “Het was geen vanzelfsprekend feit. Het is voor mij eenvoudig om over God te zingen, maar het knelpunt zat in mijn aanpak. Ze wilden een veel intiemere en kleinere aanpak van de zang. Ik ben er juist aan gewend om volledig uit te pakken op een 'Larger than Life' manier. Het was niet eenvoudig om mezelf in te houden, maar ik ben dankbaar voor de ervaring.” Naast de zang is ook de boodschap van belang. Ook hier heeft David over nagedacht. Ze voelt zich geen missionaris. “Er wordt niet van mij verwacht dat ik de boodschap van verlossing naar de mensen breng. Ik geloof dat mensen, als ze er voor kiezen, heel goed in staat zijn om zelf uit te vinden wie Christus is. Er zijn vast een aantal mensen in het publiek, maar lang niet iedereen, die het plezier dat ik met hen deel, zullen oppikken en willen weten waar de liedjes over gaan en de vraag stellen wat de betekenis is. Als het publiek dat niet oppikt, nou dan heb ik ze in het hier en nu een plezierige avond bezorgd. Ik vind dat gospel te exclussief is. Ik breng nu de muziek naar mensen die normaal vaak niet naar een kerk gaan. Het was niet de opzet van het project. Onno Smit en Paul Willemsen wilden eigenlijk alleen maar eer bewijzen aan het genre, waar ze respect voor hadden, maar ook zelf niet echt een connectie. Ik kan alleen maar bravo daar voor zeggen dat ze het hebben aangedurfd.”
Niet alleen Smit en Willemsen hebben het aangedurfd, eigenlijk durft elke toeschouwer het aan. Het is geen gelikte show geworden, maar gospel in zijn naakte vorm. Geen koren, geen orgels, maar de stem van Michelle David en de instrumenten van de heren. De Nederlander heeft daarbij geen traditie van gospels en al helemaal niet in deze vorm. Op welk niveau weet The Gospel Session dan toch die brug te slaan. Op muzikaal of spiritueel niveau. “Ik hou er van dat mensen met een 'open mind and pure spirit' naar de optredens komen. Ik voel dat ze naar 'iets' verlangen en alleen ik kan hen dat geven op dat moment. Ik deel onvoorwaardelijke muzikale liefde, wat in feite weer erg spiritueel is. Ik weet niet hoe belangrijk het is om in Nederland gospels te zingen. Ik was er zelf al een poos mee gestopt tot dit project langskwam. De ontvangst van de liedjes en de dankbaarheid die we in het hele land tegenkomen heeft me overtuigd dat de tijd er rijp voor was.”
Op de poster staat: The Gospel Sessions vol 1 featuring Michelle David. Dit suggereert dat er een volume 2 gaat komen, maar ook dat het samenwerkingsverband met Michelle David wel eens tijdelijk kan zijn als gastzangeres. De Amsterdamse is immers ook nog druk met 'Big, Black and Beautiful' en staat ze vaak op het podium met Lefties Soul Connection en dan heeft ze ook nog haar gezin. Meer dan druk, maar ze heeft goed nieuws om af te sluiten. We zijn hard aan het werk in de studio met vol.2. Ik, nee wij, zijn er erg enthousiast over hoe het schrijfproces gaat. We hebben momenten dat we tot tranen zijn geroerd, nu al” Deel twee van The Gospel Sessions is dus onderweg en wie weet staat in De Amer al wat van dat materiaal op het programma.
The Gospel Sessions staat op 5 september op Into The Great Wide Open in de kerk. In Emmen is op 12 september Festival de Opening met The Gospel Sessions. Op 13 december keert het gezelschap terug naar het Noorden voor een optreden in De Amer in Amen.
AMSTERDAM/VLIELAND – Eén van de beste optredens tijdens Noorderzon in Groningen was van The Gospel Sessions vol 1 ft Michelle David. Gospels scoorden in het Groningse. Opmerkelijk, want Gospels hebben niet de historie in Nederland zoals in de verenigde Staten, het land van herkomst. Het project van Onno Smit en Paul Willemsen om deze muziekvorm tot de naakte vorm terug te brengen en daarbij percussionist Toon Oomen en zangeres Michelle David te vragen slaat enorm aan. Zangeres Michelle David is als Amerikaanse in Nederland woonachtig misschien wel het beste in een positie om het succes te verklaren. Wie The Gospel Sessions in Groningen gemist heeft kan dit weekend terecht op Vlieland bij Into The Great Wide Open, volgende week bij De Opening in Emmen en later in het jaar in De Amer in Amen.
Aan de basis van het succes van The Gospel Sessions staat mede Henk van der Meijden. Hij was er verantwoordelijk voor dat Michelle David naar Nederland kwam. Van der Meijden geniet vooral bekendheid als shobizjournalist, maar was en is ook een invloedrijd theaterproducent. “Er was een auditie in New York City in 1994 door Henk van der Meijden voor zijn Stardust Theatre producties. Je kon auditeren voor de show 'Sounds of Motown'. Van der Meijden heeft me naar Nederland gehaald. Ik heb na 'Sounds of Motown' nog twee andere producties gedaan en ben zo vijf jaar voor hem aan het werk geweest.” Er volgde periode van reizen tussen New York en Europa voor David haar geliefde New York City verruilde voor Amsterdam, maar haar geboorte plaats is Winston-Salem. Een geboorteplek die David deelt met andere bekende Gospel- en Soulzanger Clarence Paul. Geen invloed op haar muzikale keuzes, aldus David. “Ik ben daar geboren, maar opgegroeid in New York City vanaf dat ik 10 maanden was. Ik ben een echte Big Apple Girl. Er zijn tal van artiesten die me hebben geïnspireerd uit heel verschillende genre's. Zingen is altijd een deel van mij geweest., maar niet noodzakelijk mijn grootste passie in mijn jeugd. Ik zong uiteraard in de kerk en heb daar ook veel solo's gezongen. Ik heb eigenlijk toen veel meer werk gemaakt van mijn dans talent. Dat was mijn leven en daar lag mijn toekomst, althans dat dacht ik”, lacht Michelle David
Na terugkomst in de Verenigde Staten tussen haar Europese avonturen stond ze op het podium als achtergrondzangeres bij Diana Ross en Michael Bolton. Niet de geringste namen in de business. “Ik ben geselecteerd met een paar andere zangeressen omdat wij hun konden begeleiden op een manier zoals zij dat wilden. Ik heb niet lang genoeg bij hen gezongen om de grote levenslessen en geheimen van de muziek van hen te leren, maar ik heb er wel het verlangen van meegenomen om nog meer te bereiken, om groter te dromen dan dat ik tot dat momemt droomde.”
Als kind zong Michelle David al gospels in de kerk. Dat is een gegeven gebleven in haar loopbaan. Vaak was ze gospelzangeres in het theater of op het toneel en zelfs in de film 'Abeltje' zette ze een gospelzangeres neer. Toch was van beide kanten passen en meten voor David als leadzangeres zou fungeren bij The Gospels Sessions. “Het was geen vanzelfsprekend feit. Het is voor mij eenvoudig om over God te zingen, maar het knelpunt zat in mijn aanpak. Ze wilden een veel intiemere en kleinere aanpak van de zang. Ik ben er juist aan gewend om volledig uit te pakken op een 'Larger than Life' manier. Het was niet eenvoudig om mezelf in te houden, maar ik ben dankbaar voor de ervaring.” Naast de zang is ook de boodschap van belang. Ook hier heeft David over nagedacht. Ze voelt zich geen missionaris. “Er wordt niet van mij verwacht dat ik de boodschap van verlossing naar de mensen breng. Ik geloof dat mensen, als ze er voor kiezen, heel goed in staat zijn om zelf uit te vinden wie Christus is. Er zijn vast een aantal mensen in het publiek, maar lang niet iedereen, die het plezier dat ik met hen deel, zullen oppikken en willen weten waar de liedjes over gaan en de vraag stellen wat de betekenis is. Als het publiek dat niet oppikt, nou dan heb ik ze in het hier en nu een plezierige avond bezorgd. Ik vind dat gospel te exclussief is. Ik breng nu de muziek naar mensen die normaal vaak niet naar een kerk gaan. Het was niet de opzet van het project. Onno Smit en Paul Willemsen wilden eigenlijk alleen maar eer bewijzen aan het genre, waar ze respect voor hadden, maar ook zelf niet echt een connectie. Ik kan alleen maar bravo daar voor zeggen dat ze het hebben aangedurfd.”
Niet alleen Smit en Willemsen hebben het aangedurfd, eigenlijk durft elke toeschouwer het aan. Het is geen gelikte show geworden, maar gospel in zijn naakte vorm. Geen koren, geen orgels, maar de stem van Michelle David en de instrumenten van de heren. De Nederlander heeft daarbij geen traditie van gospels en al helemaal niet in deze vorm. Op welk niveau weet The Gospel Session dan toch die brug te slaan. Op muzikaal of spiritueel niveau. “Ik hou er van dat mensen met een 'open mind and pure spirit' naar de optredens komen. Ik voel dat ze naar 'iets' verlangen en alleen ik kan hen dat geven op dat moment. Ik deel onvoorwaardelijke muzikale liefde, wat in feite weer erg spiritueel is. Ik weet niet hoe belangrijk het is om in Nederland gospels te zingen. Ik was er zelf al een poos mee gestopt tot dit project langskwam. De ontvangst van de liedjes en de dankbaarheid die we in het hele land tegenkomen heeft me overtuigd dat de tijd er rijp voor was.”
Op de poster staat: The Gospel Sessions vol 1 featuring Michelle David. Dit suggereert dat er een volume 2 gaat komen, maar ook dat het samenwerkingsverband met Michelle David wel eens tijdelijk kan zijn als gastzangeres. De Amsterdamse is immers ook nog druk met 'Big, Black and Beautiful' en staat ze vaak op het podium met Lefties Soul Connection en dan heeft ze ook nog haar gezin. Meer dan druk, maar ze heeft goed nieuws om af te sluiten. We zijn hard aan het werk in de studio met vol.2. Ik, nee wij, zijn er erg enthousiast over hoe het schrijfproces gaat. We hebben momenten dat we tot tranen zijn geroerd, nu al” Deel twee van The Gospel Sessions is dus onderweg en wie weet staat in De Amer al wat van dat materiaal op het programma.
The Gospel Sessions staat op 5 september op Into The Great Wide Open in de kerk. In Emmen is op 12 september Festival de Opening met The Gospel Sessions. Op 13 december keert het gezelschap terug naar het Noorden voor een optreden in De Amer in Amen.
Vrienden die samen spelen vormt de basis van The Young Folk
VEENHUIZEN – Een groepje vrienden die samen gaat zitten om muziek te maken. Geen plannen, geen ambitie, gewoon lol. Inmiddels werkt The Young Folk aan hun tweede album. Staan in Paradiso en andere grote podia en staan op Noordfolk in Veenhuizen. Een onverwacht gevolg van dat samen zijn om wat muziek te maken. Anthony, Tonny en Paul, drie jongens uit Ierland en hun onverwachte succes.
“Ik ontmoette Paul op een muziekopleiding en Tony tijdens mijn werk. We zijn eens samen gaan zitten om wat muziek te maken en wat liedjes te schrijven. Gewoon wat vrienden die samen spelen. Onze vrienden en wat andere mensen vonden het goed wat we deden. We zijn daarom maar verder gegaan,” aldus Anthony Furey van The Young Folk, terwijl zijn bandgenoten instemmend mee knikken. Eigenlijk net zo toevallig is de muziek keus opgeplakt. “Paul en ik hebben in heel verschillende bands gezeten. Van rock tot symfonisch. We hebben ook heel verschillende muzikale liefdes. Van 80's Rock tot metal. Maar dit is wat we aan liedjes schreven. Mensen hebben er het label 'folk' op geplakt. Daar kunnen we wel mee leven. Onze naam komt ook uit een tekst. We hebben er niet voor gekozen om folk te gaan spelen. Het is zo geworden.”
De drie dragen allemaal bij aan het schrijven van de liedjes. Ieder van zijn eigen inbreng. “We schrijven allemaal afzonderlijk van elkaar. Op een moment hebben we dan een liedje en dan kijken we er met ons driëen naar. Dan kijken we er naar en dan kan het nog wel helemaal veranderen, zowel qua melodie en wat betreft de tekst. De onderwerpen kunnen ook heel verschillend zijn. Iets wat we meemaken in het dagelijks leven. Of iets wat we lezen of uit een film. Een melodie of wat dan ook. We hebben allemaal iets van dat als we gaan zitten en we moeten schrijven dan lukt het niet. Dan wordt het scheiss. Iets moet op een gegeven moment de sleutel tot het liedje vormen. Het vormt zich in je achterhoofd. Soms heb je meerdere dingen en dan is er iets dat het liedje ontsluit. Dan krijg je de song open.”
In Veenhuizen spelen The Young Folks hun negende shows in Nederland. Ze zien een duidelijk verschil met hun thuispubliek in Ierland. “Nederlanders luisteren heel intensief. Ze komen ook na afloop naar ons toe met vragen over de tekst. Jullie Nederlanders willen weten wat er an de hand is. De Ieren hebben dat ook wel. Maar minder en anders. Sommige liedjes doen het ook beter hier dan in Ierland en andersom. We hebben ook verschillende sets voor verschillende landen. We spelen zelfs liedjes verschillend.”
Hun uitje naar Veenhuizen onderbreekt het werk voor hun nieuwe album. De opvolger van 'The Little Battle' die eerst in Ierland uit kwam en dit jaar in Nederland. In februari komt hun nieuwe album uit. Nu eerst in Nederland in februari 2016. Het album is nog niet af, Geen stress hoor, maar we werken er hard aan. We gaan direct terug na dit optreden. In februari komen we terug voor een tour door Nederland. We doen dan ook Groningen aan”, besluit het trio vlak voor ze het podium opgaan in Veenhuizen.
The Young Folk treden op 29 augustus op in Veenhuizen bij Noordfolk en in februari op en nog nader te bepalen datum in Groningen.
VEENHUIZEN – Een groepje vrienden die samen gaat zitten om muziek te maken. Geen plannen, geen ambitie, gewoon lol. Inmiddels werkt The Young Folk aan hun tweede album. Staan in Paradiso en andere grote podia en staan op Noordfolk in Veenhuizen. Een onverwacht gevolg van dat samen zijn om wat muziek te maken. Anthony, Tonny en Paul, drie jongens uit Ierland en hun onverwachte succes.
“Ik ontmoette Paul op een muziekopleiding en Tony tijdens mijn werk. We zijn eens samen gaan zitten om wat muziek te maken en wat liedjes te schrijven. Gewoon wat vrienden die samen spelen. Onze vrienden en wat andere mensen vonden het goed wat we deden. We zijn daarom maar verder gegaan,” aldus Anthony Furey van The Young Folk, terwijl zijn bandgenoten instemmend mee knikken. Eigenlijk net zo toevallig is de muziek keus opgeplakt. “Paul en ik hebben in heel verschillende bands gezeten. Van rock tot symfonisch. We hebben ook heel verschillende muzikale liefdes. Van 80's Rock tot metal. Maar dit is wat we aan liedjes schreven. Mensen hebben er het label 'folk' op geplakt. Daar kunnen we wel mee leven. Onze naam komt ook uit een tekst. We hebben er niet voor gekozen om folk te gaan spelen. Het is zo geworden.”
De drie dragen allemaal bij aan het schrijven van de liedjes. Ieder van zijn eigen inbreng. “We schrijven allemaal afzonderlijk van elkaar. Op een moment hebben we dan een liedje en dan kijken we er met ons driëen naar. Dan kijken we er naar en dan kan het nog wel helemaal veranderen, zowel qua melodie en wat betreft de tekst. De onderwerpen kunnen ook heel verschillend zijn. Iets wat we meemaken in het dagelijks leven. Of iets wat we lezen of uit een film. Een melodie of wat dan ook. We hebben allemaal iets van dat als we gaan zitten en we moeten schrijven dan lukt het niet. Dan wordt het scheiss. Iets moet op een gegeven moment de sleutel tot het liedje vormen. Het vormt zich in je achterhoofd. Soms heb je meerdere dingen en dan is er iets dat het liedje ontsluit. Dan krijg je de song open.”
In Veenhuizen spelen The Young Folks hun negende shows in Nederland. Ze zien een duidelijk verschil met hun thuispubliek in Ierland. “Nederlanders luisteren heel intensief. Ze komen ook na afloop naar ons toe met vragen over de tekst. Jullie Nederlanders willen weten wat er an de hand is. De Ieren hebben dat ook wel. Maar minder en anders. Sommige liedjes doen het ook beter hier dan in Ierland en andersom. We hebben ook verschillende sets voor verschillende landen. We spelen zelfs liedjes verschillend.”
Hun uitje naar Veenhuizen onderbreekt het werk voor hun nieuwe album. De opvolger van 'The Little Battle' die eerst in Ierland uit kwam en dit jaar in Nederland. In februari komt hun nieuwe album uit. Nu eerst in Nederland in februari 2016. Het album is nog niet af, Geen stress hoor, maar we werken er hard aan. We gaan direct terug na dit optreden. In februari komen we terug voor een tour door Nederland. We doen dan ook Groningen aan”, besluit het trio vlak voor ze het podium opgaan in Veenhuizen.
The Young Folk treden op 29 augustus op in Veenhuizen bij Noordfolk en in februari op en nog nader te bepalen datum in Groningen.
Ygdrassil voor even weer bij elkaar
VEENHUIZEN – Voor, voorlopig, een drietal concerten komt Ygdrassil, weer bij elkaar. Het enige Noordelijke concert van de befaamde folkformatie is op het mede door Linde Nijland en Bert Ridderbos georganiseerde Noordfolk. Linde Nijland is druk met het inrichten van kramen en aansturen van vrijwilligers, maar het andere Ygdrassil lid Annemarieke Coenders heeft na de soundcheck nog wat tijd over om in het zonnetje wat te vertellen over Ygdrassil en de reünie.
“Het is heerlijk om weer samen op het toneel te staan”, aldus Annemarieke Coenders “De eerste keer was in Eindhoven en dat ging uitstekend. Vanuit het folkfestival Parkfest kwam de vraag of we nog eens samen op het podium wilden staan. Die vraag hebben we al vaker gehad, maar we waren er eigenlijk nog niet aan toe. We hebben dus eigenlijk altijd nee gezegd, maar nu was de tijd rijp en hebben werd het ja. Het werden in totaal drie optredens, want hierna treden we ook nog eens op in Zaandam. We hebben als Ygdrassil vijf albums gemaakt en voor deze concerten ons hele oeuvre nog eens binnenstebuiten gehaald. We spelen een aantal liedjes die we eigenlijk altijd wel speelden, maar op sommige speelt Bert nu mee, wat vroeger niet zo was. We hebben ook een aantal liedjes die we vroeger nooit op de setlist hadden die we nu wel spelen. Dat maakt het voor ons ook erg leuk om te doen.“
Hoe leuk het ook is. Annemarieke weet nog niet of er ook een vervolg wordt gegeven aan deze reünie. “We kijken eerst naar deze drie optredens. Dan kijken we verder, maar daar hebben we eigenlijk nog niet over nagedacht. Het is wel heel erg leuk dat mensen ons al vragen om een nieuwe CD. Mensen zijn duidelijk blij met ons. Maar of we vaker gaan optreden en weer samen liedjes gaan schrijven? We zijn toch beide een ander pad opgegaan. Vroeger was het samen schrijven van een liedje vanzelfsprekend. Dat ging vanzelf. Nu merk je dat er toch muzikaal wat meer afstand is. Linde is dicht bij de traditionele folk is gebleven. Ik maak ook luistermuziek, maar toch anders. Ik heb nu onder eigen naam een tweetal albums gemaakt met mezelf op gitaar en een drummer. Maar hoe het zal zijn als Linde en ik weer samengaan schrijven? Ik kan er niks over zeggen.“
Dat heeft Annemarieke Coenders wel over haar eigen loopbaan. “Ik denk dat ik er wel weer aan toe ben om een album op te nemen. Ik moet maar eens kijken hoe wat en waar. Ik heb wel weer een flink aantal liedjes die er vragen om opgenomen te worden. Maar wie koopt er nog een CD tegenwoordig? Het folkpubliek, maar daarbuiten is het toch vaak een download. Gelukkig kost het opnemen ook niet zoveel meer.”
“Ik wil liedjes schrijven”, vertelt Coenders. “Muziek is altijd aanwezig bij mij. Ik pak mijn gitaar en op een bepaald moment gaat er wat ontstaan. Associatief begint dan een melodie en een tekst te ontstaan Het is dan puzzelen en dan komt er wat. Ik ben in Groningen lid van een groep van songwriters, de Songclub. We treden eens in de twee maand op en dan moeten we een nieuw nummer presenteren. Dat stimuleert ook om liedjes af te maken, want je wilt graag met wat nieuws komen. Het is een mooie stok achter de deur. Je kunt ook dingen uit proberen. Eens samen met iemand anders een lied schrijven. Experimenteren met andere muzikanten. Dingen uitproberen. Dan kom je weer op verrassende nieuwe inzichten.” Maar deze weken is het voor Annemarieke Coenders en Linde Nijland even terug op vertrouwd terrein en staat Ygdrassil weer in de spotlight.
Ygdrassil is één van de hoofdacts op Noordfolk op 29 augustus in Veenhuizen.
VEENHUIZEN – Voor, voorlopig, een drietal concerten komt Ygdrassil, weer bij elkaar. Het enige Noordelijke concert van de befaamde folkformatie is op het mede door Linde Nijland en Bert Ridderbos georganiseerde Noordfolk. Linde Nijland is druk met het inrichten van kramen en aansturen van vrijwilligers, maar het andere Ygdrassil lid Annemarieke Coenders heeft na de soundcheck nog wat tijd over om in het zonnetje wat te vertellen over Ygdrassil en de reünie.
“Het is heerlijk om weer samen op het toneel te staan”, aldus Annemarieke Coenders “De eerste keer was in Eindhoven en dat ging uitstekend. Vanuit het folkfestival Parkfest kwam de vraag of we nog eens samen op het podium wilden staan. Die vraag hebben we al vaker gehad, maar we waren er eigenlijk nog niet aan toe. We hebben dus eigenlijk altijd nee gezegd, maar nu was de tijd rijp en hebben werd het ja. Het werden in totaal drie optredens, want hierna treden we ook nog eens op in Zaandam. We hebben als Ygdrassil vijf albums gemaakt en voor deze concerten ons hele oeuvre nog eens binnenstebuiten gehaald. We spelen een aantal liedjes die we eigenlijk altijd wel speelden, maar op sommige speelt Bert nu mee, wat vroeger niet zo was. We hebben ook een aantal liedjes die we vroeger nooit op de setlist hadden die we nu wel spelen. Dat maakt het voor ons ook erg leuk om te doen.“
Hoe leuk het ook is. Annemarieke weet nog niet of er ook een vervolg wordt gegeven aan deze reünie. “We kijken eerst naar deze drie optredens. Dan kijken we verder, maar daar hebben we eigenlijk nog niet over nagedacht. Het is wel heel erg leuk dat mensen ons al vragen om een nieuwe CD. Mensen zijn duidelijk blij met ons. Maar of we vaker gaan optreden en weer samen liedjes gaan schrijven? We zijn toch beide een ander pad opgegaan. Vroeger was het samen schrijven van een liedje vanzelfsprekend. Dat ging vanzelf. Nu merk je dat er toch muzikaal wat meer afstand is. Linde is dicht bij de traditionele folk is gebleven. Ik maak ook luistermuziek, maar toch anders. Ik heb nu onder eigen naam een tweetal albums gemaakt met mezelf op gitaar en een drummer. Maar hoe het zal zijn als Linde en ik weer samengaan schrijven? Ik kan er niks over zeggen.“
Dat heeft Annemarieke Coenders wel over haar eigen loopbaan. “Ik denk dat ik er wel weer aan toe ben om een album op te nemen. Ik moet maar eens kijken hoe wat en waar. Ik heb wel weer een flink aantal liedjes die er vragen om opgenomen te worden. Maar wie koopt er nog een CD tegenwoordig? Het folkpubliek, maar daarbuiten is het toch vaak een download. Gelukkig kost het opnemen ook niet zoveel meer.”
“Ik wil liedjes schrijven”, vertelt Coenders. “Muziek is altijd aanwezig bij mij. Ik pak mijn gitaar en op een bepaald moment gaat er wat ontstaan. Associatief begint dan een melodie en een tekst te ontstaan Het is dan puzzelen en dan komt er wat. Ik ben in Groningen lid van een groep van songwriters, de Songclub. We treden eens in de twee maand op en dan moeten we een nieuw nummer presenteren. Dat stimuleert ook om liedjes af te maken, want je wilt graag met wat nieuws komen. Het is een mooie stok achter de deur. Je kunt ook dingen uit proberen. Eens samen met iemand anders een lied schrijven. Experimenteren met andere muzikanten. Dingen uitproberen. Dan kom je weer op verrassende nieuwe inzichten.” Maar deze weken is het voor Annemarieke Coenders en Linde Nijland even terug op vertrouwd terrein en staat Ygdrassil weer in de spotlight.
Ygdrassil is één van de hoofdacts op Noordfolk op 29 augustus in Veenhuizen.
Mischa MacPherson: ”Gealic heeft 500 woorden voor liefde”
VEENHUIZEN – Met optreden op Noorderzon en het Noordfolk Festival heeft Mischa MacPherson en haar band Nederland laten kennis maken met het Gaelic. Het is de Schotse taal van haar voorouders, de taal waardoor ze zich verbonden voelt met het land en de mensen. “Het is fijn om weer thuis te komen.” Voor haar optreden op Noordfolk in Veenhuizen pelt ze een eitje in het artiestenverblijf van Coco Maria. Hoeveel woorden het Gaelic voor ei heeft vertelt ze, niet, maar wel dat r alleen al voo het woord liefde zo'n 500 woorden zijn”.
“Ik schrijf zelf geen liedjes, maar spit door de archieven op zoek naar oude liedjes in het Gaelic. Ik luister naar oude opnames, soms heel erg krakerig en soms vind ik alleen een tekst. Dan schrijf ik er een melie bij, in die zin schrijf ik dan wel een liedje als mede componist. Ik spreek veel met Kenna Campbell. Ze is al dik in de tachtig en weet zich nog veel liedjes te herinneren. Ik luister naar de liedjes, laat ze op me inwerken en dan kijk ik wat geschikt is voor ons. Ik kijk vooral naar de melodie. Die moet bij me passen en bij de muzikanten en instrumenten. Dan naar het verhaal en daaruit selecteer ik welke liedjes we gaan spelen.”
Het gros van de liedjes van het Mischa MacPherson trio is in het Gealic en een paar in het Engels. Met haar liedjes in het Gealic zet MacPherson en oude traditie voort. Haar oma was ook een Gealic zangeres. “Ik heb mijn oma nooit horen zingen. Ze heeft het ook niet aan me geleerd. Een vrouw stopt men zingen als haar man sterft is de gewoonte. Mijn opa is gestorven voor ik geboren was, dus ik heb mijn oma alleen horen zingen op plaat. Ik ben zelf begonnen met zingen toen ik drie was. Ik vond het geweldig en ben op mijn vierde gaan deelnemen aan wedstrijden. Ik hou veel van deze muziek. Het Gealic is een unieke taal. Er zijn voor de liefde alleen al 500 verschillende woorden. Voor de zee zijn er ook honderden. Je kunt je op zoveel verschillende manieren uitdrukken. De liedjes brengen me terug naar de tijd van mijn overovergrootouders. Ze drukken uit hoe zij leefden, wat ze voelden en wat ze bewoog. Het zingen in het Gealic brengt me huis. Ik vind het heerlijk om weer thuis te komen. Ik ben ook altijd gestimuleerd om te gaan zingen door mijn ouders, op school en bij ons spreekt iedereen Gealic.”
Het lijkt erop dat een regionale taal die weinigen Buiten Schotland verstaan nou niet de taal is om een grote loopbaan in op te opbouwen. Dat valt mee volgens MacPherson. “Door de emigratie is er veel belangstelling voor de taal en de muziek in bijvoorbeeld Canada, de Verenigde Staten en Australië, maar ook in Duitsland. Er zijn veel professionele muzikanten in het Gealic in Schotland, maar ook daar buiten. Er is een grote interesse voor.” Zelf is MacPherson een beetje bij toeval nu in het circuit beland. Ik zat op de universiteit en we wonen een wedstrijd met onze muziek. Ineens stonden we op een concert voor 20.000 mensen en speelden we op de radio voor bijn 100.000 mensen. Ik heb mijn studie een jaar onderbroken om op te treden en te touren. Ik ga straks terug naar de universiteit en hoop in twee jaar mijn studie af te maken. Daarna kijken wat ik ga doen. Waarschijnlijk de muziek in.”
Een ander plan wat MacPherson heeft is het opnemen van haar eerste album. “Ik heb er geen haast mee gemaakt. Ik was er nog niet aan toe. Nu komt dat. We zijn bezig met de financiering, dat is bijna rond. Ik weet nu ook wat ik wil. Ik verwacht dat we binnen een jaar een album kunnen presenteren.”
Ze heeft haar eerste Nederlandse concert er op zitten tijdens Noorderzon. Een succes. Tot haar eigen verrassing was de Spiegeltent vol. “Er waren wel 200 mensen. Ik heb gevraagd of er iemand was die Gealic sprak. Niemand! Iedereen leek echter te genieten. Ik heb zoveel mogelijk de liedjes aan het publiek uitgelegd, Wat de historie was en waar ze over gingen. Ze vonden het prachtig, vooral de bagpipes.” Weer een bewijs dat je muziek niet hoeft te verstaan om het toch te snappen. Mischa MacPherson trio brengt Schotland naar Veenhuizen.
Mischa MacPherson Trio treedt op tijdens Noordfolk op 29 augustus in Veenhuizen.
VEENHUIZEN – Met optreden op Noorderzon en het Noordfolk Festival heeft Mischa MacPherson en haar band Nederland laten kennis maken met het Gaelic. Het is de Schotse taal van haar voorouders, de taal waardoor ze zich verbonden voelt met het land en de mensen. “Het is fijn om weer thuis te komen.” Voor haar optreden op Noordfolk in Veenhuizen pelt ze een eitje in het artiestenverblijf van Coco Maria. Hoeveel woorden het Gaelic voor ei heeft vertelt ze, niet, maar wel dat r alleen al voo het woord liefde zo'n 500 woorden zijn”.
“Ik schrijf zelf geen liedjes, maar spit door de archieven op zoek naar oude liedjes in het Gaelic. Ik luister naar oude opnames, soms heel erg krakerig en soms vind ik alleen een tekst. Dan schrijf ik er een melie bij, in die zin schrijf ik dan wel een liedje als mede componist. Ik spreek veel met Kenna Campbell. Ze is al dik in de tachtig en weet zich nog veel liedjes te herinneren. Ik luister naar de liedjes, laat ze op me inwerken en dan kijk ik wat geschikt is voor ons. Ik kijk vooral naar de melodie. Die moet bij me passen en bij de muzikanten en instrumenten. Dan naar het verhaal en daaruit selecteer ik welke liedjes we gaan spelen.”
Het gros van de liedjes van het Mischa MacPherson trio is in het Gealic en een paar in het Engels. Met haar liedjes in het Gealic zet MacPherson en oude traditie voort. Haar oma was ook een Gealic zangeres. “Ik heb mijn oma nooit horen zingen. Ze heeft het ook niet aan me geleerd. Een vrouw stopt men zingen als haar man sterft is de gewoonte. Mijn opa is gestorven voor ik geboren was, dus ik heb mijn oma alleen horen zingen op plaat. Ik ben zelf begonnen met zingen toen ik drie was. Ik vond het geweldig en ben op mijn vierde gaan deelnemen aan wedstrijden. Ik hou veel van deze muziek. Het Gealic is een unieke taal. Er zijn voor de liefde alleen al 500 verschillende woorden. Voor de zee zijn er ook honderden. Je kunt je op zoveel verschillende manieren uitdrukken. De liedjes brengen me terug naar de tijd van mijn overovergrootouders. Ze drukken uit hoe zij leefden, wat ze voelden en wat ze bewoog. Het zingen in het Gealic brengt me huis. Ik vind het heerlijk om weer thuis te komen. Ik ben ook altijd gestimuleerd om te gaan zingen door mijn ouders, op school en bij ons spreekt iedereen Gealic.”
Het lijkt erop dat een regionale taal die weinigen Buiten Schotland verstaan nou niet de taal is om een grote loopbaan in op te opbouwen. Dat valt mee volgens MacPherson. “Door de emigratie is er veel belangstelling voor de taal en de muziek in bijvoorbeeld Canada, de Verenigde Staten en Australië, maar ook in Duitsland. Er zijn veel professionele muzikanten in het Gealic in Schotland, maar ook daar buiten. Er is een grote interesse voor.” Zelf is MacPherson een beetje bij toeval nu in het circuit beland. Ik zat op de universiteit en we wonen een wedstrijd met onze muziek. Ineens stonden we op een concert voor 20.000 mensen en speelden we op de radio voor bijn 100.000 mensen. Ik heb mijn studie een jaar onderbroken om op te treden en te touren. Ik ga straks terug naar de universiteit en hoop in twee jaar mijn studie af te maken. Daarna kijken wat ik ga doen. Waarschijnlijk de muziek in.”
Een ander plan wat MacPherson heeft is het opnemen van haar eerste album. “Ik heb er geen haast mee gemaakt. Ik was er nog niet aan toe. Nu komt dat. We zijn bezig met de financiering, dat is bijna rond. Ik weet nu ook wat ik wil. Ik verwacht dat we binnen een jaar een album kunnen presenteren.”
Ze heeft haar eerste Nederlandse concert er op zitten tijdens Noorderzon. Een succes. Tot haar eigen verrassing was de Spiegeltent vol. “Er waren wel 200 mensen. Ik heb gevraagd of er iemand was die Gealic sprak. Niemand! Iedereen leek echter te genieten. Ik heb zoveel mogelijk de liedjes aan het publiek uitgelegd, Wat de historie was en waar ze over gingen. Ze vonden het prachtig, vooral de bagpipes.” Weer een bewijs dat je muziek niet hoeft te verstaan om het toch te snappen. Mischa MacPherson trio brengt Schotland naar Veenhuizen.
Mischa MacPherson Trio treedt op tijdens Noordfolk op 29 augustus in Veenhuizen.
Poems for Jamiro: “Samen muziek maken is geweldig”
Fotografie Jaro Suffner
HAMBURG – Noorderzon is een festival waar het gaat om ontdekking. Een festival waar qua muziek het plaatselijke staat naast het exotische en er plek is voor het bekende en onbekende artiesten. Niet eens hier zo heel ver vandaan is net als Groningen nog zo'n bruisende muzikale metropool. De Hanzestad Hamburg. Historisch was er vroeger veel uitwisseling tussen beide steden qua handel en cultuur. Maar wie weet nu nog welke bandjes er populair zijn in Hamburg? Vooruitstrevend? De moeite waard? Poems for Jamiro bijvoorbeeld. Liefst drie keer staat de formatie op Noorderzon. Op 21 augustus op Podium Plataan en op 22 augustus nog twee keer in de keet bij Wishfull Music.
“Als kind schreef ik een fantasy roman voor mijn ouders als een kerstcadeau”, vertelt Nina Müller die samen met Laila Nysten Poems for Jamiro vormt. “De held van dit boek was Jamiro. Na een trip naar New York in 2013 kwam ik terug naar Hamburg en voelde me so geïnspireerd door al die mooie mensen die ik had ontmoet en de muziek die ik had gehoord, dat ik niet kon stoppen met het schrijven van liedjes. Alles voelde precies zo als toen ik in mijn jeugd begonnen was met het schrijven van muziek. Ik maakte me nergens zorgen om, het enige wat telde was dat die liedjes geschreven werden. Dit project is dan ook opgedragen in het kind in mij, of het kind in iemand anders. De naam Jamiro doet me weer denken aan wat ik vind waar muziek over moet gaan. Het gaat niet om geld of succes of om beroemd worden. Muziek is op zijn best als het voelt als vroeger en net zo eenvoudig en natuurlijk is als de spelletjes die we speelden als kind.”
Reden voor Nina Müller om nog verder terug te grijpen in de geschiedenis en te vertellen over de vroegste jeugd van beide bandleden. “We zijn allebij als kinderen begonnen in de muziek en zijn daarbij erg beinvloed door onze ouders. Ik schreef mijn eerste liedjes en vormde mijn eerste band met mijn broertje toen ik acht was, nadat ik voor het eerste een liedje van Queen had gehoord op de radio.” De magie van Freddy Mercury werkt ook in Hamburg. “Ons eerste concert was in de woonkamer thuis en ik ben bang dat er in het familiearchief nog steeds wat videomateriaal is, wat misschien daar ook maar moet blijven liggen, van die avond.” Dan schakelt ze over op haar bandgenoot. “Laila's vader is componist en haar moeder muziekonderwijzer. Ze leerde de viool spelen toen ze vijf jaar was. Ze speelde in een jeugdorkest, nam deel aan competities en alles wat daar bij hoort. Voor ons beide telt dat er altijd muziek om ons heen was, maar op heel verschillende manieren. Hoewel, ook in heb als kind de piano geleerd door het spelen van klassieke muziek, maar ik hield altijd veel meer van popmuziek, terwijl Laila juist van een heel klassieke achtergrond komt. 'Poems for Jamiro' is haar eerste pop project.”
Was 'Poems for Jamiro' aanvankelijk een solo van project van Nina Müller vorig jaar kwam Laila Nysten haar versterken. “We hebben elkaar ontmoet op de muziekacademy van Lubeck, waar we beide muziek studeerden, We ontdekten dat we beide uit dezelfde wijk kwamen in het noorden van Hamburg. We hadden elkaar daar nooit bewust ontmoet. Laila is een paar jaar jonger dan ik ben. Ik was een solotour voor mezelf aan het boeken in februari 2014. De band waar ik in speelde was uit elkaar gevallen en ik heb toen Laila gevraagd om me te begeleiden op de viool.” 'Poems for Jamiro' valt onder de noemer Indie Pop. Mooie verzorgde liedjes, waarin ook de klassieke invloeden terug te horen zijn. Freddy Mercury is iets meer buiten beeld geraakt. “We hebben eigenlijk nooit echt gepraat over welke weg we muzikaal moesten inslaan. Het is gewoon zo gegaan, omdat dit samen doen ontzettend leuk is en dat we er van hielden om onze ideëen te combineren. Aangezien we ook maar met ons tweëen zijn en niet een band van vier of vijf muzikanten moeten we ook wel slimme compromissen sluiten om een 'groter' geluid te krijgen. Hoe we nu klinken is geen bewust besluit, het is, haast per ongeluk, zo gegroeid. We houden beide erg van zingen en door de instrumenten waar we de beschikking over hadden in Hamburg is dat zo ontstaan. Ik schrijf de liedjes, maar de arangementen en onze sound zijn sterk beïnvloed door Laila's ideëen en stem. Door haar klassieke achtergrond is haar gevoel voor melodieen heel anders dan de mijne, daardoor krijgt ons geluid vaak een extra twist. We hebben beide onze eigen rol in de arrangementen.”
Even terug naar die andere havenstad. Niet Groningen, niet Hamburg, maar eigenlijk ligt in New York de geboortegrond van 'Poems for Jamiro' door de reis van Nina Müller naar 'The Big Apple'. “New York was een inspiratie”, verzucht Müller. “Ik kon er niemand. Ik kwam er alleen en stond open voor nieuwe ervaringen. Ik heb er veel en heel verschillende mensen ontmoet. Erg veel muzikanten ook. Ik heb er heel veel muziek gehoord, overal. Op straat, in clubs... waar ik maar kon. Ik heb er met mensen liedjes geschreven en het was erg inspirerend om te zien hoe zij muziek creërden en er met hen over te praten. Hamburg of Berlijn en veel andere steden zouden in principe ook dat effect kunnen hebben. In feite voel ik me altijd erg geïnspireerd als ik een stad zie die ik nog nooit heb gezien. Nu bijvoorbeeld als we op tour zijn en ik nieuwe mensen leer kennen en nieuwe ervaringen op doe. New York was echter zo anders dan alles wat me vertrouwd was, het gaf me ruimte in mijn hoofd. Het is ook nog een heel muzikale stad. Veel van de liedes die we nu spelen komen alweer van na die periode. Het zijn liedjes die beïnvloed zijn door ons leven nu. Wat we meemaken tijdens toernee's en wie we ontmoeten.”
Een deel van de eerste liedjes is wel op het eerste album van 'Poems for Jamiro' terecht gekomen. 'Homeward Bound' heet het album. “Homeward Bound' is opgenomen in Flensburg in het Noorden van Duitsland door een vriend van ons die een fantastische producer is. Het was aanvankelijk bedoeld als solo album van mij, maar toen kwam Laila de band versterken en nu is het ons officiele debuut album. Op het album spelen veel vrienden van ons mee. Op het album is het een echte band geworden en dus klinkt het heel anders als dat we met zijn twee het live spelen. De opname's zijn gemaakt voor we ons eigen duo geluid ontwikkelden. Het is een erg mooi album geworden en we zijn er erg trots op. We hebben het opgenomen zonder verwachtingen. Het voelde goed om het zo en op dat moment te doen. Met het hele Jamiro project is het nooit onze bedoeling geweest om rijk en succesvol te zijn. Dat hoor je op dit album, het zijn een aantal mensen die samenkomen en muziek maken, omdat samen muziek maken geweldig is. In dat opzicht is het album zeer geslaagd”, lacht Müller. “We krijgen veel positieve feedback van mensen die het album hebben gehoord. We verkopen het op de toernee en via alle online platforms via een klein Duits platenlabel waar we mee werken.”
Inmiddels is 'Poems for Jamiro' opgenomen in de wereldwijde Melodica familie. Na Noorderzon staat een reis naar Reykjavik op het programma voor een Melodica festival. Eerder trad de band op tijdens Melodica Hamburg. “Dat heeft veel deuren voor ons geopend”, constateert Müller. “We gaan waarschijnlijk nog een aantal Melodica festivals spelen, voornamelijk in Duitsland. Het zijn erg mooie festivals met leuke mensen die het organiseren en daar spelen. Het is een akoestisch festival en soms is er maar gewoon iemand met een gitaar op het podium. Het is fantastisch om te zien hoe je toch helemaal overhoop wordt geblazen door een gitaar en een stem. We hebben veel vrienden gemaakt en we hebben prachtige kansen gekregen door Melodica. Optredens in andere landen, maar ook artiesten die bij Laila in haar appartement een huiskamerconcert kwamen geven. Het is altijd geweldig om een Melodica festival te bezoeken. Of je nu muzikant bent en gaat optreden of dat je gewoon lekker naar de muziek komt luisteren.”
We besluiten met een vooruitblik. 'Poems for Jamiro'zit vol plannen. “We bestaan nu zo'n anderhalf jaar. We denken over een volgend album, waarop we onze duo sound willen gaan vastleggen. We staan nu aan het begin van een grote tour die ons langs Nederland, IJsland, Denemarken, Oostenrijk en overal in Duitsland gaat brengen, dus het album moet wachten tot we thuis zijn. En daarna? Een producer vinden, nog een album, een goed boekingsbureau..... “Genoeg te doen dus, maar eerst naar Groningen.
Poems for Jamiro staat op Noorderzon. Op 21 augustus op Podium Plataan en op 22 augustus twee keer in de keet bij Wishfull Music.
Fotografie Jaro Suffner
HAMBURG – Noorderzon is een festival waar het gaat om ontdekking. Een festival waar qua muziek het plaatselijke staat naast het exotische en er plek is voor het bekende en onbekende artiesten. Niet eens hier zo heel ver vandaan is net als Groningen nog zo'n bruisende muzikale metropool. De Hanzestad Hamburg. Historisch was er vroeger veel uitwisseling tussen beide steden qua handel en cultuur. Maar wie weet nu nog welke bandjes er populair zijn in Hamburg? Vooruitstrevend? De moeite waard? Poems for Jamiro bijvoorbeeld. Liefst drie keer staat de formatie op Noorderzon. Op 21 augustus op Podium Plataan en op 22 augustus nog twee keer in de keet bij Wishfull Music.
“Als kind schreef ik een fantasy roman voor mijn ouders als een kerstcadeau”, vertelt Nina Müller die samen met Laila Nysten Poems for Jamiro vormt. “De held van dit boek was Jamiro. Na een trip naar New York in 2013 kwam ik terug naar Hamburg en voelde me so geïnspireerd door al die mooie mensen die ik had ontmoet en de muziek die ik had gehoord, dat ik niet kon stoppen met het schrijven van liedjes. Alles voelde precies zo als toen ik in mijn jeugd begonnen was met het schrijven van muziek. Ik maakte me nergens zorgen om, het enige wat telde was dat die liedjes geschreven werden. Dit project is dan ook opgedragen in het kind in mij, of het kind in iemand anders. De naam Jamiro doet me weer denken aan wat ik vind waar muziek over moet gaan. Het gaat niet om geld of succes of om beroemd worden. Muziek is op zijn best als het voelt als vroeger en net zo eenvoudig en natuurlijk is als de spelletjes die we speelden als kind.”
Reden voor Nina Müller om nog verder terug te grijpen in de geschiedenis en te vertellen over de vroegste jeugd van beide bandleden. “We zijn allebij als kinderen begonnen in de muziek en zijn daarbij erg beinvloed door onze ouders. Ik schreef mijn eerste liedjes en vormde mijn eerste band met mijn broertje toen ik acht was, nadat ik voor het eerste een liedje van Queen had gehoord op de radio.” De magie van Freddy Mercury werkt ook in Hamburg. “Ons eerste concert was in de woonkamer thuis en ik ben bang dat er in het familiearchief nog steeds wat videomateriaal is, wat misschien daar ook maar moet blijven liggen, van die avond.” Dan schakelt ze over op haar bandgenoot. “Laila's vader is componist en haar moeder muziekonderwijzer. Ze leerde de viool spelen toen ze vijf jaar was. Ze speelde in een jeugdorkest, nam deel aan competities en alles wat daar bij hoort. Voor ons beide telt dat er altijd muziek om ons heen was, maar op heel verschillende manieren. Hoewel, ook in heb als kind de piano geleerd door het spelen van klassieke muziek, maar ik hield altijd veel meer van popmuziek, terwijl Laila juist van een heel klassieke achtergrond komt. 'Poems for Jamiro' is haar eerste pop project.”
Was 'Poems for Jamiro' aanvankelijk een solo van project van Nina Müller vorig jaar kwam Laila Nysten haar versterken. “We hebben elkaar ontmoet op de muziekacademy van Lubeck, waar we beide muziek studeerden, We ontdekten dat we beide uit dezelfde wijk kwamen in het noorden van Hamburg. We hadden elkaar daar nooit bewust ontmoet. Laila is een paar jaar jonger dan ik ben. Ik was een solotour voor mezelf aan het boeken in februari 2014. De band waar ik in speelde was uit elkaar gevallen en ik heb toen Laila gevraagd om me te begeleiden op de viool.” 'Poems for Jamiro' valt onder de noemer Indie Pop. Mooie verzorgde liedjes, waarin ook de klassieke invloeden terug te horen zijn. Freddy Mercury is iets meer buiten beeld geraakt. “We hebben eigenlijk nooit echt gepraat over welke weg we muzikaal moesten inslaan. Het is gewoon zo gegaan, omdat dit samen doen ontzettend leuk is en dat we er van hielden om onze ideëen te combineren. Aangezien we ook maar met ons tweëen zijn en niet een band van vier of vijf muzikanten moeten we ook wel slimme compromissen sluiten om een 'groter' geluid te krijgen. Hoe we nu klinken is geen bewust besluit, het is, haast per ongeluk, zo gegroeid. We houden beide erg van zingen en door de instrumenten waar we de beschikking over hadden in Hamburg is dat zo ontstaan. Ik schrijf de liedjes, maar de arangementen en onze sound zijn sterk beïnvloed door Laila's ideëen en stem. Door haar klassieke achtergrond is haar gevoel voor melodieen heel anders dan de mijne, daardoor krijgt ons geluid vaak een extra twist. We hebben beide onze eigen rol in de arrangementen.”
Even terug naar die andere havenstad. Niet Groningen, niet Hamburg, maar eigenlijk ligt in New York de geboortegrond van 'Poems for Jamiro' door de reis van Nina Müller naar 'The Big Apple'. “New York was een inspiratie”, verzucht Müller. “Ik kon er niemand. Ik kwam er alleen en stond open voor nieuwe ervaringen. Ik heb er veel en heel verschillende mensen ontmoet. Erg veel muzikanten ook. Ik heb er heel veel muziek gehoord, overal. Op straat, in clubs... waar ik maar kon. Ik heb er met mensen liedjes geschreven en het was erg inspirerend om te zien hoe zij muziek creërden en er met hen over te praten. Hamburg of Berlijn en veel andere steden zouden in principe ook dat effect kunnen hebben. In feite voel ik me altijd erg geïnspireerd als ik een stad zie die ik nog nooit heb gezien. Nu bijvoorbeeld als we op tour zijn en ik nieuwe mensen leer kennen en nieuwe ervaringen op doe. New York was echter zo anders dan alles wat me vertrouwd was, het gaf me ruimte in mijn hoofd. Het is ook nog een heel muzikale stad. Veel van de liedes die we nu spelen komen alweer van na die periode. Het zijn liedjes die beïnvloed zijn door ons leven nu. Wat we meemaken tijdens toernee's en wie we ontmoeten.”
Een deel van de eerste liedjes is wel op het eerste album van 'Poems for Jamiro' terecht gekomen. 'Homeward Bound' heet het album. “Homeward Bound' is opgenomen in Flensburg in het Noorden van Duitsland door een vriend van ons die een fantastische producer is. Het was aanvankelijk bedoeld als solo album van mij, maar toen kwam Laila de band versterken en nu is het ons officiele debuut album. Op het album spelen veel vrienden van ons mee. Op het album is het een echte band geworden en dus klinkt het heel anders als dat we met zijn twee het live spelen. De opname's zijn gemaakt voor we ons eigen duo geluid ontwikkelden. Het is een erg mooi album geworden en we zijn er erg trots op. We hebben het opgenomen zonder verwachtingen. Het voelde goed om het zo en op dat moment te doen. Met het hele Jamiro project is het nooit onze bedoeling geweest om rijk en succesvol te zijn. Dat hoor je op dit album, het zijn een aantal mensen die samenkomen en muziek maken, omdat samen muziek maken geweldig is. In dat opzicht is het album zeer geslaagd”, lacht Müller. “We krijgen veel positieve feedback van mensen die het album hebben gehoord. We verkopen het op de toernee en via alle online platforms via een klein Duits platenlabel waar we mee werken.”
Inmiddels is 'Poems for Jamiro' opgenomen in de wereldwijde Melodica familie. Na Noorderzon staat een reis naar Reykjavik op het programma voor een Melodica festival. Eerder trad de band op tijdens Melodica Hamburg. “Dat heeft veel deuren voor ons geopend”, constateert Müller. “We gaan waarschijnlijk nog een aantal Melodica festivals spelen, voornamelijk in Duitsland. Het zijn erg mooie festivals met leuke mensen die het organiseren en daar spelen. Het is een akoestisch festival en soms is er maar gewoon iemand met een gitaar op het podium. Het is fantastisch om te zien hoe je toch helemaal overhoop wordt geblazen door een gitaar en een stem. We hebben veel vrienden gemaakt en we hebben prachtige kansen gekregen door Melodica. Optredens in andere landen, maar ook artiesten die bij Laila in haar appartement een huiskamerconcert kwamen geven. Het is altijd geweldig om een Melodica festival te bezoeken. Of je nu muzikant bent en gaat optreden of dat je gewoon lekker naar de muziek komt luisteren.”
We besluiten met een vooruitblik. 'Poems for Jamiro'zit vol plannen. “We bestaan nu zo'n anderhalf jaar. We denken over een volgend album, waarop we onze duo sound willen gaan vastleggen. We staan nu aan het begin van een grote tour die ons langs Nederland, IJsland, Denemarken, Oostenrijk en overal in Duitsland gaat brengen, dus het album moet wachten tot we thuis zijn. En daarna? Een producer vinden, nog een album, een goed boekingsbureau..... “Genoeg te doen dus, maar eerst naar Groningen.
Poems for Jamiro staat op Noorderzon. Op 21 augustus op Podium Plataan en op 22 augustus twee keer in de keet bij Wishfull Music.
Een beenbreuk maakte van B.J. Baartmans een Jimi Hendrix en geen Anton Geesink
GRONINGEN – Het beslissende moment in het leven van Bart-Jan Baartmans, afgekort als B.J. in zijn artiestenbestaan, was een beenbreuk. Tot dat moment was hij een judoka met alle mogelijkheden voor zich, maar ook een gitarist met talent. Bij die gelegenheid won de Jimi Hendrix in Baartmans van de Anton Geesink in zijn sportieve lijf met ippon. Als zijn been heel was gebleven, had Baartmans ook een druk bezette Take Root gehad? De Brabander staat met Shannon Lyon en met David Corley op het podium op het Americana festival in Groningen. Daarnaast heeft Baartmans met zijn BJ's Wild Verband net een nieuw Nederlandstalig album uit. Een gesprek van The Cure tot en met Lynne Hanson en van de studente op kamers tot zijn zwak voor de electrische gitaar.
“Bij mijn ouders thuis woonde een studente in toen ik vier jaar was”, vertelt Baartmans als hij net een laatste mix heeft afgemaakt en met een, zo nu heb ik alle tijd en aandacht voor je, aanschuift. “Zij las van die muziektijdschriften. Daarin heb ik voor het eerst een gitaar gezien en vanaf die tijd tekende ik altijd gitaren en gitaristen. Het leek mij prachtig om gitaar te kunnen spelen. In die tijd had ik ook maar twee televisieprograma's waar ik echt naar keek. Ik had verantwoordelijke socialistische ouders, beide leraar, dus mocht ik niet teveel TV kijken, maar naast Studio Sport op zondagavond, keek ik ook altijd naar Toppop met Ad Visser. Ik wilde ook graag op gitaarles. Dat kon pas op mijn achtste. Eigenlijk waren mijn handen nog niet vergenoeg ontwikkeld voor een normale gitaar. Ik heb leren spelen op een klein gitaartje. Eerst de klassieke kant, maar dat is niet echt wat ik wilde. Mijn ouders hielden van klassiek en chansons. Ze hadden, om als leraren toch wat met hun scholieren in gesprek te blijven, ook een paar Beatles platen. Die had ik al snel geconfisqeerd. Vooral het album met Concert voor Bangladesh maakte veel indruk op me met Bob Dylan, Eric Clapton, Leon Russell en noem maar op. Dat maakte indruk, dat is wat ik wilde. Ik was in die jaren ook een fanatiek judoka. Ik heb het zelfs tot tweede van Zuid-Nederland gebracht. Ik deed altijd beide tot ik op mijn veertiende mijn been brak en 8 maanden niet mocht sporten. Optreden vond ik daar niet onder vallen dus toen heeft de gitaar gewonnen. Ik begon op mijn vijftiende mijn eerste bandje en dat eerste jaar hadden we iemand dIe prima optredens kon regelen en hebben we zo'n vijftig keer gespeeld. Op mijn achttiende was ik fulltime gitarist.”
Dat eerste bandje was Square Objects. “Ik werd in die eerste jaren erg beïnvloed door New Wave bandjes als Concert Angels en The Cure. In de New Wave zit ook een Rhytm & Bleus deel. Zo kwam ik terecht bij Elvis Costello en Gram Parsons. Ik probeerde in die stijl liedjes te maken, maar Nederlandstalig. Er was in de tijd veel Nederlandstalige pop. Toontje Lager, Doe Maar, dat soort bands. Daar wilden we absoluut niet bij horen. We deden imers heel wat anders. Achteraf was dat niet zo handig wellicht. Met Square Objects hebben we onder de naam De Bengels in de jaren '90 nog een comeback gemaakt.”
Na zijn Nederlandstalige periode ging Baartmans Engelstalig schrijven en hij ging zingen. “Ik kwam door het luisteren van iemand als Ry Cooder weer terug bij de soul en de blues. Ik begon ook Engelstalig te schrijven en heb als het ware op mijn 32ste een herstart gemaakt als muzikant. Ik was altijd afhankelijk van een zanger of van een bandje om mijn liedjes te brengen. Ik zong niet. Ik werkte veel als sessiemuzikant en zag daar dat als ik ook zong ik veel meer vrijheid had. Dan kon ik optreden met alleen een gitaar. In die tijd kwam daar ook het produceren bij. Ik begon mijn eigen muziek vast te leggen en werd gevraagd door anderen. Vanaf zo circa 2000 bestaat mijn werk voor een derde uit optreden als mezelf, een derde als sessiemuzikant en optreden met anderen als sideman en een derde als producent en het mixen van werk.”
Al sinds zijn vijftiende schrijft BJ Baartmans zijn eigen liedjes. Voor zijn laatste album heeft hij zijn werkwijze omgegooid, hoewel hij toch niet helemaal vrij kwam van zijn oude manieren. “Ik heb altijd liedjes geschreven vanuit de tekst. Ineens had ik dan zo'n periode waarin ik in korte tijd zo acht tot tien teksten schreef. Dat gaat over dingen die me raken. Mijn eigen ervaringen of verhalen van iemand anders. Soms ook zaken vanuit het nieuws en het gesprek van de dag. Als iets me dan daar echt prikelt, dan werd het een liedje. Met Bj's Wild Verband hebben we nu een album uit en daar ben ik anders te werk gegaan. Dat moest echt een bandsound worden en dus heb ik toen eerst debmelodie geschreven. Het moesten geen troubadourliedjes worden, maar echt voor een formatie. Een plaat die we zowel in het Nederlands als in het Engels wilden uitbrengen. Het was de bedoeling om Nederlandstalig te schrijven en dan met veel vrijheid te vertalen naar het Engels. In principe zou het dan een heel ander liedje kunnen worden, in de praktijk bleek het verhaal zo sterk dat het eigenlijk gewoon vertalingen van de Nederlandse tekst zijn. Als tekstschrijver pas ik niet zo in de Nederlandse traditie. Misschien met mensen als Cornelis Vreeswijk en Gerard van Maasakkers. Ik heb meer met de Ierse/Amerikaanse traditie van singersongwriters, maar ik ben teveel Europeaan om Amerikaanse liedjes te schrijven. Je ziet van die Nederlandse Americana bands die zich compleet overhevelen, maar je zult mij niet horen zingen dat ik naar Tennessee verlang. Mijn thema's zijn Europees. Zo voel ik mij. Ik heb dan ook een zwak voor mensen als Andre Manuel en Roosbeef, die eigenwijs hun eigen stijl blijven volgen en ook een aantal Belgen die dat doen.”
Onverwachts staat B.J. Baartmans twee keer op Take Root. “Je hoopt jaren daar te kunnen optreden en nu sta je er ineens twee keer. Het is een festival dat al jaren de ontwikkelingen volgt en daar een uitgewogen keuze uit maakt qua artiesten. Ik treedt er op met Shannon Lyon en David Corley. Shannon ken ik al sinds 2003 toen hij op mijn pad kwam. Hij was na een aantal optreden in Nederland of beter in Limburg blijven hangen en had een klein Limburgs platenlabel waar hij een plaat voor zou uitbrengen. Ik werd door een aantal collega muzikanten voor die plaat aan hem gekoppeld, omdat ze vonden dat ik in zijn stijl kon spelen. Live speelde ik toen niet met hem, dat deed Robin Berlijn. Ik heb wel het album ook geproduceerd. Het is één van de mooiste platen waar ik ooit aan heb mogen werken geworden en hij werd ook uitstekend ontvangen. Daarna heb ik een aantal korte toertjes met hem gedaan. Hij is lang in Venlo blijven wonen. Inmiddels is Shannon Lyon terug naar Canada, maar nog steeds blijf ik via internet meespelen op zijn platen.”
David Corley is een heel ander verhaal. “Nog niet zolang geleden heb ik met de Canadese Lynne Hanson een toernee gedaan. We speelden vaak samen met Suzanne Jarvie en haar producer Chris Brown, onder andere op VanSlag in Borger. Al onze platen komen uit bij Continental Records. David Corley is 53 jaar. Heeft altijd gewerkt als vrachtwagenchauffeur en dat soort baantjes en heeft nu zijn debuut album uit. Die viel enorm op en iedereen wilde hem boeken. Maar hij is pas net fulltime met de muziek bezig. Hij heeft geen band en amper genoeg liedjes voor een complete set. Zijn album is geproduceerd door Chris en die zocht een band voor hem in Europa. Met ons Engelstalige werk en het werk van David Corley kwam er een match en zo werden wij aan hem gekoppeld. We doe Italië, Ierland, waarschijnlijk ook Engeland en staan dus op Take Root. Bizar dat ik er dit jaar twee keer sta.” Weer een nieuwe naam uit de lange lijst van artiesten waar Baartmans mee heeft gewerkt. “Werken met iemand als Brian Webb was fantastisch. Zo'n fijne speler. Oh Susanna is iemand die me echt raakt met haar muziek, maar ook als mens. Jeff Finlin die in het najaar komt is zo'n waanzinnige liedjesschrijver. Iain Matthews zo'n prachtige zanger, Andre Manuel, mijn eigen band. Het zijn allemaal fantastische mensen om mee te werken.”
Naast veel mensen werkt Baartmans ook met veel instrumenten. “Ik ben begonnen met gitaar, maar het is verworden tot 'alles waar snaren aan zitten'. Ik be nergens een traditionalist op of een virtuoos, maar kan overal op goed niveau muziek uit krijgen. Het is een grote speeltuin, waarin de banjo wellicht nog het meest gevraagd is. De electrische gitaar blijft wel het instrument waar ik me het meeste op thuis voel, Daar kan ik me het beste op uitdrukken. Het staat het dichtstbij mij. Maar alle instrumenten zijn me lief, Ze zijn toch mijn bestaansrecht als sessiemuzikant.”
Op 12 september staat B.J. Baartmans met Shannon Lyon en Elly Kellner op Take Root. Op diezelfde dag maakt Baartmans op hetzelfde festival ook onderdeel uit van David Corley's Wild Connection.
Op 13 september speelt Baartmans met Shannon Lyon en Elly Kellner in De Oude Remise in Bad Nieuweschans en op 18 september in De Amer in Amen. Op 2 oktober komt het trio tenslotte naar Muziekpodium Bakkeveen.
GRONINGEN – Het beslissende moment in het leven van Bart-Jan Baartmans, afgekort als B.J. in zijn artiestenbestaan, was een beenbreuk. Tot dat moment was hij een judoka met alle mogelijkheden voor zich, maar ook een gitarist met talent. Bij die gelegenheid won de Jimi Hendrix in Baartmans van de Anton Geesink in zijn sportieve lijf met ippon. Als zijn been heel was gebleven, had Baartmans ook een druk bezette Take Root gehad? De Brabander staat met Shannon Lyon en met David Corley op het podium op het Americana festival in Groningen. Daarnaast heeft Baartmans met zijn BJ's Wild Verband net een nieuw Nederlandstalig album uit. Een gesprek van The Cure tot en met Lynne Hanson en van de studente op kamers tot zijn zwak voor de electrische gitaar.
“Bij mijn ouders thuis woonde een studente in toen ik vier jaar was”, vertelt Baartmans als hij net een laatste mix heeft afgemaakt en met een, zo nu heb ik alle tijd en aandacht voor je, aanschuift. “Zij las van die muziektijdschriften. Daarin heb ik voor het eerst een gitaar gezien en vanaf die tijd tekende ik altijd gitaren en gitaristen. Het leek mij prachtig om gitaar te kunnen spelen. In die tijd had ik ook maar twee televisieprograma's waar ik echt naar keek. Ik had verantwoordelijke socialistische ouders, beide leraar, dus mocht ik niet teveel TV kijken, maar naast Studio Sport op zondagavond, keek ik ook altijd naar Toppop met Ad Visser. Ik wilde ook graag op gitaarles. Dat kon pas op mijn achtste. Eigenlijk waren mijn handen nog niet vergenoeg ontwikkeld voor een normale gitaar. Ik heb leren spelen op een klein gitaartje. Eerst de klassieke kant, maar dat is niet echt wat ik wilde. Mijn ouders hielden van klassiek en chansons. Ze hadden, om als leraren toch wat met hun scholieren in gesprek te blijven, ook een paar Beatles platen. Die had ik al snel geconfisqeerd. Vooral het album met Concert voor Bangladesh maakte veel indruk op me met Bob Dylan, Eric Clapton, Leon Russell en noem maar op. Dat maakte indruk, dat is wat ik wilde. Ik was in die jaren ook een fanatiek judoka. Ik heb het zelfs tot tweede van Zuid-Nederland gebracht. Ik deed altijd beide tot ik op mijn veertiende mijn been brak en 8 maanden niet mocht sporten. Optreden vond ik daar niet onder vallen dus toen heeft de gitaar gewonnen. Ik begon op mijn vijftiende mijn eerste bandje en dat eerste jaar hadden we iemand dIe prima optredens kon regelen en hebben we zo'n vijftig keer gespeeld. Op mijn achttiende was ik fulltime gitarist.”
Dat eerste bandje was Square Objects. “Ik werd in die eerste jaren erg beïnvloed door New Wave bandjes als Concert Angels en The Cure. In de New Wave zit ook een Rhytm & Bleus deel. Zo kwam ik terecht bij Elvis Costello en Gram Parsons. Ik probeerde in die stijl liedjes te maken, maar Nederlandstalig. Er was in de tijd veel Nederlandstalige pop. Toontje Lager, Doe Maar, dat soort bands. Daar wilden we absoluut niet bij horen. We deden imers heel wat anders. Achteraf was dat niet zo handig wellicht. Met Square Objects hebben we onder de naam De Bengels in de jaren '90 nog een comeback gemaakt.”
Na zijn Nederlandstalige periode ging Baartmans Engelstalig schrijven en hij ging zingen. “Ik kwam door het luisteren van iemand als Ry Cooder weer terug bij de soul en de blues. Ik begon ook Engelstalig te schrijven en heb als het ware op mijn 32ste een herstart gemaakt als muzikant. Ik was altijd afhankelijk van een zanger of van een bandje om mijn liedjes te brengen. Ik zong niet. Ik werkte veel als sessiemuzikant en zag daar dat als ik ook zong ik veel meer vrijheid had. Dan kon ik optreden met alleen een gitaar. In die tijd kwam daar ook het produceren bij. Ik begon mijn eigen muziek vast te leggen en werd gevraagd door anderen. Vanaf zo circa 2000 bestaat mijn werk voor een derde uit optreden als mezelf, een derde als sessiemuzikant en optreden met anderen als sideman en een derde als producent en het mixen van werk.”
Al sinds zijn vijftiende schrijft BJ Baartmans zijn eigen liedjes. Voor zijn laatste album heeft hij zijn werkwijze omgegooid, hoewel hij toch niet helemaal vrij kwam van zijn oude manieren. “Ik heb altijd liedjes geschreven vanuit de tekst. Ineens had ik dan zo'n periode waarin ik in korte tijd zo acht tot tien teksten schreef. Dat gaat over dingen die me raken. Mijn eigen ervaringen of verhalen van iemand anders. Soms ook zaken vanuit het nieuws en het gesprek van de dag. Als iets me dan daar echt prikelt, dan werd het een liedje. Met Bj's Wild Verband hebben we nu een album uit en daar ben ik anders te werk gegaan. Dat moest echt een bandsound worden en dus heb ik toen eerst debmelodie geschreven. Het moesten geen troubadourliedjes worden, maar echt voor een formatie. Een plaat die we zowel in het Nederlands als in het Engels wilden uitbrengen. Het was de bedoeling om Nederlandstalig te schrijven en dan met veel vrijheid te vertalen naar het Engels. In principe zou het dan een heel ander liedje kunnen worden, in de praktijk bleek het verhaal zo sterk dat het eigenlijk gewoon vertalingen van de Nederlandse tekst zijn. Als tekstschrijver pas ik niet zo in de Nederlandse traditie. Misschien met mensen als Cornelis Vreeswijk en Gerard van Maasakkers. Ik heb meer met de Ierse/Amerikaanse traditie van singersongwriters, maar ik ben teveel Europeaan om Amerikaanse liedjes te schrijven. Je ziet van die Nederlandse Americana bands die zich compleet overhevelen, maar je zult mij niet horen zingen dat ik naar Tennessee verlang. Mijn thema's zijn Europees. Zo voel ik mij. Ik heb dan ook een zwak voor mensen als Andre Manuel en Roosbeef, die eigenwijs hun eigen stijl blijven volgen en ook een aantal Belgen die dat doen.”
Onverwachts staat B.J. Baartmans twee keer op Take Root. “Je hoopt jaren daar te kunnen optreden en nu sta je er ineens twee keer. Het is een festival dat al jaren de ontwikkelingen volgt en daar een uitgewogen keuze uit maakt qua artiesten. Ik treedt er op met Shannon Lyon en David Corley. Shannon ken ik al sinds 2003 toen hij op mijn pad kwam. Hij was na een aantal optreden in Nederland of beter in Limburg blijven hangen en had een klein Limburgs platenlabel waar hij een plaat voor zou uitbrengen. Ik werd door een aantal collega muzikanten voor die plaat aan hem gekoppeld, omdat ze vonden dat ik in zijn stijl kon spelen. Live speelde ik toen niet met hem, dat deed Robin Berlijn. Ik heb wel het album ook geproduceerd. Het is één van de mooiste platen waar ik ooit aan heb mogen werken geworden en hij werd ook uitstekend ontvangen. Daarna heb ik een aantal korte toertjes met hem gedaan. Hij is lang in Venlo blijven wonen. Inmiddels is Shannon Lyon terug naar Canada, maar nog steeds blijf ik via internet meespelen op zijn platen.”
David Corley is een heel ander verhaal. “Nog niet zolang geleden heb ik met de Canadese Lynne Hanson een toernee gedaan. We speelden vaak samen met Suzanne Jarvie en haar producer Chris Brown, onder andere op VanSlag in Borger. Al onze platen komen uit bij Continental Records. David Corley is 53 jaar. Heeft altijd gewerkt als vrachtwagenchauffeur en dat soort baantjes en heeft nu zijn debuut album uit. Die viel enorm op en iedereen wilde hem boeken. Maar hij is pas net fulltime met de muziek bezig. Hij heeft geen band en amper genoeg liedjes voor een complete set. Zijn album is geproduceerd door Chris en die zocht een band voor hem in Europa. Met ons Engelstalige werk en het werk van David Corley kwam er een match en zo werden wij aan hem gekoppeld. We doe Italië, Ierland, waarschijnlijk ook Engeland en staan dus op Take Root. Bizar dat ik er dit jaar twee keer sta.” Weer een nieuwe naam uit de lange lijst van artiesten waar Baartmans mee heeft gewerkt. “Werken met iemand als Brian Webb was fantastisch. Zo'n fijne speler. Oh Susanna is iemand die me echt raakt met haar muziek, maar ook als mens. Jeff Finlin die in het najaar komt is zo'n waanzinnige liedjesschrijver. Iain Matthews zo'n prachtige zanger, Andre Manuel, mijn eigen band. Het zijn allemaal fantastische mensen om mee te werken.”
Naast veel mensen werkt Baartmans ook met veel instrumenten. “Ik ben begonnen met gitaar, maar het is verworden tot 'alles waar snaren aan zitten'. Ik be nergens een traditionalist op of een virtuoos, maar kan overal op goed niveau muziek uit krijgen. Het is een grote speeltuin, waarin de banjo wellicht nog het meest gevraagd is. De electrische gitaar blijft wel het instrument waar ik me het meeste op thuis voel, Daar kan ik me het beste op uitdrukken. Het staat het dichtstbij mij. Maar alle instrumenten zijn me lief, Ze zijn toch mijn bestaansrecht als sessiemuzikant.”
Op 12 september staat B.J. Baartmans met Shannon Lyon en Elly Kellner op Take Root. Op diezelfde dag maakt Baartmans op hetzelfde festival ook onderdeel uit van David Corley's Wild Connection.
Op 13 september speelt Baartmans met Shannon Lyon en Elly Kellner in De Oude Remise in Bad Nieuweschans en op 18 september in De Amer in Amen. Op 2 oktober komt het trio tenslotte naar Muziekpodium Bakkeveen.
Tiki Black: “Met ieder lied dat ergens in de wereld wordt gedeeld is de smart van iemand gehalveerd.”
STEENDAM/AMEN – De kritieken voor haar album 'Out of the Black' waren, om het voorzichtig uit te drukken, razend enthousiast in Groot Brittanie, de Verenigde Staten en Frankrijk. Nu komt Tiki Black voor twee optredens naar Nederland. Haar achtergrond omvat twee continenten en in haar muziek komt de diepte terug van haar Afrikaanse voorvaderen en Europese thuis. Een gesprek over de helende krachten van muziek en haar tweede album waar ze alweer aan werkt. Tiki Black hoort bij die artiesten waarvan weinigen in Nederland nog hebben gehoord en je je alleen maar kun verbazen dat dat nog niet het geval is. Daar zal verandering in komen na haar optredens in Steendam bij Podium Peter en Leni op 14 augustus en in De Amer in Amen op 16 augustus.
“Muziek is altijd een vanzelfsprekend onderdeel van mijn leven geweest,” gaat Tiki Black terug in haar herinnering. “Ik heb altijd met liedjes meegezongen. Mijn moeder heeft me steeds gestimuleerd om in verschillende koren te zingen en ze heeft de teksten van liedjes uit haar muziek collectie aan me uitgelegd en de diepere betekenis voor me onthuld. Als mijn oma zong, voelde ik me sterker en zag de wereld er zonniger uit. Het riep bij mij het verlangen op om mensen diezelfde kracht en hoop te geven. Ik werd meer en meer gefascineerd door de kracht die een muzikant heeft om een betere wereld te creëren door het schrijven en zingen van liedjes. Mijn moeder realiseerde zich dit en ze heeft me geholpen om een aantal van mijn favoriete artiesten en liedjesschrijvers in het echt te ontmoeten. Daarbij was mijn oom muziekproducer en via hem heb ik ook veel muzikanten leren kennen. Wel heeft mijn familie altijd me gewezen op de onzekerheden van het muzikantenbestaan. Muziek werd nooit gezien als een echt beroep. Ik zou het moeten gaan doen als een hobby door CD's te verzamelen, in koren te zingen en, als het leven het toestond, zelf liedjes te schrijven en uit te voeren in beperkte kring.”
Tiki Black werd geboren in Parijs. Haar ouders komen uit Kameroen en in haar jeugd verhuisde ze regelmatig van Frankrijk naar Kameroen en terug. Muziek was, tijdens die vele verhuzingen, haar veilige thuis. Op haar veertiende ontdekte ze op haar school in Parijs een piano en leerde Chopin spelen uit een boekje. Nu woont Tiki Black in Manchester. Alle drie de landen waar ze langere tijd woonde hebben hun sporen nagelaten in haar muziek. “Frankrijk heeft me dat vleugje chanson meegegeven, wat door klinkt in al mijn muziek, het gevoel van een vanzelfsprekend talent en dat scheutje melancholie. Kameroen draagt zijn warmte bij in mijn stem en de noodzaak die ik voel voor harmonie. De haven van Douala zijn de open armen van Kameroen naar de wereld en ik denk dat mijn visie van muziek als een wereld zonder grenzen daar vandaan komt. Mijn muziek past niet in zo maar een genre en de invloed die cosmopolitische steden, zoals Parijs, op me hebben gehad heeft dat idee alleen maar versterkt. Ik voel in Engeland een geweldige creatieve vrijheid. Het is compleet in tegenstelling met de onderkoelde 'stiff upperlip' mentaliteit en waarschijnlijk een broodnodige reactie daarop. Het is een plek om je eigen gekte te onderzoeken, die een artiest in staat stelt om zijn of haar creativiteit verder uit te bouwen en te accepteren dat er ook mogelijkheden zijn buiten wat je achtergrond en opvoeding je leert en juist die op te zoeken.”
Het zijn niet alleen de plaatsen die belangrijk zijn voor Tiki Black. “Het zijn toch de mensen die de belangrijkste invloed hebben gehad op mijn muziek. De giganten op wiens schouders ik nog steeds omhoog klim om te worden wie ik wil zijn. Deze mensen lieten zich niet tegenhouden door landsgrenzen. Ieder heeft mijn talent gevoed, naast mijn eigen ervaringen, op zijn eigen unieke manier. Meer nog dan Kameroen, Frankrijk en Engeland waren het Marley, Chopin, Aznavour, Lotin, Parton, Dibango, Barbara, Brassens, Goldman, Amos, Morrissette, Lennon en nog een flink aantal andere muzikale legenden die hun invloed op mij hebben.”
Al die invloeden verwerkt Tiki Black in liedjes die je doen stil staan en luisteren. Prachtige liedjes die haar in diverse competies en jaarlijstjes zeer hoge ogen deed gooien. Tiki Black gaat in op haar liedjes en hoe ze ontstaan. “Ieder liedje, net als een kind, heeft zijn eigen verhaal van conceptie tot het geboren wordt en het zich dan evolueert tot de definitieve versie, hoewel ik niet geloof dat die bestaat. Liedjes zijn nooit af, maar op een gegeven moment berijken ze een bepaalde rijpheid en moeten hun eigen weg zoeken. Zaken die me tot in mijn ziel raken, roepen het idee van een liedje bij me op. Als ik weet wat ik wil zeggen, ga ik op zoek naar het juiste perspectief, een nieuwe invalshoek voor het verhaal. Dit helpt me om de juiste vorm voor het liedje te vinden en de goede melodie komt dan vanzelf. Ik vind het vinden van de goede woorden bij het idee, het perspectief en de melodie het lastigste van het schrijven van liedjes. Ik sta mijn innerlijke censor pas toe in te grijpen als het brainstormen over is. De arrangementen en welke instrumenten worden pas na een aantal oefensessies duidelijk. Het lied moet eerst zo'n deel van me zijn dat ik verder kan kijken dan het proces waar het vandaan komt. Het is belangrijk voor me dat een song meer is dan een reactie op een bepaalde gebeurtenis. Een lied heeft tijd en afstand nodig om meer begrip te krijgen en om er een les uit te kunnen halen. Als je terug kijkt op vreselijke gebeurtenissen kun je er achteraf toch iets positiefs uit halen, wat niet betekent dat je niet je eerste indrukken moet weg stoppen en het proces van rouw moet voltooien.”
Na Parijs en Douala is Tiki Black neergestreken in Manchester. De stad bekend van Louis van Gaal. Een op het oog grijze industriestad met het voetbal als enige uitje. Hier leeft Tiki Black als artiest en ze heeft een eigen radioshow en een eigen online muziek magazine. Ze stelt het oppervlakkige beeld van Manchester bij. “Manchester, de 'betonnen stad', lijkt grijs en nat, maar er is meer dan je op het eerste gezicht zou denken. Het grijs van Manchester is een helder grijs, een onbeschilderd canvas, dat je uitnodigt jezelf uit te drukken en creativiteit oproept. De nattigheid is als mest en maakt groei mogelijk, laat je ontbloesemen en zorgt voor schoonheid. Manchester is voor mij een inspirerende stad nog meer omdat de stad vol zit met creatieve mensen. Het is een stad die ondanks zijn omvang, zijn gebouwen en slechte weer, er toch in slaagt om je comfortabel en op je gemak te laten voelen. Ik voel me gelukkig door Manchester en door de muziek. Mijn radioshow en magazine zijn mijn manier om dank je wel te zeggen tegen al die songwriters en artiesten in de hele wereld voor het immense geschenk dat muziek is en dat ze delen met de wereld. Ik zou ook geen muzikant kunnen zijn zonder deze activiteiten. Het beste gevoel voor mij wat betreft muziek is liedjes schrijven en dat te kunnen delen met anderen. Liedjes schrijven mag zijn tijd nemen, maar dank je wel zeggen voor die prachtige muziek, is een dringender gevoel dat ik graag via mijn radiowerk en blad onder woorden moet brengen.”
Tiki Black onderneemt haar Nederlandse tournee om haar album 'Out of the Black' onder de aandacht te brengen. Een heel succesvol album. Maar heeft het zangeres ook gebracht wat ze er in wilde stoppen en eruit wilde halen? “Ik weet nog dat ik mijn doelen heb opgeschreven in de notities voor de productie. Ik wilde graag mijn liedjes internationaal erkend krijgen, zodat anderen je werk gaan coveren en mogelijk samenwerking met andere artiesten. Wat ook mijn doel was op papier. Ik geloofde nooit dat mijn muziek echt op de radio zou worden gespeeld of dat mensen mijn liedjes zouden zingen of er geld voor over hadden, hoeveel geloof ik ook had in mijn werk. Ineens kreeg ik recenties over de kracht van mijn stem, waar ik nooit over na had gedacht anders dan dat ik die nodig heb om te zingen. Luisteraars kwamen me vertellen hoe diep ze geraakt waren en mensen kochten het album. Ik kreeg de kans om met briljante talenten samen te werken. Dit had ik nooit verwacht. Het enige wat ik had verwacht en ook is uitgekomen dat ik niet miljoenen zou verdienen aan het album. Het is ook veel belangrijker om je steeds te blijven herinneren wat we doen en waarom we iets doen, want het dagelijks leven komt nog wel eens in de weg van onze visie en dan moet je helder voor ogen hebben waar je eigenlijk naar toe wilt. De kritieken en de reacties op mijn muziek maken me dankbaar en nederig” vertelt Tiki Black. “Het geeft me kracht.”
Een ander plan waar de zangeres uit Manchester aan werkt is een nieuw album. Tijdens haar tour zal daar ook materiaal van langs komen. “Ik werk aan liedjes voor een tweede album en zal zeker al wat die songs spelen in Nederland. Ik kijk uit naar het album, helemaal omdat het een album zal worden met meer up-tempo liedjes en meer dynamiek. I'm very excited!” Dat is Tiki Black ook over haar eerste Nederlandse tour. “Optreden is toch een deel van het proces om liedjes te schrijven. Ik kom met een boodschap, een gevoel. Muziek moet gecommuniceerd worden, een dicussie starten, mensen zich beter doen voelen. Het moet je bewust maken van je zwakheden en je kracht en mensen samen brengen, ons helpen in onze dagelijks strubbelingen en er voor zorgen dat we ons niet eenzaam voelen. Met ieder lied dat ergens in de wereld wordt gedeeld is de smart van iemand gehalveerd.”
Tiki Black speelt op vrijdagavond 14 augustus in Podiumcafé Peter en Leni in Steendam. Op 16 augustus treedt Black op in De Amer in Amen.
STEENDAM/AMEN – De kritieken voor haar album 'Out of the Black' waren, om het voorzichtig uit te drukken, razend enthousiast in Groot Brittanie, de Verenigde Staten en Frankrijk. Nu komt Tiki Black voor twee optredens naar Nederland. Haar achtergrond omvat twee continenten en in haar muziek komt de diepte terug van haar Afrikaanse voorvaderen en Europese thuis. Een gesprek over de helende krachten van muziek en haar tweede album waar ze alweer aan werkt. Tiki Black hoort bij die artiesten waarvan weinigen in Nederland nog hebben gehoord en je je alleen maar kun verbazen dat dat nog niet het geval is. Daar zal verandering in komen na haar optredens in Steendam bij Podium Peter en Leni op 14 augustus en in De Amer in Amen op 16 augustus.
“Muziek is altijd een vanzelfsprekend onderdeel van mijn leven geweest,” gaat Tiki Black terug in haar herinnering. “Ik heb altijd met liedjes meegezongen. Mijn moeder heeft me steeds gestimuleerd om in verschillende koren te zingen en ze heeft de teksten van liedjes uit haar muziek collectie aan me uitgelegd en de diepere betekenis voor me onthuld. Als mijn oma zong, voelde ik me sterker en zag de wereld er zonniger uit. Het riep bij mij het verlangen op om mensen diezelfde kracht en hoop te geven. Ik werd meer en meer gefascineerd door de kracht die een muzikant heeft om een betere wereld te creëren door het schrijven en zingen van liedjes. Mijn moeder realiseerde zich dit en ze heeft me geholpen om een aantal van mijn favoriete artiesten en liedjesschrijvers in het echt te ontmoeten. Daarbij was mijn oom muziekproducer en via hem heb ik ook veel muzikanten leren kennen. Wel heeft mijn familie altijd me gewezen op de onzekerheden van het muzikantenbestaan. Muziek werd nooit gezien als een echt beroep. Ik zou het moeten gaan doen als een hobby door CD's te verzamelen, in koren te zingen en, als het leven het toestond, zelf liedjes te schrijven en uit te voeren in beperkte kring.”
Tiki Black werd geboren in Parijs. Haar ouders komen uit Kameroen en in haar jeugd verhuisde ze regelmatig van Frankrijk naar Kameroen en terug. Muziek was, tijdens die vele verhuzingen, haar veilige thuis. Op haar veertiende ontdekte ze op haar school in Parijs een piano en leerde Chopin spelen uit een boekje. Nu woont Tiki Black in Manchester. Alle drie de landen waar ze langere tijd woonde hebben hun sporen nagelaten in haar muziek. “Frankrijk heeft me dat vleugje chanson meegegeven, wat door klinkt in al mijn muziek, het gevoel van een vanzelfsprekend talent en dat scheutje melancholie. Kameroen draagt zijn warmte bij in mijn stem en de noodzaak die ik voel voor harmonie. De haven van Douala zijn de open armen van Kameroen naar de wereld en ik denk dat mijn visie van muziek als een wereld zonder grenzen daar vandaan komt. Mijn muziek past niet in zo maar een genre en de invloed die cosmopolitische steden, zoals Parijs, op me hebben gehad heeft dat idee alleen maar versterkt. Ik voel in Engeland een geweldige creatieve vrijheid. Het is compleet in tegenstelling met de onderkoelde 'stiff upperlip' mentaliteit en waarschijnlijk een broodnodige reactie daarop. Het is een plek om je eigen gekte te onderzoeken, die een artiest in staat stelt om zijn of haar creativiteit verder uit te bouwen en te accepteren dat er ook mogelijkheden zijn buiten wat je achtergrond en opvoeding je leert en juist die op te zoeken.”
Het zijn niet alleen de plaatsen die belangrijk zijn voor Tiki Black. “Het zijn toch de mensen die de belangrijkste invloed hebben gehad op mijn muziek. De giganten op wiens schouders ik nog steeds omhoog klim om te worden wie ik wil zijn. Deze mensen lieten zich niet tegenhouden door landsgrenzen. Ieder heeft mijn talent gevoed, naast mijn eigen ervaringen, op zijn eigen unieke manier. Meer nog dan Kameroen, Frankrijk en Engeland waren het Marley, Chopin, Aznavour, Lotin, Parton, Dibango, Barbara, Brassens, Goldman, Amos, Morrissette, Lennon en nog een flink aantal andere muzikale legenden die hun invloed op mij hebben.”
Al die invloeden verwerkt Tiki Black in liedjes die je doen stil staan en luisteren. Prachtige liedjes die haar in diverse competies en jaarlijstjes zeer hoge ogen deed gooien. Tiki Black gaat in op haar liedjes en hoe ze ontstaan. “Ieder liedje, net als een kind, heeft zijn eigen verhaal van conceptie tot het geboren wordt en het zich dan evolueert tot de definitieve versie, hoewel ik niet geloof dat die bestaat. Liedjes zijn nooit af, maar op een gegeven moment berijken ze een bepaalde rijpheid en moeten hun eigen weg zoeken. Zaken die me tot in mijn ziel raken, roepen het idee van een liedje bij me op. Als ik weet wat ik wil zeggen, ga ik op zoek naar het juiste perspectief, een nieuwe invalshoek voor het verhaal. Dit helpt me om de juiste vorm voor het liedje te vinden en de goede melodie komt dan vanzelf. Ik vind het vinden van de goede woorden bij het idee, het perspectief en de melodie het lastigste van het schrijven van liedjes. Ik sta mijn innerlijke censor pas toe in te grijpen als het brainstormen over is. De arrangementen en welke instrumenten worden pas na een aantal oefensessies duidelijk. Het lied moet eerst zo'n deel van me zijn dat ik verder kan kijken dan het proces waar het vandaan komt. Het is belangrijk voor me dat een song meer is dan een reactie op een bepaalde gebeurtenis. Een lied heeft tijd en afstand nodig om meer begrip te krijgen en om er een les uit te kunnen halen. Als je terug kijkt op vreselijke gebeurtenissen kun je er achteraf toch iets positiefs uit halen, wat niet betekent dat je niet je eerste indrukken moet weg stoppen en het proces van rouw moet voltooien.”
Na Parijs en Douala is Tiki Black neergestreken in Manchester. De stad bekend van Louis van Gaal. Een op het oog grijze industriestad met het voetbal als enige uitje. Hier leeft Tiki Black als artiest en ze heeft een eigen radioshow en een eigen online muziek magazine. Ze stelt het oppervlakkige beeld van Manchester bij. “Manchester, de 'betonnen stad', lijkt grijs en nat, maar er is meer dan je op het eerste gezicht zou denken. Het grijs van Manchester is een helder grijs, een onbeschilderd canvas, dat je uitnodigt jezelf uit te drukken en creativiteit oproept. De nattigheid is als mest en maakt groei mogelijk, laat je ontbloesemen en zorgt voor schoonheid. Manchester is voor mij een inspirerende stad nog meer omdat de stad vol zit met creatieve mensen. Het is een stad die ondanks zijn omvang, zijn gebouwen en slechte weer, er toch in slaagt om je comfortabel en op je gemak te laten voelen. Ik voel me gelukkig door Manchester en door de muziek. Mijn radioshow en magazine zijn mijn manier om dank je wel te zeggen tegen al die songwriters en artiesten in de hele wereld voor het immense geschenk dat muziek is en dat ze delen met de wereld. Ik zou ook geen muzikant kunnen zijn zonder deze activiteiten. Het beste gevoel voor mij wat betreft muziek is liedjes schrijven en dat te kunnen delen met anderen. Liedjes schrijven mag zijn tijd nemen, maar dank je wel zeggen voor die prachtige muziek, is een dringender gevoel dat ik graag via mijn radiowerk en blad onder woorden moet brengen.”
Tiki Black onderneemt haar Nederlandse tournee om haar album 'Out of the Black' onder de aandacht te brengen. Een heel succesvol album. Maar heeft het zangeres ook gebracht wat ze er in wilde stoppen en eruit wilde halen? “Ik weet nog dat ik mijn doelen heb opgeschreven in de notities voor de productie. Ik wilde graag mijn liedjes internationaal erkend krijgen, zodat anderen je werk gaan coveren en mogelijk samenwerking met andere artiesten. Wat ook mijn doel was op papier. Ik geloofde nooit dat mijn muziek echt op de radio zou worden gespeeld of dat mensen mijn liedjes zouden zingen of er geld voor over hadden, hoeveel geloof ik ook had in mijn werk. Ineens kreeg ik recenties over de kracht van mijn stem, waar ik nooit over na had gedacht anders dan dat ik die nodig heb om te zingen. Luisteraars kwamen me vertellen hoe diep ze geraakt waren en mensen kochten het album. Ik kreeg de kans om met briljante talenten samen te werken. Dit had ik nooit verwacht. Het enige wat ik had verwacht en ook is uitgekomen dat ik niet miljoenen zou verdienen aan het album. Het is ook veel belangrijker om je steeds te blijven herinneren wat we doen en waarom we iets doen, want het dagelijks leven komt nog wel eens in de weg van onze visie en dan moet je helder voor ogen hebben waar je eigenlijk naar toe wilt. De kritieken en de reacties op mijn muziek maken me dankbaar en nederig” vertelt Tiki Black. “Het geeft me kracht.”
Een ander plan waar de zangeres uit Manchester aan werkt is een nieuw album. Tijdens haar tour zal daar ook materiaal van langs komen. “Ik werk aan liedjes voor een tweede album en zal zeker al wat die songs spelen in Nederland. Ik kijk uit naar het album, helemaal omdat het een album zal worden met meer up-tempo liedjes en meer dynamiek. I'm very excited!” Dat is Tiki Black ook over haar eerste Nederlandse tour. “Optreden is toch een deel van het proces om liedjes te schrijven. Ik kom met een boodschap, een gevoel. Muziek moet gecommuniceerd worden, een dicussie starten, mensen zich beter doen voelen. Het moet je bewust maken van je zwakheden en je kracht en mensen samen brengen, ons helpen in onze dagelijks strubbelingen en er voor zorgen dat we ons niet eenzaam voelen. Met ieder lied dat ergens in de wereld wordt gedeeld is de smart van iemand gehalveerd.”
Tiki Black speelt op vrijdagavond 14 augustus in Podiumcafé Peter en Leni in Steendam. Op 16 augustus treedt Black op in De Amer in Amen.
Rachel Sermanni: 'Ik hou van de interactie op het podium'
GRONINGEN – In mei was Rachel Sermanni ook al in de buurt. Toen stond ze op het 'From the Garden Festival' in Wildervank met onder andere Adam Barnes. Barnes keert terug voor Noorderzon en een paar dagen na afloop van het festival is ook Sermanni terug voor een optreden. De nog erg jonge artieste staat op 6 september in Simplon in Groningen. Rachel Sermanni is wijs voor haar jaren, weet waar ze mee bezig is en zou zo maar kunnen doorbreken naar het grote publiek.
“Ik denk dat iedereen is geboren met creativiteit. Je kan eigenlijk zeggen, dat we allemaal als artiest op deze wereld zijn gezet. Ik heb er altijd van gehouden om me uit te drukken met zingen, kunst en optreden. Mijn eerste tekenleraar probeerde dat in te perken, maar verder heb ik van al mijn creatieve leraren alle vrijheid en ondersteuning gekregen in mijn ontwkkelingen in die richting toen ik ouder werd. Mijn familie stimuleert mij ook, Mijn ouders en de rest staat achter me. Ze hebben allemaal 'muzikale' oren. Niemand is ook muzikant, maar ze hebben absoluut de potentie om het wel te worden.”
Het viel op dat Rachel Sermanni een sterke songschrijfster is. Ze werkt via een 'Sermanni methode'. “Ik hou er van om te werken vanuit een concept of perspectief -iets wat me triggered in de alledaagse dingen die ik meemaak – tot ik iets heb dat alles omvattend is en geconcentreerd in gevoel en onderwerp. Als een naald die gestoken wordt in een drukpunt in je lijf bij accupunctuur of iets vergelijkbaars.” en dan gebeurt de magie. Sermanni tourt al sinds haar 19de en schrijft al veel langer liedjes. Ze merkt wel dat met haar groeiende levenservaring ook haar liedjes veranderen. “Nu ik ouder word en nieuwe ervaringen op doe, stelt het me in staat om andere onderwerpen aan te pakken in mijn liedjes. Ik kan meer in zoomen op het verhaal en meer varieren met perspectief. Ik hoop dat ik volwassener wordt”, lacht Sermanni. “Liedjes helpen me om een boel te verwerken en zijn waarschijnlijk erg belangrijk bij mijn groei. Het voelt, zo nu en dan, dat het schrijven en zingen van liedjes voor mij een rechtvaardiging is voor mijn bestaan.”
Rachel Sermanni is naast hoofdact ook en veelgevraagde artiest als voorprogramma bij wereldacts als Elvis Costello, Mumford and Suns en nog tal van bekende artiesten. Voor haar een ervaring waar ze veel van leert en haar ogen en oren de kost geven. “Ik leer altijd van anderen in de muziekwereld. Elvis Costello was er open, een hele vriendelijke man, ondanks zijn status. Dat is leuk om te ontdekken. Mumford precies hetzelfde. Ze zijn bescheiden en delen graag. Dat is een fijne les om keer op keer te krijgen. Ik was het voorprogramma bij Ron Sexsmith en kreeg goed advies van zijn drummer. Pak zoveel slaap als je kan gedurende een tour en doe aan yoga en je kunt een tournee overleven.” Een haast Joop Zoetemelkachtig advies met zijn: 'De Tour is gewonnen en verloren in bed.' Een waarheid die ook opgaat voor de muziekwereld. “Ik weet nog goed dat ik geweldig geïnspireerd werd door Jesca Hoop toen ik voor haar opende tijdens een huisconcert door de manier waarop zij haar verhalen vertelde. Als mysterieuze vrouw van een andere wereld. Ik herinner me dat ik me realiseerde het belang van het patroon en de climax toen ik op tournee was met Fink en veel naar hem luisterde. Er zijn veel lessen, telkensweer.”
Lessen die Rachel Sermanni meeneemt naar de studio en op het toneel. Het optreden trekt haar erg aan. “Ik hou van de interactie. Ik voel me erg compleet als ik liedjes zing die wat voor me betekend voor een groep oplettende mensen. Ik vind het leuk dat ik zoveel mensen bij mijn muziek kan betrekken en hun perspectief op mijn werk kan absorberen.”
'Tied to the Moon' is haar laatste en nog kersverse album. Ze is blij met het resultaat dat ook de aanleiding is voor de tour die haar nu via Nederland verder Europa in zal voeren. “Ik ben er erg blij mee. Dit album brengt me zoveel, net trouwens als mijn vorige albums nog steeds doen. Het geeft me weer een heleboel nieuwe mogelijkheden om te experimenteren voor een publiek en ik krijg er de kans door om nieuwe muzikanten te ontmoeten, meer mensen uit de muziekindustrie te leren kennen en meer vrienden te maken. Het nieuwe album is levendiger en grungier, heeft meer ritme in vergelijking met mijn eerdere albums. Ik voel wel dat het uit dezelfde koker komt als de rest in de zin dat woorden belangrijk zijn en dat in het hart van de liedjes het nog steeds eigenlijk ik met mijn gitaar ben. In de toekomst wil ik nog graag op een dag optreden met drie soulful achtergrondzangers en niets anders. Ik heb veel geluisterd naar het laatste album van Surfjan Steven en dit heeft me geïnspireerd om met iets exeptioneel geruststellends te komen dat direct ook vol tumult zit in zijn uitvoering “ Die drie achtergrondzangers zijn er nog niet bij in Simplon. Maar ook nu zal het een optreden zijn waar over na gesproken wordt.
Rachel Sermanni treedt op 6 september op in Simplon in Groningen.
GRONINGEN – In mei was Rachel Sermanni ook al in de buurt. Toen stond ze op het 'From the Garden Festival' in Wildervank met onder andere Adam Barnes. Barnes keert terug voor Noorderzon en een paar dagen na afloop van het festival is ook Sermanni terug voor een optreden. De nog erg jonge artieste staat op 6 september in Simplon in Groningen. Rachel Sermanni is wijs voor haar jaren, weet waar ze mee bezig is en zou zo maar kunnen doorbreken naar het grote publiek.
“Ik denk dat iedereen is geboren met creativiteit. Je kan eigenlijk zeggen, dat we allemaal als artiest op deze wereld zijn gezet. Ik heb er altijd van gehouden om me uit te drukken met zingen, kunst en optreden. Mijn eerste tekenleraar probeerde dat in te perken, maar verder heb ik van al mijn creatieve leraren alle vrijheid en ondersteuning gekregen in mijn ontwkkelingen in die richting toen ik ouder werd. Mijn familie stimuleert mij ook, Mijn ouders en de rest staat achter me. Ze hebben allemaal 'muzikale' oren. Niemand is ook muzikant, maar ze hebben absoluut de potentie om het wel te worden.”
Het viel op dat Rachel Sermanni een sterke songschrijfster is. Ze werkt via een 'Sermanni methode'. “Ik hou er van om te werken vanuit een concept of perspectief -iets wat me triggered in de alledaagse dingen die ik meemaak – tot ik iets heb dat alles omvattend is en geconcentreerd in gevoel en onderwerp. Als een naald die gestoken wordt in een drukpunt in je lijf bij accupunctuur of iets vergelijkbaars.” en dan gebeurt de magie. Sermanni tourt al sinds haar 19de en schrijft al veel langer liedjes. Ze merkt wel dat met haar groeiende levenservaring ook haar liedjes veranderen. “Nu ik ouder word en nieuwe ervaringen op doe, stelt het me in staat om andere onderwerpen aan te pakken in mijn liedjes. Ik kan meer in zoomen op het verhaal en meer varieren met perspectief. Ik hoop dat ik volwassener wordt”, lacht Sermanni. “Liedjes helpen me om een boel te verwerken en zijn waarschijnlijk erg belangrijk bij mijn groei. Het voelt, zo nu en dan, dat het schrijven en zingen van liedjes voor mij een rechtvaardiging is voor mijn bestaan.”
Rachel Sermanni is naast hoofdact ook en veelgevraagde artiest als voorprogramma bij wereldacts als Elvis Costello, Mumford and Suns en nog tal van bekende artiesten. Voor haar een ervaring waar ze veel van leert en haar ogen en oren de kost geven. “Ik leer altijd van anderen in de muziekwereld. Elvis Costello was er open, een hele vriendelijke man, ondanks zijn status. Dat is leuk om te ontdekken. Mumford precies hetzelfde. Ze zijn bescheiden en delen graag. Dat is een fijne les om keer op keer te krijgen. Ik was het voorprogramma bij Ron Sexsmith en kreeg goed advies van zijn drummer. Pak zoveel slaap als je kan gedurende een tour en doe aan yoga en je kunt een tournee overleven.” Een haast Joop Zoetemelkachtig advies met zijn: 'De Tour is gewonnen en verloren in bed.' Een waarheid die ook opgaat voor de muziekwereld. “Ik weet nog goed dat ik geweldig geïnspireerd werd door Jesca Hoop toen ik voor haar opende tijdens een huisconcert door de manier waarop zij haar verhalen vertelde. Als mysterieuze vrouw van een andere wereld. Ik herinner me dat ik me realiseerde het belang van het patroon en de climax toen ik op tournee was met Fink en veel naar hem luisterde. Er zijn veel lessen, telkensweer.”
Lessen die Rachel Sermanni meeneemt naar de studio en op het toneel. Het optreden trekt haar erg aan. “Ik hou van de interactie. Ik voel me erg compleet als ik liedjes zing die wat voor me betekend voor een groep oplettende mensen. Ik vind het leuk dat ik zoveel mensen bij mijn muziek kan betrekken en hun perspectief op mijn werk kan absorberen.”
'Tied to the Moon' is haar laatste en nog kersverse album. Ze is blij met het resultaat dat ook de aanleiding is voor de tour die haar nu via Nederland verder Europa in zal voeren. “Ik ben er erg blij mee. Dit album brengt me zoveel, net trouwens als mijn vorige albums nog steeds doen. Het geeft me weer een heleboel nieuwe mogelijkheden om te experimenteren voor een publiek en ik krijg er de kans door om nieuwe muzikanten te ontmoeten, meer mensen uit de muziekindustrie te leren kennen en meer vrienden te maken. Het nieuwe album is levendiger en grungier, heeft meer ritme in vergelijking met mijn eerdere albums. Ik voel wel dat het uit dezelfde koker komt als de rest in de zin dat woorden belangrijk zijn en dat in het hart van de liedjes het nog steeds eigenlijk ik met mijn gitaar ben. In de toekomst wil ik nog graag op een dag optreden met drie soulful achtergrondzangers en niets anders. Ik heb veel geluisterd naar het laatste album van Surfjan Steven en dit heeft me geïnspireerd om met iets exeptioneel geruststellends te komen dat direct ook vol tumult zit in zijn uitvoering “ Die drie achtergrondzangers zijn er nog niet bij in Simplon. Maar ook nu zal het een optreden zijn waar over na gesproken wordt.
Rachel Sermanni treedt op 6 september op in Simplon in Groningen.
Rico Neeters ( Daniel Cane): De Amer wordt een speciale
AMEN – De Zummer op zien Zundags concerten op het terras van De Amer in Amen trekt inmiddel iedere zondagmiddag een grote schare volk naar het Drentse dorp. Dat zal de komende zondagmiddagen niet anders zijn als eerst de opkomende Nederlandse band Daniel Cane & The Rebellion op het terras staat en een week daarna de eerste internationale artiest met de prachtige zangeres Tiki Black. Voor het zover is vertelt Rico Neeters graag nog wat over de band die hij oprichtte en waarmee hij inmiddels heel Nederland doortrekt inclusief Amen, waar Daniel Cane & The Revolution op 9 augustus optreedt.
“Daniel Cane begon als een solo project van mij”, vertelt Neters over zijn alter ego. “Ik wou altijd al mijn eigen liedjes maken maar ik was vooral bezig met liedjes van andere en het stimuleren van andere om wat te gaan doen. Mijn zus Daisy bleef me pushen dat ik zelf eigen werk moest gaan maken. Dat ben ik na mijn verhuizing naar Nijmegen gaan doen. Ik maakte met goede vriend Jurjen Karelsse mijn eerst singletje en releasde deze op 21 oktober 2013. Daar begon Daniel Cane. Ruben kwam er al vrij snel bij. Dat moest ook wel want in maart 2014 hadden we onze eerste band show. Laurens Schaap (The Road home) en Remon Masseling (My Propane) hebben bij ons de eerste show gespeeld en het was te gek. Een uitverkochte kleine zaal in Atak Enschede. Sindsdien ging de bal echt rollen en werd het tijd om van een solo project een band project te maken. And so it happend. “
Lieve pop met een rauw randje, zo wordt de muziek van Daniel Cane omschreven. Het heeft te maken met zijn status als knuffelbeer, aldus de zanger. “Ik ben verliefd maar dan ook echt verliefd op het album + van Ed Sheeran en 9 van Damien Rice. Ik heb het dagen/maanden achtereenvolgend geluisterd. Het zette me aan tot het schrijven van liedjes in die stijl. Ik ben een knuffelbeer. Ik hou van knuffelen maar ook van me op mijn plek voelen. Ik ben opgegroeid als iemand die van zware gitaren en diepe bass houdt en dus moest er een rauw randje bij. Ik heb ook een wat rauwere stem dus heel lief kwam het er niet uit.” Passend want elke beer, ook een knuffelbeer kan bijten. Ook in zijn liedteksten komt dit terug. “Liefde en gebroken harten zijn bij ons onderwerpen die vaak, heel vaak, aanbod komen. Ik ben een ramp met vrouwen. Vaak gaan ze vreemd, of verlaten ze me, omdat ze denken ergens anders beter te krijgen. Een voorbeeld is Oxygen wat gaat over iemand die mij als affaire had omdat ze al getrouwd bleek te zijn. Ik maak vaak de skeletten van liedjes, het geraamte. De band geeft het dan body. Soms veranderd het geraamte dan ook nog wel is. Ieder heeft een deel in het schrijf proces. Het werkt echt te gek. Het is een deel van ons allemaal.”
Rico Neeters omschreef al dat zijn zus Daisy hem stimuleerde. Niet alleen zijn zus. Ook zijn moeder had haar rol. “Ik was altijd al iemand die bezig was met muziek, vanaf mijn achtste stond ik al luidkeels mee te zingen met mijn mama op haar cd's in de keuken. Het is nooit weggegaan. Toen ik de pubertijd in ging kocht mijn moeder voor mij een gitaar en zei: “Ga hier maar op puberen.” Dat deed ik. Jaren later blijkt het eindelijk effect te hebben en spelen we wekelijks wel twee keer.”
Die twee keer zou wel eens veel vaker kunnen worden. Niet alleen omdat een optreden in De Amer goed op je curiculum vitae staat, maat Daniel Cane & The Rebellion is ook geselecteerd voor De Popronde. Ook daar kijkt Rico Neeters naar uit. “Wij houden van de Popronde”, jubelt de zanger op volle kracht. “In mijn optiek is de Popronde het belangrijkste, meest fantastische festival voor jong / aanstormend talent. Het is niet alleen veel spelen! Het is een kans om gezien te worden op plekken waar je anders niet komt. We verwachten natuurlijk niks! Maar we hopen veel te spelen. Gelukkig hebben we Emmen al maar hopen ook bijvoorbeeld in Groningen /Leeuwarden / Assen te kunnen spelen en ook onder in Limburg en nog veel andere plaatsen. We doen ook mee omdat we graag meer meters als band willen maken. We spelen heel veel, maar de Popronde moet ons voorbereiden op het echte werk.”
Bij het echte werk hoort ook een debuut album. Zover is het nog niet, maar Rico Neeters durft al wel een tipje van de sluier op te lichten. “Stiekem wel. In september komt de nieuwe single. In december een nieuwe EP en volgend jaar zomer hopen we een plaat te kunnen maken. Verwacht heel veel bijzondere instrumenten.”
Een eerste tip va de sluier is ook in Amen te verwachten. “De Amer wordt een speciale voor ons. We willen mensen op december voorbereiden voor de nieuwe EP. We spelen nieuwe liedjes en wat oude bekende. Hebben wat gast muzikanten mee en zingen nog een fantastisch duet met een super goede andere Popronde act. Het wordt een uniek optreden speciaal voor de Amer wat mensen echt niet mogen missen.” Kom dus knuffelen (vooral serieuze en ongetrouwde dames) met Daniel Cane & The Rebellion.
Daniel Cane & The Rebellion staat op het terras van De Amer op 9 augustus. Tijdens de Popronde staat de band in ieder geval op 5 november in Emmen.
AMEN – De Zummer op zien Zundags concerten op het terras van De Amer in Amen trekt inmiddel iedere zondagmiddag een grote schare volk naar het Drentse dorp. Dat zal de komende zondagmiddagen niet anders zijn als eerst de opkomende Nederlandse band Daniel Cane & The Rebellion op het terras staat en een week daarna de eerste internationale artiest met de prachtige zangeres Tiki Black. Voor het zover is vertelt Rico Neeters graag nog wat over de band die hij oprichtte en waarmee hij inmiddels heel Nederland doortrekt inclusief Amen, waar Daniel Cane & The Revolution op 9 augustus optreedt.
“Daniel Cane begon als een solo project van mij”, vertelt Neters over zijn alter ego. “Ik wou altijd al mijn eigen liedjes maken maar ik was vooral bezig met liedjes van andere en het stimuleren van andere om wat te gaan doen. Mijn zus Daisy bleef me pushen dat ik zelf eigen werk moest gaan maken. Dat ben ik na mijn verhuizing naar Nijmegen gaan doen. Ik maakte met goede vriend Jurjen Karelsse mijn eerst singletje en releasde deze op 21 oktober 2013. Daar begon Daniel Cane. Ruben kwam er al vrij snel bij. Dat moest ook wel want in maart 2014 hadden we onze eerste band show. Laurens Schaap (The Road home) en Remon Masseling (My Propane) hebben bij ons de eerste show gespeeld en het was te gek. Een uitverkochte kleine zaal in Atak Enschede. Sindsdien ging de bal echt rollen en werd het tijd om van een solo project een band project te maken. And so it happend. “
Lieve pop met een rauw randje, zo wordt de muziek van Daniel Cane omschreven. Het heeft te maken met zijn status als knuffelbeer, aldus de zanger. “Ik ben verliefd maar dan ook echt verliefd op het album + van Ed Sheeran en 9 van Damien Rice. Ik heb het dagen/maanden achtereenvolgend geluisterd. Het zette me aan tot het schrijven van liedjes in die stijl. Ik ben een knuffelbeer. Ik hou van knuffelen maar ook van me op mijn plek voelen. Ik ben opgegroeid als iemand die van zware gitaren en diepe bass houdt en dus moest er een rauw randje bij. Ik heb ook een wat rauwere stem dus heel lief kwam het er niet uit.” Passend want elke beer, ook een knuffelbeer kan bijten. Ook in zijn liedteksten komt dit terug. “Liefde en gebroken harten zijn bij ons onderwerpen die vaak, heel vaak, aanbod komen. Ik ben een ramp met vrouwen. Vaak gaan ze vreemd, of verlaten ze me, omdat ze denken ergens anders beter te krijgen. Een voorbeeld is Oxygen wat gaat over iemand die mij als affaire had omdat ze al getrouwd bleek te zijn. Ik maak vaak de skeletten van liedjes, het geraamte. De band geeft het dan body. Soms veranderd het geraamte dan ook nog wel is. Ieder heeft een deel in het schrijf proces. Het werkt echt te gek. Het is een deel van ons allemaal.”
Rico Neeters omschreef al dat zijn zus Daisy hem stimuleerde. Niet alleen zijn zus. Ook zijn moeder had haar rol. “Ik was altijd al iemand die bezig was met muziek, vanaf mijn achtste stond ik al luidkeels mee te zingen met mijn mama op haar cd's in de keuken. Het is nooit weggegaan. Toen ik de pubertijd in ging kocht mijn moeder voor mij een gitaar en zei: “Ga hier maar op puberen.” Dat deed ik. Jaren later blijkt het eindelijk effect te hebben en spelen we wekelijks wel twee keer.”
Die twee keer zou wel eens veel vaker kunnen worden. Niet alleen omdat een optreden in De Amer goed op je curiculum vitae staat, maat Daniel Cane & The Rebellion is ook geselecteerd voor De Popronde. Ook daar kijkt Rico Neeters naar uit. “Wij houden van de Popronde”, jubelt de zanger op volle kracht. “In mijn optiek is de Popronde het belangrijkste, meest fantastische festival voor jong / aanstormend talent. Het is niet alleen veel spelen! Het is een kans om gezien te worden op plekken waar je anders niet komt. We verwachten natuurlijk niks! Maar we hopen veel te spelen. Gelukkig hebben we Emmen al maar hopen ook bijvoorbeeld in Groningen /Leeuwarden / Assen te kunnen spelen en ook onder in Limburg en nog veel andere plaatsen. We doen ook mee omdat we graag meer meters als band willen maken. We spelen heel veel, maar de Popronde moet ons voorbereiden op het echte werk.”
Bij het echte werk hoort ook een debuut album. Zover is het nog niet, maar Rico Neeters durft al wel een tipje van de sluier op te lichten. “Stiekem wel. In september komt de nieuwe single. In december een nieuwe EP en volgend jaar zomer hopen we een plaat te kunnen maken. Verwacht heel veel bijzondere instrumenten.”
Een eerste tip va de sluier is ook in Amen te verwachten. “De Amer wordt een speciale voor ons. We willen mensen op december voorbereiden voor de nieuwe EP. We spelen nieuwe liedjes en wat oude bekende. Hebben wat gast muzikanten mee en zingen nog een fantastisch duet met een super goede andere Popronde act. Het wordt een uniek optreden speciaal voor de Amer wat mensen echt niet mogen missen.” Kom dus knuffelen (vooral serieuze en ongetrouwde dames) met Daniel Cane & The Rebellion.
Daniel Cane & The Rebellion staat op het terras van De Amer op 9 augustus. Tijdens de Popronde staat de band in ieder geval op 5 november in Emmen.
Miranda Mulholland ( Great Lake Swimmers ): De viool heeft zo'n menselijke stem
foto: Marina Hashemi
GRONINGEN – Het eerste contact met Miranda Mulholland verloopt wat moeizaam, maar toch prettig. “Ik zit in mijn vakantiehuisje en we hebben hier heel slechte Wifi”, klinkt het opgewekt. “Kan ik volgende week contact met je opnemen?” Uiteraard kan dat. “Ik stuur je nu wel alvast een link naar mijn album 'Whipping Boy'”. En dat is een prachtige manier om de week door te komen, maar niet de aanleiding voor het gesprek. Naast soloartieste en platenbaas is Miranda Mulholland violise en zangeres voor de bands Belle Starr en Great Lake Swimmers en met die laatste staat Mulholland op 23 september in Vera in Groningen. Dat is reden genoeg voor een praatje.
“Ik ben zes jaar geleden gevraagd voor de Great Lake Swimmers”, vertelt Miranda Mulholland. “We kenden elkaar uit de muziekscene in Toronto en toen ze een zangeres zochten die ook een instrument kon bespelen kwamen ze bij mij uit, Tot nu toe is het een geweldig leuk avontuur.” De Great Lake Swimmers zijn één van de leukste folkrockbands van Canada. Dit jaar kwam alweer hun zesde album uit 'A Forest of Dreams', reden voor de tour. “We hebben een heel enthousiaste ontvangst gehad van 'A Forest of Dreams'. We hebben heel veel zin om deze tour al die nummers te spelen voor het publiek en dan te kijken hoe dat zich gaat ontwikkelen.” De Great Lake Swimmers reizen een maand door Europa in september en Oktober. Eerst in Groot Brittanie en dan wordt de oversteek gemaakt en doen de Canadezen eerst Nederland en België aan en vervolgens gaat het via Scandinavië naar Duitsland de Alpen landen en sluit de folkformatie af in Frankrijk. De Great Lake Swimmers hebben als centrale persoon Tony Dekker die de folk/rock liedjes schrijft. De band bracht in 2003 al het eerste album uit en heeft al heel wat tourkilometers onder de wielen.
Dat telt ook voor Miranda Mulholland. Op jonge leeftijd riep de viool haar. “Mijn oudere broer speelde viool en ik wilde precies zo zijn als hij. Ik heb mijn ouders gesmeekt voor vioolles. Ik ben begonnen toen ik vier jaar oud was. Wat betreft zingen... ik kan mij niet herinneren dat ik ooit niet gezongen heb.” Voor Mulholland was 2015 ook een mijlpaaljaar. Al sinds begin van de eeuw draagt ze bij met haar zang en vioolspel aan het werk van anderen, maar dit jaar kwam haar eigen debuutalbum 'Whipping Boy' uit die prachtige kritieken kreeg. “Ik heb ontdekt dat als je liedjes schrijft voor een eigen project, je veel persoonlijker kan zijn. Natuurlijk is het zo dat je altijd moet putten uit echte emoties voor authentieke songwriting. Ik voel me toch veel comfortabeler en vrijer als ik weet dat ik het ben die de liedjes gaat zingen.”
Daarmee wordt het wel erg druk voor de Canadeze. Naast haar eigen werk, de Great Lake Swimmers speelt Miranda Mulholland ook nog in Belle Star en is ze veelgevraagd gastmuzikante en heeft ze ook nog zakelijke belangen. “Ik probeer een goede balans te vinden tussen mijn solowerk, de bands en mijn gastoptredens. Ze bieden allemaal verschillende voordelen. Ik hou van de verschillende uitdagingen die zo aan mij gesteld worden.”
Har zakelijke belangen dan. Miranda Mulholland is naast muzikant ook platenbaas. Ze heeft Roaring Girl Records opgericht en is nu partner bij dit platenlabel, dat naast Mulholland zelf ook bekende namen als Kevin Hearns en Sean Watkins uitbrengt. Een heel ander perspectief voor Mulholland en dat was ook de bedoeling. “Ik heb Roaring Girl Records opgericht omdat ik benieuwd was naar de andere kant van de muziekindustrie en daar meer over wilde leren. Ik geloof in de kracht van de gemeenschap en wil mijn ervaringen en werk dienstbaar maken aan andere artiesten. Het geeft me ook de kans om te werken met andere muzikanten die ik bewonder en van hen weer te leren.”
Ter afsluiting keren we terug bij de viool. De viool is al lang niet meer dat klassieke of folk instrument, maar is niet meer weg te denken uit elke vorm van muziek. Mulholland wordt voor heel verschillende projecten gevraagd. Op haar lijstje van namen met wie ze heeft samen gewerkt staan: Jim Cuddy, Steven Page, Calexico, Joel Plaskett, Rose Cousins, Alan Doyle, Raine Maida, Dan Mangan, John Borra, The Rattlesnake Choir en Justin Rutledge naast theater, dans en diverse abands war ze deel van uit maakte. Haar viool bracht haar ver en het verbaasd haar niet dat het instrument zo goed valt bij het publiek. “Ik denk dat de viool een welhaast menselijke stem heeft. Het is zo'n emotioneel en veelzijdig instrument. Het kan worden gebruik in zoveel verschillende stijlen muziek. Het trekt mensen de muziek in en luisteraars verbinden emoties met het geluid van de viool. Ik vind het geweldig als ik hoor dat kinderen de viool leren spelen, omdat ze mij hebben horen spelen. Dat is zo opwindend!” Opwindend is ook het optreden van de Great Lake Swimmers en wie weet keert Mulholland ook gauw solo terug.
De Great Lake Swimmers treden op 23 september op in Vera Groningen.
foto: Marina Hashemi
GRONINGEN – Het eerste contact met Miranda Mulholland verloopt wat moeizaam, maar toch prettig. “Ik zit in mijn vakantiehuisje en we hebben hier heel slechte Wifi”, klinkt het opgewekt. “Kan ik volgende week contact met je opnemen?” Uiteraard kan dat. “Ik stuur je nu wel alvast een link naar mijn album 'Whipping Boy'”. En dat is een prachtige manier om de week door te komen, maar niet de aanleiding voor het gesprek. Naast soloartieste en platenbaas is Miranda Mulholland violise en zangeres voor de bands Belle Starr en Great Lake Swimmers en met die laatste staat Mulholland op 23 september in Vera in Groningen. Dat is reden genoeg voor een praatje.
“Ik ben zes jaar geleden gevraagd voor de Great Lake Swimmers”, vertelt Miranda Mulholland. “We kenden elkaar uit de muziekscene in Toronto en toen ze een zangeres zochten die ook een instrument kon bespelen kwamen ze bij mij uit, Tot nu toe is het een geweldig leuk avontuur.” De Great Lake Swimmers zijn één van de leukste folkrockbands van Canada. Dit jaar kwam alweer hun zesde album uit 'A Forest of Dreams', reden voor de tour. “We hebben een heel enthousiaste ontvangst gehad van 'A Forest of Dreams'. We hebben heel veel zin om deze tour al die nummers te spelen voor het publiek en dan te kijken hoe dat zich gaat ontwikkelen.” De Great Lake Swimmers reizen een maand door Europa in september en Oktober. Eerst in Groot Brittanie en dan wordt de oversteek gemaakt en doen de Canadezen eerst Nederland en België aan en vervolgens gaat het via Scandinavië naar Duitsland de Alpen landen en sluit de folkformatie af in Frankrijk. De Great Lake Swimmers hebben als centrale persoon Tony Dekker die de folk/rock liedjes schrijft. De band bracht in 2003 al het eerste album uit en heeft al heel wat tourkilometers onder de wielen.
Dat telt ook voor Miranda Mulholland. Op jonge leeftijd riep de viool haar. “Mijn oudere broer speelde viool en ik wilde precies zo zijn als hij. Ik heb mijn ouders gesmeekt voor vioolles. Ik ben begonnen toen ik vier jaar oud was. Wat betreft zingen... ik kan mij niet herinneren dat ik ooit niet gezongen heb.” Voor Mulholland was 2015 ook een mijlpaaljaar. Al sinds begin van de eeuw draagt ze bij met haar zang en vioolspel aan het werk van anderen, maar dit jaar kwam haar eigen debuutalbum 'Whipping Boy' uit die prachtige kritieken kreeg. “Ik heb ontdekt dat als je liedjes schrijft voor een eigen project, je veel persoonlijker kan zijn. Natuurlijk is het zo dat je altijd moet putten uit echte emoties voor authentieke songwriting. Ik voel me toch veel comfortabeler en vrijer als ik weet dat ik het ben die de liedjes gaat zingen.”
Daarmee wordt het wel erg druk voor de Canadeze. Naast haar eigen werk, de Great Lake Swimmers speelt Miranda Mulholland ook nog in Belle Star en is ze veelgevraagd gastmuzikante en heeft ze ook nog zakelijke belangen. “Ik probeer een goede balans te vinden tussen mijn solowerk, de bands en mijn gastoptredens. Ze bieden allemaal verschillende voordelen. Ik hou van de verschillende uitdagingen die zo aan mij gesteld worden.”
Har zakelijke belangen dan. Miranda Mulholland is naast muzikant ook platenbaas. Ze heeft Roaring Girl Records opgericht en is nu partner bij dit platenlabel, dat naast Mulholland zelf ook bekende namen als Kevin Hearns en Sean Watkins uitbrengt. Een heel ander perspectief voor Mulholland en dat was ook de bedoeling. “Ik heb Roaring Girl Records opgericht omdat ik benieuwd was naar de andere kant van de muziekindustrie en daar meer over wilde leren. Ik geloof in de kracht van de gemeenschap en wil mijn ervaringen en werk dienstbaar maken aan andere artiesten. Het geeft me ook de kans om te werken met andere muzikanten die ik bewonder en van hen weer te leren.”
Ter afsluiting keren we terug bij de viool. De viool is al lang niet meer dat klassieke of folk instrument, maar is niet meer weg te denken uit elke vorm van muziek. Mulholland wordt voor heel verschillende projecten gevraagd. Op haar lijstje van namen met wie ze heeft samen gewerkt staan: Jim Cuddy, Steven Page, Calexico, Joel Plaskett, Rose Cousins, Alan Doyle, Raine Maida, Dan Mangan, John Borra, The Rattlesnake Choir en Justin Rutledge naast theater, dans en diverse abands war ze deel van uit maakte. Haar viool bracht haar ver en het verbaasd haar niet dat het instrument zo goed valt bij het publiek. “Ik denk dat de viool een welhaast menselijke stem heeft. Het is zo'n emotioneel en veelzijdig instrument. Het kan worden gebruik in zoveel verschillende stijlen muziek. Het trekt mensen de muziek in en luisteraars verbinden emoties met het geluid van de viool. Ik vind het geweldig als ik hoor dat kinderen de viool leren spelen, omdat ze mij hebben horen spelen. Dat is zo opwindend!” Opwindend is ook het optreden van de Great Lake Swimmers en wie weet keert Mulholland ook gauw solo terug.
De Great Lake Swimmers treden op 23 september op in Vera Groningen.
Bart de Kroon wilde Axl en Slash in één worden, maar werd Homemade Empire
GRONINGEN – Het is één van de leukste muzikale experimenten momenteel in Nederland. Bart de Kroon of te wel Homemade Empire. Een welgekozen bandnaam, want hij bouwde zijn muzikale keizerrijk op door thuis aan de gang te gaan, verweg van de yuks van een bandje, Homemade Empire treedt zaterdagavond 8 augustus op tijdens een Zomercafë in Vera dat in het teken staat van Sharksomeness Bookings het betrekkelijk nieuwe bookingsbureau van Marinke Kerkhoff dat deze avond invulling geeft. Naast Homemade Empire treden op The Daydream Fit uit Enschede en de Groninger acts Kinetophone en LGHTNNG.
“Na de videoband met ‘Guns n’ Roses live in Tokyo’ wel duizend keer bekeken te hebben, besloot ik om Axl en Slash in één te worden”, droomt Bart de Kroon even terug naar de eerste wens om muzikant te worden. “Mijn ouders zagen daar het nut niet van in. Inmiddels besef ik dat ze gelijk hadden”, klinkt het met kennis van zaken bij de Utrechtenaar, maar ook als je niet Axl of Slash of welke combinatie daarvan bent kun je met succes muziek maken. Het is soms net even de juiste vorm vinden. Bart de Kroon wist die te vinden in Homemade Empire. “Vanaf het begin speelde ik bandjes, maar op een gegeven moment werd het tijd om ook nog naast de bandjes met muziek bezig te zijn. Thuis partijtjes bedenken en zelf opnemen, was erg bevrijdend.”
Homemade Empire wordt bijzonder ronkend neergezet door Vera. Terecht, want de muziek van Homemade Empire is krachtig en opmerkelijk. Liedjes die je grijpen en dwingen na te denken. Af en toe bescheiden en zacht, op andere momenten juist weer veel indringender. “Homemade Empire is ook een van de meest bijzondere singer/songwriters die ons land rijk is”, stelt het Groninger podium. De Kroon relativeert dat sterk. “Ik zou het zelf geen ‘bijzondere singer-songwriter’ noemen hoor. Ik noem het wel eens fuzz folk, maar eigenlijk is het een mix van geluiden en muziek die ik leuk of interessant vind. Er is nooit een keuze gemaakt voor een muzikale richting; alles kan. De liedjes hadden totaal anders kunnen klinken. Het zijn slechts versies. Er is geen vast proces voor het schrijven van liedjes. Onderwerpen dienen zich aan door de aarde onder je voeten om te ploegen, door van perspectief te veranderen, door een boek te lezen en door met anderen te praten.”
In vijf jaar tijd heeft Homemade Empire drie album laten verschijnen. Dit jaar kwam 'First Trees' uit, het nieuwste album van Homemade Empire. Voor dit album ging hij naar de kust van Canada en de Verenigde Staten. Keek uit over de Pacific en reisde door de wouden van deze prachtige streek. Hij legde er de basis en werkte dat in Nedxerland uit. “Voor mijn gevoel is ‘First Trees’ nauw verbonden met de eerdere Homemade Empire platen ‘A Brilliant Window Niche’ (2010) en ‘Defenestration’ (2012). De drie albums hebben gemeenschappelijke thema’s die zich met de tijd ontwikkelen van intern naar extern. Er staan nummers, zinnen en muzikale motieven die op elkaar verklaren of elkaar beantwoorden. Op dit moment leg ik de laatste hand aan een soort addendum voor ‘First Trees’. ‘Monuments’ wordt de titel en het zijn improvisaties op tapeloops. Er zijn wel alweer ideeën voor een nieuw album daarna, maar het is nog te vroeg om daar iets concreets over te zeggen.”
Homemade Empire komt in twee varianten. In Vera treedt de éénmansversie aan. Bij andere gelegenheden staat Homemade Empire ook met Bram Nigten, bekend van Wolvon als drummer op het podium. “In Vera ga ik op een elektrische of akoestische gitaar de liedjes spelen van alle drie albums, maar met name van ‘First Trees’. Ik heb veel zin om te spelen in Vera. De andere bandjes zijn ook cool en bovendien allemaal bij elkaar geronseld door Sharksomeness Bookings!”, vergeet Homemade Empire niet zijn collega artiesten en bookingsbureau nog even onder de aandacht te brengen.
Homemade Empire treedt op 8 augustus op bij het door Sharksomeness Bookings verzorgde Zomercafé in Vera op met nog drie andere bands.
GRONINGEN – Het is één van de leukste muzikale experimenten momenteel in Nederland. Bart de Kroon of te wel Homemade Empire. Een welgekozen bandnaam, want hij bouwde zijn muzikale keizerrijk op door thuis aan de gang te gaan, verweg van de yuks van een bandje, Homemade Empire treedt zaterdagavond 8 augustus op tijdens een Zomercafë in Vera dat in het teken staat van Sharksomeness Bookings het betrekkelijk nieuwe bookingsbureau van Marinke Kerkhoff dat deze avond invulling geeft. Naast Homemade Empire treden op The Daydream Fit uit Enschede en de Groninger acts Kinetophone en LGHTNNG.
“Na de videoband met ‘Guns n’ Roses live in Tokyo’ wel duizend keer bekeken te hebben, besloot ik om Axl en Slash in één te worden”, droomt Bart de Kroon even terug naar de eerste wens om muzikant te worden. “Mijn ouders zagen daar het nut niet van in. Inmiddels besef ik dat ze gelijk hadden”, klinkt het met kennis van zaken bij de Utrechtenaar, maar ook als je niet Axl of Slash of welke combinatie daarvan bent kun je met succes muziek maken. Het is soms net even de juiste vorm vinden. Bart de Kroon wist die te vinden in Homemade Empire. “Vanaf het begin speelde ik bandjes, maar op een gegeven moment werd het tijd om ook nog naast de bandjes met muziek bezig te zijn. Thuis partijtjes bedenken en zelf opnemen, was erg bevrijdend.”
Homemade Empire wordt bijzonder ronkend neergezet door Vera. Terecht, want de muziek van Homemade Empire is krachtig en opmerkelijk. Liedjes die je grijpen en dwingen na te denken. Af en toe bescheiden en zacht, op andere momenten juist weer veel indringender. “Homemade Empire is ook een van de meest bijzondere singer/songwriters die ons land rijk is”, stelt het Groninger podium. De Kroon relativeert dat sterk. “Ik zou het zelf geen ‘bijzondere singer-songwriter’ noemen hoor. Ik noem het wel eens fuzz folk, maar eigenlijk is het een mix van geluiden en muziek die ik leuk of interessant vind. Er is nooit een keuze gemaakt voor een muzikale richting; alles kan. De liedjes hadden totaal anders kunnen klinken. Het zijn slechts versies. Er is geen vast proces voor het schrijven van liedjes. Onderwerpen dienen zich aan door de aarde onder je voeten om te ploegen, door van perspectief te veranderen, door een boek te lezen en door met anderen te praten.”
In vijf jaar tijd heeft Homemade Empire drie album laten verschijnen. Dit jaar kwam 'First Trees' uit, het nieuwste album van Homemade Empire. Voor dit album ging hij naar de kust van Canada en de Verenigde Staten. Keek uit over de Pacific en reisde door de wouden van deze prachtige streek. Hij legde er de basis en werkte dat in Nedxerland uit. “Voor mijn gevoel is ‘First Trees’ nauw verbonden met de eerdere Homemade Empire platen ‘A Brilliant Window Niche’ (2010) en ‘Defenestration’ (2012). De drie albums hebben gemeenschappelijke thema’s die zich met de tijd ontwikkelen van intern naar extern. Er staan nummers, zinnen en muzikale motieven die op elkaar verklaren of elkaar beantwoorden. Op dit moment leg ik de laatste hand aan een soort addendum voor ‘First Trees’. ‘Monuments’ wordt de titel en het zijn improvisaties op tapeloops. Er zijn wel alweer ideeën voor een nieuw album daarna, maar het is nog te vroeg om daar iets concreets over te zeggen.”
Homemade Empire komt in twee varianten. In Vera treedt de éénmansversie aan. Bij andere gelegenheden staat Homemade Empire ook met Bram Nigten, bekend van Wolvon als drummer op het podium. “In Vera ga ik op een elektrische of akoestische gitaar de liedjes spelen van alle drie albums, maar met name van ‘First Trees’. Ik heb veel zin om te spelen in Vera. De andere bandjes zijn ook cool en bovendien allemaal bij elkaar geronseld door Sharksomeness Bookings!”, vergeet Homemade Empire niet zijn collega artiesten en bookingsbureau nog even onder de aandacht te brengen.
Homemade Empire treedt op 8 augustus op bij het door Sharksomeness Bookings verzorgde Zomercafé in Vera op met nog drie andere bands.
Laatbloeier Daniel Knox komt naar Noorderzon
GRONINGEN – Daniel Knox staat aan de vooravond van zijn Europese Tour. Deze tour brengt hem voor ëén optreden naar Nederland. Op 29 augustus staat de singersongwriter uit Chigago op Noorderzon in Groningen. Hij wordt met grote trom aangekondigd. “ Nu heeft hij een van de beste singer-songwriter albums van het jaar gemaakt getiteld Daniel Knox”, aldus de Noorderzon organisatie die Knox heeft geprogrammeerd op Podium Plataan. Het maakt nieuwsgierig naar de bebaarde Amerikaan, die we spreken terwijl hij zijn laatste Amerikaanse optredens afwerkt voor het vliegtuig hem naar Europese avonturen gaat voeren.
Eerst maar eens het album 'Daniel Knox'. Hoe zat dat en welke gedachte erachter bracht het juweeltje voort. Geen, zo blijkt. 'Vreemd genoeg hadden we geen 'grotere' gedachte, geen plan, toen we het album opnamen. Het komt voort uit de opnames van mijn volgende album "Chasescene". Ik had eigenlijk geen idee dat we aan de liedjes die overschoten, de restjes zogezegd, genoeg hadden voor nog een album. Deze liedjes die "Chasescene" niet hebben gehaald hebben we aangevuld met liedjes van de multimedia projecten "Black & Whites" en "14 15 111" dat ik vorig jaar heb gedaan met de fotograaf John Atwood, dus ook daar liggen de wortels van deze plaat.” De plaat krijgt overal een enthousiaste ontvangst. Het gaat langs Daniel Knox. “Is dat zo? Dat is leuk om te horen, ”is hij verrast. “Al zijn het maar een paar brabbelende idioten die het mooi vinden, toch ben ik daar dankbaar voor. Ik trek me eigenlijk weinig aan van de kritieken en lees ze ook niet. Er zijn niet zoveel Pauline Keals ( inmiddels overleden filmcriticus van The New Yorker red. ) in de muziekwereld waar je op kunt vertrouwen.”
Daniel Knox is een laatbloeier. War veel artiesten al vroeg een instrument oppakken luisterde Knox vooral naar muziek. “Ik groeide op terwijl ik heel veel muziek luisterde. Voornamelijk filmmuziek. Als tiener heb ik nooit geleerd een instrument te spelen. Ik heb op mijn 1ste in Chicago geleerd de piano te bespelen. Ik speelde in hotellobbies, dat was mijn leerschool. Ik weet ook niet precies hoe ik vandaar op mijn huidige muziekstijl ben gekomen. Eigenlijk wil ik dat ook niet weten, want dat neemt het mysterie weg. Ik kan wel zeggen dat het luisteren naar Al Jolson, Judy Garland, Charles Trenet en Maurice Chevalier een heel grote invloed op me heeft gehad en mij vroeg in mijn loopbaan op dit pad heeft gezet, samen met die vele uren en uren die ik vroeger in Springfield, mijn geboorteplaats, in de bioscoop heb gezeten en vooral naar de muziek heb geluisterd en deze in me heb opgezogen.”
Op deze manier heeft Springfield toch nog een belangrijke invloed gehad op de loopbaan van Daniel Knox. Er was namelijk weinig anders te doen. “Ik ben opgegroeid in Springfield Il. Springfield ligt 'downstate' van Chicago en ik ben naar Chicago verhuist de dag dat ik 18 was. Springfield is een stad die klein genoeg is om je gevangen te voelen en groot genoeg om er verdwaald te raken. Ik zou mijn hele leven over die jaren kunnen praten. Chicago is een raadsel voor me”, stapt Knox over naar zijn huidige woonplaats. “Ik weet niet of er hier echt een specifieke musicscene is. Ik heb geen idee of er daar een stroming is die mij wil claimen en ik claim zeker niet bij een groep te horen. Ik heb wel en fantastische tijd gehad om er te spelen en een publiek op te bouwen. Ik vind het heerlijk om op podia als 'Shubas' of 'The Hideout' op te treden.”
De basis van alles zijn toch de liedjs die Knox schrijft en op prachtige wijze de wereld in brengt. “Geen lied is hetzelfde, maar mijn favoriete liedjes komen niet in en idiote ingeving tot mij. Die verschijnen als een halve regel die me uitdaagt om daarop verder te bouwen. Mijn favoriete liedjes zijn die waar ik een begin mee maakte en dan er 10 jaar over doe om ze af te maken.”
Eerst resteren Daniel Knox en paar optredens in Amerika, dan een tour die hem in Nederland, Duitsland, Spanje, België brengt om af te sluiten in Portugal. “Mijn belangrijkste doel daarna is om 'Chasescene' – de laatste deel in mijn 'Distater Trilogy' die begon met 'Disaster en 'Evryman For himself'- in de wereld te laten uitvliegen, voor het publiek en zien wat er daarna gaat gebeuren. Ik hou er zo van om de kans te krijgen om op te treden en deze liedjes uit te voeren voor mensen en ondertussen de werel te zien.” Die kans krijgt Daniel Knox op Podium Plataan.
Daniel Knox treedt op 29 augustus op tijdens Noorderzon. Hij zal optreden op het gratis toegankelijke Podium Plataan.
GRONINGEN – Daniel Knox staat aan de vooravond van zijn Europese Tour. Deze tour brengt hem voor ëén optreden naar Nederland. Op 29 augustus staat de singersongwriter uit Chigago op Noorderzon in Groningen. Hij wordt met grote trom aangekondigd. “ Nu heeft hij een van de beste singer-songwriter albums van het jaar gemaakt getiteld Daniel Knox”, aldus de Noorderzon organisatie die Knox heeft geprogrammeerd op Podium Plataan. Het maakt nieuwsgierig naar de bebaarde Amerikaan, die we spreken terwijl hij zijn laatste Amerikaanse optredens afwerkt voor het vliegtuig hem naar Europese avonturen gaat voeren.
Eerst maar eens het album 'Daniel Knox'. Hoe zat dat en welke gedachte erachter bracht het juweeltje voort. Geen, zo blijkt. 'Vreemd genoeg hadden we geen 'grotere' gedachte, geen plan, toen we het album opnamen. Het komt voort uit de opnames van mijn volgende album "Chasescene". Ik had eigenlijk geen idee dat we aan de liedjes die overschoten, de restjes zogezegd, genoeg hadden voor nog een album. Deze liedjes die "Chasescene" niet hebben gehaald hebben we aangevuld met liedjes van de multimedia projecten "Black & Whites" en "14 15 111" dat ik vorig jaar heb gedaan met de fotograaf John Atwood, dus ook daar liggen de wortels van deze plaat.” De plaat krijgt overal een enthousiaste ontvangst. Het gaat langs Daniel Knox. “Is dat zo? Dat is leuk om te horen, ”is hij verrast. “Al zijn het maar een paar brabbelende idioten die het mooi vinden, toch ben ik daar dankbaar voor. Ik trek me eigenlijk weinig aan van de kritieken en lees ze ook niet. Er zijn niet zoveel Pauline Keals ( inmiddels overleden filmcriticus van The New Yorker red. ) in de muziekwereld waar je op kunt vertrouwen.”
Daniel Knox is een laatbloeier. War veel artiesten al vroeg een instrument oppakken luisterde Knox vooral naar muziek. “Ik groeide op terwijl ik heel veel muziek luisterde. Voornamelijk filmmuziek. Als tiener heb ik nooit geleerd een instrument te spelen. Ik heb op mijn 1ste in Chicago geleerd de piano te bespelen. Ik speelde in hotellobbies, dat was mijn leerschool. Ik weet ook niet precies hoe ik vandaar op mijn huidige muziekstijl ben gekomen. Eigenlijk wil ik dat ook niet weten, want dat neemt het mysterie weg. Ik kan wel zeggen dat het luisteren naar Al Jolson, Judy Garland, Charles Trenet en Maurice Chevalier een heel grote invloed op me heeft gehad en mij vroeg in mijn loopbaan op dit pad heeft gezet, samen met die vele uren en uren die ik vroeger in Springfield, mijn geboorteplaats, in de bioscoop heb gezeten en vooral naar de muziek heb geluisterd en deze in me heb opgezogen.”
Op deze manier heeft Springfield toch nog een belangrijke invloed gehad op de loopbaan van Daniel Knox. Er was namelijk weinig anders te doen. “Ik ben opgegroeid in Springfield Il. Springfield ligt 'downstate' van Chicago en ik ben naar Chicago verhuist de dag dat ik 18 was. Springfield is een stad die klein genoeg is om je gevangen te voelen en groot genoeg om er verdwaald te raken. Ik zou mijn hele leven over die jaren kunnen praten. Chicago is een raadsel voor me”, stapt Knox over naar zijn huidige woonplaats. “Ik weet niet of er hier echt een specifieke musicscene is. Ik heb geen idee of er daar een stroming is die mij wil claimen en ik claim zeker niet bij een groep te horen. Ik heb wel en fantastische tijd gehad om er te spelen en een publiek op te bouwen. Ik vind het heerlijk om op podia als 'Shubas' of 'The Hideout' op te treden.”
De basis van alles zijn toch de liedjs die Knox schrijft en op prachtige wijze de wereld in brengt. “Geen lied is hetzelfde, maar mijn favoriete liedjes komen niet in en idiote ingeving tot mij. Die verschijnen als een halve regel die me uitdaagt om daarop verder te bouwen. Mijn favoriete liedjes zijn die waar ik een begin mee maakte en dan er 10 jaar over doe om ze af te maken.”
Eerst resteren Daniel Knox en paar optredens in Amerika, dan een tour die hem in Nederland, Duitsland, Spanje, België brengt om af te sluiten in Portugal. “Mijn belangrijkste doel daarna is om 'Chasescene' – de laatste deel in mijn 'Distater Trilogy' die begon met 'Disaster en 'Evryman For himself'- in de wereld te laten uitvliegen, voor het publiek en zien wat er daarna gaat gebeuren. Ik hou er zo van om de kans te krijgen om op te treden en deze liedjes uit te voeren voor mensen en ondertussen de werel te zien.” Die kans krijgt Daniel Knox op Podium Plataan.
Daniel Knox treedt op 29 augustus op tijdens Noorderzon. Hij zal optreden op het gratis toegankelijke Podium Plataan.
Marianne Oldenburg van Ode to the Quiet: “Mijn ouders zongen me elke avond in slaap”
ROODEHAAN – Ode to the Quiet is een formatie die veel fans in het Noorden heeft. De formatie stond al op een aantal festivals, waaronder een meer dan geweldig optreden op Noorderzon, waar de recensent van dienst eigenlijk alleen maar kon opmerken dat het zo jammer was dat ze geen toegift hadden voor het enthousiaste publiek. Marianne Oldenburg kwam achter de Podium Plataan tent vandaan en excuseerde zich. De band had in zijn enthousiastme al het materiaal gespeeld. Vast en zeker houdt Ode to the Quiet, een jaar verder en wijzer, bij het optreden in Roodehaan op 25 juli wel een liedje achter de hand. Marianne Oldenburg gaat in op het ontstaan van de formatie die toch flink aanklopt bij de betere bands van Nederland.
Ode to the Quiet komt net terug uit Canada waar het gezelschap een toernee heeft gehad. Het begin ligt, bij Marianne Oldenburg althans bij het plezier in zingen en dat kreeg ze thuis niet met de paplepel, maar na een lekker bord met pap ingegoten.“Er werd altijd veel gezongen in huis. Mijn ouders zongen me toen ik klein was elke avond in slaap en zongen beiden in een koor waarmee ze wekelijks bij ons thuis repeteerden. Dat heeft ongetwijfeld bijgedragen aan het feit dat ik dol was op zingen als klein meisje. Rond mijn tiende begon ik met pianospelen en op mijn zestiende schreef ik mijn eerste liedje”, gaat zangeres en toetseniste Marianne Oldenburg terug naar de wortels van haar muzikale belangstelling. “Drie jaar later startte ik mijn zang-studie aan het conservatorium.”
Daar bleef het niet bij. Al snel kwam ook het spelen in bandjes aan de orde. Het bekendste was Mary had a Little Band, waarmee al succes werd geboekt en de eerste signalen voor het huidige succes duidelijk werden. “Mary Had a Little Band is dé basis voor Ode to the Quiet. Deze band richtte ik samen met Otto tijdens onze studie op. Al snel hebben we Tobias Kerkhoven erbij gevraagd en samen groeiden we naar Ode to the Quiet. De tijd met Mary Had a Little Band is dus essentieel geweest. Evert van der Waa, de bassist, is in 2014 middels een auditieronde bij ons gekomen.”
De muziek van de band wordt door Ode to the Quiet zelf betitteld als 'Stargaze'. “een mix van klassiek pianospel, soundscapes, trip-hop, drones met daarbij Western gitaarspel en postpunk basslines. Dat alles begeleidt met de stem van Marianne die reikte van de dreigende abyss tot de hoogste sterren,” staat op de website. Maar hoe schrijf je zo'n Stargaze liedje. “Een liedje kan starten met een door mij geschreven basis. Soms is er al een complete songstructuur, soms enkel een intro of een loopje. Het arrangement ontstaat altijd pas in de oefenruimte, wanneer we er met z'n vieren aan zitten. Sinds kort schrijven Tobias en ik ook samen. Dit levert weer hele andere interessante invalshoeken op. Ieder van ons heeft andere inspiratiebronnen. Dat maakt het ook zo interessant om het ontstaan van een arrangement de vrije loop te laten, zonder richtlijnen. Zo krijg je een toffe mix van van allerlei invloeden wat samen onze sound vormt. Gezamenlijke inspiratiebronnen zijn bijvoorbeeld Jon Hopkins, neo-klassieke muziek, Patrick Watson e.a.”
Vorig jaar kwam het eerste album uit en deed Ode to The Quiet veel mooie optredens in Nederland in onder andere de Popronde, Noorderzon, Festival der Aa, Eurosonic en ook al in de winterprogrammering van Roodehaan – “Wij kijken er ook enorm naar uit. De Roodehaan is een fantastische plek. Dit jaar volgt Canada als eerste buitenlandse tour en opnieuw Roodehaan. “We willen graag de grens over en zijn momenteel onze mogelijkheden daar aan het verkennen. Verder zijn we bezig met het schrijven van nieuw materiaal en gaat er zeker een tweede en derde, vierde album komen!” Aan enthousiasme ontbreekt het niet bij Ode to the Quiet, net zo min als aan klasse. Het wordt muzikaal een mooie avond aan de oever van het Reitdiep waar normaal de stilte zo gewoon is. Als eerbetoon aan die stilte Ode to the Quiet.
Ode to The Quiet speelt op 25 juli op Camping Roodehaan in Roodehaan.
ROODEHAAN – Ode to the Quiet is een formatie die veel fans in het Noorden heeft. De formatie stond al op een aantal festivals, waaronder een meer dan geweldig optreden op Noorderzon, waar de recensent van dienst eigenlijk alleen maar kon opmerken dat het zo jammer was dat ze geen toegift hadden voor het enthousiaste publiek. Marianne Oldenburg kwam achter de Podium Plataan tent vandaan en excuseerde zich. De band had in zijn enthousiastme al het materiaal gespeeld. Vast en zeker houdt Ode to the Quiet, een jaar verder en wijzer, bij het optreden in Roodehaan op 25 juli wel een liedje achter de hand. Marianne Oldenburg gaat in op het ontstaan van de formatie die toch flink aanklopt bij de betere bands van Nederland.
Ode to the Quiet komt net terug uit Canada waar het gezelschap een toernee heeft gehad. Het begin ligt, bij Marianne Oldenburg althans bij het plezier in zingen en dat kreeg ze thuis niet met de paplepel, maar na een lekker bord met pap ingegoten.“Er werd altijd veel gezongen in huis. Mijn ouders zongen me toen ik klein was elke avond in slaap en zongen beiden in een koor waarmee ze wekelijks bij ons thuis repeteerden. Dat heeft ongetwijfeld bijgedragen aan het feit dat ik dol was op zingen als klein meisje. Rond mijn tiende begon ik met pianospelen en op mijn zestiende schreef ik mijn eerste liedje”, gaat zangeres en toetseniste Marianne Oldenburg terug naar de wortels van haar muzikale belangstelling. “Drie jaar later startte ik mijn zang-studie aan het conservatorium.”
Daar bleef het niet bij. Al snel kwam ook het spelen in bandjes aan de orde. Het bekendste was Mary had a Little Band, waarmee al succes werd geboekt en de eerste signalen voor het huidige succes duidelijk werden. “Mary Had a Little Band is dé basis voor Ode to the Quiet. Deze band richtte ik samen met Otto tijdens onze studie op. Al snel hebben we Tobias Kerkhoven erbij gevraagd en samen groeiden we naar Ode to the Quiet. De tijd met Mary Had a Little Band is dus essentieel geweest. Evert van der Waa, de bassist, is in 2014 middels een auditieronde bij ons gekomen.”
De muziek van de band wordt door Ode to the Quiet zelf betitteld als 'Stargaze'. “een mix van klassiek pianospel, soundscapes, trip-hop, drones met daarbij Western gitaarspel en postpunk basslines. Dat alles begeleidt met de stem van Marianne die reikte van de dreigende abyss tot de hoogste sterren,” staat op de website. Maar hoe schrijf je zo'n Stargaze liedje. “Een liedje kan starten met een door mij geschreven basis. Soms is er al een complete songstructuur, soms enkel een intro of een loopje. Het arrangement ontstaat altijd pas in de oefenruimte, wanneer we er met z'n vieren aan zitten. Sinds kort schrijven Tobias en ik ook samen. Dit levert weer hele andere interessante invalshoeken op. Ieder van ons heeft andere inspiratiebronnen. Dat maakt het ook zo interessant om het ontstaan van een arrangement de vrije loop te laten, zonder richtlijnen. Zo krijg je een toffe mix van van allerlei invloeden wat samen onze sound vormt. Gezamenlijke inspiratiebronnen zijn bijvoorbeeld Jon Hopkins, neo-klassieke muziek, Patrick Watson e.a.”
Vorig jaar kwam het eerste album uit en deed Ode to The Quiet veel mooie optredens in Nederland in onder andere de Popronde, Noorderzon, Festival der Aa, Eurosonic en ook al in de winterprogrammering van Roodehaan – “Wij kijken er ook enorm naar uit. De Roodehaan is een fantastische plek. Dit jaar volgt Canada als eerste buitenlandse tour en opnieuw Roodehaan. “We willen graag de grens over en zijn momenteel onze mogelijkheden daar aan het verkennen. Verder zijn we bezig met het schrijven van nieuw materiaal en gaat er zeker een tweede en derde, vierde album komen!” Aan enthousiasme ontbreekt het niet bij Ode to the Quiet, net zo min als aan klasse. Het wordt muzikaal een mooie avond aan de oever van het Reitdiep waar normaal de stilte zo gewoon is. Als eerbetoon aan die stilte Ode to the Quiet.
Ode to The Quiet speelt op 25 juli op Camping Roodehaan in Roodehaan.
Sophia Exiner van Phia: 'De kalimba dwingt me te focussen op de echt belangrijke zaken'
foto: Louisa Stickelbruck
GRONINGEN – Melodica is niet meer uit Groningen weg te denken. Vorig jaar was er een eerste succesvol Melodica festival in Groningen dat voor dit najaar wederom op het programma staat. In het kader van de Zomercafe's organiseert Vera alvast ook een Melodica avond met mooie artiesten. Hello Piedpiper die op het vorig Melodica festival de show stal. Ian Fisher een zeer interessante gast in het bijprograma van Noorderzon en ook onder andere Phia zal op 18 juli optreden in Vera. Achter Phia steekt de van oorsprong Australische Sophia Exiner samen met Josh Teicher op gitaar. Een boeiende formatie die op het Vera podium staat
Er was altijd veel muziek in huis toen ik opgroeide en mijn ouder stimuleerden me om van alles te proberen. Ik heb er in die jaren van genoten om in koren te zingen en piano te spelen, om te dansen en in musicals te staan. Het heeft mede de basis gelegt voor mijn huidige muziek. Ik heb van alles waar ik inspiratie van kreeg wat meegenomen. Van a-cappella harmoniëen, van mijn jazz achtergrond, van geweldige liedjesschrijvers als The Beatles en James Taylor en van hedendaagse klassieke composities.” Uit deze verschillende bronnen is Phia ontstaan met experimentele popmuziek.
Opvallend is het instrument dat Sophia Exiner bespeeld. Niet veel bands zullen de Kalimba, een van oorsprong Afrikaans instrument wat het beste te omschrijven is als een duimpiano als het belangrijkste instrument hebben. Phia wel. Sophia Exiner ziet veel voordelen van het instrument dat haar dwingt te focussen. “Ik vind de beperkingen van de kalimba erg inspirerend. Mijn kalimba heeft twee octaven G major. In de tijd dat ik vooral piano speelde schreef ik heel veel akkoorden in mijn muziek. De kalimba dwingt met om mijn muziek uit te kleden en me te focussen op de echt belangrijke zaken – de tekst en melodie. Ik hou daarom van dit instrument.”
Voor Sophia Exiner naar Berlijn kwam, waar ze momenteel woont en deel uitmaakt van de bloeiende en boeiende muziekscene in de Duitse metropool, groeide ze op in Melbourne. Graag vergelijkt ze beide steden die zo belangrijk waren voor haar muzikale vorming. “Ik voel me zo gelukkig dat ik in zowel Melbourne als Berlijn een periode heb kunnen wonen. Ik hou van beide steden. Melbourne waar ik opgroeide ligt toch behoorlijk geïssoleerd en heeft daarom een rijke muziekgemeenschap. Er zijn zoveel geweldige bands en songwriters in heel veel verschillende genre's. Mijn tijd in Berlijn is ook geweldig. Ik kwam hier en niemand kon me, ik moest met niks beginnen. Het is hier een grote smeltpot met allerlei verschillende nationaliteiten en artiesten die ieder proberen op hun manier hun weg te vinden.”
Melodica is zo'n manier waarop artiesten hun weg vinden. De festivals zijn ook de plekken waar artiesten elkaar ontmoeten. Al dan niet tijdelijke samenwerkingen aangaan, tips delen en omdat Melodica altijd wordt georganiseerd door artiesten nodigen ze elkaar ook uit op Melodica festivals in andere steden en landen. Melodica vond zijn oorsprong in Australië en daar kwam ook Sophia Exiner met het verschijnsel in aanmerking. “Ik ontmoette Pete Uhlenbruch, de oprichter van Melodica, in Melbourne vlak voor ik verhuisde naar Europa. Hij nodigde me uit om te komen spelen op Melodica Melbourne, maar ik had mijn ticket naar Berlijn al geboekt en moest daarom bedanken. Hij wees me op Melodica Reykjavik en vertelde me dat ik maar even contact op moest nemen met de organisatie. En zo rolde het verder. Ik heb nu op verschillende Melodica festivals gespeeld en daar zoveel contacten op gedaan in de niet-mainstream 'grassroots' cultuur. Ik heb geweldige vrienden leren kennen via Melodica.”
Een ander opvallend aspect is de inzet van Sophia Exiner in de strijd tegen polio. Haar muziek is gebruikt door 'Touched by Polio' Een organisatie die zich inzet om de ziekte polio de wereld uit te krijgen en de slachtoffers van deze ziekte te helpen. Het blijkt dat Exiner een heel persoonlijke reden heeft om zich juist hiervoor in te zetten. Haar moeder overleefde polio. “Ik ben de dochter van een overlevende van polio en dat heeft me bewust gemaakt hoe recent het eigenlijk is dat we deze ziektes kunnen uitroeien en hoe waakzaam we moeten zijn door inentingen dat deze vreselijke ziekte nooit weer terug komt.”
We eindigen weer bij de muziek. Phia bracht vorig jaar de EP 'Do You Ever' uit. De muziek van het duo werd uitstekend ontvangen. Dat bleek de opzet naar een volledig album die binnenkort moet verschijnen. “Ik heb recent met succes een crowdfundingcampagne afgerond om een compleet debuut album uit te brengen. Nieuwe liedjes komen eraan”, eindigt Sophia Exiner van Phia met een blik in de toekomst. Wellicht dat Phia in Groningen al wat van dit nieuwe werk laat horen op het Vera Zomercafe Melodica festival
Phia staat met verschillende andere artiesten in Groningen op het Melodica festival in het Zomercafé van Vera op 18 juli.
foto: Louisa Stickelbruck
GRONINGEN – Melodica is niet meer uit Groningen weg te denken. Vorig jaar was er een eerste succesvol Melodica festival in Groningen dat voor dit najaar wederom op het programma staat. In het kader van de Zomercafe's organiseert Vera alvast ook een Melodica avond met mooie artiesten. Hello Piedpiper die op het vorig Melodica festival de show stal. Ian Fisher een zeer interessante gast in het bijprograma van Noorderzon en ook onder andere Phia zal op 18 juli optreden in Vera. Achter Phia steekt de van oorsprong Australische Sophia Exiner samen met Josh Teicher op gitaar. Een boeiende formatie die op het Vera podium staat
Er was altijd veel muziek in huis toen ik opgroeide en mijn ouder stimuleerden me om van alles te proberen. Ik heb er in die jaren van genoten om in koren te zingen en piano te spelen, om te dansen en in musicals te staan. Het heeft mede de basis gelegt voor mijn huidige muziek. Ik heb van alles waar ik inspiratie van kreeg wat meegenomen. Van a-cappella harmoniëen, van mijn jazz achtergrond, van geweldige liedjesschrijvers als The Beatles en James Taylor en van hedendaagse klassieke composities.” Uit deze verschillende bronnen is Phia ontstaan met experimentele popmuziek.
Opvallend is het instrument dat Sophia Exiner bespeeld. Niet veel bands zullen de Kalimba, een van oorsprong Afrikaans instrument wat het beste te omschrijven is als een duimpiano als het belangrijkste instrument hebben. Phia wel. Sophia Exiner ziet veel voordelen van het instrument dat haar dwingt te focussen. “Ik vind de beperkingen van de kalimba erg inspirerend. Mijn kalimba heeft twee octaven G major. In de tijd dat ik vooral piano speelde schreef ik heel veel akkoorden in mijn muziek. De kalimba dwingt met om mijn muziek uit te kleden en me te focussen op de echt belangrijke zaken – de tekst en melodie. Ik hou daarom van dit instrument.”
Voor Sophia Exiner naar Berlijn kwam, waar ze momenteel woont en deel uitmaakt van de bloeiende en boeiende muziekscene in de Duitse metropool, groeide ze op in Melbourne. Graag vergelijkt ze beide steden die zo belangrijk waren voor haar muzikale vorming. “Ik voel me zo gelukkig dat ik in zowel Melbourne als Berlijn een periode heb kunnen wonen. Ik hou van beide steden. Melbourne waar ik opgroeide ligt toch behoorlijk geïssoleerd en heeft daarom een rijke muziekgemeenschap. Er zijn zoveel geweldige bands en songwriters in heel veel verschillende genre's. Mijn tijd in Berlijn is ook geweldig. Ik kwam hier en niemand kon me, ik moest met niks beginnen. Het is hier een grote smeltpot met allerlei verschillende nationaliteiten en artiesten die ieder proberen op hun manier hun weg te vinden.”
Melodica is zo'n manier waarop artiesten hun weg vinden. De festivals zijn ook de plekken waar artiesten elkaar ontmoeten. Al dan niet tijdelijke samenwerkingen aangaan, tips delen en omdat Melodica altijd wordt georganiseerd door artiesten nodigen ze elkaar ook uit op Melodica festivals in andere steden en landen. Melodica vond zijn oorsprong in Australië en daar kwam ook Sophia Exiner met het verschijnsel in aanmerking. “Ik ontmoette Pete Uhlenbruch, de oprichter van Melodica, in Melbourne vlak voor ik verhuisde naar Europa. Hij nodigde me uit om te komen spelen op Melodica Melbourne, maar ik had mijn ticket naar Berlijn al geboekt en moest daarom bedanken. Hij wees me op Melodica Reykjavik en vertelde me dat ik maar even contact op moest nemen met de organisatie. En zo rolde het verder. Ik heb nu op verschillende Melodica festivals gespeeld en daar zoveel contacten op gedaan in de niet-mainstream 'grassroots' cultuur. Ik heb geweldige vrienden leren kennen via Melodica.”
Een ander opvallend aspect is de inzet van Sophia Exiner in de strijd tegen polio. Haar muziek is gebruikt door 'Touched by Polio' Een organisatie die zich inzet om de ziekte polio de wereld uit te krijgen en de slachtoffers van deze ziekte te helpen. Het blijkt dat Exiner een heel persoonlijke reden heeft om zich juist hiervoor in te zetten. Haar moeder overleefde polio. “Ik ben de dochter van een overlevende van polio en dat heeft me bewust gemaakt hoe recent het eigenlijk is dat we deze ziektes kunnen uitroeien en hoe waakzaam we moeten zijn door inentingen dat deze vreselijke ziekte nooit weer terug komt.”
We eindigen weer bij de muziek. Phia bracht vorig jaar de EP 'Do You Ever' uit. De muziek van het duo werd uitstekend ontvangen. Dat bleek de opzet naar een volledig album die binnenkort moet verschijnen. “Ik heb recent met succes een crowdfundingcampagne afgerond om een compleet debuut album uit te brengen. Nieuwe liedjes komen eraan”, eindigt Sophia Exiner van Phia met een blik in de toekomst. Wellicht dat Phia in Groningen al wat van dit nieuwe werk laat horen op het Vera Zomercafe Melodica festival
Phia staat met verschillende andere artiesten in Groningen op het Melodica festival in het Zomercafé van Vera op 18 juli.
Bart de Win van Tip Jar: Te braaf is soms te nietszeggend, te eager is gewoon irritant
STEENDAM – Naast Art Carnivale is er komend weekend nog een cultuur hotspot in Steendam. Is het festival één weekend in het jaar, op het podium van Peter en Leni staan wekelijks op vrijdagavond boeiende artiesten. Eerder al trad Tip Jar er op en in het kader van Art Carnivale komen Bart de Win en Arianne Knegt terug op vrijdag 17 juli voor een gratis toegankelijk concert. Daarmee verschijnen twee gelouterde en invloedrijke musici op het toneel. Bart de Win vertelt in het Brabantse Neunen alles over zijn loopbaan en Tip Jar.
Bart de Win is conservatorium geschoold als jazzpianist. Een degelijke ondergrond voor een muzikale loopbaan. “Ik heb via keurige klassieke pianolessen op een muziekschool mijn instrument leren kennen”, gaat de Brabander terug naar zijn vroegste jeugd. “Mijn docent werd wel gek van alles wat ik erbij verzon, maar ze vond het ook leuk en kennelijk muzikaal. Via een jazzpianist die daar ook werkte werd opeens het conservatorium haalbaar. Met mijn ‘vrije’ opvatting over klassieke muziek was dat tot dan toe geen optie. Ik heb nooit overwogen om een ander pad te kiezen. Geen idee waarom eigenlijk. Ik had maar één kick en dat was muziek. Ik speelde gewoon in een schoolbandje en kwam wat mensen tegen die buiten die omgeving popmuziek maakten én jazz. Ik was zo’n beetje de enige die akkoorden kon lezen en via die weg ben ik de jazzkant opgeduwd. Daarbij komt dat improvisatie sowieso de ruggengraat van de jazz is. Als je toen naar een conservatorium ging studeerde je jazz of klassiek. Binnen de jazz heb je echter zoveel stijlen
en invalshoeken dat je altijd aanknopingspunten vindt. Inmiddels is het conservatoriumaanbod diverser.'
Met Tip Jar heeft De Win de specifieke jazzkant duidelijk losgelaten. Al veel eerder in zijn loopban was dat het geval. Via diverse formaties staat nu zijn muzikale loopbaan veel meer in het teken van de folk en Americana. Een muziek stijl die hem zeer aanspreekt. “De stemmen, de schijnbare eenvoud, de zeggingskracht van de teksten, de algehele ongepolijste sound – commerciële Nashville country vind ik over het algemeen minder prettig hoewel het toch Americana genoemd wordt – , de improvisatie, zoals bijvoorbeeld in blue grass en de no nonsense vibe die er omheen hangt. Verder is er in mijn jeugd veel countrymuziek gedraaid dus eigenlijk ben ik er mee opgegroeid. Mijn ouders luisterden naar Johnny Cash, Don Williams en Jim Reeves. JJ Cale volgde al snel toen ik en mijn broers zelf platen gingen kopen. Don Mclean was een idool toen ik jong was. Mijn moeder was erg gecharmeerd van John Fogerty. Ga zo maar door.”
Na het conservatorium volgen de eerste schreden op het professionele muzikale pad. Eén van de mensen die een belangrijke rol speelt in die jaren is Gerard van Maasakkers en zijn Vaste Mannen band waar Bart de Win in terecht komt als vaste man op de toetsen. “Ik heb van alles gedaan maar de vijftien jaar bij Gerard van Maasakkers’ Vaste Mannen hebben me ongetwijfeld geleerd hoe een liedje, hoe simpel ook, een zaal in vervoering kan brengen. De band waarmee ik toen speelde heb ik gevraagd om mijn liedjes vorm te geven. Dat kwam maar mondjesmaat van de grond, mede door te vage plannen. Arianne Knegt en ik zijn nu 10 jaar samen. Toen ze ontdekte dat ik schreef en niet precies wist wat ik met mijn repertoire aan moest vangen pakte ze de koe bij de hoorns. Sindsdien ben ik drie soloplaten verder en gaan we elk jaar naar de VS om onze inmiddels dikke vriendenkring in Texas op te zoeken en er te spelen. We organiseren ook jaarlijks een Nederlandse toer met een delegatie van de Mystiqueros. Walt Wilkins is het middelpunt van die band. Walt is een ongelooflijk integer mens en een exponent van alles wat ik mooi vind aan Americana. Een vriend dus. Arianne heeft me in feite geleerd om mogelijkheden te zien en te pakken. Zij boekte plompverloren vliegtickets en studiotijd om in Texas een plaat op te nemen met Walt. De rest is geschiedenis. De drie soloplaten bevatten alledrie een duet met Arianne. De reacties daarop waren dermate positief dat het logisch leek een project rond ons tweetjes te organiseren. Een jaar geleden is daar de Tip Jar cd ‘Back Porch’ uit gerold. Het feit dat ik met mijn band ‘The Simple Life’ weinig kon spelen in de volledige bezetting zorgde ervoor dat ik meestal met Arianne als backing vocalist en één extra muzikant op pad was. Dat leek al erg op het 'duo + 1' concept. Ik ben toen specifiek gaan schrijven voor onze stemmen en heb me op de gitaar gestort. Piano is te gek maar past nu eenmaal iets minder in de stijl. Inmiddels spelen we meestal met z’n tweeën met mij op gitaar en soms piano, Arianne zingt en het is aan mij om haar te stimuleren zoveel mogelijk snaarinstrumenten te leren spelen. Inmiddels vindt ze haar weg op gitaar en ukulele. De vuurdoop op het podium volgt snel is de planning. De liedjes komen meestal uit mijn koker maar ik vraag continu feedback aan Arianne, laat soms thema’s horen en vraag haar te vertellen waar ze aan denkt als ze de muziek hoort. Daar destilleer ik een aanknopingspunt uit en brei vervolgens verder aan de tekst. Zij redigeert weer als ik genoeg of teveel heb. Naast dat we vaak samen aan een tekst of melodie van mij zitten te schaven, schrijft Arianne ook zelf materiaal, alleen nog niet zoveel. Ze is van plan die kant van haarzelf meer te gaan ontwikkelen. Op Tip Jar's debuut is één nummer volledig door haar geschreven; dat wordt misschien meer op de volgende albums.
Back Porch is nu enige tijd uit. Het blijkt dat een opvolger van het Americana album aanstaande is. Wederom was het Arianne Knegt die de Win voor het blok zette. “De studio is geboekt eind augustus. Dat is weer Arianne’s idee. Ik kan drie jaar schaven aan liedjes; zij wil gewoon produceren en ‘on the fly’ beslissen welke kant het opgaat. Ik heb een liedje of zes klaar, dus ga flink aan de slag de komende weken. Ik geef les op drie muziekinstituten en ben blij dat dat even gestopt is in de zomer. De vakantieperiode geeft rust en tijd om nieuwe melodielijntjes te vinden en te mijmeren over teksten. We zijn in die periode veel samen en kunnen dingen dus meteen uitproberen.”
Naast Tip Jar heeft Bart de Win ook andere projecten. Het begeleiden van buitenlandse artiesten tijdens een Nederlandse tournee bijvoorbeeld. Onlangs stond hij met de Zweed Richard Lindgren op de planken en daarmee is ook voor het voorjaar alweer een afspraak gemaakt. Leerzame ervaringen stelt De Win. “Ik ben denk ik in de wieg gelegd om te begeleiden. Ik vind solo-, en frontmanwerk fantastisch, maar ik merk dat ik daarnaast in m’n element ben als ik solisten een platform geef of een bijdrage lever aan de totaalsound. Richard was wat dat betreft mijn recentste kunstje en dat was verrassend inspirerend. Een Zweedse Americana-ster had ik niet op mijn bucketlist staan, maar ik was zeer onder de indruk. Hij gelukkig ook van mij dus we gaan verder. In februari 2016 staat hij geboekt in de Amer in Amen. De samenwerking met songwriters is uiteraard ook leerzaam voor mij. Hoe schrijf je? Hoe breng je je songs live? Ik vind dat erg mooi en interessant. Mijn opleiding helpt me om snel aan te pikken. Over het algemeen vind ik altijd wel een manier om mijn eigen ding toe te voegen. De kunst is om dat niet te braaf te doen, zonder meteen op de voorgrond te willen treden. Te braaf is soms te nietszeggend, te eager is gewoon irritant. Ik heb op het conservatorium van Rotterdam ruim tien jaar zanglessen begeleid achter de vleugel. Elke week de hele dag nieuwe stukken lezen en spelen. Dan leer je je wel aanpassen én je leert hoe je solisten op hun gemak kunt stellen en als het even kan beter kunt laten functioneren. Ik denk dat dat de basis voor mijn spel is geworden. Als ik met de Birds of Chicago speel varieert de muziek van klein en fijnzinnig tot dansbaar stampen. Met Walt Wilkins is het nog diverser voor mij, omdat hij er veel plezier in heeft om mij solistisch de ruimte te geven. In feite is hij als een soort jazzmuzikant omdat zijn songs elke dag anders klinken. Het moment bepaalt. Als ik met de hele band speel in Texas gaat het soms werkelijk alle kanten op en kan een liedje opeens tien minuten duren omdat de sfeer daar nu eenmaal om vraagt. We hebben soms met z’n allen op het podium als kleuters staan lachen en huilen tegelijk omdat we ons realiseerden dat de net gespeelde versie van ‘Poetry’, ik noem er maar eens een, nooit meer zo gespeeld zou gaan worden. Publiek uit z’n dak. Wij ook. Onbeschrijfelijk mooie ervaringen zijn dat. Met Tip Jar zitten we in een kleinere setting en merk je steeds vaker dat mensen gepakt worden door onze liedjes. Dan is het contact met het publiek intens. Daar doe ik het eigenlijk voor. Contact maken. Dat is het belangrijkste. De speelsituatie is uiteraard niet altijd zodanig dat er een luisterpubliek is. Op een festival waar iedereen maar rondwandelt komen we minder goed tot ons recht. Dan spelen we liever met vier of vijf man. De boost die dat geeft is erg prettig en geeft bodem aan het geluidsbeeld. De cd is dan ook opgenomen met bas en viool, naast de piano en gitaar en twee of drie stemmen.”
Bart de Win kijkt verder dan alleen muzikant zijn. Naast opleider is hij ook programmeur. De compleet andere kant van de medaille en ook een boeiende inkijk voor hem in wat normaliter tegenover hem zit. “Ik programmeer in Eindhoven een eigen serie in Grandcafé Berlage. Een cultuurminnend podium dat al dertig jaar opereert in het centrum van de stad. ‘Bart in de B’ heeft een simpel concept. Ik speel met een gast of enkele gasten en alle optredens zijn in principe ad hoc en eenmalig. Dat maakt het spannend en relevant voor publiek dat niet zit te wachten op een hapklare brok. Erg leuk om te doen. In onze huiskamer hebben we regelmatig gastmuzikanten. We mailen gewoon onze eigen huiskamerconcertenmailinglist en hopen op een leuk extraatje voor de artiest. De woensdag of donderdag is vaak leeg in hun agenda en als zo'n artiest dan een paar honderd euro mee naar huis neemt is iedereen blij. Als bonus bied ik me aan als gastspeler. Ik heb daar schik in en ik vergroot mijn netwerk. Uiteraard is Arianne de initiatiefneemster geweest van deze hobby. Ik was nog aan het nadenken over hoe en wat en zij trok Kevin Welch aan z’n mouw of ie misschien interesse had. Ik speelde mee. Het dak ging eraf. Hij is een ongelooflijk goede performer. Hij verkocht zo’n beetje aan iedereen een cd. Inmiddels zijn we vijf jaar verder en gaan we elk jaar eten bij Kevin thuis in Wimberley, Texas. Da’s toch bijzonder. Je netwerk wordt spelenderwijs uitgebreid. We gaan in principe alleen in zee met mensen die we kennen of waar we fan van zijn. Plompverloren ‘ja’ zeggen op alle verzoeken werkt niet. Ik moet ‘iets’ hebben met de artiest anders gebeurt er niet zoveel spannends tijdens het concert. Het feit dat ik meespeel maakt de huiskamerconcerten uniek. Dan is een klik noodzakelijk. We waren al jaren fan van Po’ Girl en JT & the clouds. Toen Allison Russell van Po’ Girl en JT samen een duo begonnen vroeg Lucky Dice Music of we een huiskamerconcert wilden doen. We konden het eerst niet geloven. Jaren daarvoor zagen we Po’ Girl mét JT op Blue Highways. We waren kompleet verkocht en schaften alles aan wat er te vinden was van die gasten. Inmiddels zijn we bevriend en speel ik alweer jaren de Nederlandse en Engelse tours mee. Arianne heeft zich de afgelopen jaren ontpopt tot een ervaren toermanager en merchandise girl. Dus we kunnen die dingen ook samen doen. Soms doet Tip Jar dan weer een voorprogramma. En... onward, zoals Walt Wilkins pleegt te schrijven”, lacht Bart de Win. Onwards naar Steendam, de studio, nieuwe muzikale gasten thuis en de bevestiging van vriendschappen geboren op of achter het podium in Nederland of Texas.
Tip Jar speelt in Peter en Leni op vrijdagavond 17 juli. Het concert is gratis toegankelijk.
STEENDAM – Naast Art Carnivale is er komend weekend nog een cultuur hotspot in Steendam. Is het festival één weekend in het jaar, op het podium van Peter en Leni staan wekelijks op vrijdagavond boeiende artiesten. Eerder al trad Tip Jar er op en in het kader van Art Carnivale komen Bart de Win en Arianne Knegt terug op vrijdag 17 juli voor een gratis toegankelijk concert. Daarmee verschijnen twee gelouterde en invloedrijke musici op het toneel. Bart de Win vertelt in het Brabantse Neunen alles over zijn loopbaan en Tip Jar.
Bart de Win is conservatorium geschoold als jazzpianist. Een degelijke ondergrond voor een muzikale loopbaan. “Ik heb via keurige klassieke pianolessen op een muziekschool mijn instrument leren kennen”, gaat de Brabander terug naar zijn vroegste jeugd. “Mijn docent werd wel gek van alles wat ik erbij verzon, maar ze vond het ook leuk en kennelijk muzikaal. Via een jazzpianist die daar ook werkte werd opeens het conservatorium haalbaar. Met mijn ‘vrije’ opvatting over klassieke muziek was dat tot dan toe geen optie. Ik heb nooit overwogen om een ander pad te kiezen. Geen idee waarom eigenlijk. Ik had maar één kick en dat was muziek. Ik speelde gewoon in een schoolbandje en kwam wat mensen tegen die buiten die omgeving popmuziek maakten én jazz. Ik was zo’n beetje de enige die akkoorden kon lezen en via die weg ben ik de jazzkant opgeduwd. Daarbij komt dat improvisatie sowieso de ruggengraat van de jazz is. Als je toen naar een conservatorium ging studeerde je jazz of klassiek. Binnen de jazz heb je echter zoveel stijlen
en invalshoeken dat je altijd aanknopingspunten vindt. Inmiddels is het conservatoriumaanbod diverser.'
Met Tip Jar heeft De Win de specifieke jazzkant duidelijk losgelaten. Al veel eerder in zijn loopban was dat het geval. Via diverse formaties staat nu zijn muzikale loopbaan veel meer in het teken van de folk en Americana. Een muziek stijl die hem zeer aanspreekt. “De stemmen, de schijnbare eenvoud, de zeggingskracht van de teksten, de algehele ongepolijste sound – commerciële Nashville country vind ik over het algemeen minder prettig hoewel het toch Americana genoemd wordt – , de improvisatie, zoals bijvoorbeeld in blue grass en de no nonsense vibe die er omheen hangt. Verder is er in mijn jeugd veel countrymuziek gedraaid dus eigenlijk ben ik er mee opgegroeid. Mijn ouders luisterden naar Johnny Cash, Don Williams en Jim Reeves. JJ Cale volgde al snel toen ik en mijn broers zelf platen gingen kopen. Don Mclean was een idool toen ik jong was. Mijn moeder was erg gecharmeerd van John Fogerty. Ga zo maar door.”
Na het conservatorium volgen de eerste schreden op het professionele muzikale pad. Eén van de mensen die een belangrijke rol speelt in die jaren is Gerard van Maasakkers en zijn Vaste Mannen band waar Bart de Win in terecht komt als vaste man op de toetsen. “Ik heb van alles gedaan maar de vijftien jaar bij Gerard van Maasakkers’ Vaste Mannen hebben me ongetwijfeld geleerd hoe een liedje, hoe simpel ook, een zaal in vervoering kan brengen. De band waarmee ik toen speelde heb ik gevraagd om mijn liedjes vorm te geven. Dat kwam maar mondjesmaat van de grond, mede door te vage plannen. Arianne Knegt en ik zijn nu 10 jaar samen. Toen ze ontdekte dat ik schreef en niet precies wist wat ik met mijn repertoire aan moest vangen pakte ze de koe bij de hoorns. Sindsdien ben ik drie soloplaten verder en gaan we elk jaar naar de VS om onze inmiddels dikke vriendenkring in Texas op te zoeken en er te spelen. We organiseren ook jaarlijks een Nederlandse toer met een delegatie van de Mystiqueros. Walt Wilkins is het middelpunt van die band. Walt is een ongelooflijk integer mens en een exponent van alles wat ik mooi vind aan Americana. Een vriend dus. Arianne heeft me in feite geleerd om mogelijkheden te zien en te pakken. Zij boekte plompverloren vliegtickets en studiotijd om in Texas een plaat op te nemen met Walt. De rest is geschiedenis. De drie soloplaten bevatten alledrie een duet met Arianne. De reacties daarop waren dermate positief dat het logisch leek een project rond ons tweetjes te organiseren. Een jaar geleden is daar de Tip Jar cd ‘Back Porch’ uit gerold. Het feit dat ik met mijn band ‘The Simple Life’ weinig kon spelen in de volledige bezetting zorgde ervoor dat ik meestal met Arianne als backing vocalist en één extra muzikant op pad was. Dat leek al erg op het 'duo + 1' concept. Ik ben toen specifiek gaan schrijven voor onze stemmen en heb me op de gitaar gestort. Piano is te gek maar past nu eenmaal iets minder in de stijl. Inmiddels spelen we meestal met z’n tweeën met mij op gitaar en soms piano, Arianne zingt en het is aan mij om haar te stimuleren zoveel mogelijk snaarinstrumenten te leren spelen. Inmiddels vindt ze haar weg op gitaar en ukulele. De vuurdoop op het podium volgt snel is de planning. De liedjes komen meestal uit mijn koker maar ik vraag continu feedback aan Arianne, laat soms thema’s horen en vraag haar te vertellen waar ze aan denkt als ze de muziek hoort. Daar destilleer ik een aanknopingspunt uit en brei vervolgens verder aan de tekst. Zij redigeert weer als ik genoeg of teveel heb. Naast dat we vaak samen aan een tekst of melodie van mij zitten te schaven, schrijft Arianne ook zelf materiaal, alleen nog niet zoveel. Ze is van plan die kant van haarzelf meer te gaan ontwikkelen. Op Tip Jar's debuut is één nummer volledig door haar geschreven; dat wordt misschien meer op de volgende albums.
Back Porch is nu enige tijd uit. Het blijkt dat een opvolger van het Americana album aanstaande is. Wederom was het Arianne Knegt die de Win voor het blok zette. “De studio is geboekt eind augustus. Dat is weer Arianne’s idee. Ik kan drie jaar schaven aan liedjes; zij wil gewoon produceren en ‘on the fly’ beslissen welke kant het opgaat. Ik heb een liedje of zes klaar, dus ga flink aan de slag de komende weken. Ik geef les op drie muziekinstituten en ben blij dat dat even gestopt is in de zomer. De vakantieperiode geeft rust en tijd om nieuwe melodielijntjes te vinden en te mijmeren over teksten. We zijn in die periode veel samen en kunnen dingen dus meteen uitproberen.”
Naast Tip Jar heeft Bart de Win ook andere projecten. Het begeleiden van buitenlandse artiesten tijdens een Nederlandse tournee bijvoorbeeld. Onlangs stond hij met de Zweed Richard Lindgren op de planken en daarmee is ook voor het voorjaar alweer een afspraak gemaakt. Leerzame ervaringen stelt De Win. “Ik ben denk ik in de wieg gelegd om te begeleiden. Ik vind solo-, en frontmanwerk fantastisch, maar ik merk dat ik daarnaast in m’n element ben als ik solisten een platform geef of een bijdrage lever aan de totaalsound. Richard was wat dat betreft mijn recentste kunstje en dat was verrassend inspirerend. Een Zweedse Americana-ster had ik niet op mijn bucketlist staan, maar ik was zeer onder de indruk. Hij gelukkig ook van mij dus we gaan verder. In februari 2016 staat hij geboekt in de Amer in Amen. De samenwerking met songwriters is uiteraard ook leerzaam voor mij. Hoe schrijf je? Hoe breng je je songs live? Ik vind dat erg mooi en interessant. Mijn opleiding helpt me om snel aan te pikken. Over het algemeen vind ik altijd wel een manier om mijn eigen ding toe te voegen. De kunst is om dat niet te braaf te doen, zonder meteen op de voorgrond te willen treden. Te braaf is soms te nietszeggend, te eager is gewoon irritant. Ik heb op het conservatorium van Rotterdam ruim tien jaar zanglessen begeleid achter de vleugel. Elke week de hele dag nieuwe stukken lezen en spelen. Dan leer je je wel aanpassen én je leert hoe je solisten op hun gemak kunt stellen en als het even kan beter kunt laten functioneren. Ik denk dat dat de basis voor mijn spel is geworden. Als ik met de Birds of Chicago speel varieert de muziek van klein en fijnzinnig tot dansbaar stampen. Met Walt Wilkins is het nog diverser voor mij, omdat hij er veel plezier in heeft om mij solistisch de ruimte te geven. In feite is hij als een soort jazzmuzikant omdat zijn songs elke dag anders klinken. Het moment bepaalt. Als ik met de hele band speel in Texas gaat het soms werkelijk alle kanten op en kan een liedje opeens tien minuten duren omdat de sfeer daar nu eenmaal om vraagt. We hebben soms met z’n allen op het podium als kleuters staan lachen en huilen tegelijk omdat we ons realiseerden dat de net gespeelde versie van ‘Poetry’, ik noem er maar eens een, nooit meer zo gespeeld zou gaan worden. Publiek uit z’n dak. Wij ook. Onbeschrijfelijk mooie ervaringen zijn dat. Met Tip Jar zitten we in een kleinere setting en merk je steeds vaker dat mensen gepakt worden door onze liedjes. Dan is het contact met het publiek intens. Daar doe ik het eigenlijk voor. Contact maken. Dat is het belangrijkste. De speelsituatie is uiteraard niet altijd zodanig dat er een luisterpubliek is. Op een festival waar iedereen maar rondwandelt komen we minder goed tot ons recht. Dan spelen we liever met vier of vijf man. De boost die dat geeft is erg prettig en geeft bodem aan het geluidsbeeld. De cd is dan ook opgenomen met bas en viool, naast de piano en gitaar en twee of drie stemmen.”
Bart de Win kijkt verder dan alleen muzikant zijn. Naast opleider is hij ook programmeur. De compleet andere kant van de medaille en ook een boeiende inkijk voor hem in wat normaliter tegenover hem zit. “Ik programmeer in Eindhoven een eigen serie in Grandcafé Berlage. Een cultuurminnend podium dat al dertig jaar opereert in het centrum van de stad. ‘Bart in de B’ heeft een simpel concept. Ik speel met een gast of enkele gasten en alle optredens zijn in principe ad hoc en eenmalig. Dat maakt het spannend en relevant voor publiek dat niet zit te wachten op een hapklare brok. Erg leuk om te doen. In onze huiskamer hebben we regelmatig gastmuzikanten. We mailen gewoon onze eigen huiskamerconcertenmailinglist en hopen op een leuk extraatje voor de artiest. De woensdag of donderdag is vaak leeg in hun agenda en als zo'n artiest dan een paar honderd euro mee naar huis neemt is iedereen blij. Als bonus bied ik me aan als gastspeler. Ik heb daar schik in en ik vergroot mijn netwerk. Uiteraard is Arianne de initiatiefneemster geweest van deze hobby. Ik was nog aan het nadenken over hoe en wat en zij trok Kevin Welch aan z’n mouw of ie misschien interesse had. Ik speelde mee. Het dak ging eraf. Hij is een ongelooflijk goede performer. Hij verkocht zo’n beetje aan iedereen een cd. Inmiddels zijn we vijf jaar verder en gaan we elk jaar eten bij Kevin thuis in Wimberley, Texas. Da’s toch bijzonder. Je netwerk wordt spelenderwijs uitgebreid. We gaan in principe alleen in zee met mensen die we kennen of waar we fan van zijn. Plompverloren ‘ja’ zeggen op alle verzoeken werkt niet. Ik moet ‘iets’ hebben met de artiest anders gebeurt er niet zoveel spannends tijdens het concert. Het feit dat ik meespeel maakt de huiskamerconcerten uniek. Dan is een klik noodzakelijk. We waren al jaren fan van Po’ Girl en JT & the clouds. Toen Allison Russell van Po’ Girl en JT samen een duo begonnen vroeg Lucky Dice Music of we een huiskamerconcert wilden doen. We konden het eerst niet geloven. Jaren daarvoor zagen we Po’ Girl mét JT op Blue Highways. We waren kompleet verkocht en schaften alles aan wat er te vinden was van die gasten. Inmiddels zijn we bevriend en speel ik alweer jaren de Nederlandse en Engelse tours mee. Arianne heeft zich de afgelopen jaren ontpopt tot een ervaren toermanager en merchandise girl. Dus we kunnen die dingen ook samen doen. Soms doet Tip Jar dan weer een voorprogramma. En... onward, zoals Walt Wilkins pleegt te schrijven”, lacht Bart de Win. Onwards naar Steendam, de studio, nieuwe muzikale gasten thuis en de bevestiging van vriendschappen geboren op of achter het podium in Nederland of Texas.
Tip Jar speelt in Peter en Leni op vrijdagavond 17 juli. Het concert is gratis toegankelijk.
Danny Schmidt: “Mijn vrienden schopten me vriendelijk het podium op”
Foto: Rodney Bursiel
AUSTIN – Resultaten uit het verleden geven geen garantie voor toekomstige concerten, maar veel muziekliefhebbers kijken reikhalzend uit naar Danny Schmidt die in september een aantal concerten zal geven in het Noorden. De man uit Austin Texas staat onder andere op Take Root, in VanSlag/RootsontheRoad en op het Muziekpodium Bakkeveen. Tijdens deze concerten staat hij op het podium met zijn vrouw Carrie Elkin die op haar beurt nog niet zolang geleden indruk maakte met Sam Baker in De Oosterpoort in Groningen. In Austin gaat Schmidt in op zijn onverwachte muzikale loopbaan en hoe is het om met zijn vrouw een duo te vormen.
“Ik heb me nooit voorgenomen om dit vak te kiezen”, vertelt Schmidt thuis in Austin. “Zelfs als kind heb ik daar nooit over gefantaseerd. Ik hield van muziek toen ik opgroeide, maar was heel erg een muzikant in de kast, zonder plannen om daar uit te komen. Het was pas toen ik een twintiger was dat ik echt mijn eigen liedjes ging schrijven, uiteraard om indruk te maken op een meisje. Mijn vrienden schopten me toen vriendelijk het podium op en waren de reden dat ik ging optreden voor een publiek en het groeide van daar uit verder.”
Zijn optreden op Take Root in De Oosterpoort geeft al aan dat Schmidt in de hoek van de Americana/Folk geplaatst moet worden. Een hoek waar hij zich ook uitermate muzikaal thuisvoelt. “Ik heb altijd gehouden van die organische klanken in folk en Americana. Ik vind dat akoestische instrumenten zo rijk en weldadig voor het oor klinken. Deze roots stijlen laten veel ruimte in de lyrics, de verhalen en vertelsels en de ideëen om ze door de muziek heen te laten bloeien. Ik heb me altijd aangetrokken gevoeld door liedjes die ook wat belangrijks te vertellen hebben. In de folk en America is er ruimte voor dat soort zaken tijdens een show.”
Liedjes met een boodschap, een belangrijk boodschap. Wat zijn dan de verhalen die Schmidt zelf te vertelen heeft? Hij krijgt veel lof voor zijn liedjes, maar hoe komt dat tot stand. “Elk onderwerp is geschikt om een liedje over te schrijven” zegt Danny Schmidt met nadruk. “Sommige onderwerpen zijn minder eenvoudig om daar een aansprekend lied over te schrijven dan anderen, maar ik denk dat het hele spectrum van menselijke ervaringen vruchtbare grond is voor inzichten en observaties. Als ik naar mijn eigen liedjes kijk, die komen nogal organisch tot stand. Het begint met een klein zaadje dat is gepland. Een snipper van een regel of melodie.....”, denkt Schmidt even na, 'die ineens in me opkomt vanuit het niets. Ik weet dan nog absoluut niet wat het betekend of waar het naar toe zal gaan. Als het een zaadje is dat mijn interesse wekt, dan plant ik het en zorg er voor en kijk wat voor associaties het bij mij oproept. Soms wordt het dan groter en groter. Het is erg een associatief proces voor mij, waar ik zoveel mogelijk van mijn hersens laat openstaan voor suggesties van buitenaf en de andere helft bezig is als redacteur en analyticus en associaties accepteert of verwerpt die mijn andere hersenhelft aanbrengt. Ik ben net zo opgewonden en verrast waar mijn liedjes heen gaan, als ik dat ben met andermans liedjes als ik ze voor het eerst hoor. Mensen denken vaak dat songwriters al een voorgevormd compleet idee vooraf hebben van wat een liedje moet wordenen dat je er alleen nog maar even de juiste woorden bij moet vinden om het goed uit te drukken, maar in mijn ervaring is het meer het trekken van losse draden uit het tapijt en kijken wat je daar mee kunt weven.”
De reputatie van Austin Texas als de live muziek stad van Amerika, misschien zelfs wel van de wereld is enorm. Danny Schmidt groeide met zijn neus in de boter op. Hij werd geboren in de Texaanse stad en woont er nog steeds. Al die invloeden nam hij in zich op. “Austin is een erg inspirerende stas om in op te groeien. De muzikale samenwerkingen – punk, rock met country, tejano met blues enzovoort – leken wel een natuurlijk verlengstuk van het algemene gevoel van gemeenschapszin en medegevoel dat er altijd in de stad al was. Veel verschillende soorten mensen kwamen bij een en mixten zich in een erg vriendelijke, relaxte en respectvolle manier. Overal waar mensen met verschillende achtergronden zich vermaken in elkaars gezelschap zie je dat ook muzkale erfenissen zich gaan vermengen. Vanuit het perspectief van een muziekliefhebber, zolang ik leef in deze stad, is dat een normaal onderdeel van de cultuur van Austin, net als er op uit gaan en de concerten bezoeken. Het is deel van texture van de stad. Als tiener ging wel naar drie optredens elke week. Er was zoveel geweldige muziek te beluisteren. Ik heb me in die jaren nooit gerealiseerd, pas toen ik volwassen was en een poos ergens anders heb gewoond dat dit niet overal zo was. Ik dacht dat elke stad zijn eigen Stevie Ray Vaughn had. Ik had een voorliefde voor de onze, maar dacht dat andere mensen ook hun thuisfavoriet hadden.”
De tour die Schmidt en Elkin naar Nederland brengt komt mede ter promotie van het niet album 'Owls'. Een prestatie op zich om dit album op te nemen, zo blijkt. “Owls is een nogal metaforisch en niet eenvoudig album. We hebben tijdens de productie geprobeerd om de liedjes een ruime vleug van mysterie mee te geven en een etherische toon', peinst Schmidt, 'Om de geest van de luisteraar te leiden naar twee plaatsen op de zelfde tijd. Een deel met beide voeten op de grond en een letterlijke interpretatie van het lied en een ander deel in de gevangen in lucht met een symbolische interpretatie. Ik zou zeggen, het is niet het eenvoudigste album om te begrijpen,' Schmidt zwijgt even'en vervolgt, 'maar wel het album dat het meeste bevrediging geeft in de loop der jaren van al de albums die ik heb gemaakt. Dat hoop ik in ieder geval. Ik ben in ieder geval erg blij met de ontvangst van 'Owls'. Mensen lijken bereidt te zijn om de geheimen van het album te ontrafelen. Dat doet me veel deugd.”
Minder deugd, zo blijkt, doet optreden Danny Schmidt. “Als ik eerlijk ben, ik hou niet er van om op een podium te staan. Ik hou van liedjes schrijven en ik hou er van om albums op te nemen. Ik heb daarom leren te accepteren dat als ik mijn muziek de wereld in moet sturen ik moet leren te accepteren dat ik moet optreden en mijn liedjes voor de mensen moet zingen. Ik hou er niet van om voor de mensen te staan”, verzucht Danny Schmidt nogmaals. “Het maakt me nerveus. Ik was in het begin een compleet wrak voor elke show. Nu ben ik nog maar een klein wrakje. Funny job I chose, right? Dat ik nu tour met Carrie heeft het wel eenvoudiger voor me gemaakt. We kunnen samen eenvoudig elkaar wat plagen op het podium en dat helpt me om me te ontspannen en van een optreden te genieten. Carrie is een krachtige podiumpersoonlijkheid en optreden gaat haar van nature goed af. Ze maakt het eenvoudiger voor me. Het is ook geweldig om op tour te gaan met je vrouw. Het is slecht voor je relatie als de één langdurig van huis isen de ander thuis. Je groeit dan uitelkaar op al die kleine raakvlakken en ervaringen die je wel hebt als je samen bent. Thuis praten we eigenlijk niet zoveel over muziek met elkaar. We bediscussieren geen liedjes onder het afwassen. We delen nieuwe liedjes en testen wel eens ideeen bij elkaar, maar eigenlijk willen we het daar thuis niet over hebben. Ik heb het veel liever over het nieuwe technische snufje en Carrie over haar favoriete romatische comedies”, hij lacht even, “en eigenlijk volgen we elkaar daarin helemaal niet. Zie het maar als een syncope”, besluit Danny Schmidt met een mooie muzikale term.
Danny Schmidt en Carrie Elkin treden op 12 september op tijdens Take Root in De Oosterpoort in Groningen. Op 16 september staan ze in de kerk van VanSlag/RootsontheRoad in Borger en op 19 september op het Muziekpodium Bakkeveen.
Foto: Rodney Bursiel
AUSTIN – Resultaten uit het verleden geven geen garantie voor toekomstige concerten, maar veel muziekliefhebbers kijken reikhalzend uit naar Danny Schmidt die in september een aantal concerten zal geven in het Noorden. De man uit Austin Texas staat onder andere op Take Root, in VanSlag/RootsontheRoad en op het Muziekpodium Bakkeveen. Tijdens deze concerten staat hij op het podium met zijn vrouw Carrie Elkin die op haar beurt nog niet zolang geleden indruk maakte met Sam Baker in De Oosterpoort in Groningen. In Austin gaat Schmidt in op zijn onverwachte muzikale loopbaan en hoe is het om met zijn vrouw een duo te vormen.
“Ik heb me nooit voorgenomen om dit vak te kiezen”, vertelt Schmidt thuis in Austin. “Zelfs als kind heb ik daar nooit over gefantaseerd. Ik hield van muziek toen ik opgroeide, maar was heel erg een muzikant in de kast, zonder plannen om daar uit te komen. Het was pas toen ik een twintiger was dat ik echt mijn eigen liedjes ging schrijven, uiteraard om indruk te maken op een meisje. Mijn vrienden schopten me toen vriendelijk het podium op en waren de reden dat ik ging optreden voor een publiek en het groeide van daar uit verder.”
Zijn optreden op Take Root in De Oosterpoort geeft al aan dat Schmidt in de hoek van de Americana/Folk geplaatst moet worden. Een hoek waar hij zich ook uitermate muzikaal thuisvoelt. “Ik heb altijd gehouden van die organische klanken in folk en Americana. Ik vind dat akoestische instrumenten zo rijk en weldadig voor het oor klinken. Deze roots stijlen laten veel ruimte in de lyrics, de verhalen en vertelsels en de ideëen om ze door de muziek heen te laten bloeien. Ik heb me altijd aangetrokken gevoeld door liedjes die ook wat belangrijks te vertellen hebben. In de folk en America is er ruimte voor dat soort zaken tijdens een show.”
Liedjes met een boodschap, een belangrijk boodschap. Wat zijn dan de verhalen die Schmidt zelf te vertelen heeft? Hij krijgt veel lof voor zijn liedjes, maar hoe komt dat tot stand. “Elk onderwerp is geschikt om een liedje over te schrijven” zegt Danny Schmidt met nadruk. “Sommige onderwerpen zijn minder eenvoudig om daar een aansprekend lied over te schrijven dan anderen, maar ik denk dat het hele spectrum van menselijke ervaringen vruchtbare grond is voor inzichten en observaties. Als ik naar mijn eigen liedjes kijk, die komen nogal organisch tot stand. Het begint met een klein zaadje dat is gepland. Een snipper van een regel of melodie.....”, denkt Schmidt even na, 'die ineens in me opkomt vanuit het niets. Ik weet dan nog absoluut niet wat het betekend of waar het naar toe zal gaan. Als het een zaadje is dat mijn interesse wekt, dan plant ik het en zorg er voor en kijk wat voor associaties het bij mij oproept. Soms wordt het dan groter en groter. Het is erg een associatief proces voor mij, waar ik zoveel mogelijk van mijn hersens laat openstaan voor suggesties van buitenaf en de andere helft bezig is als redacteur en analyticus en associaties accepteert of verwerpt die mijn andere hersenhelft aanbrengt. Ik ben net zo opgewonden en verrast waar mijn liedjes heen gaan, als ik dat ben met andermans liedjes als ik ze voor het eerst hoor. Mensen denken vaak dat songwriters al een voorgevormd compleet idee vooraf hebben van wat een liedje moet wordenen dat je er alleen nog maar even de juiste woorden bij moet vinden om het goed uit te drukken, maar in mijn ervaring is het meer het trekken van losse draden uit het tapijt en kijken wat je daar mee kunt weven.”
De reputatie van Austin Texas als de live muziek stad van Amerika, misschien zelfs wel van de wereld is enorm. Danny Schmidt groeide met zijn neus in de boter op. Hij werd geboren in de Texaanse stad en woont er nog steeds. Al die invloeden nam hij in zich op. “Austin is een erg inspirerende stas om in op te groeien. De muzikale samenwerkingen – punk, rock met country, tejano met blues enzovoort – leken wel een natuurlijk verlengstuk van het algemene gevoel van gemeenschapszin en medegevoel dat er altijd in de stad al was. Veel verschillende soorten mensen kwamen bij een en mixten zich in een erg vriendelijke, relaxte en respectvolle manier. Overal waar mensen met verschillende achtergronden zich vermaken in elkaars gezelschap zie je dat ook muzkale erfenissen zich gaan vermengen. Vanuit het perspectief van een muziekliefhebber, zolang ik leef in deze stad, is dat een normaal onderdeel van de cultuur van Austin, net als er op uit gaan en de concerten bezoeken. Het is deel van texture van de stad. Als tiener ging wel naar drie optredens elke week. Er was zoveel geweldige muziek te beluisteren. Ik heb me in die jaren nooit gerealiseerd, pas toen ik volwassen was en een poos ergens anders heb gewoond dat dit niet overal zo was. Ik dacht dat elke stad zijn eigen Stevie Ray Vaughn had. Ik had een voorliefde voor de onze, maar dacht dat andere mensen ook hun thuisfavoriet hadden.”
De tour die Schmidt en Elkin naar Nederland brengt komt mede ter promotie van het niet album 'Owls'. Een prestatie op zich om dit album op te nemen, zo blijkt. “Owls is een nogal metaforisch en niet eenvoudig album. We hebben tijdens de productie geprobeerd om de liedjes een ruime vleug van mysterie mee te geven en een etherische toon', peinst Schmidt, 'Om de geest van de luisteraar te leiden naar twee plaatsen op de zelfde tijd. Een deel met beide voeten op de grond en een letterlijke interpretatie van het lied en een ander deel in de gevangen in lucht met een symbolische interpretatie. Ik zou zeggen, het is niet het eenvoudigste album om te begrijpen,' Schmidt zwijgt even'en vervolgt, 'maar wel het album dat het meeste bevrediging geeft in de loop der jaren van al de albums die ik heb gemaakt. Dat hoop ik in ieder geval. Ik ben in ieder geval erg blij met de ontvangst van 'Owls'. Mensen lijken bereidt te zijn om de geheimen van het album te ontrafelen. Dat doet me veel deugd.”
Minder deugd, zo blijkt, doet optreden Danny Schmidt. “Als ik eerlijk ben, ik hou niet er van om op een podium te staan. Ik hou van liedjes schrijven en ik hou er van om albums op te nemen. Ik heb daarom leren te accepteren dat als ik mijn muziek de wereld in moet sturen ik moet leren te accepteren dat ik moet optreden en mijn liedjes voor de mensen moet zingen. Ik hou er niet van om voor de mensen te staan”, verzucht Danny Schmidt nogmaals. “Het maakt me nerveus. Ik was in het begin een compleet wrak voor elke show. Nu ben ik nog maar een klein wrakje. Funny job I chose, right? Dat ik nu tour met Carrie heeft het wel eenvoudiger voor me gemaakt. We kunnen samen eenvoudig elkaar wat plagen op het podium en dat helpt me om me te ontspannen en van een optreden te genieten. Carrie is een krachtige podiumpersoonlijkheid en optreden gaat haar van nature goed af. Ze maakt het eenvoudiger voor me. Het is ook geweldig om op tour te gaan met je vrouw. Het is slecht voor je relatie als de één langdurig van huis isen de ander thuis. Je groeit dan uitelkaar op al die kleine raakvlakken en ervaringen die je wel hebt als je samen bent. Thuis praten we eigenlijk niet zoveel over muziek met elkaar. We bediscussieren geen liedjes onder het afwassen. We delen nieuwe liedjes en testen wel eens ideeen bij elkaar, maar eigenlijk willen we het daar thuis niet over hebben. Ik heb het veel liever over het nieuwe technische snufje en Carrie over haar favoriete romatische comedies”, hij lacht even, “en eigenlijk volgen we elkaar daarin helemaal niet. Zie het maar als een syncope”, besluit Danny Schmidt met een mooie muzikale term.
Danny Schmidt en Carrie Elkin treden op 12 september op tijdens Take Root in De Oosterpoort in Groningen. Op 16 september staan ze in de kerk van VanSlag/RootsontheRoad in Borger en op 19 september op het Muziekpodium Bakkeveen.
FENN: Van aarzelend begin op de accordeon tot finalist in Grote Prijs
Foto: Wendy Eggen
GRONINGEN – Het eigenzinnige geluid van FENN krijgt in rap tempo veel fans. Veel aandacht en staat op het ene mooie podium na het andere. Dit weekend staan Fenneke Schouten en Frank de Boer met hun Indietronica op twee mooie Noordelijke Festivals en een week later komt er nog een mooie naam op de palmares van Fenn. Fenneke Schouten ligt dan ook graag toe hoe ze van minder leergierige accordeoniste in dop tot op het punt van doorbreken naar een landelijke publiek staande popster is geworden.
“Thuis gingen we op muziekles” vertelt in een tropisch heet Groningen, een goede oefening voor het, aldus de weerprofeten, eveneens tropisch festival weekend. Mijn oudste zus speelde blokfluit, mijn middelste zus piano en ik, ik speelde accordeon. In lessen volgen ben ik overigens nooit zo goed geweest, eigenlijk nu nog niet wat noten betreft”, onthult Schouten. “Die noten interesseren me altijd vrij weinig. Ik weet wat ik moet weten en meer ook niet”, grijnst de Groningse. “Ik zong vroeger ook veel, maar muzikant worden was totaal niet mijn kinderdroom. Pas rond mijn twintigste begon ik met het schrijven van muziek. Dat stelde nog weinig voor. Een gitaartje en een slecht opnameprogrammatje. Dan zat ik wat te pielen. De gitaar heb ik van de zolder van mijn uders gehaald en zelf opgeknapt. Dat was het dan, veel stelde het niet voor. Vrienden van mij vonden dat ik zo mooi kon zingen. Dat was eigenlijk het moment dat ik dat hele muziek steeds leuker begon te vinden. Ik ontdekte de samplebeats werd het ook echt interresant om nummers te gaan schrijven. Met dat in gedachten ben ik naar de Academie voor Popcultuur gegaan en ben ik intensief met het schrijven van muziek begonnen.Ik vond mijn eigen sound en van daaruit ontstond FENN.”
FENN heeft zich ontwikkeld en is eigenlijk nog steeds een doorgaand project. Begonnen als viermansformatie is het nu het duo, met Fenneke Schouten als creatief brein achter de muziek, maar daarnaast ook een voorname rol voor Frank de Boer. “Vooraf stond er niets vast, FENN is geheel mijn eigen experiment en ook mijn ontwikkeling op muzikaal gebied. De stijl van FENN is eigenlijk de mix van verschillende muziekstijlen. Ik heb zelf een wat hese, soul-achtige stem. Ik luister veel naar hiphop muziek, maar ook naar elektronische acts zoals bijvoorbeeld naar Fever Ray. Portishead daar luister ik ook veel naar, maar ook weer PJ Harvey, ach, eigenlijk luister ik gewoon naar veel verschillende muziek Emily Wells heb ik veel geluisterd tijdens het maken van het album. Coco Rosie, Little Dragon, Gazelle Twin, Massive Attack, Kate Boy, Kaki King, pfff, ga zo maar door en dat hoor je denk ik weer terug in FENN. Ik ben me in de afgelopen jaren daarnaast veel gaan bezighouden met het maken van beats, wat ik te gek vind om te doen en die zijn ook weer hoorbaar op de plaat.”
Al die verschillende invloeden, experimenten en ideëen moeten uiteraard op een gegeven moment wel liedjes worden. Fenneke Schouten vertelt hoe ze dat aanpakt. “De liedjes starten bij mij bijna altijd met de beat. Daarbij ontstaat er weer een bepaalde vibe die ik interpreteer en daar werk ik weer op verder. Na de beat komen de instrumenten en als laatste de zang. Ik werk echt vanuit sferen, bepaalde emoties. Ik heb niet van te voren geheel bedacht wat het moet zijn of waar het over moet gaan. Dat gebeurt gewoon tijdens het proces. Er ontstaat vanzelf een bepaalde logica, tenslotte schrijf ik zelf alle muziek dus dan hoor je snel een rode draad omdat je niet met meerdere mensen de liedjes beïnvloed bijvoorbeeld. Voor de rest is het een kwestie van er goed voor gaan zitten, de tijd ervoor nemen en zo in een flow komen om te maken en te schrijven. Dat vind ik één van de leukste processen die er zijn: het schrijven en maken. Het hele marketinggebeuren er na is absoluut noodzakelijk en hoort er ook gewoon bij, maar dat is niet perse mijn ding.. Geef mij maar gewoon mijn computer, wat instrumenten en opnamemateriaal en dan kan ik daar uren, dagen, maandenlang zoet mee zijn.”
Het succes was er vorig jaar al met als bekroning bijna het winnen van de Grote Prijs van Nederland, maar ook het halen van de finale is al een grote eer. Daarnaast stond FENN op menig ander prachtig affiche. “Het halen van de finale was zeker een leuk en verassend iets wat op ons lijstje kwam te staan! Dit jaar willen we met FENN veel shows spelen en eigenlijk gewoon zoveel mogelijk proberen mensen te laten luisteren naar en bekend te maken met onze muziek. Verder willen we ook blijven experimenteren op artistiek gebied, denk bijvoorbeeld aan speciale showtjes en/of video’s. Maar daar zijn we nog druk over aan het praten.
FENN is niet alleen. Er is sprake van een heuze golf van goede Groninger bandjes die hard aan de weg timmeren, verrassende en goede muziek maken in veel verschillende genre's. “Groningen heb ik altijd een leuke stad gevonden en dat zal ik ook blijven vinden. Ik woon er fijn, ken veel leuke mensen hier en het is er altijd gezellig. Of het me muzikaal inspireert zou ik niet weten”, lacht Schouten. “Ik schrijf namelijk vooral over mijn eigen emoties en dus niet over stadsdingen eigenlijk, maar het is altijd goed om ergens te wonen waar je je goed voelt denk ik. Dat zal ongetwijfeld je schrijfproces zo beïnvloeden dat je actief bent en blijft en zo ook productief bent.”krijgt de stad van de Martinitoren toch nog zijn eer, maar de eerste optredens van Fenneke Schouten en Frank de Boer zijn niet in de schaduw van d'Olle Grieze, maar in het Ommeland en op de Drentse hei. De muziek van FENN klinkt daar vast ook uitstekend.
FENN staat op het FestivalderAa in Schipborg op 3 juli. Op 4 juli treedt FENN op op het nieuwe festival Nuisje Boompje Beestje en op 9 juli kun je FENN zien op het Taribush Kuna Festival op het Dwingelderveld bij Dwingeloo.
Foto: Wendy Eggen
GRONINGEN – Het eigenzinnige geluid van FENN krijgt in rap tempo veel fans. Veel aandacht en staat op het ene mooie podium na het andere. Dit weekend staan Fenneke Schouten en Frank de Boer met hun Indietronica op twee mooie Noordelijke Festivals en een week later komt er nog een mooie naam op de palmares van Fenn. Fenneke Schouten ligt dan ook graag toe hoe ze van minder leergierige accordeoniste in dop tot op het punt van doorbreken naar een landelijke publiek staande popster is geworden.
“Thuis gingen we op muziekles” vertelt in een tropisch heet Groningen, een goede oefening voor het, aldus de weerprofeten, eveneens tropisch festival weekend. Mijn oudste zus speelde blokfluit, mijn middelste zus piano en ik, ik speelde accordeon. In lessen volgen ben ik overigens nooit zo goed geweest, eigenlijk nu nog niet wat noten betreft”, onthult Schouten. “Die noten interesseren me altijd vrij weinig. Ik weet wat ik moet weten en meer ook niet”, grijnst de Groningse. “Ik zong vroeger ook veel, maar muzikant worden was totaal niet mijn kinderdroom. Pas rond mijn twintigste begon ik met het schrijven van muziek. Dat stelde nog weinig voor. Een gitaartje en een slecht opnameprogrammatje. Dan zat ik wat te pielen. De gitaar heb ik van de zolder van mijn uders gehaald en zelf opgeknapt. Dat was het dan, veel stelde het niet voor. Vrienden van mij vonden dat ik zo mooi kon zingen. Dat was eigenlijk het moment dat ik dat hele muziek steeds leuker begon te vinden. Ik ontdekte de samplebeats werd het ook echt interresant om nummers te gaan schrijven. Met dat in gedachten ben ik naar de Academie voor Popcultuur gegaan en ben ik intensief met het schrijven van muziek begonnen.Ik vond mijn eigen sound en van daaruit ontstond FENN.”
FENN heeft zich ontwikkeld en is eigenlijk nog steeds een doorgaand project. Begonnen als viermansformatie is het nu het duo, met Fenneke Schouten als creatief brein achter de muziek, maar daarnaast ook een voorname rol voor Frank de Boer. “Vooraf stond er niets vast, FENN is geheel mijn eigen experiment en ook mijn ontwikkeling op muzikaal gebied. De stijl van FENN is eigenlijk de mix van verschillende muziekstijlen. Ik heb zelf een wat hese, soul-achtige stem. Ik luister veel naar hiphop muziek, maar ook naar elektronische acts zoals bijvoorbeeld naar Fever Ray. Portishead daar luister ik ook veel naar, maar ook weer PJ Harvey, ach, eigenlijk luister ik gewoon naar veel verschillende muziek Emily Wells heb ik veel geluisterd tijdens het maken van het album. Coco Rosie, Little Dragon, Gazelle Twin, Massive Attack, Kate Boy, Kaki King, pfff, ga zo maar door en dat hoor je denk ik weer terug in FENN. Ik ben me in de afgelopen jaren daarnaast veel gaan bezighouden met het maken van beats, wat ik te gek vind om te doen en die zijn ook weer hoorbaar op de plaat.”
Al die verschillende invloeden, experimenten en ideëen moeten uiteraard op een gegeven moment wel liedjes worden. Fenneke Schouten vertelt hoe ze dat aanpakt. “De liedjes starten bij mij bijna altijd met de beat. Daarbij ontstaat er weer een bepaalde vibe die ik interpreteer en daar werk ik weer op verder. Na de beat komen de instrumenten en als laatste de zang. Ik werk echt vanuit sferen, bepaalde emoties. Ik heb niet van te voren geheel bedacht wat het moet zijn of waar het over moet gaan. Dat gebeurt gewoon tijdens het proces. Er ontstaat vanzelf een bepaalde logica, tenslotte schrijf ik zelf alle muziek dus dan hoor je snel een rode draad omdat je niet met meerdere mensen de liedjes beïnvloed bijvoorbeeld. Voor de rest is het een kwestie van er goed voor gaan zitten, de tijd ervoor nemen en zo in een flow komen om te maken en te schrijven. Dat vind ik één van de leukste processen die er zijn: het schrijven en maken. Het hele marketinggebeuren er na is absoluut noodzakelijk en hoort er ook gewoon bij, maar dat is niet perse mijn ding.. Geef mij maar gewoon mijn computer, wat instrumenten en opnamemateriaal en dan kan ik daar uren, dagen, maandenlang zoet mee zijn.”
Het succes was er vorig jaar al met als bekroning bijna het winnen van de Grote Prijs van Nederland, maar ook het halen van de finale is al een grote eer. Daarnaast stond FENN op menig ander prachtig affiche. “Het halen van de finale was zeker een leuk en verassend iets wat op ons lijstje kwam te staan! Dit jaar willen we met FENN veel shows spelen en eigenlijk gewoon zoveel mogelijk proberen mensen te laten luisteren naar en bekend te maken met onze muziek. Verder willen we ook blijven experimenteren op artistiek gebied, denk bijvoorbeeld aan speciale showtjes en/of video’s. Maar daar zijn we nog druk over aan het praten.
FENN is niet alleen. Er is sprake van een heuze golf van goede Groninger bandjes die hard aan de weg timmeren, verrassende en goede muziek maken in veel verschillende genre's. “Groningen heb ik altijd een leuke stad gevonden en dat zal ik ook blijven vinden. Ik woon er fijn, ken veel leuke mensen hier en het is er altijd gezellig. Of het me muzikaal inspireert zou ik niet weten”, lacht Schouten. “Ik schrijf namelijk vooral over mijn eigen emoties en dus niet over stadsdingen eigenlijk, maar het is altijd goed om ergens te wonen waar je je goed voelt denk ik. Dat zal ongetwijfeld je schrijfproces zo beïnvloeden dat je actief bent en blijft en zo ook productief bent.”krijgt de stad van de Martinitoren toch nog zijn eer, maar de eerste optredens van Fenneke Schouten en Frank de Boer zijn niet in de schaduw van d'Olle Grieze, maar in het Ommeland en op de Drentse hei. De muziek van FENN klinkt daar vast ook uitstekend.
FENN staat op het FestivalderAa in Schipborg op 3 juli. Op 4 juli treedt FENN op op het nieuwe festival Nuisje Boompje Beestje en op 9 juli kun je FENN zien op het Taribush Kuna Festival op het Dwingelderveld bij Dwingeloo.
Brandon Isaak brengt blues van de poolcirkel
STEENDAM – Brandon Isaak groeide op in de Yukon in de plaats Whitehorse. Het Noordelijk deel van Canada in de folklore vooral bekend van grizzly beren en gouddelvers, maar ook de plek waar een levendige live muziekscene blijkt te bestaan en die een onderscheiden blues artiest heeft voortgebracht in de persoon van Brandon Isaak. Daar waar de temperaturen je regelmatig doen denken aan de Noordpool borrelt de blues. Isaak komt nu ook naar het Noordelijk deel van Nederland. Steendam is dan weliswaar amper te vergelijken met de Yukon, tijdens Art Carnivale op 18 en 19 juli zal de blues net zo klinken als in Whitehorse.
Brandon Isaak gaat er eens goed voor zitten. In gedachten gaat hij terug naar zijn jeugd. “Ik ben begonnen als muzikant toen ik 14 was. Mijn vader was een professioneel artiest en zanger die bass speelde en zong in de band van Loreta Lynn. Ik ben opgegroeid in de muziekbusiness kun je wel zeggen. Al jong ben ik toegetreden tot mijn vaders band als drummer en nam ook een deel van de zang voor mijn rekening. Met deze band heb ik zes jaar opgetreden.” Een mooie leerschool voor de jonge Brandon Isaak, maar net als elk kind komt het moment om je eigen pad te volgen. De blues riep. “Ik heb altijd naar hel verschillende soorten muziek geluisterd. Van klassiek tot heavy metal en alles wat daar maar tussen in zit. Ik bleek muziek met wat blues roots er in het mooiste te vinden, maar ik heb waardering voor alle goede muziek. Mijn liedjes ontstaan vanuit een plek waar alles mogelijk is dus. Ik haat het als ik me moet vastleggen op één genre, maar ik vind het fijn als ik alle kanten op kan. Uiteindelijk vind je dan je eigen geluid na verloop van tijd. Het probleem is alleen dat dat eigen geluid ook weer veranderd in de loop der tijd en al naar gelang de stemming en omstandigheden.”
Een goede reden om het schrijfproces van Isaak eens goed onder de loep te nemen en te kijken waar die oorzaken liggen en hoe de onderscheiden liedjes van de Canadees tot stand komen. “Als ik liedjes schrijf”, onthult Isaak, “komt soms de muziek eerst en een andere keer heb ik eerst tekst. Soms heb ik gewoon ook niks, ga ik zitten en pers er een lied uit. Ik begin met het eerste wat er in mijn gedachten opkomt. Schrijf dat op en gebruik dat als uitgangspunt. Gedurende een proces, waarbij ik langzaam het liedje rafineer, een proces dat wel een aantal dagen kan duren, wordt er dan een liedje geboren. Ik moedig collega artiesten ook altijd aan om als ze vast zitten, maar een beroerd lied te schrijven. Je moet het wel altijd af maken. Van een aantal van mijn allerslechtste liedjes heb ik in de loop der jaren toch een geweldige song kunnen maken. Ik bewaar ook altijd al mijn teksten. Als je in de loop der tijd beter wordt en meer handigheid krijgt in het schrijven van teksten, kun je oude liedjes opknappen die geschreven zijn met het hart op de juiste plaats. In de blues zijn de beste onderwerpen voor liedjes de liefde of het gebrek er aan, werken, zuipen en het leven na de dood, maar je kunt een goed lied schrijven over elk onderwerp”
Wie zich verdiept in Brandon Isaak komt tot de conclusie dat Isaak op zijn beurt zich weer bezig houdt met de oude bluesmannen uit het verleden. Een bron van inspiratie voor de Canadees. “Ik heb altijd gehouden van de originele blues. Ik luister dagelijk naar die platen. Deze artiesten zongen met een doel. Je voelt de wanhoop in hun muziek en je voelt dat het echt is. De real deal. Het valt niet mee om vandaag de dag dat gevoel in de muziek te leggen. Om authentiek en opecht te zijn. De blues is niet meer wat het geweest is. We moeten dankbaar zijn dat niemand meer die ellende moet doormaken, maar ieder mens heeft zijn eigen blues. Ik moet ook voldoende geld verdienen om iedereen van mijn gezin te voeden, mijn rekeningen te betalen en er voor zorgen dat iedereen het laatste model jeans kan dragen. Geliefden die oud worden en je ontvallen. Proberen om een baan te vinden, waar je een redelijk loon kan verdienen. Hard werken in de opvoeding van je kinderen en proberen ze op het rechte pad te houden en met een diploma van school te laten komen. Dit zijn de nieuwe blues en ze zijn net zo waar als al de oude blues. Dat gezegd hebbende; deze nieuwe blues zijn niet zo hard als de oude. Thank God for that!”
Brandon Isaak is professioneel musicus, net als zoveel van zijn collega's die podia na podia aandoen en zo nu en dan een album uitbrengen om zo een dik of wat dunner belegde boterham te verdienen. Ook dat is anders dan vroeger, concludeert Isaak. “In die vervlogen dagen waren er geen profesionele musici die leefden van hun optredens. In die dagen waren het voornamelijk hobo's. Een man met een gitaar of mondharmonica die rondtrok op zoek naar een maaltijd en een veilige plek om de nacht door te brengen. Robert Johnson was een reizende slijter en die staat nu te boek als de populairste bluesman aller tijden. Hoewel we er nu een beroep van hebben gemaakt, is de beloning voor een gemiddelde muzikant niet zo veel beter dan toen. Het wordt moeilijker en moeilijker voor muzikanten om te leven van touren en hun werk. Er zijn te veel DJ's en Ipod's en te weinig mensen komen nog naar concerten. Langzaam wordt de bluesman net als de dinosaurus een figuur uit een museum met een plakette waarop staat: Bluesman, reizende bedelaar. Vanaf de late 19de eeuw tot halverwege de 21ste eeuw. De laatste bluesman werd gezien in de bossen in de buurt van Kentucky in 2043.”
Zover is het nog niet. Gelukkig zijn er ook positievere signalen. Neem Whitehorse. De plek waar Brandon Isaak opgroeide. “Whitehorse ligt net aan de Canadeze kant van de grens met Alaska. Ik hou van die plek. Je kunt er kamperen, varen met kano's, vissen en er is schone lucht en helder schoon water. Ik ga nog zeker iedere drie maanden naar Whitehorse om mijn ouders en mijn broer te zien. Samen met mijn broer Chris heb ik er een opname studio. Dit is waar ik normaal mijn albums opneem. Deze tour is er een uitzondering. Ik ga dan een album opnemen in The Redemption Guitar Factory in Netatal, Duitsland. Ze maken daar ook hele fijne custom made gitaren, waar ik er vier van heb. In Whitehorse zijn de winters lang en koud, dus moet je een tijdverdrijf vinden. Het gaat dus goed met de cultuur in de Yukon. In Whitehorse kun je bijna elke avond van de week wel spelen of luisteren naar live muziek. De gemeenschap zet er echt de schouders onder en steunt je. Ik organiseer in Whitehorse elk jaar The Klondike Roots & Blues Festival. Een festival van twee dagen, dit jaar op 16 en 17 oktober, Een voorbeeld van de levedige muziekscene en hoe mensen uit mijn geboorteplek en de Yukon dat ondersteunen.”
Zijn vorige album, 'Here on Earth' is nog erg vers van de pers en verscheen in maart. Het heeft een geweldige ontvangst gehad. “Ik ben ermee genomineerd voor The National Blues Awards in Canada voor Album Of The Year, Song Writer Of The Year, Bass Player Of The Year en ik won Acoustic Act Of a The Year. Dat voelt geweldig. Voor deze tour in juli neem ik mijn concurrent voor Bass Player Of a The Year met me mee. Keith Picot won deze categorie en we noemen ons duo The Silver Screen Scoundrels. We maken onze eigen stille films en elke film past bij een lied van me. Op Art Carnivale gaan zefs twee nieuwe filmpje voor het eerst vertoond worden. Het is een soort MTV van 1904. Dat maakt onze show absoluut uniek, ook omdat we er veel humor in stoppen. We hopen dat er veel mensen komen kijken en ons op die manier steunen. Al onze films komen uit de dagen van de stille film. We gebruiken alleen requisieten uit die periode, zoals een T Ford automobiel. Het lijkt of je een eeuw terug gaat in de tijd. We filmen met een camera uit 1917 die we gevonden hebben in Los Angeles in California de laatste keer dat we daar op tour waren. Op mijn website kun je alvast zien wat we doen”, nodigt Brandon Isaak uit. Op Art Carnivale zijn de blues klanken en de filmpjes van Brandon Isaak twee dagen te horen en te zien.
Brandon Isaak treedt met Keith Picot twee keer op in Steendam tijdens Art Carnivale als er nog veel meer muziek is op en rondom het festival. Op 18 en 19 juli is Brandon Isaak te zien.
STEENDAM – Brandon Isaak groeide op in de Yukon in de plaats Whitehorse. Het Noordelijk deel van Canada in de folklore vooral bekend van grizzly beren en gouddelvers, maar ook de plek waar een levendige live muziekscene blijkt te bestaan en die een onderscheiden blues artiest heeft voortgebracht in de persoon van Brandon Isaak. Daar waar de temperaturen je regelmatig doen denken aan de Noordpool borrelt de blues. Isaak komt nu ook naar het Noordelijk deel van Nederland. Steendam is dan weliswaar amper te vergelijken met de Yukon, tijdens Art Carnivale op 18 en 19 juli zal de blues net zo klinken als in Whitehorse.
Brandon Isaak gaat er eens goed voor zitten. In gedachten gaat hij terug naar zijn jeugd. “Ik ben begonnen als muzikant toen ik 14 was. Mijn vader was een professioneel artiest en zanger die bass speelde en zong in de band van Loreta Lynn. Ik ben opgegroeid in de muziekbusiness kun je wel zeggen. Al jong ben ik toegetreden tot mijn vaders band als drummer en nam ook een deel van de zang voor mijn rekening. Met deze band heb ik zes jaar opgetreden.” Een mooie leerschool voor de jonge Brandon Isaak, maar net als elk kind komt het moment om je eigen pad te volgen. De blues riep. “Ik heb altijd naar hel verschillende soorten muziek geluisterd. Van klassiek tot heavy metal en alles wat daar maar tussen in zit. Ik bleek muziek met wat blues roots er in het mooiste te vinden, maar ik heb waardering voor alle goede muziek. Mijn liedjes ontstaan vanuit een plek waar alles mogelijk is dus. Ik haat het als ik me moet vastleggen op één genre, maar ik vind het fijn als ik alle kanten op kan. Uiteindelijk vind je dan je eigen geluid na verloop van tijd. Het probleem is alleen dat dat eigen geluid ook weer veranderd in de loop der tijd en al naar gelang de stemming en omstandigheden.”
Een goede reden om het schrijfproces van Isaak eens goed onder de loep te nemen en te kijken waar die oorzaken liggen en hoe de onderscheiden liedjes van de Canadees tot stand komen. “Als ik liedjes schrijf”, onthult Isaak, “komt soms de muziek eerst en een andere keer heb ik eerst tekst. Soms heb ik gewoon ook niks, ga ik zitten en pers er een lied uit. Ik begin met het eerste wat er in mijn gedachten opkomt. Schrijf dat op en gebruik dat als uitgangspunt. Gedurende een proces, waarbij ik langzaam het liedje rafineer, een proces dat wel een aantal dagen kan duren, wordt er dan een liedje geboren. Ik moedig collega artiesten ook altijd aan om als ze vast zitten, maar een beroerd lied te schrijven. Je moet het wel altijd af maken. Van een aantal van mijn allerslechtste liedjes heb ik in de loop der jaren toch een geweldige song kunnen maken. Ik bewaar ook altijd al mijn teksten. Als je in de loop der tijd beter wordt en meer handigheid krijgt in het schrijven van teksten, kun je oude liedjes opknappen die geschreven zijn met het hart op de juiste plaats. In de blues zijn de beste onderwerpen voor liedjes de liefde of het gebrek er aan, werken, zuipen en het leven na de dood, maar je kunt een goed lied schrijven over elk onderwerp”
Wie zich verdiept in Brandon Isaak komt tot de conclusie dat Isaak op zijn beurt zich weer bezig houdt met de oude bluesmannen uit het verleden. Een bron van inspiratie voor de Canadees. “Ik heb altijd gehouden van de originele blues. Ik luister dagelijk naar die platen. Deze artiesten zongen met een doel. Je voelt de wanhoop in hun muziek en je voelt dat het echt is. De real deal. Het valt niet mee om vandaag de dag dat gevoel in de muziek te leggen. Om authentiek en opecht te zijn. De blues is niet meer wat het geweest is. We moeten dankbaar zijn dat niemand meer die ellende moet doormaken, maar ieder mens heeft zijn eigen blues. Ik moet ook voldoende geld verdienen om iedereen van mijn gezin te voeden, mijn rekeningen te betalen en er voor zorgen dat iedereen het laatste model jeans kan dragen. Geliefden die oud worden en je ontvallen. Proberen om een baan te vinden, waar je een redelijk loon kan verdienen. Hard werken in de opvoeding van je kinderen en proberen ze op het rechte pad te houden en met een diploma van school te laten komen. Dit zijn de nieuwe blues en ze zijn net zo waar als al de oude blues. Dat gezegd hebbende; deze nieuwe blues zijn niet zo hard als de oude. Thank God for that!”
Brandon Isaak is professioneel musicus, net als zoveel van zijn collega's die podia na podia aandoen en zo nu en dan een album uitbrengen om zo een dik of wat dunner belegde boterham te verdienen. Ook dat is anders dan vroeger, concludeert Isaak. “In die vervlogen dagen waren er geen profesionele musici die leefden van hun optredens. In die dagen waren het voornamelijk hobo's. Een man met een gitaar of mondharmonica die rondtrok op zoek naar een maaltijd en een veilige plek om de nacht door te brengen. Robert Johnson was een reizende slijter en die staat nu te boek als de populairste bluesman aller tijden. Hoewel we er nu een beroep van hebben gemaakt, is de beloning voor een gemiddelde muzikant niet zo veel beter dan toen. Het wordt moeilijker en moeilijker voor muzikanten om te leven van touren en hun werk. Er zijn te veel DJ's en Ipod's en te weinig mensen komen nog naar concerten. Langzaam wordt de bluesman net als de dinosaurus een figuur uit een museum met een plakette waarop staat: Bluesman, reizende bedelaar. Vanaf de late 19de eeuw tot halverwege de 21ste eeuw. De laatste bluesman werd gezien in de bossen in de buurt van Kentucky in 2043.”
Zover is het nog niet. Gelukkig zijn er ook positievere signalen. Neem Whitehorse. De plek waar Brandon Isaak opgroeide. “Whitehorse ligt net aan de Canadeze kant van de grens met Alaska. Ik hou van die plek. Je kunt er kamperen, varen met kano's, vissen en er is schone lucht en helder schoon water. Ik ga nog zeker iedere drie maanden naar Whitehorse om mijn ouders en mijn broer te zien. Samen met mijn broer Chris heb ik er een opname studio. Dit is waar ik normaal mijn albums opneem. Deze tour is er een uitzondering. Ik ga dan een album opnemen in The Redemption Guitar Factory in Netatal, Duitsland. Ze maken daar ook hele fijne custom made gitaren, waar ik er vier van heb. In Whitehorse zijn de winters lang en koud, dus moet je een tijdverdrijf vinden. Het gaat dus goed met de cultuur in de Yukon. In Whitehorse kun je bijna elke avond van de week wel spelen of luisteren naar live muziek. De gemeenschap zet er echt de schouders onder en steunt je. Ik organiseer in Whitehorse elk jaar The Klondike Roots & Blues Festival. Een festival van twee dagen, dit jaar op 16 en 17 oktober, Een voorbeeld van de levedige muziekscene en hoe mensen uit mijn geboorteplek en de Yukon dat ondersteunen.”
Zijn vorige album, 'Here on Earth' is nog erg vers van de pers en verscheen in maart. Het heeft een geweldige ontvangst gehad. “Ik ben ermee genomineerd voor The National Blues Awards in Canada voor Album Of The Year, Song Writer Of The Year, Bass Player Of The Year en ik won Acoustic Act Of a The Year. Dat voelt geweldig. Voor deze tour in juli neem ik mijn concurrent voor Bass Player Of a The Year met me mee. Keith Picot won deze categorie en we noemen ons duo The Silver Screen Scoundrels. We maken onze eigen stille films en elke film past bij een lied van me. Op Art Carnivale gaan zefs twee nieuwe filmpje voor het eerst vertoond worden. Het is een soort MTV van 1904. Dat maakt onze show absoluut uniek, ook omdat we er veel humor in stoppen. We hopen dat er veel mensen komen kijken en ons op die manier steunen. Al onze films komen uit de dagen van de stille film. We gebruiken alleen requisieten uit die periode, zoals een T Ford automobiel. Het lijkt of je een eeuw terug gaat in de tijd. We filmen met een camera uit 1917 die we gevonden hebben in Los Angeles in California de laatste keer dat we daar op tour waren. Op mijn website kun je alvast zien wat we doen”, nodigt Brandon Isaak uit. Op Art Carnivale zijn de blues klanken en de filmpjes van Brandon Isaak twee dagen te horen en te zien.
Brandon Isaak treedt met Keith Picot twee keer op in Steendam tijdens Art Carnivale als er nog veel meer muziek is op en rondom het festival. Op 18 en 19 juli is Brandon Isaak te zien.
Suzette Lawrence leerde de honky tonk onder de abrikozenboom
STEENDAM – Al erg jong stapte een kleine Suzette Lawrence naar haar moeder toe met de wens gitaar te leren spelen. Het was het begin van een muzikale loopbaan die haar binnenkort ook in Nederland zal brengen. Op 31 juli staat Suzette Lawrence & The Neon Angels op het podium bij Peter en Leni in Steendam. De klanken van Honky Tonk music zullen klinken over het Schildmeer. Een avond die de country liefhebber en de liefhebber van goede muziek zeker niet mag missen.
Suzette Lawrence is druk bezig met de laatste voorbereidingen in Nashville, Tennessee waar ze heen verhuisde uit San Antonio, Texas voor de vliegreis die haar eerst naar Engeland zal brengen. Na optredens bij onze overzeese buren komt Lawrence naar het continent en doet onder andere Nederland aan. Een vervolg op de grote Europese tournee die Lawrence had in 2011. Op 31 juli staat de van oorsprong Texaanse dan in Steendam, maar daar begon het niet. Het begon onder de abrikozen boom. “Toen ik nog heel erg jong was begonnen mijn ouders instrumenten te kopen. Er kwamen gitaren, banjo's en mandoline's in huis en ze begonnen druk te leren om ze te kunnen bespelen. Ze raakten bevriend met veel andere bluegrass musici en elke zondag kwamen ze bij ons thuis om samen te spelen. Er werden dan bluegrass standards gespeeld. Ik zat er bij en luisterde ernaar en toen ik zes werd heb ik mijn moeder gesmeekt om mij gitaar les te geven. Dat heeft ze gedaan. We zaten op de veranda achter het huis onder de abrikozenboom en ze gaf me les.”
Daar bleef het niet bij. Naast de gitaar leerde Suzete Lawrence ook zingen van haar moeder. “Mijn moeder had de tekst van veel van die oude klassieke bluegrassliedjes verzameld. Ze leerde die liedjes zingen en ik zong in harmonie met haar mee. Dat was zo leuk en we hadden er zoveel plezier aan, dat we het al snel elke dag deden.”
Daar waar de muziek dagelijks klinkt en iedere dag gezongen wordt en de instrumenten in handen is er ook snel de wens om dit te delen met anderen. “Op het moment dat ik 12 jaar werd hadden mijn ouders hun eigen band. Wat nog ontbrak was een 'upright bass'. Ik besloot dat ik erg graag bas wilde leren spelen en deel wilde uitmakn van The Backwoods Volunteers, zoals de band was genoemd. Mijn ouders konden geen bas vinden in San Antonio. Ik heb op papier de snaren van de bas getekend en ben zo gaan oefenen.” Een gedrevenheid en grote fantasie en vindingrijkheid waarmee de jonge Suzette de zaak aanpakte, maar een succesvolle. “Ik speelde zo in gedachten de liedjes mee, terwijl ik de vingergrepen oefende op papier. Op een gegeven moment hadden mijn ouders dan toch zo'n grote bas gevonden. Binnen een week speelde ik op het instrument mijn eerste concert met The Backwood Volunteers bij een optreden in San Antonio Frontier Town.”
Een opmerkelijk begin van een muzikale loopbaan. Na een flink aantal jaren op het podium te hebben gestaan met haar ouders kwam er ook een tijd om op eigen benen te staan. Suzette Lawrence verhuisde naar California. “Ik ben vele jaren later verhuisd naar Los Angeles. Ik heb daar besloten met te focussen op het spelen van rhythm gitaar en de frontvrouw te zijn van mijn eigen band The Neon Angels. In Los Angeles speelde ik regelmatig in de beroemde Palomino club en kam in contact met veel van mijn helden. Mensen zoals Jim Lauderdale, Rosie Flores, Marty Stewart en Dwight Yoakham. Suzette Lawrence viel op. Ze kreeg een platencontract en daardoor was het nodig om maar Nashville te verhuizen. “Ik dacht dat het succes om de hoek lag en dat ik nu echt zou doorbreken, maar helaas. De platenmaatschappij ging failliet nog voor we konden opnemen.”
Het heeft daarna nog een flink aantal jaar geduurd, maar nu is dan het debuut album van Suzette Lawrence & the Neon Angel alsnog verschenen. Voor het opnemen van 'Tear up the Honky Tonk' maakte ze gebruik van bekende namen als de gitaristen Rich Gilbert. J.D Simo en Tom Buller, op elektrische bas Jake Bradley en contrabas Rami Soini, op pedal steel Mike Fried en John Heinrich, Mick Chedwiggen speelde mandoline en op drums droeg Maxwell Schauf zijn steentje bij. Het leverde een gevarieerd album op met mooie nummers en waarop Lawrence trots is.
In het kader van de promotie van het album heeft ze een koffer vol met CD's mee en een agenda met optredens. In Frankrijk en Duitsland heeft ze al veel fans. “Mensen houden van deze Amerikaanse muziek in Europa. Ik hoop ook vaste voet aan de grond te krijgen in Nederland. Ik weet zeker dat mijn muziek ook bij jullie in de smaak zal vallen. Al dat lukt en ik krijg een flink aantal volgers, dan zou ik dolgraag ieder jaar minstens één tournee in Nederland doen”, aldus een ambitieuse en enthousiaste Suzette Lawrence, terwijl ze nog wat last minute inpakwerk doet.
Suzette Lawrence & the Neon Angels staan op 31 juli op podium Peter & Leni in Steendam.
STEENDAM – Al erg jong stapte een kleine Suzette Lawrence naar haar moeder toe met de wens gitaar te leren spelen. Het was het begin van een muzikale loopbaan die haar binnenkort ook in Nederland zal brengen. Op 31 juli staat Suzette Lawrence & The Neon Angels op het podium bij Peter en Leni in Steendam. De klanken van Honky Tonk music zullen klinken over het Schildmeer. Een avond die de country liefhebber en de liefhebber van goede muziek zeker niet mag missen.
Suzette Lawrence is druk bezig met de laatste voorbereidingen in Nashville, Tennessee waar ze heen verhuisde uit San Antonio, Texas voor de vliegreis die haar eerst naar Engeland zal brengen. Na optredens bij onze overzeese buren komt Lawrence naar het continent en doet onder andere Nederland aan. Een vervolg op de grote Europese tournee die Lawrence had in 2011. Op 31 juli staat de van oorsprong Texaanse dan in Steendam, maar daar begon het niet. Het begon onder de abrikozen boom. “Toen ik nog heel erg jong was begonnen mijn ouders instrumenten te kopen. Er kwamen gitaren, banjo's en mandoline's in huis en ze begonnen druk te leren om ze te kunnen bespelen. Ze raakten bevriend met veel andere bluegrass musici en elke zondag kwamen ze bij ons thuis om samen te spelen. Er werden dan bluegrass standards gespeeld. Ik zat er bij en luisterde ernaar en toen ik zes werd heb ik mijn moeder gesmeekt om mij gitaar les te geven. Dat heeft ze gedaan. We zaten op de veranda achter het huis onder de abrikozenboom en ze gaf me les.”
Daar bleef het niet bij. Naast de gitaar leerde Suzete Lawrence ook zingen van haar moeder. “Mijn moeder had de tekst van veel van die oude klassieke bluegrassliedjes verzameld. Ze leerde die liedjes zingen en ik zong in harmonie met haar mee. Dat was zo leuk en we hadden er zoveel plezier aan, dat we het al snel elke dag deden.”
Daar waar de muziek dagelijks klinkt en iedere dag gezongen wordt en de instrumenten in handen is er ook snel de wens om dit te delen met anderen. “Op het moment dat ik 12 jaar werd hadden mijn ouders hun eigen band. Wat nog ontbrak was een 'upright bass'. Ik besloot dat ik erg graag bas wilde leren spelen en deel wilde uitmakn van The Backwoods Volunteers, zoals de band was genoemd. Mijn ouders konden geen bas vinden in San Antonio. Ik heb op papier de snaren van de bas getekend en ben zo gaan oefenen.” Een gedrevenheid en grote fantasie en vindingrijkheid waarmee de jonge Suzette de zaak aanpakte, maar een succesvolle. “Ik speelde zo in gedachten de liedjes mee, terwijl ik de vingergrepen oefende op papier. Op een gegeven moment hadden mijn ouders dan toch zo'n grote bas gevonden. Binnen een week speelde ik op het instrument mijn eerste concert met The Backwood Volunteers bij een optreden in San Antonio Frontier Town.”
Een opmerkelijk begin van een muzikale loopbaan. Na een flink aantal jaren op het podium te hebben gestaan met haar ouders kwam er ook een tijd om op eigen benen te staan. Suzette Lawrence verhuisde naar California. “Ik ben vele jaren later verhuisd naar Los Angeles. Ik heb daar besloten met te focussen op het spelen van rhythm gitaar en de frontvrouw te zijn van mijn eigen band The Neon Angels. In Los Angeles speelde ik regelmatig in de beroemde Palomino club en kam in contact met veel van mijn helden. Mensen zoals Jim Lauderdale, Rosie Flores, Marty Stewart en Dwight Yoakham. Suzette Lawrence viel op. Ze kreeg een platencontract en daardoor was het nodig om maar Nashville te verhuizen. “Ik dacht dat het succes om de hoek lag en dat ik nu echt zou doorbreken, maar helaas. De platenmaatschappij ging failliet nog voor we konden opnemen.”
Het heeft daarna nog een flink aantal jaar geduurd, maar nu is dan het debuut album van Suzette Lawrence & the Neon Angel alsnog verschenen. Voor het opnemen van 'Tear up the Honky Tonk' maakte ze gebruik van bekende namen als de gitaristen Rich Gilbert. J.D Simo en Tom Buller, op elektrische bas Jake Bradley en contrabas Rami Soini, op pedal steel Mike Fried en John Heinrich, Mick Chedwiggen speelde mandoline en op drums droeg Maxwell Schauf zijn steentje bij. Het leverde een gevarieerd album op met mooie nummers en waarop Lawrence trots is.
In het kader van de promotie van het album heeft ze een koffer vol met CD's mee en een agenda met optredens. In Frankrijk en Duitsland heeft ze al veel fans. “Mensen houden van deze Amerikaanse muziek in Europa. Ik hoop ook vaste voet aan de grond te krijgen in Nederland. Ik weet zeker dat mijn muziek ook bij jullie in de smaak zal vallen. Al dat lukt en ik krijg een flink aantal volgers, dan zou ik dolgraag ieder jaar minstens één tournee in Nederland doen”, aldus een ambitieuse en enthousiaste Suzette Lawrence, terwijl ze nog wat last minute inpakwerk doet.
Suzette Lawrence & the Neon Angels staan op 31 juli op podium Peter & Leni in Steendam.
Evrin vormt mooi huwelijke tussen folk en jazz
AMEN – Het is een mooie vondst van De Amer. Als de concertzaal voor de zomer sluit, dan zet je de artiesten toch gewoon op het terras en laat je niet alleen de gericht komende muziekliefhebber, maar ook de toevallig passerende toerist of recreant hiervan genieten. Op 12 juli staan, bij droog weer, Riny Raijmakers en Eefje Terschegget op het terras. Onder de naam Evrin heeft het duo een mooi huwelijk gesloten tussen jazz en folk.
“Ik wist al van kleins af aan dat ik zangeres wilde worden”, steekt Eefje Terschegget op een mooie zomerse avond van wal. “Ik heb ook wel sporadisch wat met muziek gedaan, maar door omstandigheden kwam dat nooit echt van de grond. Ik kreeg wel de bevestiging van mensen dat ik een mooi stemgeluid had. Pas 7 á 8 jaar geleden ben ik via een viend in contact gekomen met jazzgitarist Christian Meijnhard van Schoor (die ook meespeelt op de pasverschenen CD). Muzikaal klikte het gelijk en Chris stimuleerde me om verder te gaan. Hij vond mijn stem uitermate geschikt om jazzstandards en bossa nova te zingen. Chris en ik zijn toen als het duo EC Jazz gaan optreden. Helaas kan Chris vanwege gezondheidsredenen niet regelmatig meer optreden, waardoor de muzikale samenwerking op frequente basis niet meer mogelijk was. Er is wel een mooie vriendschap uit gegroeid en als even kan zoeken we elkaar regelmatig op en dan wordt er wel weer muziek gemaakt.” Riny Raijmakers heeft ook een pre-Evrin loopbaan in de muziek. “Ik heb jaren gewerkt in diverse platen- en cd zaken en ben daarmee en daarnaast dus altijd met muziek bezig geweest. Op het moment dat ik meer songs begon te schrijven wilde ik me ook meer verdiepen in de Engelse taal en ben toen Engels gaan studeren en heb zelfs een aantal jaren Engelse les gegeven op diverse middelbare scholen. Op een gegeven moment rioep de muziek toch weer en ben ik als singer/songwriter het podium opgeklommen.”
En dan komt het moment, zo'n drie jaar geleden dat beide met elkaar in contact kwamen. Daar bleef het niet bij. Het contact resulteerde in samenwerking. Evrin zag het levenslicht. “Eefje zong voorheen met een jazzgitarist covers van jazzstandards, haar grootste inspiratie is Billie Holiday, en kwam via hem op een muzieksite waar ik ook op zat”, vertelt Raijmakers. “Toen ik Eefje hoorde was ik meteen onder de indruk van Eefje's stem en vroeg haar of ze ook wel eens eigen nummers zong. Uiteindelijk hebben we daar over heen en weer gemaild en elkaar ontmoet. Ik was daarentegen al jaren songs aan het schrijven en en aan het optreden als singer/songwriter. Vanaf het moment dat we elkaar ontmoetten is het balletje aan het rollen gegaan.” Terschegget vult aan: “We inspireerden elkaar. Eerst de songs die Riny had liggen, maar ook luisteren naar wat de ander inspireerde. Riny liet me kennis maken met Dylan, Gram Parsons, John Hiatt, Tom Waits, Ry Cooder terwijl ik Riny liet luisteren naar Billie Holiday, Ella Fitzgerald, Melody Gardot en Karen Dalton. Het bleek dat we daar een mix van konden maken die bij ons beide paste en die ook goed voelde. Een 'huwelijk' tussen jazz en folk/singersongwriter. Geen eenvoudige klus om dat in een liedje te krijgen. “Het ontstond vrij organisch. Riny ging meer luisteren naar jazzstandards en dus slopen er ook andere akkoordwisselingen en melodieën in zijn liedjes. Het is ook niet zo dat er in elk nummer jazz- of folkinvloeden zitten. Sommige songs zijn wat meer folk/americana georiënteerd, andere hebben wat duidelijkere blues- en jazzinvloeden.”
Recent verscheen het eerste album van Evrin. “Be Still” is het resultaat van de samenwerking. “We hadden al een behoorlijk aantal nummers die we samen hadden opgenomen met een home recorder maar we voelden ook dat het geen opnames waren die goed genoeg zijn,” stelt Eefje Terschegget. “Riny kende Milan Ciric van de Sing-Sing studio in Metslawier ( Friesland) al een tijd en we hebben toen met hem afgesproken hoe we dit zouden gaan aanpakken. Uiteindelijk zijn we in oktober 2014 begonnen met de opnames en daarbij hebben we ook gebruik gemaakt van een aantal sessiemuzikanten en bevriende musici.” Raijmakers vult aan: “Het werken in de studio was voor ons een geweldige ervaring en we merkten ook dat we ons meer bezig hielden met het op de juiste manier arrangeren van de songs mede ook doordat er andere muzikanten bij waren betrokken. De CD is nu bijna 3 maanden uit en het gaat echt de goede kant uit. De reacties zijn uiterst positief, vanuit binnen- en buitenland.” Voor een album zijn liedjes nodig. Raijmakers schreef de liedjes die op het album zijn terechtgekomen. “Alle nummers heb ik geschreven,” aldus de mannelijke helft van het duo. “Sommige liedjes waren al bestaande nummers, andere songs heb ik geschreven voor Eefje's stem en weer andere ontstaan heel organisch een groeien in het proces. Er staat ook een nummer op (Kamboja Flowers) en dat is eigenlijk een persoonlijk verhaal van Eefje waar ik een nummer over heb geschreven. Het idee is wel dat we in de toekomst ook samen songs gaan schrijven.”
Het terras in Amen wacht uitnodigend op Evrin. Ze kijken er naar uit om hun materiaal ook aan anderen te laten horen. Niet alleen het werk van 'Be Still' maar ook al veel nieuw materiaal. “Op een podium staan, muziek maken is voor ons beide het mooiste wat er is”, verzucht Terschegget. “We willen, of we nu voor 2 of voor 200 mensen spelen, dezelfde energie uitstralen. Het geeft daarna ook een bijzonder goed gevoel om de positieve reacties van het publiek te horen.” Raijmakers onderstreept dat. “We hebben al een behoorlijk aantal nummers klaar liggen die niet op de cd staan maar die we al wel live uitvoeren en we merken dat deze songs ook steeds meer aan het groeien zijn. We spelen nu ook regelmatig met andere muzikanten en dan merken we ook dat bestaande nummers een ander jasje krijgen. Natuurlijk willen we op een gegeven moment ook een tweede album uitbrengen maar tot nu toe hebben we alles in eigen beheer gedaan en dat is een ook een investering die we terug zullen moeten verdienen, en waarvan we ook verwachten dat dat gaat lukken. Als het aan ons ligt komt er zeker een tweede album maar voorlopig focussen we ons op ons eerste album, dat is het belangrijkst. Tot nu toe is het voor ons een groot avontuur waarvan we beide nog niet weten waar het allemaal toe kan leiden,” kijkt het duo vooruit.
In het kader van de Zummer op zien Zundags-concerten staat bij droog weer Evrin op 12 juli op het terras van De Amer in Amen.
AMEN – Het is een mooie vondst van De Amer. Als de concertzaal voor de zomer sluit, dan zet je de artiesten toch gewoon op het terras en laat je niet alleen de gericht komende muziekliefhebber, maar ook de toevallig passerende toerist of recreant hiervan genieten. Op 12 juli staan, bij droog weer, Riny Raijmakers en Eefje Terschegget op het terras. Onder de naam Evrin heeft het duo een mooi huwelijk gesloten tussen jazz en folk.
“Ik wist al van kleins af aan dat ik zangeres wilde worden”, steekt Eefje Terschegget op een mooie zomerse avond van wal. “Ik heb ook wel sporadisch wat met muziek gedaan, maar door omstandigheden kwam dat nooit echt van de grond. Ik kreeg wel de bevestiging van mensen dat ik een mooi stemgeluid had. Pas 7 á 8 jaar geleden ben ik via een viend in contact gekomen met jazzgitarist Christian Meijnhard van Schoor (die ook meespeelt op de pasverschenen CD). Muzikaal klikte het gelijk en Chris stimuleerde me om verder te gaan. Hij vond mijn stem uitermate geschikt om jazzstandards en bossa nova te zingen. Chris en ik zijn toen als het duo EC Jazz gaan optreden. Helaas kan Chris vanwege gezondheidsredenen niet regelmatig meer optreden, waardoor de muzikale samenwerking op frequente basis niet meer mogelijk was. Er is wel een mooie vriendschap uit gegroeid en als even kan zoeken we elkaar regelmatig op en dan wordt er wel weer muziek gemaakt.” Riny Raijmakers heeft ook een pre-Evrin loopbaan in de muziek. “Ik heb jaren gewerkt in diverse platen- en cd zaken en ben daarmee en daarnaast dus altijd met muziek bezig geweest. Op het moment dat ik meer songs begon te schrijven wilde ik me ook meer verdiepen in de Engelse taal en ben toen Engels gaan studeren en heb zelfs een aantal jaren Engelse les gegeven op diverse middelbare scholen. Op een gegeven moment rioep de muziek toch weer en ben ik als singer/songwriter het podium opgeklommen.”
En dan komt het moment, zo'n drie jaar geleden dat beide met elkaar in contact kwamen. Daar bleef het niet bij. Het contact resulteerde in samenwerking. Evrin zag het levenslicht. “Eefje zong voorheen met een jazzgitarist covers van jazzstandards, haar grootste inspiratie is Billie Holiday, en kwam via hem op een muzieksite waar ik ook op zat”, vertelt Raijmakers. “Toen ik Eefje hoorde was ik meteen onder de indruk van Eefje's stem en vroeg haar of ze ook wel eens eigen nummers zong. Uiteindelijk hebben we daar over heen en weer gemaild en elkaar ontmoet. Ik was daarentegen al jaren songs aan het schrijven en en aan het optreden als singer/songwriter. Vanaf het moment dat we elkaar ontmoetten is het balletje aan het rollen gegaan.” Terschegget vult aan: “We inspireerden elkaar. Eerst de songs die Riny had liggen, maar ook luisteren naar wat de ander inspireerde. Riny liet me kennis maken met Dylan, Gram Parsons, John Hiatt, Tom Waits, Ry Cooder terwijl ik Riny liet luisteren naar Billie Holiday, Ella Fitzgerald, Melody Gardot en Karen Dalton. Het bleek dat we daar een mix van konden maken die bij ons beide paste en die ook goed voelde. Een 'huwelijk' tussen jazz en folk/singersongwriter. Geen eenvoudige klus om dat in een liedje te krijgen. “Het ontstond vrij organisch. Riny ging meer luisteren naar jazzstandards en dus slopen er ook andere akkoordwisselingen en melodieën in zijn liedjes. Het is ook niet zo dat er in elk nummer jazz- of folkinvloeden zitten. Sommige songs zijn wat meer folk/americana georiënteerd, andere hebben wat duidelijkere blues- en jazzinvloeden.”
Recent verscheen het eerste album van Evrin. “Be Still” is het resultaat van de samenwerking. “We hadden al een behoorlijk aantal nummers die we samen hadden opgenomen met een home recorder maar we voelden ook dat het geen opnames waren die goed genoeg zijn,” stelt Eefje Terschegget. “Riny kende Milan Ciric van de Sing-Sing studio in Metslawier ( Friesland) al een tijd en we hebben toen met hem afgesproken hoe we dit zouden gaan aanpakken. Uiteindelijk zijn we in oktober 2014 begonnen met de opnames en daarbij hebben we ook gebruik gemaakt van een aantal sessiemuzikanten en bevriende musici.” Raijmakers vult aan: “Het werken in de studio was voor ons een geweldige ervaring en we merkten ook dat we ons meer bezig hielden met het op de juiste manier arrangeren van de songs mede ook doordat er andere muzikanten bij waren betrokken. De CD is nu bijna 3 maanden uit en het gaat echt de goede kant uit. De reacties zijn uiterst positief, vanuit binnen- en buitenland.” Voor een album zijn liedjes nodig. Raijmakers schreef de liedjes die op het album zijn terechtgekomen. “Alle nummers heb ik geschreven,” aldus de mannelijke helft van het duo. “Sommige liedjes waren al bestaande nummers, andere songs heb ik geschreven voor Eefje's stem en weer andere ontstaan heel organisch een groeien in het proces. Er staat ook een nummer op (Kamboja Flowers) en dat is eigenlijk een persoonlijk verhaal van Eefje waar ik een nummer over heb geschreven. Het idee is wel dat we in de toekomst ook samen songs gaan schrijven.”
Het terras in Amen wacht uitnodigend op Evrin. Ze kijken er naar uit om hun materiaal ook aan anderen te laten horen. Niet alleen het werk van 'Be Still' maar ook al veel nieuw materiaal. “Op een podium staan, muziek maken is voor ons beide het mooiste wat er is”, verzucht Terschegget. “We willen, of we nu voor 2 of voor 200 mensen spelen, dezelfde energie uitstralen. Het geeft daarna ook een bijzonder goed gevoel om de positieve reacties van het publiek te horen.” Raijmakers onderstreept dat. “We hebben al een behoorlijk aantal nummers klaar liggen die niet op de cd staan maar die we al wel live uitvoeren en we merken dat deze songs ook steeds meer aan het groeien zijn. We spelen nu ook regelmatig met andere muzikanten en dan merken we ook dat bestaande nummers een ander jasje krijgen. Natuurlijk willen we op een gegeven moment ook een tweede album uitbrengen maar tot nu toe hebben we alles in eigen beheer gedaan en dat is een ook een investering die we terug zullen moeten verdienen, en waarvan we ook verwachten dat dat gaat lukken. Als het aan ons ligt komt er zeker een tweede album maar voorlopig focussen we ons op ons eerste album, dat is het belangrijkst. Tot nu toe is het voor ons een groot avontuur waarvan we beide nog niet weten waar het allemaal toe kan leiden,” kijkt het duo vooruit.
In het kader van de Zummer op zien Zundags-concerten staat bij droog weer Evrin op 12 juli op het terras van De Amer in Amen.
Daniel Payne: 'Alle vooroordelen wat betreft country vielen weg'
Foto David Cooper
MEPPEL – Daniel Payne werkt van uit Spanje langzaam zich in Noordelijke richting. Uiteindelijk zal hij aan het strand van Ameland zijn tournee beïndigen tijdens het Madnes Festival met daarvoor een aantal Noordelijke optredens. We spreken Payne onderweg in Frankrijk. Een gesprek over zijn muziek, voorliefde voor murderballads en de samenwerking die hij in Nederland aangaat met de Pine Needle Miners uit Drenthe. Een reis van 'dad's records' naar 'recording artist'., van Lubbock naar Ameland.
“Ik was dertien jaar oud en probeerde al de LP's van mijn vader uit waar hij niet meer naar luisterde”, vertelt Payne. “Zo raakte in de ban van Bob Dylan, Jimi Hendrix en Jethro Tull. Ik raakte geïnterresseerd in al die geweldige muziek die je nooit op de radio hoort; 'North Country Blues, Song From The Wood, Hear My Train A Comin'... Ik dacht niet dat een loopbaan in de muziek voor mijzelf haalbaar was. Mijn vader ging naar een concert van Bob Dylan toen ik tien was. Hij heeft me niet meegenomen; ik denk dat hij muziek voor mij ook geen optie vond.”
Dat veranderde toen Daniel Payne zijn 18de verjaardag vierde. “Mijn moeder verraste me op mijn verjaardag met een gitaar. Vanaf dat moment sloot ik mezelf op mijn kamer op met mijn gitaar en de platen van James Taylor en Bob Dylan. College was een teleurstelling. Ik ben in het eerste jaar gestopt. Ik heb overwogen om in het leger te gaan en zelfs met een recruiter gepraat, maar ook dat was niks voor mij. Ik heb een aantal jaar in het loodgietersbedrijf van mijn vader gewerkt, tot ik overal zat van was behalve mijn gitaar. In één van de trucks van het loodgietersbedrijf zat een casette met oude Merle Haggard liedjes. Daar luisterde ik de hele dag naar onder het werk. Ik was betoverd door Merle Haggard en zijn band The Strangers en dat werden mijn helden. Ik realiseerde me toen dat country muziek meer was dan gezapige softe troep, maar soul had. Ik raakte gecharmeerd van de hard binnenkomende honky tonk geluiden van de steel guitars, violen en telecasters en de verhalen van arme mensen, de zorgen van de plattelandsbevolking met zijn alcoholisme, tragedies en het harde leven dat ze lijden.”
Met alleen zijn gitaar en geen werk moet Daniel Payne een plan bedenken. Wat een paar jaar eerder nog een onmogelijkheid leek werd alsnog werkelijkheid. De muziek riep. “Ik ben naar Leveland Texas gegaan om Tim McCasland te vragen of hij mijn mentor wilde zijn. He heeft me alles geleerd over zijn 'fingerstyle' op gitaar. Ik heb twee jaar lang niets anders gedaan dan om te proberen om liedjes van Jerry Reed met die stijl in de vingers te krijgen. Liedjes als 'Reedology' en 'The Claw' Ik heb het hele werk van Reed leren spelen op steel string guitar. Ik was 23 en werd lid van een honky tonk band en 'hit the road' en ik heb andermans verwachtingen achter me gelaten. In mijn jeugd waren mijn opties het leger, college of een baan zoeken. Ik denk niet dat mijn 'old man' ooit verwacht heeft dat ik in staat was de vlam van de soul in andermans ziel te ontsteken. Maar dat is niet mijn probleem.”
De keuze voor country, folk en bluegrass muziek was inmiddels haast onvermijdelijk. Payne is nog steeds verknocht aan die typisch Amerikaanse muziek, die echter in Nederland ook veel aanhang geniet. “Ik ontdekte Merle Haggard en dat heeft me geholpen op weg naar de waarheid, soul en autenticiteit die country en bluegrass muziek is. Alle stereotypen en vooroordelen wat betreft deze muziek vielen weg en vanaf dat moment sta ik in direct contact met de waarheid.”
Daniel Payne is inmiddels zelf ook een actief liedjesschrijver. “Ik wacht niet op inspiratie, dat is me te veel een gok. Ik ga zitten en schrijven als ik vind dat ik nieuw material moet hebben. Als ik toch een vlaag van inspiratie krijg, dan schrijf ik het idee op en werk het vaak later uit of het nu een melodie, een stuk tekst of een flard van muziek is of iets groters als een concept voor een album. Als er geld op het spel staat en er dus druk is krijg ik veel gedaan. Ik boek dus een studio nog voor ik een noot op papier heb. Om die reden was er ook een geweldige druk op mijn schouders toen ik mijn laatste album opnam. Ik begon de liedjes te schrijven zes dagen voor de eerste opname dag. Ik schreef zelfs het laatste liedje in mijn hoofd op weg van Lubbock in Texas naar de studio in Nashville. Daar is het in acht dagen opgenomen. De hele periode van niks tot een compleet album duurde veertien dagen.” Een onderwerp dat regelmatig terug komt in de liedjes van Payne is de donkere kant van het leven. Murder ballads en ander soortige ellende zijn voor hem dankbare onderwerpen. “Voor mij is het de taak van de songwriter om te refelecteren over elke kant van het menselijk spectrum. Er is slechtheid in iedereen. Iedereen is een mix van goed en slecht. Sommige mensen slagen er in om gratieus langs die donkerte te laveren, anderen lukt dat niet, maar het is altijd in wat voor vorm dan ook bij ons. Als je niet voldoende nadenkt over die aspecten van het leven en er over reflecteert is het onmogelijk om de luisteraar een compleet beeld te geven.”
Daniel Payne woont in Lubbock als hij niet on tour is. Een stad met geschiedenis. Hoe is dat van invloed op zijn werk. “Lubbock is niet echt een stad waar mensen naar muziek komen luisteren, maar er is twee keer per jaar een liedjesschrijf wedstrijd in de Bleu Light en elke maandagavond een avond voor songwriters. De gastheer Benton Leachman grijpt in als het publiek te rumoerig wordt. Het is fijn als er in de stad een paar bars zijn die de ballen hebben om lokale musici een kans te geven en het stimuleren dat mensen komen luisteren. Ik zou het graag zien dat er meer mensen waren die niet alleen maar covers spelen, maar uit hun comfort-zone stappen en Lubbock helpen om de stad eer te doen aan zijn naam als geboorteplaats van muzikale innovators als Buddy Holly, Waylong Jennings en Joe Ely. Je kan niet op je lauweren rusten als individu of gemeenschap. Je merkt ik ben toch wat teleurgesteld over de stand van zaken in Lubbock, maar er gebeuren ook goede zaken. Het stimuleert niet, maar frustreert me wel.”
In Nederland gaat Payne het podium op met de Pine Needle Miners, de bluegrass formatie uit Meppel. En onverwachte samenwerking tussen Texas en Drenthe. “Ik heb Peter en Joren van de Pine Needle Miners vorig jaar tijdens mijn tour ontmoet in Meppel. We hebben toen samen gesproken over een samenwerking. Dat is er van gekomen, ondanks dat we wat tegenslag gehad hebben in het boeken van shows en het opzeggen van geboekte shows. We doen daarom wat minder optredens dan we gehoopt hadden. Er is toch nog zat leuks om naar vooruit te kijken. Het zijn ontzettend leuke lui en prima muzikanten en ik ben erg blij dat ze me begeleiden. Het zal wel even wennen worden en zeker zijn invloed hebben op de muziek. Ik verwacht dat ze veel solo's spelen, maar heb geen idee of ze dat gewend zijn. Ik ben er zeker van dat ze dat ook aankunnen. Veel plezier op het podium zullen we in ieder geval hebben.”
De huidige Europese tour is een uitvloeisel van het nieuwe album van Payne dat hij komt promoten. “Tales for Undesirables” is net uit als opvolger van zijn eerdere albums 'Ancient Tones' en 'In the Fertile Gardens of Freedom'. “Zodra ik een album publiceer word ik net als iedereen een luisteraar. Het album speelt niet langer in mijn gedachten, maar is van de wereld. Het interpreteren van zo'n werk is verschillend en net zo complex voor iedere verschillende luisteraar. Volgens mij is de schepper van de muziek niet te onderscheiden van de luisteraar en dus zijn ze onvergelijkbaar. Fertile Gardens was mijn tactvolle manier om de middelvinger op te steken naar veel bands in Texas die op een vreselijke manier country proberen te mixen met rock & roll. Ik zou graag juist dit willen vertellen in Texas, maar niemand vraagt me er ooit naar. 'Ancient Tones' is een bluegrass album met bijna uitsluitend akoestische instrumenten en een knipoog naar 'Western Swing'. Ik heb geprobeerd te doen wat ieder weldenkend mens zou doen als hij de kans krijgt een album op te nemen met mensen als Andy Gibson, Chris Scruggs en Billy Contreras”. Nu is er dan het nieuwe album en weer een nieuwe richting. “Tales for Undesirables' is een country-folk album. Ik heb dit album geschreven met in gedachten dat Andy's vrienden John McTigue (drums) en Donnie Herron (viool en claw hammer banjo) die dagen in de buurt waren voor sessies en meewilden spelen op het album. Ik heb mijn folkliedjes daar naar toe geschreven. Ik ben blij met het resultaat, maar ik ben nooit helemaal comfortabel met mijn eigen werk en altijd al weer aan het verder kijken naar een volgend project.”
Langzaam baant Pane van optreden naar optreden zijn weg Noordwaarts. “Ik heb drie weken opgetreden in Spanje en ben net de grens over naar Frankrijk. We zullen zien hoe de rest van de tour gaat. Ik weet zeker dat het geweldig gaat worden in België in Café Den Bolle in Herentals. Daar is een publiek dat echt country steunt. Dit is mijn vierde Europese tour en de derde zomer achter elkaar dat ik mijn eigen liedjes zing. Europeanen letten goed op en zijn enthousiast tijdens de optredens. Iedere keer bouw ik ook weer betere relaties op met de verschillende podia en komen er meer mensen speciaal voor mijn muziek. In Spanje was ik zo gelukkig een tourmanager - Gabri Reigosa – te vinden die alles vergemakelijkte. Als je die niet hebt, moet je zelf als doen. Constant er op letten dat alles goed gaat en voortdurend bouwen aan je relaties. Het is hard werken, maar hoe langer je het doet, hoe meer je mensen tegenkomt die je graag willen helpen en je tegemoed komen. Dat is nog wel het meest geweldige deel van mijn werk. Merken dat je werk en wat je doet wordt gewaardeerd door anderen.”
Daniel Payne en de Pine Needle Miners staan op 26 juni in cafe Clouso in Meppel. Op 27 juni tracteren ze de bezoekers van De Sluys in Munnekezijl op hun muziek en op 4 juli eindigt de tour op het Madnes festival op Ameland. Wellicht dat er nog meer data in het Noorden bij komen.
Foto David Cooper
MEPPEL – Daniel Payne werkt van uit Spanje langzaam zich in Noordelijke richting. Uiteindelijk zal hij aan het strand van Ameland zijn tournee beïndigen tijdens het Madnes Festival met daarvoor een aantal Noordelijke optredens. We spreken Payne onderweg in Frankrijk. Een gesprek over zijn muziek, voorliefde voor murderballads en de samenwerking die hij in Nederland aangaat met de Pine Needle Miners uit Drenthe. Een reis van 'dad's records' naar 'recording artist'., van Lubbock naar Ameland.
“Ik was dertien jaar oud en probeerde al de LP's van mijn vader uit waar hij niet meer naar luisterde”, vertelt Payne. “Zo raakte in de ban van Bob Dylan, Jimi Hendrix en Jethro Tull. Ik raakte geïnterresseerd in al die geweldige muziek die je nooit op de radio hoort; 'North Country Blues, Song From The Wood, Hear My Train A Comin'... Ik dacht niet dat een loopbaan in de muziek voor mijzelf haalbaar was. Mijn vader ging naar een concert van Bob Dylan toen ik tien was. Hij heeft me niet meegenomen; ik denk dat hij muziek voor mij ook geen optie vond.”
Dat veranderde toen Daniel Payne zijn 18de verjaardag vierde. “Mijn moeder verraste me op mijn verjaardag met een gitaar. Vanaf dat moment sloot ik mezelf op mijn kamer op met mijn gitaar en de platen van James Taylor en Bob Dylan. College was een teleurstelling. Ik ben in het eerste jaar gestopt. Ik heb overwogen om in het leger te gaan en zelfs met een recruiter gepraat, maar ook dat was niks voor mij. Ik heb een aantal jaar in het loodgietersbedrijf van mijn vader gewerkt, tot ik overal zat van was behalve mijn gitaar. In één van de trucks van het loodgietersbedrijf zat een casette met oude Merle Haggard liedjes. Daar luisterde ik de hele dag naar onder het werk. Ik was betoverd door Merle Haggard en zijn band The Strangers en dat werden mijn helden. Ik realiseerde me toen dat country muziek meer was dan gezapige softe troep, maar soul had. Ik raakte gecharmeerd van de hard binnenkomende honky tonk geluiden van de steel guitars, violen en telecasters en de verhalen van arme mensen, de zorgen van de plattelandsbevolking met zijn alcoholisme, tragedies en het harde leven dat ze lijden.”
Met alleen zijn gitaar en geen werk moet Daniel Payne een plan bedenken. Wat een paar jaar eerder nog een onmogelijkheid leek werd alsnog werkelijkheid. De muziek riep. “Ik ben naar Leveland Texas gegaan om Tim McCasland te vragen of hij mijn mentor wilde zijn. He heeft me alles geleerd over zijn 'fingerstyle' op gitaar. Ik heb twee jaar lang niets anders gedaan dan om te proberen om liedjes van Jerry Reed met die stijl in de vingers te krijgen. Liedjes als 'Reedology' en 'The Claw' Ik heb het hele werk van Reed leren spelen op steel string guitar. Ik was 23 en werd lid van een honky tonk band en 'hit the road' en ik heb andermans verwachtingen achter me gelaten. In mijn jeugd waren mijn opties het leger, college of een baan zoeken. Ik denk niet dat mijn 'old man' ooit verwacht heeft dat ik in staat was de vlam van de soul in andermans ziel te ontsteken. Maar dat is niet mijn probleem.”
De keuze voor country, folk en bluegrass muziek was inmiddels haast onvermijdelijk. Payne is nog steeds verknocht aan die typisch Amerikaanse muziek, die echter in Nederland ook veel aanhang geniet. “Ik ontdekte Merle Haggard en dat heeft me geholpen op weg naar de waarheid, soul en autenticiteit die country en bluegrass muziek is. Alle stereotypen en vooroordelen wat betreft deze muziek vielen weg en vanaf dat moment sta ik in direct contact met de waarheid.”
Daniel Payne is inmiddels zelf ook een actief liedjesschrijver. “Ik wacht niet op inspiratie, dat is me te veel een gok. Ik ga zitten en schrijven als ik vind dat ik nieuw material moet hebben. Als ik toch een vlaag van inspiratie krijg, dan schrijf ik het idee op en werk het vaak later uit of het nu een melodie, een stuk tekst of een flard van muziek is of iets groters als een concept voor een album. Als er geld op het spel staat en er dus druk is krijg ik veel gedaan. Ik boek dus een studio nog voor ik een noot op papier heb. Om die reden was er ook een geweldige druk op mijn schouders toen ik mijn laatste album opnam. Ik begon de liedjes te schrijven zes dagen voor de eerste opname dag. Ik schreef zelfs het laatste liedje in mijn hoofd op weg van Lubbock in Texas naar de studio in Nashville. Daar is het in acht dagen opgenomen. De hele periode van niks tot een compleet album duurde veertien dagen.” Een onderwerp dat regelmatig terug komt in de liedjes van Payne is de donkere kant van het leven. Murder ballads en ander soortige ellende zijn voor hem dankbare onderwerpen. “Voor mij is het de taak van de songwriter om te refelecteren over elke kant van het menselijk spectrum. Er is slechtheid in iedereen. Iedereen is een mix van goed en slecht. Sommige mensen slagen er in om gratieus langs die donkerte te laveren, anderen lukt dat niet, maar het is altijd in wat voor vorm dan ook bij ons. Als je niet voldoende nadenkt over die aspecten van het leven en er over reflecteert is het onmogelijk om de luisteraar een compleet beeld te geven.”
Daniel Payne woont in Lubbock als hij niet on tour is. Een stad met geschiedenis. Hoe is dat van invloed op zijn werk. “Lubbock is niet echt een stad waar mensen naar muziek komen luisteren, maar er is twee keer per jaar een liedjesschrijf wedstrijd in de Bleu Light en elke maandagavond een avond voor songwriters. De gastheer Benton Leachman grijpt in als het publiek te rumoerig wordt. Het is fijn als er in de stad een paar bars zijn die de ballen hebben om lokale musici een kans te geven en het stimuleren dat mensen komen luisteren. Ik zou het graag zien dat er meer mensen waren die niet alleen maar covers spelen, maar uit hun comfort-zone stappen en Lubbock helpen om de stad eer te doen aan zijn naam als geboorteplaats van muzikale innovators als Buddy Holly, Waylong Jennings en Joe Ely. Je kan niet op je lauweren rusten als individu of gemeenschap. Je merkt ik ben toch wat teleurgesteld over de stand van zaken in Lubbock, maar er gebeuren ook goede zaken. Het stimuleert niet, maar frustreert me wel.”
In Nederland gaat Payne het podium op met de Pine Needle Miners, de bluegrass formatie uit Meppel. En onverwachte samenwerking tussen Texas en Drenthe. “Ik heb Peter en Joren van de Pine Needle Miners vorig jaar tijdens mijn tour ontmoet in Meppel. We hebben toen samen gesproken over een samenwerking. Dat is er van gekomen, ondanks dat we wat tegenslag gehad hebben in het boeken van shows en het opzeggen van geboekte shows. We doen daarom wat minder optredens dan we gehoopt hadden. Er is toch nog zat leuks om naar vooruit te kijken. Het zijn ontzettend leuke lui en prima muzikanten en ik ben erg blij dat ze me begeleiden. Het zal wel even wennen worden en zeker zijn invloed hebben op de muziek. Ik verwacht dat ze veel solo's spelen, maar heb geen idee of ze dat gewend zijn. Ik ben er zeker van dat ze dat ook aankunnen. Veel plezier op het podium zullen we in ieder geval hebben.”
De huidige Europese tour is een uitvloeisel van het nieuwe album van Payne dat hij komt promoten. “Tales for Undesirables” is net uit als opvolger van zijn eerdere albums 'Ancient Tones' en 'In the Fertile Gardens of Freedom'. “Zodra ik een album publiceer word ik net als iedereen een luisteraar. Het album speelt niet langer in mijn gedachten, maar is van de wereld. Het interpreteren van zo'n werk is verschillend en net zo complex voor iedere verschillende luisteraar. Volgens mij is de schepper van de muziek niet te onderscheiden van de luisteraar en dus zijn ze onvergelijkbaar. Fertile Gardens was mijn tactvolle manier om de middelvinger op te steken naar veel bands in Texas die op een vreselijke manier country proberen te mixen met rock & roll. Ik zou graag juist dit willen vertellen in Texas, maar niemand vraagt me er ooit naar. 'Ancient Tones' is een bluegrass album met bijna uitsluitend akoestische instrumenten en een knipoog naar 'Western Swing'. Ik heb geprobeerd te doen wat ieder weldenkend mens zou doen als hij de kans krijgt een album op te nemen met mensen als Andy Gibson, Chris Scruggs en Billy Contreras”. Nu is er dan het nieuwe album en weer een nieuwe richting. “Tales for Undesirables' is een country-folk album. Ik heb dit album geschreven met in gedachten dat Andy's vrienden John McTigue (drums) en Donnie Herron (viool en claw hammer banjo) die dagen in de buurt waren voor sessies en meewilden spelen op het album. Ik heb mijn folkliedjes daar naar toe geschreven. Ik ben blij met het resultaat, maar ik ben nooit helemaal comfortabel met mijn eigen werk en altijd al weer aan het verder kijken naar een volgend project.”
Langzaam baant Pane van optreden naar optreden zijn weg Noordwaarts. “Ik heb drie weken opgetreden in Spanje en ben net de grens over naar Frankrijk. We zullen zien hoe de rest van de tour gaat. Ik weet zeker dat het geweldig gaat worden in België in Café Den Bolle in Herentals. Daar is een publiek dat echt country steunt. Dit is mijn vierde Europese tour en de derde zomer achter elkaar dat ik mijn eigen liedjes zing. Europeanen letten goed op en zijn enthousiast tijdens de optredens. Iedere keer bouw ik ook weer betere relaties op met de verschillende podia en komen er meer mensen speciaal voor mijn muziek. In Spanje was ik zo gelukkig een tourmanager - Gabri Reigosa – te vinden die alles vergemakelijkte. Als je die niet hebt, moet je zelf als doen. Constant er op letten dat alles goed gaat en voortdurend bouwen aan je relaties. Het is hard werken, maar hoe langer je het doet, hoe meer je mensen tegenkomt die je graag willen helpen en je tegemoed komen. Dat is nog wel het meest geweldige deel van mijn werk. Merken dat je werk en wat je doet wordt gewaardeerd door anderen.”
Daniel Payne en de Pine Needle Miners staan op 26 juni in cafe Clouso in Meppel. Op 27 juni tracteren ze de bezoekers van De Sluys in Munnekezijl op hun muziek en op 4 juli eindigt de tour op het Madnes festival op Ameland. Wellicht dat er nog meer data in het Noorden bij komen.
Susanne Alt smolt voor de mooie klank en het flitsende uiterlijk van de saxofoon
foto: Hester Doove
DE BULT – In het huis waarin Susanne Alt opgroeide klonk muziek. Die muziek van haar ouders heeft ze meegenomen, maar tot iets heel eigens gemaakt. Met haar saxofoon is de geboren Duitse een begrip in Nederland in de jazz. Op zondag 7 juni zal ze optreden in Huis ten Wolde in De Bult bij Steenwijk in het kader van de reeks jazzy concerten die daar worden georganiseerd. Voor het zover is wil Susanne Alt graag wat vertellen over haar liefde voor de saxofoon en haar plannen voor een nieuw album.
Met een vader, Hans-Joachim Alt, die naast dichter en componist ook nog pianoles gaf en een moeder, Maria Alt, die haar leerlingen de geheimen van de gitaar bijbracht kun je als kind eigenlijk twee kanten op. Of je breekt totaal met de muziek, of je treedt in de muzikale voetsporen van je ouders. “Het was de vanzelfsprekendheid waarmee ik thuis met muziek opgroeide die er voor zorgde dat de muziek ook mijn loopbaan werd”, schets Alt. Eerst leerde ze de piano en de gitaar spelen, maar uiteindelijk werd het toch een ander instrument dat de jonge Susanne in zijn ban kreeg. “De mooie klank en het flitsende uiterlijk van de saxofoon spraken mij enorm aan.. Ik zag eens in mijn dorp een Amerikaanse bigband met een vrouw op de saxofoon en dat vond ik erg stoer.”
Van huis uit was het toch klassiek maar Susanne Alt keek verder in de muziekwereld en ging op een ontdekkingsreis die eigenlijk tot op heden voortduurt. “Ik kreeg klassieke les op de muziekschool en werd op gegeven moment – rond mijn 14de - nieuwsgierig naar de geschiedenis van de saxofoon en in welke context het nog meer wordt gebruikt, toen kwam ik bij jazz en funk uit. Vrij snel wist ik al dat ik jazzsaxofoniste wilde worden, op mijn 18de begon ik met mijn jazzstudie in Hilversum.” Dat ging niet onopgemerkt. Ze won de "Siemens-Jazz-Förderpreis" en was naast haar studie in Nederland op wat tegenwoordig het Conservatorium in Amsterdam is, maar toen nog in Hilversum was gevestigd ook actief in het National Youth Jazz Orchestra Germany. Vervolgde na Hilversum haar Jazz studie in Berlijn op de Universität der Künste en bleef prijzen winnen en finale plaatsen halen in diverse jazzcompetities onder andere het 'Leipziger Jazznachwuchsfestival' en de 'Dutch Jazz Competition'. In die jaren verscheen ook haar eerste album 'Nocturne'. Al met al een enorme prestatie voor een jonge muzikante, die ook niet stil bleef zitten of zich laat beperken door de jazz, maar graag door genre barrieres heen gaat. “Ik ben begonnen met klassiek, ging naar de jazz en funk en speel sinds een aantal jaren veel met house-dj's, dit is redelijk gevarieerd denk ik. Als je er maar in kan improviseren. Buiten de altsax speel ik ook sopraan en tenor, en ook fluit en ik zing een beetje.”
Deze ontwikkeling laat zich ook horen op de vier albums die Susanne Alt uitbracht. In 2012 verscheen haar laatste album 'How to Kiss'. Deze maand hoopt Alt haar nieuwe album af te kunnen mixen en binnen afzienbare tijd uit te brengen. Susanne Alt ziet ook zelf een duidelijke ontwikkeling in haar werk. “Als je de vier studio-albums op volgorde beluistert kun je een verandering van modern jazz naar nog meer groovy soulful jazz merken en de nieuwe plaat gaat beginnen waar 'How to kiss' stopt. Op de vorige albums werk ik toch voornamelijk met een jazzband bestaande uit sax, piano, contrabas en drums, weleens gitaar en wat percussie. Het album waar ik nu mee bezig ben, bevat ook veel zang, gastvocalisten, blazerssecties, geen contrabas, veel synthesizers en qua mensen veel muzikanten die ik in de loop der jaren heb mogen ontmoeten. Er staan mensen op van 21-75 jaar oud.” Susanne Alt componeert ook veel van het werk dat ze brengt. “De nummers moeten op zich natuurlijk goed zijn maar het is vaak het samenstellen van de setlijst of een volgorde van een album wat het nog beter maakt, dat nummers tot hun recht komen. Het schrijven gaat mij vrij makkelijk af, de ideeen komen snel, het is meer het uitwerken wat langer duurt.”
Vaak werkt Alt ook met anderen. Ook in Huis ten Wolde als ze met bassist Harry Emery speelt. “Als improviserend muzikant leer je voortdurend want je moet je oren spitsen en openhouden voor hetgene wat om je heen gebeurt. Jazz en improvisatie is een oneindig leerproces en de uitdaging is juist om elke keer weer blanco op podium te stappen en er iets leuks van te maken, waar en met wie je op dat moment bent. Harry heeft mij als gastsolist uitgenodigd. Ik ken hem van eerdere optredens met Erik Kooger en Bas van Lier die me ook nu zullen begeleiden en we gaan een aantal eigen nummers van mij spelen en wat bekende jazznummers, zeker minstens één mooie ballad en verder lekker swingende muziek”, kijkt Susanne Alt uit naar het optreden in De Bult.
foto: Hester Doove
DE BULT – In het huis waarin Susanne Alt opgroeide klonk muziek. Die muziek van haar ouders heeft ze meegenomen, maar tot iets heel eigens gemaakt. Met haar saxofoon is de geboren Duitse een begrip in Nederland in de jazz. Op zondag 7 juni zal ze optreden in Huis ten Wolde in De Bult bij Steenwijk in het kader van de reeks jazzy concerten die daar worden georganiseerd. Voor het zover is wil Susanne Alt graag wat vertellen over haar liefde voor de saxofoon en haar plannen voor een nieuw album.
Met een vader, Hans-Joachim Alt, die naast dichter en componist ook nog pianoles gaf en een moeder, Maria Alt, die haar leerlingen de geheimen van de gitaar bijbracht kun je als kind eigenlijk twee kanten op. Of je breekt totaal met de muziek, of je treedt in de muzikale voetsporen van je ouders. “Het was de vanzelfsprekendheid waarmee ik thuis met muziek opgroeide die er voor zorgde dat de muziek ook mijn loopbaan werd”, schets Alt. Eerst leerde ze de piano en de gitaar spelen, maar uiteindelijk werd het toch een ander instrument dat de jonge Susanne in zijn ban kreeg. “De mooie klank en het flitsende uiterlijk van de saxofoon spraken mij enorm aan.. Ik zag eens in mijn dorp een Amerikaanse bigband met een vrouw op de saxofoon en dat vond ik erg stoer.”
Van huis uit was het toch klassiek maar Susanne Alt keek verder in de muziekwereld en ging op een ontdekkingsreis die eigenlijk tot op heden voortduurt. “Ik kreeg klassieke les op de muziekschool en werd op gegeven moment – rond mijn 14de - nieuwsgierig naar de geschiedenis van de saxofoon en in welke context het nog meer wordt gebruikt, toen kwam ik bij jazz en funk uit. Vrij snel wist ik al dat ik jazzsaxofoniste wilde worden, op mijn 18de begon ik met mijn jazzstudie in Hilversum.” Dat ging niet onopgemerkt. Ze won de "Siemens-Jazz-Förderpreis" en was naast haar studie in Nederland op wat tegenwoordig het Conservatorium in Amsterdam is, maar toen nog in Hilversum was gevestigd ook actief in het National Youth Jazz Orchestra Germany. Vervolgde na Hilversum haar Jazz studie in Berlijn op de Universität der Künste en bleef prijzen winnen en finale plaatsen halen in diverse jazzcompetities onder andere het 'Leipziger Jazznachwuchsfestival' en de 'Dutch Jazz Competition'. In die jaren verscheen ook haar eerste album 'Nocturne'. Al met al een enorme prestatie voor een jonge muzikante, die ook niet stil bleef zitten of zich laat beperken door de jazz, maar graag door genre barrieres heen gaat. “Ik ben begonnen met klassiek, ging naar de jazz en funk en speel sinds een aantal jaren veel met house-dj's, dit is redelijk gevarieerd denk ik. Als je er maar in kan improviseren. Buiten de altsax speel ik ook sopraan en tenor, en ook fluit en ik zing een beetje.”
Deze ontwikkeling laat zich ook horen op de vier albums die Susanne Alt uitbracht. In 2012 verscheen haar laatste album 'How to Kiss'. Deze maand hoopt Alt haar nieuwe album af te kunnen mixen en binnen afzienbare tijd uit te brengen. Susanne Alt ziet ook zelf een duidelijke ontwikkeling in haar werk. “Als je de vier studio-albums op volgorde beluistert kun je een verandering van modern jazz naar nog meer groovy soulful jazz merken en de nieuwe plaat gaat beginnen waar 'How to kiss' stopt. Op de vorige albums werk ik toch voornamelijk met een jazzband bestaande uit sax, piano, contrabas en drums, weleens gitaar en wat percussie. Het album waar ik nu mee bezig ben, bevat ook veel zang, gastvocalisten, blazerssecties, geen contrabas, veel synthesizers en qua mensen veel muzikanten die ik in de loop der jaren heb mogen ontmoeten. Er staan mensen op van 21-75 jaar oud.” Susanne Alt componeert ook veel van het werk dat ze brengt. “De nummers moeten op zich natuurlijk goed zijn maar het is vaak het samenstellen van de setlijst of een volgorde van een album wat het nog beter maakt, dat nummers tot hun recht komen. Het schrijven gaat mij vrij makkelijk af, de ideeen komen snel, het is meer het uitwerken wat langer duurt.”
Vaak werkt Alt ook met anderen. Ook in Huis ten Wolde als ze met bassist Harry Emery speelt. “Als improviserend muzikant leer je voortdurend want je moet je oren spitsen en openhouden voor hetgene wat om je heen gebeurt. Jazz en improvisatie is een oneindig leerproces en de uitdaging is juist om elke keer weer blanco op podium te stappen en er iets leuks van te maken, waar en met wie je op dat moment bent. Harry heeft mij als gastsolist uitgenodigd. Ik ken hem van eerdere optredens met Erik Kooger en Bas van Lier die me ook nu zullen begeleiden en we gaan een aantal eigen nummers van mij spelen en wat bekende jazznummers, zeker minstens één mooie ballad en verder lekker swingende muziek”, kijkt Susanne Alt uit naar het optreden in De Bult.
Liz Meesters: “Bluegras is voor mij altijd meer geweest dan alleen maar muziek”
AMEN/HARPEL – De Amer heeft de reguliere programmering zo'n beetje afgesloten, maar komt deze zomer met iets nieuws. "Zummer op zien Zundags". Op een aantal zonnige zondagmiddagen deze zomer wordt de concertzaal mee naar buiten genomen. Timo de Jong beet al de spits af en op zondag 28 juni zullen Janis McCoury & The Wall of Sound het publiek verrassen dat spontaan langskomt of bewust voor de muziek het terras opzoekt met hun bluegrass. Achter deze indrukwekkende naam schuilen zangeres gitariste en basspeelster Liz Meesters. Peter Noorman op banjo, Hendrik Luurtsema op mandoline, Bert Heinhuis op dobro en wie weet zingt ook Salomé Meesters nog een nummer mee in een moeder-dochter duet Buiten de country en bluegrass behoeft Liz Meesters wellicht nog introductie, maar wereldwijd absoluut niet. Graag vertelt ze over haar liefde voor de bluegrass.
“Ik ben opgegroeid met bluegrass muziek, want mijn vader heeft jaren lang tournees georganiseerd voor Amerikaanse bluegrass bands”, vertelt de Harpelse muzikante. “De artiesten die dan overkwamen logeerden bij ons thuis en gaven huisconcerten waarvan we er in die jaren meer dan 200 hebben gehad. Aangezien vele van deze muzikanten vrienden werden en we ze ook gingen bezoeken in de USA, is bluegrass voor mij altijd meer geweest dan alleen maar muziek. Bij ons thuis werd er bijna alleen maar bluegrass gedraaid of gespeeld. Voor mij was het wat popmuziek was voor anderen. Ik heb weinig van Doe Maar meegekregen, ik luisterde naar Peter Rowan. Dus voor mij is het zeker heel vanzelfsprekend dat bluegrass zo’n grote invloed heeft op mijn muziek. De eerste keren dat ik op het podium stond deed ik dat wel met mijn vader. Ik ben heel blij met die ervaring, het was leuk en bijzonder, maar mijn vader is geen podiumdier dus na een poosje stond hij zijn plaats af aan andere muzikanten.”
Die muzikanten hebben als naam gekregen Janis McCoury & the Wall of Sound. Liz Meesters legt uit hoe ze zo aan die naam gekomen zijn. “Janis McCoury & The Wall of Sound is begonnen als duo van Peter Noorman en mij. Wij heten toen alleen Janis McCoury, een naam die een samentrekking is van twee van onze favoriete artiesten: Peter is een liefhebber van traditionele bluegrass en één van zijn voorbeelden is Del McCoury. Ik hou ook erg van singer-songwriter muziek en ben een groot bewonderaar van Janis Ian. De toevoeging ‘The Wall of Sound’ hebben we er later bij bedacht, het is een beetje een knipoog naar de akoestische muziek die we spelen, al zijn de banjo, dobro en mandoline aardige geluidskanonnen. Wij wilden ook graag op festivals spelen en dan merk je dat het mooi is als je dan een volledige band hebt. Eerst hebben we samen gespeeld met wat tijdelijke artiesten, we hebben zelfs op een festival in Frankrijk ter plaatse nog de bassist Danny Booth van een Amerikaanse band Frank Solivan & Dirty Kitchen gevraagd om met ons mee te spelen. Dit werd een fantastische show. Vorig jaar heeft Eric Levenson met ons mee gebast, dit was voor mij heel bijzonder. Eric was hier op tournee met Amy Gallatin & Stillwaters maar was in de begin jaren 80 van de vorige eeuw ook een aantal keren op tournee en bij ons thuis geweest met Joe Val. We hebben een poosje met Kevin Lynch (Murphy’s Law) en Erwin van der Ven gespeeld maar de afstand tussen de woonplaatsen was te ver om met regelmaat te oefenen. Als je echt aan je eigen bandgeluid wilt werken is het belangrijk om vaste muzikanten om je heen te hebben en we zijn heel blij met de artiesten die we hebben gevonden die nu een vast onderdeel van de band vormen. Hendrik Luurtsema, die zingt en mandoline speelt, heeft eerder met ons in de voormalige band Close to Home gespeeld. Bert Heinhuis, speelt de dobro, trad vroeger op met de bluegrass band Flagstone."
Er is een enorm 'songbook'met de meest geweldige country en bluegrass liedjes. Liz Meesters schrijft echter zelf ook materiaal. Een proces met vallen en opstaan. “Het schrijven van liedjes vind ik nog niet zo makkelijk”, kijkt Meesters moeilijk. “ik begin eerst heel erg met nadenken wat het proces eigenlijk remt. Een idee moet eerst aan alle kanten worden onderzocht in mijn hoofd. Uiteindelijk komt er dan een moment waarop een zin of idee me niet meer loslaat en als ik dan begin te schrijven, is het vaak in een paar uurtjes klaar. En ‘goed Liz liedje’ hoeft niet moeilijk te zijn en hoeft zelfs niet een ingewikkeld thema te hebben (ik heb een liedje dat heet ‘The Corn around My House’ over het mais dat elk jaar rond mijn huis staat) maar het moet een bepaald verhaal vertellen, vaak toch met een droevige twist.”
Jarenlang was Liz Meesters de gitariste van de band. Sinds kort staat ze ook op het podium met een enorme contrabas. “De bas is nog erg nieuw voor mij. Ik ben vorig jaar november hiermee begonnen. Tot die tijd heb ik, naast het zingen, altijd gitaar gespeeld, maar ik ben geen geweldige gitaarspeler en ik vond het altijd moeilijk om die twee dingen tegelijk te doen. Het bassen is daarin voor mij een openbaring. Ik heb nog heel veel te leren maar op de bas kun je al snel meespelen, het is een stuk eenvoudiger. Dat geeft mij de ruimte om met hart en ziel te zingen. Want daar ligt toch mijn echte liefde, bij het zingen.”
Bluegrass en country zijn toch typisch Amerikaanse muzieksoorten die hier ook een trouwe volgelingen schare hebben. Regelmatig komen bands over uit de Verenigde Staten en ook in Nederland zijn een aantal muzikanten die zich met dit muziekgenre bezig houdt. Wie weet hoeveel toevallige passanten in Amen nog bekeerd worden. “Ik weet niet of je kunt zeggen dat bluegrass hier nou echt populair is, al denk ik wel dat films als ‘O Brother, where art thou’ en ‘The Broken Circle Breakdown’ helpen. Bluegrass heeft zeker een hele trouwe aanhang. Ik denk dat dit onder andere komt omdat bluegrass een makkelijke muzieksoort is om mee te spelen, als je een paar akkoorden kent kun je meestal op een jamsessie wel wat meespelen. Er zijn dus ook heel veel muzikanten onder de liefhebbers van deze muziek.
Wat ook zeker een bijzonder iets is in bluegrass, is dat de artiesten heel dichtbij zijn, je kunt ze altijd aanspreken, ze mengen zich altijd in het publiek en vaak zie je ze weer in een jamsessie, samen musiceren met iedereen die zijn of haar instrument heeft meegenomen.” Het is zeker dat muzikanten uit de bluegrass niet vast zitten aan een eigen repertoire of band. Gastmuzikanten en spontane 'aanschuivers' zijn niet ongewoon. Ook Liz Meesters stond al met menig bekende 'bluegrass' naam op het podium. “Het is altijd heel bijzonder om muziek met elkaar te delen en daar leer ik en de andere leden van de band ook elke keer veel van.. De unieke invulling die elke afzonderlijke muzikant brengt zorgt altijd dat je zelf ook weer anders reageert. Dat is zeker erg mooi om te merken bij een eigen geschreven nummer. Je hoort dan hoe je liedje groeit door de inbreng van en samenwerking met anderen.” Voor wie wil weten hoe dat dan klinkt. De Amer heeft op zondag 28 juni het meest muzikale terras uit de omgeving.
Janis McCoury & The Wall of Sound staat op 14 juni tijdens de Zomerfair in Drouwenerveen en op 28 juni klinken om 14.00 uur de eerste klanken tijdens "Zummer op zien Zundags" op het terras van De Amer in Amen. Bij slecht weer even informeren of het wordt afgelast of naar binnen verplaatst.
AMEN/HARPEL – De Amer heeft de reguliere programmering zo'n beetje afgesloten, maar komt deze zomer met iets nieuws. "Zummer op zien Zundags". Op een aantal zonnige zondagmiddagen deze zomer wordt de concertzaal mee naar buiten genomen. Timo de Jong beet al de spits af en op zondag 28 juni zullen Janis McCoury & The Wall of Sound het publiek verrassen dat spontaan langskomt of bewust voor de muziek het terras opzoekt met hun bluegrass. Achter deze indrukwekkende naam schuilen zangeres gitariste en basspeelster Liz Meesters. Peter Noorman op banjo, Hendrik Luurtsema op mandoline, Bert Heinhuis op dobro en wie weet zingt ook Salomé Meesters nog een nummer mee in een moeder-dochter duet Buiten de country en bluegrass behoeft Liz Meesters wellicht nog introductie, maar wereldwijd absoluut niet. Graag vertelt ze over haar liefde voor de bluegrass.
“Ik ben opgegroeid met bluegrass muziek, want mijn vader heeft jaren lang tournees georganiseerd voor Amerikaanse bluegrass bands”, vertelt de Harpelse muzikante. “De artiesten die dan overkwamen logeerden bij ons thuis en gaven huisconcerten waarvan we er in die jaren meer dan 200 hebben gehad. Aangezien vele van deze muzikanten vrienden werden en we ze ook gingen bezoeken in de USA, is bluegrass voor mij altijd meer geweest dan alleen maar muziek. Bij ons thuis werd er bijna alleen maar bluegrass gedraaid of gespeeld. Voor mij was het wat popmuziek was voor anderen. Ik heb weinig van Doe Maar meegekregen, ik luisterde naar Peter Rowan. Dus voor mij is het zeker heel vanzelfsprekend dat bluegrass zo’n grote invloed heeft op mijn muziek. De eerste keren dat ik op het podium stond deed ik dat wel met mijn vader. Ik ben heel blij met die ervaring, het was leuk en bijzonder, maar mijn vader is geen podiumdier dus na een poosje stond hij zijn plaats af aan andere muzikanten.”
Die muzikanten hebben als naam gekregen Janis McCoury & the Wall of Sound. Liz Meesters legt uit hoe ze zo aan die naam gekomen zijn. “Janis McCoury & The Wall of Sound is begonnen als duo van Peter Noorman en mij. Wij heten toen alleen Janis McCoury, een naam die een samentrekking is van twee van onze favoriete artiesten: Peter is een liefhebber van traditionele bluegrass en één van zijn voorbeelden is Del McCoury. Ik hou ook erg van singer-songwriter muziek en ben een groot bewonderaar van Janis Ian. De toevoeging ‘The Wall of Sound’ hebben we er later bij bedacht, het is een beetje een knipoog naar de akoestische muziek die we spelen, al zijn de banjo, dobro en mandoline aardige geluidskanonnen. Wij wilden ook graag op festivals spelen en dan merk je dat het mooi is als je dan een volledige band hebt. Eerst hebben we samen gespeeld met wat tijdelijke artiesten, we hebben zelfs op een festival in Frankrijk ter plaatse nog de bassist Danny Booth van een Amerikaanse band Frank Solivan & Dirty Kitchen gevraagd om met ons mee te spelen. Dit werd een fantastische show. Vorig jaar heeft Eric Levenson met ons mee gebast, dit was voor mij heel bijzonder. Eric was hier op tournee met Amy Gallatin & Stillwaters maar was in de begin jaren 80 van de vorige eeuw ook een aantal keren op tournee en bij ons thuis geweest met Joe Val. We hebben een poosje met Kevin Lynch (Murphy’s Law) en Erwin van der Ven gespeeld maar de afstand tussen de woonplaatsen was te ver om met regelmaat te oefenen. Als je echt aan je eigen bandgeluid wilt werken is het belangrijk om vaste muzikanten om je heen te hebben en we zijn heel blij met de artiesten die we hebben gevonden die nu een vast onderdeel van de band vormen. Hendrik Luurtsema, die zingt en mandoline speelt, heeft eerder met ons in de voormalige band Close to Home gespeeld. Bert Heinhuis, speelt de dobro, trad vroeger op met de bluegrass band Flagstone."
Er is een enorm 'songbook'met de meest geweldige country en bluegrass liedjes. Liz Meesters schrijft echter zelf ook materiaal. Een proces met vallen en opstaan. “Het schrijven van liedjes vind ik nog niet zo makkelijk”, kijkt Meesters moeilijk. “ik begin eerst heel erg met nadenken wat het proces eigenlijk remt. Een idee moet eerst aan alle kanten worden onderzocht in mijn hoofd. Uiteindelijk komt er dan een moment waarop een zin of idee me niet meer loslaat en als ik dan begin te schrijven, is het vaak in een paar uurtjes klaar. En ‘goed Liz liedje’ hoeft niet moeilijk te zijn en hoeft zelfs niet een ingewikkeld thema te hebben (ik heb een liedje dat heet ‘The Corn around My House’ over het mais dat elk jaar rond mijn huis staat) maar het moet een bepaald verhaal vertellen, vaak toch met een droevige twist.”
Jarenlang was Liz Meesters de gitariste van de band. Sinds kort staat ze ook op het podium met een enorme contrabas. “De bas is nog erg nieuw voor mij. Ik ben vorig jaar november hiermee begonnen. Tot die tijd heb ik, naast het zingen, altijd gitaar gespeeld, maar ik ben geen geweldige gitaarspeler en ik vond het altijd moeilijk om die twee dingen tegelijk te doen. Het bassen is daarin voor mij een openbaring. Ik heb nog heel veel te leren maar op de bas kun je al snel meespelen, het is een stuk eenvoudiger. Dat geeft mij de ruimte om met hart en ziel te zingen. Want daar ligt toch mijn echte liefde, bij het zingen.”
Bluegrass en country zijn toch typisch Amerikaanse muzieksoorten die hier ook een trouwe volgelingen schare hebben. Regelmatig komen bands over uit de Verenigde Staten en ook in Nederland zijn een aantal muzikanten die zich met dit muziekgenre bezig houdt. Wie weet hoeveel toevallige passanten in Amen nog bekeerd worden. “Ik weet niet of je kunt zeggen dat bluegrass hier nou echt populair is, al denk ik wel dat films als ‘O Brother, where art thou’ en ‘The Broken Circle Breakdown’ helpen. Bluegrass heeft zeker een hele trouwe aanhang. Ik denk dat dit onder andere komt omdat bluegrass een makkelijke muzieksoort is om mee te spelen, als je een paar akkoorden kent kun je meestal op een jamsessie wel wat meespelen. Er zijn dus ook heel veel muzikanten onder de liefhebbers van deze muziek.
Wat ook zeker een bijzonder iets is in bluegrass, is dat de artiesten heel dichtbij zijn, je kunt ze altijd aanspreken, ze mengen zich altijd in het publiek en vaak zie je ze weer in een jamsessie, samen musiceren met iedereen die zijn of haar instrument heeft meegenomen.” Het is zeker dat muzikanten uit de bluegrass niet vast zitten aan een eigen repertoire of band. Gastmuzikanten en spontane 'aanschuivers' zijn niet ongewoon. Ook Liz Meesters stond al met menig bekende 'bluegrass' naam op het podium. “Het is altijd heel bijzonder om muziek met elkaar te delen en daar leer ik en de andere leden van de band ook elke keer veel van.. De unieke invulling die elke afzonderlijke muzikant brengt zorgt altijd dat je zelf ook weer anders reageert. Dat is zeker erg mooi om te merken bij een eigen geschreven nummer. Je hoort dan hoe je liedje groeit door de inbreng van en samenwerking met anderen.” Voor wie wil weten hoe dat dan klinkt. De Amer heeft op zondag 28 juni het meest muzikale terras uit de omgeving.
Janis McCoury & The Wall of Sound staat op 14 juni tijdens de Zomerfair in Drouwenerveen en op 28 juni klinken om 14.00 uur de eerste klanken tijdens "Zummer op zien Zundags" op het terras van De Amer in Amen. Bij slecht weer even informeren of het wordt afgelast of naar binnen verplaatst.
Kate Orange: ik wil dance muziek brengen met een live band
VEENDAM – Kate Orange is één van de smaakmakers op 30 mei op het Flower Power Festival in Veendam. Achter Kate Orange schuilt Kateryna Vinitskyi. Geboren in de Oekraine en pas een paar jaar in Nederland bestormt ze met haar Indie Electro Pop de podia en de festivals met haar band en ook als DJ timmert de jonge kleurrijke artieste aan de weg. Later deze zomer staat ze in Drenthe ook nog op het Taribush Kuna Festival. Alle reden voor een gesprek.
“Ik ben een singer/songwriter en produceer al mijn eigen muziek.”, stelt Kate Orange. “Vier jaar geleden kwam ik naar Nederland. In de Oekraine was ik al volop actief in de muziek als zangeres en DJ en dat heb ik in Nederland voortgezet. Ik heb daar ook nooit over getwijfeld dat ik hier op het ingeslagen pad verder moest gaan. Natuurlijk bracht de verhuizing een aantal problemen met zich mee, en ik vond het wel een uitdaging om mijn plek te verdienen in de Nederlandse muziek. Aan de andere kant geeft Nederland wel de kans om ook Europees door te breken.
De Oekraine is niet direct het land dat je op het eerste gezicht een bloeiende muziekindustrie toedicht. Ten onrechte stelt Kate Orange. “In de Oekraine is er een enorme muziekscene, maar het is erg gesloten. Het gros van de Oekrainse muzikanten maakt vooral muziek voor een landelijk publiek. We hebben een aantal grote muzikanten zoals The Manneken, Onuka, Dakha Brakha en jazz singer Jamala die in Europa en de Verenigde Staten misschien nog wel bekender zijn dan in eigen land. Hun muziek is cool en ze zingen vooral in het Engels. Deze dagen staat de Oekraine bijna elke dag wereldwijd in de krant met de gebeurtenissen in mijn land. Toch hebben mensen in Europa geen belangstelling voor de muziek van de Oekraine. Dat is jammer, want het is erg melodische muziek.” Uiteraard is er dan de vraag in hoeverre je de muziek van haar vaderland terug hoort in de muziek van Kate Orange. “Ik denk niet dat het in mijn muziek een grote rol speelt en eigenlijk toch ook wel. De Oekrainse cultuur en muzieklessen blijven een belangrijke rol spelen. De manier waarop we in de Oekraine zingen en componeren is net even anders dan in West-Europa. Mijn zang en harmonieen zijn bijvoorbeeld erg beïnvloed door de volksmuziek in mijn land. We houden er van om veelstemmig te zingen met soms onvoorspelbare twists en harmonieen. Ik hou ook van het gebruik van kleine samenzang. Dat wordt vaak geassocieerd met droeve liedjes, maar op mijn muziek kun je dansen, zoals je nog nooit hebt gedanst”, lacht Kate Orange.
Maar hoe onstaat dan zo'n Kate Orange Liedje. “Een Kate Orange song... hmmm... Ik word de laatste tijd vaak gevraagd hoe mijn creatieve proces is. Ik moet je eerlijk zeggen. Ik heb geen idee. Eigenlijk schrijf ik de liedjes niet. Ik zet op papier wat mij doorkomt van.. wie weet . Ik hoop God. Het is een vreemde maar ook geweldige ervaring. Ik kan midden in de nacht wakker worden of midden op straat lopen en een liedje zit in mijn hoofd. Het is een compleet pakket met kleurrijk dromen of een helder beeld. Ik kan de arrangementen horen, de stemmen en de kleding die er mee samen gaat. Vaak lijkt het op een kant en klare videoclip. Ik moet dan maken dat ik pen en papier heb en het allemaal opschrijven. Op vruchtbare dagen komen er zo wel tot vijf liedjes door. Later ga ik daar nog eens rustig voorzitten en werk deze ingevingen uit.
Electronic indie pop, dat is de vlag waaronder de muziek van Kate Orange wordt gelabeld. Maar wat is dat precies? “Het is de stijl die zelf en beetje heb uit gevonden. Als kind was ik dol op sade en Michael Jackson. Later veranderede dat naar Metal en grunge muziek. Ik speelde in live bands. Vanaf 2006 ging ik draaien in clubs en werd het electro, house, nu-disco en tech-house. Mijn muzikale smaak is nogal breed en dat komt samen in electronic indie pop. Ik heb de kracht en energie van een metalband gecombineerd met electronische beats en effecten van club muziek en het resultaat is wat ik heb en ik hield van wat ik zo vond”, beschrijft de Rotterdamse Oekrainse.
Naast Artiest blijft Kate Orange ook plaatjes draaien in clubs als DJ. Ook daar geeft ze een eigen invulling aan. “Een DJ is voor mij een soort producer”, legt Kate Orange uit. “Ik hou er van om muziek te mixen. Je begint met twee liedjes en je mixt het samen tot iets heel anders terwijl je bezig bent. Ik zing ook als DJ. Ik ben dus niet bezig met op het juiste moment op een knopje te drukken en op deze manier een plaatje te draaien, maar ik breng entertanment en kunst . Als ik met de band op het podium sta is ons optreden haast vergelijkbaar qua opbouw met een DJ set. Er vallen geen stiltes, maar toch zijn alle liedjes afzonderlijk herkenbaar. Met de band heb ik geen DJ hokje op het podium, dat is het grote verschil. Ik heb daar nog wel verder gaande ideeen over. Ik wil kijken of je met een live band ook dancemuziek kunt gaan spelen. Dat wil ik proberen. Ik denk dat het een gave ervaring zal zijn. Ik ga je nu een geheim vertellen. In het najaar hopen we onze eerste single uit te brengen. Die zal op deze manier worden gemaakt. Met live instrumenten voor clubs en dance en party people. Ik denk dat niemand weet wat hij hoort. Je kun het nu al een beetje meemaken at ik bedoel tijdens ons optreden. Onze drummer Javier Figueira speelt fijne dansbare beats. Fabriece L.F. Jacob is onze man op keys en programmeur. Hij speelt al die geluiden die in je hoofd blijven steken. Onze kracht komt van Randy Manniesing die met zijn guitar riffs onze muziek vult met power. Jurriaan de Kok ondersteunt het met zijn bas. Magdalena Dzambo en Serena Formisano zingen hele cole backing vocals. Belangrijk is ook dat al deze muzkanten ook geweldige performers zijn. Saai is niet een woord dat voor ons is uitgevonden. Ik heb een diep geloof dat deze mensen mij gaan helpen om mijn doel te bereiken.”
Dat eerste doel is de single en dan ligt verder op de opvolger van haar eerste album 'Stereo Radio uit 2012 in het verschiet. “Stereo Radio' heb ik volledig zelf uitgebracht. Ik was de producent, ik maakte de arrangementen. Ik zong en deed bijna alles zelf. Het is een album waar ik nog volledig achtersta en die nog steeds geweldig klinkt. Ik heb nadien wel nog een heleboel geleerd en werk nu met een geweldige band. Het is mijn dreamteam deze zes mensen. Ze begrijpen wat ik bedoel, hoe ik wil klinken en waar ik, samen met hen, over vijf jaar wil staan. In het najaar moet er eerst de single verschinen en we hopen in 2016 een compleet album uit te brengen.” Maar voor het zover is wachten Flower Power in Veendam en Taribush Kuna in Dwingeloo.
Kate Orange staat op 30 mei in Veendam op het Flower Power fesival. Op 9 juli treedt ze op tijdens het Taribush Kuna festival in Dwingeloo
VEENDAM – Kate Orange is één van de smaakmakers op 30 mei op het Flower Power Festival in Veendam. Achter Kate Orange schuilt Kateryna Vinitskyi. Geboren in de Oekraine en pas een paar jaar in Nederland bestormt ze met haar Indie Electro Pop de podia en de festivals met haar band en ook als DJ timmert de jonge kleurrijke artieste aan de weg. Later deze zomer staat ze in Drenthe ook nog op het Taribush Kuna Festival. Alle reden voor een gesprek.
“Ik ben een singer/songwriter en produceer al mijn eigen muziek.”, stelt Kate Orange. “Vier jaar geleden kwam ik naar Nederland. In de Oekraine was ik al volop actief in de muziek als zangeres en DJ en dat heb ik in Nederland voortgezet. Ik heb daar ook nooit over getwijfeld dat ik hier op het ingeslagen pad verder moest gaan. Natuurlijk bracht de verhuizing een aantal problemen met zich mee, en ik vond het wel een uitdaging om mijn plek te verdienen in de Nederlandse muziek. Aan de andere kant geeft Nederland wel de kans om ook Europees door te breken.
De Oekraine is niet direct het land dat je op het eerste gezicht een bloeiende muziekindustrie toedicht. Ten onrechte stelt Kate Orange. “In de Oekraine is er een enorme muziekscene, maar het is erg gesloten. Het gros van de Oekrainse muzikanten maakt vooral muziek voor een landelijk publiek. We hebben een aantal grote muzikanten zoals The Manneken, Onuka, Dakha Brakha en jazz singer Jamala die in Europa en de Verenigde Staten misschien nog wel bekender zijn dan in eigen land. Hun muziek is cool en ze zingen vooral in het Engels. Deze dagen staat de Oekraine bijna elke dag wereldwijd in de krant met de gebeurtenissen in mijn land. Toch hebben mensen in Europa geen belangstelling voor de muziek van de Oekraine. Dat is jammer, want het is erg melodische muziek.” Uiteraard is er dan de vraag in hoeverre je de muziek van haar vaderland terug hoort in de muziek van Kate Orange. “Ik denk niet dat het in mijn muziek een grote rol speelt en eigenlijk toch ook wel. De Oekrainse cultuur en muzieklessen blijven een belangrijke rol spelen. De manier waarop we in de Oekraine zingen en componeren is net even anders dan in West-Europa. Mijn zang en harmonieen zijn bijvoorbeeld erg beïnvloed door de volksmuziek in mijn land. We houden er van om veelstemmig te zingen met soms onvoorspelbare twists en harmonieen. Ik hou ook van het gebruik van kleine samenzang. Dat wordt vaak geassocieerd met droeve liedjes, maar op mijn muziek kun je dansen, zoals je nog nooit hebt gedanst”, lacht Kate Orange.
Maar hoe onstaat dan zo'n Kate Orange Liedje. “Een Kate Orange song... hmmm... Ik word de laatste tijd vaak gevraagd hoe mijn creatieve proces is. Ik moet je eerlijk zeggen. Ik heb geen idee. Eigenlijk schrijf ik de liedjes niet. Ik zet op papier wat mij doorkomt van.. wie weet . Ik hoop God. Het is een vreemde maar ook geweldige ervaring. Ik kan midden in de nacht wakker worden of midden op straat lopen en een liedje zit in mijn hoofd. Het is een compleet pakket met kleurrijk dromen of een helder beeld. Ik kan de arrangementen horen, de stemmen en de kleding die er mee samen gaat. Vaak lijkt het op een kant en klare videoclip. Ik moet dan maken dat ik pen en papier heb en het allemaal opschrijven. Op vruchtbare dagen komen er zo wel tot vijf liedjes door. Later ga ik daar nog eens rustig voorzitten en werk deze ingevingen uit.
Electronic indie pop, dat is de vlag waaronder de muziek van Kate Orange wordt gelabeld. Maar wat is dat precies? “Het is de stijl die zelf en beetje heb uit gevonden. Als kind was ik dol op sade en Michael Jackson. Later veranderede dat naar Metal en grunge muziek. Ik speelde in live bands. Vanaf 2006 ging ik draaien in clubs en werd het electro, house, nu-disco en tech-house. Mijn muzikale smaak is nogal breed en dat komt samen in electronic indie pop. Ik heb de kracht en energie van een metalband gecombineerd met electronische beats en effecten van club muziek en het resultaat is wat ik heb en ik hield van wat ik zo vond”, beschrijft de Rotterdamse Oekrainse.
Naast Artiest blijft Kate Orange ook plaatjes draaien in clubs als DJ. Ook daar geeft ze een eigen invulling aan. “Een DJ is voor mij een soort producer”, legt Kate Orange uit. “Ik hou er van om muziek te mixen. Je begint met twee liedjes en je mixt het samen tot iets heel anders terwijl je bezig bent. Ik zing ook als DJ. Ik ben dus niet bezig met op het juiste moment op een knopje te drukken en op deze manier een plaatje te draaien, maar ik breng entertanment en kunst . Als ik met de band op het podium sta is ons optreden haast vergelijkbaar qua opbouw met een DJ set. Er vallen geen stiltes, maar toch zijn alle liedjes afzonderlijk herkenbaar. Met de band heb ik geen DJ hokje op het podium, dat is het grote verschil. Ik heb daar nog wel verder gaande ideeen over. Ik wil kijken of je met een live band ook dancemuziek kunt gaan spelen. Dat wil ik proberen. Ik denk dat het een gave ervaring zal zijn. Ik ga je nu een geheim vertellen. In het najaar hopen we onze eerste single uit te brengen. Die zal op deze manier worden gemaakt. Met live instrumenten voor clubs en dance en party people. Ik denk dat niemand weet wat hij hoort. Je kun het nu al een beetje meemaken at ik bedoel tijdens ons optreden. Onze drummer Javier Figueira speelt fijne dansbare beats. Fabriece L.F. Jacob is onze man op keys en programmeur. Hij speelt al die geluiden die in je hoofd blijven steken. Onze kracht komt van Randy Manniesing die met zijn guitar riffs onze muziek vult met power. Jurriaan de Kok ondersteunt het met zijn bas. Magdalena Dzambo en Serena Formisano zingen hele cole backing vocals. Belangrijk is ook dat al deze muzkanten ook geweldige performers zijn. Saai is niet een woord dat voor ons is uitgevonden. Ik heb een diep geloof dat deze mensen mij gaan helpen om mijn doel te bereiken.”
Dat eerste doel is de single en dan ligt verder op de opvolger van haar eerste album 'Stereo Radio uit 2012 in het verschiet. “Stereo Radio' heb ik volledig zelf uitgebracht. Ik was de producent, ik maakte de arrangementen. Ik zong en deed bijna alles zelf. Het is een album waar ik nog volledig achtersta en die nog steeds geweldig klinkt. Ik heb nadien wel nog een heleboel geleerd en werk nu met een geweldige band. Het is mijn dreamteam deze zes mensen. Ze begrijpen wat ik bedoel, hoe ik wil klinken en waar ik, samen met hen, over vijf jaar wil staan. In het najaar moet er eerst de single verschinen en we hopen in 2016 een compleet album uit te brengen.” Maar voor het zover is wachten Flower Power in Veendam en Taribush Kuna in Dwingeloo.
Kate Orange staat op 30 mei in Veendam op het Flower Power fesival. Op 9 juli treedt ze op tijdens het Taribush Kuna festival in Dwingeloo
Giulia Millanta houdt van Nederland
ROODEHAAN – “Ik sta op het punt om op het vliegtuig te stappen en naar Europa te vliegen. Ik stuur je de antwoorden in een paar dagen als ik tijd heb tussen het reizen en de optredens,” laat Giulia Millanta weten. Die tijd is er niet voor het optreden in VanSlag in Borger, maar gelukkig wel voor haar geplande optredens in Roodehaan op zaterdag 16 mei en paviljoen Meerzicht op zondag 17 mei. 'Het is zo druk, ik was het interview bijna vergeten”, geniet Giulia Millanta van het optreden, de reizen en het ontmoeten van mensen en vooral het delen van haar muziek.
Het verhaal van de jonge Italiaanse is een verhaal van twee continenten. Het begint in Florence of Firenze. Het land waar Millanta opgroeide, studeerde en haar eerste stappen als muzikant zette. “Iedereen in mijn familie was wel met muziek bezig. We speelden allemaal een instrument. Mijn vader zong en speelde de gitaar. Mijn moeder speelde piano en mijn zus speelt fluit. Eigenlijk waren we, behalve de muzikale kant, een doorsnee traditioneel gezin. Iedereen studeerde en had een 'solide' loopbaan. Ik ook. Ik ben dokter geworden, want dat was de verstandige keus, maar eigenlijk wilde ik maar één ding en dat was muzikant worden.” Dat werd ze. In Italië ging ze aan de slag als singersongwriter. Met “After The Alpha-Decay” en “Dropping Down” kwamen er twee albums uit en daarna volgde een hele grote stap. Om haar loopbaan een internationale boost te geven verhuisde Giulia Millanta naar Austin Texas. “Austin is een geweldige plek om te wonen. Het is erg stimulerend. Er zijn veel geweldige muzikanten. Dat is tegelijkertijd een uitdaging om je zelf te kunnen profileren, maar ook een geweldige bron van inspiratie. Ik mis Florence toch ook wel hoor en ben altijd blij als ik weer terug ben. Het zijn twee compleet verschillende werelden.“
Op deze tour heeft Giulia Millanta Florence een beetje bij zich. Ze speelt samen met Paolo Clementi. Clementi ondersteunt haar met zijn viola. “We speelden vaak samen in Florence zo'n 4 a 5 jaar geleden. Dat was altijd goed. We zijn goede vrienden, daarom heb ik hem meegevraagd.” Het internationale karakter van Millanta openbaart zich wel weer in de talen die ze op het podium gebruikt. Ze zingt haar liedjes in het Italiaans en Engels, maar ook in het Spaans en het Frans. “Het is een moeilijke vraag om te beantwoorden”, kijkt Giulia Millanta moeilijk als ze gevraagd wordt hoe haar liedjes tot stand komen en of ze verschillende talen gebruikt om verschillende emoties uit te drukken. “Ik zal het proberen uit te leggen. Een liedje overkomt mij in mijn hoofd in één van de vier talen die ik spreek. Het is niet een bewuste keuze van mij. Het is iets dat me overkomt. De laatste tijd echter zijn al mijn liedjes in het Engels. Ik spreek die taal nu vierentwintig uur per dag en dat heeft de overhand op dit moment.”
In de Verenigde Staten bracht ze ook twee albums uit. 'Dust and Desire' in het jaar dat ze de oversteek waagde en recent 'The Funambalist'. Twee heel verschillende albums, schetst de zangeres. “The Funambalist ( De koorddanser) is een meer volwassen en compleet album. Het is veel dieper en het is de neerslag van mijn reis, letterlijk en figuurlijk van Italië naar de Verenigde Staten en weer terug, en weer naar de States en weer naar Florence en weer....” lacht de singersongwriter blij met de muzikale groei.
Deze dagen tourt ze door Nederland. Niet voor het eerst. Regelmatig is ze in ons land te bewonderen en met reden. “Ik hou van Nederland. Ik hou van de Nederlanders en de Nederlanders schijnen van mij en mijn muziek te houden!” En dat is natuurlijk een uitstekende reden, nu nog een liedje in het Nederlands.
Giulia Millanta treedt op 16 mei op in Roodehaan in het gelijknamige etablissement. Een dag later op 17 mei komt ze naar Midlaren voor een optreden in Paviljoen Meerzicht.
ROODEHAAN – “Ik sta op het punt om op het vliegtuig te stappen en naar Europa te vliegen. Ik stuur je de antwoorden in een paar dagen als ik tijd heb tussen het reizen en de optredens,” laat Giulia Millanta weten. Die tijd is er niet voor het optreden in VanSlag in Borger, maar gelukkig wel voor haar geplande optredens in Roodehaan op zaterdag 16 mei en paviljoen Meerzicht op zondag 17 mei. 'Het is zo druk, ik was het interview bijna vergeten”, geniet Giulia Millanta van het optreden, de reizen en het ontmoeten van mensen en vooral het delen van haar muziek.
Het verhaal van de jonge Italiaanse is een verhaal van twee continenten. Het begint in Florence of Firenze. Het land waar Millanta opgroeide, studeerde en haar eerste stappen als muzikant zette. “Iedereen in mijn familie was wel met muziek bezig. We speelden allemaal een instrument. Mijn vader zong en speelde de gitaar. Mijn moeder speelde piano en mijn zus speelt fluit. Eigenlijk waren we, behalve de muzikale kant, een doorsnee traditioneel gezin. Iedereen studeerde en had een 'solide' loopbaan. Ik ook. Ik ben dokter geworden, want dat was de verstandige keus, maar eigenlijk wilde ik maar één ding en dat was muzikant worden.” Dat werd ze. In Italië ging ze aan de slag als singersongwriter. Met “After The Alpha-Decay” en “Dropping Down” kwamen er twee albums uit en daarna volgde een hele grote stap. Om haar loopbaan een internationale boost te geven verhuisde Giulia Millanta naar Austin Texas. “Austin is een geweldige plek om te wonen. Het is erg stimulerend. Er zijn veel geweldige muzikanten. Dat is tegelijkertijd een uitdaging om je zelf te kunnen profileren, maar ook een geweldige bron van inspiratie. Ik mis Florence toch ook wel hoor en ben altijd blij als ik weer terug ben. Het zijn twee compleet verschillende werelden.“
Op deze tour heeft Giulia Millanta Florence een beetje bij zich. Ze speelt samen met Paolo Clementi. Clementi ondersteunt haar met zijn viola. “We speelden vaak samen in Florence zo'n 4 a 5 jaar geleden. Dat was altijd goed. We zijn goede vrienden, daarom heb ik hem meegevraagd.” Het internationale karakter van Millanta openbaart zich wel weer in de talen die ze op het podium gebruikt. Ze zingt haar liedjes in het Italiaans en Engels, maar ook in het Spaans en het Frans. “Het is een moeilijke vraag om te beantwoorden”, kijkt Giulia Millanta moeilijk als ze gevraagd wordt hoe haar liedjes tot stand komen en of ze verschillende talen gebruikt om verschillende emoties uit te drukken. “Ik zal het proberen uit te leggen. Een liedje overkomt mij in mijn hoofd in één van de vier talen die ik spreek. Het is niet een bewuste keuze van mij. Het is iets dat me overkomt. De laatste tijd echter zijn al mijn liedjes in het Engels. Ik spreek die taal nu vierentwintig uur per dag en dat heeft de overhand op dit moment.”
In de Verenigde Staten bracht ze ook twee albums uit. 'Dust and Desire' in het jaar dat ze de oversteek waagde en recent 'The Funambalist'. Twee heel verschillende albums, schetst de zangeres. “The Funambalist ( De koorddanser) is een meer volwassen en compleet album. Het is veel dieper en het is de neerslag van mijn reis, letterlijk en figuurlijk van Italië naar de Verenigde Staten en weer terug, en weer naar de States en weer naar Florence en weer....” lacht de singersongwriter blij met de muzikale groei.
Deze dagen tourt ze door Nederland. Niet voor het eerst. Regelmatig is ze in ons land te bewonderen en met reden. “Ik hou van Nederland. Ik hou van de Nederlanders en de Nederlanders schijnen van mij en mijn muziek te houden!” En dat is natuurlijk een uitstekende reden, nu nog een liedje in het Nederlands.
Giulia Millanta treedt op 16 mei op in Roodehaan in het gelijknamige etablissement. Een dag later op 17 mei komt ze naar Midlaren voor een optreden in Paviljoen Meerzicht.
Adam Barnes was bijna de nieuwe Lewis Hamilton geweest
ROODEHAAN – Er is een moment in het leven van Adam Barnes geweest waarin hij getwijfeld moet hebben. Motorsport of muziek? Waar zijn broer er voor koos om in de motorsport verder te gaan trok uiteindelijk de muziek sterker aan Adam Barnes. Barnes had maar zo de nieuwe Lewis Hamilton kunnen zijn, maar de liefde voor muziek was groter en dat is niet onopgemerkt voorbij gegaan. Deze dagen maakt hij een korte tour door Nederland met op 9 mei een optreden in Roodehaan en dan keert Barnes op 31 mei terug voor het From the Garden festival in Wildervank.
“Ik ben opgegroeid in een familie die helemaal gek is van motorsport”, lacht Adam Barnes, “Toen ik jonger was gingen we heel vaak karten met zijn allen. Mijn broer is daarin doorgegaan. Hij is nu een rallyrijder en werkt voor een team dat actief is in de Formule 1. Ik hield ook enorm veel van karten, maar muziek was net even aantrekkelijker voor me in mijn tiener jaren. Ik was de jongste thuis, dus misschien had ik ook wel de behoefte om het anders te doen dan de rest; me te onderscheiden. Ik heb altijd van zingen gehouden. Vandaaruit kwam de interesse om liedjes te schrijven en ging de muziek echt groeien.” Geen helm op en een snelheidsduivel, maar de rust om mooie liedjes te schrijven. Adam Barnes wordt vaak geprezen voor zijn fraaie teksten. “Ik probeer voor ik de de woorden schrijf om de muziek klaar te hebben. Dat duurt regelmatig eeuwen, omdat ik er zeker van moet zijn dat ik op de juiste weg zit met de muziek. Ik wil dat mijn liedjes geloofwaardig zijn en dat ik ze met overtuiging kan zingen, omdat ik er achter sta. Er zijn veel mensen die mooie teksten schrijven. Ik probeer wat en tracht op elke mogelijke manier er iets van te maken”, wuift Barnes de lof bescheiden weg.
Adam Barnes woont in Oxford. De historische universiteitsstad heeft een belangrijke invloed gehad op hem. Het bleek een catalysator voor de ontwikkeling van zijn muziek. “Oxford is een geweldige stad. De Universiteitsgebouwen en de parken zijn adembenemend mooi. Het is een prachtige plek om op te treden, want er is een bijdetijdse en florende muziekscene. Het heeft even geduurd voo ik door had hoe geweldi deze stad is. Ik denk dat het me zeker de push heeft gegeven om het niveau te bereken dat ik nu heb. Er gebeurd zoveel, zoveel mooie acts treden op, het is niet eenvoudig om je da te onderscheiden.”
Een ander opvallend aspect is de samenwerking die Adam Barnes vaak heeft met de Amerikaanse artiesten Chris Ayer en Matt Simons. Een vriendschap die al jaren terug gaat. “Ik was een geweldig grote fan van Chris Ayer toen ik jong was. Ik was 16 en kreeg de mogelijkheid om het voorprogramma te doen voo een show in Oxford. Hij was heel vriendelijk en ondersteunend voor me. Een aantal jaar later kwam ik hem weer tegen in New York. Hij wist nog precies wie ik was en onze vriendschap begon zich toen te ontwikkelen. Matt Simons was een vriend van Greg en met zijn drieën begonnen we te toeren. Het zijn geweldige kerels om om je heen te hebben. Je hebt werkelijk geen kans je te vervelen. Al een antal jaar zijn deze twee met hun steun en de mogelijkheden die ze me geven erg belangrijk voor mijn muzikale loopbaan en ik voel me erg fortuinlijk dat ze op mijn pad zijn gekomen.
‘The Land, The Sea & Everything Lost Beneath’ was het eerste volledige album van Barnes en verscheen vorig jaar, nadat eerder zijn EP 'Blisters' ook prima was ontvangen. Adam Barnes werkt inmiddels weer aan een nieuwe EP. “In vergelijking met 'Blisters' zijn mijn liedjes veel verder ontwikkeld tot een op een punt waarop ik er erg tevreden mee ben. Ik wil op de nieuwe EP mijn grenzen echter nog verder verlegen. Geen radicale veranderingen en het is moeilijk te omschrijven hoe het gaat worden, maar ik kijk uit naar de kans om mensen mijn nieuwe liedjes te kunnen laten horen.”
Adam Barnes is regelmatig in Nederland. Er is een duidelijke klik tussen de Engelsman en ons land.
“Wonderful people, wonderful places.” complimenteert Barnes “Ik kom graag naar Nederland om op te treden voor mensen die mij een podium bieden. In de laatste jaren heb ik goede contacten gelegd en die helpen mij met een verdere stap te zetten en vaker in jullie mooie land te spelen!” Qua mooie plaatsen zit je in Roodehaan en Wldervank wel goed en de geweldige mensen zullen vast komen kijken en luisteren naar Adam Barnes.
Adam Barnes treedt op 9 mei op tijdens een bord op schoot concert in Roodehaan. Op 31 mei staat hij op From the Garden in Wildervank.
ROODEHAAN – Er is een moment in het leven van Adam Barnes geweest waarin hij getwijfeld moet hebben. Motorsport of muziek? Waar zijn broer er voor koos om in de motorsport verder te gaan trok uiteindelijk de muziek sterker aan Adam Barnes. Barnes had maar zo de nieuwe Lewis Hamilton kunnen zijn, maar de liefde voor muziek was groter en dat is niet onopgemerkt voorbij gegaan. Deze dagen maakt hij een korte tour door Nederland met op 9 mei een optreden in Roodehaan en dan keert Barnes op 31 mei terug voor het From the Garden festival in Wildervank.
“Ik ben opgegroeid in een familie die helemaal gek is van motorsport”, lacht Adam Barnes, “Toen ik jonger was gingen we heel vaak karten met zijn allen. Mijn broer is daarin doorgegaan. Hij is nu een rallyrijder en werkt voor een team dat actief is in de Formule 1. Ik hield ook enorm veel van karten, maar muziek was net even aantrekkelijker voor me in mijn tiener jaren. Ik was de jongste thuis, dus misschien had ik ook wel de behoefte om het anders te doen dan de rest; me te onderscheiden. Ik heb altijd van zingen gehouden. Vandaaruit kwam de interesse om liedjes te schrijven en ging de muziek echt groeien.” Geen helm op en een snelheidsduivel, maar de rust om mooie liedjes te schrijven. Adam Barnes wordt vaak geprezen voor zijn fraaie teksten. “Ik probeer voor ik de de woorden schrijf om de muziek klaar te hebben. Dat duurt regelmatig eeuwen, omdat ik er zeker van moet zijn dat ik op de juiste weg zit met de muziek. Ik wil dat mijn liedjes geloofwaardig zijn en dat ik ze met overtuiging kan zingen, omdat ik er achter sta. Er zijn veel mensen die mooie teksten schrijven. Ik probeer wat en tracht op elke mogelijke manier er iets van te maken”, wuift Barnes de lof bescheiden weg.
Adam Barnes woont in Oxford. De historische universiteitsstad heeft een belangrijke invloed gehad op hem. Het bleek een catalysator voor de ontwikkeling van zijn muziek. “Oxford is een geweldige stad. De Universiteitsgebouwen en de parken zijn adembenemend mooi. Het is een prachtige plek om op te treden, want er is een bijdetijdse en florende muziekscene. Het heeft even geduurd voo ik door had hoe geweldi deze stad is. Ik denk dat het me zeker de push heeft gegeven om het niveau te bereken dat ik nu heb. Er gebeurd zoveel, zoveel mooie acts treden op, het is niet eenvoudig om je da te onderscheiden.”
Een ander opvallend aspect is de samenwerking die Adam Barnes vaak heeft met de Amerikaanse artiesten Chris Ayer en Matt Simons. Een vriendschap die al jaren terug gaat. “Ik was een geweldig grote fan van Chris Ayer toen ik jong was. Ik was 16 en kreeg de mogelijkheid om het voorprogramma te doen voo een show in Oxford. Hij was heel vriendelijk en ondersteunend voor me. Een aantal jaar later kwam ik hem weer tegen in New York. Hij wist nog precies wie ik was en onze vriendschap begon zich toen te ontwikkelen. Matt Simons was een vriend van Greg en met zijn drieën begonnen we te toeren. Het zijn geweldige kerels om om je heen te hebben. Je hebt werkelijk geen kans je te vervelen. Al een antal jaar zijn deze twee met hun steun en de mogelijkheden die ze me geven erg belangrijk voor mijn muzikale loopbaan en ik voel me erg fortuinlijk dat ze op mijn pad zijn gekomen.
‘The Land, The Sea & Everything Lost Beneath’ was het eerste volledige album van Barnes en verscheen vorig jaar, nadat eerder zijn EP 'Blisters' ook prima was ontvangen. Adam Barnes werkt inmiddels weer aan een nieuwe EP. “In vergelijking met 'Blisters' zijn mijn liedjes veel verder ontwikkeld tot een op een punt waarop ik er erg tevreden mee ben. Ik wil op de nieuwe EP mijn grenzen echter nog verder verlegen. Geen radicale veranderingen en het is moeilijk te omschrijven hoe het gaat worden, maar ik kijk uit naar de kans om mensen mijn nieuwe liedjes te kunnen laten horen.”
Adam Barnes is regelmatig in Nederland. Er is een duidelijke klik tussen de Engelsman en ons land.
“Wonderful people, wonderful places.” complimenteert Barnes “Ik kom graag naar Nederland om op te treden voor mensen die mij een podium bieden. In de laatste jaren heb ik goede contacten gelegd en die helpen mij met een verdere stap te zetten en vaker in jullie mooie land te spelen!” Qua mooie plaatsen zit je in Roodehaan en Wldervank wel goed en de geweldige mensen zullen vast komen kijken en luisteren naar Adam Barnes.
Adam Barnes treedt op 9 mei op tijdens een bord op schoot concert in Roodehaan. Op 31 mei staat hij op From the Garden in Wildervank.
Eliza Gilkyson: “Mijn vader is zonder twijfel de grootste inspiratiebron voor mij geweest”
Foto: Scott Newton
AMEN / OENTJERK – Eliza Gilkyson is een meer dan gevestigde naam in de folk. Haar eerste album bracht de dochter van folklegende Terry Gilkyson al uit in 1969, terwijl ze daarvoor al met haar vader werkte. Vorig jaar verscheen haar Nocturne Diaries en nu is er een Nederlandse toer met optredens in onder andere De Amer in Amen en Folk in de Walden in Oentjerk. Voor haar vetrek naar Nederland vertelt Gilkyson over hoe het was om te werken met haar vader en haar zoon en over haar plannen voor de toekomst, want Nocture Diaries zal zeker niet haar laatste album zijn.
Terry Gilkyson is een legendarische folksinger, maar ook buiten die kring is hij bekend. Gilkyson schreef in dienst van Disney onder andere 'The Bare Necessities' voor de film 'Jungle Book'. In die jaren '60 begon hij ook te werken met zijn dochter Eliza. Ze hielp hem met het inzingen van demo's en uiteindelijk produceerde Terry Gilkyson haar eerste LP 'Eliza'69'. “Ik denk dat mijn vader het fundament is voor mijn muziek. Ik luister al mijn hele leven naar zijn melodieen, zijn akkoordenschema's en zijn gevoelige teksten. Dat zit volledig in mij ingebakken.” Toch is het niet vanzelfsprekend, vooral in de jaren '60, dat kinderen zomaar in de door hun ouders gebane paden treden. Ook Eliza Gilkyson was die rebelse tiener, voor even dan. “Ik heb altijd gehouden van de entourage van mijn vader. De mensen om hem heen, de podia, de zakelijke kant en de glamour boeiden mij en ik wist al erg jong dat ik ook in de muziek wilde. Natuurlijk ga je als je een tiener bent je afzetten tegen tegen je ouders. Ik probeerde om buiten het folkwereldje van mijn vader te komen en begon met het spelen politiek geëngageerde muziek, zoals dat er was in de jaren '60 en deed ook veel singersongwriter werk, wat ook een nieuwe stroming was. Maar als ik nu terugkijk is mijn vader zonder twijfel de grootste inspiratiebron voor mij geweest.”
Was haar vader haar producent in de eerste jaren van haar loopbaan, tegenwoordig is die rol weggelegd voor haar zoon di haar laatste twee albums 'Roses at the End of Time' en 'The Nocture Diaries' produceerde. “Mijn vader pushte niet hard om mijn producent te zijn. Het was meer een overeenkomst. Als ik meezong op zijn platen, dan kreeg ik tijd in de studio, maar ik had mijn eigen ideëen en muzikanten. Cisko en ik zijn veel meer een team. We hebben respect voor elkaars inbreng en proberen open te staan voor elkaars suggesties. He is nu een veertiger en geen kind meer en verwacht ook zo te worden behandeld. We hebben tussen ons niet meer die oude ouder-kind verhouding die je soms zo kan dwarszitten. Hij heeft ook geweldige ideeen, dus daar luistedr ik ook graag naar. Voor mij is het ook een onderdeel van het proces waarbij je de teugels ook steeds vaker in handen van je kinderen moet geven en hun het vertrouwen schenkt. Ik hou er wel van om zaken in de familie te houden. Ik vertrouw Cisco, net zoals ik mijn vader vertrouwde. Dat is en grote overeenkomst, maar net al toen heb ik zelf ook sterke overtuigingen en en visie voor elk project, dus dat vergt ook veel overleg en het uitwisselen van zienswijzen.”
Met meer dan veertig jaar zingen, opnemen en toeren zit de sleet er nog niet op bij Eliza Gilkyson. In tegendeel zelfs. “Zolang de muziek voor mij vitaal blijft aanvoelen, blijf ik vol interesse en opwinding. Zo lang als ik nieuw materiaal weet te schrijven dat ook voor deze tijd weer relevant is en ik ook blijf groeien als componist blijf ik verbonden met proces. In mijn optredens probeer ik ook de zaken fris en erg muzikaal te houden. Ik breng altijd een geweldige muzikant met me mee op toernee om ook zo het interresant te houden. Ik heb nog zoveel te leren”, verzucht Gilkyson. Die muzikant is deze toer de gitarist Jim Henry. “Ik zag Jim Henry optreden met verschillende vrienden van me en kwam hem zo tegen in het circuit. Ik hoorde hem voor het eerst zijn elektrische gitaar bespelen toen hij optrad met Mary Chapin Carpenter en heb hem gecontracteerd zodra hij klaar was met de toernee met Mary.”
Haar laatste album 'The Nocture Diaries' was een doorslaand succes en is genomineerd voor een grammy, maar Eliza Gilkyson denkt alweer verder. “Ik werk nu aan een project met als titel "Secular Hymns". Een collectie van liedjes die ik in de afgelopen drie decennia heb geschreven die spiritueel zijn, maar niet religieus. Het zijn liedjes over mijn gedachten over het leven, de liefde, verdriet, verlies en blijdschap en de betekenis van het leven in deze erg chaotische en dreigende tijd in de geschiedenis van de mens.”
Politieke onderwerpen heeft Gilkyson nooit geschuwd. Met haar 'Man of God' nam ze president George Bush op de hak en streek de aanghangers van de Texaan flink tegen de veren in. Ook nu blijft ze politiek betrokken. “Het onderliggende machtssysteem is niet veranderd”, klinkt het fel. Het is een verkeerd, onhandhaafbaar en ongelijk systeem, met racisme, met een patriarchaat, met ongelijkhei tussen man en vrouw, met kapitalisme en ook onder Obama, net zoals onder Bush, bloeit het systeem. Obama is duidelijk minder gevaarlijk van de twee, maar de basis is onveranderd,” pleit Gilkyson
De laatste jaren is Eliza Gilkyson neer gestreken in Taos New Mexico. Daar geeft ze ondermeer workshop songwriting. Een ambacht dat ze optimaal beheerst met onder andere Joan Baez, Bob Geldof, Tom Rush en Rosanne Cash die liedjes van haar opnamen “Ik vind het plezierig om ook af en toe op een vaste stek te werken. Ik heb in Taos, New Mexico een oude hacienda gekocht. Ik ben gaan denken hoe ik dat ook nuttig kan gebruiken en het leek mij dat workshops een perfecte invulling was. Ik weet niet hoe lang ik nog blijf toeren. Dat wordt toch zwaarder al je ouder wordt en dus is het goed om na te denken over hoe je toch betrokken kan blijven.” Voorlopig treedt Eliza Gilkyson echter nog op en kunnen we ook in Nederland van haar genieten.
Eliza Gilkyson is op 8 mei te zien in De Amer in Amen en op 12 mei in Folk in de Walden in Oentjerk.
Foto: Scott Newton
AMEN / OENTJERK – Eliza Gilkyson is een meer dan gevestigde naam in de folk. Haar eerste album bracht de dochter van folklegende Terry Gilkyson al uit in 1969, terwijl ze daarvoor al met haar vader werkte. Vorig jaar verscheen haar Nocturne Diaries en nu is er een Nederlandse toer met optredens in onder andere De Amer in Amen en Folk in de Walden in Oentjerk. Voor haar vetrek naar Nederland vertelt Gilkyson over hoe het was om te werken met haar vader en haar zoon en over haar plannen voor de toekomst, want Nocture Diaries zal zeker niet haar laatste album zijn.
Terry Gilkyson is een legendarische folksinger, maar ook buiten die kring is hij bekend. Gilkyson schreef in dienst van Disney onder andere 'The Bare Necessities' voor de film 'Jungle Book'. In die jaren '60 begon hij ook te werken met zijn dochter Eliza. Ze hielp hem met het inzingen van demo's en uiteindelijk produceerde Terry Gilkyson haar eerste LP 'Eliza'69'. “Ik denk dat mijn vader het fundament is voor mijn muziek. Ik luister al mijn hele leven naar zijn melodieen, zijn akkoordenschema's en zijn gevoelige teksten. Dat zit volledig in mij ingebakken.” Toch is het niet vanzelfsprekend, vooral in de jaren '60, dat kinderen zomaar in de door hun ouders gebane paden treden. Ook Eliza Gilkyson was die rebelse tiener, voor even dan. “Ik heb altijd gehouden van de entourage van mijn vader. De mensen om hem heen, de podia, de zakelijke kant en de glamour boeiden mij en ik wist al erg jong dat ik ook in de muziek wilde. Natuurlijk ga je als je een tiener bent je afzetten tegen tegen je ouders. Ik probeerde om buiten het folkwereldje van mijn vader te komen en begon met het spelen politiek geëngageerde muziek, zoals dat er was in de jaren '60 en deed ook veel singersongwriter werk, wat ook een nieuwe stroming was. Maar als ik nu terugkijk is mijn vader zonder twijfel de grootste inspiratiebron voor mij geweest.”
Was haar vader haar producent in de eerste jaren van haar loopbaan, tegenwoordig is die rol weggelegd voor haar zoon di haar laatste twee albums 'Roses at the End of Time' en 'The Nocture Diaries' produceerde. “Mijn vader pushte niet hard om mijn producent te zijn. Het was meer een overeenkomst. Als ik meezong op zijn platen, dan kreeg ik tijd in de studio, maar ik had mijn eigen ideëen en muzikanten. Cisko en ik zijn veel meer een team. We hebben respect voor elkaars inbreng en proberen open te staan voor elkaars suggesties. He is nu een veertiger en geen kind meer en verwacht ook zo te worden behandeld. We hebben tussen ons niet meer die oude ouder-kind verhouding die je soms zo kan dwarszitten. Hij heeft ook geweldige ideeen, dus daar luistedr ik ook graag naar. Voor mij is het ook een onderdeel van het proces waarbij je de teugels ook steeds vaker in handen van je kinderen moet geven en hun het vertrouwen schenkt. Ik hou er wel van om zaken in de familie te houden. Ik vertrouw Cisco, net zoals ik mijn vader vertrouwde. Dat is en grote overeenkomst, maar net al toen heb ik zelf ook sterke overtuigingen en en visie voor elk project, dus dat vergt ook veel overleg en het uitwisselen van zienswijzen.”
Met meer dan veertig jaar zingen, opnemen en toeren zit de sleet er nog niet op bij Eliza Gilkyson. In tegendeel zelfs. “Zolang de muziek voor mij vitaal blijft aanvoelen, blijf ik vol interesse en opwinding. Zo lang als ik nieuw materiaal weet te schrijven dat ook voor deze tijd weer relevant is en ik ook blijf groeien als componist blijf ik verbonden met proces. In mijn optredens probeer ik ook de zaken fris en erg muzikaal te houden. Ik breng altijd een geweldige muzikant met me mee op toernee om ook zo het interresant te houden. Ik heb nog zoveel te leren”, verzucht Gilkyson. Die muzikant is deze toer de gitarist Jim Henry. “Ik zag Jim Henry optreden met verschillende vrienden van me en kwam hem zo tegen in het circuit. Ik hoorde hem voor het eerst zijn elektrische gitaar bespelen toen hij optrad met Mary Chapin Carpenter en heb hem gecontracteerd zodra hij klaar was met de toernee met Mary.”
Haar laatste album 'The Nocture Diaries' was een doorslaand succes en is genomineerd voor een grammy, maar Eliza Gilkyson denkt alweer verder. “Ik werk nu aan een project met als titel "Secular Hymns". Een collectie van liedjes die ik in de afgelopen drie decennia heb geschreven die spiritueel zijn, maar niet religieus. Het zijn liedjes over mijn gedachten over het leven, de liefde, verdriet, verlies en blijdschap en de betekenis van het leven in deze erg chaotische en dreigende tijd in de geschiedenis van de mens.”
Politieke onderwerpen heeft Gilkyson nooit geschuwd. Met haar 'Man of God' nam ze president George Bush op de hak en streek de aanghangers van de Texaan flink tegen de veren in. Ook nu blijft ze politiek betrokken. “Het onderliggende machtssysteem is niet veranderd”, klinkt het fel. Het is een verkeerd, onhandhaafbaar en ongelijk systeem, met racisme, met een patriarchaat, met ongelijkhei tussen man en vrouw, met kapitalisme en ook onder Obama, net zoals onder Bush, bloeit het systeem. Obama is duidelijk minder gevaarlijk van de twee, maar de basis is onveranderd,” pleit Gilkyson
De laatste jaren is Eliza Gilkyson neer gestreken in Taos New Mexico. Daar geeft ze ondermeer workshop songwriting. Een ambacht dat ze optimaal beheerst met onder andere Joan Baez, Bob Geldof, Tom Rush en Rosanne Cash die liedjes van haar opnamen “Ik vind het plezierig om ook af en toe op een vaste stek te werken. Ik heb in Taos, New Mexico een oude hacienda gekocht. Ik ben gaan denken hoe ik dat ook nuttig kan gebruiken en het leek mij dat workshops een perfecte invulling was. Ik weet niet hoe lang ik nog blijf toeren. Dat wordt toch zwaarder al je ouder wordt en dus is het goed om na te denken over hoe je toch betrokken kan blijven.” Voorlopig treedt Eliza Gilkyson echter nog op en kunnen we ook in Nederland van haar genieten.
Eliza Gilkyson is op 8 mei te zien in De Amer in Amen en op 12 mei in Folk in de Walden in Oentjerk.
Carsie Blanton: 'Het is moeilijk geen liedje te schrijven als je in New Orleans bent'
GRONINGEN – Soms zijn voorprogramma's even goed als het hoofdprogramma. Carsie Blanton is zo'n artieste die in De Oosterpoort welliswaar het voorprogramma bij The Wood Brothers voor haar rekening neemt, maar haar Amerikaanse vrienden zeker een 'tough act to follow' biedt. Joan Osborne weet er van mee te praten, toen Blanton met haar stem en podiumpersoonlijkheid veel mensen in het publiek meer overtuigde dan Osborne als hoofdact. Blanton is een Amerikaanse die muzikale exploraties in verschillende richtingen heeft gedaan en uitgesproken opinies heeft en deze ook niet onder stoelen of banken steekt. In haar woonplaats New Orleans maakt ze tussen de voobereidingen voor haar Europese trip waar ze met The Wood Brothers, maar ook als hoofdact, een aantal optredens zal verzorgen.
“We hebben al jaren een vruchtbare samenwerking”, gaat Carsie Blanton in op haar relatie met The Wood Brothers. “Oliver Wood heeft in 2012 mijn album 'Idiot Heart' geproduceerd. Ik heb de laatste zes/zeven jaar al heel vaak als voorprogramma bij hun gestaan tijdens verschillende tours. Ik heb ze ontmoet toen ik nog in Philadelphia woonde. Ik begonnen als fan van The Wood Brothers en we zijn bevriend geraakt.” Het resultaat van deze vriendschap komt nu naar Groningen.
De oorsprong van Carsie Blanton's muzikale loopbaan ligt nog veel eerder. Ze groeide op het platteland op bij haar ouders op de veehouderij. Naast het boerenbedrijf was er ook ruimte voor muziek. “Ik kom van een muzikale familie. Zolang als ik mij kan herinneren was er thuis ruimte voor muziek. Als kind speelde ik al de piano en rond mijn dertiende heb ik gitaar leren spelen en mijn eerste liedjes geschreven. Uiteindelijk kwam ik er achter dat je met muziek ook je brood kon verdienen en dat was een kans die ik met geen mogelijkheid kon laten liggen” Brood verdienen, dat klinkt mooi, maar alle albums van Carsie Blanton zijn voor een vrijwillige bijdrage te downloaden van het internet. De zangeres heeft hier een uitgesproken mening over. “Het is voor mij heel vanzelfsprekend om mijn muziek met anderen te delen. Zo ben ik in de muziek verzeilt geraakt en dat heeft me geïnspireerd om mijn muziek gratis ter beschikking te stellen. Mijn muzikaliteit is een gift en ik ben erg blij dat ik die mag delen met anderen. Op het moment dat ik op deze manier ben gaan kijken naar mijn werk heb ik veel meer steun en fans gekregen die me zowel financieel als moreel helpen. Ik denk er zo over: Hoewel de machines van het kapitalisme en het materialisme groot en krachtig zijn, ben ik niet bereid mijn leven en mijn werk aan ze op te offeren. Muziek is veel belangrijker en krachtiger dan die machten.”
Een andere kracht in haar leven is New Orleans. Ook een plaatsgenoot als Luke Winslow King gaf al hoog op van het speciale muzikale klimaat van de stad in Louisiana. “New Orleans heeft een diep magisch gevoel", stelt de Amerikaanse. Het is de bron van inspiratie geweest vor zoveel en heel verschillende artiesten al die jaren. Je voelt de geschiedenis daar. De geschiedenis geschreven in muziek, maar ook in literatuur, in het voedsel en in de staatparades. Het is een bron van levenslust. Het is moeilijk geen liedje te schrijven als je in New Orleans bent,' spreekt Carsie Blanton haar dank uit aan de stad waar ze woont.
Carsie Blanton heeft nu vier albums uit, die allemaal te vinden zijn via haar website. Vier heel verschillende albums. Haar laatste album 'Not Old, Not New' zijn haar invullingen van oude jazz songs uit de eerste helft van de twintigste eeuw. 'Idiot Heart'gaat veel meer de folk kant op. Verschillende invloeden worden gebruikt. “Het gaat allemaal terug naar mijn eerste kennismaking met muziek. Ik heb heel diverse inspiratiebronnen gehad Ik was we van Ani DiFranco en Paul Simon, maar ook van Billie Holiday en Ray Charles. Ik voel me er erg comfortabel bij om al deze stijlen in mijn muziek te integreren. Het draat naturlijk maar om één ding; een prachtig lied.”
Naast muzikant is Carsie Blanton ook een schrijfster, of better gezegd een blogger. Ze heeft een populair blog, waarin sexualiteit een grote rol speelt. Ze neemt daarin ook geen blad voor de mond.
“Net als het mixen van pop met folk en jazz, vind ik dat het schrijven van teksten en van liedjes natuurlijke uitdrukkingsvormen zijn van mijn gedachten en gevoelens. Mijn liedjes gaan vaak over liefde en sex, dat zijn twee onderwerpen waar ik erg in geïntereseerd ben en erg nieuwsgierig naar ben. Mijn blog gebruik ik om de ideeen die te gecompliceerd zijn of te veel ruimte vergen voor een liedje ook een plaats te geven.” Voorlopig staat het vizier van Carsie Blanton echter op Groningen en om hier een prachtige show neer te zetten samen met The Wood Brothers.
Carsie Blanton staat op 22 mei in De Oosterpoort in Groningen samen met The Wood Brothers.
GRONINGEN – Soms zijn voorprogramma's even goed als het hoofdprogramma. Carsie Blanton is zo'n artieste die in De Oosterpoort welliswaar het voorprogramma bij The Wood Brothers voor haar rekening neemt, maar haar Amerikaanse vrienden zeker een 'tough act to follow' biedt. Joan Osborne weet er van mee te praten, toen Blanton met haar stem en podiumpersoonlijkheid veel mensen in het publiek meer overtuigde dan Osborne als hoofdact. Blanton is een Amerikaanse die muzikale exploraties in verschillende richtingen heeft gedaan en uitgesproken opinies heeft en deze ook niet onder stoelen of banken steekt. In haar woonplaats New Orleans maakt ze tussen de voobereidingen voor haar Europese trip waar ze met The Wood Brothers, maar ook als hoofdact, een aantal optredens zal verzorgen.
“We hebben al jaren een vruchtbare samenwerking”, gaat Carsie Blanton in op haar relatie met The Wood Brothers. “Oliver Wood heeft in 2012 mijn album 'Idiot Heart' geproduceerd. Ik heb de laatste zes/zeven jaar al heel vaak als voorprogramma bij hun gestaan tijdens verschillende tours. Ik heb ze ontmoet toen ik nog in Philadelphia woonde. Ik begonnen als fan van The Wood Brothers en we zijn bevriend geraakt.” Het resultaat van deze vriendschap komt nu naar Groningen.
De oorsprong van Carsie Blanton's muzikale loopbaan ligt nog veel eerder. Ze groeide op het platteland op bij haar ouders op de veehouderij. Naast het boerenbedrijf was er ook ruimte voor muziek. “Ik kom van een muzikale familie. Zolang als ik mij kan herinneren was er thuis ruimte voor muziek. Als kind speelde ik al de piano en rond mijn dertiende heb ik gitaar leren spelen en mijn eerste liedjes geschreven. Uiteindelijk kwam ik er achter dat je met muziek ook je brood kon verdienen en dat was een kans die ik met geen mogelijkheid kon laten liggen” Brood verdienen, dat klinkt mooi, maar alle albums van Carsie Blanton zijn voor een vrijwillige bijdrage te downloaden van het internet. De zangeres heeft hier een uitgesproken mening over. “Het is voor mij heel vanzelfsprekend om mijn muziek met anderen te delen. Zo ben ik in de muziek verzeilt geraakt en dat heeft me geïnspireerd om mijn muziek gratis ter beschikking te stellen. Mijn muzikaliteit is een gift en ik ben erg blij dat ik die mag delen met anderen. Op het moment dat ik op deze manier ben gaan kijken naar mijn werk heb ik veel meer steun en fans gekregen die me zowel financieel als moreel helpen. Ik denk er zo over: Hoewel de machines van het kapitalisme en het materialisme groot en krachtig zijn, ben ik niet bereid mijn leven en mijn werk aan ze op te offeren. Muziek is veel belangrijker en krachtiger dan die machten.”
Een andere kracht in haar leven is New Orleans. Ook een plaatsgenoot als Luke Winslow King gaf al hoog op van het speciale muzikale klimaat van de stad in Louisiana. “New Orleans heeft een diep magisch gevoel", stelt de Amerikaanse. Het is de bron van inspiratie geweest vor zoveel en heel verschillende artiesten al die jaren. Je voelt de geschiedenis daar. De geschiedenis geschreven in muziek, maar ook in literatuur, in het voedsel en in de staatparades. Het is een bron van levenslust. Het is moeilijk geen liedje te schrijven als je in New Orleans bent,' spreekt Carsie Blanton haar dank uit aan de stad waar ze woont.
Carsie Blanton heeft nu vier albums uit, die allemaal te vinden zijn via haar website. Vier heel verschillende albums. Haar laatste album 'Not Old, Not New' zijn haar invullingen van oude jazz songs uit de eerste helft van de twintigste eeuw. 'Idiot Heart'gaat veel meer de folk kant op. Verschillende invloeden worden gebruikt. “Het gaat allemaal terug naar mijn eerste kennismaking met muziek. Ik heb heel diverse inspiratiebronnen gehad Ik was we van Ani DiFranco en Paul Simon, maar ook van Billie Holiday en Ray Charles. Ik voel me er erg comfortabel bij om al deze stijlen in mijn muziek te integreren. Het draat naturlijk maar om één ding; een prachtig lied.”
Naast muzikant is Carsie Blanton ook een schrijfster, of better gezegd een blogger. Ze heeft een populair blog, waarin sexualiteit een grote rol speelt. Ze neemt daarin ook geen blad voor de mond.
“Net als het mixen van pop met folk en jazz, vind ik dat het schrijven van teksten en van liedjes natuurlijke uitdrukkingsvormen zijn van mijn gedachten en gevoelens. Mijn liedjes gaan vaak over liefde en sex, dat zijn twee onderwerpen waar ik erg in geïntereseerd ben en erg nieuwsgierig naar ben. Mijn blog gebruik ik om de ideeen die te gecompliceerd zijn of te veel ruimte vergen voor een liedje ook een plaats te geven.” Voorlopig staat het vizier van Carsie Blanton echter op Groningen en om hier een prachtige show neer te zetten samen met The Wood Brothers.
Carsie Blanton staat op 22 mei in De Oosterpoort in Groningen samen met The Wood Brothers.
Melissa Bandura van Familiar Wild: “Toen ik jong was, was er overal om mij heen muziek”
STEENDAM – In Canada worden ze beschouwd als één van de vele veelbelovende formaties die het land tegenwoordig moeiteloos schijnt voort te brengen. Gelukkig komen de Canadesen ook graag over de grote vijver naar Europa en dus staat Familiar Wild binnenkort op Nederlandse bodem. In Steendam bij Podium Peter en Leni treedt de voor de gelegenheid tot duo teruggebrachte formatie op. Melissa Bandura en Melissa Harmer staan echter garant voor een mooie show op 29 mei. Familiar Wild oprichtster Melissa Bandura kijkt graag vooruit.
“Toen ik jong was, was er overal om mij heen muziek”, blikt Bandura terug “Mijn vader was een professioneel muzikant op de universiteit en elke week nodigde hij vrienden uit voor een jamsessie in de kelder. En als hij niet zelf speelde, dan draaide mijn moeder haar James Taylor platen in de woonkamer of gingen we naar folkconcerten op prachtige openlucht podia in de Canadeze Rockies. Ik had het geluk hierdoor al vroeg met muziek in aanraking te komen en haalde er de inspiratie uit om ook zelf te gaan spelen. Het was echter de televisieshow 'Fame' die me er toe bracht viool te gaan spelen. Ik keek de show altijd met mijn ouders en er was een cellist in die serie. Als die speelde liet ik vallen waar ik mee bezig was om te luisteren. Ik was drie en in mijn jeugdigheid verwisselde ik de cello voor de viool. Ik vroeg mijn moeder om een viool om op te leren spelen en sindsdien speel ik viool.”
Haar muzikale loopbaan bracht Bandura uiteindelijk bij Familiar Wild waar ze de drijvende kracht achter is. “Familiar Wild is een band die constant in beweging is, zowel qua nummers die we spelen als qua leden. Het is een haast experimentele band waarbij de vaste leden meegaan op tours of shows meespelen als ze kunnen. De enige constante is de muziek. We hebben elkaar ook in vaak vreemde situaties ontmoet. Bij een Mariachi band ontmoette ik onze trompetist. Als ingehuurde kracht bij andere bands, waar ik een bassist vond en via gastmuzikantschappen, waar ik ondermeer Ben Hermann ontmoette waar ik nu mee tour en zo gaat dat door.”
Bescheiden stelt Melissa Bandura dat goed een objectief begrip is als de vraag komt hoe een goed Familiar Wild liedje tot stand komt. “Ik denk dat de beste Familiar Wild liedjes de liedjes zijn die als vanzelfsprekend ontstaan en die ook op het podium goed voelen. Bijvoorbeeld ons nieuwste liedje 'Every Cloud' die we net hebben uitgebracht is zo'n liedje, dat we ook live graag spelen. Tot nu toe schrijf ik de liedjes en dan gaan we er als band mee aan de slag om er een liedje van te maken dat ook op het podium past. Dat is altijd een gezamenlijk proces.”
Het geluid van Familiar Wild wordt omschreven als: "It’s a drive down the edges of inner coastlines to revisit buried memories and dreams not yet forsaken. It’s a weave of fibre optic branches forming a cradle of symphonic melody that you want to fold yourself into and float away on." Bandura verzekert dat het publiek niet op het Schildmeer zal wegdrijven. “Deze tekst is prachtig geschreven door mijn beste vriendin en professioneel blogger Maria Lavis. Ik vond haar woordkeuze prachtig.” Familiar Wild brengt orchestrale folk, waarmee een luisterervaring wordt gecreerd. Toch is de muziek ook in beweging. Familiar Wild hoopt in 2016 het album 'Things we Forget' uit te brengen als opvolger van 'Dark Dreams' “Things we Forget”, zoals al goed te horen is op de single 'Every Cloud' is nogal een koerswijziging op het gebied van geluiden, ambiente kwaliteiten en arrangementen., maar met dezelfde melodieuze inhoud die mensen kennen uit 'Dark Dreams'. Het is meer electronisch en pop in sommige elementen, terwijl we wel dezelfde folk aanpak hebben in het schrijven van de liedjes.”
Melissa Bandura hoopt met Melissa Harmer op een succesvolle tour door Europa. “We hopen dat Europa houdt van onze muziek. Ik denk dat Familiar Wild een band is die onbewust een groot beroep doet op het geduld van ons publiek. We spelen onze liedjes op een manier waarin subtiliteit een hoofdrol speelt. We dwingen onze luisteraar om op te letten en te luisteren naar deze nuances. Ik denk dat Europeanen in het algemeen meer al van nature hier opletten en genieten van onze muziek”, besluit Melissa Bandura vol hoop.
Op 29 mei staat Familiar Wild bij Peter en Leni in Steendam.
STEENDAM – In Canada worden ze beschouwd als één van de vele veelbelovende formaties die het land tegenwoordig moeiteloos schijnt voort te brengen. Gelukkig komen de Canadesen ook graag over de grote vijver naar Europa en dus staat Familiar Wild binnenkort op Nederlandse bodem. In Steendam bij Podium Peter en Leni treedt de voor de gelegenheid tot duo teruggebrachte formatie op. Melissa Bandura en Melissa Harmer staan echter garant voor een mooie show op 29 mei. Familiar Wild oprichtster Melissa Bandura kijkt graag vooruit.
“Toen ik jong was, was er overal om mij heen muziek”, blikt Bandura terug “Mijn vader was een professioneel muzikant op de universiteit en elke week nodigde hij vrienden uit voor een jamsessie in de kelder. En als hij niet zelf speelde, dan draaide mijn moeder haar James Taylor platen in de woonkamer of gingen we naar folkconcerten op prachtige openlucht podia in de Canadeze Rockies. Ik had het geluk hierdoor al vroeg met muziek in aanraking te komen en haalde er de inspiratie uit om ook zelf te gaan spelen. Het was echter de televisieshow 'Fame' die me er toe bracht viool te gaan spelen. Ik keek de show altijd met mijn ouders en er was een cellist in die serie. Als die speelde liet ik vallen waar ik mee bezig was om te luisteren. Ik was drie en in mijn jeugdigheid verwisselde ik de cello voor de viool. Ik vroeg mijn moeder om een viool om op te leren spelen en sindsdien speel ik viool.”
Haar muzikale loopbaan bracht Bandura uiteindelijk bij Familiar Wild waar ze de drijvende kracht achter is. “Familiar Wild is een band die constant in beweging is, zowel qua nummers die we spelen als qua leden. Het is een haast experimentele band waarbij de vaste leden meegaan op tours of shows meespelen als ze kunnen. De enige constante is de muziek. We hebben elkaar ook in vaak vreemde situaties ontmoet. Bij een Mariachi band ontmoette ik onze trompetist. Als ingehuurde kracht bij andere bands, waar ik een bassist vond en via gastmuzikantschappen, waar ik ondermeer Ben Hermann ontmoette waar ik nu mee tour en zo gaat dat door.”
Bescheiden stelt Melissa Bandura dat goed een objectief begrip is als de vraag komt hoe een goed Familiar Wild liedje tot stand komt. “Ik denk dat de beste Familiar Wild liedjes de liedjes zijn die als vanzelfsprekend ontstaan en die ook op het podium goed voelen. Bijvoorbeeld ons nieuwste liedje 'Every Cloud' die we net hebben uitgebracht is zo'n liedje, dat we ook live graag spelen. Tot nu toe schrijf ik de liedjes en dan gaan we er als band mee aan de slag om er een liedje van te maken dat ook op het podium past. Dat is altijd een gezamenlijk proces.”
Het geluid van Familiar Wild wordt omschreven als: "It’s a drive down the edges of inner coastlines to revisit buried memories and dreams not yet forsaken. It’s a weave of fibre optic branches forming a cradle of symphonic melody that you want to fold yourself into and float away on." Bandura verzekert dat het publiek niet op het Schildmeer zal wegdrijven. “Deze tekst is prachtig geschreven door mijn beste vriendin en professioneel blogger Maria Lavis. Ik vond haar woordkeuze prachtig.” Familiar Wild brengt orchestrale folk, waarmee een luisterervaring wordt gecreerd. Toch is de muziek ook in beweging. Familiar Wild hoopt in 2016 het album 'Things we Forget' uit te brengen als opvolger van 'Dark Dreams' “Things we Forget”, zoals al goed te horen is op de single 'Every Cloud' is nogal een koerswijziging op het gebied van geluiden, ambiente kwaliteiten en arrangementen., maar met dezelfde melodieuze inhoud die mensen kennen uit 'Dark Dreams'. Het is meer electronisch en pop in sommige elementen, terwijl we wel dezelfde folk aanpak hebben in het schrijven van de liedjes.”
Melissa Bandura hoopt met Melissa Harmer op een succesvolle tour door Europa. “We hopen dat Europa houdt van onze muziek. Ik denk dat Familiar Wild een band is die onbewust een groot beroep doet op het geduld van ons publiek. We spelen onze liedjes op een manier waarin subtiliteit een hoofdrol speelt. We dwingen onze luisteraar om op te letten en te luisteren naar deze nuances. Ik denk dat Europeanen in het algemeen meer al van nature hier opletten en genieten van onze muziek”, besluit Melissa Bandura vol hoop.
Op 29 mei staat Familiar Wild bij Peter en Leni in Steendam.
Kenna & Cox: 'We speelden binnen een week ons eerste optreden samen'
LEEUWARDEN – Het is een 'odd couple'. De ruige Chris Kenna met zijn uitstraling uit de outback uit Australië en een stem die daarbij past en de verfijnde Melissa Cox met haar viool en lieflijke zang. Samen passen ze echter prima bij elkaar en brengen het beste uit twee werelden bij één. Het Australische duo gaf eerder dit jaar al een prima ontvangen optreden in het Noorden en reist op 29 april vanuit woonplaats Parijs naar Leeuwarden voor een optreden in Paddy O'Ryan. Melissa Cox vertelt over het duo en hoe graag ze in Nederland optreden.
Chris Kenna heeft al jaren geleden zijn vaderland en de Australische binnenlanden achter zich gelaten voor een leven in Parijs. Een stap van dingo's en bier naar wijn en kikkerbilletjes. Veel jaren later liep hij landgenote Melissa Cox tegen het lijf. Beide hadden al hun sporen verdiend in de muziek, maar besloten de krachten te bundelen. “We ontmoeten elkaar tijdens een jamsessie die Chris hield in Parijs. Ik besloot er heen te gaan om met de andere muzikanten wat liedjes te spelen. Diep in de nacht waren alle anderen naar huis te gaan en Chris en ik bleven over. We speelden samen liedjes en proosten met whiskey. We speelden binnen een week ons eerste optreden samen.” Muzikaal en persoonlijk sprong ver van huis de vonk over. Sindsdien spelen beide samen, maar voorheen had zowel Chris Kenna als Melissa Cox ook een muzikale loopbaan. “De achtergrond van Chris is rock. Het liefst rockt hij op het podium met een electrische gitaar zo hard mogelijk samen met een bassist en drummer. Als je echter vooral in bars in Parijs speelt dan verdien je geen boterham, want er zijn maar weinig plekken waar dat kan. Toen ik Chris ontmoeten had hij vooral een solo carriere. Hij heeft een manier gevonden om akoestische gitaar te spelen met veel ritme en harmonie en wat een heel vol geluid heeft. Het lijkt daarom of het een complete band is wat er speelt terwijl er eigenlijk maar alleen Chris staat.” Dat viel op, want als soloartiest stond Chris Kenna in voorprogramma van Jeff Beck , Peter Green en Tommy Emmanuel. Toch niet de minste namen. “Op het moment dat we samen gingen spelen was het een beetje aftasten. Het was een kwestie van balans. Net genoeg doen om elkaar te versterken, maar elkaar niet te overstemmen. Het heeft even geduurd om die balans te vinden, maar na vijf jaar samen spelen denk ik dat we dat evenwicht wel gevonden hebben. Mijn eigen achtergrond ligt vooral in de jazz, maar ik heb samen gespeeld met veel singer-songwriters and in veel bands die wereldmuziek brachten met muziek uit Ghana, Kameroen, Ivoorkust, Marokko. Wat ik daar geleerd heb is goed te luisteren en precies het juiste te spelen met elke stijl van muziek en met elk individueel liedje.”
Hiermee doet Melissa Cox zich te kort. Met haar formatie 'Black Sesame' leverde ze schitterend werk af. Liedjes die niet terugkomen in haar huidige werk. “Black Sesame was een heel andere stijl van muziek. Een beetje “electro-acoustic jazz-pop”…! Ik denk niet dat deze liedjes passen in het blues-folk repertoire dat we spelen met Kenna & Cox. Ik heb zelf wel weer een aantal nieuwe liedjes geschreven die meer folk-ish zijn en we spelen ze regelmatig, maar alleen als er een piano is en ik daarop speel in plaats van op de viool. Helaas is er geen piano bij Paddy's in Leeuwarden en dus gaat de viool mee naar Leeuwarden en hou ik het daarbij”
Kenna & Cox zijn groot geworden in Parijs. Stad van de chansons, maar de Fransen kunnen ook de blues waarderen. “Net als eigenlijk in elke grote stad vind je er eigenlijk wel elke muziekstijl als je weet waar je moet kijken”, weet Melissa Cox. “De blues is erg populair zelfs. Bij ons in de buurt is een Blues Society die iedere maand een grote jamsessie heeft. Er zijn veel Franse bluesbands en een aantal Amerikaanse ex-pats die erg authentieke blues op het podium brengen.” Toch verlaten ze de Franse hoofdstad graag voor bezoeken aan Nederland. Op 29 april en mogelijk dat ze in de zomer nogmaals naar het Noorden komen. “We houden er van om in Nederland te spelen. Het publiek is geweldig. Mensen houden echt van live muziek. We herkennen veel van de Australier in de Nederlander. Vriendelijk en ontspannen. Het helpt ook dat bijna iedere Nederlander prima Engels spreekt. De mensen begrijpen de teksten dan veel beter. Dat is in Frankrijk niet altijd het geval. We hebben dus altijd geweldig veel plezier in Nederland.”
Wie van te voren een indruk wil hebben van het werk van Kenna & Cox zou het prima 'One night in Paris' kunnen beluisteren. Ondertussen denken beide Australiers ook na over één of twee nieuwe albums. “We willen wel een nieuw album gaan uitbrengen, maar hebben nog niet besloten of we weer een live album doen of een studio album. Misschien doen we wel beide. We hebben zat materiaal voor een nieuw live album van concerten die we eerder dit jaar hebben gedaan. We hebben ook al een aantal studiosessies gedaan die alleen nog gemixt moeten worden. Het is dus echt een kwestie van wie van beide het beste van start gaat.” En dat is een mooie kwestie om eens rustig te bespreken in de trein naar Leeuwarden.
Kenna & Cox spelen op 29 april in Paddy O'Ryan in Leeuwarden. Op 7 augustus komt het duo naar Steendam voor een optreden bij Peter en Leni.
LEEUWARDEN – Het is een 'odd couple'. De ruige Chris Kenna met zijn uitstraling uit de outback uit Australië en een stem die daarbij past en de verfijnde Melissa Cox met haar viool en lieflijke zang. Samen passen ze echter prima bij elkaar en brengen het beste uit twee werelden bij één. Het Australische duo gaf eerder dit jaar al een prima ontvangen optreden in het Noorden en reist op 29 april vanuit woonplaats Parijs naar Leeuwarden voor een optreden in Paddy O'Ryan. Melissa Cox vertelt over het duo en hoe graag ze in Nederland optreden.
Chris Kenna heeft al jaren geleden zijn vaderland en de Australische binnenlanden achter zich gelaten voor een leven in Parijs. Een stap van dingo's en bier naar wijn en kikkerbilletjes. Veel jaren later liep hij landgenote Melissa Cox tegen het lijf. Beide hadden al hun sporen verdiend in de muziek, maar besloten de krachten te bundelen. “We ontmoeten elkaar tijdens een jamsessie die Chris hield in Parijs. Ik besloot er heen te gaan om met de andere muzikanten wat liedjes te spelen. Diep in de nacht waren alle anderen naar huis te gaan en Chris en ik bleven over. We speelden samen liedjes en proosten met whiskey. We speelden binnen een week ons eerste optreden samen.” Muzikaal en persoonlijk sprong ver van huis de vonk over. Sindsdien spelen beide samen, maar voorheen had zowel Chris Kenna als Melissa Cox ook een muzikale loopbaan. “De achtergrond van Chris is rock. Het liefst rockt hij op het podium met een electrische gitaar zo hard mogelijk samen met een bassist en drummer. Als je echter vooral in bars in Parijs speelt dan verdien je geen boterham, want er zijn maar weinig plekken waar dat kan. Toen ik Chris ontmoeten had hij vooral een solo carriere. Hij heeft een manier gevonden om akoestische gitaar te spelen met veel ritme en harmonie en wat een heel vol geluid heeft. Het lijkt daarom of het een complete band is wat er speelt terwijl er eigenlijk maar alleen Chris staat.” Dat viel op, want als soloartiest stond Chris Kenna in voorprogramma van Jeff Beck , Peter Green en Tommy Emmanuel. Toch niet de minste namen. “Op het moment dat we samen gingen spelen was het een beetje aftasten. Het was een kwestie van balans. Net genoeg doen om elkaar te versterken, maar elkaar niet te overstemmen. Het heeft even geduurd om die balans te vinden, maar na vijf jaar samen spelen denk ik dat we dat evenwicht wel gevonden hebben. Mijn eigen achtergrond ligt vooral in de jazz, maar ik heb samen gespeeld met veel singer-songwriters and in veel bands die wereldmuziek brachten met muziek uit Ghana, Kameroen, Ivoorkust, Marokko. Wat ik daar geleerd heb is goed te luisteren en precies het juiste te spelen met elke stijl van muziek en met elk individueel liedje.”
Hiermee doet Melissa Cox zich te kort. Met haar formatie 'Black Sesame' leverde ze schitterend werk af. Liedjes die niet terugkomen in haar huidige werk. “Black Sesame was een heel andere stijl van muziek. Een beetje “electro-acoustic jazz-pop”…! Ik denk niet dat deze liedjes passen in het blues-folk repertoire dat we spelen met Kenna & Cox. Ik heb zelf wel weer een aantal nieuwe liedjes geschreven die meer folk-ish zijn en we spelen ze regelmatig, maar alleen als er een piano is en ik daarop speel in plaats van op de viool. Helaas is er geen piano bij Paddy's in Leeuwarden en dus gaat de viool mee naar Leeuwarden en hou ik het daarbij”
Kenna & Cox zijn groot geworden in Parijs. Stad van de chansons, maar de Fransen kunnen ook de blues waarderen. “Net als eigenlijk in elke grote stad vind je er eigenlijk wel elke muziekstijl als je weet waar je moet kijken”, weet Melissa Cox. “De blues is erg populair zelfs. Bij ons in de buurt is een Blues Society die iedere maand een grote jamsessie heeft. Er zijn veel Franse bluesbands en een aantal Amerikaanse ex-pats die erg authentieke blues op het podium brengen.” Toch verlaten ze de Franse hoofdstad graag voor bezoeken aan Nederland. Op 29 april en mogelijk dat ze in de zomer nogmaals naar het Noorden komen. “We houden er van om in Nederland te spelen. Het publiek is geweldig. Mensen houden echt van live muziek. We herkennen veel van de Australier in de Nederlander. Vriendelijk en ontspannen. Het helpt ook dat bijna iedere Nederlander prima Engels spreekt. De mensen begrijpen de teksten dan veel beter. Dat is in Frankrijk niet altijd het geval. We hebben dus altijd geweldig veel plezier in Nederland.”
Wie van te voren een indruk wil hebben van het werk van Kenna & Cox zou het prima 'One night in Paris' kunnen beluisteren. Ondertussen denken beide Australiers ook na over één of twee nieuwe albums. “We willen wel een nieuw album gaan uitbrengen, maar hebben nog niet besloten of we weer een live album doen of een studio album. Misschien doen we wel beide. We hebben zat materiaal voor een nieuw live album van concerten die we eerder dit jaar hebben gedaan. We hebben ook al een aantal studiosessies gedaan die alleen nog gemixt moeten worden. Het is dus echt een kwestie van wie van beide het beste van start gaat.” En dat is een mooie kwestie om eens rustig te bespreken in de trein naar Leeuwarden.
Kenna & Cox spelen op 29 april in Paddy O'Ryan in Leeuwarden. Op 7 augustus komt het duo naar Steendam voor een optreden bij Peter en Leni.
Brett Newski heeft een back-up plan
GRONINGEN – Brett Newski baant langzaam zijn weg door Europa richting Groningen. De Amerikaan presenteert op 6 mei zijn vorig jaar verschenen Folk Armageddon op een avond als ook Dignan Porch het podium van het Groninger poppodium Vera zal betreden. Newski is nog in Oostenrijk, zal vandaar uit doorreizen naar Ierland en Groot Brittannië, vervolgens naar Nederland en door naar Duitsland en Scandinavië. Voor uitgebreid toeren draait deze wereldreiziger zijn hand niet om met jaren waarin hij meer dan 200 optredens doet en gaat het niet lukken in de muziek, nou dan is er altijd nog een back-up plan, maar voor alsnog kan dat nog rustig in de kast blijven.
“Mijn vader na me mee naar een concert van de Barenaked Ladies”, vertelt Brett Newski. “dat inspireerde me. Dat wilde ik ook. Ik nam een baantje bij McDonalds en ben met het geld dat ik verdiende gaan sparen om een gitaar te kopen. Ik vond het werken bij McDonalds trouwens heerlijk. Als het met de muziek niks wordt, dan is een baantje hamburgers bakken nog steeds mijn back-up plan”, lacht Newski
Reizen en Brett Newski dat gaat samen. Hij reisde en tourde door Azië en Latijns-Amerika. Zijn eerste album nam hij op tijdens de 'Homeless in Asia' tournee door verschillende Aziatische landen, waar hij speelde in reguliere zalen, maar ook op de meest exotische locaties als daken van wolkenkrabbers, bij mensen thuis in een appartement en andere spontane locaties. Het resulteerde in een enorm avontuur en het album 'In Between Exits' “Ik heb er erg van geprofiteerd en veel geleerd om mezelf de wereld in te dwingen en op onderzoek uit te gaan in het buitenland. Mijn ziel kwam er keer op keer in de verdrukking. Ik werd ziek, raakte afgesneden van de wereld, kwam vast te zitten op plaatsen en nog veel meer. Een reis waarin je echt op jezelf bent aangewezen en de kracht in jezelf moet aanboren. Waarin je je echt tegenkomt is voor iedereen van levensbelang.”
Na de tour bleef Brett Newski in Azie hangen. Thuis zat het niet altijd mee. Zijn band was uit elkaar en zijn vriendin er vandoor. Brett Newski besloot de Verenigde Staten achter zich te laten en zich te vestigen in nota bene Vietnam. Een aantal productieve jaren werkte en woonde hij in Saigon, waar hij met een Brit en een Canadees een band vormde. Door Zuidelijk Afrika toerde, waar Newski en zijn band uitsluitend met het openbaar vervoer reisden ter promotie van 'In Between Exits' en werkte voor de reclame en de muziek schreef voor onder andere tampon reclame. Daarnaast schreef hij in die tijd meer dan 100 power-folk liedjes. “De eigenlijke reden dat ik naar Vietnam ging was de Varkensoren soep. Vietnam is een efficiënt land. Ze gebruiken elk onderdeel van de koe of het varken. Ik ben er zeker van dat ik een aantal malen paardenpenis heb gegeten. Ze stoppen het allemaal in hun soep.” Ook qua muziekindustrie gaat het compleet anders. “Wonen en werken in Azie is heel anders. Je zou net zo goed naar Mars kunnen gaan. Er zijn erg weinig overeenkomsten op cultureel gebied. Misschien wel geen. Toch wil ik dat deel van de wereld aan iedereen aanraden.” Op naar Azie dus als het aan Brett Newski ligt.
Op een gegeven moment stapte Brett Newski toch weer op het vliegtuig. Vond onderdak bij zijn ouders in de kelder en sloeg weer aan het opnemen en toeren. Vorig jaar verscheen Folk Armageddon. Eerst in de Verenigde Staten en eind 2014 in Europa. Nu doet hij Europa aan. Eerst een deel van de tour samen met Rob Moir in het kader van de International Gentlemen of Folk' tour door voornamelijk Duitsland en het laatste deel alleen. “Het album heeft me inmiddels over de hele wereld gebracht en daar ben ik erg dankbaar voor. Ik werk alweer aan een nieuw album. Dat wordt geproduceerd door Violent Femmes mede-oprichter Victor Delorenzo. Dat moet in 2016 verschijnen.” Met ook dan vast weer en wereldtournee van deze wereldburger en anders wordt het hamburger.
Brett Newski treedt op 6 mei op in Vera in Groningen.
GRONINGEN – Brett Newski baant langzaam zijn weg door Europa richting Groningen. De Amerikaan presenteert op 6 mei zijn vorig jaar verschenen Folk Armageddon op een avond als ook Dignan Porch het podium van het Groninger poppodium Vera zal betreden. Newski is nog in Oostenrijk, zal vandaar uit doorreizen naar Ierland en Groot Brittannië, vervolgens naar Nederland en door naar Duitsland en Scandinavië. Voor uitgebreid toeren draait deze wereldreiziger zijn hand niet om met jaren waarin hij meer dan 200 optredens doet en gaat het niet lukken in de muziek, nou dan is er altijd nog een back-up plan, maar voor alsnog kan dat nog rustig in de kast blijven.
“Mijn vader na me mee naar een concert van de Barenaked Ladies”, vertelt Brett Newski. “dat inspireerde me. Dat wilde ik ook. Ik nam een baantje bij McDonalds en ben met het geld dat ik verdiende gaan sparen om een gitaar te kopen. Ik vond het werken bij McDonalds trouwens heerlijk. Als het met de muziek niks wordt, dan is een baantje hamburgers bakken nog steeds mijn back-up plan”, lacht Newski
Reizen en Brett Newski dat gaat samen. Hij reisde en tourde door Azië en Latijns-Amerika. Zijn eerste album nam hij op tijdens de 'Homeless in Asia' tournee door verschillende Aziatische landen, waar hij speelde in reguliere zalen, maar ook op de meest exotische locaties als daken van wolkenkrabbers, bij mensen thuis in een appartement en andere spontane locaties. Het resulteerde in een enorm avontuur en het album 'In Between Exits' “Ik heb er erg van geprofiteerd en veel geleerd om mezelf de wereld in te dwingen en op onderzoek uit te gaan in het buitenland. Mijn ziel kwam er keer op keer in de verdrukking. Ik werd ziek, raakte afgesneden van de wereld, kwam vast te zitten op plaatsen en nog veel meer. Een reis waarin je echt op jezelf bent aangewezen en de kracht in jezelf moet aanboren. Waarin je je echt tegenkomt is voor iedereen van levensbelang.”
Na de tour bleef Brett Newski in Azie hangen. Thuis zat het niet altijd mee. Zijn band was uit elkaar en zijn vriendin er vandoor. Brett Newski besloot de Verenigde Staten achter zich te laten en zich te vestigen in nota bene Vietnam. Een aantal productieve jaren werkte en woonde hij in Saigon, waar hij met een Brit en een Canadees een band vormde. Door Zuidelijk Afrika toerde, waar Newski en zijn band uitsluitend met het openbaar vervoer reisden ter promotie van 'In Between Exits' en werkte voor de reclame en de muziek schreef voor onder andere tampon reclame. Daarnaast schreef hij in die tijd meer dan 100 power-folk liedjes. “De eigenlijke reden dat ik naar Vietnam ging was de Varkensoren soep. Vietnam is een efficiënt land. Ze gebruiken elk onderdeel van de koe of het varken. Ik ben er zeker van dat ik een aantal malen paardenpenis heb gegeten. Ze stoppen het allemaal in hun soep.” Ook qua muziekindustrie gaat het compleet anders. “Wonen en werken in Azie is heel anders. Je zou net zo goed naar Mars kunnen gaan. Er zijn erg weinig overeenkomsten op cultureel gebied. Misschien wel geen. Toch wil ik dat deel van de wereld aan iedereen aanraden.” Op naar Azie dus als het aan Brett Newski ligt.
Op een gegeven moment stapte Brett Newski toch weer op het vliegtuig. Vond onderdak bij zijn ouders in de kelder en sloeg weer aan het opnemen en toeren. Vorig jaar verscheen Folk Armageddon. Eerst in de Verenigde Staten en eind 2014 in Europa. Nu doet hij Europa aan. Eerst een deel van de tour samen met Rob Moir in het kader van de International Gentlemen of Folk' tour door voornamelijk Duitsland en het laatste deel alleen. “Het album heeft me inmiddels over de hele wereld gebracht en daar ben ik erg dankbaar voor. Ik werk alweer aan een nieuw album. Dat wordt geproduceerd door Violent Femmes mede-oprichter Victor Delorenzo. Dat moet in 2016 verschijnen.” Met ook dan vast weer en wereldtournee van deze wereldburger en anders wordt het hamburger.
Brett Newski treedt op 6 mei op in Vera in Groningen.
Boris McCutcheon: Nederlanders zijn de beste tuiniers ter wereld
BAD NIEUWESCHANS – Zijn vader was een piano man. Hij werd gevraagd om op te treden bij feesten en partijen. Een 'Weddingsinger'. Op de piano van zijn vader leerde Boris McCutcheon zichzelf spelen als klein jochie en componeerde hij zijn eerste liedjes. Daar bleef het lang bij. Tot hij op zijn 30ste constateerde dat het niet goed voelde dat hij nog nooit wat met zijn liedjes had gedaan. Dat maakte de inwoner van New Mexico goed met mooie optredens en prachtige CD's in zijn compleet eigen stijl. 'Er schuilt een beetje een genie in hem' vertelt zijn manager Melissa Totten tijdens een optreden in Bad Nieuweschans in De Oude Remise. Daar heeft ze gelijk in blijkt tijdens het gesprek met de man die met zijn muziek en als tuinier mensen weet te raken.
“Mijn vader was een ongeduldig mens”, vertelt Boris McCutcheon voorafgaande aan zijn optreden. “Hij werd veel gevraagd om op te treden bij huwelijken, maar was geen onderwijzer. Ik ben zelf achter zijn piano gaan zitten en heb zelf de piano uitgevogelt. Ik heb er mijn eerste liedjes op geschreven, maar zal nooit en te nimmer piano spelen voor een publiek. Ik wilde eigenlijk schrijver worden in die jaren, maar ben uiteindelijk gaan leren voor een vak in de agrarische sector. Ik ben daarna boer geworden in het Noorden van Californië, maar ben wel altijd liedjes blijven schrijven. De muziek bleef dichtbij me, maar op mijn dertigste had ik er nog helemaal niks mee gedaan en vond mezelf wel een beetje een loser dat ik mijn liedjes nog nooit voor een publiek had gespeeld. Nu leef ik van de muziek in combinatie met mijn werk als tuinier.”
Een mooie combinatie die Boris McCutcheon op bijzondere wijze weet te combineren. Zijn muziek is net zo verweven met de bodem van New Mexico waar hij inmiddels woont als de bomen die hij plant. “Ik werk veel met inheemse planten. Ik vind het heerlijk om als tuinder te werken. Ik ben ook echt verbonden met New Mexico. Muzikaal ben ik eigenlijk begonnen op een moment dat ik in Boston woonde. Daar had ik een band en ook een CD uitgebracht, maar ik ben toch een beetje van de 'desert clan'. Ik ben uiteindelijk naar de woestijn teruggekeerd en daar is Boris McCutcheon & the Salt Licks ontstaan. Ik ben iemand die graag buiten de lijntjes komt. We woonden ver van de bewoonde wereld en ook muzikaal pas ik niet echt in een genre, maar heb een unieke sound die klinkt als New Mexico. Ik kom wel steeds dichter bij de traditionele muziek.” Voorlopig wordt de muziek van McCutcheon maar gekwalificeerd als New Mexicana. “De muziek staat met het landschap van mijn thuisstaat in relatie. Een beetje slow, De muziek gaat me makkelijk af. Er spelen altijd nieuwe liedjes in me. De teksten die vind ik veel moeilijker. Daar moet ik aan trekken. Ook vind ik het belangrijk dat ik muzikaal regelmatig uit mijn comfort zone kom. We willen onszelf uitdagen als band. Het moet fris klinken. Perfectie is geen doel.”
Boris McCutcheon is gezegend met een grote schare fans in Nederland, naast New Mexico is hij in ons land het bekendst. “Hoe dat komt? Ik ben een goede tuinier, maar de Nederlanders zijn de beste tuiniers van de wereld”, ziet McCutcheon lachend een overeenkomst om daarna te vervolgen: Ik denk dat Nederlanders dol zijn op de ruimte die uit mijn liedjes klinkt. En de hele andere wereld. New Mexico lijkt wel op een andere planeet als je het landschap vergelijkt met Nederland. De mensen waarderen ons en ons werk en dat respecteren wij erg.”
Het fenomenale album 'Might Crash' kwam in 2013 uit. Vooral in Nederland en New Mexico liep het goed. “Ik heb in die tijd niet zoveel mogelijkheden gehad om me intensief met de marketing bezig te houden. Ik had in die tijd drie banen, daardoor is de verkoop in de rest van Amerika wat minder geweest. Ik werk inmiddels aan een nieuw album en heb al vijf liedjes daarvoor geschreven. Dat zijn liedjes die we op de huidige tour uitproberen. We spelen ze nog wat voorzichtig, omdat ze nog moeten uitkristaliseren. Het nieuwe album moet wat meer akoestisch worden dan 'Might Crash'. Er zijn ook voor mij veel veranderingen geweest de laatste tijd. We zijn weer terug in de stad, waar mijn vrouw een opleiding volgt en ik freelance tuinier ben naast muzikant.”
Naast zijn optredens en zijn albums heeft Boris McCutcheon ook veel 'Open Mic' sessies gedaan. Die zijn erg inspirerend en belangrijk. Veel jonge artiesten en songwriters komen op die manier voor het eerst met publiek in aanraking. Ik presenteerde ze, speelde eerst een aantal nummers. We hadden vaak een gastmuzikant en veel jong talent. Het is erg leuk om met jonge mensen te werken. Dat inspireerde mij ook weer. Ik heb dat tot vorig jaar gedaan, maar die locatie was niet zo geschikt. We zijn nu bezig om te kijken of we dat weer kunnen opstarten, maar nu in een jazzclub. Het lijkt me erg leuk.“ Nu staat McCutcheon nog in Nederland waar hij zijn Nederlandse tour aan het afronden is met onder andere een concert in De Amer. 'Meatballs” roept hij enthousiast. Misschien moeten we er eerder ook even langs gaan, want ik weet niet of ik tot zondag kan wachten”, likkebaardt McCutcheon al bij de gedachte aan De Amers bekendste gerecht.
Boris McCutcheon & The Salt Licks staan op 12 april in De Amer in Amen.
BAD NIEUWESCHANS – Zijn vader was een piano man. Hij werd gevraagd om op te treden bij feesten en partijen. Een 'Weddingsinger'. Op de piano van zijn vader leerde Boris McCutcheon zichzelf spelen als klein jochie en componeerde hij zijn eerste liedjes. Daar bleef het lang bij. Tot hij op zijn 30ste constateerde dat het niet goed voelde dat hij nog nooit wat met zijn liedjes had gedaan. Dat maakte de inwoner van New Mexico goed met mooie optredens en prachtige CD's in zijn compleet eigen stijl. 'Er schuilt een beetje een genie in hem' vertelt zijn manager Melissa Totten tijdens een optreden in Bad Nieuweschans in De Oude Remise. Daar heeft ze gelijk in blijkt tijdens het gesprek met de man die met zijn muziek en als tuinier mensen weet te raken.
“Mijn vader was een ongeduldig mens”, vertelt Boris McCutcheon voorafgaande aan zijn optreden. “Hij werd veel gevraagd om op te treden bij huwelijken, maar was geen onderwijzer. Ik ben zelf achter zijn piano gaan zitten en heb zelf de piano uitgevogelt. Ik heb er mijn eerste liedjes op geschreven, maar zal nooit en te nimmer piano spelen voor een publiek. Ik wilde eigenlijk schrijver worden in die jaren, maar ben uiteindelijk gaan leren voor een vak in de agrarische sector. Ik ben daarna boer geworden in het Noorden van Californië, maar ben wel altijd liedjes blijven schrijven. De muziek bleef dichtbij me, maar op mijn dertigste had ik er nog helemaal niks mee gedaan en vond mezelf wel een beetje een loser dat ik mijn liedjes nog nooit voor een publiek had gespeeld. Nu leef ik van de muziek in combinatie met mijn werk als tuinier.”
Een mooie combinatie die Boris McCutcheon op bijzondere wijze weet te combineren. Zijn muziek is net zo verweven met de bodem van New Mexico waar hij inmiddels woont als de bomen die hij plant. “Ik werk veel met inheemse planten. Ik vind het heerlijk om als tuinder te werken. Ik ben ook echt verbonden met New Mexico. Muzikaal ben ik eigenlijk begonnen op een moment dat ik in Boston woonde. Daar had ik een band en ook een CD uitgebracht, maar ik ben toch een beetje van de 'desert clan'. Ik ben uiteindelijk naar de woestijn teruggekeerd en daar is Boris McCutcheon & the Salt Licks ontstaan. Ik ben iemand die graag buiten de lijntjes komt. We woonden ver van de bewoonde wereld en ook muzikaal pas ik niet echt in een genre, maar heb een unieke sound die klinkt als New Mexico. Ik kom wel steeds dichter bij de traditionele muziek.” Voorlopig wordt de muziek van McCutcheon maar gekwalificeerd als New Mexicana. “De muziek staat met het landschap van mijn thuisstaat in relatie. Een beetje slow, De muziek gaat me makkelijk af. Er spelen altijd nieuwe liedjes in me. De teksten die vind ik veel moeilijker. Daar moet ik aan trekken. Ook vind ik het belangrijk dat ik muzikaal regelmatig uit mijn comfort zone kom. We willen onszelf uitdagen als band. Het moet fris klinken. Perfectie is geen doel.”
Boris McCutcheon is gezegend met een grote schare fans in Nederland, naast New Mexico is hij in ons land het bekendst. “Hoe dat komt? Ik ben een goede tuinier, maar de Nederlanders zijn de beste tuiniers van de wereld”, ziet McCutcheon lachend een overeenkomst om daarna te vervolgen: Ik denk dat Nederlanders dol zijn op de ruimte die uit mijn liedjes klinkt. En de hele andere wereld. New Mexico lijkt wel op een andere planeet als je het landschap vergelijkt met Nederland. De mensen waarderen ons en ons werk en dat respecteren wij erg.”
Het fenomenale album 'Might Crash' kwam in 2013 uit. Vooral in Nederland en New Mexico liep het goed. “Ik heb in die tijd niet zoveel mogelijkheden gehad om me intensief met de marketing bezig te houden. Ik had in die tijd drie banen, daardoor is de verkoop in de rest van Amerika wat minder geweest. Ik werk inmiddels aan een nieuw album en heb al vijf liedjes daarvoor geschreven. Dat zijn liedjes die we op de huidige tour uitproberen. We spelen ze nog wat voorzichtig, omdat ze nog moeten uitkristaliseren. Het nieuwe album moet wat meer akoestisch worden dan 'Might Crash'. Er zijn ook voor mij veel veranderingen geweest de laatste tijd. We zijn weer terug in de stad, waar mijn vrouw een opleiding volgt en ik freelance tuinier ben naast muzikant.”
Naast zijn optredens en zijn albums heeft Boris McCutcheon ook veel 'Open Mic' sessies gedaan. Die zijn erg inspirerend en belangrijk. Veel jonge artiesten en songwriters komen op die manier voor het eerst met publiek in aanraking. Ik presenteerde ze, speelde eerst een aantal nummers. We hadden vaak een gastmuzikant en veel jong talent. Het is erg leuk om met jonge mensen te werken. Dat inspireerde mij ook weer. Ik heb dat tot vorig jaar gedaan, maar die locatie was niet zo geschikt. We zijn nu bezig om te kijken of we dat weer kunnen opstarten, maar nu in een jazzclub. Het lijkt me erg leuk.“ Nu staat McCutcheon nog in Nederland waar hij zijn Nederlandse tour aan het afronden is met onder andere een concert in De Amer. 'Meatballs” roept hij enthousiast. Misschien moeten we er eerder ook even langs gaan, want ik weet niet of ik tot zondag kan wachten”, likkebaardt McCutcheon al bij de gedachte aan De Amers bekendste gerecht.
Boris McCutcheon & The Salt Licks staan op 12 april in De Amer in Amen.
Kyle Carey is ambachtelijk liedjesschrijfster
STEENDAM – Kyle Carey treedt deze dagen op in Nederland. Carey is één van de nieuwe sterren van de folk en heeft haar eigen hoekje binnen de folk gevonden met haar 'Gealic Americana' waarin de invloeden van de Schotse eilanden, de Ierse meren en de Appalachian Mountains samenkomen, net zoals in de zangeres en gitariste zelf dit wordt verenigd. Carey maakte indruk met haar albums, met haarkwaliteiten als liedjesschrijfster en met haar mooie stem. Na het concert in Steendam heeft ze de tijd om nog even te vertellen over haar werk voor de tournee haar naar De Oude Remise in Bad Nieuweschans voert voor een optreden op 22 maart. Nu al is bekend dat ze ook komend jaar naar Nederland komt en op 16 april 2016 staat ze geboekt voor nog een optreden bij Peter en Leni in Steendam.
“Ik kom niet uit een bijzonder muzikaal gezin, maar ik groeide wel op in een huishouden waar folk een belangrijke rol speelde”, kijkt Kyle Carey terug. “Mijn ouders hielden erg van dat genre. Ik hoorde de folkplaten die mijn vader draaide in zijn studeerkamer zolang ik mij kan herinneren. Ik weet ook nog goed dat hij in de auto de radio, zeer tegen mijn zin, zacht draaide en dan a-capella een oude ballade zong. In de jaren vond ik dat vreselijk, maar nu ben ik hem daar erg dankbaar voor. Ik ben op jonge leeftijd begonnen met zingen, ongeveer op dezelfde leeftijd als ik begon te praten. In mijn late puber jaren ben ik ook begonnen met het schrijven van liedjes. Ik herontdekte mijn liefde voor folk door Nanci Griffith en haar album 'Other Voices Other Rooms' in mijn college jaren en heb voor die richting gekozen. Ik heb geen twijfels. Mijn vader is schrijver ( vader Richard Adams Carey is een bekende non-fictie schrijver) en van hem heb ik de liefde voor het geschreven woord meegekregen en de liefde voor het componeren van liedjes.”
Kyle Carey reisde, woonde en leefde op veel plaatsen. In de Verenigde Staten, maar ook Australië, Ierland en Schotland. Overal pikte ze wel wat op, wat haar muzikaal en als mens vormde. “Ik heb veel liefde en voel een grote verwantschap met de culturen van Ierland en Schotland. Muzikaal gezien heeft de Schotse muziek de grootste invloed op me gehad. Het Gaelic College op Skype heeft me de mogelijkheid geboden om Gaelic vloeiend te leren spreken en dat gaf de mogelijkheid om het authentiek in mijn liedjes te gebruiken. Cultureel voel ik met misschien net iets meer thuis bij de Ieren, maar ik ben veel meer verbonden met de muziek en taal van de Schotten.” Kyle Carey heeft haar muziek het label Gaelic Americana' opgeplakt. “Als Amerikaan met zowel een Ierse al een Schotse link in mijn afstamming voel ik deze muzikale synthese als een prima manifestatie van hoe ik mij cultureel identificeer. Ik zou mezelf niet fijn voelen als ik me betitelde als 'Celtic artist. Ik ben immers geen Kelt, maar een Amerikaan. Zoals zoveel Amerikanen herberg ik veel verschillende afkomsten in me, maar ik heb een grote liefde voor zowel de Keltische als de Amerikaanse folkmuziek, zo het was alleen maar vanzelfsprekend dat ik beide zou verenigen in mijn muziek.”
In 2014 verscheen het tweede album van Kyle Carey 'North Star'. Een album dat prima ontvangen werd en haar naam vestigde. “North Star' was duur en gecompliceerd om te maken. Ik ben om di redenen nog niet echt bezig met een opvolger. Hoewel. Ik heb al drie nummers klaar, de titel voor het album en weet in grote lijnen ho het artwork van het album moet worden. Ik ben misschien al wel verder op pad naar een nieuw album dan ik zelf durf toe te geven.” Vooral in Europa kreeg 'North Star' veel waardering. De muziek van Carey, liedjes met veel diepgang, spreken aan. “Ik voel me meer gewaardeerd in Europa en de Britse eilanden. De Verenigde Staten is erg 'celebrity-obsessed' en gericht op geld verdienen. Er is niet een grijs gebied tussen super ster en ‘average Joe’. De folk in de Verenigde Staten begint ook steeds meer tegen de pop aan te schuren, terwijl in Europa er nog veel meer interesse voor echte folk en Keltische muziek is. Dit merk je omdat er meer podia zijn die deze muziek programmeren en meer aandacht is in de media”, constateert Kyle Carey.
We besluiten met haar liedjes. Kleine briljantjes vaak, regelmatig met als inspiratie een gedicht, een oude ballade of vertelling. “Mijn inspiratie voor het schrijven van liedjes vind ik vaak buiten mijzelf. Langzaam en met veel inspanning verzamel ik inspiratie uit het werk van anderen of dat nu een gedicht is of een verhaal. Uit liederen en zelfs uit films. Ik hou er van om verwijzingen, verbindingen en beelden in mijn teksten te verwerken en ze zo nog meer memorabel te maken. Mijn gitaarspel en mijn zang zijn de middelen om het belangrijkste onderdeel van mijn ambacht mogelijk te maken en dat is het schrijven van liedjes.”
Kyle Carey treed samen met de Canadese violiste Rachel Davis en de Nederlandse mandoline speler Ron Janssen op 22 maart op in De Oude Remise in Bad Nieuweschans.
In 2016 komt ze terug naar Nederland en dan staat op 16 april opnieuw de Amerikaanse op het podium van Peter en Leni in Steendam.
STEENDAM – Kyle Carey treedt deze dagen op in Nederland. Carey is één van de nieuwe sterren van de folk en heeft haar eigen hoekje binnen de folk gevonden met haar 'Gealic Americana' waarin de invloeden van de Schotse eilanden, de Ierse meren en de Appalachian Mountains samenkomen, net zoals in de zangeres en gitariste zelf dit wordt verenigd. Carey maakte indruk met haar albums, met haarkwaliteiten als liedjesschrijfster en met haar mooie stem. Na het concert in Steendam heeft ze de tijd om nog even te vertellen over haar werk voor de tournee haar naar De Oude Remise in Bad Nieuweschans voert voor een optreden op 22 maart. Nu al is bekend dat ze ook komend jaar naar Nederland komt en op 16 april 2016 staat ze geboekt voor nog een optreden bij Peter en Leni in Steendam.
“Ik kom niet uit een bijzonder muzikaal gezin, maar ik groeide wel op in een huishouden waar folk een belangrijke rol speelde”, kijkt Kyle Carey terug. “Mijn ouders hielden erg van dat genre. Ik hoorde de folkplaten die mijn vader draaide in zijn studeerkamer zolang ik mij kan herinneren. Ik weet ook nog goed dat hij in de auto de radio, zeer tegen mijn zin, zacht draaide en dan a-capella een oude ballade zong. In de jaren vond ik dat vreselijk, maar nu ben ik hem daar erg dankbaar voor. Ik ben op jonge leeftijd begonnen met zingen, ongeveer op dezelfde leeftijd als ik begon te praten. In mijn late puber jaren ben ik ook begonnen met het schrijven van liedjes. Ik herontdekte mijn liefde voor folk door Nanci Griffith en haar album 'Other Voices Other Rooms' in mijn college jaren en heb voor die richting gekozen. Ik heb geen twijfels. Mijn vader is schrijver ( vader Richard Adams Carey is een bekende non-fictie schrijver) en van hem heb ik de liefde voor het geschreven woord meegekregen en de liefde voor het componeren van liedjes.”
Kyle Carey reisde, woonde en leefde op veel plaatsen. In de Verenigde Staten, maar ook Australië, Ierland en Schotland. Overal pikte ze wel wat op, wat haar muzikaal en als mens vormde. “Ik heb veel liefde en voel een grote verwantschap met de culturen van Ierland en Schotland. Muzikaal gezien heeft de Schotse muziek de grootste invloed op me gehad. Het Gaelic College op Skype heeft me de mogelijkheid geboden om Gaelic vloeiend te leren spreken en dat gaf de mogelijkheid om het authentiek in mijn liedjes te gebruiken. Cultureel voel ik met misschien net iets meer thuis bij de Ieren, maar ik ben veel meer verbonden met de muziek en taal van de Schotten.” Kyle Carey heeft haar muziek het label Gaelic Americana' opgeplakt. “Als Amerikaan met zowel een Ierse al een Schotse link in mijn afstamming voel ik deze muzikale synthese als een prima manifestatie van hoe ik mij cultureel identificeer. Ik zou mezelf niet fijn voelen als ik me betitelde als 'Celtic artist. Ik ben immers geen Kelt, maar een Amerikaan. Zoals zoveel Amerikanen herberg ik veel verschillende afkomsten in me, maar ik heb een grote liefde voor zowel de Keltische als de Amerikaanse folkmuziek, zo het was alleen maar vanzelfsprekend dat ik beide zou verenigen in mijn muziek.”
In 2014 verscheen het tweede album van Kyle Carey 'North Star'. Een album dat prima ontvangen werd en haar naam vestigde. “North Star' was duur en gecompliceerd om te maken. Ik ben om di redenen nog niet echt bezig met een opvolger. Hoewel. Ik heb al drie nummers klaar, de titel voor het album en weet in grote lijnen ho het artwork van het album moet worden. Ik ben misschien al wel verder op pad naar een nieuw album dan ik zelf durf toe te geven.” Vooral in Europa kreeg 'North Star' veel waardering. De muziek van Carey, liedjes met veel diepgang, spreken aan. “Ik voel me meer gewaardeerd in Europa en de Britse eilanden. De Verenigde Staten is erg 'celebrity-obsessed' en gericht op geld verdienen. Er is niet een grijs gebied tussen super ster en ‘average Joe’. De folk in de Verenigde Staten begint ook steeds meer tegen de pop aan te schuren, terwijl in Europa er nog veel meer interesse voor echte folk en Keltische muziek is. Dit merk je omdat er meer podia zijn die deze muziek programmeren en meer aandacht is in de media”, constateert Kyle Carey.
We besluiten met haar liedjes. Kleine briljantjes vaak, regelmatig met als inspiratie een gedicht, een oude ballade of vertelling. “Mijn inspiratie voor het schrijven van liedjes vind ik vaak buiten mijzelf. Langzaam en met veel inspanning verzamel ik inspiratie uit het werk van anderen of dat nu een gedicht is of een verhaal. Uit liederen en zelfs uit films. Ik hou er van om verwijzingen, verbindingen en beelden in mijn teksten te verwerken en ze zo nog meer memorabel te maken. Mijn gitaarspel en mijn zang zijn de middelen om het belangrijkste onderdeel van mijn ambacht mogelijk te maken en dat is het schrijven van liedjes.”
Kyle Carey treed samen met de Canadese violiste Rachel Davis en de Nederlandse mandoline speler Ron Janssen op 22 maart op in De Oude Remise in Bad Nieuweschans.
In 2016 komt ze terug naar Nederland en dan staat op 16 april opnieuw de Amerikaanse op het podium van Peter en Leni in Steendam.
The Rising Sun: 'We willen een avondje lekker los gaan op Reggae'
Foto: Jan Lenting
GRONINGEN – In Vera staat zaterdagavond 14 maart de geest van Bob Marley centraal. De Jamaicaan is nog steeds één van de meest inspirerende artiesten met een blijvende nalatenschap over de hele wereld. Het is die avond tijdens het Sun Roots Festival dan ook Reggae wat de klok slaat. Op initiatief van de Groningse reggae formatie The Rising Sun staan er een aantal formaties op het programma. Stefan Sikkes gaat namens The Rising Sun in op het Sun Roots Festival en op de band die flink aan de weg timmert.
“Sebas Gravenstein als gitarist, Abel Felix op drums en Aditya Sardjono als bassist zijn ongeveer 5 jaar geleden begonnen met een metalbandje. Ze zaten allemaal op de school Kunst en Media van het Noorderpoort. Na een tijdje besloten ze om over te stappen naar een ander muziekgenre. Namelijk Reggae Rock en werd The Rising Sun geboren. De zanger Joey Nojodikromo was snel gevonden door het trio en vanaf dit moment begon het bandje vorm te krijgen. Door de jaren heen zijn er verschillende toetsenisten binnen de band geweest. Eind 2013 kwam saxofoniste Danielle Gombert bij de band. En in het jaar 2014 ben ik als toetsenist als en trompettist Tobi Kruger erbij gekomen om de band compleet te maken”, gaat Stefan Sikkes eerst kort in op de historie van de band. Belangrijker nog is de keuze om van metalbandje om te scholen tot reggae formatie. Het koude Groningen ligt immers erg ver weg van sunny Jamaica met zijn lange historie op reggae gebied. “Reggae is sinds de jaren 70 wereldwijd erg populair geworden”, constateert Sikkes. “Natuurlijk dankzij de grote reggaeheld ‘Bob Marley’. Waar ter wereld kan je nog zeggen dat je nog nooit van Bob Marley hebt gehoord. Reggae is heeft een enorme invloed destijds uitgeoefend op de mens. Nog altijd hoor je dat reggae veel word gebruikt in de hedendaagse Popmuziek, nummers van bijvoorbeeld Bruno Mars.” Maar ook in de reggae zijn tal van stromingen en invloeden. “Wij zijn echter niet echte ‘Roots Reggae’. Het genre wat dat wij spelen, Reggae Rock, is op dit moment erg populair in Californië. Reggae Rock is een genre wat een verbastering is tussen de heerlijk dansbare reggae in combinatie met een flinke ondersteuning van scheurende rock gitaren. Voorbeelden van artiesten die ons inspireren en ook op dit gebied actief zijn: Soldiers of jah army, Rebelution, Passafire, The Simpkon Project, Tribal Seeds en nog vele meer.
'Early Vibes' was de E.P waarme The Rising Sun in Groningen, maar ook daarbuiten hun naam vestigde. Vorig jaar werd het album gepresenteerd in Vera. “We waren enorm verrast door de opkomst tijdens onze EP-Release”, aldus Sikkens. “Vera Groningen was bomvol. We zijn naar de EP-Release veel benaderd door verschillende festivals en evenementen. We hebben in 2014 het effect van Reggae Rock muziek flink ten horen kunnen laten brengen in Groningen en omstreken. Op het moment zijn we bezig met het maken van verschillende nieuwe nummers. We hebben een volledig album ingepland voor 2016.”
Wellicht dat The Rising Sun al een aantal nieuwe nummers op de setlist heeft voor het Sun Roots festival. Dat moet in ieder geval een showcase worden voo reggae in Groningen en ook gewoon een leuk avond met een top feestje. “We hebben gemerkt dat onze muziekgenre in Groningen erg gewaardeerd word en we trekken veel bezoekers. Daarom leek het ons geweldig om samen met ‘Orange Grove’ en ‘Offshore’ een geheel avondje lekker los gaan op Reggae te organiseren. Wij zijn onder de indruk van deze twee bands en ze representeren ook hetzelfde muziekgenre. Wij denken dat we reggaeliefhebbers in Groningen een geweldige avond kunnen geven. Daarnaast hopen we samen met deze bands meerdere projecten of evenementen door Nederland te organiseren. Het Sun Roots Festival is hiervoor de eerste opstap. Wij onderscheiden ons van andere bands. Doordat we vrolijke opzwepende muziek maken is een avondje uit bij Reggae Rock muziek vaak geen tegenvaller. We krijgen veel positieve reacties na optredens en festivals. We bereiken steeds meer mensen en wie weet kom je zo in eens in een stroomversnelling, ” hoopt Stefan Sikkes.
Wie nog niet genoeg heeft van de band na zaterdagavond in Vera kan deze zomer The Rising Sun waarschijnlijk op tal van festivals verwachten. Sikkes kan al vertellen dat er op tal van terreinen de onderhandeling druk gaande zijn. “We gaan dit jaar weer op vele festivals spelen. Er staan al wat grote optredens voor ons in het verschiet. De meeste hiervan mogen we op dit moment helaas nog niet bekend maken. Daarbij geven we jullie de tip om onze facebookpagina en website goed in de gaten te houden als jullie willen weten waar en wanneer we actueel gaan spelen.” En dat is in ieder geval zaterdag 14 maart op het Sun Roots Festival in Vera Groningen.
The Rising Sun speelt op 14 maart op het Sun Roots Festival in Vera in Groningen.
Foto: Jan Lenting
GRONINGEN – In Vera staat zaterdagavond 14 maart de geest van Bob Marley centraal. De Jamaicaan is nog steeds één van de meest inspirerende artiesten met een blijvende nalatenschap over de hele wereld. Het is die avond tijdens het Sun Roots Festival dan ook Reggae wat de klok slaat. Op initiatief van de Groningse reggae formatie The Rising Sun staan er een aantal formaties op het programma. Stefan Sikkes gaat namens The Rising Sun in op het Sun Roots Festival en op de band die flink aan de weg timmert.
“Sebas Gravenstein als gitarist, Abel Felix op drums en Aditya Sardjono als bassist zijn ongeveer 5 jaar geleden begonnen met een metalbandje. Ze zaten allemaal op de school Kunst en Media van het Noorderpoort. Na een tijdje besloten ze om over te stappen naar een ander muziekgenre. Namelijk Reggae Rock en werd The Rising Sun geboren. De zanger Joey Nojodikromo was snel gevonden door het trio en vanaf dit moment begon het bandje vorm te krijgen. Door de jaren heen zijn er verschillende toetsenisten binnen de band geweest. Eind 2013 kwam saxofoniste Danielle Gombert bij de band. En in het jaar 2014 ben ik als toetsenist als en trompettist Tobi Kruger erbij gekomen om de band compleet te maken”, gaat Stefan Sikkes eerst kort in op de historie van de band. Belangrijker nog is de keuze om van metalbandje om te scholen tot reggae formatie. Het koude Groningen ligt immers erg ver weg van sunny Jamaica met zijn lange historie op reggae gebied. “Reggae is sinds de jaren 70 wereldwijd erg populair geworden”, constateert Sikkes. “Natuurlijk dankzij de grote reggaeheld ‘Bob Marley’. Waar ter wereld kan je nog zeggen dat je nog nooit van Bob Marley hebt gehoord. Reggae is heeft een enorme invloed destijds uitgeoefend op de mens. Nog altijd hoor je dat reggae veel word gebruikt in de hedendaagse Popmuziek, nummers van bijvoorbeeld Bruno Mars.” Maar ook in de reggae zijn tal van stromingen en invloeden. “Wij zijn echter niet echte ‘Roots Reggae’. Het genre wat dat wij spelen, Reggae Rock, is op dit moment erg populair in Californië. Reggae Rock is een genre wat een verbastering is tussen de heerlijk dansbare reggae in combinatie met een flinke ondersteuning van scheurende rock gitaren. Voorbeelden van artiesten die ons inspireren en ook op dit gebied actief zijn: Soldiers of jah army, Rebelution, Passafire, The Simpkon Project, Tribal Seeds en nog vele meer.
'Early Vibes' was de E.P waarme The Rising Sun in Groningen, maar ook daarbuiten hun naam vestigde. Vorig jaar werd het album gepresenteerd in Vera. “We waren enorm verrast door de opkomst tijdens onze EP-Release”, aldus Sikkens. “Vera Groningen was bomvol. We zijn naar de EP-Release veel benaderd door verschillende festivals en evenementen. We hebben in 2014 het effect van Reggae Rock muziek flink ten horen kunnen laten brengen in Groningen en omstreken. Op het moment zijn we bezig met het maken van verschillende nieuwe nummers. We hebben een volledig album ingepland voor 2016.”
Wellicht dat The Rising Sun al een aantal nieuwe nummers op de setlist heeft voor het Sun Roots festival. Dat moet in ieder geval een showcase worden voo reggae in Groningen en ook gewoon een leuk avond met een top feestje. “We hebben gemerkt dat onze muziekgenre in Groningen erg gewaardeerd word en we trekken veel bezoekers. Daarom leek het ons geweldig om samen met ‘Orange Grove’ en ‘Offshore’ een geheel avondje lekker los gaan op Reggae te organiseren. Wij zijn onder de indruk van deze twee bands en ze representeren ook hetzelfde muziekgenre. Wij denken dat we reggaeliefhebbers in Groningen een geweldige avond kunnen geven. Daarnaast hopen we samen met deze bands meerdere projecten of evenementen door Nederland te organiseren. Het Sun Roots Festival is hiervoor de eerste opstap. Wij onderscheiden ons van andere bands. Doordat we vrolijke opzwepende muziek maken is een avondje uit bij Reggae Rock muziek vaak geen tegenvaller. We krijgen veel positieve reacties na optredens en festivals. We bereiken steeds meer mensen en wie weet kom je zo in eens in een stroomversnelling, ” hoopt Stefan Sikkes.
Wie nog niet genoeg heeft van de band na zaterdagavond in Vera kan deze zomer The Rising Sun waarschijnlijk op tal van festivals verwachten. Sikkes kan al vertellen dat er op tal van terreinen de onderhandeling druk gaande zijn. “We gaan dit jaar weer op vele festivals spelen. Er staan al wat grote optredens voor ons in het verschiet. De meeste hiervan mogen we op dit moment helaas nog niet bekend maken. Daarbij geven we jullie de tip om onze facebookpagina en website goed in de gaten te houden als jullie willen weten waar en wanneer we actueel gaan spelen.” En dat is in ieder geval zaterdag 14 maart op het Sun Roots Festival in Vera Groningen.
The Rising Sun speelt op 14 maart op het Sun Roots Festival in Vera in Groningen.
Awna Texeira: “Ik heb mijn gevoel leren vertrouwen”
TORONTO – Awna Texeira speelde zich in Nederland vooral in de kijker met de Po'Girl. De Canadese formatie trok de aandacht en had vanuit het niets een enorme fanschare. Texeira heeft nu haar tweede solo album uit. Met 'Wild One' in haar koffer komt ze nu voor een aantal optredens naar Nederland. Op 6 maart staat ze in De Amer in Amen en op 7 maart zal De Slotplaats in Bakkeveen aan haar lippen hangen. Voor ze in Toronto het vliegtuig pakte naar Nederland vertelde ze eerst nog honderd uit over haar nieuwe album, hoe het is om solo te spelen en 'life on the road'.
“Mijn eerste album 'Where the Darkness goes' was meer een collectie van liedjes die verschillende kanten vertegenwoordigden van mijn muziek”, vergelijkt Texeira haar eerste en haar nieuwe album 'Wild One' met elkaar. 'Mijn oude album heeft een veel grotere diversiteit in stylen. I vond het belangrijk om te laten zien wat ik in mijn mars heb. Ik componeer op veel verschillende instrumenten en ik wilde dat graag vastgelegd zien. Voor mijn tweede album ben ik veel meer gedoken in wat me de laatste tijd bezig hield. Ik heb de laatste jaren veel tijd doorgebracht in het Zuidwesten van de Verenigde Staten. De schoonheid omringt je hier en het landschap heeft me altijd getrokken. Ik heb ook moeten afrekenen met een aantal zaken uit mijn persoonlijke leven die me mij en mijn familie hard hebben geraakt. Op het album tref je een samensmelting van die twee elementen. Ik wilde er ook qua sound een samenhangend album van maken. Een echt verhaal.”
Voor het opnemen van het album keerde ze terug naar Toronto in Canada. Haar stad en ook die stad heeft zijn invloed doen gelden. “Ik had nog nooit een album opgenomen op die vertrouwde grond en dat is wel iets wat ik altijd wel had gewild. Ik heb besloten om een aantal zaken door elkaar te gooien en aan de slag te gaan met bijna uitsluitend muzikanten en geluidstechnici waar ik nog nooit mee had gewerkt. Ik wilde uit mijn 'comfort zone' worden gehaald en het beste in mezelf boven halen op verschillende manieren. Als je de studio in gaat zijn er zoveel aspecten waar je op moet letten en je wilt echt de connectie hebben met je zelf en met je werk. Dat is moeilijk als je nieuwe relaties aan het opbouwen bent met mensen, maar het kan je ook helpen omdat het zaken in een ander perspectief zet. Dat laatste was voor mij erg belangrijk met deze liedjes en ook de reden dat ik besloot in Toronto op te nemen. De studio is in wijk waar ik als kind vroeger veel kwam. Het is in een markt waar ik met mijn grootmoeder regelmatig kwam. Op één of andere manier was het ook een wijze om weer het contact met mezelf te herstellen.” Een mooi hervinden van haar jeugd. “Ik heb de muziek zelf moeten ontdekken. Voor mijn opa naar Canada emigreerde schijnt hij een geweldige muzikant te zijn geweest, maar hij heeft het opgegeven in zijn nieuwe thuisland. Het is een moeilijke harde tijd geweest net veel strijd en ellende. Ik begrijp het daarom wel dat mij muziek leren geen topprioriteit had. Het is wel jammer. Ik luisterde graag en veel naar muziek en gaf ook wel aan dat ik het wilde leren, maar mijn ouders hadden niet de mogelijkheid om daarin mij tegemoet te komen en daar veel aandacht voor te hebben. Op mijn zevende heb ik nog zelf een klein orgeltje gekocht op een verkoping en leerde mezelf liedjes van de radio naspelen, maar het orgel leefde niet lang. Pas op mijn negentiende ben ik daarom echt in de muziek gerold.”
Voor Awna Texeira in Po'Girl terecht kwam speelde ze altijd in andere bandjes. Nu staat ze solo. Een hele verandering. “Er alleen voorstaan na twaalf jaar in bands te hebben gespeeld heeft zijn voor en nadelen om veel redenen. Ik denk dat voor mij de grootste stap was dat ik op mijn stem heb leren vertrouwen. Ik kan niemand meer vragen om zijn mening, dus moet ik leren om te herkennen wat mijn gevoel me ingeeft en daar op te vertrouwen. Dat is een voordeel gebleken, niet alleen op het podium, maar in tal van andere aspecten in het leven. Ik heb er wel altijd van genoten om met anderen samen te werken in een band en dat zal ik ook blijven doen in welke vorm zich dat ook gaat voordoen.”
Awna Texeira kijkt uit naar de tour en haar optredens in Bakkeveen en Amen. “Deze tour wil ik vooral mijn liedjes recht te doen. Iedere keer dat ik op het podium sta, weer die brug te kunnen slaan alsof het de eerste keer is. Misschien is dat ook wel het gevoel waarom mensen dat met een verslaving vergelijken. Het leven 'on the road' zoals ik zolang met Po'Girl heb geleid is niet altijd makkelijk en leuk. Maar wij twee, Allison Russell en ikzelf, zullen dit altijd blijven doen. We hebben levenslang. Het is je leven geworden. Ik heb al zoveel gezien sinds ik op mijn veertiende uit huis ging, ik ben op zoveel plekken geweest. Ik hou van die nieuwe ervaringen en er zijn zoveel plaatsen waar ik me thuis voel. Ik denk dat ik heimwee krijg als ik te lang op één plek blijf. Mijn muziek wordt ook erg beïnvloed door de mensen die ik onderweg tegen kom en de verhalen die ze vertellen. Ik kom ook de meest fantastische mensen tegen die fascinerende dingen doen en soms heeft nog niemand ontdekt hoe geweldig ze zijn. Dat is waar ik voor leef en wat steeds weer mijn vertrouwen in de mensheid hersteld.”
Van de idealen en dromen naar de praktijk. Dat orgeltje op haar zevende was het begin, maar intussen bespeeld Awna Texeira een breed assortiment aan instrumenten. Maar hoe krijg je dat allemaal over de Atlantische oceaan en welk keuzen maak je als multi-instrumentalist. “Het is iedere keer een uitdaging om te vliegen met zoveel mogelijk bagage. Ik kan helaas niet alles meenemen, daarom kan ik niet precies de show doen die ik doe in Noord-Amerika. In mijn bagage zitten mijn oude vertrouwde banjo, mijn gitaar en mijn accordeon. Dat zijn ook de instrumenten die ik vooral heb gebruikt om te componeren voor 'Wild One'. Van die drie is de accordeon mijn grote favoriet. Het is ook het meest uitdagende instrument. Mijn grote favoriet is echter de Gut Bucket Bass, die gemaakt wordt van een emmer, een stock en een touw. Ik heb daar echter een band voor nodig en het is niet een instrument om op te componeren.”
Awna Texeira komt graag naar Nederland en is hier geliefd en succesvol. Iets at ze zelf niet helemaal kan verklaren, maar niet minder van geniet. “We waren geschokt de eerste keer dat we met Po'Girl in Nederland speelden. We speelden op een groot muziekfestival in Utrecht genaamd Blue Highays en we waren er nog nooit geweest. We kregen zo'n geweldige respons op onze muziek van het eerste begin. Dat is toch alles waar je op kan hopen. Dat mensen zich kunnen identificeren met wat je doet ben als dat gebeurt ben ik daar erg dankbaar voor”, besluit Awna Texeira en ze hoopt opnieuw die respons te krijgen.
Awna Texeira speelt op 6 maart in De Amer in Amen en op 7 maart in De Slotplaats op Muziekpodium Bakkeveen.
TORONTO – Awna Texeira speelde zich in Nederland vooral in de kijker met de Po'Girl. De Canadese formatie trok de aandacht en had vanuit het niets een enorme fanschare. Texeira heeft nu haar tweede solo album uit. Met 'Wild One' in haar koffer komt ze nu voor een aantal optredens naar Nederland. Op 6 maart staat ze in De Amer in Amen en op 7 maart zal De Slotplaats in Bakkeveen aan haar lippen hangen. Voor ze in Toronto het vliegtuig pakte naar Nederland vertelde ze eerst nog honderd uit over haar nieuwe album, hoe het is om solo te spelen en 'life on the road'.
“Mijn eerste album 'Where the Darkness goes' was meer een collectie van liedjes die verschillende kanten vertegenwoordigden van mijn muziek”, vergelijkt Texeira haar eerste en haar nieuwe album 'Wild One' met elkaar. 'Mijn oude album heeft een veel grotere diversiteit in stylen. I vond het belangrijk om te laten zien wat ik in mijn mars heb. Ik componeer op veel verschillende instrumenten en ik wilde dat graag vastgelegd zien. Voor mijn tweede album ben ik veel meer gedoken in wat me de laatste tijd bezig hield. Ik heb de laatste jaren veel tijd doorgebracht in het Zuidwesten van de Verenigde Staten. De schoonheid omringt je hier en het landschap heeft me altijd getrokken. Ik heb ook moeten afrekenen met een aantal zaken uit mijn persoonlijke leven die me mij en mijn familie hard hebben geraakt. Op het album tref je een samensmelting van die twee elementen. Ik wilde er ook qua sound een samenhangend album van maken. Een echt verhaal.”
Voor het opnemen van het album keerde ze terug naar Toronto in Canada. Haar stad en ook die stad heeft zijn invloed doen gelden. “Ik had nog nooit een album opgenomen op die vertrouwde grond en dat is wel iets wat ik altijd wel had gewild. Ik heb besloten om een aantal zaken door elkaar te gooien en aan de slag te gaan met bijna uitsluitend muzikanten en geluidstechnici waar ik nog nooit mee had gewerkt. Ik wilde uit mijn 'comfort zone' worden gehaald en het beste in mezelf boven halen op verschillende manieren. Als je de studio in gaat zijn er zoveel aspecten waar je op moet letten en je wilt echt de connectie hebben met je zelf en met je werk. Dat is moeilijk als je nieuwe relaties aan het opbouwen bent met mensen, maar het kan je ook helpen omdat het zaken in een ander perspectief zet. Dat laatste was voor mij erg belangrijk met deze liedjes en ook de reden dat ik besloot in Toronto op te nemen. De studio is in wijk waar ik als kind vroeger veel kwam. Het is in een markt waar ik met mijn grootmoeder regelmatig kwam. Op één of andere manier was het ook een wijze om weer het contact met mezelf te herstellen.” Een mooi hervinden van haar jeugd. “Ik heb de muziek zelf moeten ontdekken. Voor mijn opa naar Canada emigreerde schijnt hij een geweldige muzikant te zijn geweest, maar hij heeft het opgegeven in zijn nieuwe thuisland. Het is een moeilijke harde tijd geweest net veel strijd en ellende. Ik begrijp het daarom wel dat mij muziek leren geen topprioriteit had. Het is wel jammer. Ik luisterde graag en veel naar muziek en gaf ook wel aan dat ik het wilde leren, maar mijn ouders hadden niet de mogelijkheid om daarin mij tegemoet te komen en daar veel aandacht voor te hebben. Op mijn zevende heb ik nog zelf een klein orgeltje gekocht op een verkoping en leerde mezelf liedjes van de radio naspelen, maar het orgel leefde niet lang. Pas op mijn negentiende ben ik daarom echt in de muziek gerold.”
Voor Awna Texeira in Po'Girl terecht kwam speelde ze altijd in andere bandjes. Nu staat ze solo. Een hele verandering. “Er alleen voorstaan na twaalf jaar in bands te hebben gespeeld heeft zijn voor en nadelen om veel redenen. Ik denk dat voor mij de grootste stap was dat ik op mijn stem heb leren vertrouwen. Ik kan niemand meer vragen om zijn mening, dus moet ik leren om te herkennen wat mijn gevoel me ingeeft en daar op te vertrouwen. Dat is een voordeel gebleken, niet alleen op het podium, maar in tal van andere aspecten in het leven. Ik heb er wel altijd van genoten om met anderen samen te werken in een band en dat zal ik ook blijven doen in welke vorm zich dat ook gaat voordoen.”
Awna Texeira kijkt uit naar de tour en haar optredens in Bakkeveen en Amen. “Deze tour wil ik vooral mijn liedjes recht te doen. Iedere keer dat ik op het podium sta, weer die brug te kunnen slaan alsof het de eerste keer is. Misschien is dat ook wel het gevoel waarom mensen dat met een verslaving vergelijken. Het leven 'on the road' zoals ik zolang met Po'Girl heb geleid is niet altijd makkelijk en leuk. Maar wij twee, Allison Russell en ikzelf, zullen dit altijd blijven doen. We hebben levenslang. Het is je leven geworden. Ik heb al zoveel gezien sinds ik op mijn veertiende uit huis ging, ik ben op zoveel plekken geweest. Ik hou van die nieuwe ervaringen en er zijn zoveel plaatsen waar ik me thuis voel. Ik denk dat ik heimwee krijg als ik te lang op één plek blijf. Mijn muziek wordt ook erg beïnvloed door de mensen die ik onderweg tegen kom en de verhalen die ze vertellen. Ik kom ook de meest fantastische mensen tegen die fascinerende dingen doen en soms heeft nog niemand ontdekt hoe geweldig ze zijn. Dat is waar ik voor leef en wat steeds weer mijn vertrouwen in de mensheid hersteld.”
Van de idealen en dromen naar de praktijk. Dat orgeltje op haar zevende was het begin, maar intussen bespeeld Awna Texeira een breed assortiment aan instrumenten. Maar hoe krijg je dat allemaal over de Atlantische oceaan en welk keuzen maak je als multi-instrumentalist. “Het is iedere keer een uitdaging om te vliegen met zoveel mogelijk bagage. Ik kan helaas niet alles meenemen, daarom kan ik niet precies de show doen die ik doe in Noord-Amerika. In mijn bagage zitten mijn oude vertrouwde banjo, mijn gitaar en mijn accordeon. Dat zijn ook de instrumenten die ik vooral heb gebruikt om te componeren voor 'Wild One'. Van die drie is de accordeon mijn grote favoriet. Het is ook het meest uitdagende instrument. Mijn grote favoriet is echter de Gut Bucket Bass, die gemaakt wordt van een emmer, een stock en een touw. Ik heb daar echter een band voor nodig en het is niet een instrument om op te componeren.”
Awna Texeira komt graag naar Nederland en is hier geliefd en succesvol. Iets at ze zelf niet helemaal kan verklaren, maar niet minder van geniet. “We waren geschokt de eerste keer dat we met Po'Girl in Nederland speelden. We speelden op een groot muziekfestival in Utrecht genaamd Blue Highays en we waren er nog nooit geweest. We kregen zo'n geweldige respons op onze muziek van het eerste begin. Dat is toch alles waar je op kan hopen. Dat mensen zich kunnen identificeren met wat je doet ben als dat gebeurt ben ik daar erg dankbaar voor”, besluit Awna Texeira en ze hoopt opnieuw die respons te krijgen.
Awna Texeira speelt op 6 maart in De Amer in Amen en op 7 maart in De Slotplaats op Muziekpodium Bakkeveen.
HOT wil uitdrukken wat ze voelen
MUNNEKEZIJL – Het Italiaanse Hands of Time, kortweg H.O.T, staat te trappelen om hun eerste Nederlandse met aansluitend hun eerste Amerikaanse optredens te beginnen. De band uit Orvieto even boven Rome staat op 8 maart met de Time to Think tour in De Sluys in Munnekezijl. Het drietal kan amper wachten en net als de vulkanische regio waar ze vandaan komen staan ook leadzanger en gitarist Leo Forini, bassist Wido Russo en drummer Gab Panariello op uitbarsten. “Het is de eerste keer, de eerste keer, de eerste keer. Oh Boy. We kunnen niet wachten”
Hands of Time heeft in december net een nieuw album uitgebracht. 'Time to Think (part 1)'. “Ja een gloednieuw album”laat Leo Forini weten. “Er saan nummers op het album en we hebben het opgenomen op het jaren 70 tape soort 456 Quantegy tape, net zoals onze favoriete bands van vroeger deden. Het is een puur en eerlijk album geworden, We waren boos op de maatschappijl, op het systeem, op de wereld. We geloven dat de muzier er is om ons er aan te herinneren dat we vrij zijn geboren, Niets kan ons die vrijheid afnemen. Als muzikanten zijn we natuurlijk ook nog verliefd op de liefde. Dit zijn de twee belangrijkste onderwerpen van de teksten en onze grootste inspiratiebronnen. Het is een alternative/hard rock/pop album. We hebben ons niet bezig gehouden met welk genre we nu in moesten passen. We willen uitdrukken wat we voelen en wat we meegemaakt hebben en wat we de afgelopen twee jaar meegemaakt hebben terwijl we aan het touren waren. Naar onze smaak is muziek teveel pantonime geworden. Niks lijkt echt te zijn en alles een act. Muziek lijkt te zijn voor 'High Clased Fools' in mooie huizen. Voor de rijken. Wij willen juist de andere kant op. Geen compromissen, Wat je hoort, dat is wie we zijn. We zullen niet tegen je liegen. We houden er niet van. Muziek is voor de mens, voor iedereen. Muziek wordt gemaakt door mensen. Gewone mensen, arme, verdrietige, lelijke mensen. We staan aan de kant van de “Underdog” side. Altijd. We brengen nu voor het eerst een album uit in Nederland en we staan te popelen om jullie te laten zien wie we zijn en wat we willen. We zijn uitgegaan waar we van hielden, wat we haten en daar hebben we muziek van gemaakt”
“Je gelooft je ogen niet vandaag de dag”, aldus de bewogen bandleden “Het heeft ons echt er toe aangezet dit te maken. Al de ellende waar mensen tegenwoordig mee te maken krijgen. We werden er verdrietig van. Het is een 'Time to Think'. Beschouw het als ons protest, onze schreeuw om eengezindheid en onze boodschap van hoop.”
Hands of Time is begonnen als een coverband in 2008, maar al snel werd het een hard rock band met de wortels stevig in de klassieke rock. Voor dit nieuwe album werd inspiratie opgedaan bij twee invloedrijke producers. In 2011 werd op instigatie van Roy Thomas Baker, die gewerkt heeft met onder andere Queen en Guns n' Roses meer pop verwerkt in hun muziek. In 2012 begon de samenwerking met Andrea Mescolini van Bonsai studio Produzioni. Mescoloni voegde ook meer melodische elementen toe aan de rock sound. “Ons oude werk was erg klassiek. Je kon onze herkomst als “hard rock band”, goed horen. Maar in de loop van de jaren hebben we nieuwe mensen ontmoet, hebben we ons zelf ontwikkeld en daarom was het tijd voor wat nieuws Dit album valt buiten de genre's en smelt pop met rock, indie, alternative, dance, met een vleugje industrial en een scheutje metal. Het is voor ons echt een doorbraak” aldus Forini.
“Wat we van de komende tour verwachten? Wie zal het zeggen. We groeien echt. We worden steeds meer opgemerkt. We hopen dat dit de grote doorbraak zal zijn. 'The Big Step'. Het is moelijk in te schaten, maar we beloven dat de concertbezoekers erg veel lol zullen hebben en dat we veel volume hebben, erg veel volume. Als doel hebben we dat mensen os leuk vinden. We stellen geen al te hoge doelen. We hopen dat als je ons op het podium ziet, je erg geniet en ons weer wilt zien.”
Na Nederland en België wacht de oversteek over de grote plas naar Los Angeles waar twee optredens zijn geboekt. “We hebben al een aantal landen aangedaan. We hebben de Britten doen rocken, de Duitsers laten springen en Italië is in onze ban. Waar anders moeten we nog ons bewijzen, zodat we weten dat we doen wat we horen te doen? We spelen eerst in de Whisky A Gogo in Los Angeles, één van de belangrijkste rockclubs ter wereld, Daar is zoveel van de muziek waar we van houden geboren. En we doen de opening voor 'Vain'. Wat meer hadden we kunnen verwachten? We gaan de US duidelijk maken dat we gekomen zijn om te rocken. Het is ons beloofde land, laat het maar gebeuren. “ Maar voor het zover is moet nog wel Munnekezijl worden veroverd.
Hands of Time staat op 8 maart in Café De Sluys in Munnekezijl.
MUNNEKEZIJL – Het Italiaanse Hands of Time, kortweg H.O.T, staat te trappelen om hun eerste Nederlandse met aansluitend hun eerste Amerikaanse optredens te beginnen. De band uit Orvieto even boven Rome staat op 8 maart met de Time to Think tour in De Sluys in Munnekezijl. Het drietal kan amper wachten en net als de vulkanische regio waar ze vandaan komen staan ook leadzanger en gitarist Leo Forini, bassist Wido Russo en drummer Gab Panariello op uitbarsten. “Het is de eerste keer, de eerste keer, de eerste keer. Oh Boy. We kunnen niet wachten”
Hands of Time heeft in december net een nieuw album uitgebracht. 'Time to Think (part 1)'. “Ja een gloednieuw album”laat Leo Forini weten. “Er saan nummers op het album en we hebben het opgenomen op het jaren 70 tape soort 456 Quantegy tape, net zoals onze favoriete bands van vroeger deden. Het is een puur en eerlijk album geworden, We waren boos op de maatschappijl, op het systeem, op de wereld. We geloven dat de muzier er is om ons er aan te herinneren dat we vrij zijn geboren, Niets kan ons die vrijheid afnemen. Als muzikanten zijn we natuurlijk ook nog verliefd op de liefde. Dit zijn de twee belangrijkste onderwerpen van de teksten en onze grootste inspiratiebronnen. Het is een alternative/hard rock/pop album. We hebben ons niet bezig gehouden met welk genre we nu in moesten passen. We willen uitdrukken wat we voelen en wat we meegemaakt hebben en wat we de afgelopen twee jaar meegemaakt hebben terwijl we aan het touren waren. Naar onze smaak is muziek teveel pantonime geworden. Niks lijkt echt te zijn en alles een act. Muziek lijkt te zijn voor 'High Clased Fools' in mooie huizen. Voor de rijken. Wij willen juist de andere kant op. Geen compromissen, Wat je hoort, dat is wie we zijn. We zullen niet tegen je liegen. We houden er niet van. Muziek is voor de mens, voor iedereen. Muziek wordt gemaakt door mensen. Gewone mensen, arme, verdrietige, lelijke mensen. We staan aan de kant van de “Underdog” side. Altijd. We brengen nu voor het eerst een album uit in Nederland en we staan te popelen om jullie te laten zien wie we zijn en wat we willen. We zijn uitgegaan waar we van hielden, wat we haten en daar hebben we muziek van gemaakt”
“Je gelooft je ogen niet vandaag de dag”, aldus de bewogen bandleden “Het heeft ons echt er toe aangezet dit te maken. Al de ellende waar mensen tegenwoordig mee te maken krijgen. We werden er verdrietig van. Het is een 'Time to Think'. Beschouw het als ons protest, onze schreeuw om eengezindheid en onze boodschap van hoop.”
Hands of Time is begonnen als een coverband in 2008, maar al snel werd het een hard rock band met de wortels stevig in de klassieke rock. Voor dit nieuwe album werd inspiratie opgedaan bij twee invloedrijke producers. In 2011 werd op instigatie van Roy Thomas Baker, die gewerkt heeft met onder andere Queen en Guns n' Roses meer pop verwerkt in hun muziek. In 2012 begon de samenwerking met Andrea Mescolini van Bonsai studio Produzioni. Mescoloni voegde ook meer melodische elementen toe aan de rock sound. “Ons oude werk was erg klassiek. Je kon onze herkomst als “hard rock band”, goed horen. Maar in de loop van de jaren hebben we nieuwe mensen ontmoet, hebben we ons zelf ontwikkeld en daarom was het tijd voor wat nieuws Dit album valt buiten de genre's en smelt pop met rock, indie, alternative, dance, met een vleugje industrial en een scheutje metal. Het is voor ons echt een doorbraak” aldus Forini.
“Wat we van de komende tour verwachten? Wie zal het zeggen. We groeien echt. We worden steeds meer opgemerkt. We hopen dat dit de grote doorbraak zal zijn. 'The Big Step'. Het is moelijk in te schaten, maar we beloven dat de concertbezoekers erg veel lol zullen hebben en dat we veel volume hebben, erg veel volume. Als doel hebben we dat mensen os leuk vinden. We stellen geen al te hoge doelen. We hopen dat als je ons op het podium ziet, je erg geniet en ons weer wilt zien.”
Na Nederland en België wacht de oversteek over de grote plas naar Los Angeles waar twee optredens zijn geboekt. “We hebben al een aantal landen aangedaan. We hebben de Britten doen rocken, de Duitsers laten springen en Italië is in onze ban. Waar anders moeten we nog ons bewijzen, zodat we weten dat we doen wat we horen te doen? We spelen eerst in de Whisky A Gogo in Los Angeles, één van de belangrijkste rockclubs ter wereld, Daar is zoveel van de muziek waar we van houden geboren. En we doen de opening voor 'Vain'. Wat meer hadden we kunnen verwachten? We gaan de US duidelijk maken dat we gekomen zijn om te rocken. Het is ons beloofde land, laat het maar gebeuren. “ Maar voor het zover is moet nog wel Munnekezijl worden veroverd.
Hands of Time staat op 8 maart in Café De Sluys in Munnekezijl.
Sarah McQuaid lanceert nieuw album met concert toer in Nederland
STEENDAM - De Internationale folkster Sarah McQuaid heeft een nieuw album. Deze krijgt zijn internationale doop in Nederland. Op het eerste concert van de tournee om haar nieuwe album te promoten op 6 maart in Steendam ziet 'Walking into White' het levenslicht als op het bekende muziekpodium 'Peter en Leni' het album integraal wordt uitgevoerd. Daarna gaat McQuaid op tournee en heeft concerten in onder andere Diever.
“Eigenlijk wilden we niet echt het album officieel ten doop houden”, vertelt McQuaid thuis in het Engelse Penzance aan de Kanaalkust. “We wilden het geld dat daar voor nodig is graag aan het album besteden. Het eerste optreden dat we boekten voor 2015 was in Podiumcafé Peter en Leni in Steendam. Peter van Zeijl stelde voor dat dit het officiële moment zou worden waarop het album zou worden gelanceerd. Die kans greep ik met beide handen aan. Peter heeft de kennis door zijn ervaring als radiopresentator, concertorganisator en in de horeca om dit te organiseren. Peter en Leni is ook een ideale plaats om het te doen. Het is een heel mooie en gezellige plek om op te treden en Peter en Leni zijn heel hartelijke uitbaters. We hebben de afgelopen vier jaar met ze gewerkt en vorig jaar bij hun opgetreden Hun podium voelt een beetje als thuis. Ik kijk erg uit naar het concert. Voor de pauze ga ik het album live uitvoeren. Nummer voor nummer. Dat wordt nog een hele toer om dat ook technisch voor elkaar te krijgen. Na de pauze speel ik mijn 'greatest hits' van voorgaande albums. In de overige concerten deze tournee zullen de nummers van 'Walking into White' uiteraard ook een voorname plek innemen.”
Sarah McQuaid is een beroemde naam binnen de folk. Haar vorige album 'The Plum Tree and the Rose' staat bijzonder hoog aangeschreven. Het nieuwe album gooit toch het roer om. “Mijn vorige drie albums zijn geproduceerd door Gerry O'Beirne en daar was ik erg blij mee. Echter het was tijd, zo hebben we in wederzijds overleg besloten, dat er eens een andere producer naar mijn muziek keek. Het was goed om mij uit mijn 'comfortzone' te halen, me uit te dagen en mijn muzikale horizon uit te breiden. Ik dacht er al een poos aan om eens met Adam Pierce te werken. Niet alleen een familielid van mij, maar ook iemand die ik als producer erg bewonder. Hij heeft dit album geproduceerd samen met Jeremy Backofen. Ze musiceren beide ook op dit album naast verschillende andere gastmuzikanten. En natuurlijk speelt mijn manager en geluidsman Martin Stansbury mee. Dit album heeft een hele ander geluid en sfeer dan mijn voorgaande albums. Maar op de een of andere manier is het erg authentiek, erg 'mij' en staat het album heel erg dicht bij me naar mijn gevoel. Het is erg persoonlijk en een erg emotioneel album. Ook is het een eenheid, omdat we er in geslaagd zijn om het album in de Verenigde Staten in drie weken op te nemen en te mixen.”
In het verleden heeft Sarah McQuaid bewezen een uitstekende liedjes schrijfster te zijn. Dat staat ook nu aan de basis van het nieuwe album, de kwaliteit van haar composities. “Al mijn liedjes beginnen met een 'beeld'. In het bijzonder een beeld dat werkt als een metafoor, bijvoorbeeld het lied 'Yellowstone' dat geïnspireerd is door de angst van mijn zoon voor de gigantische ondergrondse vulkaan in dat park in de Verenigde Staten. Als die gaat uitbarsten, wordt dat niet een kettingreactie met nog veel meer vulkaanuitbarstingen? Bij mij riep dat de gedachte op dat het een beetje is zoals we ons allemaal voelen bij elke gevaarlijke situatie die verborgen ligt, maar zich ieder moment kan openbaren. Je weet niet wat er achter weg komt. Ik heb ook drie nummers geschreven die zijn geïnspireerd door de jeugdboeken serie “Swallows and Amazons” die ik voorlas aan mijn zoon. De titeltrack 'Walking into White” is daar één van. In het boek verdwalen twee kinderen in een moeras en komen ze terecht in dikke mist en ook nu dacht ik: zo voel ik mij ook soms. Ik weet niet wat mij wacht en of ik in de juiste richting in het leven ga.”
De komende tour en het nieuwe album hebben een duidelijk doel. Bekend is Sarah McQuaid al bij de folkliefhebbers, maar nu wil ze met haar werk ook een breder publiek aanspreken. “Het is een beetje scherper en moderner dan mijn vorige albums. De eerste recensies zijn erg positief en voorspelen dat dit album niet alleen de folkfans, maar ook een veel breder publiek zullen aanspreken. Ik hoop dat ze gelijk hebben” lacht McQuaid. Haar huidige tour begint in Nederland en brengt haar in België en Duitsland. Daarna tourt ze in Groot Brittannië en Ierland en daarna volgt vast en zeker de rest van de wereld. “Ik hou er van om op te treden. Je hebt de energie van een publiek nodig om een bepaald niveau te halen. Ik vind het ook zo leuk om overal ter wereld mensen te ontmoeten en ik heb overal al zoveel vrienden gemaakt tijdens tournees. Elk publiek is verschillend, zelfs binnen een land. Amerikaans publiek is erg uitgesproken. Ze laten hun goedkeuring horen. Een Engels publiek is meer gereserveerd en ze klappen zo beleefd dat je je afvraagt of ze het nou menen of niet, maar komen dan naar je toe en kopen zoveel van je CD's dat je wel wordt overtuigd dat ze het leuk vonden. Nederlanders en Belgen zitten daar wat tussen in, maar ook dar tref je heel verschillende zalen. Ik ben zo blij en dankbaar dat ik naar zoveel plaatsen mag reizen en daar mijn muziek mag spelen. Dat zou ik niet willen ruilen voor wat dan ook in deze wereld.”
Sarah McQuaid speelt op 6 maart in Steendam bIj Peter en Leni. Op 8 maart staat ze in De Huntershof in Diever.
STEENDAM - De Internationale folkster Sarah McQuaid heeft een nieuw album. Deze krijgt zijn internationale doop in Nederland. Op het eerste concert van de tournee om haar nieuwe album te promoten op 6 maart in Steendam ziet 'Walking into White' het levenslicht als op het bekende muziekpodium 'Peter en Leni' het album integraal wordt uitgevoerd. Daarna gaat McQuaid op tournee en heeft concerten in onder andere Diever.
“Eigenlijk wilden we niet echt het album officieel ten doop houden”, vertelt McQuaid thuis in het Engelse Penzance aan de Kanaalkust. “We wilden het geld dat daar voor nodig is graag aan het album besteden. Het eerste optreden dat we boekten voor 2015 was in Podiumcafé Peter en Leni in Steendam. Peter van Zeijl stelde voor dat dit het officiële moment zou worden waarop het album zou worden gelanceerd. Die kans greep ik met beide handen aan. Peter heeft de kennis door zijn ervaring als radiopresentator, concertorganisator en in de horeca om dit te organiseren. Peter en Leni is ook een ideale plaats om het te doen. Het is een heel mooie en gezellige plek om op te treden en Peter en Leni zijn heel hartelijke uitbaters. We hebben de afgelopen vier jaar met ze gewerkt en vorig jaar bij hun opgetreden Hun podium voelt een beetje als thuis. Ik kijk erg uit naar het concert. Voor de pauze ga ik het album live uitvoeren. Nummer voor nummer. Dat wordt nog een hele toer om dat ook technisch voor elkaar te krijgen. Na de pauze speel ik mijn 'greatest hits' van voorgaande albums. In de overige concerten deze tournee zullen de nummers van 'Walking into White' uiteraard ook een voorname plek innemen.”
Sarah McQuaid is een beroemde naam binnen de folk. Haar vorige album 'The Plum Tree and the Rose' staat bijzonder hoog aangeschreven. Het nieuwe album gooit toch het roer om. “Mijn vorige drie albums zijn geproduceerd door Gerry O'Beirne en daar was ik erg blij mee. Echter het was tijd, zo hebben we in wederzijds overleg besloten, dat er eens een andere producer naar mijn muziek keek. Het was goed om mij uit mijn 'comfortzone' te halen, me uit te dagen en mijn muzikale horizon uit te breiden. Ik dacht er al een poos aan om eens met Adam Pierce te werken. Niet alleen een familielid van mij, maar ook iemand die ik als producer erg bewonder. Hij heeft dit album geproduceerd samen met Jeremy Backofen. Ze musiceren beide ook op dit album naast verschillende andere gastmuzikanten. En natuurlijk speelt mijn manager en geluidsman Martin Stansbury mee. Dit album heeft een hele ander geluid en sfeer dan mijn voorgaande albums. Maar op de een of andere manier is het erg authentiek, erg 'mij' en staat het album heel erg dicht bij me naar mijn gevoel. Het is erg persoonlijk en een erg emotioneel album. Ook is het een eenheid, omdat we er in geslaagd zijn om het album in de Verenigde Staten in drie weken op te nemen en te mixen.”
In het verleden heeft Sarah McQuaid bewezen een uitstekende liedjes schrijfster te zijn. Dat staat ook nu aan de basis van het nieuwe album, de kwaliteit van haar composities. “Al mijn liedjes beginnen met een 'beeld'. In het bijzonder een beeld dat werkt als een metafoor, bijvoorbeeld het lied 'Yellowstone' dat geïnspireerd is door de angst van mijn zoon voor de gigantische ondergrondse vulkaan in dat park in de Verenigde Staten. Als die gaat uitbarsten, wordt dat niet een kettingreactie met nog veel meer vulkaanuitbarstingen? Bij mij riep dat de gedachte op dat het een beetje is zoals we ons allemaal voelen bij elke gevaarlijke situatie die verborgen ligt, maar zich ieder moment kan openbaren. Je weet niet wat er achter weg komt. Ik heb ook drie nummers geschreven die zijn geïnspireerd door de jeugdboeken serie “Swallows and Amazons” die ik voorlas aan mijn zoon. De titeltrack 'Walking into White” is daar één van. In het boek verdwalen twee kinderen in een moeras en komen ze terecht in dikke mist en ook nu dacht ik: zo voel ik mij ook soms. Ik weet niet wat mij wacht en of ik in de juiste richting in het leven ga.”
De komende tour en het nieuwe album hebben een duidelijk doel. Bekend is Sarah McQuaid al bij de folkliefhebbers, maar nu wil ze met haar werk ook een breder publiek aanspreken. “Het is een beetje scherper en moderner dan mijn vorige albums. De eerste recensies zijn erg positief en voorspelen dat dit album niet alleen de folkfans, maar ook een veel breder publiek zullen aanspreken. Ik hoop dat ze gelijk hebben” lacht McQuaid. Haar huidige tour begint in Nederland en brengt haar in België en Duitsland. Daarna tourt ze in Groot Brittannië en Ierland en daarna volgt vast en zeker de rest van de wereld. “Ik hou er van om op te treden. Je hebt de energie van een publiek nodig om een bepaald niveau te halen. Ik vind het ook zo leuk om overal ter wereld mensen te ontmoeten en ik heb overal al zoveel vrienden gemaakt tijdens tournees. Elk publiek is verschillend, zelfs binnen een land. Amerikaans publiek is erg uitgesproken. Ze laten hun goedkeuring horen. Een Engels publiek is meer gereserveerd en ze klappen zo beleefd dat je je afvraagt of ze het nou menen of niet, maar komen dan naar je toe en kopen zoveel van je CD's dat je wel wordt overtuigd dat ze het leuk vonden. Nederlanders en Belgen zitten daar wat tussen in, maar ook dar tref je heel verschillende zalen. Ik ben zo blij en dankbaar dat ik naar zoveel plaatsen mag reizen en daar mijn muziek mag spelen. Dat zou ik niet willen ruilen voor wat dan ook in deze wereld.”
Sarah McQuaid speelt op 6 maart in Steendam bIj Peter en Leni. Op 8 maart staat ze in De Huntershof in Diever.
Shishani: “Een goede tekst voelt eerlijk aan”
Foto: Paolo Schneider
GRONINGEN – In Pakhuis Hamburg in Groningen staan op 24 januari twee formaties op het podium voor het goede doel. Roos Galjaard organiseert haar benefietavond 'Shelter in the Shade VI'. Deze keer gaat op de opbrengst naar aidswezen in Swaziland. Een uitermate goed doel. Optredens zijn er van Scotch met hun party folk uit Dordrecht en uit België komt Shishani. Achter Shishani steekt wereldburger Shishani Vranckx. Geboren in Namibië uit een Belgische vader en moeder uit dat Afrikaanse land groeide ze op in Afrika en Europa. Deels zelfs in Groningen. Inmiddels is Shishani een gevestigde naam als soulvolle singersongwriter en als het goede doel alleen niet reden is om te komen kijken, dan is het optreden van de Belgische dat zeker toch wel. Shishani vertelt graag over Afrika, muziek en haar boodschap van respect.
“Ik ben betrokken bij 'shelter in the Shade' via Roos Galjaard,” vertelt Shishani Vranckx “Roos schreef mij aan of ik geïnteresseerd was om hier deel van uit te maken. Aangezien ik betrokken ben bij verschillende 'social upliftment' projecten in Namibia, wilde ik graag ook in Nederland bijdrage leveren aan zoiets.” Extra leuk is dat natuurlijk als dat in een stad gebeurt waar ook de eerste muzikale uitingen werden gedaan. “We hebben een aantal jaar in Groningen gewoond. Ik ben in Groningen naar school gegaan. Eerst de basisschool en middelbare school. Daarna 2 jaar Prins Claus conservatorium. In Groningen heb ik mijn eerste voetstapjes als jonge muzikante gemaakt, mijn eerste eigen bands opgezet. Later heb ik mijn vleugels gespreid en ben de weide wereld in gevlogen.”
Dat Shishani in de 'muziek' terecht kwam is geen verrassing. “Ik kom uit een muzikale familie. Mijn Belgische vader is muziek fanaat, autodidact in klassiek piano. Mijn half broer is Ernst Vranckx een gekende Belgische jazz pianist en componist. Sinds mijn vierde zat ik op muziek les.”
Wat opvalt bij Shishani is haar tekstwerk. Mooie teksten met een duidelijke boodschap. Niet voor niets werd ze al onderscheiden in ons land met 'Mooie Noten prijs', juist ook voor haar betekenisvolle teksten. “Een goede tekst voelt eerlijk aan; vanuit een moment van helderheid en eerlijkheid gekomen. Het leven is wat mij inspireert. Ik deel verhalen en boodschappen die ik de moeite vind om te delen via mijn muziek. Vaak een reflectie van wat er in de maatschappij om ons heen gebeurt. Simpel gezegd is mijn boodschap: respect voor onszelf en anderen. Sta open voor de magie van het leven. Veroordeel niet, probeer de ander te begrijpen en en probeer het beste uit jezelf en het leven te halen. Respect nature, she is our mother. and lets share the beauty of life!'
De doorbraak van Shihani was er het eerst in Afrika. In haar geboorteland Namibie kregen de soulvolle klanken waardering. Een optreden in de 2011 Namibian Annual Music Awards werd een jaar later gevolgd door de winst in de Last Band Standing (live band) competition, prestigieuze optredens en op de 2013 Namibian Annual Music Awards viel ze met haar singel 'Minority' twee keer in de prijzen. “Ik ben in Namibië geboren ik heb mijn eerste muzieklessen daar gevolgd. Vervolgens heb ik in Nederland en België gewoond en ben weer terug gekeerd naar Namibië. Elk land, elke plek heeft unieke ervaringen en mogelijkheden. Namibië inspireert me In mijn ervaring is er een groot verschil tussen de hardheid van het leven vergeleken met de 'comfortabele' leefstijl in Nederland. Life is intens. Nederland bied mooie kansen tot samenwerking met mensen uit de hele wereld en dat is heel verrijkend.” Het werk van Shishani spreekt de Namibiërs duidelijk aan. “In Namibië 'voelen' de mensen waar ik het over heb als ik het heb over gelijke rechten, vervuiling, corruptie en dat soort onderwerpen. Het leeft, mensen geven die energie terug tijdens optredens. Ze prijzen me om het spreken over deze onderwerpen. In Nederland zijn de reacties over het algemeen - behalve een paar individuen - minder intens, omdat mensen misschien niet direct in contact staan met of zich bewust zijn van de schrijnende realiteit om ons heen. Het staat wat "verder van eigen bed “ in Nederland. De reacties zijn anders, het leven is anders hier. Comfortabeler. Er heerst minder paniek over de wereld om ons heen, er is minder drang om verandering te brengen. Zo voelt het althans.” Dan is de cirkel rond, want bij Shelter in de Shade gaat het juist om verandering. In dit geval in het leven van aidswezen in Swaziland. Met haar optreden hoopt Shishani bij te dragen aan die verandering. Dit keer alleen, hoewel ze ook vaak met een band optreedt. “Ik treed zaterdag solo op. Ik heb geen voorkeur over hoe ik optreed, ik hou van muzikanten en er is niks leuker dan samen spelen. Maar solo voelt het persoonlijker, directer.”
Shishani treedt op 24 januari op in het kader van Shelter in the Shade in Pakhuis Hamburg Groningen, Hoekstraat 42, Groningen
Foto: Paolo Schneider
GRONINGEN – In Pakhuis Hamburg in Groningen staan op 24 januari twee formaties op het podium voor het goede doel. Roos Galjaard organiseert haar benefietavond 'Shelter in the Shade VI'. Deze keer gaat op de opbrengst naar aidswezen in Swaziland. Een uitermate goed doel. Optredens zijn er van Scotch met hun party folk uit Dordrecht en uit België komt Shishani. Achter Shishani steekt wereldburger Shishani Vranckx. Geboren in Namibië uit een Belgische vader en moeder uit dat Afrikaanse land groeide ze op in Afrika en Europa. Deels zelfs in Groningen. Inmiddels is Shishani een gevestigde naam als soulvolle singersongwriter en als het goede doel alleen niet reden is om te komen kijken, dan is het optreden van de Belgische dat zeker toch wel. Shishani vertelt graag over Afrika, muziek en haar boodschap van respect.
“Ik ben betrokken bij 'shelter in the Shade' via Roos Galjaard,” vertelt Shishani Vranckx “Roos schreef mij aan of ik geïnteresseerd was om hier deel van uit te maken. Aangezien ik betrokken ben bij verschillende 'social upliftment' projecten in Namibia, wilde ik graag ook in Nederland bijdrage leveren aan zoiets.” Extra leuk is dat natuurlijk als dat in een stad gebeurt waar ook de eerste muzikale uitingen werden gedaan. “We hebben een aantal jaar in Groningen gewoond. Ik ben in Groningen naar school gegaan. Eerst de basisschool en middelbare school. Daarna 2 jaar Prins Claus conservatorium. In Groningen heb ik mijn eerste voetstapjes als jonge muzikante gemaakt, mijn eerste eigen bands opgezet. Later heb ik mijn vleugels gespreid en ben de weide wereld in gevlogen.”
Dat Shishani in de 'muziek' terecht kwam is geen verrassing. “Ik kom uit een muzikale familie. Mijn Belgische vader is muziek fanaat, autodidact in klassiek piano. Mijn half broer is Ernst Vranckx een gekende Belgische jazz pianist en componist. Sinds mijn vierde zat ik op muziek les.”
Wat opvalt bij Shishani is haar tekstwerk. Mooie teksten met een duidelijke boodschap. Niet voor niets werd ze al onderscheiden in ons land met 'Mooie Noten prijs', juist ook voor haar betekenisvolle teksten. “Een goede tekst voelt eerlijk aan; vanuit een moment van helderheid en eerlijkheid gekomen. Het leven is wat mij inspireert. Ik deel verhalen en boodschappen die ik de moeite vind om te delen via mijn muziek. Vaak een reflectie van wat er in de maatschappij om ons heen gebeurt. Simpel gezegd is mijn boodschap: respect voor onszelf en anderen. Sta open voor de magie van het leven. Veroordeel niet, probeer de ander te begrijpen en en probeer het beste uit jezelf en het leven te halen. Respect nature, she is our mother. and lets share the beauty of life!'
De doorbraak van Shihani was er het eerst in Afrika. In haar geboorteland Namibie kregen de soulvolle klanken waardering. Een optreden in de 2011 Namibian Annual Music Awards werd een jaar later gevolgd door de winst in de Last Band Standing (live band) competition, prestigieuze optredens en op de 2013 Namibian Annual Music Awards viel ze met haar singel 'Minority' twee keer in de prijzen. “Ik ben in Namibië geboren ik heb mijn eerste muzieklessen daar gevolgd. Vervolgens heb ik in Nederland en België gewoond en ben weer terug gekeerd naar Namibië. Elk land, elke plek heeft unieke ervaringen en mogelijkheden. Namibië inspireert me In mijn ervaring is er een groot verschil tussen de hardheid van het leven vergeleken met de 'comfortabele' leefstijl in Nederland. Life is intens. Nederland bied mooie kansen tot samenwerking met mensen uit de hele wereld en dat is heel verrijkend.” Het werk van Shishani spreekt de Namibiërs duidelijk aan. “In Namibië 'voelen' de mensen waar ik het over heb als ik het heb over gelijke rechten, vervuiling, corruptie en dat soort onderwerpen. Het leeft, mensen geven die energie terug tijdens optredens. Ze prijzen me om het spreken over deze onderwerpen. In Nederland zijn de reacties over het algemeen - behalve een paar individuen - minder intens, omdat mensen misschien niet direct in contact staan met of zich bewust zijn van de schrijnende realiteit om ons heen. Het staat wat "verder van eigen bed “ in Nederland. De reacties zijn anders, het leven is anders hier. Comfortabeler. Er heerst minder paniek over de wereld om ons heen, er is minder drang om verandering te brengen. Zo voelt het althans.” Dan is de cirkel rond, want bij Shelter in de Shade gaat het juist om verandering. In dit geval in het leven van aidswezen in Swaziland. Met haar optreden hoopt Shishani bij te dragen aan die verandering. Dit keer alleen, hoewel ze ook vaak met een band optreedt. “Ik treed zaterdag solo op. Ik heb geen voorkeur over hoe ik optreed, ik hou van muzikanten en er is niks leuker dan samen spelen. Maar solo voelt het persoonlijker, directer.”
Shishani treedt op 24 januari op in het kader van Shelter in the Shade in Pakhuis Hamburg Groningen, Hoekstraat 42, Groningen
Diana Jones: 'Ik verheug me op de harmonieën'
NASHVILLE – Het verhaal van Diana Jones is bijzonder. Ze groeide op als adoptiekind in een niet muzikaal gezin, maar voelde zich altijd verbonden met de oude country muziek. Uiteindelijk bleek dat haar bloedverwanten nauw verbonden waren met juist deze muziek. Het zat in haar genen. Het is eigenlijk dit verhaal dat Jones avond aan avond verteld via haar liedjes op het podium. Het eerbetoon aan haar band met die muziek die stamt uit de Appalacian Mountains. Diana Jones komt dat verhaal via haar liedjes ook in Nederland vertellen. Op 12 februari staat ze in De Oude Remise in Bad Nieuweschans en op 13 februari in De Slotplaats in Bakkeveen. De Schot Daniel Meade reist met haar mee.
“Ik ben geadopteerd en groeide op in New York”, aldus de tegenwoordig deels in Nashville Tennessee en deels in New York woonachtige Jones. “Ik was altijd muzikaal en voelde me aangetrokken tot die old time country music toen ik daarmee in aanraking kwam. Dat gebeurde toen ik werd herenigd met de familie waarin ik ben geboren. Mijn opa was een geweldig persoon en een zanger en gitarist. Hij vormde zijn eerste band samen met Chet Atkins toen ze beide 15 jaar oud waren. Mijn opa heeft de muziek waar hij van hield aan mij doorgegeven en voor mij viel van alles op zijn plek. Mijn albums zijn dan ook een eerbetoon aan hem.”
Met haar laatste album 'Museum of Appalachia Recordings' bracht Diana Jones het ultieme eerbetoon aan die oude muziek die zo'n rol speelt in haar leven, maar wil Jones ook niet haar vleugels eens verder uitspreiden en zich wagen aan andere stijlen. Niet nodig zegt ze. Al die muziek zit al in haar. “Invloeden van andere muziekstijlen zitten soms diep in ons verborgen en we weten niet waar en hoe ze zich zullen manifesteren. Ik hou van veel muziekstijlen. Van vroege bluesmuziek tot Broadway Musicals en alles doet zijn invloed gelden.” En dan is er natuurlijk de locatie. Wie half in New York en half in Nashville woont, woont weliswaar in twee Amerikaanse steden, maar het wereldse New York heeft een heel ander karakter dan het Zuidelijke Nashville. Dat heeft weinig invloed denkt Diana Jones. Er is geen duidelijke tweedeling. ”Wat ik schrijf is eigenlijk overal hetzelfde. Als ik in New York ben voel ik wel de invloed van oude folk helden als Woody Guthrie en natuurlijk Bob Dylan. Ik ken mensen in deze stad die nog hebben samen gespeeld met al die oude helden in de folkclubs van die dagen.” Er zijn meer invloeden. Bijvoorbeeld de gevoelens die achter de Murder Ballads zitten van Jones. Een genre waarmee ze bekendheid verwierf. Haar 'If I had a gun', bracht haar bekendheid en TV exposure. “In het leven is er licht en donker. Ik hou van Murder Ballads omdat er die donkerheid in naar voren komt en in een lied kan je daar definitief mee afrekenen en hoef je toch de gevangenis niet in”, lacht Jones. En dan komt nog een invloed naar voren, Haar werk als portretartiest. “Als portrettist heb je een bepaalde manier waarop je naar de wereld kijkt. Mijn liedjes zijn ook een soort van portretten denk ik. Ze vertellen iemands verhaal van heel dichtbij.”
Diana Jones heeft een lange lijst van mensen met wie ze samenwerkte of die haar liedjes uitvoerden. Janis Ian, Steve Earle, Martina McBride, Nanci Griffith, Richard Thompson, John Gorka, Mary Gauthier, Old Crow Medicine Show, Guy Clark en de lijst is verre van compleet. Legende Joan Baez vertolkte haar 'Henry Russell's Last Words' over de mijnen. Ok de komende tournee staat in het teken van een samenwerking. Daniel Meade komt met Jones mee. Een vervolg die het duo al had op het laatste album van Meade 'Keep right Away'en de singel van Meade 'Help me Tonight'. Ik heb Daniel Meade voor het eerst ontmoet een poos geleden toen hij het voorprogramma voor me deed bij een optreden in Glasgow. Ik wist onmiddellijk toen ik hem hoorde, dat we zouden gaan samenwerken. We hebben een duet ingezongen voor zijn nieuwe plaat in Nashville, waar hij opnam samen met leden van de Old Crow Medicine Show. Daniel is een erg fijne muzikant en schrijft mooie liedjes. Ik hou van het idee om samen met hem op het podium te staan, omdat je met zijn tweeën veel meer muziek en energie hebt dan ieder afzonderlijk. Ik heb geweldig veel zin in de harmonieën. Dat is toch iets dat ik erg mis als ik alen optreedt.” de samenwerking krijgt waarschijnlijk ook na deze tour nog een vervolg. Het is straks twee jaar geleden dat 'Museum of Appalachia Recordings' is uitgekomen. “Er zou dit jaar best wel eens een nieuw album kunnen uitkomen. Misschien wel samen met Daniel”, besluit Diana Jones met wat ideeën, maar eerst een rondreis langs Nederland en andere Europese landen.
Diana Jones treedt 12 februari op in De Oude Remise in Bad Nieuweschans. Op 13 februari komt Jones naar De Slotplaats in Bakkeveen.
NASHVILLE – Het verhaal van Diana Jones is bijzonder. Ze groeide op als adoptiekind in een niet muzikaal gezin, maar voelde zich altijd verbonden met de oude country muziek. Uiteindelijk bleek dat haar bloedverwanten nauw verbonden waren met juist deze muziek. Het zat in haar genen. Het is eigenlijk dit verhaal dat Jones avond aan avond verteld via haar liedjes op het podium. Het eerbetoon aan haar band met die muziek die stamt uit de Appalacian Mountains. Diana Jones komt dat verhaal via haar liedjes ook in Nederland vertellen. Op 12 februari staat ze in De Oude Remise in Bad Nieuweschans en op 13 februari in De Slotplaats in Bakkeveen. De Schot Daniel Meade reist met haar mee.
“Ik ben geadopteerd en groeide op in New York”, aldus de tegenwoordig deels in Nashville Tennessee en deels in New York woonachtige Jones. “Ik was altijd muzikaal en voelde me aangetrokken tot die old time country music toen ik daarmee in aanraking kwam. Dat gebeurde toen ik werd herenigd met de familie waarin ik ben geboren. Mijn opa was een geweldig persoon en een zanger en gitarist. Hij vormde zijn eerste band samen met Chet Atkins toen ze beide 15 jaar oud waren. Mijn opa heeft de muziek waar hij van hield aan mij doorgegeven en voor mij viel van alles op zijn plek. Mijn albums zijn dan ook een eerbetoon aan hem.”
Met haar laatste album 'Museum of Appalachia Recordings' bracht Diana Jones het ultieme eerbetoon aan die oude muziek die zo'n rol speelt in haar leven, maar wil Jones ook niet haar vleugels eens verder uitspreiden en zich wagen aan andere stijlen. Niet nodig zegt ze. Al die muziek zit al in haar. “Invloeden van andere muziekstijlen zitten soms diep in ons verborgen en we weten niet waar en hoe ze zich zullen manifesteren. Ik hou van veel muziekstijlen. Van vroege bluesmuziek tot Broadway Musicals en alles doet zijn invloed gelden.” En dan is er natuurlijk de locatie. Wie half in New York en half in Nashville woont, woont weliswaar in twee Amerikaanse steden, maar het wereldse New York heeft een heel ander karakter dan het Zuidelijke Nashville. Dat heeft weinig invloed denkt Diana Jones. Er is geen duidelijke tweedeling. ”Wat ik schrijf is eigenlijk overal hetzelfde. Als ik in New York ben voel ik wel de invloed van oude folk helden als Woody Guthrie en natuurlijk Bob Dylan. Ik ken mensen in deze stad die nog hebben samen gespeeld met al die oude helden in de folkclubs van die dagen.” Er zijn meer invloeden. Bijvoorbeeld de gevoelens die achter de Murder Ballads zitten van Jones. Een genre waarmee ze bekendheid verwierf. Haar 'If I had a gun', bracht haar bekendheid en TV exposure. “In het leven is er licht en donker. Ik hou van Murder Ballads omdat er die donkerheid in naar voren komt en in een lied kan je daar definitief mee afrekenen en hoef je toch de gevangenis niet in”, lacht Jones. En dan komt nog een invloed naar voren, Haar werk als portretartiest. “Als portrettist heb je een bepaalde manier waarop je naar de wereld kijkt. Mijn liedjes zijn ook een soort van portretten denk ik. Ze vertellen iemands verhaal van heel dichtbij.”
Diana Jones heeft een lange lijst van mensen met wie ze samenwerkte of die haar liedjes uitvoerden. Janis Ian, Steve Earle, Martina McBride, Nanci Griffith, Richard Thompson, John Gorka, Mary Gauthier, Old Crow Medicine Show, Guy Clark en de lijst is verre van compleet. Legende Joan Baez vertolkte haar 'Henry Russell's Last Words' over de mijnen. Ok de komende tournee staat in het teken van een samenwerking. Daniel Meade komt met Jones mee. Een vervolg die het duo al had op het laatste album van Meade 'Keep right Away'en de singel van Meade 'Help me Tonight'. Ik heb Daniel Meade voor het eerst ontmoet een poos geleden toen hij het voorprogramma voor me deed bij een optreden in Glasgow. Ik wist onmiddellijk toen ik hem hoorde, dat we zouden gaan samenwerken. We hebben een duet ingezongen voor zijn nieuwe plaat in Nashville, waar hij opnam samen met leden van de Old Crow Medicine Show. Daniel is een erg fijne muzikant en schrijft mooie liedjes. Ik hou van het idee om samen met hem op het podium te staan, omdat je met zijn tweeën veel meer muziek en energie hebt dan ieder afzonderlijk. Ik heb geweldig veel zin in de harmonieën. Dat is toch iets dat ik erg mis als ik alen optreedt.” de samenwerking krijgt waarschijnlijk ook na deze tour nog een vervolg. Het is straks twee jaar geleden dat 'Museum of Appalachia Recordings' is uitgekomen. “Er zou dit jaar best wel eens een nieuw album kunnen uitkomen. Misschien wel samen met Daniel”, besluit Diana Jones met wat ideeën, maar eerst een rondreis langs Nederland en andere Europese landen.
Diana Jones treedt 12 februari op in De Oude Remise in Bad Nieuweschans. Op 13 februari komt Jones naar De Slotplaats in Bakkeveen.
Mirthe Bolhuis stookt vuurtje met The Bird and the Bear in Nashville
NASHVILLE – Om haar muzikale vleugels verder uit te kunnen slaan ging de Groningse Mirthe Bolhuis eens even inspiratie op doen in Nashville Tennessee. Garry Wood had dat zelfde idee en hij reisde vanuit Wyoming naar de muzikale hoofdstad van de Verenigde Staten. In 2011 kruisten de wegen van beide elkaar en de klik was er zowel muzikaal als persoonlijk. Anno 2015 heeft Mirthe Bolhuis definitief de stap gezet en woont ze met echtgenoot Garry in Nashville. Als The Bird and The Bear vormen ze daar naast een succesvol folkduo. Binnenkort komt hun EP Build a Fire uit. Voor een optreden in Nederland is het nog even wachten. December 2015 staat bij de echtelieden in de agenda voor een familiebezoek gecombineerd met een beperkt aantal optredens in de agenda.
“Ik ben geboren en getogen in Groningen in een muzikaal nest. Mijn ouders traden in hun twintiger jaren als duo op, net als ik nu met Garry”, gaat Mirthe Bolhuis terug in de tijd. “Mijn vader is eveneens muziek verzamelaar en het huis is altijd gevuld geweest met vinyl. In de huiskamer staat een jukebox waar regelmatig jaren 50 muziek uit te horen is. Ik ben dus altijd omringt geweest met muziek en na 7 jaar harp te hebben gespeeld besloot ik mijn harp in te willen ruilen voor een gitaar. Zo is het zingen en liedjes schrijven begonnen. Op mijn 15e begon ik met mijn eerste bandje op te treden, en ik heb nooit meer iets anders willen doen. In 2011 ben ik afgestudeerd aan de Academie voor Popcultuur in Leeuwarden.'
In het kader van haar opleiding als popmuzikant besloot Bolhuis letterlijk en figuurlijk verder te kijken dan wat alleen Leeuwarden te bieden had. Het werd Nashville. Ze had nog niet het besef dat ze ook haar grote liefde tegen het lijf zou lopen daar en dat Nashville haar leven zou veranderen. “Haha inderdaad zat ik nog niet aan een beer te denken toen ik afreisde naar Nashville. In 2009 ging ik voor het eerst voor 2 weken naar Nashville, op zoek naar een stage. Ik dacht misschien in een studio als demo zangeres, eigenlijk maakte het mij niet uit waar. Ik wilde vooral muziek maken. Al snel merkte ik dat er hier een duidelijk muziek genre de overhand heeft: country pop, waar vooral in gezongen wordt over pick up trucks, meisjes, whiskey en bier. Een cultuur waar ik nog niet zo in thuis was, waardoor ik als Nederlandse zangeres meteen opviel tussen de main stream country schrijvers. Ik zocht vooral de cafés en podia op waar ik me thuis voelde, daar waar de authentieke bluegrass muziek te horen was. Een genre waar ik een grote liefde voor heb, en wat ik in Groningen, of eigenlijk heel Nederland, niet zo kon vinden. Mijn liefde voor deze muziek bracht mij keer op keer terug naar Nashville, en heeft uiteindelijk een grote invloed gehad en nog steeds op mijn muziek met Garry in The Bird and The Bear.”
Het is natuurlijk leuk om met je echtgenoot samen een band te hebben, maar dan moet het ook muzikaal klikken en er overeenstemming zijn in de keuzen die gemaakt worden. Dat is dik voor elkaar constateert Mirthe Bolhuis. “De klik die Garry en ik muzikaal hebben, is dat we allebei net een beetje anders willen zijn dan de rest. We proberen onze muziek interessant te houden met bepaalde melodieën en teksten, maar wel met bluegrass en Americana invloeden. Toen we elkaar ontmoetten was het al snel duidelijk dat we samen muziek wilden maken en ik denk dat de stijl die we nu hebben dan ook vooral voortkomt uit een heleboel spelen samen. Een belangrijk onderwerp, soms duidelijk, soms iets vager, in onze muziek nu is het leven dat wij de afgelopen tijd hebben geleefd. Een lange afstandsrelatie en het continu heen en weer reizen, niet wetende wat de toekomst zou brengen, heeft voor veel liedjes op de nieuwe EP gezorgd.
Mirthe Bolhuis en Garry Wood hebben het publiek en de fans gevraagd mee te hepen met 'Build a Fire' via een crowdfunding actie. “In Amerika is dit een erg populaire manier om iets te kunnen financieren. Het is ongelooflijk wat sommige mensen voor je muziek en creativiteit overhebben. We hebben ons doel van $5000 niet gehaald, maar we zijn super dankbaar met wat we wel hebben gehaald, namelijk de helft. We kwamen er al snel achter dat zo'n campagne bijna een full time baan is. Zonder het geld hadden we nu waarschijnlijk nog niet uit kunnen komen met 'Build A Fire', onze nieuwe EP, dus ik ben ontzettend blij dat we met hulp van vrienden, familie en fans dit wel hebben kunnen realiseren. Op de EP staan 5 liedjes. De titel 'Build A Fire' staat voor het opbouwen van iets nieuws, iets goeds vooral. Garry en ik zijn in 2013 getrouwd en wonen nu samen in Nashville. Een droom die we allebei hadden en die na een aantal moeilijke jaren eindelijk verwezenlijkt is. Dit onderwerp is dan ook de rode draad van deze EP. We hopen met deze nieuwe liedjes een groter publiek op te bouwen het komende jaar. We blijven vooral veel spelen in en rondom Nashville en zijn daarnaast ook nog met een aantal andere muzikale projecten bezig. We hebben enorm zin in het komende jaar!”
Het duurt dan ook nog even voor Bolhuis en Wood hun koffers pakken voor een vlucht naar Nederland om ook hier hun EP te presenteren. In december komt The Bird and the Bear voor een ieniminietournee naar Nederland. “We komen inderdaad in december 2015 terug naar Nederland samen. Een echte tour zal het niet worden, daarvoor zullen we er te kort zijn. Aangezien ik tegen die tijd al bijna anderhalf jaar niet in Nederland ben geweest, wordt het ook vooral een familie/vrienden bezoek. Maar we gaan zeker een paar optredens doen, voornamelijk in Groningen en omstreken en hopelijk kunnen we op die manier de EP in Nederland promoten! Er staat nu 1 optreden vast. Dat is op 18 december bij Peter en Leni in Steendam. Daar hebben we in 2014 ook gestaan en wilden we absoluut spelen.” Om alvast te noteren dus.
De EP 'Build a Fire' verschijnt op 17 februari. Op 18 december staat The Bird and the Bear op het podium bij Peter en Leni in Steendam.
NASHVILLE – Om haar muzikale vleugels verder uit te kunnen slaan ging de Groningse Mirthe Bolhuis eens even inspiratie op doen in Nashville Tennessee. Garry Wood had dat zelfde idee en hij reisde vanuit Wyoming naar de muzikale hoofdstad van de Verenigde Staten. In 2011 kruisten de wegen van beide elkaar en de klik was er zowel muzikaal als persoonlijk. Anno 2015 heeft Mirthe Bolhuis definitief de stap gezet en woont ze met echtgenoot Garry in Nashville. Als The Bird and The Bear vormen ze daar naast een succesvol folkduo. Binnenkort komt hun EP Build a Fire uit. Voor een optreden in Nederland is het nog even wachten. December 2015 staat bij de echtelieden in de agenda voor een familiebezoek gecombineerd met een beperkt aantal optredens in de agenda.
“Ik ben geboren en getogen in Groningen in een muzikaal nest. Mijn ouders traden in hun twintiger jaren als duo op, net als ik nu met Garry”, gaat Mirthe Bolhuis terug in de tijd. “Mijn vader is eveneens muziek verzamelaar en het huis is altijd gevuld geweest met vinyl. In de huiskamer staat een jukebox waar regelmatig jaren 50 muziek uit te horen is. Ik ben dus altijd omringt geweest met muziek en na 7 jaar harp te hebben gespeeld besloot ik mijn harp in te willen ruilen voor een gitaar. Zo is het zingen en liedjes schrijven begonnen. Op mijn 15e begon ik met mijn eerste bandje op te treden, en ik heb nooit meer iets anders willen doen. In 2011 ben ik afgestudeerd aan de Academie voor Popcultuur in Leeuwarden.'
In het kader van haar opleiding als popmuzikant besloot Bolhuis letterlijk en figuurlijk verder te kijken dan wat alleen Leeuwarden te bieden had. Het werd Nashville. Ze had nog niet het besef dat ze ook haar grote liefde tegen het lijf zou lopen daar en dat Nashville haar leven zou veranderen. “Haha inderdaad zat ik nog niet aan een beer te denken toen ik afreisde naar Nashville. In 2009 ging ik voor het eerst voor 2 weken naar Nashville, op zoek naar een stage. Ik dacht misschien in een studio als demo zangeres, eigenlijk maakte het mij niet uit waar. Ik wilde vooral muziek maken. Al snel merkte ik dat er hier een duidelijk muziek genre de overhand heeft: country pop, waar vooral in gezongen wordt over pick up trucks, meisjes, whiskey en bier. Een cultuur waar ik nog niet zo in thuis was, waardoor ik als Nederlandse zangeres meteen opviel tussen de main stream country schrijvers. Ik zocht vooral de cafés en podia op waar ik me thuis voelde, daar waar de authentieke bluegrass muziek te horen was. Een genre waar ik een grote liefde voor heb, en wat ik in Groningen, of eigenlijk heel Nederland, niet zo kon vinden. Mijn liefde voor deze muziek bracht mij keer op keer terug naar Nashville, en heeft uiteindelijk een grote invloed gehad en nog steeds op mijn muziek met Garry in The Bird and The Bear.”
Het is natuurlijk leuk om met je echtgenoot samen een band te hebben, maar dan moet het ook muzikaal klikken en er overeenstemming zijn in de keuzen die gemaakt worden. Dat is dik voor elkaar constateert Mirthe Bolhuis. “De klik die Garry en ik muzikaal hebben, is dat we allebei net een beetje anders willen zijn dan de rest. We proberen onze muziek interessant te houden met bepaalde melodieën en teksten, maar wel met bluegrass en Americana invloeden. Toen we elkaar ontmoetten was het al snel duidelijk dat we samen muziek wilden maken en ik denk dat de stijl die we nu hebben dan ook vooral voortkomt uit een heleboel spelen samen. Een belangrijk onderwerp, soms duidelijk, soms iets vager, in onze muziek nu is het leven dat wij de afgelopen tijd hebben geleefd. Een lange afstandsrelatie en het continu heen en weer reizen, niet wetende wat de toekomst zou brengen, heeft voor veel liedjes op de nieuwe EP gezorgd.
Mirthe Bolhuis en Garry Wood hebben het publiek en de fans gevraagd mee te hepen met 'Build a Fire' via een crowdfunding actie. “In Amerika is dit een erg populaire manier om iets te kunnen financieren. Het is ongelooflijk wat sommige mensen voor je muziek en creativiteit overhebben. We hebben ons doel van $5000 niet gehaald, maar we zijn super dankbaar met wat we wel hebben gehaald, namelijk de helft. We kwamen er al snel achter dat zo'n campagne bijna een full time baan is. Zonder het geld hadden we nu waarschijnlijk nog niet uit kunnen komen met 'Build A Fire', onze nieuwe EP, dus ik ben ontzettend blij dat we met hulp van vrienden, familie en fans dit wel hebben kunnen realiseren. Op de EP staan 5 liedjes. De titel 'Build A Fire' staat voor het opbouwen van iets nieuws, iets goeds vooral. Garry en ik zijn in 2013 getrouwd en wonen nu samen in Nashville. Een droom die we allebei hadden en die na een aantal moeilijke jaren eindelijk verwezenlijkt is. Dit onderwerp is dan ook de rode draad van deze EP. We hopen met deze nieuwe liedjes een groter publiek op te bouwen het komende jaar. We blijven vooral veel spelen in en rondom Nashville en zijn daarnaast ook nog met een aantal andere muzikale projecten bezig. We hebben enorm zin in het komende jaar!”
Het duurt dan ook nog even voor Bolhuis en Wood hun koffers pakken voor een vlucht naar Nederland om ook hier hun EP te presenteren. In december komt The Bird and the Bear voor een ieniminietournee naar Nederland. “We komen inderdaad in december 2015 terug naar Nederland samen. Een echte tour zal het niet worden, daarvoor zullen we er te kort zijn. Aangezien ik tegen die tijd al bijna anderhalf jaar niet in Nederland ben geweest, wordt het ook vooral een familie/vrienden bezoek. Maar we gaan zeker een paar optredens doen, voornamelijk in Groningen en omstreken en hopelijk kunnen we op die manier de EP in Nederland promoten! Er staat nu 1 optreden vast. Dat is op 18 december bij Peter en Leni in Steendam. Daar hebben we in 2014 ook gestaan en wilden we absoluut spelen.” Om alvast te noteren dus.
De EP 'Build a Fire' verschijnt op 17 februari. Op 18 december staat The Bird and the Bear op het podium bij Peter en Leni in Steendam.
Anne-Lie Persson presenteert “The Wide Open'
VEENDAM – Anne-Lie Persson is bijna niet meer weg te denken uit de Muziekscene in Groningen. De van oorsprong Zweedse jazz en popzangeres is een gevestigde naam. Niet alleen als zangeres, maar ook als zangdocente en -coach. In 2013 verscheen haar eerste CD 'April in June'. Nu het jaar 2015 nog amper uit de startblokken is gekomen is er de tweede CD van Persson. “Ik kan eindelijk zeggen dat de CD af is! En ik ben heel blij en trots. 11 januari is de presentatie in het mooie Theater van Beresteyn in Veendam”, jubelt Persson.
De oorsprong van deze CD ligt lang geleden op de achterbank van de wagen van Pa en Ma Persson als ze over de Zweedse wegen reden met de kinderen achter in. Daar werd de muzikale belangstelling van de Zweedse gewekt en de aanzet tot zingen bevorderd. “Mijn vader is muzikant en mijn moeder zong altijd veel met ons. 3 of 4 stemmig zingen in de auto als wij ergens naar toe gingen was geen uitzondering”, haalt Anne-lie Persson de herinnering terug. Inmiddels treedt ze op als jazz- en popzangeres onder eigen naam, maar ook met Treats, een jazzkwartet en Stockholm Tivoli, waarmee ze zich ook op de evenementenmarkt richt. Daarnaast begeleidt ze een popkoor. “Het is allemaal leuk wat ik doe. Maar je eigen muziek zingen is toch het aller leukst.” Veelzijdig en met haar prachtige stem heeft ze al snel haar weg gevonden. Dat Persson in Nederland is terecht gekomen is toeval. Een tussenstop bleek een voorlopige eindbestemming. “Ik heb een jaar in Nederland gewerkt en de bedoeling was om daarna weer terug te gaan naar Zweden. Ik heb in dat jaar les gehad van leerlingen van het conservatorium. Zij hebben mij geholpen met de toelating voor het conservatorium. Daar kwam ik in aanraking met het Groningse muziek leven en ging optreden in de Spieghel en andere plekken in de stad.” In 1999 studeert ze af op het conservatorium, maar nog niet met haar muzikale ontdekkingsreis. De eerste jaren zit ze in verschillende bands, maar reist ook in Europa rond met een gezelschap wat grote shows op de planken zet, waarin een beroep wordt gedaan op het zangvermogen van de Zweedse, maar ook haar dans en acteertalenten. Daarna gaat ze steeds meer vanuit Groningen aan de slag met verschillende projecten.
Het leverde Anne-Lie Persson een goed gevulde concert agenda op met begeleiding van prima muzikanten en nu dus een tweede CD. “Mijn vorige CD 'April In June' was een pop/jazz plaat. Dit is echter een pop CD geworden. De nummers op The Wide Open heb ik zelf geschreven en je kan duidelijk mijn Zweedse roots horen in de muziek. Invloeden van folkmuziek en Country zijn duidelijk hoorbaar. De liedjes zijn vooral in Zweden geschreven en veel daarvan de afgelopen zomer. De 'joik' die de Samen (lappen) gebruiken om te zingen komt ook voor op de CD en is duidelijk te horen in de singel die wij binnenkort gaan uitbrengen. The Beat Of The Drum.”
In haar concerten zingt Anne-Lie Persson ook in de taal der Lappen Kunnen we ook werk verwachten in de taal waar ze haar tweede huis heeft gevonden? “In het Grunnings nog niet maar wie weet”, lacht Anne-Lie Persson ter afsluiting voor ze zich weer weg haast voor een andere verplichting ter voorbereiding van de presentatie van haar CD.
Anne-Lie Persson presenteert haar CD met een optreden op 11 januari in Theater van Beresteyn in Veendam
VEENDAM – Anne-Lie Persson is bijna niet meer weg te denken uit de Muziekscene in Groningen. De van oorsprong Zweedse jazz en popzangeres is een gevestigde naam. Niet alleen als zangeres, maar ook als zangdocente en -coach. In 2013 verscheen haar eerste CD 'April in June'. Nu het jaar 2015 nog amper uit de startblokken is gekomen is er de tweede CD van Persson. “Ik kan eindelijk zeggen dat de CD af is! En ik ben heel blij en trots. 11 januari is de presentatie in het mooie Theater van Beresteyn in Veendam”, jubelt Persson.
De oorsprong van deze CD ligt lang geleden op de achterbank van de wagen van Pa en Ma Persson als ze over de Zweedse wegen reden met de kinderen achter in. Daar werd de muzikale belangstelling van de Zweedse gewekt en de aanzet tot zingen bevorderd. “Mijn vader is muzikant en mijn moeder zong altijd veel met ons. 3 of 4 stemmig zingen in de auto als wij ergens naar toe gingen was geen uitzondering”, haalt Anne-lie Persson de herinnering terug. Inmiddels treedt ze op als jazz- en popzangeres onder eigen naam, maar ook met Treats, een jazzkwartet en Stockholm Tivoli, waarmee ze zich ook op de evenementenmarkt richt. Daarnaast begeleidt ze een popkoor. “Het is allemaal leuk wat ik doe. Maar je eigen muziek zingen is toch het aller leukst.” Veelzijdig en met haar prachtige stem heeft ze al snel haar weg gevonden. Dat Persson in Nederland is terecht gekomen is toeval. Een tussenstop bleek een voorlopige eindbestemming. “Ik heb een jaar in Nederland gewerkt en de bedoeling was om daarna weer terug te gaan naar Zweden. Ik heb in dat jaar les gehad van leerlingen van het conservatorium. Zij hebben mij geholpen met de toelating voor het conservatorium. Daar kwam ik in aanraking met het Groningse muziek leven en ging optreden in de Spieghel en andere plekken in de stad.” In 1999 studeert ze af op het conservatorium, maar nog niet met haar muzikale ontdekkingsreis. De eerste jaren zit ze in verschillende bands, maar reist ook in Europa rond met een gezelschap wat grote shows op de planken zet, waarin een beroep wordt gedaan op het zangvermogen van de Zweedse, maar ook haar dans en acteertalenten. Daarna gaat ze steeds meer vanuit Groningen aan de slag met verschillende projecten.
Het leverde Anne-Lie Persson een goed gevulde concert agenda op met begeleiding van prima muzikanten en nu dus een tweede CD. “Mijn vorige CD 'April In June' was een pop/jazz plaat. Dit is echter een pop CD geworden. De nummers op The Wide Open heb ik zelf geschreven en je kan duidelijk mijn Zweedse roots horen in de muziek. Invloeden van folkmuziek en Country zijn duidelijk hoorbaar. De liedjes zijn vooral in Zweden geschreven en veel daarvan de afgelopen zomer. De 'joik' die de Samen (lappen) gebruiken om te zingen komt ook voor op de CD en is duidelijk te horen in de singel die wij binnenkort gaan uitbrengen. The Beat Of The Drum.”
In haar concerten zingt Anne-Lie Persson ook in de taal der Lappen Kunnen we ook werk verwachten in de taal waar ze haar tweede huis heeft gevonden? “In het Grunnings nog niet maar wie weet”, lacht Anne-Lie Persson ter afsluiting voor ze zich weer weg haast voor een andere verplichting ter voorbereiding van de presentatie van haar CD.
Anne-Lie Persson presenteert haar CD met een optreden op 11 januari in Theater van Beresteyn in Veendam
A Brighter Light is trots op hoe de nummers zich hebben ontwikkeld
GRONINGEN – In de dagen rondom Eurosonic/Noorderslag barst Groningen van de leuke optredens. Een erg leuke staat voor 17 januari in de Kroeg van Klaas in de agenda. Er is die avond ruimte voor Groninger talent met Mijke Eryng en de Utrechtse formatie A Brighter Light treedt op. Op de 18de is er nog een herkansing. Dan betreedt A Brighter Light in De Gaskachel het podium voor een optreden met hun melancholische muziek waardoor de hoop zijn weg nar de oppervlakte weet te vinden. Een aanrader dus. Initiatiefnemer Ted Griffioen doet mede namens zijn bandleden Joost Spanjerberg, Tom Raaff en Lori Verlaan het woord.
“A Brighter Light is tot stand gekomen toen ik”, vertelt Ted Griffioen, “op zoek ging naar muzikanten om me te helpen bij het verwezenlijken van mijn droom: een gaaf album op te nemen als singer/songwriter. We spelen nu al meer dan een jaar samen en hebben veel geschaafd aan de nummers en we zijn trots op hoe de nummers gegroeid zijn. Met z'n vieren is de muziek nóg interessanter geworden.” In de muziek van A Brighter Light speelt de liefde een belangrijke rol. Maar niet altijd de verse met een happy end. “Het is eerlijke muziek over prille liefde, verloren liefde, de donkere kanten van de liefde en sexy liefde”, laat de band weten in de omschrijving van hun liedjes” Griffioen legt de fundering voor A Brighter Light liedjes en daarna wordt het een groepsproces. “Onze liedjes beginnen bij mij. Ik werk de songs op gitaar uit. Zodra ik tevreden ben, leg ik ze voor aan de rest en gaan we als groep kijken hoe we muzikaal kunnen toevoegen. We zijn constant op zoek naar 'het juiste aantal noten' (zo min mogelijk!) en proberen het verhaal van het nummer te versterken.
Voor Griffioen de aanzet gaf voor A Brighter Light ging hij een experimentele weg in de zoektocht naar zijn eigen stem en dat proces gaat ook in A Brighter Light door. “Ik ben begonnen als drummer bij de band The Pleasure Principle. We speelden veel, maar ik wilde ook mijn eigen muziek ontwikkelen. In die tijd begon ik steeds meer gitaar en piano te spelen en heb veel andere instrumenten uitgeprobeerd. Tijdens mijn studie aan de HKU heb ik veel projectmatige bandjes opgericht, voornamelijk gericht op het opnemen van muziek. Dit alles om erachter te komen welke stijl en stem het beste bij mij past, en welk gevoel en verhaal ik wil vertellen in muziek. Dit alles komt samen in A Brighter Light.” De band nam in korte tijd en drietal Ep's op. Voor komend jaar staat het uitbrengen van een compleet album op het verlanglijstje. “De EP's zijn voor ons experimenteren geweest. We hebben drie keer een andere aanpak kunnen kiezen, en dat heeft ons een goed idee gegeven wat nu willen zodra we de studio ingaan. We hebben onze muziek kunnen delen met anderen, het heeft ervoor gezorgd dat we op veel plekken konden spelen. Maar nu is het tijd voor een stap verder. De eerlijke sound en rust in onze muziek die we nu ontwikkeld hebben, willen we doorzetten naar onze eerste CD.”
In Nederland verkreeg de band bekendheid door ver te reiken in De Grote Prijs van Nederland. “De Grote Prijs van Nederland finale was ontzettend gaaf, geweldig om al in de Paradiso te staan na net iets meer dan een jaar samen te zijn. Het gaf een ontzettende kick. Verder heeft het ons erg veel geholpen om te groeien als band, je moet je snel ontwikkelen als je in zo'n wedstrijd zit. We zien de finaleplaats dan ook als een enorme aanmoediging en op de Popronde en festivals spelen” tipt Griffioen belangstellende festival organisatoren alvast maar.
De band heeft de afgelopen periode flink zich aan het publiek laten zien. Niet alleen in Utrecht, maar ook in de rest van Nederland en flink daar buiten. Duitsland, Zwitserland en Groot Brittannië werden al aangedaan en voor het voorjaar staat er een tour door Scandinavië op het programma. “Het is heel gaaf om te zien hoe mensen in het buitenland op onze muziek reageren”, verklaart Griffoen deze internationale ambities. “Er zijn verschillen maar ook overeenkomsten. Ontzettend leuk om te zien dat een lied dat het in ons eigen land goed doet óók in het buitenland werkt. Plus, touren is misschien wel het leukste wat er is als muzikant.” Diezelfde 'spirit'wordt ook meegenomen naar Groningen “Net als wat je bij ieder optreden van ons kunt verwachten: mooie, oprechte liedjes en een fijne muzikale avond/middag. We zijn als band erg gegroeid en we denken dat we onze liedjes nóg beter kunnen brengen dan ooit. Sit tight & enjoy”, nodigt Ted Griffioen uit.
A Brighter Light speelt op 17 januari in Kroeg van Klaas in Groningen en op 18 januari in Het Gasfornuis in Groningen.
GRONINGEN – In de dagen rondom Eurosonic/Noorderslag barst Groningen van de leuke optredens. Een erg leuke staat voor 17 januari in de Kroeg van Klaas in de agenda. Er is die avond ruimte voor Groninger talent met Mijke Eryng en de Utrechtse formatie A Brighter Light treedt op. Op de 18de is er nog een herkansing. Dan betreedt A Brighter Light in De Gaskachel het podium voor een optreden met hun melancholische muziek waardoor de hoop zijn weg nar de oppervlakte weet te vinden. Een aanrader dus. Initiatiefnemer Ted Griffioen doet mede namens zijn bandleden Joost Spanjerberg, Tom Raaff en Lori Verlaan het woord.
“A Brighter Light is tot stand gekomen toen ik”, vertelt Ted Griffioen, “op zoek ging naar muzikanten om me te helpen bij het verwezenlijken van mijn droom: een gaaf album op te nemen als singer/songwriter. We spelen nu al meer dan een jaar samen en hebben veel geschaafd aan de nummers en we zijn trots op hoe de nummers gegroeid zijn. Met z'n vieren is de muziek nóg interessanter geworden.” In de muziek van A Brighter Light speelt de liefde een belangrijke rol. Maar niet altijd de verse met een happy end. “Het is eerlijke muziek over prille liefde, verloren liefde, de donkere kanten van de liefde en sexy liefde”, laat de band weten in de omschrijving van hun liedjes” Griffioen legt de fundering voor A Brighter Light liedjes en daarna wordt het een groepsproces. “Onze liedjes beginnen bij mij. Ik werk de songs op gitaar uit. Zodra ik tevreden ben, leg ik ze voor aan de rest en gaan we als groep kijken hoe we muzikaal kunnen toevoegen. We zijn constant op zoek naar 'het juiste aantal noten' (zo min mogelijk!) en proberen het verhaal van het nummer te versterken.
Voor Griffioen de aanzet gaf voor A Brighter Light ging hij een experimentele weg in de zoektocht naar zijn eigen stem en dat proces gaat ook in A Brighter Light door. “Ik ben begonnen als drummer bij de band The Pleasure Principle. We speelden veel, maar ik wilde ook mijn eigen muziek ontwikkelen. In die tijd begon ik steeds meer gitaar en piano te spelen en heb veel andere instrumenten uitgeprobeerd. Tijdens mijn studie aan de HKU heb ik veel projectmatige bandjes opgericht, voornamelijk gericht op het opnemen van muziek. Dit alles om erachter te komen welke stijl en stem het beste bij mij past, en welk gevoel en verhaal ik wil vertellen in muziek. Dit alles komt samen in A Brighter Light.” De band nam in korte tijd en drietal Ep's op. Voor komend jaar staat het uitbrengen van een compleet album op het verlanglijstje. “De EP's zijn voor ons experimenteren geweest. We hebben drie keer een andere aanpak kunnen kiezen, en dat heeft ons een goed idee gegeven wat nu willen zodra we de studio ingaan. We hebben onze muziek kunnen delen met anderen, het heeft ervoor gezorgd dat we op veel plekken konden spelen. Maar nu is het tijd voor een stap verder. De eerlijke sound en rust in onze muziek die we nu ontwikkeld hebben, willen we doorzetten naar onze eerste CD.”
In Nederland verkreeg de band bekendheid door ver te reiken in De Grote Prijs van Nederland. “De Grote Prijs van Nederland finale was ontzettend gaaf, geweldig om al in de Paradiso te staan na net iets meer dan een jaar samen te zijn. Het gaf een ontzettende kick. Verder heeft het ons erg veel geholpen om te groeien als band, je moet je snel ontwikkelen als je in zo'n wedstrijd zit. We zien de finaleplaats dan ook als een enorme aanmoediging en op de Popronde en festivals spelen” tipt Griffioen belangstellende festival organisatoren alvast maar.
De band heeft de afgelopen periode flink zich aan het publiek laten zien. Niet alleen in Utrecht, maar ook in de rest van Nederland en flink daar buiten. Duitsland, Zwitserland en Groot Brittannië werden al aangedaan en voor het voorjaar staat er een tour door Scandinavië op het programma. “Het is heel gaaf om te zien hoe mensen in het buitenland op onze muziek reageren”, verklaart Griffoen deze internationale ambities. “Er zijn verschillen maar ook overeenkomsten. Ontzettend leuk om te zien dat een lied dat het in ons eigen land goed doet óók in het buitenland werkt. Plus, touren is misschien wel het leukste wat er is als muzikant.” Diezelfde 'spirit'wordt ook meegenomen naar Groningen “Net als wat je bij ieder optreden van ons kunt verwachten: mooie, oprechte liedjes en een fijne muzikale avond/middag. We zijn als band erg gegroeid en we denken dat we onze liedjes nóg beter kunnen brengen dan ooit. Sit tight & enjoy”, nodigt Ted Griffioen uit.
A Brighter Light speelt op 17 januari in Kroeg van Klaas in Groningen en op 18 januari in Het Gasfornuis in Groningen.
Ian Fisher's 'hunger for the road' voert hem naar Melodica
GRONINGEN – Eén van de leukste festivals in Groningen dit jaar was Melodica. Ter gelegenheid van Eurosonic is er in de Kroeg van Klaas al een Melodica avond op 14 februari. Op deze avond staan verschillende Groninger formaties op het podium, maar ook van verder weg. Bijvoorbeeld uit Berlijn de Amerikaan Ian Fisher die in het vooruitzicht ook nog de Tour of Tours heeft, waar hij onder andere met leden van Town of Saints op het podium staat. Fisher heeft het druk, maar weet nog de tijd te vinden om te vertellen over zijn plannen en muziek, maar vooral over zijn rusteloosheid die aan de basis staat van zijn muziek.
“Ik heb de kuierlatten genomen, weg van Missouri, weg van Amerika toen ik jong was. Ik probeerde een groot deel van mijn tienerjaren tot ik een jaar of 22 was om afstand te scheppen van de plek waar ik vandaan kwam”, vertelt Ian Fisher. “Toen gebeurde er iets grappigs. Nadat ik een jaar of twee in het buitenland woonde begon ik stukken van mijn verleden, van mijn cultuur en erfgoed samen te voegen om mijn eigen lappendeken identiteit te vormen. I begon me te realiseren dat omdat ik het niet eens was met de Amerikaanse regering en de sociaaleconomische structuur van het land het niet betekende dat ik een hekel aan alles moest hebben van mijn geboortegrond, Er komen ook hele mooie dingen weg, zoals de muziek. Ik heb me verdiept in Amerikaanse country muziek als een soort veiligheidsdeken die me aan mijn verleden moet herinneren en daar trots op zijn.” Een groot deel van dat verleden van Fisher ligt in Ste. Genevieve, Missouri. Een klein slaperig stadje gelegen tussen de Highway en de machtige Mississippi. Beide hebben hun invloed gehad op Ian Fisher die zijn tijd in zijn geboorteplaats omschrijft als; er was weinig anders te doen dan een gitaar pakken en liedjes te schrijven. Eerst naar die grote inspiratiebron van zoveel Amerikaanse cultuur. Hoe komt die terug in het werk van Fisher. “De Mississippi in mijn muziek, dat begrijp je eigenlijk alleen als je er geweest bent. Als je weet hoe het is om alleen op de oever te zitten in de winter en de zon ziet opkomen in roze en oranje en je gevangen voelt in het dorp, maar de bevrijding ziet in het water dat krachtig en sterk langs je stroomt, net zoals jij zou willen ontsnappen, als je dat gevoel kent, kun je de Mississippi voelen stromen door mijn muziek. Ik ben eigenlijk ontevreden geweest sinds de dag dat ik geboren ben. Ik wilde altijd maar meer en meer en meer. Ik heb de weg gevonden naar een bestemming die nooit bereikt kon worden; het leven van een toerende muzikant. Dat is een magisch iets. Het kan je ver weg mee voeren, zonder dat je het door hebt. Je kunt tegelijkertijd in het middelpunt staan en er nooit weer komen. Toen ik jong was wilde ik ontsnappen. De muziek heeft me daarbij geholpen. Nu jaag ik het na als een hoogtepunt. Er zijn momenten van transcendentie dat daarmee gepaard gaan. Dat soort momenten zijn er ineens en verdwijnen dan weer. Mijn “hunger for the road” is van het zelfde laken een pak. Dat zijn de momenten waar ik voor leef. De dag tot dag realiteit is saai en gewoontjes. De kracht van die bijzondere momenten die de tijd uitstrekken en je het gevoel geven dat je onsterfelijk bent, alsof je duizend levens leeft, of je op duizenden plekken leeft. Of je overal thuis bent, met iedereen. Dat gevoel voor een moment.
Ian Fisher's eerste Europese woonplaats was Wenen. Europees hoofdstad van de klassieke muziek. Naast de Verenigde Staten heeft ook Wenen en zijn huidige woonplaats Berlijn een grote invloed gehad op Fisher. “Europa heeft me de mogelijkheid gegeven om als muzikant te leven. Het heeft ook een grote invloed gehad op de manier waarop ik muziek maak. Ik heb gespeeld met veel klassiek geschoolde muzikanten en daar veel van geleerd. De grootste invloed die Europa op mij heeft gehad zit hem echter in mijn teksten. Centraal Europeanen en vooral Duitsers zijn vaak erg eerlijk en direct. Dit heeft me beïnvloed zowel persoonlijk als artistiek. De teksten die ik nu schrijf worden onderstreept met de keiharde eerlijkheid en zelfreflectie die ik tegenkom op straat en in de kunst van Centraal Europa. Verder het vermogen van de Weners om met één oog te lachen en met het andere te huilen heeft mij overtuigd dat het okay is om verdrietige liedjes te schrijven en ze met een lach op het podium te brengen.
Ian Fisher onthult dat er alweer een nieuw album zit aan te komen. “Ik heb een album klaar. Dat is vorig jaar opgenomen en ik hoop het in de herfst van 2015 uit te brengen. Waarschijnlijk in eigen beheer. Het valt niet mee om van de muziek te leven deze dagen. Als je geen label hebt dat iets toevoegt wat jezelf niet kunt, dan is het verstandiger om het zelf te doen. Als ik een label vindt dat echt wat extra's te bieden heeft, dan draag ik blij het album aan hun over en stop mijn haren uit te trekken van de zorgen die onlosmakelijk verbonden zijn bij de artiest dit dit soort zaken zelf regelt.”
Na Melodica wacht Ian Fisher wat bijzonders. De Tour of Tours. Met verschillende Duitse collega's en de Town of Saints trekt het gezelschap langs een keur aan Duitse podia. “Het idee voor de tour kwam na een lange dronken nacht gevuld met muziek en grote verhalen in Berlijn. Het was na een Honig concert dat Tim Neuhaus, Jonas David, Town of Saints en ikzelf bezochten. Het publiek van de Tour of Tours kunnen een chaotische fucking awesomeness verwachten. We spelen allemaal met elkaar en eindigen als een 10 man band. Gekte! Harmen en Heta van Town of Saints heb ik in 2011 in Berlijn ontmoet toen we beiden het Melodica Festival speelden. Harmen Ridderhuis en ik hebben toen samen toeren besproken en hebben dat jaar een aantal optredens in Nederland en Duitsland gedaan. We zijn goede vrienden geworden. We hebben met elkaar inmiddels zo'n 100 concerten gedaan en ik verwacht dat dat er nog wel veel meer gaan worden. Zo werkt dat.” De Tour of Tours doet momenteel alleen Duitsland aan, Wat Fisher betreft blijft dat niet zo en komt ook Nederland in het tourschema, “Een van de redenen dat ik nu naar Eurosonic kom is om mensen te ontmoeten die dat kunnen helpen realiseren. Ik hou van de mensen in Nederland. Ik vind de steden mooi en ben dol op bitterballen, zo 'hell yeah' ik wil dolgraag n Nederland toeren. Ik hoop dat we dit in het najaar kunnen realiseren.”
Ian Fisher speelt op 14 januari tijdens Melodica in de Kroeg van Klaas in Groningen.
GRONINGEN – Eén van de leukste festivals in Groningen dit jaar was Melodica. Ter gelegenheid van Eurosonic is er in de Kroeg van Klaas al een Melodica avond op 14 februari. Op deze avond staan verschillende Groninger formaties op het podium, maar ook van verder weg. Bijvoorbeeld uit Berlijn de Amerikaan Ian Fisher die in het vooruitzicht ook nog de Tour of Tours heeft, waar hij onder andere met leden van Town of Saints op het podium staat. Fisher heeft het druk, maar weet nog de tijd te vinden om te vertellen over zijn plannen en muziek, maar vooral over zijn rusteloosheid die aan de basis staat van zijn muziek.
“Ik heb de kuierlatten genomen, weg van Missouri, weg van Amerika toen ik jong was. Ik probeerde een groot deel van mijn tienerjaren tot ik een jaar of 22 was om afstand te scheppen van de plek waar ik vandaan kwam”, vertelt Ian Fisher. “Toen gebeurde er iets grappigs. Nadat ik een jaar of twee in het buitenland woonde begon ik stukken van mijn verleden, van mijn cultuur en erfgoed samen te voegen om mijn eigen lappendeken identiteit te vormen. I begon me te realiseren dat omdat ik het niet eens was met de Amerikaanse regering en de sociaaleconomische structuur van het land het niet betekende dat ik een hekel aan alles moest hebben van mijn geboortegrond, Er komen ook hele mooie dingen weg, zoals de muziek. Ik heb me verdiept in Amerikaanse country muziek als een soort veiligheidsdeken die me aan mijn verleden moet herinneren en daar trots op zijn.” Een groot deel van dat verleden van Fisher ligt in Ste. Genevieve, Missouri. Een klein slaperig stadje gelegen tussen de Highway en de machtige Mississippi. Beide hebben hun invloed gehad op Ian Fisher die zijn tijd in zijn geboorteplaats omschrijft als; er was weinig anders te doen dan een gitaar pakken en liedjes te schrijven. Eerst naar die grote inspiratiebron van zoveel Amerikaanse cultuur. Hoe komt die terug in het werk van Fisher. “De Mississippi in mijn muziek, dat begrijp je eigenlijk alleen als je er geweest bent. Als je weet hoe het is om alleen op de oever te zitten in de winter en de zon ziet opkomen in roze en oranje en je gevangen voelt in het dorp, maar de bevrijding ziet in het water dat krachtig en sterk langs je stroomt, net zoals jij zou willen ontsnappen, als je dat gevoel kent, kun je de Mississippi voelen stromen door mijn muziek. Ik ben eigenlijk ontevreden geweest sinds de dag dat ik geboren ben. Ik wilde altijd maar meer en meer en meer. Ik heb de weg gevonden naar een bestemming die nooit bereikt kon worden; het leven van een toerende muzikant. Dat is een magisch iets. Het kan je ver weg mee voeren, zonder dat je het door hebt. Je kunt tegelijkertijd in het middelpunt staan en er nooit weer komen. Toen ik jong was wilde ik ontsnappen. De muziek heeft me daarbij geholpen. Nu jaag ik het na als een hoogtepunt. Er zijn momenten van transcendentie dat daarmee gepaard gaan. Dat soort momenten zijn er ineens en verdwijnen dan weer. Mijn “hunger for the road” is van het zelfde laken een pak. Dat zijn de momenten waar ik voor leef. De dag tot dag realiteit is saai en gewoontjes. De kracht van die bijzondere momenten die de tijd uitstrekken en je het gevoel geven dat je onsterfelijk bent, alsof je duizend levens leeft, of je op duizenden plekken leeft. Of je overal thuis bent, met iedereen. Dat gevoel voor een moment.
Ian Fisher's eerste Europese woonplaats was Wenen. Europees hoofdstad van de klassieke muziek. Naast de Verenigde Staten heeft ook Wenen en zijn huidige woonplaats Berlijn een grote invloed gehad op Fisher. “Europa heeft me de mogelijkheid gegeven om als muzikant te leven. Het heeft ook een grote invloed gehad op de manier waarop ik muziek maak. Ik heb gespeeld met veel klassiek geschoolde muzikanten en daar veel van geleerd. De grootste invloed die Europa op mij heeft gehad zit hem echter in mijn teksten. Centraal Europeanen en vooral Duitsers zijn vaak erg eerlijk en direct. Dit heeft me beïnvloed zowel persoonlijk als artistiek. De teksten die ik nu schrijf worden onderstreept met de keiharde eerlijkheid en zelfreflectie die ik tegenkom op straat en in de kunst van Centraal Europa. Verder het vermogen van de Weners om met één oog te lachen en met het andere te huilen heeft mij overtuigd dat het okay is om verdrietige liedjes te schrijven en ze met een lach op het podium te brengen.
Ian Fisher onthult dat er alweer een nieuw album zit aan te komen. “Ik heb een album klaar. Dat is vorig jaar opgenomen en ik hoop het in de herfst van 2015 uit te brengen. Waarschijnlijk in eigen beheer. Het valt niet mee om van de muziek te leven deze dagen. Als je geen label hebt dat iets toevoegt wat jezelf niet kunt, dan is het verstandiger om het zelf te doen. Als ik een label vindt dat echt wat extra's te bieden heeft, dan draag ik blij het album aan hun over en stop mijn haren uit te trekken van de zorgen die onlosmakelijk verbonden zijn bij de artiest dit dit soort zaken zelf regelt.”
Na Melodica wacht Ian Fisher wat bijzonders. De Tour of Tours. Met verschillende Duitse collega's en de Town of Saints trekt het gezelschap langs een keur aan Duitse podia. “Het idee voor de tour kwam na een lange dronken nacht gevuld met muziek en grote verhalen in Berlijn. Het was na een Honig concert dat Tim Neuhaus, Jonas David, Town of Saints en ikzelf bezochten. Het publiek van de Tour of Tours kunnen een chaotische fucking awesomeness verwachten. We spelen allemaal met elkaar en eindigen als een 10 man band. Gekte! Harmen en Heta van Town of Saints heb ik in 2011 in Berlijn ontmoet toen we beiden het Melodica Festival speelden. Harmen Ridderhuis en ik hebben toen samen toeren besproken en hebben dat jaar een aantal optredens in Nederland en Duitsland gedaan. We zijn goede vrienden geworden. We hebben met elkaar inmiddels zo'n 100 concerten gedaan en ik verwacht dat dat er nog wel veel meer gaan worden. Zo werkt dat.” De Tour of Tours doet momenteel alleen Duitsland aan, Wat Fisher betreft blijft dat niet zo en komt ook Nederland in het tourschema, “Een van de redenen dat ik nu naar Eurosonic kom is om mensen te ontmoeten die dat kunnen helpen realiseren. Ik hou van de mensen in Nederland. Ik vind de steden mooi en ben dol op bitterballen, zo 'hell yeah' ik wil dolgraag n Nederland toeren. Ik hoop dat we dit in het najaar kunnen realiseren.”
Ian Fisher speelt op 14 januari tijdens Melodica in de Kroeg van Klaas in Groningen.
Femke Japing: 'Het is heerlijk om samen te zingen'
APPELSCHA – Femke Japing is de vrouwelijke inbreng bij de formatie Remmelt Muus en Femke. Het Americana trio, wiens muziek vaak wordt vergeleken met Crosby, Stills, Nash & Young, treedt op 5 januari op in Sela Tuinen in Appelscha. Femke Japing staat met Hugo Remmelt en Thijs Muus bekend om de mooie harmonieën. De formatie staat al zo'n twintig jaar bracht verschillende albums uit en trad op in het voorprogramma van grootheden als Poco, Chris Isaak en Alan Parsons Project.
Aanvankelijk als duo Remmelt en Muus, maar na een aantal jaar kwam Japing de heren versterken. Een welhaast natuurlijk proces vertelt Femke Japing. “Thijs Muus en Hugo Remmelt zijn in 1995 samen gaan optreden. Ze hadden al flink vaak opgetreden voor ik er bij kwam. Dat was in 1997. Ik was toen 15. Thijs Muus en ik kenden elkaar toen al een aantal jaar, Thijs was mijn gitaarleraar en een goede vriend van mijn moeder, en traden een keer samen op. Hugo Remmelt zong toen spontaan ook wat nummers mee en zo kwamen we er bij toeval achter dat onze stemmen heel goed bij elkaar pasten. Daarna ben ik steeds vaker mee gaan doen met optredens. Het is eigenlijk vanzelf gegaan.” Al veel jonger was Femke Japing met muziek bezig. “Voor mij is het allemaal begonnen toen ik als zesjarig meisje in een kinderkoor ging zingen. Ik heb 9 jaar in dat koor gezeten. Wij zongen voornamelijk klassieke muziek. Ik heb ook klassiek gitaar en piano gespeeld, maar was toch uiteindelijk meer in popmuziek geïnteresseerd. Toen ik klaar was met de middelbare school heb ik een poosje de popopleiding gevolgd op het conservatorium in Rotterdam.”
De muzikale richting waarin Remmelt, Muus en Femke zich beweegt is de Americana, waarbij Crosby, Stills, Nash & Young en ook het solo werk van Neil Young als inspiratie gelden.. "Americana is een heel breed begrip; het is een hokje waar je van alles in kan stoppen. Hugo, Thijs en ik hebben alle drie een vrij brede muzieksmaak, we houden van verschillende stijlen en dat kan je ook in onze nummers terug horen. Dat houdt het interessant.” In het verleden heeft het trio ook een aantal internationaal prima ontvangen albums uitgebracht. Het trio is inmiddels overigens vaak een viertal, want Matto Kranenburg speelt mee op contrabas. Het laatste studio album met als titel 'The long way round' dateert van 2005 en in 2007 verscheen nog het live album 'Evensong'. Meer dan hoogtijd voor nieuw werk. 'Het plan om een nieuw album te maken is er al een hele poos, maar door omstandigheden is het er nog niet van gekomen. De wens is er wel...'
Femke Japing timmert ook als solo artieste aan de weg en stond op het podium met haar eveneens zingende zussen. Solo verscheen van haar in 2009 het album ' Ready As I'll Ever Be' waarmee ze meer de rock kant koos en haar veelzijdigheid toonde. 'Solo optreden is voor mij echt een uitdaging. Ik moet dan in mijn eentje het publiek mee proberen te krijgen; met z'n drieën en nu met zijn vieren is dat veel makkelijker,” beschrijft Japing. “Ik denk dat ik tijdens solo-optredens iets meer van mezelf laat zien. Sommige liedjes speel ik ook niet met de heren samen, maar alleen bij solo-optredens, omdat ik ze te persoonlijk vind of niet vind passen in ons gezamenlijke repertoire.” Desondanks kijkt ze uit naar de optredens van Remmelt, Muus en Femke. “Het is heerlijk om samen te zingen. Wat het ook leuk maakt is dat we elkaar heel goed aanvoelen. Dat is iets dat ontstaat als je zo lang samen muziek maakt.”
Remmelt, Muus en Femke treedt op 4 januari op in Sela Tuinen in Appelscha
APPELSCHA – Femke Japing is de vrouwelijke inbreng bij de formatie Remmelt Muus en Femke. Het Americana trio, wiens muziek vaak wordt vergeleken met Crosby, Stills, Nash & Young, treedt op 5 januari op in Sela Tuinen in Appelscha. Femke Japing staat met Hugo Remmelt en Thijs Muus bekend om de mooie harmonieën. De formatie staat al zo'n twintig jaar bracht verschillende albums uit en trad op in het voorprogramma van grootheden als Poco, Chris Isaak en Alan Parsons Project.
Aanvankelijk als duo Remmelt en Muus, maar na een aantal jaar kwam Japing de heren versterken. Een welhaast natuurlijk proces vertelt Femke Japing. “Thijs Muus en Hugo Remmelt zijn in 1995 samen gaan optreden. Ze hadden al flink vaak opgetreden voor ik er bij kwam. Dat was in 1997. Ik was toen 15. Thijs Muus en ik kenden elkaar toen al een aantal jaar, Thijs was mijn gitaarleraar en een goede vriend van mijn moeder, en traden een keer samen op. Hugo Remmelt zong toen spontaan ook wat nummers mee en zo kwamen we er bij toeval achter dat onze stemmen heel goed bij elkaar pasten. Daarna ben ik steeds vaker mee gaan doen met optredens. Het is eigenlijk vanzelf gegaan.” Al veel jonger was Femke Japing met muziek bezig. “Voor mij is het allemaal begonnen toen ik als zesjarig meisje in een kinderkoor ging zingen. Ik heb 9 jaar in dat koor gezeten. Wij zongen voornamelijk klassieke muziek. Ik heb ook klassiek gitaar en piano gespeeld, maar was toch uiteindelijk meer in popmuziek geïnteresseerd. Toen ik klaar was met de middelbare school heb ik een poosje de popopleiding gevolgd op het conservatorium in Rotterdam.”
De muzikale richting waarin Remmelt, Muus en Femke zich beweegt is de Americana, waarbij Crosby, Stills, Nash & Young en ook het solo werk van Neil Young als inspiratie gelden.. "Americana is een heel breed begrip; het is een hokje waar je van alles in kan stoppen. Hugo, Thijs en ik hebben alle drie een vrij brede muzieksmaak, we houden van verschillende stijlen en dat kan je ook in onze nummers terug horen. Dat houdt het interessant.” In het verleden heeft het trio ook een aantal internationaal prima ontvangen albums uitgebracht. Het trio is inmiddels overigens vaak een viertal, want Matto Kranenburg speelt mee op contrabas. Het laatste studio album met als titel 'The long way round' dateert van 2005 en in 2007 verscheen nog het live album 'Evensong'. Meer dan hoogtijd voor nieuw werk. 'Het plan om een nieuw album te maken is er al een hele poos, maar door omstandigheden is het er nog niet van gekomen. De wens is er wel...'
Femke Japing timmert ook als solo artieste aan de weg en stond op het podium met haar eveneens zingende zussen. Solo verscheen van haar in 2009 het album ' Ready As I'll Ever Be' waarmee ze meer de rock kant koos en haar veelzijdigheid toonde. 'Solo optreden is voor mij echt een uitdaging. Ik moet dan in mijn eentje het publiek mee proberen te krijgen; met z'n drieën en nu met zijn vieren is dat veel makkelijker,” beschrijft Japing. “Ik denk dat ik tijdens solo-optredens iets meer van mezelf laat zien. Sommige liedjes speel ik ook niet met de heren samen, maar alleen bij solo-optredens, omdat ik ze te persoonlijk vind of niet vind passen in ons gezamenlijke repertoire.” Desondanks kijkt ze uit naar de optredens van Remmelt, Muus en Femke. “Het is heerlijk om samen te zingen. Wat het ook leuk maakt is dat we elkaar heel goed aanvoelen. Dat is iets dat ontstaat als je zo lang samen muziek maakt.”
Remmelt, Muus en Femke treedt op 4 januari op in Sela Tuinen in Appelscha